NL8120240A - - Google Patents

Description

; W 1 £ 4 Ο VO 3890

Titel: Kopieerinrichting voor offsetdruk met kleurendrukplaten.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een offset’kopieer- ; inrichting. In het bijzonder heeft de uitvinding betrekking op een off-ί,'ζ setkopieerinrichting, die in staat is tot offsetdruk met kleurendrukplaten.

:5 De drukindustrie heeft het laatste aantal jaren grote hoogten van verfijning bereikt aangezien vele bedrijven en andere gebieden steeds : hogere eisen hebben gesteld aan de kwaliteit van hun gedrukte materialen.

Vanaf het vroege begin van de Industrie in gewone zwart-wit reproductie, heeft het drukken een geleidelijke ontwikkeling gevolgd voor wat betreft 10 de technieken, kwaliteit en produktie, hetgeen heeft geleid tot de hui-dige stand van de druktechniek. Gebruikers van gedrukte materialen be-strijken een wijd bereik van belangen en gebieden. Vrijwel elke commer-ciele en niet-commerciele eenheid gebruikt de drukmedia voor een ver-.scheidenheid van doeleinden.

15 Teneinde te voldoen aan de behoefte aan gedrukte materialen, is een wijde verscheidenheid van drukinrichtingen ontwikkeld. Een dergelijke , uitrusting is kenmerkend ontwikkeld voor het voldoen aan bepaalde druk-behoeften. Een schrijfmachine kan dus worden gebruikt voor het verschaf-fen van een enkele hoge kwaliteitskopie, maar zal niet worden gebruikt : 20 indien een aantal kopieen nodig zou zijn. In dergelijke gevallen zal kenmerkend een fotokopieerinrichting worden gebruikt voor het verschaf-fen van een betrekkelijk beperkt aantal hoge kwaliteitskopieen, terwijl een stencilmachine of een vloeistofkopieerinrichting zou kunnen worden gebruikt voor het verschaffen van een betrekkelijk beperkt aantal minder 25 kostbare kopieen maar met een slechtere kwaliteit.

Wanneer grote aantallen hoge kwaliteitskopieen nodig zijn, wordt kenmerkend een of andere soort offsetdrukuitrusting gebruikt. De door een bepaalde gebruiker gewenste kenmerken bepalen in hoofdzaak de bepaalde soort drukuitrusting, die voor een karwei moet worden gebruikt.

30 Een gebruiker van een groot aantal kopieen, die geen stukken met volle-dige kleur zou behoeven te reproduceren, zou dus gewoonlijk een offset-kopieerinrichting gebruiken.

Zoals hier gebruikt, heeft de uitdrukking "volledige kleur" be- 812 0 2 4 0 ..

' ' Ί - 2 - ' trekking op stukken, die willekeurige kleuren bevatten, zoals foto-; grafieen, in plaats van stukken, die een aantal kleuren kunnen bevatten, zoals lijnkopie. Hoewel lijnkopie in een aantalt kleuren kan worden ge- : drukt, zijn de scheidingsprocede's, nodig voor het drukken met "volledige .-.: 5 kleur" of "kleurendrukplaten" niet nodig.

Wanneer factoren, zoals het drukken in volledige kleur, de kosten ; per kopie, het aantal kopieen per plaat en de werkingssnelheid kritifech .

zijn, zoals zij zijn in een grote drukverrichting, wordt de soort uit- . rusting, beschikbaar voor het uitvoerenwan de vereiste diensten, belt) perkt en worden de kosten van deze uitrusting vrij groot. Teneinde bij-voorbeeld te voldoen aan de behoefte van het in volledige kleur drukken; van een groot aantal stukken, is de enige voorheen beschikbare druk-uitrusting de rotatie-offsetdrukpers geweest. Deze uitrusting is in staat een produkt met een fijne kwaliteit te produceren en is de soort .15 uitrusting, die in het algemeen wordt gebruikt voor het drukken van : volledige kleur.

Rotatie-offsetkleurenpersen van de algemeen in gebruik zijnde soort bevatten vele kenmerken, die verzekeren,dat zij een produkt met een zeer hoge kwaliteit zullen hebben. Helaas hebben deze onderdelen 20 zeer hoge..aanschaffingskosten tot gevolg. Teneinde bij wijze van voor- ; beeld in staat te zijn een dunne laag inkt uit te spreiden op de in een ; dergelijke pers gebruikte drukplaat, bevindt zich boyen elke plaat- cilinder van de pers een zogenoemde "toren". In die toren zijn ken-merkend meer dan vijftig inktrollen. Hun doel is het uitdunnen van de 25 bij het drukken gebruikte visceuze inkt. Een zeer dunne inktlaag is nodig op de drukplaat, omdat de voor elke kleur gebruikte plaat bestaat uitaeen zeer dichte opstelling van punten. Deskundigen op dit gebied onderkennen, dat in een drukpers met volledige kleur of "kleurendruk-platen", het oorspronkelijke te reproduceren stuk eerst een "kLeuren-30 scheidings"-procedure ondergaat, waarin de kleuren van het origineel worden gescheiden in de samenstellende kleuren, die indien weer samen-gevoegd de kleuren van het origineel tot gevolg hebben. Elk der samenstellende kleuren wordt afzonderlijk gedrukt. De fysische scheiding wordt tot stand gebracht door het gebruik van een zeef met een zeer 35 dicht patroon van punten. Hoe groter de puntdichtheid, hoe dichter bij ........812.....0..2 A..CL____________________________________________________________________________________.....................:::.:......; - 3 - ' ; , · · t ;.

elkaar de verschillend gekleurde punten op de uiteindelijke afdruk zul-len zijn, en dientengevolge hoe groter het scheidend vermogen van de uiteindelijke afdruk.

De voorheen bekende rotatie-offsetkleurenpersen moesten dus een 5 mechanisme bevatten. om te verzekeren, dat wanneer een zeef met een grote . puntdichtheid wordt gebruikt bij het bereiden van de drukplaten, dat wil zeggen een zeef met kenmerkend van ongeveer 150 tot ongeveer 200 punten of "lijnen" per 2,54 cm, de op de platen aangebrachte inkt niet; de ruimten tussen de beeldpunten zal invullen. Zoals duidelijk moet zi-jn 10 '' zal indien de inktlaag niet als een zeer dunne film zou worden aange- bracht op de plaat, een verknoeide afdruk het gevolg zijn.

