NL8105432A - Lijmanker voor beton, steenachtige materialen en hout. - Google Patents
Lijmanker voor beton, steenachtige materialen en hout. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8105432A NL8105432A NL8105432A NL8105432A NL8105432A NL 8105432 A NL8105432 A NL 8105432A NL 8105432 A NL8105432 A NL 8105432A NL 8105432 A NL8105432 A NL 8105432A NL 8105432 A NL8105432 A NL 8105432A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- anchor
- pin
- collars
- collar
- circumference
- Prior art date
Links
- 239000000463 material Substances 0.000 title claims description 14
- 239000002023 wood Substances 0.000 title claims description 4
- 239000012790 adhesive layer Substances 0.000 claims abstract description 14
- 239000003292 glue Substances 0.000 claims description 17
- 230000001070 adhesive effect Effects 0.000 claims description 10
- 239000000853 adhesive Substances 0.000 claims description 9
- 230000004323 axial length Effects 0.000 claims description 7
- 230000007704 transition Effects 0.000 claims description 6
- 238000003780 insertion Methods 0.000 claims description 5
- 230000037431 insertion Effects 0.000 claims description 5
- 239000000969 carrier Substances 0.000 abstract 1
- 239000012876 carrier material Substances 0.000 description 3
- 238000010276 construction Methods 0.000 description 3
- 239000010410 layer Substances 0.000 description 3
- 230000002349 favourable effect Effects 0.000 description 2
- 239000004575 stone Substances 0.000 description 2
- 241001669679 Eleotris Species 0.000 description 1
- 239000011248 coating agent Substances 0.000 description 1
- 238000000576 coating method Methods 0.000 description 1
- 230000007797 corrosion Effects 0.000 description 1
- 238000005260 corrosion Methods 0.000 description 1
- 230000007774 longterm Effects 0.000 description 1
- 125000006850 spacer group Chemical group 0.000 description 1
- 229910001220 stainless steel Inorganic materials 0.000 description 1
- 239000010935 stainless steel Substances 0.000 description 1
- 230000003068 static effect Effects 0.000 description 1
Classifications
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E01—CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
- E01B—PERMANENT WAY; PERMANENT-WAY TOOLS; MACHINES FOR MAKING RAILWAYS OF ALL KINDS
- E01B9/00—Fastening rails on sleepers, or the like
- E01B9/02—Fastening rails, tie-plates, or chairs directly on sleepers or foundations; Means therefor
- E01B9/04—Fastening on wooden or concrete sleepers or on masonry without clamp members
- E01B9/14—Plugs, sleeves, thread linings, or other inserts for holes in sleepers
- E01B9/18—Plugs, sleeves, thread linings, or other inserts for holes in sleepers for concrete sleepers
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F16—ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
- F16B—DEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
- F16B13/00—Dowels or other devices fastened in walls or the like by inserting them in holes made therein for that purpose
- F16B13/14—Non-metallic plugs or sleeves; Use of liquid, loose solid or kneadable material therefor
- F16B13/141—Fixing plugs in holes by the use of settable material
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- General Engineering & Computer Science (AREA)
- Architecture (AREA)
- Civil Engineering (AREA)
- Structural Engineering (AREA)
- Joining Of Building Structures In Genera (AREA)
- Finishing Walls (AREA)
- Dowels (AREA)
Description
« P & C '*V' — *?
, W 622-36 Ned.dB/LvD
Lijmanker voor beton, steenachtige materialen en hout.
De uitvinding heeft betrekking op een anker, een zogenaamd lijmanker, bestemd om door middel van een tweecomponentenlijm te worden 5 bevestigd in een dragermateriaal, bijvoorbeeld beton, een ander steenachtig materiaal, of hout, welk anker bestaat uit een pen.
Dergelijke ankers zijn bekend. Daarbij wordt een gat geboord in het dragermateriaal, daarin een tweecomponentenlijm aangebracht en vervolgens de ankerpen ingedreven. Na uitharden van de lijm is de verbinding 10 dragermateriaal-ankerpen tot stand gebracht.
