NL8105175A - Werkwijze en inrichting voor het openen en vullen van buigzame houders. - Google Patents

Werkwijze en inrichting voor het openen en vullen van buigzame houders. Download PDF

Info

Publication number
NL8105175A
NL8105175A NL8105175A NL8105175A NL8105175A NL 8105175 A NL8105175 A NL 8105175A NL 8105175 A NL8105175 A NL 8105175A NL 8105175 A NL8105175 A NL 8105175A NL 8105175 A NL8105175 A NL 8105175A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
panel
flexible
container
bag
flexible container
Prior art date
Application number
NL8105175A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Grace W R & Co
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Grace W R & Co filed Critical Grace W R & Co
Publication of NL8105175A publication Critical patent/NL8105175A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65BMACHINES, APPARATUS OR DEVICES FOR, OR METHODS OF, PACKAGING ARTICLES OR MATERIALS; UNPACKING
    • B65B43/00Forming, feeding, opening or setting-up containers or receptacles in association with packaging
    • B65B43/26Opening or distending bags; Opening, erecting, or setting-up boxes, cartons, or carton blanks

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Supplying Of Containers To The Packaging Station (AREA)

Description

* k » -1- t
Werkwijze en inrichting voor het openen en vullen van buigzame houders.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze en een inrichting voor het openen van buigzame houders, en in het bijzonder cp het openen van buigzame omhulsels en kunststof zakken voor verpakkingsdoeleinden.
5 Het is nu reeds vele jaren bekend, automatische of half- autanatische werkwijzen ei inrichtingen toe te passen voor het openen van een reeks zakken, die met producten moeten worden gevuld. Bij de meestal toegepaste werkwijzen wordt lucht gebruikt, hetzij als zuigmediuu, cm de twee panelen, die de monding van een 10 platte zak begrenzen, van elkaar te scheiden (bijvoorbeeld in het Amerikaanse octrooischrift 3.945.173), of als opblaasstraal, die hetzij de mcmdingspanelen uit elkaar blaast of eerst over een van de panelen beweegt, cm dat paneel in dwarsrichting naar de kern van de ludhtstraal aan te trekken dankzij de gereduceerde 15 statische druk, die door de Lichtstraal op het cmgevende materiaal van de zak wordt uitgeoefend (zoals in het Amerikaanse octrooischrift 3.774.367). Ook is voorgesteld, inrichtingen te gebruiken, waarbij een ccnbinatie van mechanismen .. voor het openen door zuigen en het opblazen door lucht wordt toegepast. Er zijn ook 20 voorstellen geweest voor het toepassen van grijpers voor het transporteren van zakken door mechanisch contact, voor het toepassen van kleefmidde len cm de hals van een zak gedurende het vullen vast te houden (zie het Amerikaanse octrooischrift 3.509.689), en voor het toepassen van spreidmidcfelen voor de zakken, cm de monding 25 van-de zakken gedurende het vullen van de zakken open te houden (zie bijvoorbeeld het Amerikaanse octrooischrift 3.945.173).
Afgezien van de bereikte voor de hand liggende voordelen, die in het verleden in de praktijk nuttig zijn gebruikt, brengt de toepassing van lucht voor zuiging en/of blazen voor het openen 50 van zakken ook nadelen net zich mee. Bijvoorbeeld wanneer zuiging wordt toegepast voor het openen van de zakken bestaat het gevaar, dat afvalstoffen die dikwijls onvermijdelijk zijn in een omgeving, ” 1 v 5 '1 7 5 -2- » „ i waarin zakken worden gevuld, in de zuigkanalen worden gezogen en deze afsluiten, waardoor de middelen voor het openen van de zakken buiten gebruik raken. Ock de luchtstralen, waarmee de zakken worden geopend en/of opgeblazen, ontwikkelen aanzienlijke 5 luchtstromen rondom de inrichting, die ock afvalstoffen kunnen verplaatsen en ongemak voor de bedienende persoon kunnen veroorzaken. Verder veroorzaken inrichtingen, waarbij lucht wordt gebruikt als middel voor het scheiden van de bovei^pjelkaar liggende panelen van een platte gevouwen zak in een reeks van dergelijke 10 zakken, die automatisch naar een cpeningsstation worden toege-voerd, een aanzienlijke vertraging, omdat de monding van de zak eerst woedt geopend en dan geheel wordt cpgericht, en dan een voorwerp in de zak wordt gébracht.
' De· onderhavige uitvinding heeft ten doel, een sneller 15 werkende methode en een inrichting voor het sneller en doeltreffender openen van buigzame houders te verschaffen, bij voorkeur zonder toepassing van luchtzuiging en/of opblaasstralen.
Dienovereenkomstig wordt volgens een aspect van de onderhavige uitvinding voorzien in een werkwijze voor het openen en • 20 vullen van buigzame houders, die elk zijn voorzien van een eerste en een tweede, boven qp elkaar liggende buigzame panelen, die een monding van de buigzame houder begrenzen, omvattende: het scheiden van de boverjepjalkaar liggende- panelen van een eerste buigzame houder op een station voor het openen van de houders 25 door niet-pneumatische scheidingsmiddelen, het inbrengen van spreidmiddelen tussen de bovencpjelkaar liggende panelen, het spreiden van de eerste buigzame houder over de spreidmiddelen cm de houder stevig daarop vast te houden, en het doen bewegen van de spreidmiddelen on de gespreide eerste buigzarte houder 30 van het station voor het openen van de houders te transporteren naar een station, voor het vullen van de houders, het vullen van de gespreide eerste buigzame houder op het station voor het vullen van de houders, en het doen aanvangen van de scheiding van de eerste en tweede boven, qp elkaar liggende panelen van 35 een tweede buigzame houder qp het station voor het openen van de houders gedurende het vullen van de eerste buigzame, houder qp het 8105175 -3- staticn voor het vullen van de houders.
Volgens een ander aspekt van de uitvinding wordt een werkwijze voorgesteld voor het openen en vullen van buigzamehour-ders, die elk zijn voorzien van een monding die is begrensd 5 tussen een eerste en een tweede boven op elkaar liggende panelen, omvattende: het tot stand brengen van een aanraking zender slip tussen een beweegbaar orgaan en een deel van het eerste paneel van een buigzame houder qp een station voor het openen van de houders, het mechanisch verplaatsen van het aangeraakte deel 10 van het eerste paneel cm het eerste en het tweede paneel ten minste bij het aangeraaktedeel van het eerste paneel van elkaar te scheiden, het inbrengen van spreickniddelen voor de houder in de aldus geopende spleet tussen het eerste en het tweede paneel, het spreiden van de buigzame houder cm deze cp de spreidmiddelen 15 vast te houden, en het verplaatsen van de spreidmiddelen van het apeningsstaticn naar een vulstatian cm de aldus vastgehouden buigzame houder daarep te transporteren.
De uitvinding voorziet ook in een inrichting voor het openen en vullen van buigzame houders die elk bestaan uit twee 20 bovsijcpplkaar liggende vlakke panelen, welke inrichting is voorzien -«n: een station voor het epenen van de houders dat is voorzien van niet-pneumatischs middelen voor het scheiden van de bovenop elkaar liggende vlakken panelen, van spreidmiddelen die worden aangedreven cm tussen de gescheiden panelen in een buigzame houder 25 te bewegen, van middelen voor het transporteren van de spreid-middelen van het station voor het epenen van de houders naar een statien voer het vullen van de houders waar een geproduceerd voorwerp in de buigzame houder kan worden gebracht, en programmeer-middelen voor het tot stand brengen van de scheiding van het eerste 30 en het tweede paneel van een tweede buigzame houder op het station voor het epenen van de houders gedurende het vullen van de eerstgenoemde buigzame houder cp het station voor het vullen van de houders.
