NL8120423A - - Google Patents

Description

« jfjl V ' '1 t 1 81 2 04 21 #Γ': * j

Uniscope, Inc., P.O. Box J, 310 W. So. 1st, Johnstow^, ~~*™**«<.*ί

Colorado 80534, U.S.A.

Voerblok voor dieren samengesteld uit melasse en calcium oxide 5

Achtergrond van de uitvinding 1. Onderwerp van de uitvinding

De uitvinding heeft betrekking op een voerblok voor 10 dieren samengesteld uit melasse en calcium oxide en op een werkwijze voor de bereiding daarvan. Het melasse-calcium oxide voerblok voor dieren kan gebruikt worden als een aanvulling op het voer voor dieren en kan eveneens bevatten: mineralen, niet-proteïne stikstof, zout, vitamine en medicij-15 nen. Het voerblok voor dieren kan ook gebruikt worden in de vorm van kleinere aparte deeltjes bijvoorbeeld korrels.

2. Stand van de techniek

Volgens de stand van de techniek zijn voor het vervaardigen van vaste voerblokken voor dieren verschillende werk-20 wijzen voorgesteld. Het Amerikaanse octrooischrift nummer 4.027.043 van Schroeder et al beschrijft een aanvullend voer voor dieren in vaste blokvorm vaarvan de samenstellende delen in hoofdzaak bestaan uit melasse en stolmiddelen bestaande uit een fosfaat of fosforzuur en een metaal oxide of zout 25 in voldoende hoeveelheden en verhoudingen om het produkt in vaste toestand te brengen. Het fosfaat stolmiddel kan een in water oplosbaar fosfaat of fosforzuur zijn geschikt voor het gebruik als voer. Daaronder vallen ammonium of alkali metaal fosfaten en verschillende fosforzuren. Orthofosfaten of or-30 thofosforzu ur verdienen de voorkeur als fosfaatbron en zijn in het aanvullende voer aanwezig in een concentratie van ongeveer 0.5 tot ongeveer 5 gewichtsprocent, gerekend als Ρ,,Ο,-,

De andere stolcomponent van het voerblok voor dieren van Schroeder is een oxide, zout of mengsel, van een metaal 35 zoals aluminium, calcium of magnesium. Daaronder zijn begre pen calcium oxide, magnesium oxide, aluminium oxide, calcium sulfaat en dergelijke. Van deze stoffen wordt de voorkeur 8^20 4 23 2

tf I

gegeven aan calcium oxide of calcium sulfaat in de vorm van gips; het wordt gebruikt in hoeveelheden liggende tussen ongeveer 0,5 en ongeveer 5 gewichtsprocent, gerekend als oxide.

Volgens Schroeder et al worden de verhoudingen van het 5 metaalzout of oxide tot het fosfaat zodanig gekozen dat het dierenvoer bij voorkeur een pH waarde heeft welke ligt tussen 3 en ongeveer 6.5. Het belang van het fosfaat als een stolmiddel wordt door de volgende uitspraak van Schroeder et al in kolom 3, regels 24-28 als volgt benadrukt: 10 "De vaste blokken die gevormd zijn uit de samenstelling heb ben de neiging om zacht te worden wanneer de equivalent gewichtsverhouding van het fosfaat tot het metaal ruim beneden de waarde 1.0 wordt verminderd." (Onderstreping van het woord "zacht" toegevoegd).

15 Schroeder et al verklaren dat het oplosbare fosfaat en een toegevoegde bron van metaal, bijvoorbeeld calcium oxide, hun werking verkrijgen door een, althans gedeeltelijke, reactie waarbij een metaal fosfaat gevormd wordt.

Andere samenstellende delen in het voerblok voor die-20 ren van Schroeder et al bevatten eetbare vetten en oliën die 2 tot ongeveer 30 gewichtsprocenten kunnen uitmaken.

Een emulgator wordt ook gebruikt om het mengsel te stabiliseren en het uitscheiden van het vet bij de verwerking te beletten; de emulgator kan ongeveer 0.05 tot ongeveer 1 ge-25 wichtsprocent van het voerblok uitmaken. Indien zetmeel gebruikt wordt als een emulgator kan het 0.5 tot ongeveer 6 gewichtsprocent van het vaste voerblok uitmaken. Het voerblok voor dieren van Schroeder et al kan eveneens een niet-proteïne stikstofbron bevatten zoals ureum, biureet of mono-30 of di ammonium fosfaat, sporen voedingsstoffen, antibiotica en vitaminen en anti-zwelstoffen.

Het Amerikaanse octrooischrift nummer 4.062.988 van DeSantis heeft betrekking op een voerblok voor dieren dat melasse, harde zeep en een natuurlijke proteïne bron bevat. 35 De concentratie van de melasse kan variëren van ongeveer 25 tot 75 gewichtsprocenten. De harde zeep wordt in situ gevormd bij het maken van het harde blok door de reactie 8120423 « 3 van een harde metaal-zeepvormer met een zeepvormend vetzuur. De concentratie van de harde zeep· in het voerblok ligt in het algemeen tussen 0.5 en ongeveer 10 gewichtsprocenten.

Harde metaal-zeepvormers welke in het octrooi van 5 DeSantis genoemd worden zijn onder andere calcium oxide, natrium hydroxide en mengsels daarvan. De zeepvormende vetzuren omvatten geel vet, bruin vet, aangezuurd zeepafval, aangezuurde oliën en aangezuurde vetten. Geel vet en bruin vet zijn handelsnamen voor teruggewonnen vetten en smeren 10 die zuur zijn of zodanig chemisch behandeld zijn dat ze zuur geworden zijn. De metaal-zeepvormer wordt in het algemeen gebruikt in hoeveelheden liggende tussen 0.5 en ongeveer 5 gewichtsprocenten. Het zeepvormende vetzuur wordt in het algemeen gebruikt in hoeveelheden van 2 tot ongeveer 15 20 gewichtsprocenten. De natuurlijke proteïnebron kan ver kregen worden uit plantaardige ofwel dierlijke bronnen of mengsels daarvan. Voorbeelden van plantaardige bronnen zijn katoenzaadmeel, sojameel, aardnotenmeel of celstof. Voorbeelden van dierlijke bronnen zijn gedroogd bloed, vlees en 20 beenmeel en meel van veren. De natuurlijke proteïnebron moet een minimum concentratie van ongeveer 20 gewichtsprocenten hebben teneinde een effectieve stolling van het voedingsmiddel in blokvorm te verkrijgen.