De ankers dienen om daarmee andere bouwdelen met een beton- of steenconstructie te verbinden. Omdat deze verbinding vaak door middel van schroefdraad en moeren plaatsvindt, wordt voor de ankerpen een zogenaamd draadeind gebruikt, waarvan de schroefdraad over de gehele lengte door-15 loopt. Een nadeel is dat de lijm niet met zekerheid alle dalen van de schroefgang opvult, zodat de hechting tussen lijm en pen niet optimaal is en daardoor ook niet de schuifsterkte tussen pen en lijm bij trekbelasting van het anker. Verder doen de vrij scherpe toppen van de schroefdraad bij belasting spanningspieken in de lijm ontstaan. De uitvinding beoogt het 20 opheffen van deze nadelen en daardoor het verschaffen van een lijmanker met betere verbinding met het dragermateriaal en daardoor grotere houd-kracht.
Dit wordt volgens de uitvinding bereikt doordat de pen is voorzien van een aantal omtrekskragen, waarvan de zijden een stompe hoek maken 25 met de aangrenzende penomtrek en via een afronding overgaan in de kraag-omtrek en in de penomtrek.
Hierdoor verkrijgt men een gunstige spanningsspreiding in de lijmlaag, zodat een zo groot mogelijk deel daarvan meewerkt bij overbrenging van de spanningen op de gatwand.
30 De grootte van de stompe hoek hangt daarbij af van de gatdia- meter/ dus van de dikte van de lijmlaag tussen anker en gatwand. De hoek moet daarbij groter zijn bij dikkere lijmlaag en ook naarmate er een grotere dynamische dwarsbelasting van het anker plaatsvindt. Dit laatste komt bijvoorbeeld voor bij ankerpennen welke worden gebruikt voor be-35 vestiging van spoorrailplaten aan betonnen dwarsliggers.
De genoemde kraagafrondingen dienen om spanningspieken in de lijmlaag te voorkomen. De afrondingsstraal is bij voorkeur groter bij dikkere lijmlaag.
Wanneer de ankers voornamelijk trekbelastingen opnemen in 40 nauwpassende gaten, d.w.z. op bekende wijze ongeveer 2 mm groter in 8105432 % - 2 - diameter dan de ankerpen, worden volgens de uitvinding de omtrekskragen zodanig aangebracht, dat de axiale lengte van de omtrekskragen zich verhoudt tot de axiale lengte van het pendeel tussen twee opvolgende kragen als de schuif sterkte van de lijmlaag tot die van het penmateriaal.
5 Hierdoor Wordt de schuifsterkte van de verbinding lijm-pen in de lijm tussen twee kragen ongeveer 'even groot als van de kragen zelf, zodat een gelijkmatige schuifsterkte over de gehele ankerlengte is verkregen.
Het is bekend om, teneinde voldoende lijm in het boorgat voor 10 de hechting lijm-gatwand beschikbaar te hebben, de gatdiameter ongeveer 2 mm groter dan de buitendiameter van het draadeind te maken, zodat een lijmlaag van 1 mmdikte om het anker heen ligt. Groter is niet nodig en zal ook meer lijm kosten.
Bij voorkeur voert men bij het anker volgens de uitvinding de 15 kraag zo uit, dat de kraag over een afstand van ongeveer 1 mm buiten de penomtrek uitsteekt. Tussen kraag en gatwand ligt dan ook een lijmlaag van 1 mm dikte. Voor grotere gaten kan men algemeen aanhouden een uit-steekafstand gelijk aan de helft van de lijmlaagdikte.
Het is gunstig wanneer een aantal opvolgende kragen zijn aange-20 bracht aan de einden van het te ver lijmen pendeel en tussen de beide, telkens het verst van het betreffende peneinde liggende kragen, een grotere axiale lengte als kraagafstand aanwezig is. Door dit lange lijmmidden-stuk wordt kruip in de lijmlaag bij langdurige statische belasting opgevangen.
25 Een goede spannings-verdeling over de gehele lijmdikte tussen anker en dragermateriaal bij 2 mm grotere gaten verkrijgt men wanneer de zijden van de kragen een hoek van 105° met de aangrenzende penomtrek maken.
Bij de gebruikelijke dikte van de lijmlaag worden spannings-30 pieken in de hoeken tussen de gladde ankerpen en de kragen vermeden wanneer de afrondingstraal op de overgang tussen kraagomtrek en kraagzijde, evenals tussen kraagzijde en de penomtrek, 0,3 mm bedraagt.
