NL8302384A - Dissel, in het bijzonder voor een een- of tendemassige aanhanger van wegvoertuigen. - Google Patents

Description

/ ·

Dissel, in het bijzonder voor een eert- of tendanassige aanhanger van wegvoertuigen

De uitvinding heeft betrekking op een dissel, in het bijzonder voor êên~ of tendanassige aanhangers van wegvoertuigen, met V-vomtLg opgestelde disselbalken.

V-vormig uitgevoerde dissels van getrokken aanhangers 5 van 'wegvoertuigen vormen dankzij hun vaste verbinding met het frame cp de ophouw van de aanhanger een driehoek en hebben daarom een aanzienlijke vormvastheid.DLt ös algemeen gewenst -heeft anderzijds echter ook het nadeel, dat de stabiliteit van deze driehoek bij ongevallen zich in die zin kan doen gevoelen, dat de dissel, 10 bijvoorbeeld bij een aanrijding, zich in het trekkende voertuig kan boren. Als gevolg van de V-vormige uitvoeringsvorm werkt de gehele massa van de aanhanger gedurende de bij een ongeval optredende sterke vertraging op een enkel punt van het trekkende voertuig. Onafhankelijk van het feit, of de aanhangerkcppeling ge-15 durende het ongeval losgaat of gesloten blijft, bestaat nauwelijks een mogelijkheid, deze grote belastingen in de constructie voor . het monteren van de koppelingskogel van het trekkende voertuig te verdelen of cp te vangen, want de verbindingsplaatsen van deze constructie zijn binnen de zogenoemde "keukelzones" van 20 het trekkende voertuig aangebracht. Wanneer bij een ongeval de koppeling losgaat, kunnen de "kreukelzones" van het trekkende voertuig de puntvormige belasting door de dissel van de aanhanger niet zender meer opvangen, omdat zij voor een dergelijke belasting niet kunnen worden geconstrueerd.

25 De uitvinding heeft ten doel, dit nadeel cp te heffen.

Cm dit doel te bereiken is een dissel van de boven beschreven soort gekenmerkt, doordat de disselbalken in de naar de aanhanger-kcppeling toe liggende helft zijn voorzien van veryorroingen in de vorm van tenminste ëën knikplaats. Daardoor wordt bereikt, dat 30 bij te hoge belastingen de dissel van de aanhanger wordt vervormd en in de dissel van de aanhanger in zékere mate een "kreukelzone" 8302384

J

2 is ingebouwd. Daardoor wordt niet alleen vermeden, dat bijvoorbeeld bij een aanrijding de massa van de aanhanger via zijn dissel bij benadering puntvormig op het trekkende voertuig werkt, maar door de dan eerst plaatshebbende vervorming van de dissel een 5 aanzienlijk groter aangri jpingsvlak van de dissel op het trekkende voertuig wordt bewerkstelligd en daarmee het aangrij pingsvlak van de massa van de oprijdende aanhanger over een groter oppervlak wordt verdeeld en zodoende de "kreukelzones" aan de achterzijde van het voertuig in werking kunnen kanen.

10 De knikplaats in de disselbalken is bij voorkeur naar de buitenzijde van de V van de dissel toe gericht, zodat de afzonderlijke balken naar buiten toe kunnen uitknikken respectievelijk zich kunnen spreiden. Daarmee wordt vermeden, dat bij niet gewenst uitknikken naar binnen onder bepaalde omstandigheden 15 een onderlinge ondersteuning bij het op elkaar botsen van de beide geknikte balken plaatsheeft,

De knikplaats kan in de vorm van een vlakke uitbuiging zijn uitgevoerd, zij kan ook de vorm van een vlakke nitwelving hebben. Bij voorkeur zijn meerdere dicht op elkaar volgende knik- 20 plaatsen aangebracht. Daardoor is het vooraf bepaald knikken bij te hoge belasting beter gewaarborgd. Bij deze uitvoeringsvorm zijn de knikplaatsen op doelmatige wijze tegengesteld gericht op elkaar volgend uitgeyoerd, De knikplaatsen in de balken kunnen telkens in een hoek yan 25-45° liggen.

25 De uitvinding wordt hierna aan de hand van uitvoerings- voorbeelden onder verwijzing naar de bijgaande tekening nader toegelicht.

Fig, -1 is een gedeeltelijk perspectivisch aanzicht van een aanhanger V-vormige dissel, 30 fig. 2 is een bovenaanzicht van een detail van een dissel- balk, fig. 3 toont een andere uitvoeringsvorm overeenkomstig fig. 2 en fig. 4 toont nog een andere uitvoeringsvorm overeenkomstig 35 fig. 2.

8302384 e 3

Onder het voorste einde van de opfoouw 1 van de aanhanger 2 zijn de beide balken 3 en 4 van een V-vormige dissel aangebracht, die aan hun vrije einde samenlopen en de aanhangerkeppeling, bijvoorbeeld in de vorm van een kogelschaal 5, dragen.

5 In de naar deze aanhangerkeppeling 5 toe liggende helft zijn de beide balken 3 en 4 voorzien van vervormingen in de vorm van tenminste êen knikplaats.

