NL8303703A - Pantsertoren. - Google Patents

Pantsertoren. Download PDF

Info

Publication number
NL8303703A
NL8303703A NL8303703A NL8303703A NL8303703A NL 8303703 A NL8303703 A NL 8303703A NL 8303703 A NL8303703 A NL 8303703A NL 8303703 A NL8303703 A NL 8303703A NL 8303703 A NL8303703 A NL 8303703A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
weapon
bearing
hinge
longitudinal
pivot
Prior art date
Application number
NL8303703A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Krupp Gmbh
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Krupp Gmbh filed Critical Krupp Gmbh
Publication of NL8303703A publication Critical patent/NL8303703A/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F41WEAPONS
    • F41GWEAPON SIGHTS; AIMING
    • F41G5/00Elevating or traversing control systems for guns
    • F41G5/14Elevating or traversing control systems for guns for vehicle-borne guns
    • F41G5/24Elevating or traversing control systems for guns for vehicle-borne guns for guns on tanks
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F41WEAPONS
    • F41GWEAPON SIGHTS; AIMING
    • F41G3/00Aiming or laying means

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Aiming, Guidance, Guns With A Light Source, Armor, Camouflage, And Targets (AREA)
  • Pivots And Pivotal Connections (AREA)

Description

* «5» * - 1 -
Pantsertoren.
De uitvinding heeft betrekking op een pantsertoren met hieraan bevestigd, vertikaal zwenkbaar wapen, bijvoorbeeld een pantsergeschut, met een op een afstand van het wapen zwenkbaar gelegerd en hierdoor dwangmatig geleid wapenhulporgaan,zoals bijvoorbeeld een vizier of 5 wapenpositietaster zoals een resolver of dergelijk orgaan, en met een in aangrijppunten aan het wapen en aan het wapenhulporgaan aangrijpende koppelinrichting.
Bij een bekende pantsertoren van deze soort is de koppelinrichting uitgevoerd als scharnierdubbel-10 hefboom, dat wil zeggen als twee via een scharnier verbonden hefbomen. Het ene vrije uiteinde van de scharnierdubbelhefboom is op een afstand verwijderd gelegen van het leger van het wapen in de toren, het zogenaamde schildleger, waaraan het wapenscherm of het 15 wapenschild scharnierend is bevestigd. Het andere vrije uiteinde van de scharnierdubbelhefboom is stijf verbonden met het wapenhulporgaan, in dit geval met de als resolver uitgevoerde wapenpositietaster. Wanneer het wapen in vettikale richting wordt verzwenkt, wordt 20 via de scharnierdubbelhefboom het wapenhulporgaan over dezelfde zwenkhoek in haar vast met de toren verbonden leger verdraaid.
Een dergelijke scharnierdubbelhefboom leidt evenwel bij een legerspeling in de zwenklegers van het 25 wapen en wapenhulporgaan tot fouten in de hoekoverdracht.
Deze worden ook bewerkstelligd door sterke temperatuursveranderingen zoals bijvoorbeeld optreden bij op de metalen torenommanteling vallende sterke zonnestraling.
Daar zowel het wapen als het wapenhulporgaan aan de 30 toren zelf zijn gelegerd zal de onderlinge ligging hiervan veranderen als gevolg van een uitzetten van de metalen torendelen. In de regel zal de scharnierdubbelhefboom niet op dezelfde wijze worden uitgerekt, zodat reeds in de uitgangspositie van het wapen het wapenhulporgaan wordtverdraaid over een met het lengteverschil 8303703 - 2 - corresponderende fouthoek. Het onderling verschillende trillingsgedrag van de toren en van de scharnierdubbel-hefboom leidt bovendien tot dynamische overdrachtsfouten. Verder moet de scharnierdubbelhefboom na het inbouwen 5 hiervan worden ingesteld op de legerafstand van het wapen en wapenhulporgaan, waarvoor kostbare instelvoorzieningen nodig zijn. Voor het scharnierend koppelen van de scharnierdubbelhefboom aan het wapenscherm zijn frees-werkzaamheden nodig, alsmede een vrij uitsnijden van 10 het aankoppelingspunt voor het ten opzichte van elkaar ongehinderd kunnen bewegen van het wapen en de scharnierdubbelhefboom. Dit leidt gewoonlijk tot een verzwakking in de pantsering van het wapenscherm.
