NL8300139A - Werkwijze en inrichting voor het richten en aanvoeren van voorwerpen. - Google Patents

Werkwijze en inrichting voor het richten en aanvoeren van voorwerpen. Download PDF

Info

Publication number
NL8300139A
NL8300139A NL8300139A NL8300139A NL8300139A NL 8300139 A NL8300139 A NL 8300139A NL 8300139 A NL8300139 A NL 8300139A NL 8300139 A NL8300139 A NL 8300139A NL 8300139 A NL8300139 A NL 8300139A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
conveyor
preforms
cap
magnetic
rail
Prior art date
Application number
NL8300139A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Wicanders Ab
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Wicanders Ab filed Critical Wicanders Ab
Publication of NL8300139A publication Critical patent/NL8300139A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65GTRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
    • B65G47/00Article or material-handling devices associated with conveyors; Methods employing such devices
    • B65G47/02Devices for feeding articles or materials to conveyors
    • B65G47/04Devices for feeding articles or materials to conveyors for feeding articles
    • B65G47/12Devices for feeding articles or materials to conveyors for feeding articles from disorderly-arranged article piles or from loose assemblages of articles
    • B65G47/14Devices for feeding articles or materials to conveyors for feeding articles from disorderly-arranged article piles or from loose assemblages of articles arranging or orientating the articles by mechanical or pneumatic means during feeding
    • B65G47/1407Devices for feeding articles or materials to conveyors for feeding articles from disorderly-arranged article piles or from loose assemblages of articles arranging or orientating the articles by mechanical or pneumatic means during feeding the articles being fed from a container, e.g. a bowl
    • B65G47/1414Devices for feeding articles or materials to conveyors for feeding articles from disorderly-arranged article piles or from loose assemblages of articles arranging or orientating the articles by mechanical or pneumatic means during feeding the articles being fed from a container, e.g. a bowl by means of movement of at least the whole wall of the container
    • B65G47/1428Devices for feeding articles or materials to conveyors for feeding articles from disorderly-arranged article piles or from loose assemblages of articles arranging or orientating the articles by mechanical or pneumatic means during feeding the articles being fed from a container, e.g. a bowl by means of movement of at least the whole wall of the container rotating movement
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65GTRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
    • B65G47/00Article or material-handling devices associated with conveyors; Methods employing such devices
    • B65G47/02Devices for feeding articles or materials to conveyors
    • B65G47/04Devices for feeding articles or materials to conveyors for feeding articles
    • B65G47/12Devices for feeding articles or materials to conveyors for feeding articles from disorderly-arranged article piles or from loose assemblages of articles
    • B65G47/14Devices for feeding articles or materials to conveyors for feeding articles from disorderly-arranged article piles or from loose assemblages of articles arranging or orientating the articles by mechanical or pneumatic means during feeding
    • B65G47/1492Devices for feeding articles or materials to conveyors for feeding articles from disorderly-arranged article piles or from loose assemblages of articles arranging or orientating the articles by mechanical or pneumatic means during feeding the articles being fed from a feeding conveyor

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Specific Conveyance Elements (AREA)
  • Attitude Control For Articles On Conveyors (AREA)
  • Structure Of Belt Conveyors (AREA)
  • Belt Conveyors (AREA)

