NL8020449A - Inrichting voor het instelbaar verbinden van frontplaten van uittrekbare meubeldelen met verstelbeslagen. - Google Patents

Description

1 Ν·°· 50252 80 20 4 49JCT

ν -1 -

Korte aanduiding: Inrichting voor het instelbaar verbinden van frontplaten van uittrekbare meubeldelen met verstelbeslagen.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het instelbaar verbinden van frontplaten van uittrekbare meubeldelen met verstelbeslagen, die zijn verbonden met het meubeldeel en instelmiddelen bezitten, die een van elkaar onafhan-5 kelijke instelling van de frontplaten ten opzichte van het meubeldeel in hoogte en in zijrichting alsmede een vastspannen mogelijk maken, waarbij de vasthoudmiddelen uit achter elkaar grijpende haken bestaan, waarvan de ene ten opzichte van het meubeldeel door middel van een schroef in een gelei-10 ding verstelbaar is.

Inrichtingen van deze soort zijn bijvoorbeeld bekend uit het DAS 2158512.

Verdere ontwikkelingen van dergelijke inrichtingen zijn beschreven in het DBGm 7705784. Een van deze verdere ontwik-15 kelingen heeft betrekking op een verbinding tussen een uit-trekbaar meubeldeel en zijn frontplaat, waarbij een beslag-deel voor het bevestigen aan de binnenzijde van de frontplaat is aangebracht, waarbij een naar binnen schuin omhoog staande haak is aangebracht, die met een aan het meubeldeel aange-20 brachte schuin naar onderen staande haak samenwerkt. De schuin naar onderen staande haak is in een vertikale geleiding aan het meubeldeel beweegbaar en wordt door een evenwijdig aan de geleiding lopende schroef voor het samenwerken met de vanaf de frontplaat schuin omhoog staande haak naar boven- en naar 25 onderen geplaatst, zodat een verstelling van de frontplaat en het daarop aansluitend vastspannen van de frontplaat ten opzichte van het meubeldeel mogelijk is gemaakt. De stel-schroef is van onderen af bereikbaar.

De uitvinding heeft zich tot doel gesteld .dergelijke inrich-30 tingen verder te ontwikkelen en te verbeteren, zodat deze voor wat betreft hun opbouw en het aanbrengen daarvan eenvoudiger en goedkoper zijn en ook eenvoudiger te hanteren en nog beter toegangkelijk zijn.

Voor het bereiken van dit doel is een inrichting van de ge-35 noemde soort gekenmerkt, doordat in de nabijheid van de beide zijranden voor de frontwand van het meubeldeel horizontale geleidingen zijn aangebracht voor een naar de zijkant en naar 8020449 v< -2- voren toe open haak, die in zijn werkzaam gebied voor de geleidingen ligt en in zijn tussen de geleidingen liggende glijvoet met een evenwijdig aan de geleiding lopende schroefdraad is voorzien bestemd voor het laten ingrijpen van een 5 schroef, waarvan de kop steunt tegen de omtrek van een doorbreking van een zijwand van het meubeldeel, alsmede een aan de achterzijde van de frontplaat bevestigde tegenhaak die horizontaal is geplaatst voor het grijpen achter de eerstgenoemde haak aan de meubelzijde. Bij voorkeur onder de aan de 10 frontplaatzijde liggende, horizontale haak is een vertikaal naar voren stekend en aan de onderzijde open aanslaguitste'ek-sel aan de frontplaat bevestigd, waar tegenover. - een vast aan het meubeldeel aangebracht uitsteeksel voor de voorwand van het meubeldeel dient als van boven af te overgrijpen 15 tegenhouder.

De horizontale geleidingen voor de aan de meubelzijde liggende haken kunnen direct op de buitenzijde van de voorwand van een meubeldeel zijn aangebracht, maar ze kunnen ook zijn aangebracht aan een voorste, evenwijdig aan het front lopende 20 afbuiging van evenwijdig aan de zijwanden van het meubeldeel lopende lijsten, die bijvoorbeeld dienen als geleidings- of verstijvingslijsten.