Bij een verdere bekende pantsertoren is voor het 15 vermijden van hoekoverdrachtsfouten de resolver direkt geflensd aan de schildbout van het wapenscherm. Hierdoor worden weliswaar de door de koppelinrichting veroorzaakte overdrachtsfouten geëlimineerd, doch de legerspeling veroorzaakt evenals boven hoekinstelfouten, die in het 20 bijzonder bij toenemende gebruiksduur van de pantsertoren aanzienlijk worden. In het bijzonder is evenwel de resolver zeer slecht toegankelijk, zodat bij onderhoudswerkzaamheden of dergelijke, het wapen zelf telkens gedemonteerd moet worden. In het geval van de mede-25 koppeling van een vizier zou een dergelijke oplossing niet bruikbaar zijn,daar door de tevoren bepaalde ruimtelijke opstelling van het vizier constructieve mogelijkheden in het torenontwerp aanzienlijk beperkt worden.
De uitvinding heeft ten doel een pantsertoren 30 van de bovengenoemde soort te verschaffen, waarbij een foutvrije direkte overdracht van de wapenpositie van het wapen op een in de toren buiten het wapenleger willekeurig opgesteld wapenhulporgaan gewaarborgd wordt, welke overdracht ook bij legerspeling in het wapen- en/of 35 wapenhulporgaanleger en bij temperatuurschommelingen behouden blijft.
Dit oogmerk wordt bij een pantsertoren van de in de aanhef genoemde soort bereikt door er in te voorzien dat de koppelinrichting een scharnierparallellogram 40 bevat,/dat is opgebouwd uit twee langsscharnierstangen 8303703 - 3 - en twee dwarsscharnierstangen, alsmede een glijleger, dat is opgebouwd uit twee ten opzichte van elkaar verschuifbare legerdelen, dat ten minste de langsscharnierstangen identiek zijn uitgevoerd, dat het glijleger met één van 5 de beide legerdelen in een torenvast zwenkleger met dwars op de verschuifrichting van het andere legerdeel gerichte zwenkas via ten minste êên zwenklegerbout is bevestigd, en het andere legerdeel stijf aan een dwarsscharnierstang is bevestigd, en dat de met het ene legerdeel verbonden 10 zwenklegerbout enerzijds en de van het glijleger verwijderd gelegen andere dwarsscharnierstang anderzijds de aangrijp-punten van de koppelinrichting vormen, waaraan het wapen, resp. het wapenhulporgaan stijf zijn bevestigd.
De volgens de uitvinding uitgevoerde koppelin-15 richting heeft het voordeel, dat door legerspeling gemaakte translatiebewegingen van het wapen in horizontale of vertikale richting uitsluitend leiden tot een verschuiving van het scharnierparallellogram en/of van de schuifstang in de geleidingsbus van het glijleger, doch 20 generlei draaibeweging van de geleidingsbus in het zwenkleger veroorzaken. Alleen een vertikale zwenkbeweging van het vuurwapen en het hiermede verbonden wapenscherm leidt tot een verdraaien van de geleidingsbus en derhalve tot een hoekgetrouwe zwenking van het wapenhulporgaan.
25 Ook temperatuursveranderingen leiden niet tot overdrachtsfouten. De in de toren lopende langsscharnier-*-stangen van het scharnierparallellogram zijn verreweg niet aan dergelijke hoge temperatuurschommelingen blootgesteld als de metalen torenommanteling zelf. Door de 30 identieke uitvoering van de langsscharnierstangen zullen bovendien eventuele temperatuursveranderingen tot even grote langsveranderingen in de beide langsscharnier-assen leiden, die hierdoor enkel een verschuiving van de schuifstang in de geleidingsbus veroorzaken. Daar 35 beide langsscharnierassen identiek zijn uitgevoerdt hebben zij ook een zelfde trillingsgedrag. Gelijke trillingen van beide langsscharnierstangen veroorzaken evenwel weer slechts een trillen van de schuifstang in de geleidingsbus en hebben geen invloed op het wapenhulp-40 orgaan, zodat ook dynamische overdrachtsfouten zijn ge- 8303703 * i - 4 - elimineerd. Het scharnierparallellogram kan buiten de toren worden ingesteld, waardoor tijdrovende instel-werkzaaxnheden in de toren zelf komen te vervallen.