Ben vierde aspekt van de uitvinding voorziet in een 35 inrichting voor het openen en vullen van buigzame houders die elk zijn voorzien van bovenqselkaar liggende eerste en tweede panelen, 8105175 -4-
» * V
die een platte buigzame houder vormen die is voorzien van een epen monding, omvattende een station voor het epenen van houders, zender slip werkende aanxakingsmiddelen. cp het station voor het openen van houders om in aanraking te kanen met een eerste paneel van een 5 buigzame houder op het station voor het openen van de houders, middelen voor het mechanisch verplaatsen van de zonder slip werkende aanrakingsmiddelen voor het verplaatsen van de aangeraakte delen van het eerste paneel, on een scheiding tussen het eerste en het tweede paneel aan de monding van de houder tot stand te 10 brengen, spreidmiddelen die in de geopende monding van de houder kunnen bewegen en die de monding kunnen spreiden om de monding van de houder daarop vast te houden,een cverbrenginrichting voor het transporteren van de spreidmiddelen tussen het openings- · station en een station voor het vullen van de houders, en midde-15 len. cp het station voor het vullen van de houders voor het laden van een produkt in de geopende buigzame houder.
Door toepassing van middelen voor het positief aanraken :en mechanisch verplaatsen van een van de mondingspanelen van dfe houder ten opzichte van de andere in een zodanige mate 20 dat mechanische spreidniddelen in de buigzame houder kunnen bewegen, kan men er voor zorgen, dat de inleidende fase van de openingshandeling betrouwbaar en snel verloopt.. Verder wordt de f rekwentie van de zich herhalende openingshandelingen van, de houders op een reeks buigzame houders vergroot door het feit, 25 dat de spreidmiddelen in de geopende buigzame houder bewegen en dan die buigzame houder van de openingsplaats transporteren naar een vulplaats, waardoor de eerstvolgende toegevoerde houder (hetzij de eerstvolgende bovenste zak qp een stapel zakken, hetzij de eerstvolgende bovenste zak cp een stapel zakken in een doos, 30 hetzij de eerstvolgende zak van een ketting van elkaar dakpansgewijze overlappende zakken, hetzij de eerstvolgende zak van een ketting vai geperforeerde zakken zoals aan de zijkant afgedichte zakken) wordt vrijgemaakt om te worden geopend, gereed voor het opnamen van de spreidmiddelen, wanneer de direkt daaraan vooraf-35 gaande buigzame houder wordt gevuld.
De uitvinding zal aan de hand van de tekening met een 8105175 -5- paar uitvoeringsvooibeelden nader worden toegelicht.
Fig. 1 is een vooraanzicht van een eerste uitvoeringsvorm van een mechanisme voor het verplaatsen van een mondings-paneel van een buigzame houder, in het geval een kunststof zak, 5 waarbij gebruik wordt gemaakt van het kontakt tussen een kleefband en het paneel,.
fig. 2 is een vooraanzicht van een alternatieve uitvoeringsvorm vaieen inrichting voor het mechanisch verplaatsen van een de monding begrenzend paneel van een buigzame houder, waarbij 10 in dezelfde richting draaiende wrijvingswielen worden toegepast, fig. 3 is een vooraanzicht van een andere uitvoeringsvorm van een inrichting voor het mechanisch verplaatsen van een de mending begrenzend paneel van een buigzame houder, waarbij wrijvingsvingers worden gebruikt, die op een paneel inwerken; 15 fig. 4 is een perspektivisch aanzicht van de paneelver- plaatsingsinrichting volgens fig. 1, die weckt in koifoinatie met spreidmLddelen, die cp het punt staan in de buigzame houder te bewegen; fig.5 is een perspektivisch aanzicht van de buigzame 20 houder na het inbrengen en spreiden van de spreidmiddelen; fig. 6 is een vooraanzicht van de houder en de spreidmiddelen in de stand volgens fig. 5; fig. 7 is een gedeeltelijk schematisch eindaanzicht van een alternatieve uitvoeringsvorm van de spreidmiddelen, die de 25 monding van de houder ook oprichten; fig. 8 kant avereen met fig. 7 maar dan na oprichting van de monding van de houder; fig. 9 is een detail van een gewijzigde uitvoeringsvorm van de inrichting volgens fig. 1 en toont het aandrijfmechanisme 30 voor het bandtransport; en fig. 10 is een gedeeltelijk zijaanzicht in een gedeeltelijke doorsnede van de inrichting volgens fig. 7, gezien vanaf de linker zijde van fig. 7.
In fig. 1 is een frame 1 getekend, dat een aiwikkelrol 35 2 en een cpwikkelrol 3 draagt, tussen welke rollen zich een kleef band 4 uitstrekt. De bandvoorraad op de afwikkelrol 2 zal een 8105175 - » -6- lengte hébben van verscheidene tientallen meters en is op dezelfde wijze cpgewikkeld als huishoudelijk kleefband, namelijk met de kleefmiddelbekleding aan de radiaal naar binnen gerichte zijde van de band als deze op de rol ligt.
5 De loop van de band 4 van de afiwikkelrol 2 naar de op- wikkelrol 3 gescheidt via een paar spreidgeleidingsmiddelen 5, die kunnen bestaan uit draaibare rollen of stilstaande spillen, over welke de band kan glijden, en een centrale steunrol6, die draaibaar zal zijn en waarvan het oppervlak is aangepast era het 10 cpnemen van het kleefmiddel van het beklede oppervlak van de band 4, waarmee de steunrol in rollend kontakt kant, te vermijden.
Zoals diidelijk uit fig. 1 blijkt, vertoont de loep van de band 4 twee naar beneden gerichte toppen, waar de band loopt over de geleidingsmiddelen 5, en tussen deze twee toppen is de 15 band opgesteld in een naar boven gerichte top, waarvan de hoofd-funktie is er voor te zorgen, dat er geen voortdurend kontakt is van de band met een kunsiStof zak 7 onder de twee op afstand van elkaar geplaatste geleidingsmiddelen 5 tussen de twee bovengenoemde, daardoor gevormde toppen.
20 De zakken 7 worden aan het openingsstation, dat in fig.
1 is getekend, toegevoerd, doordat zij op de wijze van een conventionele, van banden voorziene, dakpansgewijze gerangschikte ketting klevend zijn bevestigd aan draagbanden 8. Na het openen van elke zak 7, zoals hierna zal worden beschreven, worden de 25 banden 8 over één stap verder verplaatst, on een andere zak te trekken op de plaats, die daarvoor werd ingenemen door de juist geopende zak 7, welke andere zak dan ook gereed is cm te worden geopend.
De openingshandeling wordt bewerkstelligd door kleven 30 van hetbovenvlak van de zak aan de teppen in dé loep of baan 4 van de kleefband, waar de band door de rollen 5 of soortgelijke middelen wordt geleid. Dientengevolge kant het bovenvlak 9 van de zak 7 op twee cp afstand van elkaar Iggende plaatsen, tussen welke de afstand, gelijk is aan de horizontale afstand tussen de assen van 35 de geleidingsmiddelen 5, positief in aanraking met de band en zal mechanisch worden opgetild, als de geleidingsmiddelen 5 worden 8105175 -7- » « cpgetild. Bij de uitvoeringsvorm volgens fig. 1 worden de gelei-dingsmiddslen 5 cpgetild door cp tillen van het frame 1 als geheel mar ock worden andere alternatieve mogelijkheden beoogd, waarbij de geleidingsmiddslen 5 arhoog baeegen zender een opwaartse bewe-5 ging van de aftókkelrol 2 en de cpwikkelrol 3 (en mogelijk zelfs zoider een opwaartse beweging van de centrale rol 6), die ook door het zelfde frame 1 zijn onderstaand.
Bij de uitvoeringsvorm volgens fig. 1 zijn de afwikkel-rol 2, de opwikkelrol 3, de cp afstand van elkaar opgestelde 10 geleidingsmidlelen 5 en de centrale rol 6 alle door het frane 1 ondersteund en zijn daarop bevestigd. Daarom zal het optillen van de geleidlngsmiddelen 5 een vertikale beweging van de aangeraakte zones van het bovenste paneel 9 van de zak 7 veroorzaken.
Er bestaan echter andere mogelijkheden, bijvoorbeeld het cptillen 15 van de centrale rol 6 en een gelijktijdige zijdelingse naderings-beweging van de twee geleidlngsmiddelen 5, teneinde niet alleen er voor te zorgen, dat het bovenste paneel 9 op twee plaatsen wordt opgetild, maar ook dat deze plaatsen naar elkaar toe worden getrokken, cm de zak meer positief te openen cp een wijze analoog 20 aan de openingshandeling van de zakken, die aan de hand van fig.
