NL8203504A - Lastdrager. - Google Patents

Description

Hw/Mv/4 van der Wouden Lastdrager

De uitvinding heeft betrekking op een lastdrager voorzien van tenminste één zich over de carrosserie van het voertuig uitstrekkende ligger, bij het eind waarvan een op de carrosserie plaatsbare steun en een ten opzichte van 5 die steun beweegbaar klemorgaan is aangebracht.

Het doel van de uitvinding is’ om een lastdrager van het hierboven beschreven type te verbeteren zodanig dat deze geschikt is voor alle mogelijke typen voertuigen. Zo is het bekend dat het dak van een personenwagen kan zijn uit-10 gevoerd met een regengoot, waarin de lastdrager wordt afgesteund en waarop deze wordt vastgeklemd. Andere typen personenauto's missen deze regenlijst, zodat tot nu toe andere steunen noodzakelijk zijn.

De lastdrager volgens de uitvinding onder-15 scheidt zich doordat het klemorgaan beweegbaar aan een ten opzichte van de steun zwenkbaar tussenelement is gekoppeld, waarbij een spanelement tussen steun respectievelijk ligger en klemorgaan werkzaam is.

Met de voorgestelde constructie is het thans 20 mogelijk om na het plaatsen van de steun het klemorgaan door middel van het spanelement eerst tegen de carrosserie aan te drukken en vervolgens bij het verder spannen een beweging in de richting van de ligger langs de steun te laten uitvoeren. Zodoende kan het klemorgaan op alle willekeurige vormen van 2b carrosserie worden vastgeklemd, dat wil zeggen onder de regenlijst, onder de bovenzijde van een portieropening om de klep van de kofferruimte enzovoort.

In de voorkeursuitvoeringsvorm is het tussenelement om een dwars op de ligger gerichte eerste as zwenk-30 baar, waardoor het tussenelement niet veel breder dan de breedte van de ligger behoeft te zijn.

\Het klemorgaan kan om een aan de eerste as parallelle as tweede as zwenkbaar aan het tussenelement zijn 8203504 -2- gekoppeld. Als alternatieve uitvoeringsvorm kan het klemor-gaan tevens schuifbaar aan het tussenelement gekoppeld zijn.

Voor het verkrijgen van een voldoende klem-kracht is het klemorgaan bij voorkeur uitgevoerd met een zich 5 onder de ligger uitstrekkende arm met moerlichaam voor het opnemen van het als schroefbout uitgevoerd spanelement. Bovendien wordt hiermee een compacte constructie verzekerd.

Een vergrendelbare uitvoering wordt verkregen doordat de liggersteun is uitgevoerd met een opening voor 10 het bedienen van het spanelement, welke opening door een grendelorgaan afsluitbaar is. Hierdoor wordt'-.een onbevoegd loskoppelen van de lastdrager voorkomen.

Teneinde de steun aan te passen aan verschillende daklijnen respectievelijk dakhoeken is deze voorzien 15 van een om een aan de eerste of tweede as parallelle derde as zwenkbare voet. Bij voorkeur is de voet hierbij brugvormig uitgevoerd.

Anderzijds is het mogelijk om de ligger om een as parallel aan de eerste, tweede of derde as zwenkbaar aan 20 de steun te koppelen, waarbij de steun zonodig brugvormig kan zijn uitgevoerd.

De uitvinding heeft voorts betrekking op een lastdrager van het in de aanhef beschreven type, waarbij althans de door de liggersteunen en bovenvlak van de carros-25 serie begrensde ruimte is opgevuld door een vullichaam.

Dit vullichaam kan uit elastisch materiaal, bijvoorbeeld polyurethaanschuim zijn vervaardigd, maar bijvoorbeeld door spuitgieten, welk vullichaam de luchtweerstand vermindert. Dit vullichaam kan een aan de stroomlijn van de 30 carrosserie aangepaste vorm vertonen.

Bovengenoemde en andere kenmerken van de uitvinding zullen nader worden toegelicht in de hieronderstaande figuurbeschrijving van een aantal uitvoeringsvoorbeelden.

