NL8204931A - Langrolinrichting. - Google Patents

Langrolinrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL8204931A
NL8204931A NL8204931A NL8204931A NL8204931A NL 8204931 A NL8204931 A NL 8204931A NL 8204931 A NL8204931 A NL 8204931A NL 8204931 A NL8204931 A NL 8204931A NL 8204931 A NL8204931 A NL 8204931A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
belt
long
conveyor
driven
roll device
Prior art date
Application number
NL8204931A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Werner & Pfleiderer Haton Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Werner & Pfleiderer Haton Bv filed Critical Werner & Pfleiderer Haton Bv
Priority to NL8204931A priority Critical patent/NL8204931A/nl
Publication of NL8204931A publication Critical patent/NL8204931A/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A21BAKING; EDIBLE DOUGHS
    • A21CMACHINES OR EQUIPMENT FOR MAKING OR PROCESSING DOUGHS; HANDLING BAKED ARTICLES MADE FROM DOUGH
    • A21C7/00Machines which homogenise the subdivided dough by working other than by kneading
    • A21C7/01Machines which homogenise the subdivided dough by working other than by kneading with endless bands

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Food Science & Technology (AREA)
  • Control Of Conveyors (AREA)
  • Manufacturing And Processing Devices For Dough (AREA)

Description

ft * ^ -* ~w* * V*.
VO 4025
Titel: Langrolinrichting.
Bij het opmaken van deegwaren wordt, bijvoorbeeld voor het maken van stokbrood, gebruik gemaakt van een langrolinrichting, waarin een deegrol, verkregen door het oprollen van een tot een ronde plak uitgewalste hoeveelheid deeg wordt vervormd tot een deegstreng met de ge-5 wenste lengte.
Bekende langrolinrichtingen omvatten een of meer samenstellen van boven elkaar geplaatste, een plat deegroldoorlaatkanaal begrenzende, relatief beweegbare oppervlakken, zoals een dragende onderste eindloze transportband en een daarboven opgestelde stationaire drukplank en/of 10 twee boven elkaar opgestelde eindloze transportbanden, die met verschillende snelheden en tegengesteld kunnen worden aan gedreven, in welk geval tijdens het langrollen de verplaatsingssnelheid V van het deeg wordt bepaald door het snelheidsverschil van twee banden, volgens de formule V » (Vj-Vj)/^. Het voordeel van een dergelijk 15 twee-bandensysteem boven een drukplank-transportbandsysteem is dat met het twee-banden systeem, afhankelijk van de gekozen bandsnelheden, een groot aantal omwentelingen van de deegstreng, derhalve een intensief langroleffect kan worden verkregen bij een korte bandlengte.
Een bezwaar van het twee-bandensysteem is dat bij het daarop 20 overzetten van deegrollen of -strengen van een daaraan voorafgaand systeem problemen kunnen optreden.
In verband met het feit dat bij het langrollen van een door uitwalsen en oprollen van een deegbol verkregen deegrol, vooral indien tot grote lengte moet worden langgerold, een eenzijdig gerichte 25 wikkelspanning in de deegstreng wordt geïntroduceerd, waardoor de deegstreng kromtrekt, wordt het langrollen stapsgewijze in opeenvolgende rolbewerkingen met elke volgende rolbewerking tegengesteld aan de vorige, uitgevoerd.
Bijvoorbeeld bij een combinatie van een drukplank-transportband-30 systeem waarin de deegrollen ten opzichte van hun transportrichting achterwaarts rollen en een daarop aansluitend twee-bandensysteem, zal men de aandrijfrichtingen en -snelheden van deze twee banden zodanig moeten kiezen dat de deegrollen daarin voorwaarts rollen. Dit betekent dat de onderste, dragende band achterwaarts moet worden aangedreven 8204931 -2- en de bovenste, drukband voorwaarts en wel met een hogere snelheid moet worden aangedreven.
Het genoemde overzetprobleem ontstaat bij het overgeven van een deegrol of gedeeltelijk gevormde deegstreng van het voorgaande, 5 drukplank-transportbandsysteem, op het volgende, twee-bandensysteem. Tussen de twee naast elkaar gelegen keerrollen van de twee opeenvolgende systemen bevindt zich namelijk een spleet waar beide transportbanden naar toe bewegen. Een boven deze rollenspleet aangekomen deegrol zal door de banden in de spleet worden getrokken in plaats van op 10 de dragende band van het tweede systeem te worden overgezet.
De uitvinding beoogt dit overzetprobleem te vermijden.