De horizontale geleidingen voor de glijvoet van de haak zijn als glijlijsten uitgevoerd met een verbrede inspringing aan de 25 achterzijde in de richting naar de voorwand van het meubeldeel, terwijl de glijvoet aan de basis een verbreding bezit bestemd om te grijpen in deze inspringingen. De glijvoet is op voordelige wijze zowel langs zijn verbrede basis als tussen de dichter bij elkaar staande delen van de geleidingen geleid.

30 Volgens een voordelige uitvoeringsvorm zijn de aan de' achterzijde van de frontplaat bevestigde haken en het uitsteeksel met elkaar verbonden door een brug. Aan de haak, het uitsteeksel of de verbindingsbrug is op doelmatige wijze een in de richting naar het meubeldeel toe iets uitspringende vertikale 35 kleine ribbe gevormd, waaraan aan het direct daartegenover aanliggende vlak een inham of een groef is toegevoegd, om een nul-positie in horizontale richting te definiëren.Aan een van dezelfde delen is een vertikaal staande tong gevormd, waarvan het brede einde is voorzien van een in de richting naar het 40:meubeldeel toe iets uitspringende horizontale ribbe, waaraan 8020449 -3- een horizontale rand aan het direct daartegenover liggende vlak is toegevoegd, om een nul-positie in vertikale richting te definiëren.

De schroef voor het verstellen van de glijvoet is op zeer 5 voordelige wijze in de doorbraak van de vaste zijwand van het meubeldeel in een daarin gelaten, aan de binnenkant gladde bus uit metaal geleid, terwijl deze schroef op doelmatige wijze samenwerkt met een in de glijvoet ingelaten, van inwendige schroefdraad voorziene bus uit metaal. De beide tegen-10 over elkaar liggende vlakken van de horizontaal samenwerkende haken zijn op doelmatige wijze voorzien van een oppervlakte-ruwing, bijvoorbeeld een horizontaal verlopende ribbeling.

Ten gevolge van de in horizontale richting tegenover elkaar aan staande haken/het meubeldeel en de frontplaat is volgens de 15 uitvinding een zeer eenvoudig aanbrengen van de frontplaat mogelijk gemaakt. Het is alleen maar nodig om de meubelplaat tegen het uittrekbare meubeldeel, dus bijvoorbeeld een/^ronë-plaat tegen de voorzijde van een schuiflade te houden en het verschuifbare haakdeel, dat aan het meubeldeel in geleidingen 20 is aangebracht,naar beide zijden naar buiten te schuiven, zodat in de eerste plaats de frontplaat is vastgehouden. Behulpzaam werkt daarbij, dat de stelschroef in de geleidings-bus van de zijwand van het meubeldeel, die aan de binnenzijde gladwandig is, eveneens kan worden verschoven, zodat door het 25 naar buiten trekken van de beide schroeven de haken aan de zijden van het meubeldeel tegen de haken aan de zijde van de frontplaat worden getrokken, om de frontzijde vast te houden.

Door het naar binnen draaien van de schroeven in de glij-voeten van de aan de zijde van het meubeldeel liggende haken 50 kunnen deze dan samen met de frontplaten in zijdelingse richting worden versteld, zodat de frontplaat kan worden uitgericht. Voor het vastspannen worden de beide zijdelingse schroeven dan ten opzichte van elkaar gedraaid, zodat beide aan de zijde van het meubel liggende haken uit elkaar worden getrok-35 ken. Het bijzondere voordeel bestaat daarbij ook daaruit, dat door dit.. spannen de frontplaat in zijn middengedeelte iets naar binnen wordt gebogen, zodat een dicht aanliggen van de frontplaat over zijn gehele lengte door deze inrichting kan worden bereikt. Dit is bijzonder belangrijk, als het bij de 40 uittrekbare meubeldelen bijvoorbeeld gaat om keukenschuifladen 8020449 -4- of om schuifladen in meubels, die worden gebruikt in de medicinale sector., omdat daar bijzonder hoge eisen bestaan met betrekking tot schoonheid en hygiëne en alle mogelijkheden voor het verzamelen van vuil moeten worden vermeden.