Het is gunstig wanneer het insteekeinde van het anker voor het insteken voor een met lijm gevuld nauw gat conisch met een tophoek van 35 ongeveer 120° verloopt. Hierdoor worden luchtinsluitingen voorkomen bij het inbrengen van het anker in het met lijm gevulde gat.
De uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin twee uitvoeringsvoorbeeldén van de ankerpen volgens de uitvinding zijn weergegeven.
40 Fig. 1 is een zijaanzicht van een pen, bestemd voor nauwe gaten.
8105432 * - *ν - 3 -
Fig. 2 toont het met II aangeduide detail van fig. 1 op grotere schaal en in doorsnede.
Fig. 3 is een zij-aanzicht van een ankerpen voor spoorstaafbeves- tiging.
5 Fig. 4 toont het met IV aangeduide detail van fig. 3 op grotere schaal en in doorsnede.
De ankerpen 1 volgens fig. 1 heeft een einde 2 met uitwendige schroefdraad waarmee een te bevestigen bouwonderdeel aan een beton- of andere steenconstructie kan worden bevestigd. De rest van de ankerpen 10 is bestemd in het dragermateriaal, dus beton of een ander steenachtig materiaal, te worden verlijmd. Dit gedeelte heeft kragen 3, waarvan er in het weergegeven voorbeeld drie zijn aangebracht op gelijke afstanden aan het tegenover het schroefdraadeinde gelegen einde van de pen en vier op het gedeelte grenzend aan het schroefdraaddeel.
15 Elke kraag 3 heeft een axiale lengte a terwijl de afstand tussen twee opvolgende kragen een lengte b heeft. De verhouding tussen a en b is zodanig, dat a:b als de schuifsterkte van de lijmlaag tot die van het penmateriaal.
Wanneer de ankerpen een pen is met cirkelvormige dwarsdoorsnede 20 wordt gewoonlijk voor het aanbrengen van de pen in beton een gat geboord met een 2 mm grotere diameter dan de kraagomtrek. De kraag steekt bij voorkeur ongeveer 1 mm buiten de tussen de kragen gelegen delen van de pen uit, d.w.z. dat de kragen eveneens een 2 mm grotere diameter hebben dan de tussenliggende pendelen.
25 Uit fig. 1 blijkt dat de laatste kraag 3, gaande van het schroef- draaddael 2 uit en de laatste kraag 3, uitgaande van het andere peneinde, een grotere onderlinge afstand hebben dan de overige kragen. Dit is gedaan, zoals boven reeds is gezegd, om met het daardoor ontstaande lange lijmmiddenstuk van de lijmlaag kruip in de lijmlaag op te vangen.
30 Bij voorkeur zijn de zijden 5 (fig. 2) van de kragen zodanig uitgevoerd, dat zij een hoek van 105° met de aangrenzende penomtrek maken.
De afrondingsstraal tussen een kraagzijde en een glad tussenstuk van de pen bedraagt 0,3 mm, evenals tussen een kraagzijde en de kraagomtrek.
Ter voorkoming van luchtinsluitingen bij het inbrengen van het 35 anker in een met lijm gevuld gat is in de weergegeven uitvoeringsvorm het insteekeinde van het anker, gelegen tegenover het schroefdraadeinde 2, voorzien van een conische afschuining 6 met een tophoek van ongeveer o 120 .
De ankerpen kan vervaardigd zijn van roestvrij staal, van een 40 ander materiaal dat door bekleding tegen corrosie is beschermd, of van 8105432 - 4 - t c 'kunststof.
Voor een verzonken bevestiging van het bouwdeel aan de ankerpen, kan de pen, inplaats van uitwendige schroefdraad 2,ook inwendige schroefdraad hebben. De lengte en de diameter van het anker en het aantal 5 kragen worden af gestemd op het dragermateriaal en op de op te nemen last.
Proeven hebben uitgewezen dat de lijmankers volgens de uitvinding een 8Q% grotere houdkracht dan de bekende lijmankers hebben.
