NL8020514A - Blokken ter voorkoming van gronderosie. - Google Patents
Blokken ter voorkoming van gronderosie. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8020514A NL8020514A NL8020514A NL8020514A NL8020514A NL 8020514 A NL8020514 A NL 8020514A NL 8020514 A NL8020514 A NL 8020514A NL 8020514 A NL8020514 A NL 8020514A NL 8020514 A NL8020514 A NL 8020514A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- block
- blocks
- soil
- passages
- matrix
- Prior art date
Links
Classifications
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E02—HYDRAULIC ENGINEERING; FOUNDATIONS; SOIL SHIFTING
- E02B—HYDRAULIC ENGINEERING
- E02B3/00—Engineering works in connection with control or use of streams, rivers, coasts, or other marine sites; Sealings or joints for engineering works in general
- E02B3/04—Structures or apparatus for, or methods of, protecting banks, coasts, or harbours
- E02B3/12—Revetment of banks, dams, watercourses, or the like, e.g. the sea-floor
- E02B3/122—Flexible prefabricated covering elements, e.g. mats, strips
- E02B3/123—Flexible prefabricated covering elements, e.g. mats, strips mainly consisting of stone, concrete or similar stony material
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E02—HYDRAULIC ENGINEERING; FOUNDATIONS; SOIL SHIFTING
- E02B—HYDRAULIC ENGINEERING
- E02B3/00—Engineering works in connection with control or use of streams, rivers, coasts, or other marine sites; Sealings or joints for engineering works in general
- E02B3/04—Structures or apparatus for, or methods of, protecting banks, coasts, or harbours
- E02B3/12—Revetment of banks, dams, watercourses, or the like, e.g. the sea-floor
- E02B3/14—Preformed blocks or slabs for forming essentially continuous surfaces; Arrangements thereof
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- General Engineering & Computer Science (AREA)
- Environmental & Geological Engineering (AREA)
- Ocean & Marine Engineering (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Civil Engineering (AREA)
- Structural Engineering (AREA)
- Revetment (AREA)
- Pit Excavations, Shoring, Fill Or Stabilisation Of Slopes (AREA)
- Investigation Of Foundation Soil And Reinforcement Of Foundation Soil By Compacting Or Drainage (AREA)
Description
♦ ' 80 2 0 0 1 4 .......
N.O. 30463 1 1 ...........
Blokken ter voorkoming van gronderosie.
De uitvinding heeft in het algemeen betrekking op betonblokken gebruikt voor bet voorkomen van erosie van de grond langs hellende delen zoals op- en afritten voor viaducten. Meer in het bijzonder heeft de onderhavige uitvinding betrekking op het toepassen van een matrix uit 5 betonblokken, waarbij elk blok doorgangen bezit waardoor een kabel of dergelijke zich uitstrekt, die, na het gaan door elk blok in het ma-trixsysteem is verankerd in de grond of een ander ondersteuningsvlak om de blokken vast te houden ter voorkoming van erosie van de omringende grond.
10 Blokken ter voorkoming van gronderosie en andere bekledingsblokken en strukturen zijn op zichzelf bekend. Van deze bekende stand van de techniek is Amerikaans octrooischrift 2.597.928 het belangrijkst. Hierin is een matrix beschreven uit blokken voor het bedwingen van gronderosie welke blokken zijn gehecht op een poreuze flexibele mat, die is ;15 geplaatst op de grond of op het oppervlak waarvan het gewenst is de gronderosie te bedwingen. Amerikaans octrooischrift 3.903.702 beschrijft een bekledingstruktuur omvattende een systeem van betonblokken i : met vertikale doorgangen zodat een aantal blokken nabij elkaar kan wor-;den geplaatst om gronderosie daaronder te voorkomen terwijl het voor 20 planten en dergelijke mogelijk is te groeien door doorgangen in de blokken. De blokken omvatten in elkaar passende V of U vormen om het vasthouden van blokken op hun plaats te bevorderen. Amerikaans octrooi-ischrift 3.386.252 beschrijft een struktuur uit gestort materiaal voor : dammen en waterwegen omvattende een systeem van rechthoekige blokken 25 met een stang die zich daar doorheen uitstrekt. De stangen verbinden door haken de blokken met elkaar voor het vormen van een matrix. Dienovereenkomstig is in Amerikaans octrooischrift 3.990.247 een bekle-dingsstruktuur beschreven omvattende een systeem van cylindrische organen die onderling zijn verbonden door een reeks stangen.