5 Deze eenvoudige opbouw van de verbinding, het instellen en bevestigen van de frontplaat aan het meubeldeel wordt ondersteund doordat bij het installeren een afsteuning naar onderen toe kan plaatsvinden door een naar onderen open vasthouduit-steeksel aan de frontplaat, die van boven af grijpt over een 10 tegenhouder aan het meubeldeel. Daardoor wordt verhinderd, dat de los tegen het meubeldeel geplaatste frontplaat gedurende verdere hantering, instelling gedurende het vasttrekken van de schroeven naar onder toe zou kunnen wegvallen, terwijl de instelling in horizontale en vertikale richting voor het 15 uitrichten op andere frontplaten wordt vergemakkelijkt.

De verbinding van de haak met het uitsteeksel aan de frontplaat door middel van een brug vereenvoudigt de vervaardiging van dit beslag en ook het aanbrengen daarvan alsmede het samenwerken van de beide beslagdelen.

20 Verdere voordelen van de uitvinding zijn in de speciale beschrijving vermeld. De uitvinding wordt hierna aan de hand van uitvoeringsvoorbeelden met betrekking tot de tekeningen verder uiteengezet. In de tekeningen tonen: fig. 1 een vooraanzicht van een uittrekbaar meubeldeel met aan-25 gegeven frontplaat, fig. 2 een perspectivisch aanzicht van een hoek van de inrichting in een uitvoeringsvorm, fig. 3 een perspectivisch aanzicht van een andere uitvoeringsvorm, 30 fig. 4 een perspectivisch aanzicht met een uit elkaar getrokken deel van de uitvoeringsvorm volgens fig. 3, fig. 5 een vooraanzicht en een bovenaanzicht van het beves-tig.ingsbeslag aan de f rontplaatzi jde , fig. 6 een zijaanzicht van het bevestigingsbeslag, 35 fig. 7 een achteraanzicht van het bevestigingsbeslag, fig. 8 een vooraanzicht van het uittrekbaar meubeldeel, fig. 9 een vooraanzicht van het uittrekbare meubeldeel met geïnstalleerd bevestigingsbeslag, fig. 10 een doorsnede door het uittrekbare meubeldeel met be-vestigingsbeslag en aangezette frontplaat langs de B020449 -5- lijn X-X in fig. 8.

Bij de hier weergegeven beschreven uitvoeringsvoorbeelden van uittrekbare meubeldelen met verstelbeslagen zijn als voorkeurstoepassing schuifladen beschreven, die, uit één stuk 5 vervaardigd uit kunststof, zodanig zijn uitgevoerd, dat de .blinde frontplaten of hier ook in het bijzonder zogenaamde/frontpla- ten aan de voorzijde onzichtbaar zijn bevestigd. Hierdoor wordt verkregen, dat de inwendige ruimte van de schuifladen volkomen gladvlakkig en gladwandig is Uitgevoerd, zonder 10 enige verdiepingen of doorbrekingen, waarin zich bijvoorbeeld vuil zou kunnen verzamelen en die moeilijk zijn schoon te .blinde maken. De verstelbaarheid van de/frontplaten van de schuifladen in hoogterichting en in zijrichting is wenselijk, om na het inbouwen van de meubels op in de regel een niet geheel 15 effen ondergrond de fronten van de afzonderlijke meubelstukken, die naast- en boven elkaar staan, ten opzichte van elkaar uit te richten, zodat een uniform beeld met doorlopende lijnen wordt verkregen.