3 hierna zal worden beschreven.
Na het openen van één zak 7, of van een beperkt aantal zakken 7, zal de band 4 vooruit worden bewogen door een draaiing over een of meer stappen van de opwikkelrol 3 (door geschikte 25 aardrijfmiddelen zoals het mechanisme dat hierna aan de hand van de fig. 9 en 10 zal worden beschreven) ,om het rechter geleidings-middel 5 te voorzien van een nieuw deel van de band 4 en cm het linker geleidingsmiddel 5 bij voorkeur te voorzien van een ongebruikt deel van de band 4 of mogelijk een deel, dat slechts één 30 maal of een paar keer op het rechter geleidingsmiddel 5 is gebruikt.
Door een geschikte uitvoering van de stapsgewijze ver-plaatsingsbeweging van de band 4 kan men er voor zorgen, dat een deel van de band dat nieuw aan het linker geleidingsmiddel 35 5 wordt toegevoerd, niet reeds is gébruikt voor het kontakt met één of meer eerdere zakken.
8105175 <» , -8-
De inrichting voor het openen van de zakken volgens fig. 1 zal meer gedetailleerd worden beschreven aan de hand. van de fig. 9 en 10, maar nu verdient het de voorkeur eerst alle alternatieve mechanismen volgens de fig. 2 en 3 voor het qoenen van 5 de zakken en dan het spreidmechanisme volgens de fig. 4 t/m 8 voor de zakken te beschrijven, voordat wordt overgegaan tot een gedetailleerde beschrijving van de aandrijfinrichting voor het mechanisme volgens fig. 1.
De zakken 7, die worden toegevoerd aan het openings-10 station, dat in fig. 1 is getekend, kunnen worden aangeveerd in de vorm van een van banden voorziene, dakpansgewijze gerangschikte ketting van zakken zoals boven is beschreven, of alternatief in de vorm van een stapel zakken, bijvoorbeeld een stapel in de vorm van een "wicket" (waarin de stapel zakken 15 wordt vastgehouden door een omgekeerde U-vormig magazijn of "wicket", dat zo wordt genoemd dankzij zijn overeenkomst met een wicket dat wordt toegepast bij het cricketspél) of een ketting van geperforeerde zakken, zodanig dat de ketting is voorzien van perforaties tussen elke zak en de eerstvolgende 20 zak van de ketting (waarbij de zakken ofwel aan de zijkanten zijn afgedicht en de monding zijdelings ten opzichte van de ketting is geplaatst, of in een andere geshikte configuratie).
De alternatieve inrichting voor het openen van de zakken, die in fig. 2 is getekend, omvat een bovenste draaiende 25 wrijvingsrol 20 en een onderste draaiende wrijvingsrol 21, die beide worden aangedreven door een stapsgewijze draaiing in dezelfde richting (in dit geval in tegenklcksgewij ze richting) welke rollen daartussen een kneep vormen, tussen welke het bovenste paneel 22 en het onderste paneel 23 van een kunststof 30 zak 24 liggen.
De uitvoeringsvorm van de zak, die in fig. 2 is getekend, is voorzien van zijnaden 25, die zijn gevormd door het op elkaar afdichten van de overlappende panelen 22 en 23, die een zekere stijfheid aan de zijranden van de zak geven.
35 In dit bijzondere geval wordt de zak 24, die aan de kneep 23 wordt toegevoerd, zijdelings aangevoerd (in de richting 8105175 —9— van de horizontale pijl 26), zodat de linker zijnaad 25 beweegt door de kneep tussen de bovenste rol 20 en de onderste rol 21, cm de zak te kunnen voortbewegen naar de positie die in fig. 2 is getekend. Dus gedurende de toevoerbeweging van de zak draaien 5 de twee rallen 20 en 22 in tegengestelde richting, waarbij de onderste rol 21 in tegenkldcsgewijze richting draait en de bovenste rol 20 in kloksgewijze richting draait, terwijl wanneer de zak moet worden geopend, de bovenste rol 20 in tegenkloks-gewijze richting draait, zoals daarvoor, en de onderste rol 21 10 zijn draairichting arikeert in de tegenkloksgewijze richting," zodat tegengestelde cmtreksbewegingen voorkenen aan de kneep en de panelen van de zak. worden gedwongen ten opzichte van elkaar te verschuiven, waarbij het bovenste paneel 22 naar rechts en het onderste paneel 25 naar links in de kneep beweegt. Bij deze be-15 weging wordt ds rechterzijde van de zak gerold, zodat de rechter zijnaad 25 naar beneden op de steuntafel 27 wordt gedrukt, en de linker zijnaad 25 van de stemtafel wordt qpgetild; zodoende wordt aan beide zijden van de kneep het materiaal van de zak aan de mending geopend. Deze openingshandeling wordt vergemakkelijkt 20 dankzij de stijfheid van de zijnaden 25 en van de kunststof van het bovenste paneel 22 en het onderste paneel 23 nabij de zijnaden, en cm die reden is de inrichting voor het openen van zakken, die in fig. 2 is getekend, bijzonder geschikt voor gebruik bij aan de zijkant afgedichte zakken, in tegenstelling met 25 zakken die zijn gevormd uit buisvormig uitgangsmateriaal, waarbij elke zak in wezen een platgevouwen buis is waarvan ds zijranden zijl gevormd door de vouwen van de bcvenqoelkaar liggende panelen van de zak en waarbij het gesloten andereinefe van de zak is gevormd door een naad. (Daarbij zal het mondingseinde van een derge-30 lijke zak in de platte configuratie rollen in plaats van opwaarts te krullen zoals in fig. 2 is getekend). Deze aan de zijkant afgedichte zakken kunnen bijvoorbeeld aan het station volgens fig. 2 voor het opmen van zakken toegevoerd in de vorm van een ketting van aan de zijkanten af gedichte zakken.
35 Een alternatieve mogelijkheid voor het toevoeren van de zakken aan het epeningsstation volgens fig. 2 is, dat de boven- 8105175 -10- ste wrijvingsrol 20 vertikaal cptilbaar kan zijn gemonteerd, om een zak 24 te kunnen voortbewegen in de ruimte. tussen de bovenste ral 20 en de onderste rol 21,waarna de bovenste rol 20 kan worden neergelaten cm de kneep op het bovenste paneel 22 en het onderste 5 paneel 23 van de zak te sluiten. De toevoerrichting kan dan zowel naar rechts als naar links zijn (bijvoorbeeld naar links volgens de pijl 26 in fig. 2) of in of uit het vlak van de tekening, indien gewenst.
Als een variant op deze bijzondere inrichting voor 10 het openen van zakken is het mogelijk dat de onderste rol 21 wordt vervangen door een stilstaand tegenoppervlak van een materiaal, dat een wrijvingsgreep uitoefent cp het onderste paneel 23 van de zak, zodat het scheiden van eb panelen van de zak uitsluitend wordt bewerkstelligd door de draaiing van de rol 20.
15 Het station volgens fig. 3 voor het openen van zakken anvat een steunframe 30, dat twee verende rubber vingers 31 draagt, die in ontspannen toestand convergerend naar baseden uitsteken naar een zakdraagplaat 27, waarbij tussen hun vrije einden een ruimte wordt begrensd, die analoog is aan de ruimte tussen de 20 twee geleidingsmiddelen 5 van de inrichting volgens fig. 1 en die daar cm de afstand is tussen de punten van direkte aanraking van de vingers 31 met een zak 24 op de draagplaat 27.
Het frame 30 wordt opgetild, waarna de zak 24 cp de draagtafel 27 daaronder wordt geplaatst. In dit geval is de 25 draagplaat vervaardigd van materiaal met een hoge wrijvings-coefficiënt, zoals rubber, om het slippen van het onderliggende paneel 23 van de zak over de draagplaat te verhinderen. Wanneer de zak 24 zich op zijn plaats bevindt, beweegt hét frame 30 naar beneden en de twee vingertoppen 31a kanen met de zak in aan-30 raking met een positief wrijvingskontakt zonder slip cp plaatsen, die van elkaar liggen cp een afstand, die gelijkwaardig is aan de bovengenoemde afstand tussen de twee toppen in de ontspannen toestand van de vingers 31. Bij verder neerdrukken van het frame 30 in de richting van de draagrafel 27 bewegen de vingertoppen 35 31a naar elkaar toe en als gevolg daarvan wordt het deel 22a van het bovenste paneel van de zak in opwaartse richting opgebold, 8105175 -11- zoals in fig. 3 is aangegeven. Vfet nog belangrijker is , dat de randdelen van de zak nabij de zijnaden 25 in opwaartse richting krullen op een wijze analoog aan het cpkrullen van het linker deel van de zak 24 in fig. 2. Zo leidt de mechanische beweging van het 5 bovenste paneel, van de zak onvermijdelijk tot het cpkrullen van de aan de zijkanten afgedichte zak 24, cm de zak nabij de zijranden te openen.