Hiertoe is bij een inrichting, voorzien van een tijdens bedrijf van de inrichting tegengesteld aan de transportrichting aangedreven, ontvangende band en, gezien in de transportrichting daarvan, vooraf-15 gaande, in de transportrichting aangedreven, afgevende band, volgens de uitvinding boven de overzetzone een in de transportrichting werkzame transporteur aangebracht en zijn middelen aanwezig voor het bij aankomst van een deegrol in de overzetzone tijdelijk stilzetten van de ontvangende band.
20 Volgens de uitvinding wordt een in de overzetzone aangekomen deegrol door de bovenliggende transporteur over de rollenspleet heen op de tijdelijk stilstaande, ontvangende band gerold, zonder gevaar voor vermaling in de rollenspleet.
Bij een langrolinrichting, waarbij de ontvangende band deel 25 uitmaakt van een twee-bandensysteem kan de bovenliggende transporteur worden vervangen door een achterwaartse verlenging van de bovenliggende, in de transportrichting aangedreven drukband.
Het stilzetten van de ontvangende, dragende transportband van het twee-bandensysteem kan volgens de uitvinding worden gestuurd door middel 30 van signaleringsmiddelen voor de aanwezigheid van een deegrol in de overzetzone.
Een constructief eenvoudige en betrouwbare signalering kan worden uitgevoerd met behulp van een fotocelinrichting waarvan de lichtstraal schuin over de overzetzone is gericht. Aldus wordt de lichtstraal onder-35 broken vanaf het moment dat een deegrol de overzetzone binnenkomt tot 8204931 -3- aan het moment dat deze de overzetzone verlaat.
Naast het in het voorgaande besproken overzetprobleem, dat verband houdt met het overbruggen van een rollenspleet waar een deegrol in kan worden getrokken, heeft men nog te maken met een tweede overzetprobleem, 5 dat verband houdt met het feit dat de afgevende, veelal van het eerste, drukplank-transportbandsysteem deel uitmakende band, bepaald door de daaraan voorafgaande deelbewerkingen, een veel hogere snelheid heeft dan de ontvangende band van de twee-banden langrolsysteem, zodat, zelfs indien de ontvangende band niet, zoals voorgesteld, telkens wordt stopgezet, de 10 kans bestaat dat een deegstreng op de relatief traag bewegende ontvangende band doorrolt en een, voor een goed iangroleffect ongunstige positie inneemt.
Volgens de uitvinding kan dit tweede probleem worden vermeden door tussen de vóórgaands, afgevende band en de volgende, ontvangende band 15 een overzettransporteur toe te passen, waarvan het werkzame transportvlak ten opzichte van het deegrol-aanvoervlak van de voorgaande band omhoog helt naar het begin van de ontvangende band, waarbij de overzettransporteur kan worden aangedreven met een aanmerkelijk lagere snelheid dan de afgevende band.
20 In de praktijk blijken de deegrollen of -strengen, ondanks dat deze met hoge snelheid worden afgeleverd, zodanig door de omhoog hellende, relatief langzaam bewegende overzettransporteur worden afgeremd dat zij haaks op deze transporteur tot stilstand komen. Doordat zij bovendien met lage snelheid in de overzetzone aankomen kunnen zij bedrijfszeker en onder 25 behoud van de haakse positie, door de bovenliggende transporteur worden aangevat en worden overgezet op de tijdelijk stilstaande, ontvangende transporteur.
Indien nodig kan de overzettransporteur, tegelijk met de ontvangende band, periodiek worden stilgezet, om de kans op het in de rollenspleet tus-30 sen de transporteurs, nog verder te reduceren.
Teneinde een twee-banden langrolsysteem aan verschillende deeggewich-ten te kunnen aanpassen is bij voorkeur de drukband in hoogte instelbaar.
In geval dat als gevolg van bedieningsfouten de hoogte van de drukband foutief is ingesteld ten aanzien van de grootte van de aangevoerde 35 deegrollen, dan kan dit tot gevolg hebben dat de deegrollen niet door de drukband over de rollenspleet tussen de aanvoerende band en de ontvangende band worden overgezet, maar in de rollenspleet worden .8204931 -4- * gedrukt.
Volgens de uitvinding kan dit probleem worden vermeden door een niveautaster, die bij onjuiste hoogteins te Hing van de drukband een signaal geeft om de bewegingsrichting van de ontvangende band 5 om te keren. Deze loopt dan in dezelfde richting als de drukband en de zich daarop bevindende deegrollen worden getransporteerd zonder aan een langrolbewerking te worden onderworpen. Een dergelijke besturing van de onderste band van een twee-bandensysteem kan ook worden toegepast bij het verwerken van deegrollen waarvoor een langrolbewerking 10 niet nodig is.