Description

* 1 A t ïferkwijze en inrichting voor het richten en aanvoeren van voorwerpen
Deze uitvinding betreft een werkwijze en een inrichting voor het lichten en aanvceren van voorwerpen/ in het bijzonder voorvormen van sluitdoppen van het type, voorzien van een schijfvormig paneel dat is ongeven 5 door een cilindrische wand, die eindigt in een vrije rand met een grijpraiddel, dat van de vrije rand uitsteekt.
Deppen, zoals afsdheurdeppen, zijn gevormd uit vlak planonateriaal en worden dan door verscheidene vervaardigingsstappen gevoerd, bijvoorbeeld cm te worden 10 voorzien van een afdichtingslaag, totdat zij uiteindelijk één voor één cp een speciale wijze worden toegevoerd aan een houder afdichtmachine. Gedurende deze vervaardigingsstappen moeten de deppen of voorvormen van deppen op een gecontroleerde wijze worden gericht en aangevoerd en dit brengt problemen 15 met zich mee, waarvoor reeds talrijke oplossingen zijn gesuggereerd.
Zo is het bekend, voorvormen van doppen van dit type, die zijn voorzien van grijpmiddelen die van hun vrije randen uitsteken, te richten en te sorteren en verscheidene 20 oplossingen zijn beschreven in de Amerikaanse octxoöischriften 3.300.022, 3.300.403 en 4.093.002. Bij deze bekende werkwijzen wordt getracht de dopvoorvormen voor te sorteren, door hen cp een bepaalde gecontroleerde wijze te richten, dat wil zeggen met de platte bovenoppervlakken in contact met een 25 dragend oppervlak. Tegelijkertijd of in aansluiting daarop worden de grijpniddelen, die van de depvoorvonren uitsteken, ook cp een voorafbepaalde wijze geplaatst, zodat de voorvormen daarna in deze gerichte en gecontroleerde stand êén voor één kunnen worden toegevoerd aan volgende bewerkingsstations, 30 zoals een houdersluitmachine. Deze bekende werkwijzen, die meestal berusten cp een ccnbinatie van centrifugaalkracht of 8300139 i v 2 conische gli joppervlakken en speciaal gerichte luchtstralen, bleken echter veel beperkingen te hebben. Er is slechts een beperkte sorteercapaciteit mogelijk en de dopvoorvormen worden dikwijls beschadigd als gevolg van mechanisch hanteren gedurende 5 het sorteerproces, hetgeen leidt tot ongewenst verdraaien van de grijpmiddelen en dergelijke. Verder is het lawaainiveau van deze sorteermiddelen storend hoog.
Het boven beschreven voorsorteren, dat wil zeggen de werkwijze voor het richten van voorwerpen qp een speciaal 10 gecontroleerde wijze ten opzichte van elkaar, waarbij alle voorwerpen qp dezelfde wijze worden gericht, dat wil zeggen met hetzelfde platte oppervlak in contact met een dragend oppervlak/ is bijvoorbeeld eerder toegepast voor andere sporten voorwerpen, dat wil zeggen voorwerpen zander van de · 15 voorwerpen uitstekende grijpmiddelen, zoals kroonsluitingen Voor flessen of soortgelijke sluitingen, zoals metalen schroefdeksels voor potten en dergelijke door middel van de inrichtingen, beschreven in het Duitse Offenlegungsschrift 2,306.329. Deze bekende inrichting omvat twee magnetische 2o banden van verschillende lengte, die tegenover elkaar staan en dezelfde aanvoerrichting hebben, welke banden qp een afstand van elkaar zijn geplaatst, die iets groter is dan de hoogte van de te sorteren voorwerpen. Als deze voorsorteer-methode echter wordt gebruikt voor het onderhavige doel, 25 dan zou slechts een van de bestaande problemen worden opgelost, namelijk dat van het richten van de dqpvoorvprmen op een gecontroleerde wijze, waarbij hun platte oppervlakken in contact zijn met één van de banden, maar bij deze bekende methode worden de yoorvormen niet zodanig verder gepositioneerd, 30 dat de uitstekende grijpmiddelen qp dezelfde wijze zijn gericht, in het onderhavige geval is dit tweede gecontroleerde richten van de grijpmiddelen een absolute eis voor de daaropvolgende aanvoer van de voorvormen naar de volgende bewerkingsstations. Verder is het voorsorteren of richten, dat in het Duitse 35 Offenlegungsschrift 2.306,329 is beschreven, moeilijk uitvoerbaar, 8 3 0 0 139 «Γ * 3 cmdat het een nauwkeurige balans tussen de twee magnetische wanden vereist en gemakkelijk leidt tot bedrijfsstoringen als gevolg van blokkeringen tussen de banden, in het bijzonder als deze bekende techniek wordt gebruikt voor dopvoorvormen met 5 grijptniddelen.
Het hoofddoel van de onderhavige uitvinding is het beschikbaar stellen van een werkwijze en inrichting voor het richten van voorvormen van sluitdcppen van het boven beschreven type en voor het aanvoeren daarvan, zorgvuldig op ëen lijn met 10 elkaar geplaatst en vast cpgesteld op dezelfde wijze, teneinde elk risico van beschadiging gedurende het sorteerproces uit te sluiten en waarbij het gehele sorteerproces desondanks met een grote capaciteit kan worden uitgevoerd.
