NL8302798A - Samengesteld lokmiddel voor mannetjes van de witstreeppijlstaart. - Google Patents

Description

IP* N/31.613-Kp/Pf/ cs * — '*

Samengesteld lokmiddel voor mannetjes van de witstreeppijl-staart.

De uitvinding heeft betrekking op een samengesteld lokmiddel voor mannetjes van de witstreeppijlstaart (Scotia secretum). Meer in het bijzonder heeft de uitvinding betrekking op een samenstelling welke een synergistische combinatie 5 van drie actieve bestanddelen bevat. Een volgend onderwerp van de uitvinding is een insectenval dat deze samenstelling bevat. Verder is nog een onderwerp van de uitvinding een werkwijze voor het lokken en vangen van witstreeppijlstaarten alsmede een werkwijze voor verstoring van hun paring door de luchtper-10 meatietechniek.

De witstreeppijlstaart vormt een wijdverspreide plaag welke jaarlijks terugkerende schade brengt aan bijna elke cultuurplant, in het bijzonder aan de tabak, suikerbiet, mais, groenten en graangewassen. Tot op heden werden fosforzuur-15 esters gebruikt ter bestrijding van deze plaag, maar deze verbindingen oefenen geen selectief effect uit en zijn verder uitgesproken toxisch voor mensen. Bovendien leiden de oudere rupsen een verborgen bestaan in de grond, zodat zij voor de klassieke insecticiden vrijwel onbereikbaar zijn.

20 De problemen betreffende milieuverontreiniging als ge volg van het gebruik van gebruikelijke pesticide chemicaliën kunnen worden vermeden wanneer samenstellingen worden gebruikt, die de natuurlijke sexlokstoffen (sexferomonen) van de te bestrijden schadelijke insecten bevatten.

25 Feromonen kunnen bij de plantenbescherming op twee manieren worden gebruikt. Volgens de eerste manier worden vallen met het sexferomoon als aas gebruikt, waarmede de door de actieve bestanddelen aangetrokken mannelijke nachtvlinders worden gevangen. Op deze wijze kan informatie worden verkre-30 gen omtrent het verschijningstijdstip van de plaag, dat wil zeggen de te verwachten schade kan worden voorspeld. Deze methode heeft het voordeel boven de andere vallen benuttende voorspellingsmethoden, dat de vallen met feromoon uitsluitend het uitgekozen schadelijke insect aantrekken, terwijl licht-35 of UV-vallen vrijwel alle 's nachts vliegende insectensoorten aantrekken. Bovendien geven de feromoon bevattende vallen het 3302798 — ^^^^^ - 2 - % * ·ΐ» begin van de uitzwerming in het algemeen gevoeliger aan dan de lichtvallen /Mani e.a.: Schweiz. Z. Obst. Weinbau 81, 337-344 (19722/· Wanneer de directe omgeving van de vallen wordt behandeld met een insecticide, zal het grootste deel van de aan-5 getrokken mannelijke populatie in dit dodelijke gebied worden vernietigd, waardoor het gevaar van milieuverontreiniging is beperkt tot uitsluitend de dodelijke gebieden, dat wil zeggen in aanzienlijke mate is verlaagd.

Volgens de tweede manier, de zogenaamde luchtperme-10 atiemethode, worden de mannetjes en de wijfjes gehinderd elkaar te vinden, waardoor hun paring kan worden verstoord. In dit geval wordt een relatief grotere hoeveelheid feromoon aan de lucht afgegeven boven de te beschermen plantcultuur, waarna de mannetjes de aanwezigheid van het feromoon overal bemerken, 15 daardoor verward raken en niet meer in staat zijn de wijfjes te vinden. Wanneer volgens deze methode feromonen worden gebruikt, worden zij in aanzienlijk geringere doses toegepast dan die van de klassieke insecticiden. /W.L. Roefols en R.T. Cardé: Ann.Rev. Entomol. 22, 377-405 (19772/.