Het Amerikaanse octrooischrift nummer 4.016.296 van 25 DeSantis beschrijft een voerblok voor dieren dat melasse, water absorberende klei, een waterbinder, harde zeep en een of meer van de volgende stoffen bevat: een bron van natuurlijk proteïne, een bron van niet-proteïne stikstof, een bron van fosfor, vetzuur en vet. De melasse concentratie ligt 30 tussen 25 en 75 gewichtsprocenten. De water absorberende klei kan zijn: attapulgiet klei, bentoniet, kaolien en mengsels daarvan en zij zijn in het voerblok voor dieren aanwezig in hoeveelheden variërend van 0.5 tot ongeveer 5 gewichtsprocenten. De groep van waterbindende stoffen 35 omvat calcium sulfaat, half gehydrateerd, calcium chloride en mengsels daarvan in hoeveelheden variërend van 0.2 tot ongeveer 3 gewichtsprocenten. De harde zeep wordt in situ 8120423 4 gevormd door de reactie van een harde metaal-zeepvormer met een zeepvormend vetzuur op een wijze overeenkomend met die beschreven in het Amerikaanse octrooischrift nummer 4.062.988 van DeSantis. De fosforbronnen bmvatten mononatrl-5 urn fosfaat, calcium superfosfaat, ammonium fosfaat en fos- forzuur en zij zijn aanwezig in hoeveelheden welke 0.5 tot ongeveer 7 gewichtsprocenten fosfor leveren. Verschillende toevoegingen voor speciale doeleinden als vitaminen, mineralen, magnesium verbindingen, alkali verbindingen, conser-10 veermiddelen en antioxidatiemiddelen kunnen eveneens aanwezig zijn.

Het Amerikaanse octrooischrift nummer 4.061.728 van Graham et al beschrijft een therapeutisch mengsel dat in het eerste instantie gebruikt wordt om zwelling bij herkau-15 wers te regelen of te voorkomen welk mengsel de vorm heeft van een vrijwel vast blok dat een reactie produkt bevat van melasse, magnesium oxide en een niet ionisch polyoxyalky-leen oppervlakte actief middel. De hoeveelheid van het niet ionische polyoxyalkylene oppervlakte actieve middel varieert 20 van ongeveer 5 tot 25 gewichtsprocenten ten opzichte van het uitgangsmateriaal. De hoeveelheid magnesium oxide varieert van ongeveer 5 gewichtsprocenten tot 50 gewichtsprocenten gerekend op het totale gewicht van het uitgangsmateriaal.

De hoeveelheid melasse varieert van 25 tot 90 gewichtspro-25 centen ten opzichte van het uitgangsmateriaal.

Het Amerikaanse octrooischrift nummer 4.089.701 van Shimizu et al heeft betrekking op een werkwijze voor het stollen van melasse door een mengsel te maken van melasse en een olie, vet of ester van hogere vetzuren, 30 en het mengsel te concentreren bij een temperatuur tussen 100° en 175°C in aanwezigheid van voldoende alkali om de pH van het mengsel te regelen tussen waarden van 8-12.

Het Amerikaanse octrooischrift nummer 3.420.672 van Appleman heeft betrekking op een geëmulgeerd dierenvoer dat 35 melasse, dierlijk en plantaardig vet en zetmeel bevat.

Hoewel bij verschillende voorstellen van de stand van de techniek gebruik gemaakt wordt van melasse en calcium 8120423 * 5 oxide, is in geen enkel voorstel gerealiseerd dat een uitstekend voerblok gemaakt kan worden uit slechts deze twee componenten. Ten gevolge daarvan hebben de voorstellen van de stand van de techniek verschillende nadelen waarbij het 5 meest opvallende is de noodzaak voor het gebruik van extra componenten om het blok te vormen.

De octrooien van DeSantis et al en Schroeder et al maken het gebruik van duur vetmateriaal noodzakelijk dat biologisch niet beschikbaar komt voor het dier vanwege het 10 feit dat het reageert met de calciumbron.Deze vetten redu ceren bovendien de calcium opname door het vormen van onoplosbare calcium zepen.

Voerblokken waarbij een oplosbaar fosfaat als een van de componenten nodig is vereisen een langere bereidingstijd 15 en maken uitwendige verhitting en menging noodzakelijk. Dit geldt evenzeer voor voerblokken die gebruik maken van magnesium oxide en een polyoxyalkyleen oppervlakte actieve stof.

Alle werkwijzen volgens de hierboven vermelde stand van 20 de techniek vereisen grote kapitaalsinvesteringen in de vorm van apparatuur en energie.

8120423 • 6

Samenvatting van de uitvinding

Volgens de uitvinding werd vastgesteld dat een homogene dispersie van calcium oxide en melasse resulteert in vor-5 ming van een vrijwel vaste samenstelling in een tijd van on geveer 10 tot 1^ uur. Deze vaste samenstelling kan zeer goed gebruikt worden in de vorm van een voerblok voor dieren dat bestand is tegen verwering en geschikt is voor een vrije keus bij het voeden van levende have. Bovendien kan door de 10 keuze van de verhouding van calcium oxide en melasse het voerblok voor dieren een hardheid en een alkaliteit verkrijgen welke overconsumptie voorkomen, waardoor het voerblok voor dieren bijzonder geschikt wordt als een middel voor het toedienen van medicijnen, minerale aanvullingen, niet-prote-15 ine stikstof, zout, vitaminen en dergelijke, aan dieren. De term "dieren" in de context van deze uitvinding omvat dieren die uit commerciële overwegingen of voor gebruik gefokt worden, in het bijzonder tamme viervoeters zoals varkens, biggen, geiten, schapen, paarden, vee, konijnen etcetera en 20 pluimvee, zoals eenden, ganzen, kalkoenen, kuikens etcetera.

De dispersie van calcium oxide en melasse kan ook, zolang zij nog in vloeibare staat is, gemengd worden met een korrelvormig dierenvoedsel dat daarna verdicht wordt.

In het algemeen zal de verhouding van calcium oxide tot 25 melasse in de dispersie liggen tussen 1 en 30 gewichtspro-cent van de totale samenstelling inclusief het korrelvormige vaste dierenvoedsel deel welke dan verdicht worden tot een van tevoren bepaalde vorm en afmeting, bijvoorbeeld korrels.

9 1 ?. O 4 11 ; 7

Gedetailleerde beschrijving van de uitvinding

De dierenvoer samenstelling van de onderhavige uitvinding bestaat uit een homogene dispersie van calcium oxide 5 en melasse, welke gehard kan worden en dan een basis vormt voor een voerblok voor dieren. Een grote verscheidenheid van voedingsstoffen voor dieren, extra stoffen, medicijnen, vitaminen, mineralen en dergelijke kan als extra samenstellende delen opgenomen worden in de dispersie van melasse en 10 calcium oxide. De toegevoegde extra stoffen hebben in het algemeen geen nadelig effect op de hardheid van het voerblok.

Ten opzichte van de stand van de techniek geeft de onderhavige uitvinding een verbetering en wel omdat het har-15 den van het voerblok in principe afhangt van de calcium oxi-de-melasse reactie. Andere stoffen zijn niet noodzakelijk om een hard en stevig blok te vormen. Dit geeft de fabrikant van dierenvoer een grote flexibiliteit en besparing; hij kan het basismateriaal van een calcium oxide-melasse 20 samenstelling met andere stoffen aanvullen afhankelijk van de wens van de klant en de vereisten voor het uiteindelijke doel van het voerblok.