Natuurlijk omvat de voorbereiding van de platen met het hiervoor 1 beschreven grote scheidende vermogen, de zogenoemde "sterke ets"-platen, een zeer veeleisende en nauwkeurige behandeling. Dit verhoogt verder 15 de kosten van het produceren van een gedrukte produktie met hoge kwali-teit op een offsetpers.

Een aanvullend kenmerk van de gebruikelijke rotatie-offsetkleuren-pers is het gebruik van zogenoemde "overbrengcilinders" teneinde papier-τ' vellen van een drukkop te bewegen naar een andere. De overbrengcilinders 20 verzekeren'een zeer nauwkeurige registratie vanpapiervellen of verschil-lende plaatsen in de pers. Deze registratie is nodig teneinde een nauwkeurige kleurenreproduktie te verzekeren.

NHelaas is er een verscheidenbeid van toepassingen geweest, waarin het kleurendrukken voorheen wenselijk- is geweest,. maar te kostbaar als 25 gevolg van de kosten van gebruikelijke kleurenoffsetdrukpersen. De ge-bruiker, die geen absoluut nauwkeurige kleurenreproduktie nodig had, kon voorheen geen machine vinden, die in staat was tot het offsetdrukken met kleurendrukplaten, het verschaffen van een betrekkelijk goede kleur, een eenvoudige werking en lage koop- .en onderhoudskosten.

30 Bovendien zijn de kosten van het opzetten van een karwei voor een gebruikelijke rotatie-offsetkleurenpers, zodanig hoog geweest, dat het voorheen niet economisch was kleine karweien in volledige kleur te druk-ken. De gebruiker, die een betrekkelijk klein aantal kleurenkopieen behoeft, dat wil .zeggen minder dan ongeveer 2500 kopieen, heeft het 35 kenmerkend te duur gevonden om het karwei te laten uitvoeren door een ........ 8 1.2 0 2.....4 0............-----------------------—.................................-------------------------------Γ-"-.......: - 4 - drukkeri j . · '

In plaats daarvan is de gebruiker van een betrekkelijk klein aan-tal kopieen beperkt geweest tot een veel minder kostbare inrichting, V zoals een offsetkopieerinrichting, en moest hij kleurenreproduktie op- ! . 5: geven, De uitdrukking "kopieerinrichting" wordt hier gebruikt om te verwijzen naar een drukuitrusting van de soort, die vollediger is be-schreven in het Amerikaanse octrooischrift 2.821.911, getiteld "InterrupterIfor rotary offset printing machine”, het Amerikaanse oc- ; - trooischrift 2.846.220, getiteld "Sheet feeder for printing press", 10 het Amerikaanse octrooischrift 2.859.692, getiteld "Sheet delivery means for rotary offset printing presses, het Amerikaanse octrooischrift 2,890.884, getiteld "Multiple sheet ejecting mechanism", het Amerikaanse octrooischrift 2.899.202, getiteld "Offset printing machine and sheet gage", het Amerikaanse octrooischrift 2.915.970, getiteld "Inking 15 and dampening means for an offset printing machine", en het Amerikaanse: : octrooischrift 2.929.321, getiteld "Irik fountain roll". Elk der voor- gaande Amerikaanse octrooischriften is hier als referentie opgenomen.

' Hoewel een offsetkopieerinrichting een offsetdrukinrichting is en zij vele van dezelfde beginselen gebruikt als de hiervoor beschreven1 20 rotatie-offsetkleurenpers, is zij niet ontworpen voor het drukken met ; kleurendrukplaten. Hoewel meer dan een kleur voorheen kan zijn gedrukt op een enkel stuk onder gebrdikmaking van een offsetkopieerinrichting, zoals vollediger beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 2.845.860, getitel "Two-color offset printing press", is dus het drukken met 25 volledige kleur op een offsetkopieerinrichting voorheen niet tot stand gebracht. De verschillend gekleurde inkten werden met andere woorden niet gescheiden, door,'.eenrkleurscheidingsbehandeling / :;omdat: eenf.offset-; kopieerinrichtigg inherent niet in staat is de fijne inktlaag te ver-schaffen op een plaat, en de nauwkeurige veloverbrenging, waarvoor de 30 rotatie-offsetkleurenpers is ontworpen. Voorheen heeft niemand een druk-behandeling met kleurscheiding ontworpen, welke behandeling zou kunnen worden gebruikt in een offsetkopieerinrichting om haar eenvoud en lagere prijs naar het publiek te brengen.

< Een kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten, ver- 35 vaardigd overeenkomstig de onderhavige uitvinding, bevat een aantal 8 1 2 02 4 0 ___________ _____________ _____ .....

;, : ·>5_ of fsetkopieerkoppen, die elk een enkele kleur..drukken op een enkel stuk ^ ' velmateriaal. De kopieerkoppen zijn in serie aangebracht, zodat de druk- produktie van de eerste kopieerkop in de tweede kopieerkop wordt gevoerd voor het drukken van de tweede kleur. Onder gebruikmaking van een bij-.

\ 5 zondere subtractieve kleurenbehandeling, ontworpen voor het vereffenen : van de inherente beperkingen van een offsetkopieerinrichting, kunnen platen voor de kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten van de onderhavige uitvinding, worden geconstrueerd. In een uitvoerings-; vorm vein de uitvinding, worden drie drukkoppen gebruikt, die blauw, geel 10 en rood drukken. Een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding zal een vierde kopieerkop bevatten, die zwart drukt teneinde het contrast van het uiteindelijke produkt te vergroten.

In de tekening: " is fig. 1 een afbeelding van de uitrusting, gebruikt voor het 15 belichten van de negatieven, die worden gebruikt voor het maken van de : platen, die moeten worden gebruikt met de kopieerinrichting van de onderhavige uitvinding met offsetdruk met kleurendrukplaten, is fig. 2 een zijaanzicht van de kopieerinrichting van de voor- : keursuitvoeringsvorm van de uitvinding met offsetdruk met kleurendruk-20 platen, waarbij duidelijkheidshalve vele details zijn verwijderd, is fig. 3 een zijaanzicht van een kopieerkop van de soort, gebruikt in de kopieerinrichting van de voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding met offsetdruk met kleurendrukplaten, is fig. 4 een zijaanzicht van een gedeelte van de instelling, 25 gebruikt bij de laatste inkttoevoerrol van de kleurenoffsetdrukkopieer-inrichting van fig. 2, is fig. 5 een zijaanzicht van.de registratieplaat, gebruikt op de plaatcilinder van de onderhavige uitvinding en is fig. .6 een bovenaanzicht van de in fig. 5 getoonde registratie- 30 plaat.