20 Bestmann e.a. /Angew. Chemie 10, 815-816 (19742./ ^e“ schrijven de bereiding van het feromoon van de witstreeppijl-staart en stellen dat het 5(Z)-decen-l-olacetaat is met formule 1, ch3-(ch2)3-ch=ch-(ch2)3-ch2-o-c(=0)-ch3 1

Volgens ons reeds vroeger uitgevoerd onderzoek bestaat het 25 feromoon uit twee bestanddelen: het 7(Z)-dodecen-l-olacetaat met formule 2, CH3-(CH2)3-CH=CH-(CH2)5-CH2-0-C(=0)-CH3 2 en het 9(Z)-tetradecen-l-olacetaat met formule 3, ch3- (ch2) 3-ch=ch- (ch2) 7-CH2-o-Ci=o) -ch3 3 30 (Belgisch octrooischrift 886.800).

Bij nader onderzoek bleek dat wanneer het in veldproeven alleen werd toegepast, het 5(Z)-decen-l-olacetaat nauwelijks een.stimulerende reactie op de mannetjes van de witstreeppijlstaart teweegbrengt. Hoewel de combinatie van het 35 7(Z)-dodecen-l-olacetaat en het 9(Z)-tetradecen-l-olacetaat een stimulerende reactie uitoefent op de mannetjes van de wit- 8302798 é' Λ - 3 - streeppijIstaart, vliegen ook de mannetjes van verschillende verwante pijlstaartsoorten in de vallen, waardoor het moeilijk wordt uit de gevangen nachtvlinders conclusies te trekken.

Thans werd geheel verrassend gevonden, dat bij ge-5 bruik van een samenstelling, die uit drie componenten bestaat, namelijk 5(Z)-decen-l-olacetaat met formule 1, 7(Z)-dodecen- 1-olacetaat met formule 2 en 9(Z)-tetradecen-l-olacetaat met formule 3,een combinatie met een synergistisch verhoogd effect wordt verkregen, welke een aanzienlijk sterkere reactie 10 uitoefent op de mannetjes van de witstreeppijlstaart, dan hetzij het 5(Z)-decen-l-olacetaat alleen hetzij de in het bovengenoemde Belgische octrooischrift beschreven samenstelling.

De nieuwe combinatie is in hoge mate specifiek en trekt vrijwel uitsluitend de mannetjes van de witstreeppijlstaart aan.

15 Volgens een eerste aspect van de onderhavige uitvin ding wordt een samengesteld lokmiddel voor mannetjes van de witstreeppijlstaart (Scotia segetum) verschaft, dat het kenmerk heeft, dat het een combinatie bevat welke bestaat uit 1-98 gew.% 7(Z)-dodecen-l-olacetaat met formule 2, 1-98 gew.% 20 9(Z)-tetradecen-l-olacetaat met formule 3 en 1-98 gew.% 5(Z)-decen-l-olacetaat met formule 1 als actief bestanddeel, eventueel te zamen met een vloeibare of vaste drager.

Een samenstelling volgens de onderhavige uitvinding, welke een combinatie omvat die bestaat uit 5-90 gew.% 7(Z)-25 dodecen-l-olacetaat, 5-90 gew.% 9(Z)-tetradecen-l-olacetaat en 5-90 gew.% 5(Z)-decen-l-olacetaat als actief bestanddeel verdient in het bijzonder de voorkeur.

De samenstelling volgens de uitvinding kan bijvoorbeeld worden verkregen door een oplossing te bereiden van de 30 drie bestanddelen in een inert oplosmiddel, welke oplossing vervolgens wordt opgenomen in capsules of microcapsules. Als inerte oplosmiddelen kunnen koolwaterstoffen (bijvoorbeeld hexaan), gehalogeneerde koolwaterstoffen (bijvoorbeeld di-chloormethaan), alcoholen (bijvoorbeeld methanol) of ketonen 35 (bijvoorbeeld aceton) worden gebruikt. Ieder organisch oplosmiddel dat inert is ten opzichte van de drie bestanddelen en waarin deze bestanddelen oplosbaar zijn, kan voor de bereiding van de oplossing worden gebruikt. De zo verkregen samenstel- 8302798 *-— - 1 • V .

, - 4 - lingen kunnen bij voorkeur worden gebruikt in insectenvallen. Het oplosmiddel verdampt snel uit de val en de achterblijvende combinatie van de actieve bestanddelen oefent zijn lokkende effect uit door geleidelijke verdamping.