In de tekening toont: 35 Fig. 1 een perspectivisch aanzicht van het V J eind van een lastdrager-1igger, met een daaraan bevestigde steun en klemorgaan volgens de uitvinding,

Fig. 2 een staande doorsnede van de steun en 8203504 f , -3- klemorgaan uit fig. 1, ✓

Fig. 3 een zijaanzicht van de steun en klemor-gaan volgens fig. 1 toegepast bij een andere carrosserievorm, Fig. 4 en 5 elk een staande doorsnede van een 5 tweede uitvoeringsvorm van een steun met klemorgaan aan het eind van een lastdrager/1igger volgens een andere uitvoeringsvorm, in de klemstand respectievelijk de open stand,

Fig. 6 een zijaanzicht van een helft van een lastdrager met een steun volgens fig. 4 respectievelijk 5 en 10 een daarop geklemd accessoir,

Fig. 7 een staande doorsnede van het eind van een lastdrager/ligger met een derde uitvoeringsvorm van de steun en klemorgaan, alsmede voorzien van een vullichaam,

Fig. 8 een perspectivisch aanzicht van een 15 lastdrager volgens fig. 7 met gewijzigd voetdeel,

Fig. 9 en 10 een tweetal dwarsdoorsneden van de lastdrager uit fig. 7 of 8.

Met het referentiecijfer 1 is in de figuren de ligger van de lastdrager aangegeven. De ligger kan van elk 20 passend materiaal zijn vervaardigd en kan een gesloten respectievelijk open kokerprofiel zijn, afhankelijk van de toepassing van de lastdrager als steun voor accessoires of als dwarsbalk voor een imperiaal. Het einde van de ligger is door middel van een klinknagel 2 vast bevestigd aan een steun 3, 25 aan de onderzijde waarvan een brugvormige voet 4 zwenkbaar om een as 5 is aangebracht. De steun 3 is vervaardigd uit plaatmateriaal, zodanig dat in de holle ruimte daarvan een klemorgaan 6 kan worden opgenomen. Dit klemorgaan is in bovenaanzicht ü-vormig en vertoont een in het huis uitstekende dub-30 bele arm 7. Aan de bovenzijde is het U-vormige klemorgaan door middel van een as 8 zwenkbaar bevestigd aan een tussen-lichaam 9, wat zwenkbaar is om een in het huis van de steun 3 opgenomen as 10 is. Tussen de plaatarm 7 is een dwarsbeugel 11 aangebracht, dat is voorzien van een moerlichaam 12 voor __ 35 het opnemen van een schroefbout 13. De kop van de schroefbout is afgesteund in een uitstulping 14 van de ligger 1.

\Het klemorgaan is door middel van een op zichzelf bekend telescopisch klemsysteem 15 qua lengte verander- 8 2! 0 3 5 0 4 -4- baar. Het klemorgaan is aan de onderkant voorzien van een omgebogen flensdeel 16, dat door middel van een zacht materiaal is bedekt.

In de holte van de ligger 1 is een schuifstuk 5 17 aangebracht, waarvan de uiterste stand wordt begrensd door een vast in de zijwand van de ligger 1 opgenomen pen 18, die door een sleufgat 19 van het schuifstuk 17 steekt. Het schuifstuk is aan het vrije einde voorzien van een slotmecha-nisme 20, waarbij de schacht 21 van het slotlichaam een 10 sleufvormige uitsparing 22 vertoont. Bij de in fig. 2 getekende stand van de schacht 21 is een verschuiving van schuifstuk 17 over de lengte van het sleufgat 19 mogelijk.' Bij het verdraaien van de schacht 21 over 90° zal het eindvlak van de schacht 21 tegen de pen 18 stuiten, waardoor verschuiven 15 wordt voorkomen. Het schuifstuk is aan de bovenzijde voorzien van een verdiept wandgedeelte 23, dat is voorzien van een opening 24. In de naar rechts geschoven stand van het schuifstuk 17 strookt het gat 24 met de kop van de schroefbout 13. Hierdoor is een sleutel door het gat 24 in de inwendige zes-20 kant van de kop van de schroefbout te voeren, waardoor de bout te verdraaien is.

Een drukveer 25 .zorgt ervoor dat het schuifstuk 17 naar links in fig. 2 is voorgespannen.