Een gunstige uitvoeringsvorm volgens de uitvinding 5 wordt gekenmerkt doordat de van het glijleger verwijderd gelegen dwarsscharnierstang stijf, verbonden is met het wapen en dat de zwenklegerbout door de legerbout van het wapenhulporgaan-zwenkleger gevormd wordt. Hierdoor is voor het wapenhulporgaan en het glijleger slechts een 10 enkel, vast met de toren verbonden zwenkleger vereist.
Een verdere gunstige uitvoeringsvorm volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de van het glij-leger verwijderd gelegen dwarsscharnierstang is bevestigd aan de achterzijde van het wapenscherm. Door de bevesti-15 ging van het van de glij leger verwijderd gelegen dwarsscharnierstang aan de achterzijde van het wapenscherm kan de koppelinrichting in overeenstemming met de mogelijke ruimtelijke inbouwverhoudingen op de meest gunstige plaats worden aangebracht. Een bewerking van 20 het wapenscherm, die in elk geval leidt tot een verzwakking van de pantsering, komt volledig te vervallen.
Een verdere gunstige uitvoeringsvorm volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de van het glijleger verwijderd gelegen dwarsscharnierstang door 25 het wapenscherm zelf gevormd wordt. Hierdoor kan weliswaar de van het glijleger verwijderd gelegen dwarsscharnierstang worden uitgespaard, doch moet hierdoor op de koop toe worden genomen het nadeel, dat het scharnierparallellogram niet meer buiten de toren kan worden ingesteld.
30 Een verdere gunstige uitvoeringsvorm volgens de uitvinding wordt gekenmerkt door een de langs-scharnierstangen onderling steunend dwarsverstijvings-deel dat scharnierend bevestigd is aan de beide langs-scharnierstangen, bij voorkeur in het midden hiervan.
35 Door de tussen de langsscharnierstangen scharnierend steunende dwarsverbindingsstangen kunnen trillingen van lagere orde in het scharnierparallellogram worden gecompenseerd.
De uitvinding is aan de hand van het in de 40 tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeeld nader beschreven.
8303703 f « - 5 -
Hierin toont in schematische voorstelling: fig. 1 een langsdoorsnede van een uitgesneden deel van de pantsertoren, fig. 2 een perspectivisch aanzicht van het wapen, 5 de koppelinrichting en het wapenhulporgaan in de pantsertoren volgens fig. 1, en fig. 3 een perspectivische voorstelling van een verdere uitvoeringsvorm van een dwarsscharnierstang van de koppelinrichting uit fig. 2.
10 De in fig. 1 schematisch met haar voorste omtreksrand 10 ten dele voorgestelde pantsertoren draagt een vertikaal zwenkbaar wapen ll, dat in dit geval wordt gevormd door het pantsergeschut. Een hiertoe vereiste toreninkeping 12 wordt afgedekt door een wapenscherm 13, 15 ook wapenschild genoemd. Het wapenscherm 13 omgeeft de eigenlijke wapenloop 14 en is hiermede stijf verbonden.
Het wapenscherm 13 draagt aan weerszijden dwars op de hartlijn 15 van de loop 14 gerichte schildbouten 16, die zijn vastgehouden in legerschalen 17 van een vast 20 met de toren verbonden zwenkleger 18.
Op een willekeurige plaats in de toren is een wapenhulporgaan eveneens in vertikale richting zwenkbaar gelegerd. Dit wapenhulporgaan is in dit geval een als resolver uitgevoerde wapenpositietaster 19, die door het 25 wapen 11 dwangmatig geleid wordt en de zwenkstang van het wapen 11 als elektrische grootheid afgeeft. De wapenpositietaster 19 is via een koppelinrichting 20 zodanig met het wapen 11 gekoppeld, dat een zwenkhoek α van het wapen 11 in vertikale richting een zwenking 30 van de wapenpositietaster 19 over dezelfde vertikale hoek α veroorzaakt.
