NL8101024A - Verdovingsinstallatie voor slachtvee. - Google Patents

Description

-2- λ .

J

en doordat, mede als gevolg van deze "stress" respectievelijk door vermoeidheid, de elektroden onvoldoende nauwkeurig en goed worden aangelegd. Dit leidt tot de hierboven reeds genoemde bezwaren.

Het beoogde doel wordt nu overeenkomstig de uitvinding bereikt, 5 doordat nabij het uiteinde van de transportinrichting zich in de V- vormige doorgang contactelectroden bevinden, die zodanig in het aandrijf-circuit van de transportinrichting zijn opgenomen, dat bij het vast stellen van een dier met behulp van de lage voelspanning van de contactelectroden, de aandrijving van de transportinrichting stopt waarna 10 de voelspanning wegvalt en dat in het bedieningscircuit van de cilinder van de verdovingselektroden zich een drukknop bevindt, die bij bediening de elektroden naar beneden beweegt.

De uitvinding verlaat derhalve het principe van de volledig automatische bedwelmingsinrichting en verschaft een semi-automatische 15 inrichting, waarbij allereerst de beweging van het dier wordt stopgezet, zodra een voelstroon vaststelt dat er een dier op de juiste plaats is aangekomen waarna het dier tot rust komt doordat de voelspanning wegvalt, waarna de bedieningsman, niet zelf met de hand, maar door het bedienen van een drukknop ervoor zorgt, dat de bedieningscilinder de 20 elektroden naar de kop van het dier toe beweegt. Dit kan een op zichzelf bekende vorkvormige elektrode zijn, die in de nek van het dier schiet of die bij voorkeur dwars over de snuit komt te liggen.

De bedwelmingsinstallatie volgens de uitvinding heeft niet de hoge productiesnelheid van de vol-automatische inrichting volgens de ter 25 visie gelegde Nederlandse octrooiaanvrage 7904935. Zij is aanmerkelijk eenvoudiger waarbij de aan het hand verdoven verbonden bezwaren worden vermeden, terwijl het percentage dieren, dat door de verdoving een vermindering van vleeskwaliteit vertoont, acceptabel gering is.

De bedieningsman kan na stilstand van de transportinrichting vaststellen 30 of de kop van het dier voldoende in rust is en zich daar bevindt waar de elektroden heen gaan, waarbij hij zo nodig nog door verandering van de werkrichfcing van de elektroden kan ingrijpen. Hij is niet of minder onderhevig aan "stress" omdat hij niet zelf via de elektroden op het dier aangrijpt, maar dit doet onder tussenkomst van een drukknop en een 35 hulpinrichting.

Bo vendien is met deze inrichting een besparing aan personeel mogelijk. Het opdrijven, verdoven aan ketten en steken kan door een kleiner aantal personen worden gedaan, omdat het verdoven slechts de bediening van een drukknop vereist. Het weer in beweging zetten van 40 de transportbanden kan plaatsvinden met een drukknop of doordat de ver-dovingsspanning wegvalt.

8101024 N.0. 29.830

Verdovingsinstallatie voor slachtvee.

De uitvinding heeft betrekking op een verdovingsinstallatie voor slachtvee, in het bijzonder voor varkens, bestaande uit twee evenwijdig aan elkaar verlopende transportbanden zonder einde waarvan 5 de naar elkaar toe gekeerde transportvlakken een V-vormige doorgang bepalen waarin elektroden 'met behulp van een cilinder in aanraking met het te verdoven dier kunnen worden bewogen respectievelijk terug afhankelijk van een door het dier zelf geleverd signaal.

Een dergelijke verdovingsinstallatie is bekend uit bijvoorbeeld 10 het Oost-Duitse octrooischrift 89062 respectievelijk uit de ter inzage gelegde Nederlandse octrooiaanvrage 7705519.

Bij de eerstgenoemde bekende installatie onderbreekt het door de transportinrichting voortbewogen dier een lichtstraal, die het signaal levert voor het naar beneden bewegen van de elektroden met behulp 15 van een opmeen wagen geplaatste cilinder. Deze bekende inrichting werkt continu door en automatisch heeft echter het bezwaar dat de volgens een vaste baan bewegende elektroden dë bewegende kop van het dier niet altijd op de juiste wijze raken, zodat een snelle goede verdoving niet altijd gewaarborgd is. Vindt de verdoving niet snel en met de 20 juiste spanning plaats dan kunnen spiercontracties optreden, die leiden tot botbreuk en inwendige bloedingen waardoor de kwaliteit van het vlees daalt.