Volgens de onderhavige uitvinding wordt dit in 15 hoofdzaak bereikt, doordat de dopvoorvormen in het wilde weg worden gedeponeerd op een dragend oppervlak, dat een aanvoer-* baan vormt voor het ëen. voor één transporteren van de ondersteboven liggende voorvormen naar een afvoeropening, waarbij de voorvormen in hun ondersteboven liggende stand tegen het 20 dragende oppervlak worden gehouden door een eerste krachtccriponent, die in hoofdzaak loodrecht op de aanvoerbaan is gericht en waarvan de grootte instelbaar is ten opzichte van het contactoppervlak van elke dcpvoorvorm tegen het dragende oppervlak, welke dopvoorvormen langs tenminste een deel van de aanvoerbaan 25 worden beïnvloed door een tweede krachtccnponent, die werkt in een andere richting dan de eerste krachtccnponent, zodat doppen, die niet ondersteboven liggen, worden verwijderd en worden teruggevoerd an opnieuw te worden gesorteerd en de ondersteboven liggende dopvoorvormen gedurende hun voortgezette 30 aanvoer langs die baan worden gedwongen samen te werken met een plaatsingsmiddel, cm te zorgen voor een gelijke plaatsing van de van de dopvoorvormen uitstekende grijpmiddelen.
Volgens een verdere verbetering van de uitvinding is de tweede krachtccnponent bij voorkeur zodanig gericht, 35 dat hij in hoofdzaak evenwijdig aan de transportband werkt.
8300139 4 4
Bij een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding woeden de dopvoorvormen toegevoerd aan het ondereinde van een relatief horizontale, schuinstaande, eindloze transportband om hun ondersteboven liggende stand te bereiken, waarna deze 5 ondersteboven liggende dopvoorvormen geleidelijk worden toegevoerd in een ruimte begrensd tussen de transportband en het plaatsings-middel voor het gelijk plaatsen van hun grijptniddelen, cm een rij achterelkaar liggende dopvoorvormen te vonten.
Het gebruik maken van een aanvoerbaan, waarop de 10 dopvoorvormen in het wilde weg worden gedeponeerd en dan worden onderworpen aan de eerste krachtoomponent A, waarvan de werking afhankelijk is van de stand waarin elke dop tegen het dragende oppervlak aanligt, geeft een uitstekende gelegenheid tot geleidelijk uitsorteren van "gedesoriënteerde" dopvoorvorrren onder invloed 15 van de tweede krachtoanponent B die werkt in de richting van en/of vanaf het dragende oppervlak, en die anders dan de zwaartekracht kan bestaan uit magnetische krachten of uit verschillende atmosferische drukkrachten, die aan het cppervlak van de drager werken. Deze extra krachten kunnen variabel en/of 20 regelbaar zijn.
In plaats van de zwaartekracht als de tweede kracht-corrponent te gebruiken, on onjuist gerichte deppen van het dragende oppervlak te verwijderen, kan deze tweede krachtocnponent worden uitgeoefend door middel van een mechanische, veerkrachtige 25 veger (borstel of dergelijke), het blazen van lucht, een contrar magneet of een vaaiumkracht, en dergelijke.
Een geschikte inrichting voor het toepassen van de uitvinding cravat een dragend oppervlak, dat een aanvoerbaan begrenst, die dopvoorvormen kan opnemen, welke aanvoerbaan 30 kan samenwerken met middelen voor het uitoefenen van een eerste krachtcamponent, die in hoofdzaak loodrecht op de aanvoerbaan is gericht, welke eerste krachtocnponent zodanig is gericht dat de depvoorvorroen ondersteboven liggend worden vastgehouden, terwijl niet ondersteboven liggende doppen van de aanvoerbaan 35 kunnen worden verwijderd door een tweede krachtoanponent, die 8300139 * * 5 werkt in een andere richting dan de eerste krachtccrrpcnent.
Bij een vooxkeursritvoeringsvorm van de inrichting volgens de onderhavige uitvinding erarat de inrichting een eindloze transportband en magnetisch werkende middelen, die samenwerken 5 met de transportband voor het vasthouden van de depvoorvormen cp de transportband in een ondersteboven liggende stand en een railvormig plaatsingsmiddel, dat cp een afstand boven de transportband is cpgesteld en dat is bedoeld voor het vast tegenhouden van ondersteboven liggende voorvomen in de ruimte 10 gevormd tussen de dat middel en de transportband, waardoor het grijpmiddel van de voorvormen cp de juiste wijze in dezelfde richting wordt gedraaid, welk railvormig middel samenwerkt roet een afvoerrail voor het regelbaar aanvoeren van volledig gerichte dopvoorvormen.