30 | Het probleem bij elk van bovengenoemde uitvoeringen is dat de ver schillende blokken moeten worden geprefabriceerd, getransporteerd naar de werkplaats waarvan het gewenst is deze te beschermen tegen gronderosie en een voor een moeten worden geplaatst of, in het geval van Amerikaans octrooischrift 3.597.928 wordt een aantal blokken tevoren met el-35 kaar verbonden tot een mat waarbij een belangrijke matrand daar omheen vrij blijft zodat een matrix van tevoren verbonden blokken, waarvan de afmeting werd bepaald door de sterkte van de mat, werd geplaatst nabij | een overeenkomstige matrix uit tevoren verbonden blokken, waarbij de ‘ 8 0 2 0 5 1 4
01 C
2 s ... .............. ...............
blootliggende matranden elkaar overlappen om het vasthouden van de verschillende matrixdelen op hun plaats te bevorderen.
Samenvatting van de uitvinding.
De uitvinding is gericht op een betonblok ten gebruike voor het 5 voorkomen van gronderosie, welk blok inwendige doorgangen bezit waardoor kabels of dergelijke worden geleid om een matrix uit betonblokken onderling te verbinden zodat een gemakkelijker transport en plaatsing van de matrixmat uit betonblokken op de bedoelde plaats mogelijk is.
Het blok heeft in principe vierkante boven- en ondervlakken en bij de ;10 voorkeursuitvoering zijn vier zijoppervlakken of wanden zo gedimensioneerd dat de hoogte van het blok kleiner is dan de helft van de lengte van een zijde.
Het blok bevat inwendige doorgangen vanaf de ene naar de andere zijde waardoor kabels of dergelijke lopen die dienen om een matrix van 15 blokken onderling te verbinden en deze op hun plaats te houden. De vrije einden van de kabels worden ook verankerd in de grond of het andere ondersteuningsvlak om de betonblokken op hun plaats te houden. Na het verankeren van de kabels kan grond en kunnen planten worden verspreid over en tussen de blokken, waardoor een glad versterkt oppervlak 20 wordt verschaft voor het bedwingen van gronderosie.
Korte beschrijving van de tekening.
Figuur 1 toont in perspectief het blok ter voorkoming van gronderosie.
Figuur 2 toont een bovenaanzicht van het blok ter voorkoming van 25 gronderosie en toont de inwendige kabelkanalen en de versterkingsdoor-gangen als stippellijnen.
Figuur 3 is een vooraanzicht van een blok ter voorkoming van gronderosie.
Figuur 4 is een zijaanzicht van een blok ter voorkoming van grond-30 erosie.
Figuur 5 toont in perspectief een aantal blokken ter voorkoming van gronderosie, die door kabels bij elkaar worden gehouden. Gedetailleerde beschrijving van de uitvinding.
In figuur 1 is het blok ter voorkoming van gronderosie in zijn to-35 taal aangegeven met 10 en omvat als weergegeven een bovenoppervlak 12, een onderoppervlak 14, voor- en achterzijvlakken 16, en linker en rechter zijvlakken 18. Als aangegeven in de tekening zijn de zijoppervlakken zodanig gedimensioneerd dat de hoogte van het blok 10 minder is dan de helft van de lengte van een zijde. Alle oppervlakken zijn in hoofd-40 zaak vlak wat hun construktie betreft, waarbij het onderoppervlak, als 8020514 3 weergegeven, vlak is in tegenstelling tot het andere oppervlak dat variaties in vorm bevat. Het zal duidelijk zijn dat een aantal van de oppervlakken onder een hoek kunnen staan ten opzichte van de andere oppervlakken. Bij een voorkeursuitvoering is het blok 10 vervaardigd uit 5 beton in verband met de kosten en de beschikbaarheid daarvan, en wegens de functie die het blok moet uitvoeren.
i
Het blok 10 omvat een aantal eerste inwendige doorgangen 20 die vertikaal door het blok gaan vanaf het bovenoppervlak 12 naar het on-deroppervlak 4 zodat daarin gebrachte grond en daarin gebrachte planten '10 daarin kunnen groeien om het op zijn plaats houden van het blok te bevorderen.