In het vooraanzicht van fig. 1 is schematisch een schuiflade blinde 20 weergegeven, waarbij de/frontplaat met streep-puntlijnen is aangegeven en de zich daarachter bevindende delen van de voorzijde van de schuiflade voor de bepaling van de positie daarvan eveneens zijn aangegeven. In het bijzonder gaat het in combinatie met fig. 2 tot en met 4 daarbij om het aan de 25 achterzijde van de' plaat',. : r bevestigd beslag 2 alsmede om de aan de schuiflade 3 met dit beslag 2 samenwerkende delen 5 en 6.Het aan de/^ron^plaat · 1 vastzittend beslag 2 bestaat uit een bovenste haak 7, die naar het midden van het front toe open is en die met een vast aan de schuiflade zittende haak 8 30 samenwerkt, die naar de zijkant en naar de voorkant toe open is, alsmede uit een. aanslaguitsteeksel 9, dat naar voren en naar onderen toe open is en grijpt over een tegenhouder 10, die is verbonden met de voorwand van de schuiflade respectie-vlijk daarvoor is aangebracht.

35; De met de schuiflade verbonden haak 8 zit op een glijvoet 11, die in een geleiding, bestaande uit twee horizontale geleidings-rails 12 en 13 horizontaal verschuifbaar is. De glijvoet 11 heeft aan zijn dichtst bij de schuiflade en de voorwand daarvan liggend deel naar boven en naar onder staande uitsteeksels 40 14 en 15, die grijpen achter op dezelfde wijze gevormde in- 8020449 -6- springingen lé en 17 aan de geleidingsrails 12 en 13 en daarin verschuifbaar zijn. De zijgeleiding van de glijvoet 11 wordt niet alleen door deze uitsteeksels 14 en 15 tot stand gebracht, maar ook tot stand gebracht door de daarboven liggende boven-5 ste en onderste vlakken 18 van de glijvoet 11, die samenwerken met overeenkomstige tegenvlakken 19 aan de geleidingsrails 16 en 17. De haak 8 ligt met zijn ondervlak 20 vrij boven de bovenste afsluiting 21 van de geleidingsrails 21, zodat deze over zijn gehele dwarsdoorsnede naar beide zijden toe, dus 10 naar boven en naar onderen toe vrij toegankelijk is.

Evenwijdig aan de geleidingen 12, 13 is daartussen een schroef 22 aangebracht, die grijpt in de glijvoet 11 in een schroefdraad en die in de daarbij behorende zijwand 23 of een overeenkomstige uitsteeksel van de zijwand van de schuiflade 15 in een bus 24 is geleid, waarbij de kop 25 van de schroef vanaf de zijkant bereikkbaar is. Er kan worden gezien dat door middel van deze schroef 22 de glijvoet 11 in de geleidingen 12, 13 en daardoor de haak 8 voor de voorste wand van de schuiflade horizontaal verschuifbaar is. Voor het verschuiven 20 kan zowel de schroef, geleid in de gladde bus 24, naar buiten worden getrokken of worden ingedrukt alsmede ook, in ingedrukte toestand, door middel van een schroevendraaier aan.de kop 25 van de schroef in de schroefdraad in de glijvoet 11 worden gedraaid en daardoor de glijvoet met de haak horizontaal worden 25 verschoven.

Er wordt de aandacht op gevestigd, dat overeenkomstig fig. 1 aan beide zijden van de voorzijde van de schuiflade de hier-constructie voor beschreven/met de haken 7 en 8 spiegelbeeldig is aangebracht, zodat de schroeven 6 respectievelijk 12 en 25 voor het 30 in dezelfde richting alsmede ook voor het ten opzichte van elkaar verstellen van de met de sschuifladen verbonden haken 8 samenwerken.

Om de verbinding met de plaat 5 1 met de schuiflade 3 te ver-ivolmaken en in het bijzonder bij het aanbrengen van de'plaat 1 35 ;aan de schuiflade een veilige verbinding te bereiken zonder dat ;het gevaar van het uitvallen van de plaat, naar onderen toe Igedurende het verstelproces in zijdelingse en hoogterichting ibestaat, is onder de haak 7 aan de p 1 aat\. het onderste uitsteeksel 9 aangebracht, dat grijpt achter een tegenhouder aan 40 de schuiflade, echter een verstelbeweging in vertikale en hori- 8020449 -7- zontale richting in de hiervoor vereiste gebieden niet beperkt. Het uitsteeksel 9 kan op zijn met de tegenhouder samenwerkend vlak 26 zijn voorzien van een geringe afschuining, als het gewenst vi/ordt, om een bijzondere klemwerking in dit 5 gebied te verkrijgen.