15 Bij een alternatieve uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding kan het dragende oppervlak bestaan uit een draaiende trommel of schijf of uit een eindloze riem. Bij deze uitvoeringsvorm worden de dopvoorvormen in de tremel aangeveerd en is het dragende oppervlak 20 begrensd door de binnenomtrek van de tremel. Afzonderlijke magnetische strippen, bedekt met een dunne sliplaag van niet magnetisch materiaal maakt het in dwarsrichting aanvoeren van de dopvoorvormen mogelijk door middel van een stationair, hoekig scheidingsorgaan, waardoor een variërende magnetische 25 tegenhoudkracht wordt uitgeoefend cp de in dwarsrichting bewegende depvoorvormen. Cp deze wijze zullen voorvormen, die met hm bovenzijde niet geheel in contact zijn met het dragende oppervlak, daarvan worden verwijderd, wanneer de tremel draait, als gevolg van het feit, dat de zwaartekracht 30 de dopvoorvormen suocessievelijk van het dragende oppervlak af zal verwijderen. Deze aanvoer in dwarsrichting van de depvoorvormen langs de binnenantrek van de tremel vergemakkelijkt ook aanzienlijk het verdere transport van de zodoende gerichte depvexorvormen, door ze over te brengen cp een stationaire transporteur, die 35 bijvoorbeeld is cpgesteld in verbinding met de bovenzijde van de tremel.
8300139
V
6
Andere karakteristieken van de uitvinding zullen worden geopenbaard in de kenmerken die in de conclusies zijn beschreven.
De uitvinding zal nu bij wijze van voorbeeld 5 nader worden toegelicht aan de hand van de volgende beschrijving onder verwijzing naar de bijgaande tekening.
Fig. 1 is een zijaanzicht van een eerste uitvoeringsvorm yan een inrichting volgens de uitvinding, met een gecombineerde trommel en transportband, die de dopvoorvormen hanteren, 10 fig. 2 is een gedeeltelijke doorsnede en een gedeelte lijk vooraanzicht van de inrichting volgens fig. 1, fig. 3 is een gedeeltelijk bovenaanzicht en een gedeeltelijke doorsnede van de inrichting volgens fig. 1, fig. 4 toont qp een grotere schaal een detail van 15 de inrichting volgens de fig. 1 t/m 3 en neer in het bijzonder het oyerbrengen van de deppen tussen de trcranel en de transportband, fig, 5 toont een deel van een band voor het aanvoeren yan doppen, waarop het principe van de onderhavige uitvinding 20 is toegepast, fig. 6 is een zijaanzicht van een tweede uitvoeringsvorm van de inrichting volgens da uitvinding, fig, 7 is een gedeeltelijk vooraanzicht van de inrichting volgens fig. 6, 25 fig, 8 is een vergrote weergave van een detail van het transporteurdeel van de inrichting volgens de fig. 6 en 7, en fig, 9 toont een vergrote weergave van een detail van de verhouding tussen de plaatsingsrail en de transportband 30 bij de inrichting volgens de fig. 6 t/m 8.
De figuren 1 t/m 4 tonen een eerste uitvoeringsvorm yan een inrichting volgens de onderhavige uitvinding. Dopvoorvormen 1 met een grijpmiddel la, dat uitsteekt van de mantel van de dop, worden aangevoerd in een opslaghouder 2, vanwaaruit zij via 35 een trilgoot 3 worden aangevoerd in een tronmel 4. Deze tranrel is inwendig bekleed met magnetische strippen, bedekt door een 8300139 7 dunne sliplaag van niet magnetisch materiaal (zie ook de fig. 2 t/m 4}.
De magnetische krachten, die door de magnetische strippen worden opgewekt, doen de dopvoorvormen hechten aan 5 de binnenwand en de draaiing van de trommel volgen. Dopvoorvonnen met hun gehele bovenzijde lb in contact met het dragende oppervlak, dat wil zeggen de sliplaag, zullen steviger worden vastgehouden en beter worden meegenomen dan voorvormen, die op enige andere wijze met het dragende oppervlak in contact 10 zijn.
Ben stationaire geleideplaat 5 duwt de dcpvoorvormen axiaal langs de binnencmtrek van de trommel terwijl zij op de sliplaag slippen. Omdat de afstand tussen de verschillende magnetische strippen zodanig is, dat voorvormen, die "onjuist" 15 liggen, door deze zijdelingse verplaatsing van het dragende oppervlak worden losgemaakt, terugvallen op de bodem van de trommel 4 en de behandeling opnieuw ondergaan. Voorbeelden van "geweigerde" dcpvoorvormen zijn bij 6 in fig. 1 aangegeven.
Wanneer de dcpvoorvormen het bovenste deel 7 van 20 de binnencmtrek van de trommel bereiken, worden zij maximaal beïnvloed door de zwaartekracht - hetgeen betekent door de tweede ' krachtocnponent - zodat slechts die dcpvoorvormen, die met de ylakke bovenzijde in contact zijn met het dragende oppervlak, verder zullen worden vervoerd naar de geleideplaat 8, die op 25 een zodanige afstand van de binnenwand van de trcnmel is opgesteld, dat de voorgevormde mantel gemakkelijk aider de plaat beweegt en het grijpmiddel de voorvorm op de juiste wijze draait, zodat hij de geleideplaat buiten de trarmel volgt, en cp de transporteur 9 wordt overgebracht, in dit geval een magnetische band, die ook 30 overeenkomstig het principe van de onderhavige uitvinding werkt.