De koppelinrichting *20 bevat een scharnier-parallellogram 21 en een glijleger 22. Het scharnier-parallellogram 21 bestaat uit twee langsscharnierstangen 35 23 en 24 en twee dwarsscharnierstangen 25 en 26, die via scharnieren 27, die bij voorkeur drie vrijheidsgraden hebben, met elkaar zijn verbonden. Ten minste de beide langsscharnierstangen 23 en 24 zijn identiek uitgevoerd, dat wil zeggen van dezelfde materiaalgesteldheid, de-40 zelfde materiaaldikte en dezelfde lengte. Het glijleger 22 8303703 J ft - 6 - bevat een geleidingsbus 28 en een hierin verschuifbare schuifstang 29. De schuifstang 29 is stijf bevestigd aan de ene dwarsscharnierstang 25. De geleidingsbus 28 van het glijleger 22 wordt gehouden in een vast met de 5 toren verbonden zwenkleger 30. De legeras 31 van het zwenkleger is hierbij loodrecht gericht op de verschuif- - richting van de schuifstang 29. Dwars op de geleidingsbus 28 staan twee legerbouten 32 en 33, die tezamen met legerschalen 33 het zwenkleger 30 vormen. De legerbout 10 33 is voorbij de legerschaal 34 verlengd en draagt aan haar uiteinde de wapenpositietaster 19, die vast verbonden is met de legerbout 33 en hiermede dezelfde zwenkbeweging uitvoert als de geleidingsbus 28. De andere, van het glijleger verwijderd gelegen dwarsscharnierstang 15 26 is stijf bevestigd aan de achterzijde 35 van het wapen- scherm 13. De van het glijleger verwijderd gelegen dwarsscharnierstang 26 van het scharnierparallellogram 21 en de legerbout 34 van het zwenkleger 30 vormen derhalve de aangrijppunten van de koppelinrichting 20 aan het 20 wapen 11 enerzijds en aan de wapenpositietaster 19 anderzijds. De bevestiging van de van het glijleger verwijderd gelegen dwarsscharnierstangen 26 kan op willekeurige plaatsen aan de achterzijde 35 van het wapenscherm 13 worden uitgevoerd, zodat ruimtelijke 25 omstandigheden voor het inbouwen van de wapenpositietaster 19 en de koppelinrichting 20 zonder meer in aanmerking kunnen worden genomen.
Voor het vermijden van trillingen van lagere orde bij relatief lange langsscharnierstangen 23 en 24 30 is een dwars verb indingss'tang 39 aangebracht, die ongeveer in het midden van de langsscharnierstangen 23 en 24 scharnierend hiertegen steunt.
Wanneer nu het wapen 11 over de hoek a (fig. 11 wordt gezwenkt in vertikale richting, derhalve in het 35 vlak van tekening in fig. 1, wordt deze zwenkbeweging via het scharnierparallellogram 21, dat een overeenkomstige verplaatsing ondergaat, overgedragen op de', geleidingsbus 28 van het glijleger 22. Deze geleidingsbus wordt in haar zwenkleger 30 verzwenkt over dezelfde 40 hoek a (fig. 1). Door de via de legerbout 33 tot stand 8303703 » < * - 7 - gebrachte stijve koppeling van de wapenpositietaster 19 met de geleidingsbus 28 wordt een zelfde vertikale verzwenking van de wapenpositietaster 19 over de hoek a bewerkstelligd. Aan de elektrische uitgang van de 5 wapenpositietaster 19 of resolver kan een corresponderende elektrische grootheid worden afgenomen.
Vertikale en horizontale bewegingen van het wapen 19 in haar zwenkleger 18 (legerspeling) bewerkstellingen een verschuiving van het scharnierparallellogram 10 21 en een verschuiving van de schuifstang 29 in de geleidingsbus 28, doch geen draaiing van de geleidingsbus 28 in haar zwenkleger 30. Lengteveranderingen van de beide langsscharnierstangen 23, 24 ten gevolge van temperatuursinvloeden zijn door de identieke uitvoering 15 van de langsscharnierstangen 23, 24 even groot en veroorzaken eveneens slechts een verschuiving van de schuifstang 29 in de geleidingsbus 28 zonder enigerlei draaibeweging van de geleidingsbus 28.