Overeenkomstig de onderhavige uitvinding, is een kopieerinrichting 40 met offsetdruk met kleurendrukplaten weergegeven in fig. 2. De kopieerinrichting 40 met offsetdruk met kleurendrukplaten bevat een aantal kopieerkoppen 42, 44, 46, 48 voor het verschaffen van kleuren-35 afdrukken van goede kwaliteit. Teneinde dit resultaat tot stand te 8120240 :¾¾ ;/ :;ϊ . . : ' ' . ' Y^:· brengen, moet eerst een serie platen, waarvan er een wordt gebruikt een offsetplaat in een bepaalde kopieerkop, eerst worden geprodu- .

I ceerd. Hoewel de onderhavige uitvinding een kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten is, moet voor het verkrijgen van een · . ; :5 volledig en juist begrip van de uitvinding, derhalve eerst worden ver- ; wezen naar fig. 1, die de werkwijze verduidelijkt van het bereiden van de platen, dat wil zeggen de zogenoemde "kleurscheidings"-behandeling, ,. gebruikt in de kopieerinrichting 40 van de onderhavige uitvinding met I offsetdruk met kleurendrukplaten. lo 10 Verwijzende naar fig.. 1, begint de kleurscheidingsbehandeling ; met een onderwerp 10, dat een lijnkopie kan zijn, een kunstwerk, een 5 ; fotografie, een autotypie of een ander soortgelijk voorwerp, geplaatst in een houder 12 op een kopiebord 14. Het voorwerp 10 is vastgezet met ; geschikte registratietekens teneinde de uiteindelijke registratie 15 mogelijk te maken van elementen, zoals acetaatelementen, die in een stap voor het ondoordringbaar maken worden gebruikt, of drukplaten, ' . die worden gebruikt in de uiteindelijke kopieerstap. .

Gewoonlijk wordt het voorwerp 10 verlicht door althans twee op afstand geplaatste lichtbronnen 18, 20. Van het voorwerp 10 teruggekaatst 20 licht wordt opgevangen door een optisch stelsel 22, dat lenzen 21, 23 bevat of een soortgelijke inrichting, die het teruggekaatste licht moet kunnen scherpstellen op een reeks vlakke elementen, welke elk zullen worden aangeduid door het verwijzingscijfer 24. Het voor het origineel gebruikte vlakke element 24 is een geslepen glasplaat, waarop het beeld 25 van het voorwerp 10 wordt scherp gesteld. Dan wordt de geslepen glas-_ plaat vervangen door een filmhouder 24, die een blad kan opnemen van een gevoelige panchromatische film. Indien bijvoorbeeld een driekleuren-behandeling zonder zwarte inkt voor contrast wordt gebruikt, moet de panchromatische film gevoelig zijn voor de kleuren, die in de behande- : :30 ling zullen worden gebruikt. In een driekleurenbehandeling zullen de gebruikte inkten gewoonlijk blauw, geel en rood zijn. Dienovereenkomstig moet de voor het bereiden van de kopieerplaten gebruikte film gevoelig zijn voor de "negatieven" van deze kleuren, dat wil zeggen rood, blauw en groen. Kodak· Graphic Arts Film, No. 2568 is voor gebruik in deze be-35 handeling geschikt gebleken.

.....7' L8 1 2 0 2 4 0 .....II. 111:1111' ·“' .V’ ' ^ :.,.,.+: ___________; ^ __________________ν ’ _ ' [ ^____________^ _____________________^ __________________ 1 _ ' - 7 ' ;

Teneinde elk der drie filmbladen, nodig voor de drie platen, te belichten, wordt een filmblad in de filmhouder 24 geplaatst en wordt -i ' een zeef 30 in een zeefhouder 32 geplaatst in de baan van,.het licht, dat v^' wordt teruggekaatst door het voorwerp 10. Bovendien wordt een raster 34 5 met vooraf onder een hoek geplaatste punten gewoonlijk voor de filmhouder 24 geplaatst teneinde de visuele duidelijkheid en definitie van het : ' ' uiteindelijke beeld te verbeteren.

Verder gaande met het onderhavige voorbeeld zal een reeks van drie belichtingen worden gemaakt. Aangezien het scherpstellen reeds is 10 bereikt onder gebruikmaking van het geslepen glaselement, is geen verder scherpstellen nodig wanneer het geslepen glaselement wordt ver-vangen door de filmhouder als het vlakke element 24. Een raster 34 met ; vooraf onder een hoek geplaatste punten, welk raster gewoonlijk een opstelling van elliptische punten omvat met een dichtheid van ongeveer 15 120 tot 150 punten per strekkende 2,54 cm, wordt in aanraking geplaatst met het filmblad in de filmhouder 24, zodat elk filmblad door het punt-raster 34 heen wordt belicht. De puntdichtheid van de rasters, gebruikt voor het bereiden van elk der negatieven in een bepaalde behandeling moet natuurlijk gelijk zijn.

20 . De stap van het bereiden van het negatief voor de blauwplaat gaat verder. met een roodzeef 30, zoals een Kodak No. 25 zeef in de zeefhouder 32. Afhankelijk van het voorwerp, dat wordt gekopieerd, kunnen verander-lijke lichtsterkten, lensopeningen en belichtingstijden worden gebruikt. In een gebruikelijke belichting, is een lichtsterkte van ongeveer 25 689 klx aanwezig bij het optische stelsel 22, en wordt een lensopening van f/22 gebruikt. Een gebruikelijke belichtingstijd voor het bereiden van het negatief voor de blauwplaat is ongeveer 50 s. Gewoonlijk zal de hoek van de punten op het puntenraster 34 105°zijn.