Ter verduidelijking van de uitvinding zullen, onder verwijzing naar de tekening, enige uitvoeringsvoorbeelden van de langrolinrichting worden beschreven.
Fig. 1 en 2 zijn schematische zijaanzichten van twee uit-15 voeringsvormen van een langrolinrichting en fig. 3 is èen bovenaanzicht van de langrolinrichting volgens fig. 2.
In de uitvoeringsvorm volgens fig. 1 worden deegrollen 1 van een eerste langrolsysteem, samengesteld uit een stationaire drukplank 20 2 en een daaronder opgestelde, aangedreven transportband 3, overgezet op een tweede langrolsysteem, bestaande uit een bovenste, aangedreven drukband 4 en een daaronder opgestelde, aangedreven dragende band 5.
Het overzetten geschiedt in de zone boven de spleet 8 tussen einökeerrollen 6 en 7 van respectievelijk de banden 3 en 5.
25 Volgens de uitvinding wordt hiervoor gebruik gemaakt van een boven de zone van de rollenspleet 8 opgestelde in de transportrichting werkzame transporteur. In de uitvoeringsvorm volgens fig. 1 wordt gebruik gemaakt van een transportband 4 waarvan het achterste deel zich tot over de overzetzone boven de rollenspleet 8 uitstrekt.
30 - De deegrollen 1 worden op de transportband 3 onder de drukplank 2 aangevoerd met een snelheid welke wordt bepaald door voorafgaande bewerkingen van de deegrollen en deze snelheid is in verhouding hoog.
De snelheid V van de deegrollen in het langroltraject tussen de banden 4 en 5 is in verhouding laag en wordt bepaald door de respectieve band-35 snelheden en Vj.
8204931 * .........
-5-
De aankomst van een deegrol 1 in de buurt van de keerrol 6 van de band 3 wordt waargenomen door nader onder verwijzing naar fig.2 en 3 te beschrijven signaleringsmiddelen. Bij aankomst van een dergelijke deeg-rol bij de rol 6 wordt de band 5 tijdelijk stilgezet en de deegrol 1 5 wordt door het achterste deel van de band 4 over de rollenspleet 8 op de stilstaande band 5 gerold. Het verlaten van deze overzetzone door deze deegrol 1 wordt wederom waargenomen en de band 5 wordt weer in bedrijf gesteld. Het werkzame deel van de band 5 beweegt met een snelheid achterwaarts en de band 4 wordt aangedreven met een hogere 10 snelheid V^, zodat de deegrol 1 voorwaarts roterend wordt verplaatst met een snelheid gelijk aan (V^-Vj)/^.
In de uitvoeringsvorm volgens fig. 2 en 3 wordt tussen de banden 3 en 5, namelijk tussen hun keerrollen 6 en 7, gebruik gemaakt van een r overzet- of overgave-band 9. Het werkzame bovenpart van de band 9 helt 15 omhoog ten opzichte van het omlaag hellende laatste deel van het werkzame bovenpart van de band 3 en de band 9 wordt aangedreven met een lage snelheid, bijvoorbeeld lager dan de snelheid V2 van de band 5, welke weer lager is dan de aanvoersnelheid van de band 3. De met relatief grote snelheid op de band 3 aangevoerde deegrollen worden door het ver-20 schil in helling tussen de banden 3 en 9 en door het grote snelheids- verschil van deze banden afgeremd en de rollen komen zuiver haaks op de band 9 te liggen, zodat zij in de overzetzone bedrijfszeker kunnen worden overgezet op de tijdelijk stilstaande band 5, Het is mogelijk ook de band 9 tegelijk met de band 5, telkens voor het overzetten van een 25 deegrol 1, tijdelijk stil te zetten.
Het signaleren van de aankomst in en het vertrek uit de overzetzone van deegrollen 1 kan geschieden met behulp van een fotocelinrichting die in fig. 3 is aangegeven met 10,11. De lichtstraal 12 van de inrichting 10,11 loopt schuin over de overzetzone zodat, zoals duidelijk 30 blijkt uit fig.3, bij het naderen van de rol 7 een deegrol 1 de straal 12 onderbreekt en blijft onderbreken totdat de rol 1 de zone boven de keerrol 7 verlaat.
In fig. 2 is nog een eindschakelaar 13 aangegeven die de hoogte van de drukband 4 controleert in die zin dat bij onjuiste hoogte-instelling 35 van de band 4 om veiligheidsredenen de bewegingsrichting van de band 5 wordt omgekeerd in de zin dat het werkzame deel daarvan in dezelfde richting gaat lopen als het werkzame deel van de band 4.
8204931