De cpeningsinrichting volgens fig. 3 kan worden toegepast bij hetzij een van banden voorziene ketting van aan de zij-10 kanten af gedichte zakken, of bij een stapel zakken (bijvoorbeeld een stapel zakken op een wicket, in welk geval het wicket dient voor het vasthouden van het onderste paneel 23 van de bovenste zak van de stapel, andat bij de conventionele stapel in de vorm van een wicket de bovenste panelen vrij kunnen warden apgètild, 15 maar het onderste paneel cp het wicket is gestapeld totdat de zak van het wicket is getrokken).
De opaningsinrichtingen volgens de fig. 1, 2 en 3 hebben gemsen, dat de scheiding van het bovenste paneel van de zak van het onderste paneel van de zak plaatsheeft in twee op 20 afstand van elkaar liggende gebieden, die symmetrisch aan weerszijden van de middellijn van de zak liggen. Hierdoor wordt de monding van de zak in de optimale vorm gebracht voor het inbrengen van spreidmiddelen, zoals zal worden beschreven aan de hand van de fig. 4, 5 en 6 en aan de hand van de fig. 7 en 25 8. Ofschoon de fig. 4 en 7 de cpeningsinrichting volgens fig.
1 toren en niet die volgens de fig. 2 en 3, kunnen dezelfde spreidmiddelen 43 respectievelijk 70 worden toegepast bij elk van de drie zakcpeningsinrichtingen volgens de fig. 1, 2 en 3.
In fig. 4 is de verticaal cp en neer beweegbare 30 zakcpeningsinrichting 40 getekend (die alle onderdelen van de inrichting volgens fig. 1 anvat), die juist de delen 41 van het bovenste paneel van een zak 7 heeft opgetild, zodanig, dat de delen 41 samenvallen met de verticale projecties van de op afstand van elkaar geplaatste geleidingsmiddelen 5 van de inrichting 40 cp 35 de zak. De inrichting is bij voorkeur zodanig, dat deze twee delen 8105175 V ' « -12- 41 zich direct boven de bevestigingspunten van de kleefbanden 8 aan het onderste paneel van de zak 7 bevinden.
ïn dit geval omvatten de spreidmiddelen 42 een paar spreidstaven 43, die in de zak bewegen rechtstreeks tussen de 5 opgetilde delen 41 en de omlaag gehouden overeenkomstige zones van het onderste paneel van de zak op de banden 8. Deze ingaande beweging is in in fig. 4 met de pijl 44 aangegeven.
Wanneer de twee spreidstaven 43 voldoende ver in de open monding van de zak 7 zijn binnengedrongen, worden de staven 43 10 zijdelings uit elkaar bewogen, totdat zij elk komen aan te liggen tegen de zijrand van de zak 7 (in dit geval een vouw tussen het Bovenste en het onderste paneel van de zak 7) en dan de zak 7 over de staven 43 vasthouden door een spanwerking.
Op dit tijdstip zal het bovenste paneel van de zak 7 15 onder trekspanning staan en zal trachten zich in neerwaartse richting los te trekken van de kleefband 4 aan de koppen gevormd door de geleidingsmiddelen 5, ofschoon deze naar beneden gerichte trekkracht waarschijnlijk niet voldoende groot zal zijn, on het Bovenste paneel 9 van de zak los te maken van de band 4.
20 Daarcm zullen de geleidingsmiddelen 5, met of zonder de rest van de openingsinrichting 40 verder cmhoog moeten bewegen cm het Bovenste paneel 9 van de band 4 los te maken.
De spreidstaven 43 bewegen dan cm de zak te verplaatsen, teneinde het onderste paneel los te maken van de banden 8 25 (bijvoorbeeld door het optillen van de zak vrij van de banden, of door een andere geschikte beweging van de zak 7, om het het onderste paneel van de zak van de banden 8 af te pellen) en transporteren dan de losgemaakte zak naar een ander station, gereed om de zak te vullen. Hierdoor wordt de openingsinrichting 40 van 3Q de zak onmiddellijk vrij'gemaakt, cm naar beneden te bewegen op de volgende zak, die op zijn plaats onder de inrichting 40 zal worden getrokken door een stapsgewijze beweging van de draagbanden 8 en daarna kan het openen van de eerstvolgende zak worden uitgevoerd, terwijl de voorafgaande zak 7 nu op het afzonderlijke vulstation 35 wordt gevuld.
8105175 -13-
Fig. 5 toont de vorm van de zak 7 als de spreidstaven 43 de randen van de zak bereiken en deze zelfde vorm is in eind-aanzicht in fig. 6 getékend.
De spreidmiddelen 43, die in de fig. 4 t/m 6 zijn 5 getékend, bestaan uit staven met een ronde dwarsdoorsnede, die bijvoorbeeld kunnen zijn voorzien van openingen, zodat dezelfde spreidstaven kunnen worden gebruikt hetzij voor het evacusraivan het inwendige van de zak nadat een voorwerp in de zak is gebracht, of voor het inspuiten van een inert gas 10 in de zak voordat deze wordt dichtgemaakt. Er zijn echter verschillende andere mogelijkheden voor de spreidmiddelen, waarvan een Belangrijke functie is het wegtransporteren van de zak uit het gebied, waar de positieve aanraking en de mechanische verplaatsing van het paneel van de zak de mending van de zak in 15 voldoende mate hebben geopend, zodat de spreidmiddelen 43 in de zak kunnen bewegen, en dan het transporteren van die zak naar een op afstand daarvan gelegen plaats, on de cpeningsinrichting vrij te maken voor het uitvoeren van de eerstvolgende openingshandeling, die gelijktijdig zal plaats hebben net de laatste 20 fasen van het vullen van de voorafgaande zak.
Zo kan bijvoorbeeld een alternatieve uitvoeringsvorm van de spreidmiddelen voor de zak (in de fig. 7 en 8 getekend) zijn voorzien van een paar spreidplaten 70 en 70 *, die in horizontale stand staan, voordat zij in de monding van de zak 25 worden gestoken en die na het insteken draaien, zodat zij nu zijwanden vormen van een vulkanaal voor de zak en de monding van de zak onder trekspanning houden in een vorm, die, zoals in fig. 8 is aangegeven, is aangepast voor het opnemen van het Betreffende voorwerp.
30 Bijvoorbeeld voor een voorwerp met een vierkante of rechthoekige dwarsdoorsnede kunnen de platen vlak zijn zoals in de tekening is aangegeven, en kunnen eindigen in een verticale stand, waarbij zij een vierkante of rechthoekige opening begrenzen (afhankelijk van de afmetingen van de platen en van de omtrek van de 35 monding van de zak) voor het op te nemen voorwerp of product.
Wanneer de dwarsdoorsnede van het in de zak op te naven 8105175 J > -14- voorwerp een andere is dan een vierkante of rechthoekige dwarsdoorsnede, dan kunnen de platen of wel worden gedraaid in een stand, die niet verticaal is, of wel de platen kunnen zelf niet plat zijn, teneinde een convexe opening te brengenzen.
5 Fig. 7 toont dergelijke openingsplaten, die in een plat gevouwen zak bewegen en fig. 8 toont deze platen in de opgerichte stand, waarin de monding van de zak wordt vastgehouden met een dwarsdoorsnede, die is aangepast aan die van een in de zak te brengen rechthoekig voorwerp.
10 Zoals in fig. 7 is aangegeven, is de linker spreidplaat 70 bij 71 schamierbaar gemonteerd qp een montage tap en vormt éën geheel met één einde van een aandrij fhefboom 72, waarvan het andere einde 73 kan worden verbonden met een aandrijfstangenstelsel, dat de aandrij farm 72 en de spreidplaat 70 in tegenbloksgewij ze 15 richting doet draaien naar de in fig. 8 getekende stand van deze onderdelen. De rechter spreidplaat 70* is bij 71' schamierbaar gemonteerd en vormt één geheel met een aandrij fhefbocm 72 *, waarvan het uiteinde 73' kan worden aangedreven on de spreidplaat 70' en de aandrijfarm 72' in kloksgewijze richting in de stand 20 volgens fig. 8 te draaien. De hefbomen 72 en 72' moeten natuurlijk in staat zijn de beweging van de spreidplaten 70 en 70' in de zak 7 te volgen. In de plat opgevouwen stand van de zak die in fig. 7 is getekend, bevinden de spreidplaten 70 en 70' zich direct onder de hoogste punten van de zak, dat wil zeggen de 25 punten waar het bovenste paneel van da zak klevend zijn gehecht aan de toppen van de baan van de band 4 op de geleidingsmiddelen 5, waarbij is gezorgd voor een maximale ruimte voor het naar binnen Bewegen van de spreidplaten 70 en 70', die in een richting weg van de waarnemer van fig. 7 in de zak bewegen.