Op soortgelijke wijze gaat de stap van het bereiden van het nega-30 tief voor de geelplaat verder.met een blauwzeef 30, zoals een Kodak

No. 47 zeef in de zeefhouder 32, een belichtingstijd van ongeveer 60 s en een puntenrasterhoek van 90°, en gaat de stap van het bereiden van het negatief voor de roodplaat verder met een groenzeef 30, zoals een Kodak No. 58 zeef in de zeefhouder 32, een belichtingstijd van ongeveer 35 70 s en een puntrasterhoek van 75°. Indien aanvullend kontrast gewenst 81 202 40'............Ill'........1.:..11'.....'.................1......1.11::..1, -.8-- : is, kan behalve de drie reeds beschreven platen een zwartdrukplaat worden gebruikt. Het negatief voor de zwartdrukplaat kan worden bereid ! onder gebruikmaking van een geelzeef 30, zoals een Kodak No. 8 zeef in de zeefhouder 32, een belichtingstijd van ongeveer 25 s en een punt- i 5 rasterhoek van 75°.

Volgende op de afzonderlijke belichtingsstappen, wordt elk film-blad ontwikkeld in een hoge kwaliteitsontwikkelaar, zoals Naccolith 611,: . · waarbij de bediener nauwkeurig de geleidelijk donker wordende schaal van Stouffer bewaaktv Afhankelijk van de gewenste produktie, kunnen 10 veranderlijke fasen van donkerworden worden gebruikt. In een gebruike-lijke behandeling, zal het ontwikkelen worden stil gezet onder gebruik-making van een stilzetbad wanneer de punt No. 1 op de schaal van Stouffer massief zwart wordt. Dit is een nuttige gids voor het evalueren van de belichtingstijd, die nodig is voor elk der .belichtingsstappen. Het 15 negatief wordt dan gefixeerd, gewassen en gedroogd overeenkomstig gestandaardiseerde fotografische behandelingen.

Vervolgens worden passende maskeerbladen voor de drie kleuren, gebruikt in de behandeling, in lijn geplaatst onder gebruikmaking van de registratietekens, die zijn aangebracht op het oorspronkelijke 20 kunstwerk. Een zogenoemde "beproevings,'-stap om de nauwkeurige kleur-kwaliteit van elk negatief te bepalen, kan, indien gewenst, tot stand worden gebracht. Een dergelijke stap omvat het monteren van elk negatief op een kleurtoonblad en het fotografisch bereiden van een afzonderlijk kleur getoond deel of acetaat voor elk der negatieven. Daarna worden 25 de acetaten gemonteerd in lagen, en geregistreerd met betrekking tot „.c elkaar, en wordt de relatieve kleurinhoud van het samengestelde produkt getoetst. Indien kleurherzieningen nodig zijn, kunnen zij op dit punt in de behandeling worden uitgevoerd. Ten behoeve van de uiteenzetting van de onderhavige uitvinding is het echter voldoende op te merken, dat 30 deze stappen, indien gewenst, tot stand kunnen worden gebracht.

Voor elk der negatieven wordt een geschikte plaat van de soort, gebruikt in subtraetieve drukbehandelingen, bereid. Het bereiden van elke plaat omvat het belichten van de plaat door een van de negatieven, zodat het belichtingslicht het gehele plaatoppervlak verwijdert of 35 "wegbrandt" behalve daar waar het negatiefdeel zich bevindt. In deze ....../ ' . plaatsen. zal .het. materiaal,. gebruikt. voor de uiteindelijke kontaktdruk^ 8120240—— - . ___ ·· / ' . - ! ’ ' \ - 9 - ' ' . . . ; stap, achterblijven. Een belichtingsstap wordt tot stand gebracht voor ! elk der negatieven teneinde een plaat te produceren·,. die wordt gebruikt > in de kopiderinrichting van de onderhavige uitvinding met offsetdruk met kleurendrukplaten. Zoals voor deskundigen op het gebied voor de hand 5 ; liggend zal zijn, is de stap van het bereiden van de platen gelijk aan : de hiervoor beschreven beproevingsstap behalve dat de platen niet p doorzichtig zijn en de acetaten wel.

Thans verwijzende naar fig. 2, is de kopi§erinrichting 40 weer- ; , gegeven met offisetdruk met kleurendrukplaten. De voorkeursuitvoerings- ; 10 ; vorm van de kopieerinrichting 40 met offsetdruk met kleurendrukplaten omvat een reeks van vier kopieerkoppen 42, 44, 46, 48. Zoals hier ge- : : bruikt heeft de uitdrukking "kopieerkop" betrekking op het gedeelte van een kopieermachine van de voorheen bekende soort, dat het feitelijke drukken van inkt uitvoert op een materiaalvel, gevoerd door de kopieer— 15 inrichting 40 met offsetdruk met kleurendrukplaten. De kopieerinrich-: ting 40 met offsetdruk met kleurendrukplaten omvat verder een veltoevoer- mechanisme 50 van de op het gebied algemeen bekende soort. Het veltoe- ; . voermechanisme 50 bevat een zuigtoevoerorgaan 52, dat papiervellen 54 opdeelt en deze op een eerste aflevertafel 56 plaatst. De drukbehande-20 ling omvat het drukken van een afzonderlijke inktkleur op elk vel in elk der kopieerkoppen 42, 44, 46, 48 op een hierna uiteen te zetten wijze, en het dan in een aflegmagazijn 58 plaatsen van het voltooide werk.

De kopieerinrichting 40 met offsetdruk met kleurendrukplaten wordt 25 aangedreven door een motor 60, die een aandrijfas 62 draait. Een reeks overbrengingseenheden 64 drijft kettingen 66 aan, en de kettingen 66 drijven de kopieerkoppen 42, 44, 46, 48 aan. De kopiderkoppen 42, 44, 46, 48 zijn in hoofdzaak gelijk, zodat een beschrijving van de eerste kopieerkop 42 zal dienen. voor het beschrijven van de elementen van.de 30 andere kopieerkoppen 44, 46, 48.