De werking van de getoonde inrichting volgens 25 fig. 1-3 is als volgt: bij het plaatsen van de voet 4 op de bovenkant van de carrosserie, zie lijn 26, zal de voet 4 zich dankzij de zwenkconstructie rond de as 5 aanpassen aan de carrosserievorm. Na het op lengte brengen van het klemorgaan middels de boutverbinding 15 kan door het indrukken van het 3° schuifstuk de kop van de schroefbout 13 worden bereikt en de schroefbout zelf worden verdraaid. Hierdoor zal de arm 7 omhoog worden getrokken, waardoor het klemorgaan 6 om de pen 8 zal draaien tegen de wijzers van de klok in, totdat de flens 16 aan de onderzijde van een uitstekend deel van de carros-35 serie valt. Bij het verder draaien van de schroefbout 13 zal & de arm 7 verder omhoog worden getrokken, hetgeen mogelijk is \ omdat het tussenelement 9 zal gaan draaien om de pen 10, waardoor het draaipunt 8 omhoog beweegt onder meeneming van 8203504 I , -5- het klemorgaan 6. Hierdoor kan er voldoende klemming tussen de flens 16 en de voet 4 tot stand worden gebracht. Door het uittrekken van het gereedschap uit de kop van de schroefbout 13 springt het schuifstuk 17 .onder invloed van de veerkracht 5 25 terug, waarna de gebruiker door het verdraaien van de slotschacht 21 het schuifstuk 17 vergrendelt.

Hierbij zij opgemerkt dat de bovenzijde van de ligger 1 kan zijn uitgevoerkl met een sleufgat 28 waardoorheen accessoires kunnen worden ingelaten, welke accessoires door 10 middel van de rand 29 van het verdiept gedeelte van het schuifstuk 17 kunnen worden vastgeklemd.

Thans wordt de uitvoeringsvorm volgens fig. 4 en 5 beschreven. Dezelfde onderdelen met overeenkomstige functie worden met dezelfde referentiecijfers als die in de 15 hierboven beschreven uitvoeringsvorm gebruikt.

In deze uitvoeringsvorm is de ligger 1 om een as 30 zwenkbaar aan de steun 3 gekoppeld. De steun zelf is aan de onderzijde voorzien van een brugvormig vast daaraan bevestigd voetdeel 4.

20 Het klemorgaan 6 is de pen 8 draaibaar beves tigd aan het tussenelement 9, dat zwenkbaar is om een pen 10, die vast in de voet 3 is opgenomen. Het klemorgaan 6 is op overeenkomstige wijze als in de uitvoeringsvorm in fig. 1 uitgevoerd met het telescopisch deel dat door middel van een 25 boutverbinding 15 vastzetbaar is. Het ondereinde is voorzien van een door een beschermingslaag bedekte flens 16. Voorts is het klemorgaan 6 voorzien van een arm 7 waaraan een schroef-lichaam 12 vast is bevestigd voor het opnemen van een schroefbout 13.

30 De voet 3 is aan de bovenzijde uitgevoerd met een kap 31 welke eveneens om de pen 10 draaibaar is. De kap is uitgevoerd met een grendelpen 32, waaromheen de uitsparing van een grendel 33 kan vallen. De grendel 33 is om een as 3 zwenkbaar in de voet 3 bevestigd. De grendel 33 is aan de 35 andere zijde van de as 34 uitgevoerd met een drukstuk 35, wat door middel van een veer 36 van de voet 3 wordt weggedrukt.

% De as 34 dient tevens voor het opnemen van een uitsparing 37 \ 4 8203504 -6- van de voet 38 van een op de ligger 1 te plaatsen accessoire, zie fig. 6, welke accessoire verder buiten het kader van de uitvinding valt. De kap 31 is zodanig bemeten dat de voet 38 van de accessoire na het plaatsen is bedekt en door de gren-5 del 33 gelijktijdig is vergrendeld, welke vergrendeling door een slotmechanisme 39 is te blokkeren. Daartoe is het slot uitgevoerd met een lip 40 welke achter een rand 41 van het huis 3 kan worden verdraaid.