De dcpvoorvormen, die van de trcnmel op de transporteur 9 worden overgebracht, zijn met hun bovenzijde in contact net de transporteur en zijn dus zelfs in dit stadium voldoende 35 gericht ara te worden geleid in een goot, die naar een dcppen- aanbrengmachine voert. Echter als extra beveiliging tegen gedes- 8300139 8 oriënteerde en niet gesorteerde voorvormen, worden de deppen nu op hun weg naar boven naar de zijkant van de band of riem geduwd door een geleideplaat, die in fig. 2 is getekend.
Wanneer zich in dit stadium, tegen de verwachtingen in, nog 5 onjuist gedraaide Voorvormen op de transporteur zouden bevinden, dan zullen deze in de houder 11 naar beneden vallen (fig. 2), terwijl de rest van de voorvormen verder wordt getransporteerd en uiteindelijk op ëën lijn wordt gébracht langs de rand van de riem of band. Onjuist gedraaide dopvoorvonren worden zodoende 10 teruggevoerd naar de houder 11, worden weer aan de band 9 gehecht, die bij voorkeur is voorzien van extra sterke magneten langs het randdeel 13, teneinde zowel juist als onjuist gedraaide yoorvormen omhoog te bewegen naar het horizontale deel. De krachtige magneet aan de linker rand van de transporteur 9 15 verliest zijn greep aan het horizontale deel en onjuist gedraaide yoorvormen zullen over de rand van de transporteur terugvallen in de terugvoergoot 10 en verder terug naar de houder 2.
Aan het uiteinde van het horizontale deel van de transporteur 9 zijn alle depvoorvormen op de juiste wijze 20 gericht en kunnen zodoende, indien nodig, gemakkelijk over 90° worden gedraaid, voordat zij in de goot 12 (fig. 11 worden geleid voor verder transport naar een doppenaanbrengmachine of dergelijke.
Fig. 2 geeft aan, hoe de magnetische strippen 15 25 qp afstand van elkaar aan de binnenzijde van de trommel 4 zijn aangebracht. Fig. 3 toont een laag 15' die, in plaats van uit axiaal gescheiden strippen, bestaat uit een laag met electro-magnetische windingen, die zodanig kunnen worden gemanipuleerd, dat een stripvormig magnetisch veld wordt gecreeërd, dat mogelijk 30 in zijdelingse richting beweegt. In het laatste geval kan een gecontroleerde zijdelingse verplaatsing van cp de juiste wijze gerichte depvoorvormen worden bereikt zonder hulp van geleide-platen 5 of 8.
Fig, 4 geeft aan dat de voorvormen uit de trommel 4 35 worden af gevoerd cp de transportband 9, waar zij langs de 8300139 9 rand worden gericht door een geleidemiddel 17.
Aan het einde van het horizontale deel van de transporteur 9 kunnen voorwonnen, die on welke reden dan ocik geen trekrlng hebben, gemakkelijk worden afgevoerd, 5 het middel 17 is ingericht, in het trekmiddel zelf te grijpen, terwijl de voorvormen langs de transporteur 9 worden aangevoerd.
Pig. 5 tocnt schematisch, hoe de voorvormen zijdelings van een eerste hanteringsmiddel worden overgebracht op een 10 transporteurmiddel 9, waarbij in het randdeel 13 sterke magnetische krachten worden toegepast met het doel, zelfs cnjuist gerichte topvoorvomen van de bodem van een houder 11 {fig. 2} op te tillen.
Pig. 6 toont een tweede uitvoeringsvorm van een 15 inrichting volgens de uitvinding, die in principe bestaat uit een in hoofdzaak horizontale toevoertransporteur 17 en uit een schuinstaande, eindloze transporteur 18 die mat deze transporteur 17 is verbonden, waarbij de transporteur 18 aan zijn tegenoverliggende einde samenwerkt met een in hoofdzaak 20 horizontale afwoertransporteur 19. Zoals net streepstippellij nen is aangegeven, kan een toevoerschacht 20 worden gebruikt In plaats van de toevoertransporteur 17.
Zoals uit de fig. 8 en 9 blijkt, loopt de transportband 18 over een aantal magnetische strippen 22, die cp 25 onderling gelijke afstand in de bewegingsrichting 21 coder de band 18 zijn opgesteld. Deze magnetische strippen kunnen op geschikte wijze in dwarsrichting of in langsrichting ten opzichte van de bewegingsrichting van de band 18 zijn opgesteld.
Zoals uit de fig. 7 en 9 blijkt, is een plaatsings-30 middel 23 in de vorm van een rail opgesteld boven de transportband .18, cp een zodanige afstand 24 van de band 18, dat de voorvormen 1 cp de juiste wijze onder de rail 23 worden geplaatst. De magnetische strippen zijn zodanig onder de band cpgesteld, dat zij slechts iets ander en dwars op de rail lopen. De 35 uitdrukking "cp de juiste wijze geplaatste voorvormen" zal 8300139 u ' 10 hier inhouden, dat het bovencppervlak lb van de voorvormen 1 in contact is net de band 18, en dat het grijpniddel la rust tegen de rand 23a van de rail 23. De plaatsingsrail 23 strekt zich bij voorkeur dwars over de band 18 uit, dat wil zeggen 5 begint aan het ondereinde 18a van een langsrand 18b van de band en nadert met zijn boveneinde de tegenoverliggende langsrand 18c, waar de rail een afvoerspleet 25 vormt, die samanwerkt met een luchtstraal die werkt in de richting van de pijl 26, zodat cnjuist gedraaide depvoorvormen 1 die 10 bij de spleet aankanen, worden weggeblazen en teruggevoerd naar het ondereinde 18a van de band 18 cm opnieuw te worden gesorteerd. Na deze opening 25 zet de rail 23 zich langs een in hoofdzaak recht deel 25a voort naar de daarmee verbonden afvoertransporteur 19. Voorvormen die zodoende op deze wijze 15 ëdn voor êên aankanen, op de juiste wijze gedraaid en met het grijpniddel in dezelfde stand, kunnen indien noodzakelijk worden gedraaid, zoals in fig. 6 is aangegeven.