Melasse en calcium oxide worden tesamen gemengd bij kamertemperaturen en onderworpen aan een gematigde wrijven-25 de beweging om een homogene dispersie te verkrijgen. Daarbij treedt een snelle exotherme reactie op die uiteindelijk resulteert in de vorming van een praktisch vast en stevig melasse-calcium oxide mengsel in ongeveer 10 tot 14 uur.

De intensiteit en de duur van de exotherme reactie 30 kan geregeld worden door toepassing van uitwendige koeling indien zulks noodzakelijk is. In het algemeen mag de temperatuur van de melasse en calcium oxide dispersie niet boven 175°F stijgen.

Melasse wordt verkregen als een bijprodukt bij het 35 kristalliseren van riet- of bietsuiker en bestaat in hoofdzaak uit invert suiker, sucrose, water, zouten en andere koolhydraten. Melasse bevat verschillende hoeveelheden van 8120423 ' 8 vaste stoffen die de viscositeit beïnvloeden; de hoeveelheid van dergelijke stoffen word-t aangegeven als "graden brix", hetgeen een maat geeft voor het percentage suiker.

De melasse voor het gebruik bij de uitvinding kan bestaan 5 uit elke melasse welke suiker bevat bijvoorbeeld van riet of black strap melasse, bietsuiker melasse, omgezette melasse, houtsuiker melasse, hydrosyrup, citrus melasse en dergelijke. Handelsmelasse kan variëren van 60-90° brix, hoewel voermelasse een waarde van tenminste 79.5° brix moet 10 hebben voor rietsuiker en bietsuiker melasse en 71° brix voor citrus melasse. Daar rietsuiker of black strap melasse het smakelijkste zijn voor levende have verdienen deze de voorkeur.

De concentratie van melasse in het voerblok volgens 15 de uitvinding ligt in het algemeen tussen 20 en 90 %, bij voorkeur tussen 25 en 75 % uitgedrukt in gewichtsdelen van het uiteindelijke voerblok.

Het calcium oxide gebruikt in het voerblok is ook bekend onder de naam kalk, gebrande kalk, metaalkalk, gebluste kalk, 20 ongebluste kalk, afwerk kalk, vet kalk, metsel kalk en der gelijke. De voorkeur wordt gegeven aan calcium oxide dat voldoet aan de ASTM Specification C5 en de Federal Specification SS-0-351. Het calcium oxide moet bij voorkeur als fijn verdeeld poeder aanwezig zijn en in een zodanige 25 zuivere conditie dat het gemakkelijk kan binden met water om het samenstelsel te vormen met een pasta-achtige consistentie. Een magere kalk, dat wil zeggen een met een hoog percentage onzuiverheden zal niet zo gemakkelijk binden met water of melasse en zal niet zo goed werken als zuiver 30 calcium oxide. De concentratie van het calcium oxide in het voerblok ligt in het algemeen tussen 1 en ongeveer 20 ge-wichtsprocenten, bij voorkeur tussen 2 en 16 gewichtspro-centen en in het bijzonder tussen 2.5 en 8 gewichtsprocen-ten gerekend op het uiteindelijke produkt.

35 De gewichtsverhouding van het calcium oxide tot de melasse in het uiteindelijke voerblok kan in het algemeen liggen tussen 1:2 en 1:12; bij voorkeur ligt deze verhouding 8120423 r 9 tussen 1:4 en ongeveer 1:10.

Onder bepaalde omstandigheden kan een te grote warmteontwikkeling van de exotherme reactie tussen calcium oxide en melasse gematigd worden door een deel van het calcium 5 oxide te vervangen door calcium hydroxide, CaiOH^ maar dan moet men genoegen nemen met enig verlies in de hardheid van het gestolde produkt. Vastgesteld werd dat een complete vervanging van CaO door CaiOH)^ bij mengen met melasse een dispersie geeft die aanzienlijk visceuser is en niet zo gemakke-10 lijk vloeit als de CaO-melasse dispersie.

Men kan een voerblok maken dat een mengsel bevat van calcium oxide en calcium hydroxide. Vastgesteld werd dat het vervangen van ée'n deel calcium oxide door 2 tot 4 delen calcium hydroxide in het algemeen bevredigende resultaten 15 geeft.

Verrassenderwijze werd gevonden dat magnesium oxide het calcium oxide niet vervangen kan om een voerblok voor dieren te maken. Vastgesteld werd dat een melasse-magnesium oxide dispersie niet voldoende reactie geeft en niet zal 20 stollen bij de condities waarbij de calcium oxide-melasse dispersie stolt. Het voerblok kan echter magnesium oxide bevatten als een extra voedingsstof; hetzelfde geldt voor een aantal andere eventueel toegevoegde ingrediënten .

25 In het algemeen mogen de eventueel toegevoeg de ingrediënten niet meer dan 5 gewichtsprocenten van het uiteindelijk produkt aan water daaraan toevoegen. Enkele van deze eventuele ingrediënten kunnen een suspensie bevorderend middel bevatten om te verhinderen dat onoplosbare 30 toevoegingen neerslaan voordat de voersamenstelling vast geworden is. Voorbeelden van dergelijke suspensie bevorderende middelen zijn in water oplosbare natuurlijke of synthetische polymeren zoals guar gom, gom van johannisbrood-bonenpitten of xanthaan gom en dergelijke. De hoeveelheid 35 van het suspensie bevorderende middel kan variëren van 0 tot 2.5 gewichtsprocent en ligt bij voorkeur tussen 0.2 en 1.5 gewichtsprocent van het totale gewicht van het voerblok 8120423 . 10 produkt.

Ook kan een onoplosbare fo-sforbron toegevoegd worden bijvoorbeeld calcium fosfaten omdat zij het goedkoopste zijn. Vanuit het standpunt van voedingsstof bestaat de toe- 5 gevoegde fosforhoudende stof bij voorkeur uit een mengsel van ongeveer 2/3 monocalcium fosfaat en 1/3 bicalciumfosfaat. Een ge-

TM

schikte toevoeging van dit type is BI0F0S , verkrijgbaar bij International Minerals and Chemical Corporation,

TM

Libertyville, Indiana, of DIKAL 21 verkrijgbaar bij 10 Borden Chemical Co. De voerblok samenstelling kan 0 tot 40 gewichtsprocenten en bij voorkeur 5 tot 35 gewichtsprocen-ten van deze fosforbronnen bevatten.

