NL8302685A

NL8302685A - Ventilatie-inrichting.

Info

Publication number: NL8302685A
Application number: NL8302685A
Authority: NL
Original assignee: Zwart Gerard Johannes De
Priority date: 1983-07-28
Filing date: 1983-07-28
Publication date: 1985-02-18
Also published as: EP0132872A1; NO842931L; DE3476095D1; EP0132872B1

Description

- 1 - r

VENTILATIE-INRICHTING

De uitvinding heeft betrekking op een ventilatie-inrichting van tenminste twee hoekvormige, tegen over elkaar verspringend geplaatste verti-5 cale groepen plaatvormige jaloezie-elementen, welke jaloezie-elementen langs hun beide langsranden zijn voorzien van een haakvormig teruggebogen formatie, welke formaties verspringend tegenover elkaar opgesteld staan en aan dezelfde zijde van de jaloezie-elementen zijn gelegen, waarbij door de naar binnen uitstekende formaties een zigzagvormige luchtdoorgang wordt 10 gevormd.

Een dergelijke inrichting is bekend uit het Franse octrooischrift no. 515.568. Bij de bekende inrichting doet zich het probleem voor, dat de tegenover elkaar verspringende verticale jaloezie-elementen met een halfcirkelvormig lijfgedeelte vernauwingen en verwijdingen in de luchtdoorgang 15 veroorzaken, en de luchtstroom zodanig terugbuigen, dat wervelingen in de doorgaande lucht ontstaan, die de vloeistofafscheiding bij de als vloei-stofafscheider dienende inrichting zouden bevorderen. Deze wervelingen betekenen echter extra weerstand voor de doorgaande luchtstroom, die zoveel mogelijk begrensd dient te worden, terwijl het afgevangen water 20 door de verticale jaloezie-elementen door de gevormde luchtwervelingen en stuwdruk van buitenaf weer in de luchtstroom terecht zal komen.

De uitvinding heeft ten doel deze nadelen te vermijden en voor een maximale waterkering te zorgen, zonder dat dit ten koste van de luchtdoor laatcapaciteit gaat.

25 Dit doel is volgens de uitvinding bereikt en de uitvinding wordt hierdoor gekenmerkt, dat de verticale jaloezie-elementen een recht lijfgedeelte hebben en de jaloezie-elementen tegenover elkaar verspringend staan opgesteld, en een groep vormen. De naast elkaar gelegen groepen bezitten dezelfde vrije doorgang, terwijl de in dezelfde richting naar 30 binnen gekeerde haakvormige randformaties zorgdragen, dat de binnentredende lucht zoveel mogelijk gestroomlijnd door de jaloezie-elementen wordt geleid, waarbij de wervelingen minimaal blijven en een maximale luchtstroomcapaciteit gewaarborgd is. Door het zigzagvormige ombuigen van de hoofdluchtstroom zullen de daarin meegevoerde waterdruppels aan de 35 buitenbocht door de relatief hoge centrifugaalkrachten worden afgescheiden. Hierdoor worden optimale voorwaarden voor de schijnbaar tegenstrijdige eisen van maximale ventilatie bij een zo groot mogelijke regenwering bereikt.

8302685 - * « - 2 -

De uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van een tekening, waarin bij wijze van voorbeeld een aantal uitvoeringsvormen van de ventilatie-.inrichting volgens de uitvinding zijn weergegeven.

In de tekening toont: 5 fig. 1 een aanzicht in perspectief van een uitvoeringsvorm van een ventilatie-inrichting volgens de uitvinding; fig. 2 een doorsnede door een jaloezie volgens de uitvoering; fig. 3 een gedeeltelijke langsdoorsnede door een van jaloezieën voorziene ventilatie-inrichting volgens de uitvinding; 10 fig· 4 een dwarsdoorsnede volgens de lijn IV-IV van fig. 3; fig. 5 een gedeeltelijke langsdoorsnede door een van jaloezieën voorziene ventilatie-inrichting zoals in fig. 3, doch met een derde jaloezie voorzien van éénhaakvormig teruggebogen langsrandformatie.

Figuur 1 is een aanzicht in perspectief van een uitvoeringsvorm van een 15 ventilatie-inrichting in mogelijke gebruiksstand.

Figuur 2 is een dwarsdoorsnede van een jaloezie 90 in een mogelijke gebruiksstand weergegeven. De jaloezie is een door middel van rollen vervaardigd plaatmetalen onderdeel en heeft een plat plaatvormig gedeelte 100, dat uitgevoerd is met een kanaalvormig onderdeel 101 dat langs een 20 langsrand loopt, en een ander kanaalvormig onderdeel 102 dat langs de tegenovergestelde langsrand van de jaloezie loopt onderling verbindt. De onderdelen 101 en 102 lopen op dezelfde zijde van het gedeelte 100 en hebben rechte zijden. De onderdelen 101 en 102 hebben een haak 103 en 104 aan de langsranden van de jaloezie. Daarnaast vormen de onderdelen 101 en 25 102 tesamen een paar van rechte evenwijdige zijden 105 en 106 en deze zijden staan onder een hoek van 90° met het gedeelte 100.

De onderdelen 103 en 104 vormen een afwateringskanaal voor de verzamelde waterdruppels, die door centrifugaalkrachten tegen het gedeelte 100 van de jaloezie worden afgescheiden.