De werking van deze uitvoering is als volgt: 10 Bij het plaatsen van de steun 3 op de daklijn 26 van een carrosserie zal deze zich automatisch qua stand aanpassen door de verzwehking rond de pen 34, waarbij het brugvormige voetdeel 4 een stevige plaatsing waarborgt. Uitgaande van de stand in fig. 5, waarbij vooraf het klemorgaan 15 6 op de juiste lengte is ggebracht, zal door het met de hand terugdraaien van het klemorgaan 6 tot bij de carrosserie en het vervolgens aandraaien van de bout 13, eerste een verdraaiing van het klemorgaan om de pen 8 plaatsvinden door het omhoogtrekken van de arm 7. Hier steunt de bout 13 op de bo-20 dem van de steun 3 af. De bout is bereikbaar door de kap 31 omhoog te zwenken rond de pen 10.

Zodra de flens 16 de carrosserie heeft geraakt zal door de tegenkracht bij het verder draaien van de bout 13 de arm 7 het klemorgaan 6 omhoog meenemen, waarbij het tus-25 senlichaam 9 met de wijzers van de klok meezwenkt om de pen 10. Hierdoor wordt er voldoende klemkracht tot stand gebracht voor het stevig bevestigen van de steun 3 op de carrosserie. Vervolgens kan de kap 31 omlaag worden gedrukt waardoor de grendel 33 om de pen 32 snapt. Door het verdraaien van de 30 slotlip 40 kan de kap 31 worden geblokkeerd. Zonodig kan vooraf de voet van het accessoire worden geplaatst volgens fig. 4.

Fig. 6 laat het linker deel van een lastdrager met accessoire zien, welk accessoire hier wordt afgebeeld als 35 een skidrager, die verder buiten het kader van de uitvinding \J}) valt. Het linker deel is ten opzichte van het rechter deel \van de lastdrager te verschuiven door middel van een telescopische klemconstructie 41, welk als een bekende techniek 8203504 1 t -7- wordt beschouwd. Het zal duidelijk zijn dat de rechter zijde van de lastdrager eveneens met een hierboven beschreven voet-deel, hoewel niet noodzakelijk kan zijn uitgevoerd.

In fig. 7 en 8 is een derde uitvoeringsvorm 5 van de steun van een lastdrager getoond. De ligger 1 is aan de onderzijde vast bevestigd op een steun 3 door middel van klinknagels 2. De steun heeft hierbij aan de voetzijde een aan de carrosserielijn 26 aangepaste vorm, hoewel desgewenst een zwenkbare voet 4 volgens fig. 1 kan worden toegepast.

10 Het klemorgaan 6 bestaat hier uit een ü-vormig profiel, dat schuifbaar in het tussenelement 9 is opgenomen. Het tussenelement 9 is rond de as 10 zwenkbaar aan het einde van de ligger 1 bevestigd. Het klemorgaan 6 heeft een door middel van de klinknagel 42 vast daaraan bevestigde arm 7, 15 welke is voorzien van een schroefgat 12 voor het opnemen van een schroefbout 13. De kop van de bout 13 steunt af op een uitstulping 14 in de bodem van de ligger 1. Tussen de bodem van de ligger is een drukveer 43 geplaatst.Het klemorgaan 6 is weer uitgevoerd met een beschermde flens 16. De werking 20 van deze eenvoudige uitvoeringsvorm is als volgt: bij het plaatsen van de steunen 3 op de daklijn 26 kan in losgedraaide toestand het klemorgaan 6 tegen de wijzers van de klok worden verdraaid om de as 10 onder meeneming van het tussen-lichaam 9. Zodra de flens 16 tegen de carrosserie rust zal 25 door het verder draaien van de bout 13 de arm 7 omhoog worden bewogen onder meeneming van het klemorgaan 6 in de schuifge-leiding van het tussenelement 9. Hierdoor wordt de gewenste klemstand bereikt.

Vanzelfsprekend is deze uitvoeringsvorm uit te 30 breiden met de hierboven vermelde zwenkvoet 4 respectievelijk vergrendelingen voor het afsluiten van de kop van de bout 13.