Een andere aanbevelenswaardige toevoeging aan het voerblok is kalium-magnesium sulfaat dat in de natuur voor-15 komt als langbeleniet, (K^SO^^MgSO^). Het is commercieel verkrijgbaar onder het merk DYNAMATE van International Minerals and Chemical Corporation..De concentratie van het kalium-magnesium sulfaat kan variëren van 0 tot 20 gewichtsprocenten en ligt bij voorkeur tussen 0 en 10 gewichtspro-20 centen ten opzichte van het totaal gewicht van het voerblok produkt. In de stand van de techniek wordt het kalium-magnesium sulfaat ook aangeduid met "KMS"; het wordt als een zwavelbron gebruikt voor voerblokken voor herkauwers welke niet-prote'ine stikstof bevatten, meestal in de vorm van 25 ureum. De aanbevolen verhouding is: 1 deel KMS op 5 delen ureum, waardoor een zwavel-stikstof verhouding ontstaat van 1-10.

Magnesium oxide kan, zoals reeds eerder opgemerkt, ook een onderdeel vormen van het voerblok en het is commercieel

TM

30 verkrijgbaar bijvoorbeeld als MAG0X (Basic Chemicals, division of Basic, Inc., Cleveland, Ohio). Het kan voorkomen in de voerblokken van 0 tot 60 gewichtsprocenten en bij voorkeur van 2 tot 25 gewichtsprocenten van het eindprodukt.

35 Het voerblok kan als component eveneens een bron voor natrium bevatten in het bijzonder in de vorm van natrium chloride of gewoon zout. Gejodeerd zout kan eveneens ge- 8120423 1 11 bruikt worden maar niet gejodeerd zout is goedkoper. Oodium kan indien gewenst toegevoegd worden als spore-element bij het voormengen. Het zout kan in het voerblok aanwezig zijn in hoeveelheden liggende tussen 0 en 50 gewichtspro-5 centen en bij voorkeur van 3 tot 20 gewichtsprocenten van het eindprodukt.

Bronnen van natuurlijk proteïne, zoals bijvoorbeeld sojabonenmeel, katoenzaadmeel, bloedmeel, gehydrolizeerd verenmeel, gedroogde pluimveeafval en dergelijke kunnen 10 eveneens toegevoegd worden. Ureum is geen natuurlijke prote-inebron maar meer een stikstofbron welke door herkauwers omgezet wordt in proteïne. Het verdient de voorkeur omdat het goedkoop is, hoewel biureet en ammonium zouten eveneens gebruikt kunnen worden. De natuurlijke of om te zetten pro-15 teïnebronnen kunnen variëren van 0 tot 50 gewichtsprocenten en liggen bij voorkeur van 10 tot 30 gewichtsprocenten ten opzichte van het gewicht van het uiteindelijke voerblok pro-dukt.

In.het voerblok kunnen voorts bepaalde elementen in 20 sporen hoeveelheden gewenst zijn bijvoorbeeld kobalt, kopei; jodium, ijzer, mangaan, selenium, zink, silicium, vanadium, tin, nikkel, molydeen en chroom.

De hoeveelheid van de elementen die in sporen hoeveelheden aanwezig zijn kan variëren vanaf 0.2 % en ligt 25 bij voorkeur van 0.5 tot 1 gewichtsprocent van het totale gewicht van het voerblok.

Een geschikte vitaminecombinatie kan eveneens toegevoegd worden welke vitaminen A, B-complex, C, D, E en K bevat. De vitaminehoeveelheid in totaal kan vanaf 0.02 % 30 variëren en ligt bij voorkeur tussen 0.025 en 0.05 gewichtsprocent ten opzichte van het totale uiteindelijke voerblok.

Het voerblok kan eveneens medicinale toevoegingen bevatten bijvoorbeeld verbindingen tegen zwelling; antipara-sitische medicijnen; anticocciden; antiwormstoffen eveneens 35 bekend onder de naam wormafdrijvende middelen; vliegbestrij-dingsmiddelen; monensin natrium dat een fermentatie produkt is geproduceerd door een stam streptomyces cinnamonensis,

1 1 2 0 4 2 'S

1 . 12 dat het milieu van de pens regelt voor het begunstigen van bepaalde typen van micro organismen welke metabolyten produceren die essentiëel zijn voor het realiseren van een hogere voedsel efficiency; antibiotica, en dergelij-5 ke. De gebruikte hoeveelheid van deze medicinale toevoegin gen is onderworpen aan de regels van de Food and Drug Administration en is goed bekend aan de deskundigen op dit gebied.

Het voedselblok volgens de onderhavige uitvinding 10 geeft een vrije keus bij het voeden van de dieren. Bij de vrije keus voor de voeding is smakelijkheid van het voer-blok van belang om de gemiddelde dagelijkse voedselopname van het dier te beïnvloeden.

Vastgesteld werd dat de hoeveelheid calcium oxide in 15 het voerblok de smakelijkheid daarvan kan beïnvloeden. Zo vergroten grotere hoeveelheden calcium oxide de alkaliteit van het voerblok en geven daardoor de neiging om de voedselopname te verminderen. Andere ingrediënten in het voerblok kunnen eveneens de smakelijkheid beïnvloeden. Derhalve moet 20 bij het samenstellen van het voerblok rekening gehouden worden met de snelheid waarmee het voerblok wordt geconsumeerd. Dit moet empirisch vastgesteld worden. Bijvoorbeeld voor vee of paarden is een bevredigende voedselopname snelheid ongeveer 1/A tot 3M pounds per dag per dier.

25 Indien een grotere voedselopname snelheid gewenst wordt kan de smakelijkheid van het voerblok vergroot worden door het toevoegen van natuurlijke of synthetische smaakstoffen daarin. Deze smaakstoffen voor voedsel zijn welbekend en bevatten onder andere methyl salicylaat, natrium 30 saccharine, anethol, koriander olie, fenegriek en dergelijka

De smaakstoffen kunnen van 0 tot 5 gewichtsprocenten van het totale gewicht van het voerblok bedragen; bij voorkeur wordt 0.025 tot 0.05 gewichtsprocent toegevoegd.

Bij het mengen van de samenstellende delen van het 35 voerblok volgens de onderhavige uitvinding kan gebruik gemaakt worden van een charge methode of van een continue prepareer methode. Bij de charge methode worden calcium 8120423 13 oxide en de andere eventueel toegevoegde delen individueel of als een voorgemengd mengsel in een fijnverdeelde, korrelvormige toestand toegevoegd aan de melasse en het mengsel wordt dan voldoende geroerd om een uniforme dispersie te 5 maken van de korrelvormige delen door de melasse.

Vastgesteld werd dat hoe intenser de uitwrijvende werking hoe sneller de reactie tussen de melasse en het calcium oxide en des te homogener zal het eindprodukt zijn. De calcium oxide-melasse dispersie tesamen met de andere 10 eventueel toegevoegde componenten zal beginnen te verdikken en vast te worden na ongeveer 30 tot 60 minuten waarbij de temperatuur van de dispersie van de voersamenstelling stijgt. Na ongeveer 1 tot 2 uren kan de temperatuur 180°F of meer bedragen en daarna begint de temperatuur te zakken. De vis-15 ceuze dispersie van het samengestelde voer wordt daarna o-vergebracht in vaten of vormen die een verschillende vorm en capaciteit van volume hebben, al naar gelang de vereisten voor de dimensies en de eigenschappen van het produkt. De voersamenstelling zal daarna verharden en vast worden bij 20 kamertemperatuur in ongeveer 10 tot IA- uur. Na het verhar den kan het samengestelde voerblok gemakkelijk gestapeld en bewaard worden of getransporteerd worden al naar gelang nodig is.