5 Om de verdamping van de actieve bestanddelen nog langzamer te maken, worden bij voorkeur verschillende vis-ceuze, niet-vluchtige vloeistoffen, die inert zijn ten opzichte van de bestanddelen, toegevoegd aan de samenstelling. Hiertoe kunnen bijvoorbeeld zonnebloemolie, olijfolie, paraf-10 fineolie, minerale olie, enzovoorts worden gebruikt. Deze vloeistoffen beïnvloeden het lokeffect geenszins, maar zij houden de verdampingssnelheid van de actieve middelen constant, zodat de verlaging van het effect, welke anders optreedt in het geval van hoge doses aan bestanddelen als ge-15 volg van het tegenwerkend effect, kan worden vermeden.

Een samenstelling volgens de onderhavige uitvinding, welke 12-67 gew.% zonnebloemolie, 80-30 gew.% hexaan en 8-3 gew.% van de combinatie aan actieve middelen bevat, verdient in het bijzonder de voorkeur. Een hoeveelheid van de zo be-20 reide oplossing, welke een dosis aan actieve middelen van 0,001-3,0 mg verschaft, zal worden gebruikt.

De aanwezigheid van de visceuze vloeistof is geen vereiste voor het verkrijgen van een behoorlijk effect. Een volgende voorkeursvorm van de samenstelling volgens de uitvin-25 ding is een oplossing, die 50-90 gew.% inert oplosmiddel, bij voorkeur hexaan of dichloormethaan, en 50-10 gew.% actieve middelen bevat en die, wanneer deze in een geschikte drager (bijvoorbeeld geabsorbeerd in een rubber-, caoutchouc- of polyethyleencapsule) in een een dosis aan actieve bestanddelen 30 van 0,001-0,3 mg opleverende dosis wordt toegepast, een waar-devol lokeffect bezit.

Volgens een volgend aspect van de onderhavige uitvinding wordt een insectenval verschaft voor het vangen van mannetjes van de witstreeppijlstaart (Scotia secetum), met het 35 kenmerk, dat deze als actief middel een combinatie bevat, die bestaat uit 1-98 gew.% 5(Z)-decen-l-olacetaat met formule 1, 1-98 gew.% 7(Z)-dodecen-l-olacetaat met formule 2 en 1-98 gew.% 9(Z)-tetradecen-l-olacetaat met formule 3 in een totale hoeveelheid van 0,001-3,0 mg, bij voorkeur 0,005-0,5 mg, even- 8302798 * ·. ^ - 5 - ' tueel opgelost in een inert oplosmiddel en/of visceuze vloeistof en/of verwerkt tot een capsule.

Volgens een volgend aspect van de uitvinding wordt een werkwijze verschaft voor het lokken en vangen van manne-5 tjes van de witstreeppiilstaart(Scotia seqetum), met het kenmerk, dat deze mannetjes worden blootgesteld aan de invloed van een insectenval welke een combinatie bevat bestaande uit 1-98 gew.% 5(Z)decen-l-olacetaat met formule 1, 1-98 gew.% 7(Z)-dodecen-l-olacetaat met formule 2 en 1-98 gew.% 9(Z)-10 tetradecen-l-olacetaat met formule 3 in een totale hoeveelheid van 0,001-3,0 mg, bij voorkeur 0,005-0,5 mg.

Het samengestelde lokmiddel volgens de uitvinding kan in de lucht gepermeëerd worden ter verstoring van de paring van de witstreeppijlstaarten. De combinatie van de drie ac-15 tieve middelen wordt bij voorkeur afgegeven aan de atmosfeer met een snelheid van 1,0-30,0 mg/ha/h, met grotere voorkeur voor een snelheid van 5,0-20,0 mg/ha/h.

Dienovereenkomstig wordt volgens de uitvinding een werkwijze verschaft voor verstoring van de paring van wit-20 streeppijlstaarten (Scotia segetum), met het kenmerk, dat in de atmosfeer een combinatie wordt afgegeven, welke bestaat uit 1-98 gew.% 7(Z)-dodecen-l-olacetaat met formule 2, 1-98 gew.% 9(Z)-tetradecen-l-olacetaat met formule 3 en 1-98 gew.% 5(Z)— decen-l-olacetaat met formule 1 en wel met een snelheid van 25 bij voorkeur 1,0-30,0 mg/ha/h, in het bijzonder 5,0-20,0 mg/ ha/h.