In fig. 2 is het uitvoeringsvoorbeeld van de schuiflade weergegeven met de linker voorhoek in perspectivisch aanzicht, waarbij de geleidingsrails 12, 13 direct op de voorwand 3 van de schuiflade zijn aangebracht, zij kunnen daar zijn aange-10 vormd.

In fig. 3 is een overeenkomstig aanzicht weergegeven van een ander uitvoeringsvoorbeeld, waarbij een schuiflade met dubbele zijwanden zodanig is uitgevoerd, dat in de van onderen af open tussenruimte tussen de op afstand van elkaar liggende 15 zijwanden, overeenkomstig fig. 4, een ribbenlijst 27 is aangebracht. Aan deze ribbenlijst is een opneemgroef 28 voor het installeren van in de handel normaal verkrijgbare schuifladegeleidingen gevormd. In plaats van een ribbenlijst 27 kan ook een geleidingslijst zijdelings aan de schuiflade 20 zijn bevestigd. De zijdelingse lijst is voorzien van een voorste afbuiging 29, die ligt voor de voorwand van de schuiflade terwijl daaraan de geleidingsrails 12, 13 voor de glijvoet 11 van de aan de schuifladezijde liggende haak 8 zijn gevormd., : = De toevoegingen en verhoudingen van de afzonderlijke delen 25 zijn overigens overeenkomstig het hiervoor beschreven uitvoeringsvoorbeeld.

De werking van de inrichting volgens de uitvinding wordt hierna beschreven: Aan de/scftui'fladeplaat 1 zijn nabij de beide zijden de beslagdelen 2 bevestigd. De haken 5 zijn door 30 middel van de schroeven 6 in hun binnenste positie geschoven, blinde

De/frontplaat 1 wordt schuin aangezet en met de uitsteeksels 9 over de tegenhouders 10 geschoven en tegen de schuiflade gedrukt, dat wil zeggen met zijn bovenste deel tegen de schuiflade gezwaaid. Dan wordt met behulp van de schroeven 6 35 de aan de zijde van de schuiflade liggende haak 5 aan beide zijden in zijn geleidingen naar buiten getrokken, zodat deze aan de zijde van de schuiflade liggende haak voor de haak 7 van het beslag aan de frontplaat liggen. De frontplaat'' is nu verbonden met de schuiflade, zonder dat zij daarvan kan af-40 vallen. Voor het instellen van de frontplaat ten opzichte van 8020449 -8- de schuiflade en daardoor ten opzichte van het meubel naar de zijrichting wordm door middel van de. schroeven 6 onder aan-grijping van schroevendraaiers aan de schroefkoppen 25 de haakdelen 8 met hun glijvoeten 11 in de geleidingen 12, 13 5 verschoven, waarbij aan de schroef aan de ene zijde de schuiflade wordt aangetrokken, aan de andere zijde de schuiflade wordt gevierd. Als daarna de vereiste uitrichting van de zijden is bereikt,worden de beide schroeven naar beide zijden iets in tegengestelde richting ten opzichte van elkaar ge-10 draaid, zodat een zekere voorspanning door het uit elkaar bewegen van de beide haken aan beide zijden van de schuiflade wordt ingesteld. De tegen elkaar liggende vlakken van de haken 8 en 7 zijn op doelmatige wijze iets geruwd, zij kunnen zijn voorzien van een ribbeling. In deze positie is een ver-15 tikale beweging van de plaat , ten opzichte van de schuiflade nog mogelijk. Zodra deze vertikale verstelling en uitrichting in overeenstemming met de eisen heeft plaatsgevonden, waarbij de telkens bereikte instelling op grond van de wrijving tussen de haakvlakken behouden blijft, worden de schroeven 6 20 aan beide zijden van de schuiflade in tegengestelde richting aangetrokken, zodat daarmee de aan de schuifladezijde liggende haakdelen nog verder uit elkaar worden gedrukt. Daarmee wordt een spannen van de frontplaat 1 tegen de aanleg- vlakken aan de voorzijde van de schuiflade bereikt, zodat de 25 frontplaat 1 in de ingestelde positie vast en onwrikbaar met de schuiflade is verbonden. Door bijzondere constructie van de verbindingsdelen, in het bijzonder de haken 5, wordt daarbij het extra Voordeel bereikt, dat ten gevolge van de krachtstroom een, zij het ook geringe, echter voldoende ver-30 buiging van de frontplaat . enerzijds en de schuifladevoor-wand anderzijds plaatsvindt, in die zin, dat deze inbui-gingen tegen elkaar in zijn gericht, dus in het midden van de schuifladevoorzijde wordt bereikt dat de beide delen daar het dichtst tegen elkaar aanliggen.Daardoor wordt vermeden, dat 35 ten gevolge van buigspanningen een naad tussen de aangezette frontplaat en de schuifladevoorzijde zou kunnen ontstaan.