De magnetische strippen 22 houden bij voorkeur onmiddellijk voor de opening 25 cp, teneinde het verwijderen 20 van eventueel onjuist gedraaide voorvormen door middel van blazen te vergemakkelijken.
Een andere en speciale magnetische strip 27, die ook onder de band 18 is opgesteld, loopt van de plaatsingsrail 23 - in de nabijheid van de spleet 25 - schuin naar boven en 25 weg van de rail 23, dat wil zeggen naar de langsrand 18b van de wand 18, Deze magnetische strip is bedoeld voor het weggeleiden yan afval uit de ruimte onder de rail 23, dat wil zeggen afval in de vorm van losse grijpmiddelen, manteldelen en dergelijke.
Een extra geleideplaat 28 kan zijn opgesteld aan het onderste 30 einddeel 18a van de band 18, cm een bepaalde vernauwing te vorman voor de voorvormen, die oorspronkelijk zijn bedoeld cm te worden gesorteerd, tussen deze geleideplaat 28 en het tegenoverliggende deel van de rail 23. Dit effect kan verder worden verstrekt door êên of meer magnetische strippen, die 35 in dit gebied werken, iets dikker te maken, em een grotere magne- 8300139
V
ll tische kracht te krijgen, zie de magnetische strip 22a in fig. 6.
De inrichting volgens de fig. 6 t/m 9 werkt als volgt.
5 Te sorteren dcpvoorvormen 1 warden in het wilde weg gedeponeerd cp de onderste zone 18a van de iets schuinstaande band 18 - hetzij door de getekende toevoertransporteur 17 en/of door een toevoerschacht 20 die met de onderste zone 18a samenwerkt. De voorvormen 1 worden dan omhoog gevoerd langs de band 10 18 en over de magnetische strippen 22, die aider de band 18 zijn opgesteld, en daardoor beïnvloed door de eerste kracht-ccnpcnent, naar de plaatsingsrail 23, die verder langs de band 18 is cpgesteld. Tot aan de plaatsingsrail heeft het voorsorteren van de voorvormen 1 plaats, welke met behulp van de magnetische 15 krachten iret hun vlakke bovenzijde 1b tegen de band 18 worden gedrukt, zoals bijvoorbeeld duidelijk blijkt bij A in fig. 8.
De voorvorm. 1 wordt in de stand A vastgehouden, omdat zijn vlakke bovenzijde 1b samenwerkt met twee magnetische strippen 22, die op afstand van elkaar over de band 18 zijn cpgesteld.
20 Dezelfde figuur boent hoe een "onjuist geleide" voorvorm - zie positie B in fig. 9 - zal worden teruggevoerd door de zwaartekracht, hetgeen betekent door de tweede kracht-conpcnent B, naar de enderste zone 18a van de band 18 cm opnieuw te worden gesorteerd. De gesorteerde voorvormen, nu 25 met hun platte oppervlakken lb in contact met de band 18 -zoals in positie A in fig. 9 - zullen naar de plaatsingsrail 23 worden bewogen terwijl de band geleidelijk in de richting van de pijl 21 beweegt, waardoor zij worden geplaatst tussen de rail 23 en de band 18, zoals in fig. 9 is getekend. Zodoende 30 zullen voorvormen die onder de rail 23 zijn gelegen waarbij het grijpmiddel la rust tegen de rand 23a van de rail 23, nu door de voortgezette beweging van de band 18 worden gedwongen, in deze stand continu naar de afvoerzane te bewegen en zodoende ook langs de opening 25. Eventueel overblijvende 35 "onjuist gedraaide" voorvormen zullen uiteindelijk door de 8300139 12 hierin uitmondende luchtstraal 26 worden verwijderd. Cm het transport van juist gerichte voorvormen naar de afvoertransporteur 19 via het in hoofdzaak rechte railstuk 25a te vergemakkelijken, zijn er in dit deel van de inrichting geen magnetische strippen 5 onder de band 18, De bovengenoemde speciale magnetische strip 27 is aangebracht, om afval in de vorm van losse grijpmiddelen en manteldelen, die zich onder de rail kannen verzamelen, gemakkelijk te kunnen verwijderen.
De uitvinding is vanzelfsprekend niet beperkt tot 10 de in de tekening weergegeven uitvoeringsvormen. De uitvinding kan qp velerlei wijzen worden gevarieerd binnen de cravang ‘ van de bijgaande conclusies. De transportband kan bijvoorbeeld zelf magnetisch zijn, met een op geschikte wijze ingestelde magnetische kracht, De magnetische velden kunnen ook tot stand 15 worden gebracht door zowel horizontale als verticale magnetische strippen, in welk geval de afstand tussen de aan elkaar grenzende strippen moet overeenkomen met de afmetingen van de dcpvoorvormen. Bij de uitvoeringsvorm volgens de fig.
6 t/m 9 kan de hoek van de eindloze transportband 18 20 yariëren tussen 0 en - 90°.
i 8300139