Als weergegeven in de tekening kan het blok 10 tweede inwendige doorgangen 22 bezitten die zich door het blok uitstrekken en de tegenover elkaar liggende zijwanden respectievelijk 16 en 18 verbinden. Als 15 weergegeven in de figuren 3 en 4 zijn deze inwendige doorgangen 22 in hoofdzaak evenwijdig met het onderoppervlak 14 en liggen zij op verschillende afstanden daarvan om het elkaar kruisen of snijden in het bok 10 te voorkomen. Bij de voorkeursuitvoering omvatten de tweede doorgangen 22 versterkingsorganen 24, die daarin zijn gevormd en zijn 20 geconstrueerd uit een materiaal dat niet sterker is dan een betonblok. Dit materiaal kan metaal, kunststof of een ander materiaal zijn dat weerstand biedt tegen de chemische invloeden van beton. Ook zijn trompetvormig uitgevoerde openingen aanwezig aan elk einde van de organen 24 op het punt waar de organen met de zijoppervlakken 16 en 18 samenko-25 men. Deze trompetvorm bevordert het indringen van een kabel of dergelijke in en door de inwendige doorgangen 22 als een aantal blokken 10 onderling wordt verbonden voor het vormen van een matrix.
De voorkeursuitvoering omvat voorste en achterste zijoppervlak-schouders 28 en linker en rechter zijoppervlakschouders 30. Deze schou-30 ders respectievelijk 28 en 30 rusten tegen passende schouders van identieke nabij liggende blokken voor het vormen van een glad matrixpatroon uit ondersteuningsblokken. Als zij zo zijn geplaatst vormen de schouders 28 en 30 op nabij liggende blokken derde uitwendige doorgangen 32 tussen de blokken als weergegeven in figuur 5, welke derde doorgangen 35 op dezelfde wijze werken als de eerste inwendige doorgangen 22 zodat het mogelijk is dat planten daardoor groeien om het vasthouden van de blokken op hun plaats te bevorderen.
De voor- en achterzijoppervlakschouders 28 en de linker en rechter zijoppervlakschouders 30 omvatten de voorste en achterste taps toelo-40 pende schouderdelen 34 respectievelijk linker en rechter taps toelopen- 8020514 4 !de schouders 36. Als betonblokken 10 tegen elkaar worden geplaatst voor i het vormen van de derde uitwendige doorgangen 32 vormen de taps toelopende schouderdelen respectievelijk 34 en 35 vierde uitwendige doorgan-; gen 50 tussen de blokken, welke vierde doorgangen ook dienen om grond 5 en planten daarin vast te houden om te bevorderen dat de grond tegen erosie wordt beschermd. Het blok 10 omvat ook uitsparingen 42 in het bovenoppervlak, die, bij een voorkeursuitvoering, in verbinding staan ; met de eerste inwendige doorgang 20 voor het verschaffen van extra ; ruimte voor grond en platengroei om bodemerosie te voorkomen.
10 Tijdens gebruik wordt een groot aantal betonblokken die met de voorste en achterste zijoppervlakschouders 28 tegen elkaar steunen geplaatst, zodat zij een continue reeks blokken vormen. Een kabel, draad, kabeltouw, touw uit synthetisch polymeer of dergelijke 44 wordt geleid door de tweede inwendige kanalen 22 van het blok en door het verster-15 kingsorgaan 24 van elk van de blokken 10. Vervolgens worden de vrije einden van de kabel of dergelijke 44 op een geschikte wijze verbonden voor het vormen van gesloten lussen, waardoor de blokken kunnen worden opgenomen en kunnen worden getransporteerd. Vele reeksen betonblokken 10 kunnen naast elkaar worden gelegd en vele kabels 44 kunnen worden 20 geleid door de tweede inwendige doorgang 22 en het versterkingsorgaan 24 en vervolgens als boven aangegeven worden verbonden. Vervolgens worden kabels 44 geleid door de tweede inwendige doorgangen 22 en de ver-sterkingsorganen 24, welke kabel kruislings of loodrecht op de doorgangen 22 lopen die de juist ingebrachte kabel bevatten. De vrije einden 25 van deze kabels 44 worden dan verbonden met elkaar zodat elke kabel in ; het systeem een gesloten lus vormt. Natuurlijk wordt de afmeting en het 1 aantal blokken 10 in de matrix bepaald door de afmeting en de vorm van het bepaalde oppervlak dat moet worden beschermd tegen gronderosie, en de afmeting en het type van de gebruikte kabel wordt bepaald door het ;30 : gewicht en het aantal blokken dat wordt gebruikt voor het vormen van de matrix.
