NL8103495A - Transportvoertuig in het bijzonder voor het vervoer van betonelementen op een bouwplaats. - Google Patents

Description

* 4 .

Transportvoertuig, in het bijzonder voor het vervoer van betonelementen op een bouwplaats.

De uitvinding betreft een transportvoertuig, in het bijzonder voor het vervoer van betonelementen op een bouwplaats, omvattende een gestel met wielen, waar-van er tenminste een zwenkbaar is. Op de bouwplaats wor-5 den betonelementen, indien mogelijk, getransporteerd met behulp van een bouwkraan. Bij het transport van betonelementen, met name wandplaten, binnen de in ruwbouw reeds gerede gebouwen is toepassing van de bouwkraan niet meer mogelijk. Wei is het mogelijk met behulp van 10 de bouwkraan een betonelement op debegane grond of tot op verdiepinghoogte te brengen, maar het op de begane grond of op de verdieping brengen en het daar verplaat-sen vereist andere hulpmiddelen. Dergelijke betonelementen zijn zwaar, zodat het te gebruiken voertuig aan hoge 15 eisen van stabiliteit en draagvermogen moet voldoen.

i

Het is het doel van de uitvinding een dergelijk transportvoertuig te verschaffen.

t | . Dit wordt volgens de uitvinding bereikt door een . mast op het gestel, en aan de mast aangebrachte middelen · ;20· voor het vasthouden van een last. In gebruik wordt een last aan de mast van het voertuig dat aan de gevel van het gebouw is opgesteld gehangen. Daarria kan het voertuig naar de bestemde plaats worden gereden en het element op de bestemde plaats worden gelost en gemonteerd.

25 Bij het transport van zeer grote elementen, die derhalve evenredig zwaar zijn, dienen maatregelen te worden geno-men opdat het voertuig de vereiste stabiliteit bezit, terwijl voorts de last vrijwel buiten het vlak van de gevel op de wagen geplaatst dient te worden, aangezien 20 het door het hoge gewicht niet mogelijk is het element hangend in de strop van de bouwkraan met handkracht tot binnen het vlak van de gevel te brengen.

8103495 « » -2-

Teneinde een en ander raogelijk te maken is de mast aan een zijde van het gestel aangebracht, terwijl aan de andere zijde een tweede mast is geplaatst. Wanneer het transportvoertuig tot aan de gevellijn wordt gereden kan i 5 een betonelement: aan de eerste mast worden gehangen.

} t '

Aangezien de last dan buiten de wielen is gelegen dreigt het gevaar van kantelen van het voertuig. Dankzij de aanwezigheid van de tweede mast wordt dit gevaar voor-komen aangezien deze mast kan afsteunen tegen een boven-10 gelegen vloer. Teneinde het werken op verschillende ver- diepinghoogte mogelijk te maken is de lengte van de mas-ten instelbaar* De tweede mast kan aan het boveneinde een geleidingswiel dragen. Door middel van het gelei-dingswiel steunt de tweede mast tegen de bovengelegen 15 vloerr hetgeen ook gebeurt tijdens het transport van het voertuig over de verdieping. Voor de veiligheid is het transportvoertuig voorzien van een rent die kan worderi gevormd door tenminste een op de bodem afsteunbare pen*

De middelen voor .het vasthouden van de last worden in ;20 het geval van het transport van grote elementen gevormd \ i ; door een ophanghaak die van de eerste mast uitsteekt.

j - Het betonelement kan aan de haak worden opgehangen aan l | ! een daartoe bestemd deel van de wapening. In het geval | ; kleinere betonelementen moeten worden getransporteerd |25_ kunnen de middelen voor het~ vasthouden van de last ge vormd worden door klemmiddelen*

De-uitvinding wordt aan de hand van uitvoerings-voorbeelden volgens bijgaande tekeningen verduidelijkt.