Derhalve verwijzende naar fig. 3, omvat de eerste kopieerkop 42 . een plaatcilinder 68, waaromheen een eerste drukplaat 70 is gemonteerd door middel van registratiepennen 72. De registratiepennen 72 zijn machinaal bewerkt om te passen in registratiegaten, gevormd in de plaat 35 70. Zij verschillen van de gewoonlijk in standaard offsetkopieerinrich- 8 1 2 0 2 4 0 .....................'‘.Z::::1:.: '' .V.K··'/ ' ,- ίο - ' . . ' ί tingeri aangetroffen vasthoudpennen, doordat de registratiepennen 72 in - λ-v - r--///; het bijzonder zonder enige speling zijn afgestemd op de registratiegaten | in de plaat 70, terwijl de vasthoudpennen van de stand van de techniek : /']·- '/ 1'··. :'-een aanzienlijke mate van speling hebben in de gaten, die vooraf zijn 5 gevormd in standaardplaten. Zoals door deskundigen op het gebied zal ! worden begrepen, zai hoewel de kopieerkoppen 42, 44, 46, 48 van fig. 2 gelijk kunnen zijn, de plaat 70, gemonteerd aan de eerste kopieerkop 42 in een gebruikelijke drukverrichting, verschillend zijn van de platen, ; - gemonteerd aan de tweede, derde en vierde kopieerkoppen 44, 46, 48.

/:10 Nog steeds verwijzende naar fig. 3, omvat de eerste kopieerkop 42 verder een watervoorraad 74 en een inktvoorraad 76. De watervoorraad 74 .

omvat een voorraadhouder, zoals de omgekeerde fles 78, die een water- · /: stroming 80 verschaft voor het bevloeien van de toevoerrollen 82, 84, 86, 88. De toevoerrol 82 ontvangt water 80 uit de voorraadhouder en ·* - 15 voert het op de rol 84. De rol 84 voert het water op de rol 86 en de rol 86 voert water op de rol 88. Tenslotte voert de rol 88 water op de plaat 70.

De plaat 70 is bereid op een wijze, op het gebied algemeen bekend, die haar gedeelten zonder beeld, dat wil zeggen haar niet drukkende.

20 gedeelten, ontvangend maakt voor water maar niet voor vet of inkt. .

Dienovereenkomstig zal het water 80,dat de rol 88 op de plaat 70 voert, , door de gedeelten zonder beeld van de plaat 70 worden opgenomen.

Op soortgelijke wijze wordt inkt 90 uit de inktvoorraad 76 op de / plaat 70 gevoerd door een reeks inkttoevoerrollen 92, 94, 96, 98, 100, 25 102. Heen-en-weer beweegbare rollen 104, 106, dienen om te helpen bij : het regelmatig uitspreiden van de inkt over de inkttoevoerrollen. De plaat 70 wordt ..natuurlijk op een op het gebied algemeen bekende wijze, die haar beeldgedeelten, dat wil..zeggen haar drukgedeelten, ontvangend maakt voor vet of inkt maar niet voor water. Dienovereenkomstig zal 30 de inkt 90, die de rol 102 uiteindelijk op de plaat 70 voert, worden opgenomen door de beeldgedeelten van de plaat 70 maar niet door haar gedeelten zonder beeld. Dienovereenkomstig moet de druk van de laatste inktrol 102 op de plaat 70 voldoende licht zijn om te voorkomen, dat de rol 102 inkt in de gebieden zonder beeld van de plaat 70 dringt. Deze 35 lichte druk tussen de laatste inktrol',102 en de plaat 70 vormt een -11-2-0 240--—-— -------------------------------------------- ............

. ;.· v “ 7 - 11 \ ‘ j. . .

; belangrijk verschil ten opzichte van hetgeen wordt aangetroffen in ; : kopieerinrichtingen van de in de stand van de techniek bekende soort.

/ 1 \ ·λ·:Υ' In de onderhavige uitvinding, is de lichte druk ontworpen om te helpen · : , v l·· ‘! bij het op de plaat 70 uitspreiden van een dunne inktfilm 90. Aan de 5 i andere kant werden kopieerinrichtingen van de voorheen bekende soort ; niet gebruikt voor het drukken met kleurendrukplaten. Dienovereen- -. ' ^i komstig gebruiken zij een betrekkelijke grote druk tussen hun laatste inktrol en hun plaat. Met het oog op het feit, dat de plaat, gebruikt in den standaard offsetkopieerinrichting niet wordt belicht door een ' 10 puntraster van de soort, gebruikt voor kleurscheiding, is de hoge druk geen probleem. Wanneer een standaard offsetkopieerinrichting wordt igebruikt voor het maken van autotypieen, dient eventueel extra inkt, ; gegeven door de inktrol, slechts voor het verslechteren van het auto- typie beeld. In een kleurendrukbehandeling van de soort, waarmee de ,15 onderhavige uitvinding wordt gebruikt, zal echter eventuele extra inkt het plaatsvinden van een juiste kleurendruk voorkomen.

Verwijzende naar fig. 4, is de laatste inktrol 102 weergegeven.

Delaatste inktrol draait om een as 104. De as 104 gaat door een huis 106, dat door middel van een drukinstelmiddel, zoals een stelschroef 110, 20 is bevestigd aan een steun 108.

Nogmaals verwijzende naar fig. 3, heeft de aanwezigheid van inkt 90 op de beeldgedeelten van de plaat 70 en water 8Q op haar gedeelten zonder beeld het overbrengen tot gevolg van een offsetbeeld, dat wil zeggen een omgekeerd beeld, op een doekrol 112, die draait in 25 aanraking met de plaat 70. Een stuk velmateriaal, zoals een vel papier 114, dat in de kopieerkop 42 wordt gevoerd op de eerste aflevertafel 56, : zal een geinkt beeld ontvangen van de doekrol 112. Het vel papier 114 wordt in aanraking gehouden met de doekrol 112 door een drukcilinder 116, voorzien van een reeks papiervasthoudgrijpers 118. Volgende op het op 30 het vel papier 114 drukken van het beeld, wordt het vel papier 114 bewogen door een toevoermechanisme, zoals een kettinggrijperinrichting ' 118, die grijpers 120 bevat, die het vel papier 114 ontvangen en het naar de volgende aflevertafel (niet getoond). transporteren.

Zoals zal worden onderkend door deskundigen op het gebied, zal 35 wanneer een aantal kleuren in een behandeling met volledige kleur wordt :ΐί2ΊΓ2·ίΟ· .............' .....·..........λ; . afgedrukt, de kwaliteit van de uiteindelijke afdruk in grote mate wor-i den b'epaald door de registratie van de kleuren met betrekking tot elkaar.