Claims (25)

1. Wëfkwijze voor het richten en aanvoeren van voorwerpen, in het bijzonder voorramen van sluitdcppen, die een schuifvormig paneel hebben, dat is angeven door een cilindrische wand, die eindigt in een vrije rand, met een 5 grijpmiddel dat van de vrije rand uitsteekt, met het kenmerk, dat de dopvoorvormen in het wilde weg worden gedeponeerd op een dragend oppervlak, dat een aanvoerbaan begrenst voor het een voor één transporteren van de voorramen in een ondersteboven liggende stand naar een afraeropening, waarbij de vooi> 10 yormen in hm ondersteboven liggende stand worden vastgehouden tegen het dragende oppervlak door een eerste krachtcorpanent (Al, die in hoofdzaak loodrecht op de aanvoerbaan is gericht en die in grootte instelbaar is ten opzichte van het contactoppervlak van elke dcpraorvorm tegen het dragende oppervlak, 15 waarbij de dcpvoorramen langs tenminste een deel van de aanvoerbaan worden beïnvloed door een tweede krachtconpcnent (Bl, die werkt in een andere richting dan de eerste kracht-ccnpcnent (Al, zodat niet ondersteboven liggende doppen worden verwijderd en teruggeraerd om opnieuw te worden gesorteerd 20 en dat de ondersteboven liggende dopvoorvormen gedurende hm voortgezette aanvoer langs die baan worden gedwongen samen te werken met een plaatsingsmiddel, teneinde een gelijke opstelling of plaatsing van de grijpraiddelen, die van de dopvoorvormen uitsteken, te waarborgen.
2. werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de kraditcanponent (Bl wordt gedwongen, in hoofdzaak evenwijdig aan de aanvoerbaan te werken.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de voorramen voor het ondersteboven plaatsen worden 30 gevoerd langs een baan, die is voorzien van afzonderlijke strippen van magnetische band, bedekt door een dunne, niet magnetische sliplaag.
4. Werkwijze volgens conclusie 1, 2 of 3, met het kenmerk, dat de dopvoorvormen worden aangeveerd aan het ondereinde 8300139 4 van een relatief horizontale, schuinstaande, eindloze transportband en dat de ondersteboven liggende dopvoorvorraen geleidelijk langs die band warden aangevoerd en in plaatsings-middelen voor het gelijk op een lijn brengen of plaatsen van 5 hun grijpmiddelen,' on een rij dopvoorvorraen te vormen die qp één lijn achterelkaar liggen, en die zo worden toegevoerd aan een afvoerstation.
5. Vferkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, raet het kenmerk, dat de krachtcaiponenten (A 10 respectievelijk B) die op de dopvoorvorraen werken, variabel en/of regelbaar zijn.
6. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, raet het 'kenmerk, dat de krachtccmponent (A). wordt uitgeoefend door magnetische middelen, die zijn qpgesteld in 15 samenwerking met de transporteur.
7. Vferkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de krachtccmponent' (Ai, die op de dqpvoor-vorraen werkt, wordt uitgeoefend door middel van vacuumkanalen, waarvan de cpeningen zijn aangebracht in de transportband.
8. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de krachtcanpcnent (B) wordt opgewekt door luchtstralen, die in dwarsrichting op of in langsrichting van de transporteur zijn gericht.
9. Inrichting voor het richten en aanvoeren van 25 dopyoorvormen, die zijn voorzien van een schijfvormig paneel, dat is omgeven door een cilindrische wand, die eindigt in een vrije rand raet een grijpmiddel dat van de vrije rand uitsteekt, voor toepassing van de werkwijze volgens conclusie 1, gekenmerkt door een dragend oppervlak, dat een aanvoefbaan (9? 16? 18} 30 begrenst voor het cpnemen van dopvoorvorraen (1, 6), welke aanvoerbaan is cpgesteld on samen te werken raet middelen (15, 22) voor het uitoefenen van een eerste krachtccnponent (Al die in hoofdzaak loodrecht op de aanvoerbaan is gericht, welke eerste canpcnent (Al de dopvoorvorraen (1, 6) ondersteboven kan vasthouden, 35 terwijl doppen die niet ondersteboven liggen, van de baan kunnen 8300139 fc.« 9 worden verwijderd door een tweede krachtccnpcnent (B), die in een andere richting werkt dan de eerste krachtcaipcnent CA).
10. Inrichting volgens conclusie 9, gekenmerkt door een eindloze transportband (18) en een mechanisch werkend 5 middel (22) dat samenwerkt met de transportband (18) cm de voorvormen (1, 6) ondersteboven liggend op de transportband (18) vasthouden en door een railvormig plaatsingsmiddel (23), dat cp een afstand boven de transportband (18) is cpgesteld en dat is bestemd, ondersteboven liggende voorvormen stevig 10 vast te houden in de ruimte gevormd tussen dat middel (23) en de transportband (18), waardoor de grijpmiddelen (la) van de voorvormen op de juiste wijze in dezelfde richting worden gedraaid, welk railvormig middel (23). samenwerkt met een afyoerrail (25a) voor het regelbaar aanvoeren van de geheel 15 gerichte dopyoorvormen (1).
11. Inrichting volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de transportband (18) schuin staat ten opzichte van het horizontale vlak en aan zijn ondereinde (18ai - gezien in de aanvoerrichting (21) van de band (18) - is ingericht om 20 samen te wecken met een aanvoertransporteur (17) of een aanvoerschacht (20) en aan zijn tegenoverliggende boveneinde is ingericht samen te werken met een afvoertransporteur (19).
12. Inrichting volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de aanvoertransporteur (17) en de afvoertransporteur (19) 25 bestaan uit eindloze transportbanden.
13. Inrichting volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de afvoertransporteur bestaat uit een magnetische transporteur.
14. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de magnetische krachtccnpcnent (A) wordt uitgeoefend door 30 middel meerdere magnetische strippen (22), die cp afstand van elkaar langs en ander de transportband (18) zijn cpgesteld.
15. Inrichting volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de magnetische strippen (22) in hoofdzaak dwars op de aanvoerrichting (21) van de transporteur (18) zijn cpgesteld en dat 35 de onderlinge afstand daarvan in hoofdzaak gelijk is aan de diameter van de dopvoorvorm. 8300139
16. Inrichting -volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de magnetische strippen (22) op die onderlinge afstand in de bewegingsrichting (21) van de transporteur zijn opgesteld.
17. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, 5 dat tenminste de eerste magnetische strip (22a) aan het ondereinde (18a) van de transporteur sterker is dan daaropvolgende magnetische strippen (22), teneinde aanvankelijk een grotere magnetische werking aan het ondereinde (18a) van de transporteur te bereiken.
18. Inrichting volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de plaatsingsrail (23) zich vanaf ëên langsrand (18b) van de transporteur in hoofdzaak naar de tegenoverliggende rand (18c). van de transporteur (18) binnen het gebied van zijn bovenste deel uitstrekt, waarbij de magnetische strippen (22), 15 die onder de transporteur (18) zijn opgesteld, zich iets onder het gebied van de plaatsingsrail (23) uitstrekken.
19. Inrichting volgens conclusie 18, met het kenmerk, dat de plaatsingsrail aan zijn boveneinde eindigt in een opening (25), die kan samenwerken met een luchtstraal (26) teneinde 20 verkeerd gerichte dopvoorvormen uit te werpen, waarbij de plaatsingsrail (23) na die opening (25) in hoofdzaak recht wordt en later op de afvoertransporteur (19) uitkant.
20. Inrichting volgens een of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het gebied dicht bij de 25 opening (25) vrij is van magnetische strippen (22), teneinde het verwijderen van verkeerd gedraaide dcpvoorvormen te vergemakkelijken.
21. Inrichting volgens een of meer van de voorgaande conclusies, gekenmerkt door een magnetische strip (27), die 30 cnder de transporteur en onder het bovenste deel van de rail is qpgesteld voor het verwijderen van afval in de vorm van losse grijpmiddelen of manteldelen, dat zich gedurende het sorteerproces aan de rail heeft verzameld.
22. Inrichting volgens conclusie 10, met het kenmerk, 35 dat het werkcppervlak bestaat uit een draaiende tremel (4) 8 3 0 0 1 3 9 * of schijf, die is cpgësteld an samen te werken net een eindloze band (91.
23. Inrichting volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat tenminste één stationair hoekig scheidingsorgaan (5, 8) 5 is cpgesteld boven het werkqppervlak (9, 161 teneinde een zacht gedwongen aanvoer van de depvoarvormen dwars op de bewegingsrichting van het oppervlak te bewerkstelligen.
24. Werkwijze voor het richten en aanvoeren van voorwerpen, in hoofdzaak zoals beschreven in de beschrijving.
25. Inrichting voor het richten en aanvoeren van dopvooryormen, in hoofdzaak zoals beschreven in de beschrijving en/of weergegeven in de tekening. 8300139
NL8300139A 1982-01-18 1983-01-14 Werkwijze en inrichting voor het richten en aanvoeren van voorwerpen. NL8300139A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
SE8200226 1982-01-18
SE8200226A SE435489B (sv) 1982-01-18 1982-01-18 Sett och anordning for att orientera och transportera kapsylemnen