Claims (8)

1. Inrichting, in het bijzonder langrolinrichting voor dee grollen,) voorzien van een tijdens bedrijf van de inrichting tegengesteld aan de transportrichting van de deegrollen aangedreven, ontvangende band en, gezien in de transportrichting van de deegstukken, daaraan vooraf-5 gaande, in de transportrichting aangedreven, afgevende band, met het kenmerk, dat boven de overzetzone een in de transportrichting werkzame transporteur is aangebracht en middelen aanwezig zijn voor het bij aankomst van een deegrol in de overzetzone tijdelijk stilzetten Vein de ontvangende band.
2. Langrolinrichting volgens conclusie 1, waarbij de ontvangende band deel uitmaakt van een twee-bandensysteem, met het kenmerk, dat de bovenliggende transporteur in de overzetzone is vervangen door een achterwaartse verlenging van de bovenliggende, in de transportrichting aangedreven drukband van het twee-bandensysteem.
3. Langrolinrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de ontvangende band besturende signaleringsmiddelen voor de aanwezigheid van een deegrol in de overzetzone zijn aangebracht.
4. 'Langrolinrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de signaleringsmiddelen een fotocelinrichting omvatten, waarvan de 20 lichtstraal schuin over de overzetzone is gericht.
5. Langrolinrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat tussen de -voorgaande, af gevende band en de volgende,ontvangende band een overzettransporteur is aangebracht, waarvan het werkzame transportvlak ten opzichte van het deegrol-aanvoer- 25 vlak van de voorgaande band omhoog helt naar het begin van de ont- vangende band, waarbij de overzettransporteur kan worden aangedreven met een aanmerkelijk lagere snelheid dan de afgevende band.
6. Langrolinrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat middelen zijn aangebracht om de overzettransporteur, tegelijk met de 30 ontvangende band, periodiek stil te zetten.
7. Langrolinrichting volgens een van de conclusies 2-6, met het kenmerk, dat de drukband in hoogte instelbaar is.
8. Langrolinrichting volgens conclusie 7, gekenmerkt door een niveautester, die bij onjuiste hoogteinstelling van de drukband een < 8204931 j "ΊΙ -7- signaal geeft aan de draagband-aandrijving, waardoor de draagband in dezelfde richting wordt aangedreven als de drukband. 8204931----------------
NL8204931A 1982-12-21 1982-12-21 Langrolinrichting. NL8204931A (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8204931A NL8204931A (nl) 1982-12-21 1982-12-21 Langrolinrichting.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8204931 1982-12-21
NL8204931A NL8204931A (nl) 1982-12-21 1982-12-21 Langrolinrichting.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8204931A true NL8204931A (nl) 1984-07-16