De uitvinding is niet beperkt tot het boven 20 beschreven uitvoeringsvoorbeeld. In plaats van de wapenpositietaster 19 kan bijvoorbeeld als wapenhulporgaan ook een door het wapen 11 dwangmatig geleide vizier worden toegepast. De inrichting en werkingswijze veranderen hierdoor niet.
25 Ook is het mogelijk om de van het glijleger verwijderd gelegen dwarsscharnierstang 16 te laten vervallen en de funktie hiervan toe te voegen aan het wapenscherm 13. In dit geval moeten de langsscharnierstangen 23 en 24 op een bepaalde afstand van elkaar 30 verwijderd worden opgesteld, welke afstand correspondeert met de lengte van de dwarsscharnierstang 25, en aldus scharnierend worden bevestigd aan de achterzijde 35 van het wapenscherm 13.
Ook is een omkering van de koppelinrichting 20 35 mogelijk op zodanige wijze, dat de aangrijppunten van de koppelinrichting aan het wapen 11 en de wapenpositietaster 19 worden verwisseld, zodat de dwarsscharnierstang 26 wordt verbonden met de wapenpositietaster 19 en de legerbout 33 met het wapen 11 en wel aldaar met 40 êën van de schildbouten 16.
8303703 φ - 8 -
Evenzo kunnen de geleidingsbus 28 en de schuif-stang 29 met betrekking tot de toevoeging aan de dwars-scharnierstang 25 en het zwenkleger 30 worden verwisseld.
In dit geval is de geleidingsbus 28 stijf verbonden met 5 de dwarsscharnierstang 25, terwijl de schuifstang 29 in het leger 30 via de zwenklegerbouten 32, 33 zwenkbaar wordt gehouden. Dit verschaft weliswaar een gunstige verbinding van de dwarsscharnierstang 25 en het glijleger 22, doch hierbij ontstaan grotere bewogen massa's, die 10 het gevaar van trillingen met zich mede kunnen brengen.
Een bijzonder gunstige uitvoering van de dwarsscharnierstangen 25, 26 als zogenaamde kruisveer-elementen 37 is in fig. 3 voorgesteld. Deze kruisveer-elementen 37 zijn geschikt om een verplaatsing onder 15 zekere tolerantie van het aangrijppunt van de koppel-inrichting 20 van het wapen 11 of aan de as van het vast met de toren verbonden zwenkleger 22 te compenseren, zodat een eventueel na-instellen na het inbouwen van de koppelinrichting 20 in de pantsertoren overbodig wordt.
20 Op doelmatige wijze wordt de koppelinrichting 20 hierbij zodanig uitgericht, dat het door de langsscharnierstangen 23, 24 opgespannen vlak, alsmede een door de verschuif-richting van het glijleger 22 gaand vlak onderling en een door het vlak van de loophartlijn 15 gaand vlak 25 ten minste bij benadering evenwijdig lopen.
De scharnierverbindingen van het scharnier-parallellogram 21 tussen de langsscharnierstangen 23, 24 en de dwarsscharnierstangen 25, 26, zijn bij het toepassen van dergelijke kruisveerelementen 37 als dwarsscharnier-30 stangen 25,26 uitgevoerd als scharnieren 27 met ëën vrijheidsgraad zoals zij door één zwenkleger 30 worden voorgesteld. Elk kruisveerelement 37 bevat twee prismatische montagelichamen 38, 39, die bij op één lijn geplaatste vlakdiagonalen 40, 41, die in fig. 3 met streeplijnen 35 zijn aangeduid, met telkens één langsrand 42, 43 tegen elkaar aanliggen. De beide montagelichamen 38, 39 zijn door kruisgewijze opgespannen veerbanden 44 en 45, 46 vast met elkaar verbonden. Aan het ene montageblok 38 zijn de uiteinden van de langsscharnierstangen 23, 24 40 met dwars op de langsrand 42 gerichte zwenkas 47, 48 8303703 - ^ Jfc - 9 - scharnierend verbonden, terwijl het andere montageblok 39 in het geval van de dwarsscharnierstang 26 het wapen 11 en in het geval van de dwarsscharnierstang 25 de schuif-stang 29 van het glijleger 22 stijf is bevestigd.
* - conclusies - 9303703