Het bepaalde oppervlak dat moet worden beschermd tegen gronderosie wordt genivelleerd of op andere wijze glad gemaakt voor het vormen van ; een in hoofdzaak vlak, glad oppervlak 46, bij voorkeur zonder planten-35 groei daarop. De matrix uit betonblokken 10 kan dan worden geheven, worden getransporteerd naar de werkplaats die moet worden beschermd en daarop worden geplaatst onder gebruikmaking van een spreidstang van een of ander type. Als het duidelijkst weergegeven in figuur 4 lopen de voorste en achterste zijoppervlakschouders 28 enigszins taps naar bin-40 nen toe zodat een reeks blokken 10 een enigszins concaaf patroon kan 8 02 0 5 1 4 5 ; vormen als de blokken worden opgenomen door de kabels 44. Dit kenmerk vereenvoudigd in belangrijke mate het transport van de blokmatrix met een spreidstang.
Als de blokmatrix eenmaal naar de gebruiksplaats is getranspor-5 teerd wordt deze op zijn plaats gebracht en worden de afzonderlijke blokken 10 naast elkaar gesteld voor het vormen van een dichte matrix van blokken. De kabels 44 worden dan losgenomen van elkaar en kunnen in de grond of het ondersteuningsoppervlak 46 worden ingebed om de blokmatrix op zijn plaats te houden. Natuurlijk behoeven niet alle kabels 44 10 in de grond te worden verankerd. Bepaalde kunnen worden afgesneden en een kabelstop kan worden bevestigd op het einde nabij het omtreksblok om de blokken dicht samen te houden. De uitvoering van de schouders van de zijwanden 16 en 18 verschaft uitsparingen 32 tussen de blokken, die kabelstoppen kunnen opnemen in de blokmatrix en het desondanks mogelijk 15 maken dat de blokken in een dichte matrix tegen elkaar worden geplaatst.
Als eenmaal de kabelelnden hetzij in het grondoppervlak 46 zijn verankerd of op andere wijze eindigen nabij de blokken zelf, kan modder over de matrix worden uitgegoten en zich afzetten in de verschillende 20 doorgangen en uitsparingen gevormd in de blokken en tussen de blokken, waardoor planten kunnen groeien in en tussen de blokken. Nadat de modder is uitgegoten over de blokmatrix, wordt dit genivelleerd voor het vormen van een vlak oppervlak met het bovenvlak 12 van de blokmatrix. Gewoonlijk heeft daarna enig zetten plaats wat vereist dat meer modder :25 wordt toegevoegd op een later tijdstip om een voldoende bedekking van het bovenoppervlak van de blokken te verkrijgen en om voldoende grond ! te verschaffen voor plantengroei.
Kabels 44 gaande door de verschillende tweede inwendige doorgangen | 22 van het blok 10 hebben bovendien het kenmerk van het bijdragen aan 30 het voorkomen van erosie de grond in de kabels in de blokuitsparingen, en doorgangen 32 die zijn gevormd door de verschillende zijoppervlakken 28 en 30 en die een ander element verschaffen waarin gras en andere plantenwortels zich kunnen hechten om het vasthouden van de grond op zijn plaats te bevorderen tussen de blokken en in de verschillende 35 doorgangen en uitsparingen van het blok.