30 Figuur 3 is een gedeeltelijke langsdoorsnede door een van jaloezieën voorziene ventilatie-inrichting volgens de uitvinding, waarbij een groep 107 van jaloezieën 90, zoals in fig. 2, is toegepast, verspringend tegenover elkaar opgesteld, terwijl zij met de ruggen 100, eveneens verspringend, zijn gefixeerd d.m.v. een nagel dan wel puntlasverbinding 110. De 35 jaloezieën 90 van de groep 107 vormen tesamen een bepaalde zigzag- verhouding die wordt opgelegd door de vorm van de onderdelen 103 en 104, waardoor een optimale luchtgeleiding ontstaat.

De zijde 108 van onderdeel 103 en 104 zorgt ervoor, dat de bij ontstane wervelingen in onderdelen 103 en 104 de afgescheiden waterdruppels niet 40 opnieuw in de luchtstroom 109 terechtkomen.

8302685 ♦'· J* - 3 -

De onderdelen 103 en 104 van de jaloezieën in groep 107 vormen afwateringskanalen met intrede-opening 123 die langs de langsranden van de jaloezieën 90 lopen voor het verzamelen en af voeren van waterdruppels die zijn afgescheiden door tangentiale werking door luchtdoorgangen 111 en 5 terechtgekomen zijn op de jaloezieën 90. De kanalen 103 en 104 staan bij het einde (onder) in verbinding met cnderdorpel 112, teneinde het water naar buiten af te voeren.

Figuur 4 toont een dwarsdoorsnede volgens de lijn IV-IV van figuur 3.

De jaloezieën 90 worden door middel van steunen 114 en 115 aan de boven-10 dorpel 113 en onderdorpel bevestigd.

Onderdorpel 112, afwaterend uitgevoerd onder een hoek van 15°, heeft een plat plaatvormig gedeelte 116, met een kanaalvormig onderdeel 117 dat onder een hoek staat van 105° met gedeelte 116.

De zijde 118 van onderdeel 117 draagt zorg dat het af gevangen water 15 niet opgestuwd wordt, en alsnog in de daarachter liggende ruimte terecht zou komen.

De zijde 119 staat onder een hoek van 105° met het gedeelte 116 en zorgt voor het effectief afvoeren van af gevangen waterdruppels.

Het onderdeel 120 bij de voorrand van de jaloezieën 90 vormt een 20 windscherm welk tot doel heeft om opstuwing van de afgevangen waterdruppels te voorkomen. Door de aanwezigheid van het windscherm 120 ontstaat direkt achter het onderdeel 120 een luchtstilstand. Door de dynamische druk van buitenaf (121) zullen de af gevangen waterdruppels versneld afgevoerd worden. Voorts vormt windscherm 120 met zijde 119 een waterafvoer 122 25 welke zonodig aangesloten kan worden op een centrale waterafvoer (drain).

Figuur 5 toont een gedeeltelijke langsdoorsnede door een van jaloezieën voorziene ventilatie-inrichting volgens de uitvinding zoals in figuur 3, doch voorzien van een derde jaloezie 90, uitgevoerd met één haakvormig teruggebogen langsrandformatie 103 en eveneens gefixeerd met de ruggen 100 30 d.m.v. een nagel danwel puntlasverbinding 110. Een van jaloezieën voorziene ventilatie-inrichting zoals in figuur 5 is in hoofdzaak geheel tegen extreme weersinvloeden bestand.

In plaats van het vervaardigen door middel van rollen van de jaloezieën, kunnen zij ook worden geëxtrudeerd of op een andere geschikte wijze worden 35 vervaardigd, en tevens van elk geschikt materiaal. De jaloezieën kunnen derhalve ook worden vervaardigd uit plaat van kunststof.

8302685

Claims

1. Ventilatie-inrichting met vaste verticale jaloezieën, met het kenmerk dat de jaloezieën zijn opgebouwd uit elementen die zijn voorzien van 5 kanaalvormige delen met een hoekige doorsnede, waarbij deze elementen rug aan rug verspringend aan elkaar zijn bevestigd, en zodanig in het kader van de ventilatie-inrichting geplaatst zijn dat een luchtstroom in een zigzagvormige baan gedwongen wordt, waarbij de zich in de luchtstroom bevindende vaste en vloeibare deeltjes via de kanalen van 10 de jaloeziedelen verticaal af gevoerd worden naar een onderdorpel.

2. Ventilatie-inrichting met vaste verticale jaloezieën conform conclusie 1), met het kenmerk dat de kanaalvormige delen van de jaloezie-elementen zo gevormd zijn, dat de kanaalopening (123) gericht is naar de intredende luchtstroom (109).

3. Ventilatie-inrichting met vaste verticale jaloezieën conform conclusies 1) en 2), met het kenmerk dat de aan de jaloeziedelen gevormde kanalen voorzien zijn van waterkerende randen (108).

4. Ventilatie-inrichting met vaste verticale jaloezieën conform conclusies 1), 2) en 3), met het kenmerk dat de jaloezieën uitgevoerd 20 worden met meer dan twee verspringende rug aan rug bevestigde elementen.

5. Ventilatie-inrichting met vaste verticale jaloezieën conform conclusies 1), 2), 3) en 4), met het kenmerk dat de onderdorpel (112) voorzien is van een windscherm (120) en een waterkerende rand (118).

6. Ventilatie-inrichting met vaste verticale jaloezieën, conform conclusies 1), 2), 3), 4) en 5), met het kenmerk dat het haakvormige gedeelte 103 en 104 meerhoekig dan wel rond kan zijn. 8302685