De ankerpen 10 volgens fig. 3 is bestemd om te worden verlijmd in een betonnen dwarsligger voor spoorstaven. Dit anker 10 heeft aan het 10 boveneinde een gedeelte 11 met schroefdraad dat via een afronding overgaat op een daaronder liggend glad deel 12. Het anker heeft, evenals bij de eerste uitvoeringsvorm,omtrekskragen 13 en een glad gedeelte 14. Het anker wordt zodanig in een gat in de beton verlijmd, dat de delen 12 en 11 boven het gat uitsteken. Om het gedeelte 12 wordt eerst een niet-weer- 15 gegeven onderlegring geplaatst, die komt te rusten op de beton, daarop wordt een niet-weergegeven deel van de spoorstaafstoel geplaatst, waarop de spoorstaaf wordt bevestigd. Dit stoeldeel heeft een gat, dat past om het gedeelte 12. Vervolgens wordt op het gedeelte 11 van de ankerpen een moer gedraaid waarmee de stoel wordt vastgelegd.
20 Daar een dergelijke pen in hoófdzaak dynamische dwarsbelastingen ondergaat en vrijwel geen trekbelastingen, is hierop de afschuining van de kraagzijden aangepast. Deze kraagzijden maken bij voorkeur een hoek van o 135 met de aangrenzende penomtrek. Dan wordt de belasting van de pen op de lijmlaag op de meest gunstige wijze overgebracht.
25 Pig. 4 toont dat de afschuiningen 15 van de kragen 13 via geschik te afrondingen overgaan op de buitenomtrek van de kraag en op de aangrenzende gladde pendelen.
——— ++ — 30 8105432
Claims (8)
1. Anker, zogenaamd lijmanker, bestemd om door middel van een twee-componentenlijm te worden bevestigd in een dragermateriaal, bijvoorbeeld beton, een ander steenachtig materiaal of hout, welk anker bestaat uit een pen, met het kenmerk, dat de pen (1,10) is voorzien van een aantal 5 omtrekskragen (3, 13), waarvan de zijden (5, 15) een stompe hoek maken met de aangrenzende penomtrek en via een afronding overgaan in de kraag-omtrek en in de penomtrek,
2. Anker volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de axiale lengte (a) van de omtrekskragen (3) zich verhoudt- tot de axiale lengte 10 (b) van het pendeel tussen twee opvolgende kragen als de schuifsterkte van de lijmlaag tot die van het penmateriaal.
3. Anker volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de kraag (3) over een afstand van ongeveer 1 mm buiten de penomtrek uitsteekt.
4. Kraag volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat ' 15 een aantal opvolgende kragen (3) zijn aangebracht aan de einden van het te verlijmen pendeel en tussen de beide, telkens het verst van het betreffende peneinde liggende kragen een grotere axiale lengte (4) als kraag-afstand aanwezig is.
5. Anker volgens een der conclusies 2 tot 4, met het kenmerk, 20 dat de zijden (5) van de kragen (3) een hoek van 105° met de aangrenzende penomtrek maken.
6. Anker volgens conclusie 1, in het bijzonder spoorweganker, met het kenmerk, dat de zijden (15) van de kragen (13) een hoek van o 135 met de aangrenzende penomtrek maken.
7. Anker volgens een der conclusies 2 tot 5/ met het kenmerk, dat de afrondingsstraal op de overgang tussen kraagomtrek en kraagzijde, evenals tussen de kraagzijde en de penomtrek, o,3 mm bedraagt.