: ' In de kopieerinrichting 40 van de onderhavige uitvinding met offsetdruk met kleurendrukplaten zijn de twee soorten registratie, die belangrijk : 5 zijn, de verticale registratie en de horizontale registratie. De uit-v drukking "verticale registratie" heeft betrekking op de registratie van : de afdruk volgens de verticale as van een vel papier,, terwijl de uit- drukking "horizontale registratie" betrekking heeft op de registratie j - : van de afdruk volgens de horizontale as van een vel papier.

10 De verticale registratie wordt geregeld. door de tijdbepaling van : elk vel papier 114, wanneer dit wordt gegrepen door de grijpers 122, die deel uitmaken van de drukcilinder 116 bij het binnengaan van elke / ' kopieerkop. Nog steeds onder verwijzing naar fig. 3, ontvangt een aan- -* slagmechanisme 124 aan het einde van de aflevertafel 56 elk vel papier ; 15 114 voordat het vel' 114 wordt gegrepen door de grijpers 122 van de druk- i cilinder 116. Het aanslagmechanisme 124 kan een micrometerinstelling 126 of soortgelijke middelen bevatten voor het nauwkeurig in lijn plaatsen van de bovenste rand van het vel 114, zodat zijn stand, wanneer het wordt gegrepen door de grijpers 122, nauwkeurig is bepaald.

20 De horizontale registratie wordt geregeld door het naast elkaar plaatsen van de vellen 114. De horizontale registratie in een offset-kopieerinrichting wordt gewoonlijk geregeflid door een paar papiergelei- dingen, zoals de geleiding 128, die zichtbaar is in fig. 3. Wanneer elk vel 114 het papieropneemgebied grenzende aan het aanslagmechanisme 126 25 binnengaat, wordt zijn aanwezigheid gesignaleerd wanneer het een micro-schakelaar 130 opheft, waardoor de papiergeleidingen aan weerszijden van het vel 114 in werking worden gesteld, hetgeen het vel 114 uitlijnt.

In een standaardkopieerinrichting van de voorheen bekende soort, bewegen de papiergeleidingen naar elkaar voor het zodoende zuiver plaatsen van 30 het vel 114.

In de onderhavige uitvinding is het voor de horizontale registratie kritisch, dat een rand van elk vel papier 114 zich in dezelfde relatieve stand bevindt wanneer het elk der kopieerkoppen 42, 44, 46, 48 binnengaat. Dienovereenkomstig worden de velgeleidingen ingesteld voor 35 het naar een zijde van de:. aflevertafel dringen van elk vel papier.

.......... Dit wordt bij voorkeur tot stand gebracht door het gebruiken van de 812...CL24J___________^_________________:-.................................................................:::::........

J r; ; =' · ...· - 13 - -: soort velgeleidingen, die grijpers 132, 134 bevatten· voor het naar een ; ! 4 zijde van de aflevertafel 56 trekken van het papier 114 in plaats van ' :, .,. :,1- de soort, die d.k vel naar het midden van de aflevertafel drukken. Ook .. .j ; : kunnen de velgeleidingen aan een zijde van de aflevertafel zodanig ; 5 worden ingesteld, dat zij veel harder tegen elk vel drukken dan de vel- , geleidingen aan de tegenoverliggende zijde van de aflevertafel. In ieder geval is het voor de horizontale registratie kritisch, dat een zijde van elk vel is gefixeerd in een bekende plaats wanneer het elk der kopi§erkoppen binnengaat. De nauwkeurigste horizontale registratie is ·;! 10 het gevolg van het gebruik van papiergeleidingen, die het vel 114 naar ; een zijde trekken. Indien eohter drukgeleidingen worden gebruikt, kan i : een nauwkeurige horizontale registratie worden verkregen indien een van ; de geleidingen op zijn plaats is vastgezet of is ingesteld om met minder kracht te bewegen dan de andere geleiding.

15 Zoals voor de hand liggend zal zijn voor deskundigen op het gebied, is het zeer belangrijk dat vel 114 op juiste wijze in lijn ligt wanneer, het wordt opgenomen door de drukcilinder in elk der kopieerkoppen 42, 44, 46, 48. Dienovereenkomstig zijn de papiergeleidingen en de aanslag-mechanismen in elke kopieerkop onafhankelijk instelbaar.

20 Behaive de verticale in lijn plaatsing verschaft door de aanslag- ; mechanismen, en de horizontale lijnplaatsing, verschaft door de papier-: . geleidingen, bevatten aanvullende kenmerken van de voorkeursuitvoerings- vorm van de uitvinding, die helpen bij het garanderen van een juiste : in lijn digging, middelen voor het ruw verticaal uitlijnen,/zoals Allen 25 schroeven 136, 138, die de plaatcilinder 68 bevestigen aan haar as 140.

De Allen schroeven 136, 138 maken een draaibeweging mogelijk van elk der i plaatcilinders van de verschillende kopieerkoppen aan hun bijbehorende assen teneinde het mogelijk te maken elke plaatcilinder te registreren met betrekking tot elk der andere plaatcilinders. Wanneer elke plaat-:30 . cilinder is geregistreerd', wordt zij op haar plaats aan haar as vast- - gezet. Voorzien is, dat deze soort registratie zal worden uitgevoerd wanneer een machine in dienst wordt geplaatst en, indien nodig, met tussenpozen daarna.