30 Wanneer de spreidplaten 70 over een voldoeri.de afstand in de zak 7 zijn bewogen, stopt de verdere beweging in het vlak van de platen en dan worden de platen 70 en 70' om 'hun schamiertappen 71 en 71' gedraaid, om de platen in de verticale stand te brengen en cm de monding van de zak 7 qp te richten 35 (in dit geval cm een opening met een rechthoekige dwarsdoorsnede 8105175 -15- te vonten), gereed cm een product of voorwerp op te noten.
De schamiertappen 71 en 71* van de spreidplaten 70 en 70* kunnen gelijktijdig uit elkaar bewegen, cm de zak te spannen.
Het transport van de zak van bet openingsstation 5 naar het vulstation kan plaats hebben voor, na of gedurende de schamierbeweging van de platen 70 en 70* tussen hun standen volgens de fig. 7 en 8.
Zoals boven reeds is opgemerkt, kunnen andere uitvoeringsvormen van spreidmiddelen voor de zak worden toegepast, 10 die op geschikte wijze werken cm in de gedeeltelijk geopende zak te bewegen na positieve aanraking en mechanische verplaatsing van een paneel van de zak en dan de zak naar een vulstation te bewegen.
De bijzondere uitvoeringsvorm van de openingsinrichting 15 voor zakken, die schematisch in de fig. 1 en 4 is getekend, is meer gedetailleerd in de fig. 9 en 10 getekend.
Fig. 9 toont een andere vorm voor de draagplaat, die hier met het verwijzingscijfer la is aangeduid, en die een ondersteuning vormt voor (a) de bandafwikkelrol 2 met een 20 voorraad 100 van kunststof kleefband daarop, (b) de cpdkkelrol 3 met een voorraad 101 van gebruikt kleefband daarop, alsmede (cl de geleidingsmiddelen, die in dit geval bestaan uit de rollen 102 en 103 (analoog aan de geleidingsmiddelen 5 van de inrichting volgens de fig. 1 en 4) en de centrale rol 6, 25 die tezamen een baan begrenzen voor de kleefband 4, welke baan is voorzien van de twee gewenste, zijdelings op afstand van elkaar liggende, naar beneden gerichte toppen en van de enkele centrale, opwaarts gerichte, top op de centrale rol 6.
Het oppervlak van de centrale rol 6 is bekleed met 30 polytetraf luoroethyleen, dat werkt als een losmaakmiddel, om te verhinderen dat het kleefmiddel van het oppervlak van de band gaat kleven aan de rol 6. In een alternatief geval kan de cmtrek van de rol 6 ook zijn gekarteld of op een andere wijze zijn geprofileerd, cm het contactoppervlak te verkleinen en daardoor 35 de kans dat de band aan de rol 6 hecht, kleiner te maken.
8105175 • J > v -16-
Ofschoon dit niet in de fig. 9 en 10 is aangegeven, is de bandafwikkelrol 2 voorzien van een wrijvingsrem, cm te verhinderen dat deze rol vrij gaat draaien en te veel band afwikkelt gedurende de stapsgéwijze uitgevoerde draaibewegingen van de bandopwikkel-5 rol 3. De opwikkelrol 3 is zelf voorzien van een soortgelijke wrijvingsrem, die in fig, 10 is getekend en die bestaat uit een wrijvingsvoering 104 aan de achterzijde van de rol 3, die wrijft op de draagplaat la, on weerstand te bieden aan een vrije draaiing van de rol 3.
10 Wanneer de afwikkelrol 2 en de opwikkelrol 3 zijn voorzien van geschikte, wrijving opwekkende middelen, zoals de wrijvingsrem, is geen soortgelijke draaiweerstand nodig voor de rollen 102, 103 6.
Zoals in fig. 9 is aangegeven, zijn de twee de toppen 15 vormende geleidingsrollen 103 naar elkaar toe en van elkaar af instelbaar, doordat elke rol is voorzien van een inwendig stator-deel 105, dat een uitwendig rotordeel 106 coaxiaal ondersteunt, waarbij het statordeel op de draagplaat la is geklemd door middel van een van schroefdraad voorziene bout met een grote kop 107 die 20 achter de draagplaat la is opgesteld en met een moer 108 op de voorzijde van de draagplaat, cm de stator 105 op zijn plaats vast te klemmen, De van schroefdraad voorziene schacht van de bout steekt in een horizontaal liggende sleuf 109 door de draagplaat uit, welke sleuf 109 een zijdelingse beweging van de bout naar en vanaf 25 de centrale rol 6 van de draagplaat toelaat, om de plaats van de geleidingsrol 103 te kunnen variëren. Een soortgelijke constructie is aanwezig voor de geleidingsrol 102, waarvan de sleuf 110 duidelijk in fig. 9 is getékend.
Achter het vlak van de draagplaat la (dat wil zeggen 30 aan de rechterzijde gezien in het zijaanzicht van fig. 10) bevindt zich een nokvolgarm 111, die is voorzien van een recht deel 111b, dat is verbonden met de aandrijfas 112 van een vrijwielinrichting 113 van de bandopwikkelrol 3, en van een omgébogen einddeel lila, dat evenwijdig aan de bewegingsrichting van de draagplaat la 35 uitsteekt en dat schuif contact maakt met een stilstaande pen 114 , 8105175 -17- die geheel en achter het vlak van de verticaal op en neer beweegbare draagplaat la is opgesteld.
Een trekveer 115 is verbanden tussen, het eerstgenoemde deel 111b van de hefboom 111 en een pen 116 die op de draagplaat 5 is bevestigd, zodat het deel lila van de arm 111 altijd onder voorspanning in kloksgewijze richting in fig. 9 wil draaien.
Als de draagplaat la uit de stand volgens fig. 9 omhoog beweegt, zal de pen_114 in een richting evenwijdig aan het einddeel lila daarvan (die, omdat deze beweging evenwijdig 10 is aan de bewegingsrichting van de draagplaat, niet leidt tot enige draaiing van de arm) ten opzichte van de arm 111 verschuiven, totdat de pen 114 langs de bocht in de arm beweegt en overgaat op een schuivende beweging langs het deel 111b en van daar af kan de veer 115 de arm 111 onder voorspanning in kloks-15 gewijze richting draaien over een hoek, waarvan de verplaatsing uit de stand volgens fig. 9 een direct gevolg is van de omhoog gaande beweging van de draagplaat la voorbij de stand, waarin de pen 114 beweegt langs de bocht op het deel 111b.
Eventueel kan het deel 111b van de arm 111 door de veer 20 -115 tegen een aanslagpen 117 zijn getrokken en een verdere omhoog gaande beweging van de draagplaat voorbij die stand zal niet leiden tot een verdere schamierbeweging van de arm 111.
Gedurende deze omhoog gaande beweging laat het vrijwiel .113 toe dat de arm 111 in kloksgewijze richting in fig. 9 draait, 25 en de wrijvingsvoering 104 verhindert, dat de qpwikkelrol 3 de arm 111 volgt.
Wanneer echter de draagplaat la opnieuw naar beneden Begint te bewegen, zal de pen 114 opnieuw in aanraking koten met het deel 111 van de arm 111 en dan beginnen, de arm 111 in 30 tegerikloksgewijze richting te draaien, waardoor het vrijwiel 113 in werking treedt en de cpwikkelrol 3 in tegenkloksgewij ze richting draait met een koppel, dat groter is dan het remkoppel van de wrijvingsvoering 104 tegen de draagplaat 101a. Deze tegenkloksgewi j ze draaiing van de cpdkkelrol 3 veroorzaakt een stapsge-35 wijze verplaatsing van de band 4 over een voldoende grote afstand, 8105175 * . %
A
-18- cm een vers stuk band qp de rechter geleidingsrol 102 te brengen en om hetzij een vers stuk of een eenmaal gebruikt stuki band op de linker geleidingsrol 103 te brengen (zoals hiervoor is gesuggereerd).
5 De inrichting volgens fig. 9 vormt zodoende een automatische stapsgewijze werkende aandrijf inrichting, die het gébruikte banddeel vervangt door een nieuw banddeel, telkens wanneer de draagplaat la naar beneden beweegt in aanraking met de eerstvolgende zak op het openingsstation.
10 Zoals hiervoor is aangegeven, kunnen de twee de toppen vormende geleidingsrollen 102 en 103 zijn gemonteerd op geheel afzonderlijke dragers, die elk zijn voorzien van een bandafwikkel-rol en van een Bandopwikkelrol met een aandrijfimichting analoog aan die volgens fig. 9, bijvoorbeeld wanneer een veel grotere 15 afstand nodig is tussen de de toppen vormende geleidingsorganen en ook wanneer een veel grotere instelafstand voor de geleidingsorganen nodig is.
8105175