8. Anker volgens een der conclusies 1 tot 5, met het kenmerk, dat het insteekeinde van het anker voor het insteken in een met lijm 30 gevuld gat conisch (6) met een tophoek van ongeveer 120° verloopt. ---++--- 8105432
Priority Applications (4)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8105432A NL8105432A (nl) | 1981-12-01 | 1981-12-01 | Lijmanker voor beton, steenachtige materialen en hout. |
DE8282201351T DE3270151D1 (en) | 1981-12-01 | 1982-10-29 | An anchoring fastener adapted to be fixed by adhesive in concrete, stonelike material and wood |
AT82201351T ATE18791T1 (de) | 1981-12-01 | 1982-10-29 | Leimanker fuer beton, steinartige materialien und holz. |
EP82201351A EP0081252B1 (en) | 1981-12-01 | 1982-10-29 | An anchoring fastener adapted to be fixed by adhesive in concrete, stonelike material and wood |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8105432A NL8105432A (nl) | 1981-12-01 | 1981-12-01 | Lijmanker voor beton, steenachtige materialen en hout. |
NL8105432 | 1981-12-01 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8105432A true NL8105432A (nl) | 1983-07-01 |
Family
ID=19838480
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8105432A NL8105432A (nl) | 1981-12-01 | 1981-12-01 | Lijmanker voor beton, steenachtige materialen en hout. |
Country Status (4)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP0081252B1 (nl) |
AT (1) | ATE18791T1 (nl) |
DE (1) | DE3270151D1 (nl) |
NL (1) | NL8105432A (nl) |
Families Citing this family (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR2636685B1 (fr) * | 1988-09-19 | 1991-01-11 | Vape Sa Ets | Dispositif de fixation a vis dans un element de construction en beton |
DE4336488A1 (de) * | 1993-10-26 | 1995-04-27 | Reinhold Oettl | Verbundanker |
US5490750A (en) * | 1994-06-09 | 1996-02-13 | Gundy; William P. | Anchoring device for a threaded member |
PL2377334T3 (pl) | 2008-12-17 | 2014-05-30 | Ericsson Telefon Ab L M | Segmentacja i ponowne składanie komunikatów ostrzegawczych |
Family Cites Families (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE2453713C3 (de) * | 1974-11-13 | 1980-08-21 | Upat Gmbh & Co, 7830 Emmendingen | Verfahren zum Verlegen und Befestigen von Schienen auf Betonfundamentstreifen o.dgl |
DE2746482A1 (de) * | 1977-10-15 | 1979-04-26 | Fischer Artur Dr H C | Verankerung eines befestigungselementes in einem bohrloch eines mauerwerks |
-
1981
- 1981-12-01 NL NL8105432A patent/NL8105432A/nl not_active Application Discontinuation
-
1982
- 1982-10-29 DE DE8282201351T patent/DE3270151D1/de not_active Expired
- 1982-10-29 EP EP82201351A patent/EP0081252B1/en not_active Expired
- 1982-10-29 AT AT82201351T patent/ATE18791T1/de not_active IP Right Cessation
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP0081252B1 (en) | 1986-03-26 |
EP0081252A1 (en) | 1983-06-15 |
DE3270151D1 (en) | 1986-04-30 |
ATE18791T1 (de) | 1986-04-15 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US3764066A (en) | Concrete railroad tie product | |
DE59405796D1 (de) | Transportanker, insbesondere für Betonfertigteile und in den Transportanker einschraubbarer Lastaufnehmer | |
US20040074183A1 (en) | Wood deck connection system and method of installation | |
JPS60226928A (ja) | アンカーレール及びアンカーレールセット | |
NL8105432A (nl) | Lijmanker voor beton, steenachtige materialen en hout. | |
CH651618A5 (de) | Mehrteiliger ringkeil fuer eine spanngliedverankerung. | |
US6318939B1 (en) | Fastening device | |
DE4005998A1 (de) | Huelse zur verankerung | |
US4846401A (en) | Tie-down system for railroad grade crossing | |
DE10031092A1 (de) | Wägevorrichtung für Schienenfahrzeuge | |
DE4314594C2 (de) | Verbundanker | |
DE59203521D1 (de) | Schwimmsattelbremse und Bolzen für eine solche. | |
JPH08134801A (ja) | 合成枕木の接続構造 | |
AU2005205748A1 (en) | Method of installing a railway sleeper | |
JP2929518B2 (ja) | 砂塵付着防止用油溜め付き部材固定用ボルト | |
JPH05295711A (ja) | 橋枕木 | |
JP3495151B2 (ja) | 枕木用埋込栓 | |
CZ20011911A3 (cs) | Kotvicí ąroub pro praľce nebo podobně | |
NL1009228C1 (nl) | Ankerkop. | |
DE102021133384A1 (de) | Verfahren zu einer Qualitätsprüfung einer Befestigung einer Anker- oder Montageschiene | |
JPH0330406Y2 (nl) | ||
JPS5847042Y2 (ja) | 軌道の座屈防止装置 | |
Weber | Development of the Prestressed Concrete Tie in the USA | |
JPH02132240A (ja) | 大断面集成材の現場継手 | |
JPH025844B2 (nl) |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A1B | A search report has been drawn up | ||
BV | The patent application has lapsed |