Het 7(Z)-dodecen-l-olacetaat met formule 2 en het 9(Z)-tetradecen-l-olacetaat met formule 3 kunnen worden bereid volgens de in het Belgische octrooischrift 886.800 beschreven 30 methoden.

Het 5(Z)-decen-l-olacetaat met formule 1 kan volgens op zich bekende methoden worden bereid.

Propargylalcohol wordt gebruikt als uitgangsstof. De hydroxygroep ervan wordt gemaskeerd, waarna de zo verkregen 35 verbinding met de algemene formule 4, R-0-CH2-C=CH 4, waarin R een 2-tetrahydropyranyl- of een 1-ethoxyethylgroep voorstelt, -- 8302798 * - 6 - wordt omgezet in het overeenkomstige anion met behulp van een sterke base, bij voorkeur met een alkyllithium. Het anion wordt daarop tot reactie gebracht - zonder isolering - met een verbinding met de algemene formule 5, 5 CH3-CH2-CH2-X 5 waarin X staat voor chloor, broom, jodium, tosyloxy of mesyl- oxy.

De beschermgroep van de verbinding met de algemene formule 6, die in deze reactie wordt verkregen, 10 r-o-ch2-c=c-(ch2)2“CH3 6 waarin R de bovenvermelde betekenis heeft, wordt verwijderd in aanwezigheid van katalytische hoeveelheden van een zuur en de zo verkregen verbinding met de algemene formule 6, waarin R waterstof is, wordt behandeld met het kalium-15 zout van 1,3-aminopropaan. De zo verkregen verbinding met de algemene formule 7, R-0-CH2(CH2)3-C=CH 7 waarin R voor waterstof staat, wordt uit het reactiemengsel geïsoleerd, de hydroxygroep ervan 20 wordt gemaskeerd en de zo verkregen verbinding met de algemene formule 7, waarin R een 2-tetrahydropyranyl- of een 1-ethoxy-ethylgroep voorstelt, wordt omgezet in het overeenkomstige anion met behulp van een sterke base, bij voorkeur met een alkyl- ' lithium. Dit anion wordt, zonder isolering, tot reactie ge-25 bracht met een verbinding met de algemene formule 8, CH3-(CH2)2-CH2-X 8 waarin X de boven gedefinieerde betekenis heeft, waarna de zo verkregen verbinding met de algemene formule 9, r-o-ch2-(ch2)3-c=c-(ch2)3-ch3 9 30 waarin R de reeds gedefinieerde betekenis heeft, uit het reactiemengsel wordt geïsoleerd, de beschermgroep ervan wordt verwijderd in aanwezigheid van katalytische hoeveelheden van een zuur en de zo verkregen verbinding met de algemene formule 9, waarin R waterstof is, geacyleerd wordt met 35 een acyleringsmiddel, bij voorkeur azijnzuuranhydride. De zo 8302798 \

Hi1'. * - 7 - verkregen verbinding met formule 10, ch3-c(=0)-o-ch2-(ch2)3-c=c-(ch2)3-ch3 10 wordt katalytisch gehydrogeneerd met behulp van een op een drager aangebrachte katalysator met middelmatige activiteit 5 - bij voorkeur met palladium op bariumsulfaat - onder oplevering van het 5(Z)-decen-l-olacetaat met formule 1.

Het effect van de samenstelling volgens de uitvinding wordt met de volgende proeven aangetoond:

Bepaling van de in veldproeven met 7(Z)-dodecen-1-10 olacetaat, 9(Z)-tetradecen-l-olacetaat en 5(Z)-decen-l-olacetaat opgewekte respons.

De eerste proef werd uitgevoerd in een koolveld van ca. 50 ha. De gebruikte vallen bestonden uit twee plastic plaatjes van 20x30 cm2, die in de vorm van een tentdak waren 15 gebogen. De twee plaatjes waren met de beide tentdakvormen loodrecht op elkaar bevestigd. De binnenkant van het onderste plaatje werd ingesmeerd met lijm om de in de val vliegende nachtvlinders te vangen. De lokmiddelen voor de nachtvlinders werden binnen de val opgehangen aan het midden van het boven-20 ste plaatje. De vallen bevonden zich op een hoogte van ca.

0,5 m van de bodem op een onderlinge afstand van 25 m. Per behandeling werd één val toegepast.