Bij de in de tweede plaats genoemde bekende verdovingsinstallatie brengen de te verdoven dieren zelf het contact met de elektroden 25 tot stand en wordt een beter resultaat verkregen, welke resultaten verder verbeteren tot een zeer hoge verdovingsproductie zonder enige daling van de vleeskwaliteit wanneer gebruik wordt gemaakt van de verdere verbeteringen, zoals o.a. weergegeven in de ter visie gelegde Nederlandse octrooiaanvrage 7904935· Met laatstgenoemde installatie 30 is een hoge productie volledig automatisch bereikbaar.

Voor kleine slachthuizen met een lage productie respectievelijk slachthuizen, die onvoldoende ruimte bieden voor een voldoende lange verdovingslijn, zoals bijvoorbeeld met twee op elkaar volgende transportinrichtingen als beschreven in de Nederlandse octrooiaanvrage \ 35 7705519, bestaat behoefte aan een verdovingsinstallatie die op eenvoud* gere wijze de voordelen van het automatisch verdoven bereikt en die de nadelen van het verdoven.met de hand mist, zoals bekend uit het Amerikaanse octrooischrift 2.185.949. Deze nadelen worden gevormd door "stress" bij de man, die de verdovingshandeling moet uitvoeren en 8101024 « -3-

Bij voorkeur bestaan de voelelektroden uit kettingen en zijn de voelelektroden en de verdovingselektroden bevestigd aan een in hoogte instelbaar raam ter aanpassing aan dieren van verschillende grootte. De kettingen vormen een eenvoudig middel om een voelspanning aan te 5 leggen, zodat een voelstroon via de ene kant van de snuit naar de andere kant kan lopen en op bekende wijze kan vaststellen of de weerstand overeenkomt met die van een varken of ander dier. De kettingen bestaan bij voorkeur uit schalmen, die om evenwijdig aan elkaar verlopende assen kunnen scharnieren. Dergelijke kettingen zijn stijf in d e richting van 10 deze assen en zullen elkaar niet raken wanneer zij zijn opgehangen met de assen dwars op de transportrichting.

Bij voorkeur draagt· dit raam aan het uiteinde een zwaaibare plaat, die de doorgang van de transportinrichting afsluit, zodat de te verdoven dieren niet zien wat er verderop gebeurt en het personeel 15 beveiligd is. Deze plaat kan zijn gekoppeld met middelen, die bij beweging van de plaat het verdovingscircuit onderbreken. Het kan namelijk nodig zijn een verdoofd dier bij het uit de inrichting bewegen met de hand te helpen zodat dan een beveiliging nodig is.

Bij voorkeur worden alle onderdelen, dat wil zeggen plaat, 20 voelelektroden en verdovingselektroden, vlak bij de uitgang van de transportinrichting geplaatst, zodat het verdoofde dier er al bijna uitvalt.

De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van de tekeningen.

Fig. 1 toont een langsdoorsnede door de inrichting volgens 25 de uitvinding.

Fig. 2 is een achteraanzicht, dat wil zeggen gezien in de voortbewegingsrichting van de transportinrichting.

Fig. 3 toont overeenkomstig fig. 1 een andere uitvoeringsvorm.

30 De in de figuren getoonde inrichting bestaat uit twee trans portbanden 1 en 2 zonder einde bestaande uit scharnierend met elkaar verbonden platen.

Het te verdoven dier 3 wordt op bekende wijze tussen deze transportinrichtingen in de richting van de pijl 4 voortbewogen.

35 Boven de transportinrichtingen 1 en 2 is een raam scharnie rend bevestigd aan een verder niet getoond gestel.

Dit raam 5 draagt een beugel 7 voor de bedieningscilinder 8 van een verdovingselektrodenstel 9. Deze bedieningscilinder is met behulp van een verschuifbare bus 10 met bedieningshandknop 11 op het boveneinde van de beugel 7 gelegerd en kan heen en weer worden geschoven.

8101024 a - 'Ί -4-

Deze verschuivingen bepalen de richtingen waarin de cilinder 8 de elektroden 9 zal richten.

Het raam 5 draagt verder voelelektroden 12 en 13 in de vorm van kettingen, die ten opzichte van elkaar zijn geïsoleerd en die elkaar 5 niet kunnen raken. Komt het dier in aanraking met twee van deze kettingen dan kan een voelstroom via de kop van het dier lopen en dit levert het signaal voor het stilzetten van de transportbanden 1 en 2 en het uitschakelen van de voelstroom.