Het mengen van de samenstellende delen van het voer-25 blok met behulp van een charge methode is meer geschikt voor de produktie op kleine schaal maar niet praktisch bij produktie op grote schaal gezien de langere tijden die nodig zijn voor het mengen van de componenten en het onpraktische van een charge methode voor de produktie op grote 30 schaal.

Een continu systeem kan eveneens gebruikt worden voor het mengen van de componenten van het voerblok en kan een veel kleinere tijd vergen voor het bereiden van de samenstelling van het voer volgens de onderhavige uitvinding.

35, Bij het continue mengsysteem kan men in principe op 2 manieren te werk gaan. Bij de eerste manier wordt een mengprocedure in 2 stappen toegepast terwijl bij de tweede 8120423 1 u manier een mengprocedure gebruikt wordt met slechts een stap.

Bij beide methoden wordt melasse in afgepaste hoeveelheden van een voorraadvat overgebracht in een mengapparaat.

5 De melasse kan voorverhit zijn in het voorraadvat op een temperatuur van ongeveer 75°F tot ongeveer 120°F om de beweeglijkheid te vergroten en het mengen te vergemakkelijken. Het voorraadvat voor de melasse is bij voorkeur een tank voorzien van middelen voor verhitting, bijvoorbeeld spira-10 len.

Bij het mengprocedé in 2 stappen wordt calcium oxide uit een apart voorraadvat afgenomen en een of meer aparte voorraadvaten bevatten de benodigde hoeveelheid van eventueel toe te voegen extra componenten.

15 De melasse en het calcium oxide worden toegevoerd aan het eerste deel van een mengapparaat, bijvoorbeeld een tank voorzien van een hoge snelheid roerder en door wrijven vermengd tot het calcium oxide uniform verdeeld is in de melasse. De gelijkmatige dispersie van calcium oxide en melas-20 se wordt daarna overgebracht naar het tweede deel van het mengapparaat waar het in contact gebracht wordt met de eventueel toe te voegen extra componenten.i

Het tweede deel van het mengapparaat is bij voorkeur een menger die een zeer intensieve menging teweeg kan bren-25 gen, bijvoorbeeld een mengspiraal welbekend aan de deskundigen. Nadat alle componenten grondig vermengd zijn in het tweede deel van het mengapparaat worden zij overgebracht in geschikte vaten of vormen om te verharden tot blokken van van tevoren vastgestelde afmetingen.

30 De werkwijze met een menging in 2 stappen is bijzon der geschikt voor die gevallen waarbij gedurende het mengen de componenten de neiging hebben om klonten te vormen zoals bijvoorbeeld het geval is met een dispersie voor voerblok-ken die meer dan 4-0 gewichtprocenten melasse bevatten en 35 meer dan 20 gewichtsprocenten ureum en meer dan 9 % calcium oxide.

In andere gevallen waar het vormen van klonten gedu- θ i 9 r» /. 9 V? p [ c- U i-, o' i 1 15 rende het mengen van de dispersie van calcium oxide en melasse geen probleem is kan het proce'dé gekozen worden met een enkele mengstap. Bij deze methode met een enkele mengstap kunnen al de korrelvormige componenten dat wil zeggen het 5 calcium oxide en de eventueel toe te voegen extra componen ten van tevoren gemengd worden en daarna toegevoerd worden aan de mengapparatuur met de melasse. Zij worden daar dan grondig gemengd tot een homogene dispersie is gevormd die vervolgens overgebracht wordt in geschikte vaten of vormen 10 om daarin te verharden.

Bij het continu mengprocedé ligt de gewichtsverhouding van calcium oxide tot melasse bij voorkeur tussen 1:2 en 1:12.

De hierna volgende voorbeelden geven verschillende 15 uitvoeringsvormen van de uitvinding. Alle delen en percenta ges zijn in gewichten uitgedrukt tenzij anders aangegeven.

Voorbeeld la 85 gram riétsuiker melasse wordt bij kamertemperatuur 20 (ongeveer 68°F) in een bekerglas gebracht. Daarna wordt 15 gram fijnverdeeld calcium oxide langzaam toegevoegd terwijl het mengsel voortdurend en sterk geroerd wordt met een roer-staaf. De temperatuur van het mengsel in het bekerglas steeg tot ongeveer 122°F terwijl het dikker werd. Het grondig ge-25 mengde mengsel werd gitgegoten in een aluminium bakblik van ongeveer 9 inches diameter en lè inches diep en daarin gedurende 1 nacht gehard. De volgende dag werd het geharde blok op een vlak oppervlak geplaatst. Vastgesteld werd dat het een consistentie had welke gelijkt op asfalt en bij het 30 plaatsen van een gewicht van 170 pond op een vierkant van vierkante inch werd geen waarneembare teken van deformatie ontdekt.

Voorbeeld lb 35 Voorbeeld la werd herhaald behalve dat het calcium oxide vervangen was door magnesium oxide. Er werd geen stijging van de temperatuur waargenomen en het mengsel bleeft 8120423 1 ' 16 vloeibaar gedurende een week, zonder enig teken van verharden.

Voorbeeld lc 5 Voorbeeld lb werd herhaald behalve dat het mengen uit gevoerd werd met een huishoud blender met hoge snelheid (Hamilton Beach Scovill, Model 620). Er werd evenmin een temperatuursverhoging waargenomen en er was geen teken van verharden van het mengsel.

10

Voorbeeld ld

Voorbeeld lc werd herhaald behalve dat het magnesium oxide vervangen werd door calcium oxide. Na 1 minuut mengen bereikte het mengsel een temperatuur van 250°F. Het mengsel 15 werd daarna overgebracht in een aluminium bakblik en daarin een nacht lang gekoeld en gehard. De eigenschappen waren dezelfde als van het blok volgens voorbeeld la.