Claims (9)

1. Pantsertoren met hieraan bevestigd, vertikaal zwenkbaar wapen, bijvoorbeeld een pantsergeschut, met een op een afstand van het wapen zwenkbaar gelegerd en hierdoor dwangmatig geleid wapenhulporgaan, zoals bij- 5 voorbeeld een vizier of wapenpositietaster zoals een resolver of dergelijk orgaan, en met een in aangrijppunten aan het wapen en aan het wapenhulporgaan aangrijpende koppelinrichting, hierdoor, gekenmerkt, dat de koppelinrichting (20) een scharnierparallellogram (21) 10 bevat, dat is opgebouwd uit twee langsscharnierstangen (23,24) en twee dwarsscharnierstangen (25,26), alsmede een glijleger (22), dat is opgebouwd uit twee ten opzichte van elkaar verschuifbare legerdelen, dat ten minste de langsscharnierstangen (23,24) identiek zijn uitgevoerd, 15 dat het glijleger (22) met êën van de beide legerdelen (28) in een torenvast zwenkleger (30) met dwars op de verschuifrichting van het andere legerdeel (29) gerichte zwenkas (31) via ten minste één zwenklegerbout (32,33) is bevestigd, en het andere legerdeel (29) stijf aan 20 een dwarsscharnierstang (25) is bevestigd, en dat de met het ene legerdeel (28) verbonden zwenklegerbout (33) enerzijds en de van het glijleger verwijderd gelegen andere dwarsscharnierstang (26) anderzijds de aangrijppunten van de koppelinrichting (20) vormen, waaraan het 25 wapen (11), resp. het wapenhulporgaan (19) stijf zijn bevestigd.
2. Pantsertoren volgens conclusie 1, hierdoor gekenmerkt, dat de van het glijleger verwijderd gelegen dwarsscharnierstang (26) stijf verbonden is 30 met het wapen (11) en dat de zwenklegerbout (33) door de legerbout van het wapenhulporgaan-zwenkleger wordt gevormd.
3. Pantsertoren volgens conclusie 2, hierdoor gekenmerkt, dat de van het glijleger verwijderd gelegen dwarsscharnierstang (26) is bevestigd aan de 35 achterzijde (35) van het wapenscherm (13). 8303703 - - 11 - *
4. Pantsertoren volgens conclusie 2, hierdoor gekenmerkt, dat de van het glijleger verwijderd gelegen dwarsscharnierstang (26) door het wapenscherm (13) zelf gevormd wordt.
5. Pantsertoren volgens één der conclusies 1 tot 4, 5 gekenmerkt door een de langs scharniers tangen (23,24) onderling steunend dwarsverstijvingsdeel (36), dat scharnierend bevestigd is aan de beide langsschamier-stangen (23,24), bij voorkeur in het midden hiervan.
6. Pantsertoren volgens één der conclusies 1 tot 5, 10 hierdoor gekenmerkt, dat het glijleger (22) voorzien is van een geleidingsbus (28) en een hierin verschuifbare schuifstang (29) en dat het in het zwenk-leger (30) gehouden legerdeel de geleidingsbus (28) en het met de dwarsscharnierstang (25) verbonden legerdeel 15 de schuifstang (29) is.
7. Pantsertoren volgens ëën-der conclusies 1 tot 6, hierdoor gekenmerkt, dat de koppelinrichtinjg (20) zodanig geplaatst en gericht is, dat het door de langs-scharnierstangen (23,24) opgespannen vlak en de ver- 20 schuifrichting van het glijleger (22) met elkaar en met de buishartlijn (15) van het wapen (11) ten minste bij benadering paralllel lopen.
8. Pantsertoren volgens ëën der conclusies 1 tot 7, hierdoor gekenmerkt, dat de dwars schar nier- 25 stangen (25,26) zijn uitgevoerd als kruisveerelementen (37) en dat de scharnierverbindingen van het scharnier-parallellogram (21) zijn uitgevoerd als scharnieren (27) met één vrijheidsgraad.
9. Pantsertoren volgens conclusie 8, hierdoor 30 gekenmerkt, dat elk kruisveerelement (37) twee bij voorkeur prismatische montagelichamen (38,39) bevat, die bij op ëën lijn liggende vlakdiagonalen (40,41) met telkens ëën langsrand (42,43) tegen elkaar aan liggen en door kruisgewijze opgespannen veerbanden 8303703 ✓ t> - 12 - (44 tot 46) vast met elkaar zijn verbonden, en dat aan het ene montagelichaam (38) de langsscharnierstangen (23,24) met de dwars op de langsrand (42) gerichte zwenkas (47,48) scharnierend zijn verbonden en aan het 5 andere montagelichaam (39) het wapen (11) resp. het ene legerdeel (29) van het glijleger (22) stijf is bevestigd. * 8303703
NL8303703A 1982-11-11 1983-10-27 Pantsertoren. NL8303703A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE3241665 1982-11-11
DE19823241665 DE3241665A1 (de) 1982-11-11 1982-11-11 Panzerturm