Claims (24)

  1. 3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het beweegbare orgaan (4) is voorzien van een klevend oppervlakte-deel voor de aanraking met het eerste paneel (9).
  2. 4. Werkwijze volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de 8105175 -20- mechanische verplaatsing van het aangeraakte deel van het eerste paneel (9) plaats heeft in een richting vanaf een overeenkomstig deel van het tweede paneel (10) om het eerste en het tweede paneel van elkaar te scheiden.
  3. 5. Werkwijze volgens conclusie 2, roet het kenmerk, dat het beweegbare orgaan (20? 31) het aangeraakte eerste paneel (9) onder uitoefening van wri jvingskrachten verplaatst door het over het tweede paneel (10) te schuiven.
  4. 6. Vferkwijze volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat 10 de schuivende mechanische verplaatsing het rollen van de randen van de buigzame houder (71 bewerkstelligt, om de panelen nabij de randen van elkaar te scheiden. 7. ïferkwijze volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat een stilstaand orgaan (27) onder uitoefening van wri jvingskrachten 15 met aanraking zonder slip in aanraking wordt gebracht met het tweede paneel (10), cm dit vast te houden, terwijl het beweegbare orgaan (31) het eerste paneel (9) daarover verschuift. 8. ïferkwijze volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat een tweede beweegbaar orgaan (21). in aanraking kcrat met het tweede 20 paneel en dat de twee beweegbare organen (20, 21) in tegengestelde richtingen worden bewogen, cm de panelen (9, 10) ten opzichte van elkaar te verschuiven.
  5. 9. Vferkwijze volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de Beweegbare organen bestaan uit rollen (20, 21) die in dezelfde 25 richting draaien en waarvan de ontrekken in tegengestelde richtingen bewegen, om de panelen (9, 101 ten opzichte van elkaar te verschuiven, 10. ïferkwijze volgens conclusie 5 of 6, met het kenmerk, dat twee beweegbare organen (31) aanwezig zijn die elk in aanraking 30 kunnen worden gebracht met het eerste paneel (9) op op afstand van elkaar liggende plaatsen, om deze op afstand van elkaar liggende plaatsen van het eerste paneel naar elkaar toe te trekken om de buigzame houder (7) te doen rollen, teneinde de twee boven op elkaar liggende panelen nabij de zijranden (25) daarvan van elkaar 35 te. scheiden. 8105175 -21- 11. ïferkwijze volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de genoemde organen bestaan uit verende vingers (31), die in ontspannen toestand convergerei in de richting van de buigzame houder (7), zodanig, dat wanneer zij naar de houder toe worden 5 bewogen, de toppen (31a) van de vingers (31) eerst in aanraking kernen met het eerste paneel (9) en dan bij een verdere beweging in de richting van de houder de aangeraakte delen van het eerste paneel (9) naar elkaar toe knijpen. 12. ïferkwijze volgens één van de conclusies 5 t/m 11, 10 met het kenmerk, dat de buigzame houder een aan de zijkanten afgedichte kunststof zak (7) is, waarvan het eerste en het tweede paneel aan één einde van elkaar zijn gescheiden, cm een open monding te vormen en langs de zijdelen (25) van de zak en de langs de gesloten bodem van de zak door bijbehorende afdichtlijnen 15 met elkaar zijn verbonden. 13. ïferkwijze volgens één van de conclusies 1 t/m 12, met het kenmerk, dat de spreidmiddelen (42) bestaan uit een paar evenwijdige staven (43), die in de buigzame houder bewegen in een axiale beweging en dan zijdelings uit elkaar worden bewogen, 20 cm de buigzame houder (7) onder trékspanning daarop te spreiden. 14. Ïferkwijze volgens één van de conclusies 1 t/m 13, met het kenmerk, dat de spreidmiddelen bestaan uit spreidplaten (70, 70’I, die eerst in een stand in hoofdzaak evenwijdig aan de stand van^d|eganeeldelen voor het scheiden tussen de van elkaar 25 gescheiden- * van het eerste en het tweede paneel (9, 10) in de monding worden Bewogen en dan worden gedraaid, cm een houdervul-kanaal te vormen, waarbij de buigzame houder (7) in een geheel geopende stand wordt vastgehouden en een te verpakken voorwerp of product in de Buigzame houder wordt geleid. 30 15, ïferkwijze volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de spreidplaten (70, 701] plat zijn. 16« ïferkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de buigzame houders aan het openingsstation voor de houders worden toegevoerd in de vorm van een ononderbroken 35 reeks van van Banden voorziene, dakpansgewijze gerangschikte zakken (71, of als een stapel van boven op elkaar geplaatste zakken, 8105175 J * V -22- of als een ketting van geperforeerde zakken,
  6. 17. Inrichting voor het openen en vullen van buigzame houders, die elk zijn voorzien van een eerste en een tweede paneel, die boven op elkaar liggen en die een vlakke buigzame houder met 5 een open monding begrenzen, omvattende een openingsstation voor de houders, middelen op het openingsstation voor de houders voor het aanraken van een eerste paneel van een buigzame houder en voor het mechanisch verplaatsen van de aangeraakte delen van het eerste paneel cm een scheiding tot stand te brengen tussen 10 het eerste en het tweede paneel aan de monding van de houder, spreidmiddelen, die in de geopende monding van de houder kunnen bewegen en de monding kunnen spreiden cm de monding van de houding daarop vast te houden, en middelen voor het vullen van de geopende buigzame houder met een product, met het kenmerk, dat 15 de aanrakingsmiddelen bestaan uit contactmiddelen (4; 31; 20) zonder slip, dat de vulmiddelen zijn opgesteld op een houdervulstation op afstand van het openingsstation voor de houders, en dat een overbrenginrichting is aangebracht voor het transporteren van de spreidmiddelen (421 tussen het openingsstation voor de houders 20 en het houdervulstation, waarbij de buigzame houder daarop is gespreid,
  7. 18. Inrichting volgens conclusie 17, met het kenmerk, dat de zonder slip werkende aanrakingsmiddelen bestaan uit niet-pneumatische middelen (4, 5; 20, 21; 31) voor het scheiden van 25 de boven op elkaar liggende vlakke panelen (9, 10)’ en dat prograirmeermiddelen zijn aangebracht voor het tot stand brengen van de scheiding tussen het eerste (9) en het tweede paneel (lP) yen een tweede buigzame houder (7) op het openingsstation voor de houders gedurende het -vullen van de eerstgenoemde buigzame houder 30 op het houdervulstation.
  8. 19. Inrichting volgens conclusie 17 of 18, met het kenmeik, dat de zonder slip werkende aanrakingsmiddelen bestaan uit een paar op afstand van elkaar geplaatste geleidingsmiddelen (102, 103) en uit middelen (2, 31 voor het transporteren van een voorraad 35 kleefband (4) over de geleidingsmiddelen, waarbij bij elk ge-leidingsmiddel een deel van de band (4) is gebracht in een stand 8105175 -23- αη in aanraking te kernen met een paneel van de buigzame houder.