Een dergelijke knikplaats is in fig. 2 in detail getekend. Balk 3 kan bijvoorbeeld in profiel C-vonnig zijn uitgevoerd, waarbij 10 de beide flenzen van het profiel ongeveer horizontaal en evenwijdig aan elkaar liggen. Vanaf de opbouw van de aanhanger gezien is de balk 3 eerst voorzien van een knik 6 naar binnen, die bij het hier weergegeven uitvoeringsvoorbeeld een hoek van 30° heeft.

Op korte afstand 7 volgt daarop een tegenknik 8 onder dezelfde 15 hoek van 30°, zodat tot nu toe rechtlijnige verloop van de balk is onderbroken en door de knik 6 en de tegenknik 8 een verplaatsing van de balk over 15 itm is bewerkstelligd.

Volgens een verder uitvoeringsvoorbeeld, dat in fig. 3 is getékend, is de balk 3 voorzien van meerdere op elkaar volgende, 20 telkens tegengesteld gerichte knikplaatsen 9 t/m 14, waarbij telkens de oneven genunmerde knikplaatsen naar binnen en de even genummerde knikplaatsen naar buiten zijn gericht. De op elkaar volgende knikplaatsen 9 en 10, 11 en 12, 13 en 14 sluiten telkens gelijke, tegengesteld gerichte hoeken in. Volgens het 25 hier weergegeven uitvoeringsvoorbeeld zijn deze hoeken met een toenemende stéilheid uitgevoerd, zodat de hoek bij de tegengesteld gerichte knikplaatsen 9 en 10 telkens bijvoorbeeld 20° bedraagt, de hoek bij de daarop volgende tegengesteld gerichte knikplaatsen 11 en 12 30° bedraagt, en de hoek bij de verder daarop volgende 30 knikplaatsen 13 en 14 45° bedraagt. Dienovereenkanstig nemen ock de verplaatsingen van de balkdelen achter de knikplaatsen ten opzichte van het rechtlijnige verloop toe van 5 urn tussen 9 en 10 tot 10 urn tussen 11 en 12 en tot 15 irm tussen 13 en 14. Door deze onregelmatige of aspmetrische opstelling van de knikplaatsen wordt 35 een grotere zekerheid tot het inleiden van het voorafbepaald knikken bij overbelasting bereikt.

8302384 4

Een andere mogelijkheid, de knikplaatsen uit te voeren, is in fig. 4 weergegeven. Daar is de balk 3 voorzien van een uitwelving 15 naar buiten, waarvan de straal bij het hier weergegeven uitvoeringsvoorbeeld aan de binnenzijde van de balk 3 5 30 mm bedraagt, waarbij de uitwelving ten opzichte van het recht lijnige verloop 15 inxi bedraagt. Door deze uitwelving naar buiten wordt bereikt, dat bij overbelasting de balk 3 zich op deze plaats naar buiten uitbuigt respectievelijk naar buiten uitknikt.

Alle in verband roet de uitvoeringsvoorbeelden gegeven 10 mate zijn slechts bij wijze van voorbeeld gegeven en dienen voor een goed begrip van de weergegeven uitvoeringsvorm.

Een dissel, in bijzonder voor ëén- of tendemassige aanhangers van wegvoertuigen, met V-vorroig opgestelde disselbalken. De disselbalken 3 en 4 zijn in de naar de aanhangerkoppeling 15 5 toe liggende helft voorzien van vervormingen in de vorm van tenminste êën knikplaats, 8302384

Claims (9)

1. Dissel, in het bijzonder voor één- of tendemassige aanhangers van wegvoertuigen, met V-vormig opgestelde disselbalken, met het kenmerk, dat de disselbalken (3 en 41 in de naar de aanhangerkoppeling (51 toe liggende helft zijn voorzien van ver- 5 vormingen in de vorm van tenminste één knikplaats.

2. Dissel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de knikplaats naar de buitenzijde van de V van de dissel toe is gericht.

3. Dissel volgens conclusie 1 of 2, mét het kenmerk, dat 10 de knikplaats' in de vorm van een vlakke ccbuiging is uitgevoerd.

4. Dissel volgaas conclusie 1 of 2, mét het kenmerk, dat de knikplaats in de vorm van een vlakke uitweiving (151 is uitgevoerd,

5. Dissel volgens êen van de voorgaande conclusies, 15 met het kenmerk, dat de meerdere dicht op elkaar volgende knikplaatsen (9, 10? 11, 12? 13, 141 zijn aangebracht.

6. Dissel volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de op elkaar volgende knikplaatsen telkens tegengesteld gericht zijn uitgevoerd.

7. Dissel volgens êen van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de knikplaatsen elk in een hoek van 25 tot 45° liggen.

8. Dissel volgens ëën van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat bij aanbrengen van meerdere knikplaatsen 25 (9 t/m 141 achter elkaar de cnbuighoeken van knik tot knik toenemend groter zijn uitgevoerd.

9. Dissel, in het bijzonder voor êën- of tendanassige aanhangers van wegvoertuigen, in hoofdzaak zoals beschreven in de beschrijving en/of weergegeven in de tekening* 8302384