Natuurlijk kunnen de tweede inwendige doorgangen 22 en de verster-kingsorganen 24 uit het blok 10 ter voorkoming van gronderosie vervallen en het blok of de matrix van blokken gebruikt met een geschikte mat 48 uit flexibel filtermateriaal of dergelijke kan worden geplaatst tus-S40 sen het blok en het oppervlak dat moet worden beschermd om het voorko- 8020514 6 men van gronderosie te bevorderen, De filterdoekmat 48 wordt geplaatst op het bij voorkeur van begroeiing vrij zijnde, genivelleerde oppervlak om zich daaraan aan te passen en gronderosie te vermijden. Vervolgens worden blokken 10 voor het voorkomen van erosie daarop en nabij elkaar 5 geplaatst voor het vormen van een dichte matrix. Daarna wordt de grond uitgestort over de matrix, wordt in staat gesteld te zetten en meer grond wordt op een later tijdstip toegevoegd als hierboven beschreven.
De mat 48 uit filtermateriaal maakt het mogelijk dat water daardoor afvloeit terwijl tegelijkertijd het oppervlak wordt verschaft 10 waarop de wortels van de begroeing aanwezig tussen de verschillende doorgangen van de blokmatrix zich kunnen hechten om het vasthouden van de grond te bevorderen tussen de blokken en verschillende doorgangen en uitsparingen.
Uit het voorgaande zal het duidelijk zijn dat de uitvinding zeer 15 geschikt is om alle doeleinden die hierboven zijn aangegeven te bereiken samen met andere voordelen, die duidelijk zijn en inherent zijn aan de inrichting.
Het zal duidelijk zijn dat bepaalde kenmerken en ondercombinaties van nut zijn en kunnen worden toegepast zonder te refereren aan andere 20 kenmerken en subcombinaties. Dit ligt binnen het kader van de uitvinding en de conclusies.
Omdat vele mogelijke uitvoeringen van de uitvinding kunnen worden uitgevoerd binnen het kader ervan zal het duidelijk zijn dat alle materie die hierin is beschreven of is weergegeven in de tekening bedoeld 25 is ter illustratie en niet in begrenzende zin.
8020514
Claims (19)
1. Inrichting ten gebruike bij het bedwingen van gronderosie gekenmerkt door een blok omvattende: (a) een bovenoppervlak, 5 (b) een onderoppervlak, (c) een aantal zijoppervlakken, (d) een aantal eerste doorgangen die de boven- en onderoppervlak-ken verbinden zodat grond en begroeing zich kan uitstrekken door het blok om het blok op zijn plaats te houden en om 10. gronderosie te voorkomen, en (e) een aantal tweede doorgangen, die tegenover elkaar liggende zijoppervlakken verbinden zodat de kabel of dergelijke door genoemd blok kan passeren om het blok op zijn plaats vast te houden gedurende het transport en het installeren en die kan 15 dienen als een inrichting voor het bedwingen van de grondero sie als het blok op zijn plaats is.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat elk van de tweede doorgangen trompetvormig is aan zijn uitmonding op betreffende zijoppervlakken.
3. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat elk van de tweede doorgangen een versterkingsorgaan daarin omvat uit versterkings- materiaal om strukturele versterking te verschaffen voor de tweede i doorgang en voor het blok.
4. Inrichting volgens conclusie 1, gekenmerkt door tenminste een 25 kabel of dergelijke gaande door genoemde tweede doorgang, welke kabel of dergelijke zich uitstrekt door genoemde tweede doorgang, welke kabel aan tenminste één einde daarvan is verankerd in een oppervlak dat genoemd blok ondersteunt, als het blok eenmaal op zijn plaats is, om het blok op zijn plaats te houden.
5. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat elk van de zijoppervlakken een aantal schouders omvat die zo zijn uitgevoerd dat zij kunnen worden geplaatst tegen samenwerkende schouders van identieke naastliggende blokken, welke zijoppervlakken met genoemde naastliggende blokken een aantal derde doorgangen vormen tussen de blokken zodat 35 grond en begroeiing zich daardoor kan uitstrekken om het vasthouden van de blokken op hun plaats te bevorderen.
6. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat elk van de zij oppervlakken de opening omvat naar tenminste één van de tweede doorgangen zodat een kabel of dergelijke die loopt door genoemde tweede 40 doorgangen van naast liggende blokken kan lopen door genoemde derde 8020514 doorgangen gevormd tussen naar elkaar liggende blokken om het vasthouden van grond en begroeiing daartussen te bevorderen en te voorkomen dat dit weg erodeert.
7. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat elk van de 5 zijoppervlakschouders een deel omvat dat naar binnen taps toeloopt en een vierde doorgang vormt tussen de blokken die naast elkaar zijn geplaatst zodat grond en begroeiing zich daardoor kan uitstrekken om te bevorderen dat wordt voorkomen dat dit weg erodeert.
8. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het boven-10 oppervlak een aantal uitsparingen daarin omvat zodat grond en begroei- : ing daarin kunnen groeien om het vasthouden van het blok op zijn plaats 1 en het voorkomen dat grond en begroeing daaruit weg eroderen te bevorderen.
9. Inrichting volgens conclusie 1, gekenmerkt door een flexibele 15 filterdoekmat geplaatst onder genoemd blok op het tegen gronderosie te beschermen oppervlak welke mat zich kan aanpassen aan de vorm van het oppervlak om het verhinderen van de gronderosie te bevorderen.
10. Systeem ten gebruike bij het voorkomen van gronderosie omvattende een matrix uit blokken die gronderosie tegengaan, waarbij elk van 20 de blokken omvat: (a) een bovenoppervlak, (b) een onderoppervlak, (c) een aantal zijoppervlakken, en (d) een aantal eerste doorgangen die de boven- en ondervlakken 25 verbinden om het mogelijk te maken dat grond en begroeiing zich uitstrekken door het blok om het blok op zijn plaats te houden en om gronderosie te vermijden.
11. Systeem volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat elk van de blokken omvat: 30 (a) een aantal tweede doorgangen die tegenover elkaar liggende zijoppervlakken verbinden zodat een kabel of dergelijke zich kan uitstrekken door naast elkaar liggende blokken in genoemd matrixsysteem, en (b) een aantal kabels of dergelijke gaande door genoemde tweede 35 doorgangen van het blok om de blokmatrix op zijn plaats te ge durende transport en het plaatsen ervan en voor het verankeren van de matrix op de grond om de genoemde matrix op zijn plaats te houden om gronderosie te voorkomen.
12. Systeem volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat elk van de 40 ;tweede blokdoorlaten trompetvormig is uitgevoerd aan zijn opening op 8020514 «I ; het betreffende zijoppervlak van het blok.
13. Systeem volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat elk van de tweede doorgangen van het blok een versterkingsorgaan omvat uit ver-sterkingsmateriaal voor het geven van strukturele versterking aan de 5 tweede doorgang en aan het blok.
14. Systeem volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat elk van de zijoppervlakken van het blok een aantal schouders omvat die kunnen worden geplaatst tegen samenwerkende schouders van identieke naastliggende blokken, welke zijoppervlakken van genoemde naast elkaar liggende blok- 10 ken een aantal derde doorgangen vormen tussen de blokken zodat grond en begroeing zich kan uitstrekken daardoor om het vasthouden van de blokken op hun plaats te bevorderen.
15. Systeem volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat elk van de zijoppervlakken van het blok een opening omvat naar tenminste één van 15 genoemde tweede doorgangen zodat een kabel of dergelijke daardoor kan worden gebracht, welke tweede doorgangen zijn gevormd tussen naast el-;kaar liggende blokken om het vasthouden van grond en begroeiing daar-j tussen te bevorderen en om te voorkomen dat deze weg eroderen.
16. Systeem volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat elk van de 20 zijoppervlakschouders van het blok een deel omvat dat naar binnen taps toeloopt en een vierde doorgang vormt tussen de blokken die naast elkaar zijn geplaatst zodat grond en begroeiing zich daardoor kan uitstrekken om het voorkomen dat dit wegerodeert te bevorderen.
17. Systeem volgens conclusie 10, gekenmerkt door een flexibele 25 filtermat geplaatst onder genoemde blokmatrix en op het oppervlak dat moet worden beschermd tegen gronderosie, welke mat zich kan aanpassen ;aan de vorm van het oppervlak om het voorkomen van gronderosie te bevorderen.
18. Systeem volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat het boven-30 oppervlak van het blok een aantal uitsparingen omvat zodat grond en begroeiing daarin kan groeien om het vasthouden van het blok op zijn :plaats en het voorkomen dat grond en begroeiing daarin wegeroderen te bevorderen.