Family

ID=19840781

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8204931A NL8204931A (nl) 1982-12-21 1982-12-21 Langrolinrichting.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL8204931A (nl)

Cited By (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL2005609C2 (nl) * 2010-11-01 2012-05-02 Bakkersland Ip B V Inrichting voor het aanbrengen van decoratiemateriaal op een deegproduct.
EP3400803A1 (de) * 2017-05-09 2018-11-14 Fritsch GmbH Verfahren und vorrichtung zum ausrichten von gewickelten teigprodukten entlang einer bremsstrecke
US11425914B2 (en) 2010-11-09 2022-08-30 Frisch Bakery Technologies Gmbh & Co. Kg Device for orienting wound dough products in a defined end position

Cited By (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL2005609C2 (nl) * 2010-11-01 2012-05-02 Bakkersland Ip B V Inrichting voor het aanbrengen van decoratiemateriaal op een deegproduct.
EP2446744A1 (en) * 2010-11-01 2012-05-02 Bakkersland IP B.V. Device and method for spreading decoration material on a dough product
US11425914B2 (en) 2010-11-09 2022-08-30 Frisch Bakery Technologies Gmbh & Co. Kg Device for orienting wound dough products in a defined end position
US11744253B2 (en) 2010-11-09 2023-09-05 Fritsch Bakery Technologies GmbH & Co. KG Method and device for orienting wound dough products in a defined end position
EP3400803A1 (de) * 2017-05-09 2018-11-14 Fritsch GmbH Verfahren und vorrichtung zum ausrichten von gewickelten teigprodukten entlang einer bremsstrecke

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8001651A (nl) Inrichting voor het toevoeren van produkten naar een werkpost.
NL8902753A (nl) Werkwijze en inrichting voor het transporteren van uit een materiaalbaan gesneden materiaalbaandelen.
NL1003761C2 (nl) Doseerinrichting voor eieren of dergelijke in hoofdzaak ronde voorwerpen.
US5167315A (en) Carton aligner for two-way diverter
NL8000895A (nl) Inrichting voor het uit een deegbaan produceren van een aantal trapezoidale stukken deeg met dezelfde gerichtheid.
JPH0335221B2 (nl)
NL8202141A (nl) Inrichting voor het afvoeren van vellen.
NL8002967A (nl) Inrichting voor het selectief bepalen van de gerichtheid van stukken deeg.
US4122938A (en) Apparatus for toppling conveyed articles
US5095791A (en) Bread slicing machine
CA1085885A (en) Procedure for dispersing timber packages or batches and means for carrying out the procedure
US4311230A (en) Article feeding mechanism
NL8204931A (nl) Langrolinrichting.
US6361307B1 (en) Dough lump shaper
NL8401883A (nl) Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van stapels van buigzame vlakke produkten, in het bijzonder drukprodukten.
GB2044230A (en) Apparatus for stacking flat items of bakery
US4142624A (en) Bread accumulator
US20200290824A1 (en) Destacking conveyor
JP2553992B2 (ja) 供給物品のアキュームレーション装置
EP0290215A1 (en) Load spacing conveyor system
US6029800A (en) Conveyor for articles with wave-shaped rollers
NL7906965A (nl) Stelsel voor het toevoeren van voorwerpen.
GB1034055A (en) Means for feeding articles to conveyor and elevator systems
AU722473B2 (en) Method and apparatus for positioning of articles
NL9300012A (nl) Inrichting en werkwijze voor het zijdelings uitlijnen tegen een steunoppervlak van produkten die in een stroom voortbewegen

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
A85 Still pending on 85-01-01
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed