NL8105570A - Rotatiezuigerpomp met drukvereffeningskamer. - Google Patents

Description

N.0. 29.978 1

Rotatiezuigerpomp met drukvereffeningskamer.

De uitvinding heeft betrekking op een rotatiezuigerpomp, waarbij de doorvoeren tussen pompruimte en drijfwerkruimten door spleetafdichtingen zijn gescheiden.

Bij rotatiezuigerpompen roteren twee of meer zuigers in een pomp-5 huis. De tegengestelde rotatie is een over elkaar af wikkelen van de zuigers zonder onderlinge aanraking bij gelijktijdige lijn- of vlakvormige afdichting van de zuigzijde ten opzichte van de uitstootzijde.

Deze beweging wordt door drijfwerken tot stand gebracht, die zich in bijzondere van de pompruimte gescheiden drijfwerkruimten bevinden. Voor 10 de overbrenging van de rotatiebeweging op de zuigers in de pompruimte zijn de scheidingswanden van asdoorvoeren voorzien. De drijfwerkruimten zijn tot aan een bepaalde hoogte met olie gevuld, die op geschikte wijze, bijvoorbeeld door centrifugaalschijven wordt toegevoerd aan de as-lagers en de tandwielen van de drijfwerken. Aangezien een rotatiezui-15 gerpomp in de pompruimte olievrij moet werken, moet worden vermeden dat olie of ander smeermiddel uit de drijf werkruimten de pompruimte bereiken. Eveneens moet worden vermeden dat een of andere schadelijke stof die in de pompruimte wordt getransporteerd, de drijfwerkruimten bereikt en aldaar de smeermiddelen kan verontreinigen of ontleden. Om deze re-20 den moet er voor worden gezorgd_dat pompruimte en drijfwerkruimten ter plaatse van de asdoorvoeren effectief zijn gescheiden.

Om deze scheiding te bereiken past men asafdichtingen toe, die in de eindschilden tussen de rotatielagers en de doortocht naar de pompruimte worden aangebracht. Deze brengen het nadeel met zich mede, 25 zij door de onvermijdelijke wrijving zeer snel slijten. Om dit nadeel te vermijden is men ertoe overgegaan de asdoorvoeren met spleetafdichtingen uit te rusten. Deze stellen weliswaar geen absolute afdichting voor, maar verhinderen een overbrenging van vloeistofdeeltjes van een ruimte in de andere en zijn niet onderworpen aan slijtage.

30 Aangezien echter bij spleetafdichtingen om vervaardigingstechni sche redenen niet elke spleet even groot is, kunnen hier drukverschillen optreden, die zelfs bij een constante voordruk en constante zuig-druk vereffeningsstromingen tussen de afzonderlijke asdoorvoeren vóórtbrengen. Dit effect treedt bij uit meer trappen bestaande pompen ver-35 sterkt op, waarbij bij de doorvoeren verschillende drukken ontstaan.

De hierboven genoemde vereffeningsstromingen werken een optimaal pomp-gedrag van een rotatiezuigerpomp tegen. Hierdoor kunnen namelijk smeer-middeldampen de pompruimte die olievrij moet zijn, bereiken en eveneens 8105570 >—^ * 2 kunnen dampen uit de pompruimte de drijfwerkruimten bereiken, waar zij kunnen condenseren, de smeermiddelen kunnen verontreinigen, of deze ontleden. Aangezien de drukvereffening tussen de asdoorvoeren ten dele boven het olieniveau in de drijfwerkruimte plaatsvindt, kan bovendien 5 spatolie in de richting van de pompruimte worden getransporteerd, waardoor de vrijheid van olie van de pompruimte niet meer is verzekerd.

Om storende gassen of dampen die zich langs de weg van de drijf-werkruimten naar de pompruimte of omgekeerd bevinden, ten minste te verminderen, worden de asdoorvoeren volgens de bekende methode afzon-10 derlijk met telkens een zuigleiding afgetapt en geëvacueerd. Dit gaat in het bijzonder bij meertrapspompen gepaard met hoge vervaardigings-technische kosten.

Een ander nadeel bij de tot nu toe toegepaste constructies bestaat daarin dat geen mogelijkheid bestaat de ongewenste substanties tussen 15 pompruimte en drijfwerkruimten te controleren en af te voeren, wat in het bijzonder bij verhoogde opbrengst tot storingen leidt.

De uitvinding heeft ten doel de hierboven genoemde nadelen te vermijden om gassen en dampen door een effectieve scheiding van pompruimte en drijfwerkruimten werkelijk olievrij te kunnen transporteren, en een 20 controle-inrichting te scheppen waarmee het mogelijk is de storingsvrije functie te bewaken.

Dit wordt daardoor bereikt, dat men de spleetafdichtingen deelt en tussen de beide delen drukvereffeningskamers aanbrengt, die alle asdoorvoeren verbinden. In deze drukvereffeningskamers kan de drukveref-25 fening plaastvinden. Aldus wordt verhinderd dat door extra gasstromen over de olieruimten oliedeeltjes in de pompruimte worden getransporteerd. Via afzonderlijke verbindingen die met een oliefilter zijn uitgerust, kan de drukvereffening tussen drijfwerkruimte en drukvereffe-ningskamer plaatsvinden.