De tweede proef werd uitgevoerd in een perzikboom-gaard van ca. 500 ha. De bovenbeschreven vallen werden gebruikt 25 en opgehangen in de kroon van de bomen op een hoogte van ca.

1,5 m van de bodem en op onderlinge afstand van 2Ö-25 m.

Iedere behandeling werd driemaal herhaald.

De gevangen nachtvlinders werden iedere week verzameld en hun soort werd vastgesteld. De uiteindelijke ge-30 gevens werden statistisch verwerkt met behulp van de "Duncan's New Multple Range Test".

Bij het eerste experiment werden uitsluitend met het mengsel van het 7(Z)-dodecen-l-olacetaat en het 9(Z)-tetradecen- l-olacetaat, en voorts met het uit drie componenten bestaande 35 mengsel mannetjes van de witsteeppijlstaart gevangen. Het 5(Z)— decen-l-olacetaat alleen vertoonde geen lokeffect. Met het uit drie componenten bestaande mengsel werden bijna viermaal zo veel nachtvlinders gevangen als met het mengsel van 7(Z)-dode-cen-l-olacetaat en 9(Z)-tetradecen-l-olacetaat (tabel A).

8302798 -,- ---- - ' 51 - 8 - I m I -—-» *· β I NN φ tO — ·· Ü

0) -P

Ό (P 0«»

O+Mll-T3 I

I /-v+l 4J —> N id (0 Cn N w (0 (0 g ^ σ> .p -p

Γ" φ φ Ο H

·. ü Ü ** H

Ö1J « Urt

<0 t0 ιΗ H

> r0 0 0 P I I

* i—1 Φ rH iH

Φ Ü I I Μ (0 β β CnH 0) Φ ίΟϋϋ Φ I Φ Φ a h -d ns I (0 a p Φ 4-1 ---ϋ Φ H Φ -P ·· d I ^

0 —— d n I w -P

— <j\ to cn N to g

— ö -P

r- Φ Φ o cn ϋ

β -P (0 h tö (0 H

> to 0 P I

Η Φ H Φ t> I H 01 ιΡ β φ cnn φ Λ flOü (0 Φ I Φ eh and i—l 0

iH

I cn g e

DO O

Φ -P

Q to Ή I to —+1 N Φ — Ü in (0 a Φ cn β I β t0 & (0 > Φ > Φ -P Φ W P P cn tu -P to •n W to Η -P -P -P (0 φ -π ω p a & h β β -η (0 t0 0) ·Ρ <1 id ft 8302798 Λ - 9 -

Bij het tweede experiment bleek dat, hoewel met het 5(Z)-decen-l-olacetaat alleen en met het uit twee componenten bestaande mengsel een paar nachtvlinders werden gevangen, het mengsel uit drie componenten tienmaal zo effectief te zijn als 5 de voorgaande samenstellingen. De resultaten, die met het uit drie componenten bestaande mengsel volgens de uitvinding werden verkregen, weken in significante mate af van de andere resultaten (Tabel B).

Zoals blijkt uit de proefresultaten oefent het uit 10 drie componenten bestaande mengsel volgens de onderhavige uitvinding een aanzienlijk sterker lokeffect uit op de mannetjes van de witstreeppijlstaart dan enig andere uit de literatuur bekende feromoonsamenstelling.

8302798 -10-.

V

f! I «Η Φ id »*· ··

Ü ^lilH 0) -P

Ό Φ β H

0 4-> <U '—'

Ό I

1 .—

Id J) ÖI

N^id id S 2 — σι 4J -μ id r> ο φ ο γ» a) »00 ·» CN > Ö +J <5 ÜS Ή |H -r! id id ιΗ H β

> id 0 ο I

-P I I dp H (BrtH m

Φ 0 I I

co td a c -μ Ö1H (DO) Φ

β Ο Ο Ο A

ο) I a) a) S h d d -r>

A

I td ¾ a u ~ <d Φ -μ —» 01 ο ο) ή g μ a) +) .. td td d I "ί o oo td

O—''-' A

Ο N <-* H

I «4J -- 0) -—. td —* n id Cn β — a -μ e _ <0 t- ο ο td > Ο O ["· Ö -μ (d " -μ id id H r-i β > td 0 —' (d -P » —» 0

CQ rl (1) H &i -H

a) 0 I g Ή 1—I co id β id -η φ 0Ή 0) ο O β A β 0 0 &> id a) 1 <d ή ·η eh S ή Ό w ω +> φ

•H

I β r-t 0 fi 1 φ IΗ Ai I cn a) 0 a ^ s 0 o r» β Φ .μ » Φ Ό id rH d) 1 id h — -μ 0) N φ Ό — Ο Ό

in id -H

S

β (D

0)

Cn β 1 a (d ft Φ td > Q) -μ

> Φ 4J X

Φ 10 μ μ μ

Cn 0) +) id o •η cn id g η a -μ -μ φ td φ ·η cn cn •μ ö Sri β β -Γη Φ

(d td Φ ·Η Q

rtj g Ό ft id 8302798 ► -11 -

De uitvinding wordt thans nader toegelicht aan de hand van de bijgaande niet-beperkende voorbeelden.

Voorbeeld I

Er werden 120 gew.delen zonnebloemolie of paraffine-5 olie, 800 gew.delen hexaan en 8 gew.delen van een mengsel uit de actieve bestanddelen /bestaande uit 4 gew.delen 7 (Z)-dode-cen-l-olacetaat met formule 2, 1,5 gew.delen 9(Z)-tetradecen- 1-olacetaat met formule 3 en 2,5 gew.delen 5(Z)-decen-l-olace-taat met formule 1/ vermengd. Een hoeveelheid van de zo ver-10 kregen oplossing overeenkomende met 0,1-0,3 mg van de combinatie van actieve bestanddelen werd geplaatst in een val, die werd gebruikt voor voorspellingsdoeleinden (bijvoorbeeld door opzuiging in een rubbercapsule of in een polyethyleencapillair, door vermenging met de voor het strikken van de nachtvlinders 15 gebruikte lijm of door absorptie in textiel of poreus natuurlijk of synthetisch materiaal).

Voorbeeld II

Men ging op de in voorbeeld I beschreven wijze te werk, met het verschil, dat 10 gew.delen paraffineolie en 1 20 gew.deel butylhydroxytolueen en 1 gew.deel anti-verbleekmiddel p (bijvoorbeeld üviron ), 80 gew.delen hexaan en 1 gew.deel van een mengsel van de actieve bestanddelen /bestaande uit 2,67 gew.delen van de verbinding met formule 1, 2,67 gew.delen van de verbinding met formule 2 en 2,67 gew.delen van de ver-25 binding met formule 3/ werden gebruikt.

Voorbeeld III

Van een mengsel, bestaande uit 4 gew.delen 7(Z)-dode-cen-l-olacetaat met formule 2, 1 gew.deel 9 (Z)-tetradecen-l-olacetaat met formule 3 en 3 gew.delen 5(Z)-decen-l-olacetaat 30 met formule 1 werden 10 gew.delen gemengd met 90 gew.delen hexaan, en hoeveelheden van de zo verkregen oplossing, die overeenkwamen met 1-2 mg van de combinatie van actieve bestanddelen, werden geabsorbeerd in capillairs met een diameter van 0,3 mm, welke laatste in de vallen werden geplaatst.

35 8302798 - 12 - \ ·*

Voorbeeld IV

Van een mengsel van actieve bestanddelen, bestaande uit 3 gew.delen van de verbinding met formule 1, 3 gew.delen van de verbinding met formule 2 en 3 gew.delen van de verbin-5 ding met formule 3, werden 9 gew.delen gehomogeniseerd met 90 gew.delen siliconenolie en 1-5 mg van het zo verkregen mengsel werd met de in de vallen gebruikte lijm gemengd.

Voorbeeld V

Een flanellen strook (breedte = 2 cm) werd gelmpreg-10 neerd met een volgens voorbeeld III bereide oplossing. Nadat het hexaan was verdampt werd de strook ingewalst tussen poly-* ethyleenfolies. De zo verkregen voorwerpen werden geplaatst in het te beschermen gebied, zodat het actieve bestanddeel in de lucht terecht kon komen in een concentratie van 1,0-30 mg/h/ha.

15 Voorbeeld VI

Op de in voorbeeld V beschreven wijze werd te werk gegaan met het verschil, dat paraffineolie of geurloze petroleum werd vermengd met.de hexaanoplossing, zodat de verhouding van het hexaan tot de paraffineolie of het petroleum 30-50 20 gew.delen tot 40-60 gew.delen was.

Voorbeeld VII

Men ging als beschreven in voorbeeld I te werk, met het verschil dat een mengsel van de actieve bestanddelen, bestaande uit 4 gew.delen van de verbinding met formule 1, 25 4 gew.delen van de verbinding met formule 2 en 4 gew.delen van de verbinding met formule 3 werd gebruikt.

Voorbeeld VIII

Men ging als beschreven in voorbeeld I te werk, met het verschil dat een mengsel van de actieve bestanddelen, be-30 staande uit 1 gew.deel van de verbinding met formule 1, 5 gew. delen van de verbinding met formule 2 en 2 gew.delen van de verbinding met formule 3 werd gebruikt.

8302798

Claims (7)

1. Samengesteld lokmiddel voor mannetjes van de wit-streeppijIstaart (Scotia segetum), met het kenmerk, dat deze een combinatie bevat, welke bestaat uit 1-98 gew.% 5(Z)-decen-l-olacetaat met formule 1, 5 ch3-(ch2)3-ch=ch-(ch2)3-ch2-o-c(=0)-ch3, 1,98 gew.% 7(Z)-dodecen-l-olacetaat met formule 2, ch3-(ch2)3-ch=ch-(ch2)5-ch2-o-c(=0)-ch3 en 1-98 gew.% 9(Z)-tetradecen-l-olacetaat met formule 3, ch3-(ch2)3-ch=ch~(ch2)7-ch2-o-c(=0)-ch3 10 als actief bestanddeel, eventueel te zamen met een vloeibare of vaste drager.

2. Samenstelling volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat deze een combinatie bevat, welke bestaat uit 5-90 gew.% 5(Z)-decen-l-olacetaat met formule 1, 5-90 gew.% 15 7(Z)-dodecen-l-olacetaat met formule 2 en 5-90 gew.% 9(Z)-tetradecen-l-olacetaat met formule 3 als actief bestanddeel.

3. Samenstelling volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat deze als vloeibare drager een inert oplosmiddel, bij voorkeur n-hexaan of dichloormethaan en/of een 20 niet-vluchtige vloeistof, bij voorkeur zonnebloemolie of paraf-fineolie bevat.

4. Insectenval voor he vangen van mannetjes van de wit-streeppijlstaart (Scotia segetum), met het kenmerk, dat deze als actief bestanddeel een combinatie bevat, welke 25 bestaat uit 1-98 gew.% 5(Z)-decen-l-olacetaat met formule 1, 1-98 gew.% 7(Z)-dodecen-l-olacetaat met formule 2 en 1-98 gew.% 9(Z)-tetradecen-l-olacetaat met formule 3 in een totale hoeveelheid van 0,001-3,0 mg, bij voorkeur 0,005-0,5 mg, eventueel opgelost in een inert oplosmiddel en/of visceuze vloei-30 stof en/of verwerkt tot een capsule.

5. Werkwijze voor het lokken en vangen van mannetjes van de witstreeppijlstaart (Scotia segetum), met het kenmerk, dat deze mannetjes worden blootgesteld aan de invloed van een insectenval welke een combinatie, bestaande 35 uit 1-98 gew.% 5(Z)-decen-l-olacetaat met formule 1, 1-98 gew.% 7(Z)-odecen-l-olacetaat met formule 2 en 1-98 gew.% 9(Z)-tetradecen-l-olacetaat met formule 3 in een totale hoe- 8302798 ---' - 14 - ! veelheid van 0,001-3,0 mg, bij voorkeur 0,005-0,5 mg, bevat.

6. Werkwijze voor verstoring van de paring van witstreep- pijlstaarten (Scotia segetum), met het kenmerk, dat in de atmosfeer een combinatie wordt afgegeven, welke be-5 staat uit 1-98 gew.% 5(Z)-decen-l-olacetaat met formule 1, 1-98 gew.%

7(Z)-dodecen-l-olacetaat met formule 2 en 1-98 gew.% 9(Z)-tetradecen-l-olacetaat met formule 3 met een snelheid van bij voorkeur 1,0-30,0 mg/ha/h, in het bijzonder 5,0-20,0 mg/ha/h. 10 » 8302798