Teneinde het uitlijnen van het origineel tot stand te brengen, 35 wordt een proefvel bedrukt met inkt in de eerste en tweede kopieerkoppen 8 1 2 0 2 4 ° __ - | . : : - - · ,·’ : -14-- ^ ; - 42, 44:,, en wordt de plaatcilinder in de tweede kopieerkop 44 uitgelijnd ! met betrekking tot de plaatcilinder in de eerste kopieerkop 42. Dan ΐ ! wordt hetzelfde gedaan met de plaatcilinder in de derde- kopieerkop 46 ; en tenslotte met de plaatcilinder in de vierde kopieerkop 4,8. op deze i 5 wijze kan het verticaal registreren van het origineel tot stand worden ·; gebracht. ., : Behaive de verticale registratie van het origineel is het nodig een “opzetting" of "klaarmaking" uit te voeren voor elke drukverrich- : ting. In het "opzetten" wordt het aanslagmechanisme voor de vellen, die; 10 elke kopieerkop binnengaan, ingesteld teneinde onregelmatigheden te : vereffenen in de wijze waarop de vellen oorspronkelijk waren gesneden, dat wil zeggen indien zij niet op juiste wijze vierkant waren gesneden, Bovendien worden de horizontale instellingen, uitgevoerd onder gebruik-making van de papiergeleidingen, uitgevoerd1 15 Indien een verdere instelling nodig is, dat wil zeggen voor het opheffen van schuinliggen, wordt een fijninstelmiddel, zoals de met een micrometer instelbare registratieplaat 142, weergegeven in fig. 5 en 6, gebruikt. De registratieplaat 142 neemt de registratiepennen 54 op. De registratieplaat 142 is bevestigd aan de plaatcilinder 68 door 20 middel van schroeven 144, voorzien van schachten 146, die in diameters smaller zijn dan gaten 148, geboord door de registratieplaat 142. De : plaatcilinder 68 is voorzien van schroefdraad voor het opnemen van de : schroeven 144, en de koppen van de schroeven 144 zijn verzonken in openingen 146, gevormd in -de oppervlak van de registratieplaat 142. ' 25 Micrometerinstelmiddelen 150, 152 maken een zeer fijne instelling moge-lijk van de registratieplaat 142 op de plaatcilinder 68, wanneer de schroeven 114 zijn losgedraaid. Nadat deze instellingen zijn voltooid, worden de schroeven 144 aangedraaid voor het in de juiste stand houden-voor een bepaalde verrichting van de registratieplaat 142. Het micrometerinstel-30 middel 150 wordt bijvoorbeeld gebruikt voor een fijne horizontale in lijn plaatsing, en het micrometerinstelmiddel 152 wordt gebruikt voor een fijne verticale in lijn plaatsing. Samen kunnen zij worden gebruikt voor het corrigeren van schuinligfouten.

Synchronisatie van de verschillende kopieerkoppen 42, 44, 46, 48, 35 met betrekking tot elkaar is van belang voor het voorkomen van papier- 8120240 ' "' : .->>·.;'\"yx;r ί - ’ verstoppingen, die het gevolg zullen zijn indien de kopieerkoppen 42, ΐ 44, 46, 48 niet met dezelfde snelheid zouden draaien. Zoals getoond in fig. 2, is de synchronisatie van het draaien van de verschillende ; kopieerkoppen 42, 44, 46, 48 met betrekking tot elkaar verzekerd door /5 : het gebruik van kettingdrijfwerken 66, die elk der delen van de ver schillende kopieerkoppen 42, 44, 46, 48 gelijktijdig draaien wanneer zij .-)/-..-, worden aangedreven door een aandrijfas 62, die weer wordt aangedreven door de motor 60.

-'.···. ’ | '·'·. ..- r .

. i ’· 8120240 __

Claims (28)