19. Werkwijze ter voorkoming van gronderosie op een oppervlak ge- | 35 kenmerkt door: (a) het nivelleren van het tegen erosie te beschermen oppervlak voor het vormen van een in hoofdzaak glad oppervlak, (b) het bij elkaar plaatsen van een aantal van genoemde grondero-sieblokken voor het vormen van een matrix van geschikte afme- 40 ting op zodanige wijze dat de inwendige doorgangen op een lijn 8020514 *r * 10 met elkaar liggen, (c) het bij elkaar plaatsen van een aantal van genoemde grondero— sieblokken voor het vormen van een matrix van geschikte afmeting op zodanige wijze dat genoemde inwendige doorgangen op 5 één lijn met elkaar liggen, (d) het leiden van een aantal kabels of dergelijke door genoemde inwendige doorgangen van het blok en het verbinden van de vrije einden van elk van genoemde kabels met elkaar, (e) het heffen van de blokmatrix door genoemde kabels en het 10 transporteren van de matrix naar het tevoren genivelleerde gladde oppervlak, (f) het plaatsen van de blokmatrix op zijn plaats onder toepassing van genoemde kabels en het plaatsen van de blokken nabij elkaar voor het vormen van een dichte matrix uit blokken die 15 gronderosie voorkomen, (g) het losnemen van de kabels van elkaar en het verankeren van tenminste één einde daarvan in het ondersteuningsoppervlak, (h) het bedekken van de blokmatrix met grond en begroeiing opdat de grond en de begroeiing zich kan zetten in de uitsparingen 20 en doorgangen binnen genoemde matrix, en (i) het glad maken van het bovenoppervlak van de matrix voor het vormen van een glad ondersteund gronderosie tegengaan oppervlak. ***************** 8 020 5 1 4
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
US8000636 | 1980-05-27 | ||
PCT/US1980/000636 WO1981003514A1 (en) | 1980-05-27 | 1980-05-27 | Soil erosion prevention blocks |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8020514A true NL8020514A (nl) | 1982-03-01 |
Family
ID=22154365
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8020514A NL8020514A (nl) | 1980-05-27 | 1980-05-27 | Blokken ter voorkoming van gronderosie. |
Country Status (8)
Country | Link |
---|---|
JP (1) | JPS57500884A (nl) |
AU (1) | AU6927981A (nl) |
BR (1) | BR8009048A (nl) |
DE (1) | DE3050333A1 (nl) |
DK (1) | DK445581A (nl) |
GB (1) | GB2085943B (nl) |
NL (1) | NL8020514A (nl) |
WO (1) | WO1981003514A1 (nl) |
Families Citing this family (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NO863063L (no) * | 1985-07-31 | 1987-02-02 | Waters Charles M | Fleksibelt teppe. |
DE3933611A1 (de) * | 1989-10-07 | 1991-04-11 | Varta Plastic Gmbh | Erosionsschutzelement fuer den bodenschutz |
JPH0653630U (ja) * | 1992-12-22 | 1994-07-22 | 三菱マテリアル建材株式会社 | 透水性法面ブロック |
CN106400646A (zh) * | 2016-11-28 | 2017-02-15 | 北京城建十六建筑工程有限责任公司 | 临时路面拼接块和钢板式箱型路面 |
CN110499684B (zh) * | 2019-08-30 | 2021-11-09 | 山东神匠建设工程有限公司聊城分公司 | 一种生态道路用抗雨水冲击装置 |
Family Cites Families (13)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US1847868A (en) * | 1929-04-25 | 1932-03-01 | Raymond Concrete Pile Co | Concrete revetment |
US2454292A (en) * | 1946-04-05 | 1948-11-23 | Andrew B Pickett | Revetment mat |
US2502757A (en) * | 1947-02-07 | 1950-04-04 | Shearer David Mcd | Revetment |
GB659721A (en) * | 1949-11-04 | 1951-10-24 | Vassal Charles Steer Webster | Improved temporary roadway, pavement or like supporting surface |
US3386252A (en) * | 1966-09-08 | 1968-06-04 | Carl P. Nelson | Rip rap structure device |
NL6717542A (nl) * | 1967-12-22 | 1969-06-24 | ||