Om het aanzetten van de schuiflade plaat in de gewenste positie te vergemakkelijken, is aan het aan de frontzijde liggende beslag, doelmatig aan de naar verhouding dun uitge-40' voerde verbindingsbrug 30 tussen de bovenste horizontale haak 7 8 0 2 0 4 4 9 * -9- enheb onderste vasthouduitsteeksel 9 aan de binnenzijde een iets uitspringende, vertikale kleine ribbe 31 gevormd. Aan de onderste geleidingslijst 13 is aan de buitenzijde een kerf 32 gevormd. Deze beide vormdelen 31 en 32 zijn zodanig aange-5 bracht, en werken zodanig samen, dat daardoor een nul-positie van de frontplaat ten opzichte van de schuiflade in horizontale richting bij het installeren wordt gedefinieerd. Het grijpen van de ribbe 31 in de kerf 32 is door verschuiven in horizontale richting bij ver teruggetrokken haakdeel 8 duide-10 lijk te voelen.

Verder is bij voorkeur aan de verbindingsbrug 30 een tong 33 gevormd, die, vertikaal staande, aan zijn brede bovenste einde van een iets uitspringende horizontale ribbe 34 is voorzien. De constructie is zodanig uitgevoerd, dat in de ver-15 tikale nul-positie van de plaat ten opzichte van de schuiflade deze ribbe 34 bij de tong 33 grijpt over de bovenrand 35 van de onderste geleidingsrail 13, zodat bij het aanzetten van de plaat tegen de schuiflade ook een nul-positie in vertikale richting is gedefinieerd en daardoor gemakkelijk kan 20 worden ingesteld.

De uitvinding is niet beperkt tot de weergegeven beschreven uitvoeringsvoorbeelden, zo kunnen bijvoorbeeld de vasthoud-uitsteeksels 9 ook op andere plaatsen dan direct onder de horizontale haken 7 aan de frontplaat 1 zijn aangebracht, 25 bij geschikte constructie door tegenhouders aan de schuiflade. Bijvoorbeeld kunnen over de gehele lengte van de voorwand van de schuiflade verdeeld, dergelijke vasthouduitsteeksels zijn aangebracht. Het is ook niet beslist noodzakelijk, dat de vasthouduitsteeksels uitsluitend onder de beide horizontale 30 haken 7 aan de .plaat zit, ze kunnen ook in bijzondere gevallen boven deze horizontale haken aan de plaat zijn bevestigd bij geschikte plaatsing van tegenhouders aan de voorzijde van de schuiflade. Er kan ook bijvoorbeeld bij bijzonder hoog uit-; gevoerde schuifladen een plaatsing van vasthouduitsteeksels 35 boven en onder de horizontale haken zijn aangebracht, waarbij de constructie op dezelfde wijze als bij een schuifdeur is uitgevoerd, zodat de bovenste vasthouduitsteeksels met hun tegenhouders aanzienlijk langer zijn dan de onderste vasthouduitsteeksels, zodat bij het installeren eerst met de bovenste 40:vasthouduitsteeksels achter de plaat wordt gegrepen, de plaat 802044$ -10- , dan aan de onderzijde tegen de schuiflade wordt gezwaaid en naar beneden wordt bewogen, zodat ook de onderste vast-houduitsteeksels grijpen over de tegenhouders, de bovenste vasthouduitsteeksels echter niet uit hun overgrijpingspositie 5 glijden, maar nog in aangrijping blijven.