  9. 20. Inrichting volgens conclusie 19, met het kenmerk, dat de middelen voor het mechanisch verplaatsen van de zonder slip werkende aanrakingsmiddelen zijn voorzien van een drager 5 (la), die is gemonteerd voor een beweging naar en vanaf de plaats die door de buigzame houder (7) moet worden ingenemen, waarbij de delen van een eerste paneel, die door de genoemde band (4) qp de geleidingsmiddelen (102, 103) worden aangeraakt, weg worden bewogen van de overeenkomstige delen van een tweede paneel 10 (10) van dezelfde buigzame houder.
  10. 21. Inrichting volgens conclusie 20, gekenmerkt doordat verder middelen (111, 114a, 115) zijn aangebracht voor het stapsgewijze verplaatsen van de band (4) in reactie op de genoemde beweging van de geleidingsmiddelen (102, 103) naar en vanaf de 15 plaats, die door de buigzame houder moet worden ingenemen.
  11. 22. Inrichting volgens een van de conclusies 19 t/m 21, met het kenmerk, dat elk geleidinganiddel is opgesteld op een eigen drager en dat de dragers worden aangedreven voor een beweging naar en vanaf de bedoelde plaats van een buigzame houder, die door . 20 de band qp elk geleidingsmiddel moet worden geopend.
  12. 23. Inrichting volgens een van de conclusies 19 t/m 22, gekenmerkt door middelen (109, 110) voor het instellen van de plaats van de geleidingsmiddelen (102, 103) naar elkaar toe en van elkaar af voor het veranderen van de afstand tussen de aange- 25 raakte delen op het eerste paneel van een buigzame houder (7).
  13. 24. Inrichting volgens één van de conclusies 19 t/m 23, gekenmerkt door middelen op het openingsstation voor de houders voor het opwikkelen van draagbanden (8), waarop een ketting van buigzame houders (7) losneembaar kan zijn bevestigd in een dakpans- 30 gewijze gerangschikte reeks.
  14. 25. Inrichting volgens conclusie 17, met het kenmerk, dat de middelen voor het positief aanraken en mechanisch verplaatsen van een eerste paneel (9) bestaan uit een draaibare rol (70) en uit een tegenoppervlak (21), dat zodanig is gemonteerd, 35 dat het zich op korte afstand bevindt voor het tot stand brengen van 8105175 -24- een mechanische verplaatsing van het eerste paneel (9) door draaiing van de genoemde rol (20), teneinde het eerste paneel (9) ten opzichte van het tweede paneel (10) te verschuiven.
  15. 26. Inrichting volgens conclusie 25, met het kenmerk, 5 dat het tegenoppervlak bestaat uit een tweede rol (21), die in dezelfde richting als de eerste rol (20) aandrijfbaar is, zodat de kneep tussen de twee rollen (20, 21) wordt begrensd door de amtreksoppervlakken van de rollen, die tegengestelde bewegingsrichtingen hebben.
  16. 27. Inrichting volgens conclusie 25 of 26, gekenmerkt door middelen voor het brengen van een buigzame houder in de ruimte tussen de eerstgenoemde rol (20) en het tegenoppervlak (21).
  17. 28. Inrichting volgens conclusie 27, met het kenmerk, dat de middelen voor het brengen van een buigzame houder tussen 15 de eerstgenoemde rol (20). en het tegenoppervlak (21) bestaan uit middelen voor het doen bewegen van de eerstgenoemde rol (20) en het tegenoppervlak (21) naar elkaar toe en van elkaar af om de rol (20) en het tegenoppervlak (21) vandkaar te scheiden en een buigzame houder tussen de rol en het tegenoppervlak te 20 kunnen brengen.
  18. 29. Inrichting volgens conclusie 26 en 27, met het kenmerk, dat de middelen voor het brengen van een buigzame houder tussen de eerste en de tweede rol (20, 21) bestaan uit middelen voor het synchroon aandrijven van de rollen (20, 21) in tegengestelde 25 draairichtingen bij het toevoeren van een houder, teneinde de buigzame houder te brengen in de kneep tussen de rollen (20, 21). 30. inrichting volgens conclusie 18; met het kenmerk, da,t de middelen voor het positief aanraken en mechanisch verplaatsen van het eerste paneel zijn voorzien van een paar veer- 30 krachtige vingers (3ll, die van een drager (30) convergerend uitstéken, naar een steunoppervlak (27) voor een buigzame houder (7.1, welk steunoppervlak (27) is aangepast cm een wrijvings-houvast uit te oefenen op het tweede paneel (10) van een buigzame houder (7),terwijl de toppen (31a) van de vingers (31) een 35 wrijvingshouvast uitoefenen op het eerste paneel (9) van dezelfde buigzame houder (7), terwijl de drager (30) naar en vanaf het 8105175 -25- steunoppervlak (27) beweegbaar is.
  19. 31. Inrichting volgens één van de conclusies 17 t/m 30, net het kenmerk, dat de spreidmiddelen (42) bestaan uit evenwijdige spreidstaven (43) die zijn gemonteerd voor een beweging naar 5 elkaar toe en van elkaar af on een buigzame houder (7) onder trekspanning daaromheen te spreiden, welke spreidstaven (43) van het qpeningsstation voor de houders in de richting (44) beweegbaar zijn naar het houdervulstation.
  20. 32. Inrichting volgens conclusie 31, met het: kenmerk, 10 dat de spreidstaven (43) zijn voorzien van zuigmondstukken voor het evacueren van een zich daarop bevindende buigzame houder na het vullen.
  21. 33. Inrichting volgens één van de conclusies 17 t/m 30, met het kenmerk, dat de spreidmiddelen bestaan uit spreidplaten 15 (70, 70') die scharnierbaar zijn gemonteerd tussen een eerste stand, waarin zij in hoofdzaak in eikaars verlengde liggen en beweegbaar zijn in een ruimte tussen de van elkaar gescheiden eerste en tweede panelen (9, 10) van een buigzame houder (7), en een tweede stand, waarin zij uit de stand in eikaars verlengde 20 zi jn weggedraaid en de monding van de houder spreiden in een stand geschikt voor het opnemen van een product tussen de platen (70, 711.
  22. 34. Inrichting volgens conclusie conclusie 33, net het kenmerk, dat de platen (70 , 70*} in hoofdzaak vlak 25 zijn,
  23. 35. Inrichting volgens conclusie 33 of 34, met het kenmerk, dat de schamiertappen van de spreidplaten (70, 70') naar elkaar toe en van elkaar af beweegbaar zijn voor het spreiden van een buigzame houder (7) over de opgerichte spreidplaten (70, 70') en 30 tezamen in een richting evenwijdig aan de schamierassen beweegbaar zijn cm de spreidplaten (70, 70'] te drijven in de spleet tussen de van elkaar gescheiden eerste en tweede panelen (9, 10) van een buigzame houder (7) op het openingsstation voor de houders. 36. ïfèrkwijze voor het openen en vullen van een 35 reeks buigzame houders, in hoofdzaak zoals beschreven in de beschrijving, 8105175 -26-
  24. 37. Inrichting voor het openen en vullen van een reeks buigzame houders, in hoofdzaak zoals beschreven in de beschrijving en/of weergegeven in de tekening. 8105175
NL8105175A 1981-03-16 1981-11-16 Werkwijze en inrichting voor het openen en vullen van buigzame houders. NL8105175A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
GB8108129 1981-03-16
GB8108129A GB2094744B (en) 1981-03-16 1981-03-16 Opening and loading flexible containers