DE1942406A1 (de) * | 1969-08-20 | 1971-06-03 | Deutsche Asphalt Gmbh | Deckwerk fuer Uferboeschungen |
GB1385207A (en) * | 1972-05-09 | 1975-02-26 | Dytap Constr Holding | Masonry block |
JPS5055103A (nl) * | 1973-09-12 | 1975-05-15 | ||
US3990247A (en) * | 1973-12-19 | 1976-11-09 | Palmer Robert Q | System of structures to resist hydrodynamic forces |
US3894397A (en) * | 1974-08-05 | 1975-07-15 | Samuel S Fair | Beach erosion control structure |
US4067196A (en) * | 1974-11-18 | 1978-01-10 | Paul Schraudenbach | Decorative stone |
CH606618A5 (nl) * | 1976-12-01 | 1978-11-15 | Bruno Soland |
-
1980
- 1980-05-27 NL NL8020514A patent/NL8020514A/nl not_active Application Discontinuation
- 1980-05-27 WO PCT/US1980/000636 patent/WO1981003514A1/en active Application Filing
- 1980-05-27 DE DE19803050333 patent/DE3050333A1/de not_active Withdrawn
- 1980-05-27 GB GB8129256A patent/GB2085943B/en not_active Expired
- 1980-05-27 JP JP81500961A patent/JPS57500884A/ja active Pending
- 1980-05-27 AU AU69279/81A patent/AU6927981A/en not_active Abandoned
- 1980-05-27 BR BR8009048A patent/BR8009048A/pt unknown
-
1981
- 1981-10-08 DK DK445581A patent/DK445581A/da not_active Application Discontinuation
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
GB2085943A (en) | 1982-05-06 |
JPS57500884A (nl) | 1982-05-20 |
DE3050333A1 (de) | 1982-06-16 |
DK445581A (da) | 1981-12-10 |
AU6927981A (en) | 1981-12-21 |
GB2085943B (en) | 1985-04-03 |
BR8009048A (pt) | 1982-04-13 |
WO1981003514A1 (en) | 1981-12-10 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US4227829A (en) | Soil erosion prevention blocks | |
US4375928A (en) | Flexible concrete for soil erosion prevention | |
US7037037B1 (en) | Interlocking erosion control block with diagonal cable channels | |
US5702208A (en) | Grid-locked block panel system | |
US5484230A (en) | Concrete block revetment system for soil erosion prevention | |
US7837414B2 (en) | Gabions | |
US4486121A (en) | Stabilization against water erosion | |
US7918623B2 (en) | Cabled mat system with removable blocks | |
GB2025494A (en) | Underwater paving machine and concrete blocks therefor | |
AU6522494A (en) | Low elevation wall construction | |
US6595726B1 (en) | Retaining wall system and method of making retaining wall | |
NL8303712A (nl) | Steunwand voor grondformaties en werkwijze voor de vervaardiging hiervan. | |
NL8020514A (nl) | Blokken ter voorkoming van gronderosie. | |
KR100371214B1 (ko) | 토목구축물용시공석,토목구축물용시공석의제조방법,토목구축물용시공석의사용방법,토목구축물용시공석유니트및토목구축물 | |
DE2951485C2 (de) | Bepflanzbare Stützmauer aus Betonfertigteilen | |
DE1659192A1 (de) | Abstandshalter fuer Betonarmierungsstaebe od.dgl. | |
EP0245407B1 (en) | Casing for constructing a rigid structure upon the bottom of a body of water as well as a method of constructing a rigid structure upon the bottom of a body of water | |
DE69912791T2 (de) | Vorrichtung zum gelenkigen verbinden von betonplatten | |
NL1003138C2 (nl) | Bekleding voor een oever. | |
IL161694A (en) | Grid-like or trellis-like container structure for protection against erosion | |
IE51388B1 (en) | Soil erosion prevention blocks | |
NZ194645A (en) | Concrete blocks for prevention of soil erosion | |
JP3038565B2 (ja) | 護岸の施工方法 | |
US11585059B1 (en) | Articulated block mat for use with harbor piers and method of installing a pier mat | |
NL1032188C2 (nl) | Kas. |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A85 | Still pending on 85-01-01 | ||
BV | The patent application has lapsed |