NL8102170A - Koeler voor ongereinigd gas. - Google Patents

Description

-J» *c' ' * · f . .

i ' i _ ' 3 * · ____________ . ....

i .

ΐ ; Octro-Oirr.'. :

; VO 185T

! i .

Koeler voor ongereinigd gas.

t *

De uitvinding heeft betrekking op een koeler voor onge-. reinigd gas, welke het mogelijk maakt de warmteinhoud van met stof beladen gas door een dirêkte warmteuitwisseling te benutten, bijv.

in installaties, waarin kolen vergast worden. _____ .. ______ ________ 5 ! Als ketel voor ongereinigd gas uitgevoerde ketelrVoor_rc^.....

afvalwater of voorverwarmer, zijn stand van de techniek en zijn in [ vele installaties goed bevallen.

Hett toepassen van met stof beladen gas geeft echter, ~ als gevolg van snelle vervuiling, problemen. Het aanbakkend gedrag 10. ' van stof is in hoofdzaak afhankelijk van het vochtgehalte van het stof, resp. het gas en van de stromingssnelheid.

De bedrijfstijden van bepaalde koelers voor ongereinigd gas ~ zijn vaak te kort, de reinigingsmogelijkheden ontoereikend.

Aan de uitvinding ligt het probleem ten grondslag voor 15 de koeling van stofbevattend gas een funktionele koeler voor ongereinigd gas te construeren, welke ook bij het werken in deellastbereik niet tot te sterke vervuiling van de koelhuizen neigt. Voorts moet mechanisch reinigen bij stilstand van de installatie met weinig moeite mogelijk zijn.

20 Volgens de uitvinding wordt het gestelde probleem opge lost door een bijv. vertikaal in een afscheidingscycloon staande koeler voor ongereinigd gas. De koeler heeft aan de uittreedzijde een aantal aftakbare gasuittreedkamers met daarachter gelegen regel-, resp. afsluitorgaan.

25 Hierdoor wordt de ketel in een aantal evenwijdig lopende doorgangen onderverdeeld.

De afzonderlijke doorgangen kunnen zodanig ingesteld worden, dat ook in gevallen van deellast het laagste snelheidsbereik lan worden bereikt, dat noodzakelijk is, om aanbakken van stöf tegen de buis- 30 wand, resp. aankoeken zoveel mogelijk te vermijden.

Voorts is het door besturing van de temperatuur van het koelmedium mogelijk, het condensatiepunt aan de gaszijde te vermijden.

Door de koeler op de uittreedstomp van een cycloon te plaatsen, wordt bereikt, dat getransporteerd stof direkt afgescheiden 35~ wordt en de intreedkamer van de koeler niet kan dichtgroeien. Bij een '81 0 2 1 70 " ~ ........

, ' ! " ’ ' j a 1 ; -2- * j · i ' I · eventueel noodzakelijk mechanisch reinigen tijdens stilstand is de · inrichting eveneens voordelig. De neerslag, resp. aangekoekte massa valt in de cycloon en wordt naar onderen af gevoerd.

Alnaargelang de stofbelading van de gassen én de soort 5 stof is echter ook een aindere opstelling van de koeler mogelijk, -bijv. --vertikaal zonder cycloon dan wel horizontaal met en zonder .cycloon;. --

Een uitvoeringsvorm van de uitvinding is in de tekening— .. weergegeven en wordt hierna toegelicht. De gaskoeler 1 voor-ongerei- ’ ' .: nigd gas dient als stoomgenerator en staat vertikaal op de cycloon 2.

10 De verbinding geschiedt door een flens. De buizenbundel van de gaskoeler is in een aantal evenwijdig lopende secties 3 onderverdeeld.

Aan de uittreedzijde leidt elke sectie in een afzonderlijke gasüit-treedkamer Op de kamers sluiten gasverzamelleidingen 5 aan, elk ' ~ -- voorzien van een regel- en afsluitorgaan 6. De gasuittreedkamers en 15 het armatuur zijn met flenzen T aan elkaar verbonden om mechanisch-reinigen mogelijk te maken.

Het voedingwater wordt via een aantal stompen 8 naar de onderste buisbodem gevoerd.'De afvoer van het water-stoommengsel ge- - ' schiedt op een of meer plaatsen 9 aan de bovenste buisbodem.

20 De. opstelling van de gaskoeler volgens de uitvinding maakt het mogelijk, dat een of meer secties tijdens bedrijf afgesloten kunnen worden. Daardoor is mechanisch reinigen mogelijk. De van de buizen loskomende vastest of valt direkt in de cycloon en wordt afgescheiden. Door het blokkeren van afzonderlijke buissecties tijdens be- 25 drijf kan korttijdig woorode overige buissecties een in hoofdzaak· ‘ oplopende snelheid worden bereikt. Daardoor komt de afgezette vaste-stof los en worden de buizen gereinigd.

30 t 81 02 1 70.......... ' ·>.

Claims (4)

1. Koeler voor niet gereinigd gas met door igiflr ~$ΰβτ8&όά&*-:ί~'-' -: de buizen, welke binnen en langs een vloastof gevuld vat-:z'ijh -aangë-r~" bracht, met het kenmerk, dat de bui zenbundel in een aantal’ séct i-ës ~ ' 5 (3) onderverdeeld is, oelke buissectie aan de gas afvoer zij de op een --------- gescheiden gasuittreedkamer (4) aansluit en elke gasuitt'reë"dkame"r : ?-r (ll·) via een regel- en/of afsluitorgaan met een verzamellëiding-ver-: bonden is. ~e;- — -~

2. Gaskoeler volgens conclusie 1, met het kehfelfcy'dat- ;10 de koeler direkt en centrisch boven een cycloon (2) is aangebraehW;--\ ’ • 3. Gaskoeler volgens conclusie 1 en 2, met -hetTlÈënmerk, : - dat de buizenbodem aan de intreedzijde van het ongereinigde gas een uitwendige isolatie heeft. - - _i· ·. ï-_:. -t ... U. Gaskoeler volgens conclusie 1-3, met het- -kenmerk-, dat ” -- - - -- 15 de buizen inloopstukken uit warmtebestendig materiaal hebbëit. : · - r':

5. Gaskoeler volgens conclusie 1-U, met het kenmerk, dat - : het koelmiddel naar de onderste buizenbodem wordt geleidt ' -' - : -

6. Gaskoeler volgens conclusie 1—5, met het kenmerk, dat'"' - · --” het koelmiddel 3n.nBtiurlijke of gedwongen circulatie wordt' toegevoegd.- ‘ 20 ' j 81 02 1 7 0 ............ .....'" ---------- '