In de tekeningen toont: 30 fig.1 een schetsmatig perspektivisch aanzicht van de wijze van transport volgens de uitvinding op de bouw-plaat t fig.2 een perspektivisch aanzicht van een deel van de geleidingsmiddelen voor het voertuig volgens de uit-35 vinding, fig.3 een perspektivisch aanzicht van een eerste uitvoeringsvorm van het voertuig volgens de uitvinding, 8103495 ' * ·' " -3- fig.4 een zij-aanzicht van het transportvoertuig volgens figuur 3, fig.5 een perspektivisch aanzicht van een tweede uitvoeringsvorm volgens de uitvinding, 5 fig.6 een perspektivisch aanzicht volgens de pijl VI uit figuur 5, · fig.7 een perspektivisch aanzicht van een deel van de uitvoering volgens fig.6 volgens de pijl VII, en fig.8 een doorsnede-aanzicht volgens de lijn 10 VIII-VIII in figuur 5.

Op de bouwplaats (zie fig.1) wordt met behulp van een bouwkraan 1 vanaf een oplegger 2 een betonelement 3 aangevoerd dat gemonteerd moet worden in het gebouw dat althans skeletmatig gereed is. Doordat het betonelement 15 tussen verdiepingvloeren moet worden gebracht is het met de bouwkraan 2 niet mogelijk het element op de uitein-delijke plaats te brengen. Volgens de uitvinding wordt daartoe een transportvoertuig verSchaft, dat verrijdbaar is over b.v. rails 4 en 5, die enigszins buiten de gevel 20 uitsteken. De rails zijn met behulp van stempels 6 en 7 afgesteund tegen de-bovenvloer 8. Het transportvoertuig volgens de uitvinding kan tot aan of enigszins buiten de • . - i gevellijn worden gebracht. Het voertuig bestaat uit een ~gestel 9 en wielen 10,11 en 12, waarvan het wiel 12 25 zwenkbaar is. Op een mast 13 (zie figuur 3 en 4) zijn klemmiddelen aangebracht in de vorm van klemplaten 14 en 15. De klemplaten-kunnen hydraulisch, pneumatisch of mechanisch worden bediend. Tussen de klemplaten kan een betonplaat 16 worden opgenomen. Het betonelement kan met 50 bouwkraan 2 op de begane grond of tot op de verdie- pinghoogte worden gebracht en dan met de hand hangend aan de kabel van de bouwkraan tot tussen de klemplaten 14 en 15 worden gebracht, waarna de klemplaten naar el-kander worden bewogen en de plaat inklenunen. Na het ont-55 koppelen van de kabel van de bouwkraan kan het voertuig naar de gebruiksplaats worden gereden. Vervolgens wordt ter plaatse het betonelement verankerd, de klemplaten 14 en 15 uit elkander bewogen en het voertuig 8103495 * w * .

' -4- 0 . - verwijderd. Bij de uitvoering volgens de figuren 3 en 4 is de mast tussen de wielen 10,11 en 12 aangebracht, zodat het zwaartepunt van het element 16 tussen de wielen is gelegen. Voor dit gebruik heeft het voertuig : 5 volgens de figur.en 3 en 4' een voldoende stabiliteit.

Bij het transport van zwaardere elementen, is het · onmogelijk met de hand het element tot tussen de klem-platen te bewegen. Teneinde ook deze elementen te kunnen transporteren is de mast (zie figuur 5) opgebouwd uit de .10 stijlen 17 en 18, die voorzien zijn van dwarsbalken 19 en 20. De mast is voor de wielen geplaatst. Aan de mast is een ophanghaak 21 aangebracht. De ophanghaak steekt tot buiten cTe gevel,-zodat vanaf de bouwkraan een betonelement aan de haak 21 opgehangen kan worden. Hier~ 15 toe kan een deel van de wapening 22 dienst doen. Doordat de last thans buiten de wielen ligt bestaat het gevaar dat het voertuig zal kantelen. Teneinde dit gevaar te vermijden is een tweede mast 23 aan de andere zijde van het gestel geplaatst, welke via het geleidingswiel 24 20 afsteunt tegen de bovenvloer 25. De mast is doordat hij telescopisch is opgebouwd in lengte instelbaar. De leng- . I ; te wordt gefixeerd door toepassing van een pen-gat ver- · .