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8105175A true NL8105175A (nl) 1982-10-18

Family

ID=10520408

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8105175A NL8105175A (nl) 1981-03-16 1981-11-16 Werkwijze en inrichting voor het openen en vullen van buigzame houders.

Country Status (10)

Country Link
US (1) US4516384A (nl)
JP (1) JPS57153829A (nl)
CH (1) CH654265A5 (nl)
DE (1) DE3148186A1 (nl)
DK (1) DK509081A (nl)
FI (1) FI813522L (nl)
FR (1) FR2501628B1 (nl)
GB (1) GB2094744B (nl)
IT (1) IT1139927B (nl)
NL (1) NL8105175A (nl)

Families Citing this family (24)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4490959A (en) * 1982-09-30 1985-01-01 Signode Corporation Method and mechanism for filling bags
JPS60110623A (ja) * 1983-11-17 1985-06-17 株式会社太洋商会 扁平チユ−ブ乃至袋の開口方法及びその装置
NZ211252A (en) * 1984-03-12 1986-07-11 Kureha Chemical Ind Co Ltd Device for opening bag mouth in automatic bag filling apparatus
GB2210013A (en) * 1987-09-21 1989-06-01 Grace W R & Co Bag opening device
FR2700749A1 (fr) * 1993-01-26 1994-07-29 Msa Dispositif pour séparer deux films ou feuilles ayant tendance à adhérer l'un à l'autre, notamment les deux côtés d'un sachet en matière plastique.
DE4429965C2 (de) * 1994-08-24 1999-04-08 Kurt Lamprecht Kg Maschinenbau Verfahren und Vorrichtung zum Aufblasen von Luftpolsterketten
US5551215A (en) * 1995-01-13 1996-09-03 W. R. Grace & Co.-Conn. Bag and method of opening a bag with partial offset lip
DE19510669A1 (de) * 1995-03-27 1996-10-02 P S Spezial Maschf Gmbh Vorrichtung zum Öffnen eines Beutels
US5826405A (en) * 1997-05-16 1998-10-27 W. R. Grace & Co.-Conn Method and apparatus for opening taped bags
US5987854A (en) * 1997-05-16 1999-11-23 Cryovac, Inc. Method and apparatus for opening and transporting bags
US6282871B1 (en) 1997-05-16 2001-09-04 Cryovac, Inc. Method and apparatus for opening and transporting bags
IT1296654B1 (it) * 1997-12-17 1999-07-14 Ravizza Packaging Srl Metodo e macchina per il confezionamento di articoli in involucri di materiale flessibile.
NZ329864A (en) * 1998-02-27 1998-09-24 Equipment Technology Ltd Packaging apparatus with bag fitted over mouth of station where product is ejected horizontally into bag
AUPQ910600A0 (en) * 2000-07-31 2000-08-24 Cryovac Australia Pty Ltd Sealing assembly
JP4718325B2 (ja) * 2002-10-14 2011-07-06 フレセニウス・メディカル・ケア・ドイチュラント・ゲーエムベーハー 2つの重なっているフィルムを処理する装置および方法ならびにこの方法で製造される袋
US7628391B2 (en) * 2006-09-26 2009-12-08 Curwood, Inc. Taped bag feeder
IT1396559B1 (it) * 2009-02-26 2012-12-14 Calloni Macchina di confezionamento automatico di prodotti in sacchetti di tessuto
US8528302B1 (en) * 2009-04-10 2013-09-10 In-Store Bagging Machine Company, LLC Ice bagging device
US8850779B2 (en) * 2011-01-25 2014-10-07 International Ice Bagging Systems, Llc Ice bagging system
CN102730234A (zh) * 2012-06-21 2012-10-17 贾天法 塑料袋开袋装置
US10165874B2 (en) 2016-03-30 2019-01-01 Walmart Apollo, Llc Bagging station bagging clip
WO2018111605A1 (en) 2016-12-16 2018-06-21 Wal-Mart Stores, Inc. Bagging clip tool and method of forming the same
CN106586057B (zh) * 2016-12-29 2023-05-26 上海通领汽车科技股份有限公司 汽车内饰件生产用自动装袋机
CN110065676B (zh) * 2019-04-30 2020-12-18 湖州浪佩智能科技有限公司 一种应用反向摩擦力迅速分离糖果胶袋开口的包装器

Family Cites Families (16)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US309689A (en) * 1884-12-23 Tramway and car
US2702150A (en) * 1952-05-20 1955-02-15 Clarence W Vogt Apparatus for filling bags
US3083961A (en) * 1960-06-23 1963-04-02 Pfaff Ag G M Pickup device for use in feeding mechanism and the like
US3080797A (en) * 1961-05-02 1963-03-12 Thomas L Cook Carton extractor and opener
DE1285381B (de) * 1963-07-01 1968-12-12 Nordischer Maschb Rudolf Baade Vorrichtung zum Greifen von aus Folien hergestellten Beuteln
FR1503836A (fr) * 1966-10-14 1967-12-01 Azolacq Machine à ensacher
US3448557A (en) * 1967-04-19 1969-06-10 Spartans Ind Inc Folding and bagging machine
CH508520A (de) * 1968-08-08 1971-06-15 Sig Schweiz Industrieges Einrichtung zum Füllen von flachen Beuteln
JPS4922189B1 (nl) * 1970-06-30 1974-06-06
JPS5121992A (ja) * 1974-08-15 1976-02-21 Ishida Scale Mfg Co Ltd Fukurohirakikiko
US4078358A (en) * 1976-08-31 1978-03-14 National Distillers And Chemical Corporation Bag-hanging and bag-filling machines adapted for synchronous and independent operation and method of using same
US4137958A (en) * 1976-11-15 1979-02-06 Golby Bag Company, Inc. Polypropylene bag for use in an automatic filling process
DE2758235A1 (de) * 1977-12-27 1979-07-05 Johannes Hartmann Vorrichtung zum oeffnen und bereithalten eines beutels fuer das verpacken einer ware
US4182094A (en) * 1978-03-15 1980-01-08 Bemis Company, Inc. Bag opening and filling apparatus
JPS55134025A (en) * 1979-04-04 1980-10-18 Shiyuuzou Sei Automatic bag opening support device for packing bag
US4271656A (en) * 1979-09-26 1981-06-09 Mail-Ex Corporation Envelope processing machine

Also Published As

Publication number Publication date
GB2094744A (en) 1982-09-22
GB2094744B (en) 1985-06-26
DK509081A (da) 1982-09-17
FR2501628A1 (fr) 1982-09-17
FI813522L (fi) 1982-09-17
DE3148186A1 (de) 1982-09-23
US4516384A (en) 1985-05-14
IT8125473A0 (it) 1981-12-04
CH654265A5 (de) 1986-02-14
JPS57153829A (en) 1982-09-22
IT1139927B (it) 1986-09-24
FR2501628B1 (fr) 1987-01-16

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8105175A (nl) Werkwijze en inrichting voor het openen en vullen van buigzame houders.
CA1071663A (en) Apparatus for storing articles discharged at a high rate from production machines
US4918906A (en) Method and apparatus for producing a bag-in-carton
JPS5940684B2 (ja) ロ−ル包装装置
JPS5924922B2 (ja) 包装機械
JP2936458B2 (ja) 粒状物品の集合包装方法および装置
JPH0717298B2 (ja) シ−ト材の積重ね兼移送装置
MXPA97006163A (en) Plast conveyor system
US4805381A (en) Newspaper bagging method and apparatus
US3908343A (en) Imbricated bag loading machine
JPH06286710A (ja) 半折りフィルム等の合成樹脂包装材料による連続包装機
CZ294073B6 (cs) Přístroj pro přitahování a spojování spodních panelů přepravek v plnicím zařízení
NO153768B (no) Analogifremgangsmaate for fremstilling av 2-2(2-benzyl-3-merkapto-propionylamino)-derivater av 1-alkanoler og av 4-metyltiosmoersyre.
EP0895936B1 (en) Method for folding and packing articles of clothing into bags and an apparatus for implementing such method
US3978773A (en) Package liner forming and feeding apparatus
US3952479A (en) Machine for sliding valved sacks onto the filling nipple of a filling machine
US4923064A (en) Newspaper bagging method and apparatus
CA1109835A (en) Sealable-bag carrier-tape-borne bottom-first dispensing system
JPH0355383B2 (nl)
US2424406A (en) Method and apparatus for tightwrap packaging
US3821046A (en) Method of making dispensers
US3147673A (en) Apparatus for attaching handles to paper bags
US2641318A (en) Sealing strip severing machine
CA1080017A (en) Cartoning apparatus
JPH0418217A (ja) 包装袋体の耳部折り曲げ装置

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
DNT Communications of changes of names of applicants whose applications have been laid open to public inspection

Free format text: GRACE & CO.-CONN. W.R. -

BV The patent application has lapsed