Voorbeelden 2-5 20 Met een continu mengmethode werden 4 verschillende ge harde calcium oxide-melasse voersamenstellingen gemaakt. Melasse werd bij een temperatuur van 90°F overgebracht van een verhitte voorraadtank in een mengkamer welke voorzien was van een roerder. Ook werd fijnverdeeld calcium oxide in de 25 mengkamer gebracht. Beide componenten werden grondig gemengd totdat de dispersie welke zich daarbij vormt een temperatuur bereikte van ongeveer 140-180°F. De calcium oxide-melasse dispersie ging daarna naar een spiraal menger waarbij extra voedingsingrediënten in de vorm van een mengsel aan de dis-30 persie toegevoegd werden; zij werden met de dispersie gemengd terwijl deze langs de spiraal bewoog. De spiraalmenger was voorzien van een koelmantel om de temperatuur van de dispersie tussen 110° en 125°F te houden. In voorbeeld 2 was de produktiesnelheid ongeveer 2 ton per uur en in de voorbeel-35 den 3, 4 en 5 was de produktiesnelheid ongeveer 1 ton per uur. Elke gedispergeerde voersamenstelling werd daarna in vaten gebracht van 14x14x8 inch en daarin gedurende 1 nacht 8 1 2 0 4 2 3 17 gehard. Elk vat gaf op deze wijze een vast voerblok van 55 pond geschikt voor het voeren van· vee in een voerstal of op de wei. Bij verschillende veldproeven bij lokale boeren werd een gemiddeld verbruik gevonden liggend tussen 0.25 tot 0.5 5 pounds per dier van de veestapel, per dag. De samenstellende delen van de voerblokken van de voorbeelden 2 tot 5 zijn in tabel 1 opgesomd. Voorbeeld 2 is een voerblok geschikt voor rundvee en schapen en heeft een hoog proteïne gehalte. Voorbeeld 3 is een voerblok met een hoog magnesium gehalte ge-10 schikt voor het voorkomen van gras tetanus welke normaal optreedt in het voorjaar wanneer het vee graast op sappige groene grasweiden welke karakteristiek een hoog kalium en een laag magnesium gehalte hebben. Voorbeeld 4 is voor een voerblok met een hoog mineraal gehalte, geschikt voor extra voe-15 ding van de veestapel gedurende het gehele jaar. Voorbeeld 5 geeft een zout voerblok met een hoge voedingswaarde eveneens geschikt voor voeren gedurende.het gehele jaar.

Tabel 1 20

Gewichtsproeen ten

Ingrediënten Voor- Voor- Voor- Voor beeld 2 beeld 3 beeld 4 beeld 5

Rietsuiker melasse 44.44 41.51 41.51 70.27 25 Calcium oxyd 9.34 5. 69 5. 70 9. 16

Ureum 22.21 --- --- --- TM* BI0F0S 12.14 23.28 30.37

Zout 5.81 12.43 16.20 20.57 TM** DYNAMATE'" 5.81 30 Magnesium oxyd --- 16.83 5.97 ---

Guar gom 0.25 0.24 0.23 ---

Saccharine --- 0.02 0.02 --- 35 * Monocalcium/bicalcium fosfaat mengsel ** Kalium-magnesium sulfaat êi?.&hZÓ 9 18 «

Voorbeeld 6

Onder gebruikmaking van de continu mengmethode wordt melasse met een snelheid van 260 pounds per uur in een horizontale mengbuis gepompt welke mengbuis voorzien is Van 5 een as waarop verschillende snij- en mengbladen gemonteerd waren. Wanneer de as draaide met ongeveer 400 tot 50Q toeren per minuut of hoger werden de ingrediënten tot een homogene dispersie dooreen geroerd. Calcium oxide werd in de mengbuis toegevoerd met een snelheid van ongeveer 33.75 pouridsper uur. 10 De homogene dispersie werd vervolgens verzameld in een rechthoekige ontvangbak (14x14x6 inch) en daarin gelaten gedurende 1 nacht om te harden. Het verharde blok had een hardheid vergelijkbaar met het blok volgens voorbeeld 1; het had echter een gladder en minder korrelige structuur en uiterlijk.

15

Voorbeeld 7 480 pounds rietsuiker melasse werden bij een temperatuur van ongeveer 68°F in een 130 gallon tank gebracht voorzien van een centrale roerder, een menger en een recircula-

TM

20 tiepomp. 220 pounds ureum, 45'pounds DYNAMATE , en 27.5pounds zout werden aan de melasse toegevoegd. Het mengsel werd geroerd en gerecirculeerd gedurende ongeveer 15 minuten. Ver-

TM

volgens werd 100 pounds calcium oxide, 120 pounds BI0F0S , 2.5 pounds guar gom en 5 pounds van een mengsel voor herkau-25 wers van sporen mineralen toegevoegd. De menging werd gedurende 2 uur voortgezet en de temperatuur van het mengsel werd daarbij ongeveer 149°F en daalde vervolgens. Het voer werd vervolgens in rechthoekige bakken gepompt (10x14x8 inch) en daarin gelaten gedurende 1 nacht om te harden tot aparte 30 45 pounds blokken. De verharde voerblokken werden aan de veestapel gegeven op grasland. Het gemiddelde gebruik was ongeveer 1/3 pond per dier van de veestapel per dag*

Voorbeelden 8-17 35 Bij deze voorbeelden werd een 30 gallon metalen vat gebruikt voorzien van een centrale roerder als menger. In de voorbeelden 8 tot 15 en 17 werd een afgepaste hoeveelheid 8120423 19 melasse in het vat geplaatst <?n geroerd met ongeveer 100 toeren per minuut gedurende 10 tot 15 minuten; gedurende deze stap werd langzaam ureum toegevoegd gevolgd door het toevoegen van de overige ingrediënten waarbij calcium oxide 5 de laatste component was. In voorbeeld 16 echter werden alle korrelige componenten doorgemengd en aan de melasse toegevoegd. Het mengsel van elk der voorbeelden werd, nadat alle korrelvormige bestanddelen waren toegevoegd, gedurende 1 tot 2 uur gemengd tot de temperatuur een maximum van ongeveer 10 158°F had bereikt en daarna begon te dalen. Op dit punt werd elk mengsel uitgegoten in een rechthoekige ontvangbak (10x14x8 inch) en daarin een nacht gelaten om te harden. Elk mengsel vormde een vast blok met een gewicht van 40 tot 50 pounds. Het gemiddelde verbruik liep van 0.25 tot 0.5 pounds 15 per dier van de veestapel per dag, zowel in de voerstal als op grasland. De samenstellingen zijn weergegeven in tabel 2.

8120423 * * 0 ΙΟ I I I O O O LA LA o

OlOl I I Ο Ο ΙΛ ΓΝ (\J ΙΛ 1^ ·ι ·ιιι ······

HOO CVJ N Ο ί N Ο O

<} (Μ I—I ι—I

Ο ΙΟ I I lOOOLALHO

Ο ΙΟ I I I Ο Ο ΙΛ <\J ΙΛ VO . I . I I I......