De bedieningsman kan dan, eventueel na de elektroden 9 te 10 hebben gericht, door een druk op een knop de cilinder 8 in werking stellen zodat de elektroden naar beneden op de kop van het dier worden gebracht, dat dan wordt verdoofd door een verdovingsspanning die loopt tussen de V-vormige elektrode 9 en de kettingen 12.

Het terugbewegen van de elektroden kan afhankelijk worden gesteld van het loslaten van de drukknop danwel worden bepaald door 15 een tijdmechanisme.

Het raam 5 draagt verder een driehoekige plaat 15, die met zijn bovenrand bij 16 scharnierend aan het raam is bevestigd. Wordt de transporteur weer in beweging gesteld dan kan het dier zonder meer langs de voelelelektroden en onder de plaat door bewegen.

20 Moet bij het uit de inrichting verwijderen van een dier wor den geholpen door een bedieningsman dan dient deze de plaat zelf opzij te bewegen. Om te vermijden dat deze bedieningsman dan in aanraking komt met een verdovingsspanning is de plaat gekoppeld via een schakelaar met het verdovingscircuit, zodat bij beweging van de plaat uit de verticale 25 stand het verdovingscircuit automatisch wordt verbroken.

Het raam 5 kan in hoogterichting Instelbaar zijn, bijvoorbeeld met behulp van de cilinder 17 ter aanpassing aan de grootte van het dier.

Fig. 3 toont een uitvoeringsvorm waarbij de kettingen 18 alleen dienen voor de voelspanning en wat daar verder meer wordt gedaan. i-*30 De verdovingselektroden bestaan uit twee van elkaar geïso leerde lepels 19 die aan de vorm van de snuit zijn aangepast en zich aan weerszijden daarvan kunnen aanleggen.

8101024

Claims (8)

1. Verdovingsinstallatie voor slachtvee, in het bijzonder voor varkens, bestaande uit twee evenwijdig aan elkaar verlopende transportbanden zonder einde waarvan de naar elkaar toe gekeerde transport-5 vlakken een V-vormige doorgang bepalen waarin elektroden met behulp van een cilinder in aanraking met het te verdoven dier kunnen worden bewogen respectievelijk terug afhankelijk van een door het dier zelf geleverd signaal, met het kenmerk, dat nabij het uiteinde van de transportinrichting zich in de V-vormige 10 doorgang contactelektroden bevinden, dié zodanig in het aandrijf-circuit van de transportinrichting zijn opgenomen, dat bij het vaststellen van een dier met behulp van de lage voelspanning van de contactelectroden, de aandrijving van de transportinrichting stopt waarna de voelspanning weg valt en dat in het bedieningscircuit van 15 de cilinder van de verdovingselektroden zich een .drukknop bevindt, die bij bediening de elektroden naar beneden beweegt.

2. Verdovingsinstallatie volgens conclusie 1, ra e t het kenmerk, dat de voelelektroden bestaan uit kettingen.

3. Verdovingsinstallatie volgens conclusie 1 of 2, m e t h et 20 kenmerk, dat de voelelektroden en de verdovingselektroden zijn bevestigd aan een in hoogterichting instelbaar raam.

5. Verdovingsinstallatie volgens conclusie 3, m e t h et kenmerk, dat het raam ter plaatse van het afvoereinde van de transportinrichting een zwaaibaar daaraan bevestigd, de doorgang afsluitende 25 plaat, draagt.

5. Verdovingsinstallatie volgens conclusie 4, m e t het kenmerk, dat middelen zijn aangebracht die bij beweging van de plaat het verdovingscircuit onderbreken,

6. Verdovingsinstallatie volgens een of meer der voorgaande con-30 clusies, met het kenmerk, dat de voelelektroden en de verdovingselektroden zich ter plaatse van de uitgang van de transportinrichting bevinden.

7. Verdovingsinstallatie volgens een of meer der voorgaande 8101024 -6- conclusies, met het kenme'rk, dat de verdovihgselektroden in de langsrichting van de inrichting verstelbaar zijn bevestigd.

8. Verdovingsinstallatie volgens een of meer der voorgaande conclusies 1 t/m 7, met het kenmerk, dat de verdovingselek-5 troden bestaan uit twee van elkaar geïsoleerde lepels, die zich aan weerszijden van de snuit van. hét dier kunnen aanleggen. 8101024