1. 3. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de middelen voor het leveren van inkt : een reeks inktrollen omvatten, waarvan een laatste is ingericht voor het in aanraking zijn met een plaat, gemonteerd aan de plaatcilinder, .. 30 met een druk, die is gekozen voor het aanbrengen van een betrekkelijk O dunne bekleding van inkt op de plaat.
2. 4. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens % conclusie 1, met het kenmerk, dat de levertafels een stel geleidingen Y I12 02 4J_________________________________:........................................... 9 ' · - ’ ι·' j ΐ· ;. ; ., .: - - 17 - . ν bevatten, elk ingericht voor het naar .eenizijde van de aflevertafel . . dringen van vellen daarop waardoor de vellen aan dezelfde zijde uitge- lijnd elk der kopieerkoppen binnengaan.
3. 5. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens . 5> conclusie 4, met het kenmerk, dat de geleidingen zijn ingericht voor het naar de ene zijde van de aflevertafel drukken van de vellen.
4. 6. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de geleidingen zijn ingericht voor I ' het naar de ene zijde van. de aflevertafel trekken van de vellen. > - 10 7. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens ί conclusie 1, met het kenmerk, dat de plaatcilinder van elk der kopieerkoppen is ingericht voor het in dezelfde relatieve stand houden van een; ; j- plaat als de plaatcilinder van elk der andere kopieerkoppen.
5. 8. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens ; : 15 conclusie 7, gekenmerkt door drie kopieerkoppen, die zijn ingericht voor het drukken van volledige kleur door het afdrukken van blauvo inkt, geel inkt en rood inkt.
6. 9. KopiSerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens conclusie 8, gekenmerkt door een vierde kopieerkop, ingericht voor het 20 afdrukken van zwart inkt.
7. 10. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens conclusie 9, gekenmerkt door middelen voor het instellen van een plaat, ’ . gemonteerdaan de plaatcilinder.
8. 11. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens 25 conclusie 10, met het kenmerk, dat de middelen voor het instellen van * ; een plaat, gemonteerd aan de plaatcilinder een registratieplaat bevatten-;·
9. 12. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens ; conclusie 11, met het kenmerk, dat de registratieplaat instelbaar is bevestigd aan de plaatcilinder.
10. 13. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens conclusie .12, met het kenmerk, dat micrometerinstelmiddelen worden ge-bruikt voor het aan de plaatcilinder bevestigen van de registratieplaat. ; 14. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten voor het % drukken in volledige kleur, welke inrichting middelen omvat voor het op % 35 een eerste aflevertafel toevoeran van velmateriaal en een aantal offset- ^ kopieerkoppen, waarbij elk der offsetkopieerkoppen een plaatcilinder : 8 1 2 0 2 4 0 ____________2..............; _............: * ····<'· » .· .···- · · .’. .. ι· _ . . ./ . ' , !. :’·· .' t * . . ' : . omvat^vQor het opnemen van een beeldplaat, een watervoorraadhouder.voor | het opnemen van water, middelen voor het uit de watervoorraad leveren , van water aan een plaat, gemonteerd aan de plaatcilinder, een inktvoor-I raad voor het opnemen van inkt en middelen voor het.uit de inktvoorraad 5 leveren van inkt. aan een plaat, gemonteerd aan de plaatcilinder, met het kenmerk, dat elk der offsetkopieerkoppen is ingericht voor het af- : ; drukken van een enkele kleurinkt op een enkel stuk velmateriaal, waarbij de offsetkopieerkoppen in serie zijn aangebracht, zodat de eerste i offsetkopiSerkop velmateriaal omvat van de eerste aflevertafel en het : 10 op een eerste kettinggrijper voert, die het in. een tweede van de offset- ί I kopieerkoppen voert, waarbij de laatste van de offsetkopieerkoppen het : J velmateriaal op een laatste kettinggrijper voert, en de plaatcilinder ; van elk der kopieerkoppen middelen bevat voor het instellen van de re- . ' gistratie van een daaraan gemonteerde plaat.
11. 15. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de middelen voor het instellen van een plaat, gemonteerd aan de plaatcilinder, een registratieplaat be- vatten..
12. 16. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens ; 20 , conclusie 15, met het kenmerk, dat de registratieplaat instelbaar is bevestigd aan de plaatcilinder.
13. 17. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens conclusie 16, met het kenmerk,; dat micrometerinstelmiddelen worden ge- ; bruikt, voor het aan de plaatcilinder bevestigen van de registratieplaat.
14. 18. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de middelen voor het leveren van inkt zijn ingericht voor het aanbrengen van een betrekkelijk dunne bekleding van inkt op een plaat, gemonteerd aan de plaatcilinder.
15. 19. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens 30 conclusie 18, met het kenmerk, dat de plaat was bereid van een negatief, die was belicht door een puntraster, en de middelen voor het leveren van inkt zijn ingericht voor het aanbrengen van de Jaetrekkelijk: Hunne bell kleding van inkt met een zodanig gekozen dikte, dat het niet de gedeel- s' I ten zonder beeld van de plaat zal vullen. | 35 20. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens ' -...... conclusie 19, met het kenmerk,-dat de middelen voor het leveren van 8 llllii_____' '___________________________.....___..... ; IV. ϊ:: /-.19- .. , , , „ .. . Λ inkt een reeks inktrollen omvatten, waarvan een laatste is ingericht ! ! voor het in aanraking komen met een plaat, gemonteerd aan de plaatcilin der, met een druk, gekozen voor het aanbrengen van een betrekkelijk dunne bekleding van inkt op de plaat. ·]. 5 21. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de levertafels een stel geleidingen : bevatten, welke geleidingen elk zijn ingericht voor het naar een zijde : van de aflevertafel dringen van vellen daarop waardoor de vellen aan dezelfde zijde uitgelijnd elk der kopieerkoppen binnengaan.
16. 22. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens : conclusie 21, met het kenmerk, dat de geleidingen zijn ingericht voor | het naar de ene.izijde van de aflevertafel drukken van de vellen.
17. 23. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens f conclusie 21, met het kenmerk, dat de geleidingen zijn ingericht voor 15 het naar de ene zijde van de aflevertafel trekken van de vellen.
18. 24. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de plaatcilinder van elk der . kopieerkoppen is ingericht voor het in dezelfde relatieve stand houden.. van een plaat als de plaatcilinder van elk der andere kopieerkoppen.
19. 25. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten. volgens conclusie 24, gekenmerkt door drie kopieerkoppen, die zijn ingericht voor het afdrukken van volledige kleur door het drukken van blauw inkt, • geel inkt en rood inkt.
20. 26. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens 25 conclusie 25, gekenmerkt door een vierde kopieerkop, ingericht voor het drukken van zwart inkt.
21. 27. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten voor het drukken in volledige kleur, welke inrichting middelen omvat voor het op een eerste aflevertafel toevoeren van velmateriaal en een aantal 30 offsetkopieerkoppen, waarbij elk der offsetkopieerkoppen een plaatcilinder omvat voor het opnemen van een beeldplaat, een watervoorraad- ;
22. 4 J) houder voor het opnemen van water, middelen voor het uit de watervoor- §. raad leveren van water aan een plaat, gemonteerd aan de plaatcilinder, ; '% : |; een inktvoorraad voor het opnemen van inkt en middelen voor het uit de I 35 inktvoorraad leveren van inkt aan een plaat, gemonteerd aan de plaat- -..... 8 1 2 0 2 4 0 ——---------------------------------------------------------------------- : 'v:'./. ” ..V;. ... ..·.; . L ' f > i cilinder,' met het kenmerk, dat elk der offsetkopieerkoppen is ingericht I voor het drukken van een enkele kleurinkt op een enkel stuk velmateriaal, waarbij de offsetkopieerkoppen in serie zijn aangebracht, zodat de eerste offsetkopiierkop velmateriaal omvat van de eerste aflevertafel en het : 5 op een eerste kettinggrijper voert, die het in een tweede van de offsetkopieerkoppen voert, waarvan de laatste het velmateriaal op een laatste kettinggrijper voert, en waarbij verder althans een aflevertafel aan-r . wezig is voor het van de eerste ketfinggrijper opnemen van het vel-\'L- .r materiaal. . / ’ ///- /// ../·%;-//''/-.γ//· / Y/Y- / /:./ / - :- :/i . / ./
23. 28. KopiSerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens /-; / conclusie 27, met het kenmerk, dat de aflevertafels geleidingen be-vatten, die elk zijn ingericht voor het naar een zijde van de aflevertafel dringen van vellen daarop, waardoor de vellen aan dezelfde zijde / in lijn liggen elk der kopieerkoppen binnengaan.
24. 29. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens conclusie 28, met het-kenmerk, dat de geleidingen zijn ingericht voor het naar de ene zijde van de aflevertafel drukken van de vellen.
25. 30. KopiSerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens · conclusie 28, met het kenmerk, dat de geleidingen zijn ingericht voor 20 het naar de ene zijde van de aflevertafel trekken van de vellen.
26. 31. KopiSerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens conclusie 27, met het kenmerk, dat de plaatcilinder van elk der kopieerkoppen is ingericht voor het opnemen van een plaat in dezelfde ; relatieve stand als de plaatcilinder van elk der andere kopiSerkoppen.
27. 32. Kopieerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens conclusie 31, gekenmerkt door drie kopieerkoppen, die zijn ingericht voor het afdrukken in volledige kleur door het drukken van blauw inkt, geel inkt en rood inkt.
28. 33. KopiSerinrichting met offsetdruk met kleurendrukplaten volgens 30 conclusie 32, gekenmerkt door een vierde kopieerkop, ingericht voor het . · ·,. drukken van zwart inkt. β 1 2 0 2,4 0 _______ /