30 Tussen de beide delen van de spleetafdichtingen is een boring aan gebracht; deze kan hetzij met een van buiten zichtbaar vacuumdicht kijkglas of met een vochtigheidsmeetsonde zijn verbonden. Door deze maatregel verkrijgt men een waarnemingsinrichting die het mogelijk maakt de functie van de inrichting te bewaken. Zouden door een foutief 35 functioneren, of door het samenwerken van verschillende ongunstige factoren, of door te hoge belasting toch vloeistofbestanddelen de drukver-effeningskamer bereiken, dan kunnen deze door de waarnemingsinrichting visueel, of door een vochtigheidsmeetsonde automatisch worden vastgesteld en afgevoerd.

40 De drukvereffeningskamers kunnen via afzonderlijke leidingen van 8105570 -¾ 3 ι buiten of door geschikte verbindingsleidingen met de pompruimte van de rotatiezuigerpomp worden geëvacueerd. In dit geval wordt een zeolietval vanwege de olievrijheid tussengeschakeld. Voor de stroming wordt de zuigstomp van de verschildruk - drukvereffeningskamer gebruikt. Als 5 verdere maatregelen om storende gassen en dampen uit de drukvereffe-ningskamer te weren, kunnen deze met een inert gas worden bedreven.

In fig. 1 is de inrichting volgens de uitvinding als voorbeeld af-gebeeld.

In de pompruimte 1 van een rotatiezuigerpomp bevinden zich bij-10 voorbeeld twee rotatiezuigers 2, waarvan de rotatiebeweging door drijfwerken 3 wordt bestuurd, die zich in de drijfwerkruimten 4 bevinden. Voor de overbrenging van de rotatiebeweging van de drijfwerken 3 op de rotatiezuigers zijn de scheidingswanden 5 tussen de drijfwerkruimten 4 en de pompruimte 1 voorzien van asdoorvoeren, waarbij de drijfwerkruim-15 ten 4 met behulp van spleetafdichtingen 6 van de pompruimte 1 zijn gescheiden. De spleetafdichtingen 6 worden volgens de uitvinding door drukvereffeningskamers 7 gedeeld. Deze drukvereffeningskamers 7 verbinden telkens alle aan één zijde zich bevindende asdoorvoeren. Via gescheiden oliefilters 8 vindt de drukvereffening tussen drukvereffe-20 ningskamers 7 en drijfwerkruimten 4 plaats. In boringen 9 zijn kijkglazen 10 met vochtigheidsmeetsonden 11 aangebracht voor de bewaking van de functie van de inrichting. De buitenste einden van de boringen 12 zijn voorzien van geschikte inrichtingen voor het evacuëren van de drukvereffeningskamers 7. De drukvereffeningskamers 7 kunnen ook via 25 verbindingsleidingen 13 met de pompruimte 1 worden geëvacueerd, die zijn uitgerust met zeolietvallen 14. Voor de extra bescherming van de spleetafdichtingen 6 en dus van de pompruimte 1 tegen spatolie zijn de kogellagers 15 voorzien van afdekschijven 16 of afdekringen 16.

8105570

Claims (8)

1, Ro t atie zuiger pomp met 2 of meer asdoorvoeren tussen pompruimte en drijfwerkruimten, waarbij door geschikte spleetafdichtingen de pompruimte van de drijfwerkruimten is gescheiden, met het kenmerk, dat de spleetafdichtingen (6) uit twee delen bestaan, die door drukvereffe- 5 ningskamers (7) zijn gescheiden, die alle aan één zijde van de pompruimte (1) zich bevindende asdoorvoeren verbinden.

2. Rotatiezuigerpomp volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de drukvereffening tussen drukvereffeningskamers (7) en drij fwerkruimten (4) via gescheiden oliefilters (8) plaatsvindt.

3. Rotatiezuigerpomp volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat bij de drukvereffeningskamers (7) boringen (9) zijn aangebracht, die voorzien zijn van, van buitenaf doorzichtige vacuumdichte kijkglazen (10).

4. Rotatiezuigerpomp volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat bij de drukvereffeningskamers (7) boringen (9) zijn aangebracht, die zijn 15 voorzien van vochtigheidsmeetsonden (11).

5. Rotatiezuigerpomp volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de drukvereffeningskamers (7) door geschikte inrichtingen (12) van buiten af kunnen worden geëvacueerd.

6. Rotatiezuigerpomp volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de 20 drukvereffeningskamers (7) door verbindingsleidingen (13) met de pompruimte (1) kunnen worden geëvacueerd.

7. Rotatiezuigerpomp volgens de conclusies 1 en 6, met het kenmerk, dat in de verbindingsleidingen (13) tussen de drukvereffeningskamers (7) en de pompruimte (1), zich zeolietvallen (14) bevinden.

8. Rotatiezuigerpomp volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de lagers (15) zijn voorzien van hetzij afdekschijven (16) aan êén zijde of van afdekringen (16). 3SS5SSS35SS3S 8105570