—10\ f\J f\jO\4-i\jOO

d- (M iH

I ΙΛ O I I I OOO I LH I

ll"0 I I ΙΟΙΛΙΛ I (Μ I

ΙΛ I ..III ...I .1

Ή fVJ rvj N 00 ί O

ΙΛ f\| i-H

IOO I I O lOOtALA I

I ΙΛ Ο I ΙΟ I Ο >Λ I (\J I

I . . I I * I . . . . I,

Ή OJ CVJ VO Η ί O

fn ΙΛ <M Ή 0

ε ο ι ο I I · ο ι ο ο ιλ ιλ I

ε ΙΛ ΙΟ I I Ο I Ο Ά Ν I

ο m · ι .ιι.ι ....I

C Η ft] <\l Ό Η m Ο

ΙΛ (Μ ι—I

Ό

ι—I Ο ΙΟ Ι Ο Ι.Ι ΟΟΟΟ I

0 Ο Ι Ο Ι Ο I I Ο Ο Λ- (Λ I' d)<\j · ι · ι · ι ι · · · · ι Ο Η ® CVJ V0 Μ004-Ο μ -d· (Μ 1—1 Ο Ο Ο I Ο I ΙΛ I I Ο Ο Ο ΙΛ I ·

> Ο Ι Ο I Γ". I I Ο Ο Ο CVJ I

I Η ·. I · I . I I . · . . I

r-HVO ι—I νβ Ο οο 00 Ο

Ο ΙΛ >—I 1—I

Λ)

Ο ι Ο Ο Ι Ι Ι ΟΟΟΟ I

ι ΟΙΛΓ^Ι I ΙΟΟΙΛΓΛΙ

Ο · I . . I I I . . . . I

Γ-πνο σ\·3- ι-ποοοο ΙΛ >Η ιΗ Ο ΙΟ Ι Ο I I Ο ΙΛ I ΙΛ ι

ΙΛ ΙΟ Ι Ο I I Ο CVJ I CVJ I

0\ * I . I . I I . · I · I

Ov <\J CO (Λ CVJ O

ΓΛ ΙΛ I—I Ι-Π 01 OOl I I Ο ΙΛ ι ΙΛ ι :

ΙΛ I OO I I I O CVJ I CVJ I

00 · I ..III ..| .1 OV CVJ <Λ m (M o

m (Λ Γ-Π i-H

o o

U

ο. -p n-> . 0 0 (0 to 5 10 ΙΛ to to CL> to to q— <i— c B 10 15 (/)(/) 0 ^ I—I rH o O r-n 0 0 q_ q_ Π3 c ε Ε _ μ 0 = ε -ο 0 +->μμ.^32:>νζ: c C00 C ·ΗΙ- X h~ ·Η :0 .y -μ ο ο ή s: ου εε (Μ Ή ·Η ·γΠ ε -η cm ι- ι— ο odd ε ιβ οοε< ο : ι—I 0(ΟΙθεφθυθ3Σ 0 ο μ·ρ+->3οο<ϋ_·Η<^->ίπμ -q O000cc^:oqz3foo fO 0·ΗτΠμ00ΜΜ,73>03θ.

ι- Ho;cnos:s:QcaooMoto

8 1 2 β /:2 S

ο ΙΛ

ΙΛ ι-Π ι—I

Claims (20)

1. Praktisch vast voer voor dieren met het kenmerk dat 5 het in wezen bestaat uit een homogene dispersie van fijnver- deeld calcium oxide en melasse en eventueel bevat voedingsstoffen, medicijnen, groeibevorderende stoffen, vitaminen of mineralen of mengsels daarvan als een extra toevoeging.

1. Praktisch vast voer voor dieren in hoofdzaak bestaande 5 uit een homogene dispersie van fijnverdeeld calcium oxide en melasse.

2. Voer voor dieren volgens conclusie 1, met het kenmerk, 10 dat de concentratie van de melasse ligt tussen 20 en 90 %, bij voorkeur tussen 25 en 75 %, en de concentratie van het calcium oxide ligt tussen 1 ert 20 % bij voorkeur tussen 2 en 16 %, gerekend als gewichtsprocenten van de totale voersamen-stelling.

2. Voer voor dieren volgens conclusie 1 dat toevoegingen bevat van een of meer stoffen uit de groep omvattende voedingsstoffen, medicijnen, groeibevorderende stoffen, vita- 10 minen en mineralen en mengsels daarvan.

3. Voer voor dieren volgens conclusie 1 of 2, met het ken merk, dat de gewichtsverhouding van calcium oxide tot melasse in de voersamenstelling ligt tussen 1:2 en 1:20, bij voorkeur tussen 1:2 en 1:12.

3. Voer voor dieren volgens conclusie 1 waarbij de concentratie van de melasse ligt tussen 20 en 90 % en de concentratie van het calcium oxide ligt tussen 1 en 20 %, gerekend als procenten van de totale gewichtshoeveelheid voer. 15 4·. Voer voor dieren volgens conclusie 3 waarbij de con centratie van het calcium oxide tussen 2 en 16 % gerekend op het totale gewicht van het voer, ligt.

4. Voer voor dieren volgens conclusie 1, 2 of 3, met het 20 kenmerk, dat de totale hoeveelheid toegevoegde stof, indien aanwezig, ligt tussen 30 en 70 gewichtsprocenten van de voersamenstelling.

5. Voer voor dieren volgens conclusie 1, 2, 3 of 4, met het kenmerk, dat een minimum van 40 gewichtsprocent melasse, 25 een minimum van 20 gewichtsprocent ureum en een minimum van 9 gewichtsprocenten calcium oxide aanwezig is.

5. Voer voor dieren volgens conclusie 4 waarbij de concentratie van het calcium oxide ligt tussen 2.5 en 8 % van 20 het totale gewicht van het voer,

6. Voer voor dieren volgens een of meer van de voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat een onoplosbare bron van fosfor aanwezig is, bij voorkeur een calcium fos- 30 faat.

6. Voer voor dieren volgens conclusie 3, 4 of 5 waarbij de concentratie van de melasse ligt tussen ongeveer 25 en 75 % van het totaal gewicht van het voer.

7. Voer voor dieren volgens een of meer der voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat aanwezig is 0 tot 20 gewichtsprocent kalium-magnesium sulfaat en 0 tot 50 gewichtsprocent, bij voorkeur 3 tot 20 gewichtsprocent natrium 35 chloride, gerekend op de totale voersamenstelling.

7. Voer voor dieren volgens conclusie 1 waarbij de ge-25 wichtsverhouding van calcium oxide tot melasse in het voer ongeveer 1:2 tot 1:20 is.

8. Voer voor dieren volgens een of meer der voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat het 0 tot 10 gewichtsprocent 8120423 * k % van de totale voersamenstelling bevat aan dierlijke talk als extra krachtvoer, bij voorkeur r.undervet, varkensvet, scha-pevet en mengsels daarvan.

8. Voer voor dieren volgens conclusie 7 waarbij de gewichtsverhouding van calcium oxide tot melasse in het voer ongeveer 1:2 tot 1:12 is.

9. Voer voor dieren volgens conclusie 8, met het kenmerk, 5 dat de hoeveelheid dierlijke talk ligt tussen 0 en 5 ge* wichtsp rocenten.

9. Voer voor dieren volgens conclusie 8 waarbij de ge wichtsverhouding van calcium oxide tot melasse ongeveer 1:4 tot 1:7 is.

10. Voer voor dieren volgens een of meer der voorafgaande conclu.sies, met het kenmerk, dat het calcium oxide geheel of gedeeltelijk vervangen is door calcium hydroxide.