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8300139A true NL8300139A (nl) 1983-08-16

Family

ID=20345739

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8300139A NL8300139A (nl) 1982-01-18 1983-01-14 Werkwijze en inrichting voor het richten en aanvoeren van voorwerpen.

Country Status (14)

Country Link
JP (1) JPS58125519A (nl)
AU (1) AU558114B2 (nl)
BE (1) BE895611A (nl)
CH (1) CH659231A5 (nl)
DE (1) DE3300162A1 (nl)
DK (1) DK17183A (nl)
ES (1) ES519073A0 (nl)
FI (1) FI830164L (nl)
FR (1) FR2519947B1 (nl)
GB (1) GB2113193B (nl)
IT (1) IT1163034B (nl)
NL (1) NL8300139A (nl)
SE (1) SE435489B (nl)
ZA (1) ZA83162B (nl)

Families Citing this family (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS62280115A (ja) * 1986-05-26 1987-12-05 Nippon Denso Co Ltd 部品の整送装置
NL9401416A (nl) * 1994-08-31 1996-04-01 Thomassen & Drijver Inrichting voor het richten van deksels.
US6491152B1 (en) 2001-04-09 2002-12-10 Gebo Corporation Conveyor assembly
CN102923625B (zh) * 2012-10-24 2015-05-06 杭州中亚机械股份有限公司 一种直线式多工位取盖装置
CA3102409A1 (en) 2018-06-06 2019-12-12 Doben Limited Magnetic workpiece conveyor for robotic welding cell
CN109108477B (zh) * 2018-09-19 2024-05-28 莆田学院 一种滤清器双排自动打码装置
CN117735166B (zh) * 2024-02-20 2024-04-19 云南浩翔包装制品有限公司 一种附带输送轨道防卡功能的牛奶瓶盖输送装置

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE1209053B (de) * 1962-01-02 1966-01-13 American Can Co Vorrichtung zur geordneten Einzelabgabe loser Teile mit einer flachen Aussenseite
US3300022A (en) * 1965-01-07 1967-01-24 Pneumatic Scale Corp Closure handling apparatus
US3330403A (en) * 1966-01-28 1967-07-11 American Flange & Mfg Method and apparatus for feeding articles
FR2099498A1 (nl) * 1970-07-21 1972-03-17 Fuji Photo Film Co Ltd
SE405961C (sv) * 1975-05-07 1982-03-15 Wicanders Korkfabriker Ab Anordning for orientering och frammatning av forslutningskapsyler eller dylikt
IN147410B (nl) * 1976-04-27 1980-02-23 American Flange & Mfg

Also Published As

Publication number Publication date
AU558114B2 (en) 1987-01-22
FR2519947A1 (fr) 1983-07-22
SE435489B (sv) 1984-10-01
CH659231A5 (de) 1987-01-15
BE895611A (fr) 1983-05-02
GB2113193B (en) 1985-02-06
FR2519947B1 (fr) 1985-11-22
DK17183A (da) 1983-07-19
FI830164L (fi) 1983-07-19
GB2113193A (en) 1983-08-03
IT8319157A0 (it) 1983-01-18
SE8200226L (sv) 1983-07-19
DK17183D0 (da) 1983-01-17
AU1050783A (en) 1983-07-28
ZA83162B (en) 1983-10-26
ES8404658A1 (es) 1984-05-16
GB8300187D0 (en) 1983-02-09
FI830164A0 (fi) 1983-01-18
JPS58125519A (ja) 1983-07-26
DE3300162A1 (de) 1983-07-28
IT1163034B (it) 1987-04-08
ES519073A0 (es) 1984-05-16

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5024042A (en) Bag filling and closing apparatus
US2905309A (en) Mail handling apparatus
US5203953A (en) Process and apparatus for conveying labels to be transferred to a (cigarette) pack
US4479573A (en) Gauging assembly for capsule orienting and turning apparatus
FI875392A0 (fi) Foerpackningsfoerfarande och foerpackningsautomat foer brevkuvert och foersaendelseaskar.
JPH09501103A (ja) 容器からの収縮スリーブまたは全周ラベルの剥離方法および装置
CA1196932A (en) Mail sorting machine with improved conveyor and envelope separating device
EP2750525B1 (en) Tobacco reclaim from waste cigarettes
US4295569A (en) Apparatus for sorting textile bobbins
NL8300139A (nl) Werkwijze en inrichting voor het richten en aanvoeren van voorwerpen.
EP0423272B1 (en) Apparatus for cutting apart cigarette packs in preparation for recovery of the tobacco in the cigarettes
JPH0834413A (ja) フォイルチューブ包装体の切断兼積重ね装置
US6357573B2 (en) Method and apparatus for separating and bringing together series of container bodies
EP0436304A1 (en) Method and apparatus for detipping loose cigarettes
US4440101A (en) Plant transfer mechanism
US4738367A (en) Magnetic refuse separator
US4593805A (en) System for sorting containers
US3623593A (en) Device for orienting and stacking frustoconical articles
US3764025A (en) Device for orienting and stacking frustoconical articles
US4805376A (en) Apparatus for ejecting cigarettes from a magazine
US4372437A (en) Gauging assembly for capsule orienting and turning apparatus
US6755606B2 (en) Jogging apparatus
CA2189669C (en) Apparatus and method for sorting packages or letters and other like objects
US5131545A (en) Method and apparatus for extracting the contents of envelopes
EP0646534B1 (en) The aligning of elongated objects

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BV The patent application has lapsed