Opgemerkt zij dat in deze uitvoeringsvorm de ruimte die wordt begrensd door de onderzijde van de ligger 1, de zijkanten van de steun 3 en de lijn 26 van carrosserie kan 35 worden opgevuld door een vullichaam 45. Dit vullichaam kan in dwarsdoorsnede elke gewenste vorm vertonen, zie fig. 9 en 10 u en is aangepast aan de specifieke lijn 26 van de carrosserie, w Het vullichaam bestaat hier uit een spuitgietmateriaal, bij- 8203504 -8- ' t voorbeeld polyurethaan, welk materiaal enigszins flexibel is teneinde de belastingskrachten van de ligger 1 in verticale zin te kunnen opnemen. Bovendien kan de buitenomtrek van het vullichaam 45 elke gewenste aan de stroomlijn aangepaste vorm 5 vertonen. De voor- en achterwand van het vullichaam 45 strekt zich in de voorkeursuitvoeringsvorm uit tot voorbij de zijwand van de ligger 1, hetgeen het esthetisch aanzicht van de gehele lastdrager verhoogt.

De uitvinding is niet beperkt tot de hierboven 10 beschreven uitvoeringsvormen. Zo zijn vele variaties en combinaties van de verschillende beschreven uitvoeringsvormen toepasselijk. Het vullichaam 45 kan bijvoorbeeld zijn toepassing vinden in de uitvoeringsvorm van fig. 1 respectievelijk 4.

J

V 8203504

Claims (13)

1. Lastdrager voorzien van tenminste één, zich over de carrosserie van een voertuig uitstrekkende ligger, bij het eind waarvan een op de carrosserie plaatsbare steun, en een ten opzichte van die steun beweegbaar klemorgaan is 5 aangebracht, met het kenmerk, dat het klemorgaan (6) beweegbaar aan een ten opzichte van de steun zwenkbaar tus-senelement (9) is gekoppeld, waarbij een spanelement (13) tussen steun respectievelijk ligger en klemorgaan werkzaam is.

2. Lastdrager volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het tussenelement om een dwars op de lig ger gerichte eerste as zwenkbaar is.

3. Lastdrager volgens conclusie 1 en 2, met het kenmerk, dat het klemorgaan om een aan de eerste as 15 parallelle tweede as zwenkbaar aan het tussenelement gekoppeld is.

4. Lastdrager volgens conclusie 1 en 2, met het kenmerk, dat het klemorgaan schuifbaar aan het tussenelement gekoppeld is.

5. Lastdrager volgens conclusie 1-4, met het kenmerk, dat het klemorgaan is uitgevoerd met een zich onder de ligger uitstrekkende arm met moerlichaam voor het opnemen van het als schroefbout uitgevoerd spanelement.

6. Lastdrager volgens conclusie 5, met het 25 kenmerk, dat de ligger of de steun is uitgevoerd met een opening voor het bedienen van het spanelement, welke opening door een vergrendelorgaan afsluitbaar is.

7. Lastdrager volgens conclusie 1-6, met het kenmerk, dat de steun is voorzien van een om een aan de 30 eerste of tweede as parallelle derde as zwenkbare voet.

8. Lastdrager volgens conclusie 1-7, met het kenmerk, dat de steun is voorzien van een brugvormige voet.

\9. Lastdrager volgens één der voorgaande 35 conclusies, met het kenmerk, dat de ligger om een as 8203504 * -10- parallel aan de eerste, tweede of derde as zwenkbaar aan de steun is gekoppeld.

10. Lastdrager voorzien van tenminste één zich over de carrosserie van het voertuig uitstrekkende ligger, 5 aan weerseinden waarvan een op de carrosserie plaatsbare steun en een ten opzichte van die steun beweegbaar klemorgaan is aangebracht, met het kenmerk, dat althans de door de ligger, steunen en bovenvlak van de carrosserie begrensde ruimte is opgevuld door een vullichaam.

11. Lastdrager volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat het vullichaam van elastisch materiaal is.

12. Lastdrager volgens conclusie 10 en 11, met het kenmerk, dat het materiaal polyurethaanschuim is.

13. Lastdrager volgens conclusie 10, voorzien 15 van één der kenmerken volgens de conclusies 1-9. O \ 8203504