10. Voer voor dieren volgens conclusie 8 waarin de gewichtsverhouding van calcium oxide tot melasse in het voer 35 ongeveer 1:10 is.

11. Voer voor dieren volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat voor elk weggenomen gewichtsdeel calcium oxide 2 tot 4· gewichtsdelen calcium hydroxide toegevoegd zijn.

11. Voer voor dieren volgens conclusie 2 waarin de totale hoeveelheid extra toegevoegde stoffen ligt tussen 30 en 70 % 8 1 2 0 4 2 3 * r van het totaal voergewicht.

12. Werkwijze voor het bereiden van een praktisch vast voer voor dieren, met het kenmerk, dat een homogene disper- 15 sie bereid wordt van fijnverdeeld calcium oxide in melasse, met een gewichtsverhouding van ongeveer 1:2 tot 1:20 en deze dispersie tot stolling gebracht wordt.

12. Voer voor dieren volgens conclusie 1 dat tevens een onoplosbare fosforbron bevat.

13. Werkwijze volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de gewichtsverhouding van calcium oxide tot melasse ligt 20 tussen 1:2 en 1:16 en bij voorkeur 1:2 en 1:12.

13. Voer voor dieren volgens conclusie 12 waarbij de onop- 5 losbare bron van fosfor tenminste een soort calcium fosfaat bevat.

14. Werkwijze volgens conclusie 12 of 13, met'het kenmerk, dat de homogene dispersie bereid wordt met een continu meng-systeem.

14·. Voer voor dieren volgens conclusie 1 dat 0-20 gewichts-procenten kalium-magnesium sulfaat bevat,

15. Werkwijze volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat 25 het continue mengsysteem een enkelstaps of een tweestaps procédé is.

15. Voer voor dieren volgens conclusie 1 met een minimum 10 van 4·0 gewichtsprocent melasse, 20 gewichtsprocent ureum en 9 gewichtsprocent calcium oxide.

16. Werkwijze volgens conclusie 12 of 13, met het kenmerk, dat de homogene dispersie bereid wordt met een mengsysteem met charges. 30. 17. Werkwijze volgens een of meer· der conclusies 12 tot 16, met het kenmerk, dat medicijnen^, groeibevorderende stoffen, vitaminen of mineralen of mengsels daarvan als extra toegevoegd worden aan de genoemde homogene dispersie voordat1, deze gehard wordt.

16. Voer voor dieren volgens conclusie 1 dat tevens 0-50 gewichtsprocent natrium chloride bevat.

17. Voer voor dieren volgens conclusie 16 waarin het na- 15 trium chloride gehalte ligt tussen 3 en 20 gewichtsprocenten.

18. Werkwijze volgens conclusie 17, met het kenmerk, dat de totale concentratie aan extra toevoegingen ligt tussen 30 en 70 gewichtsprocenten ten opzichte van de totale voersamen- 8120423 !» 1 26 stelling.

18. Voer voor dieren volgens conclusie 1 waarbij het calcium oxide geheel of gedeeltelijk vervangen is door calcium hydroxide.

19. Werkwijze volgens een of meer der conclusies 12 tot 16, met het kenmerk, dat de homogene dispersie vermengd is met korrelvormig vast dierenvoermateriaal in een hoeveelheid lig-5 gende tussen 0.5 en 30.0 % van het gewicht van de totale voersamenstelling en daarna onder druk wordt gevormd en verdicht tot samenhangende, aparte deeltjes die een van tevoren vastgestelde vorm hebben om zodoende een samenhangend produkt te geven.

19. Voer voor dieren volgens conclusie 18 waarbij elk ge- 20 wichtsdeel calcium oxide dat verwijderd is vervangen is door 2 tot 4· gewichtsdelen calcium hydroxide.

20. Voer voor dieren volgens conclusie 1 met het kenmerk dat dierlijke talk aanwezig is als extra krachtvoer.

21. Voer voor dieren volgens conclusie 20 waarbij de bron 25 van dierlijke talk gekozen is uit de groep bestaande uit rundervet, varkensvet, schapevet en mengsels daarvan.

22. Voer voor dieren volgens conclusie 21 waarbij de hoeveelheid dierlijke talk ligt tussen 0 en 10 gewichtsprocen-ten.

23. Voer voor dieren volgens conclusie 22 waarin het dier lijk talk ligt tussen 0 en 5 gewichtsprocenten.

24·. Werkwijze voor het bereiden van een praktisch vast dierenvoer waarbij een homogene dispersie gemaakt wordt van fijnverdeeld calcium oxide in melasse, met een gewichtsver-35 houding van 1:2 tot 1:20 en deze dispersie tot stolling gebracht wordt.

25. Werkwijze volgens conclusie 24^ waarin de gewichtsver- 8120425 ► '· 2 3 » t houding van calcium oxide tot melasse ligt tussen 1:2 en 1:12.

26. Werkwijze volgens conclusie 25 waarin de gewichtsverhouding van calcium oxide tot melasse ligtctussen 1:4 en 5 1:7.

27. Werkwijze volgens conclusie 24 waarin de gewichtsverhouding van calcium oxide tot melasse 1:10.is.

28. Werkwijze volgens conclusie 24 waarbij de homogene dispersie bereid wordt met een continu mengsysteem.

29. Werkwijze volgens conclusie 28 waarbij het continue mengsysteem een enkelstaps systeem is.

30. Werkwijze volgens conclusie 28 waarbij het continue mengsysteem een tweestaps systeem is.

31. Werkwijze volgens conclusie 24 waarbij de homogene 15 dispersie bereid wordt in een mengsysteem met charges.

32. Werkwijze volgens conclusie 24 waarbij toevoegingen gekozen uit de groep bestaande uit voedingsstoffen, medicijnen, groeibevorderende stoffen, vitaminen, mineralen en mengsels daarvan in de homogene dispersie gemengd worden voor het 20 harden daarvan.

33. Werkwijze volgens conclusie 32 waarbij de totale concentratie van toegevoegde stoffen ligt tussen 30 en 70 ge-wichtsprocenten van het totale voergewicht.

34. Werkwijze volgens conclusie 24 waarbij de homogene 25 dispersie vermengd wordt met korrelvormig vast dierenvoerma-teriaal in een verhouding liggende tussen 0.5 en 30.0 ge-wichtsprocenten van de totale samenstelling en daarna onder druk wordt gevormd en verdicht tot samenhangende aparte deeltjes die een van tevoren vastgestelde vorm hebben om zo-30 doende een goed samenhangend produkt te vormen. Uittreksel Praktisch vast dierenvoer bevattende een homogene dispersie 35 van fijnverdeeld calcium oxide en melasse. b Ï L 0 r v c~ 4 : ·

20. Werkwijze volgens een of meer der conclusies 12 tot 19, met het kenmerk, dat de melasse en het calcium oxide gemengd worden en daarna onderworpen aan een matige uitwrijfwerking teneinde dë homogene dispersie te produceren. 8120423