I Γ binding 26, 27.. Nad at het element 28 aan de haak 21 is i gehangen wcirdt deze vergrendeld door middel van de gren-| 25 del 29 die via een pen-gleuf verbinding 30, 31 in de in | figuur 6 getekende yergrendelstand kan worden gebracht.. . Vervolgens- wordt het~voertuig naar de bestemde plaats getransporteerd. Teneinde het element over korte afstand. in horizontale richting te kunnen verplaatsen terwijl 30 het voertuig stationair is, is de haak 21 opgenomen in . een glijstuk 32 dat beweegbaar is over de staaf 33. Het glijstuk 32 is vergrendelbaar met behulp van het hoek-ijzer 34 dat draaibaar is rond de as 35 met behulp van de hefboom 36. Het glijstuk 32 past in een uitsparing 41 35 in het hoekijzer 34. Wanneer de hefboom 36 in de pijl- richting wordt bewogen kantelt het hoekijzer 34, komt het glijstuk 32 vrij en is een horizontale beweging er-van over de staaf 33 mogelijk.

8103495 wr · ψ · -5-

Tijdens het transport is het glijstuk 32 vergrendeld in de middenstand. De eerste mast is eveneens telescopisch uitgevoerd en derhalve in lengte instelbaar teneinde op verschillende vloerhoogtes te kunnen worden gebruikt.

5 Voor het in hoog.te instellen is een domme kracht 38 aangebracht. Nadat het voertuig op de bestemde plaats' is aangekomen, wordt de eerste mast enigszins omhoog gebracht, totdat deze met blok 37 afsteunt tegen de bovenliggende vloer. Het voertuig is thans volledig 10 gefixeerd. Het blok 37, bij voorkeur hout, steekt'over korte afstand boven de het blok opnemende balk uit. Deze afstand is zodanig gekozen, dat wanneer het blok 37 tegen de bovenliggende verdieping steunt, de wandplaats tevens op de gewenste afstand tot de bovenliggende vloer 15 staat.Teneinde het voertuig te kunnen blokkeren is aan de onderzijde een rem in de vorm van een op de bodem aangrijpende pen 39 aangebracht. De rem is met behulp van de hefboom 40 zwenkbaar tussen een remstand en een vrije stand. ' 20 8103495

Claims (7)

1. Transportvoertuig, in het bijzonder voor het vervoer van betonelementen op een bouwplaats, omvattende een gestel met wielen, waarvan er tenminste een zwenk-baar is, gekenmerkt door een mast op het gestel, en aan ? 5. cte mast aangebrachte middelen voor het vasthouden van een last.

2. Transportvoertuig volgens conclusie T, met het kenraerk, dat de mast aan een zijde van het gestel is aangebracht en aan de andere zijde een tweede mast is *0 geplaatst.

3. Transportvoertuig volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de lengte van de mast instelbaar is.

4. Transportvoertuig volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de tweede mast aan het boveneinde een ge- *5 leidingswiel draagt.

5. Transportvoertuig volgens cfe conclusies 1-4, gekenmerkt door een rem.

6. Transportvoertuig volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de rem wordt gevormd door tenminste een op de bodem afsteunbare pen. .1.

7. Transportvoertuig volgens de conclusies 1-2, met; . het kenmerk, dat-de middelen voor het vasthouden van de - last worden gevormd door een van de eerste mast uitste- ! kende ophanghaak. 25 8..Transportvoertuig .volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de middelen-voor-'het-vasthouden van de last worden gevormd door klemmiddelen. 30 ' 8103495