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8303703A true NL8303703A (nl) 1984-06-01

Family

ID=6177826

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8303703A NL8303703A (nl) 1982-11-11 1983-10-27 Pantsertoren.

Country Status (10)

Country Link
AU (1) AU553857B2 (nl)
BE (1) BE898178A (nl)
CA (1) CA1220962A (nl)
DE (1) DE3241665A1 (nl)
DK (1) DK157416C (nl)
GR (1) GR79500B (nl)
IT (1) IT1169933B (nl)
NL (1) NL8303703A (nl)
NO (1) NO156958C (nl)
TR (1) TR22025A (nl)

Families Citing this family (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3928614A1 (de) * 1989-08-30 1992-10-08 Wegmann & Co Kampffahrzeug, insbesondere kampfpanzer
FR2824896B1 (fr) * 2001-05-17 2003-08-15 Giat Ind Sa Systeme de pointage d'une arme
FR2827668B1 (fr) * 2001-07-17 2003-10-03 Giat Ind Sa Systeme de pointage en site et en gisement d'une arme
FR2827667B1 (fr) * 2001-07-17 2003-10-03 Giat Ind Sa Systeme de pointage en gisement d'une arme
DE10337642B4 (de) * 2003-08-16 2007-08-02 Kraus-Maffei Wegmann Gmbh & Co. Kg Modulare Waffenstation, insbesondere zur Anordnung auf einem Kampffahrzeug

Family Cites Families (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE1817554C3 (de) * 1968-12-31 1978-04-13 Wegmann & Co, 3500 Kassel Mechanische Verbindung zwischen Zieloptik und Waffe

Also Published As

Publication number Publication date
NO833985L (no) 1984-05-14
CA1220962A (en) 1987-04-28
DK157416C (da) 1990-06-05
TR22025A (tr) 1986-01-16
DK157416B (da) 1990-01-02
NO156958B (no) 1987-09-14
AU553857B2 (en) 1986-07-31
GR79500B (nl) 1984-10-30
IT1169933B (it) 1987-06-03
DE3241665A1 (de) 1984-05-17
IT8323628A0 (it) 1983-11-08
DE3241665C2 (nl) 1990-09-06
DK501783A (da) 1984-05-12
NO156958C (no) 1987-12-23
AU2103983A (en) 1984-05-17
BE898178A (fr) 1984-03-01
DK501783D0 (da) 1983-11-02

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NO302594B1 (no) Sammensatt, dreibar bjelke for helikopter, med lengde på mer enn seks meter, for holding av et fotogrammetrisk kamera og et TV-kamera på hver av sine ender
US20130034347A1 (en) Articulated jib for moving a camera during the production of a motion picture
US5143333A (en) Weight counterbalance means
NL8303703A (nl) Pantsertoren.
GB2193341A (en) Doubly mounted revolving slotted mirror for optical systems
JPH0521484B2 (nl)
US4383586A (en) Adjustable linkage
US2717134A (en) Stand with damping device for photographic or television cameras
US3420594A (en) Optical scanning system
US4060136A (en) Motor grader blade mounting and tilt mechanism
JPH04503240A (ja) 傾斜可能な取付ヘッドのための制御装置
US4102427A (en) Compact steering axle assembly
CN105043789A (zh) 汽车控制臂的刚度的测试方法及装置
NL8302491A (nl) Inrichting voor het dempen van slingeringen bij spoorvoertuigen met een draaigestel.
CN113933014A (zh) 一种三自由度假支撑机构
US3233516A (en) Gun mounts
CZ20003427A3 (en) Soil compacting machine having at least one roller-wheel unit
DK151318B (da) Afbalanceret baerearm for eksempelvis en lampe eller en lup
US5101708A (en) Unbalance-compensating device for a weapons system
US3314496A (en) Power steering mechanism
SU983625A1 (ru) Труба оптического телескопа
CN217421847U (zh) 一种楔块式铰链展开机构
NO158053B (no) Armanordning for holding av kameraer paa helikopter.
SU1572907A1 (ru) Компенсирующий механизм подвески гусеничной машины
SU1008063A1 (ru) Полужестка подвеска гусеничного транспортного средства

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
CNR Transfer of rights (patent application after its laying open for public inspection)

Free format text: KRUPP AG. FRIED. -

CNR Transfer of rights (patent application after its laying open for public inspection)

Free format text: ATLAS ELEKTRONIK GMBH

BV The patent application has lapsed