8 02 0 4 4 9

Claims (12)

1. Inrichting voor het instelbaar verbinden van frontplaten van uittrekbare meubeldelen met verstelbeslagen, die zijn verbonden met het meubeldeel en instelmiddelen bezitten, die een van elkander onafhankelijke instelling van de frontplaten 5 ten opzichte van het meubeldeel in hoogterichting en zijrich-i ting alsmede een vastspannen mogelijk maken, waarbij de bevestigingen uit achter elkaar grijpende haken bestaan, waar-, van de ene ten opzichte van het meubeldeel door middel van een schroef in een geleiding verstelbaar is, m e t h e t 10 kenmerk, dat nabij de beide zijranden van de voorwand (3) van het meubeldeel horizontale geleidingen (12,13) zijn aangebracht voor een naar de zijde en naar voren open haak (8), die in zijn werkzame deel voor de geleidingen (12,13) ligt en in zijn tussen de geleiding liggende glijvoet (11) 15 is voorzien van een evenwijdig aan de geleiding lopende schroefdraad voor het laten ingrijpen van een schroef (22), waarvan de kop (25) steunt tegen de omtrek van een doorbraak (24) van de zijwand (23) van het meubeldeel, alsmede een aan de achterzijde van de frontplaat (1) bevestigde tegenhaak (7) 20 in horizontale plaatsing bestemd voor het grijpen achter de eerstgenoemde, zich aan de zijde van het meubel bevindende haak (8).

2. Inrichting volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat bij voorkeur onder de aan de zijde van de front- 25 plaat liggende, horizontale haak (7) een vertikaal naar voren en naar onderen open vasthouduitsteeksel (9) aan de frontplaat (1) is bevestigd, waartegenover een vast met het meubeldeel verbonden uitsteeksel (10) voor de voorwand van het meubeldeel dient als een van boven af te overgrijpen tegenhouder. -jQ

3. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de horizontale geleidingen (12,13) direct aan de buitenzijde van de voorwand (3) van het meubeldeel zijn aangebracht.

4. Inrichting volgens conclusie 1, met het ken-35 m e r k, dat de horizontale geleidingen (12,13) aan een voorste, evenwijdig met het front lopende afbuiging (29) van evenwijdig met de zijwanden (23) van het meubeldeel lopende lijsten (27), bijvoorbeeld als geleidings- of verstijvingslijsten .zijn aangebracht. 8020449 V -12-

5. Inrichting volgens conclusie 3 of 4, met het kenmerk, dat de horizontale geleidingen (12,13) als glijlijs-ten zijn uitgevoerd met een verbrede inspringing (16,17) in de richting naar de voorwand (3) van een meubeldeel toe terwijl 5 de glijvoet (11) aan zijn basis een verbreding (14,15) bezit bestemd om te grijpen in deze inspringingen.

6. Inrichting volgens conclusie 3 of 4, met het kenmerk, dat de glijvoet (11) zowel aan zijn verbrede basis als tussen de dichter bij elkaar staande delen van de gelei- 10 dingen (12,13) is geleid.

7. Inrichting volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat aan de zijde van de frontplaat de haak (7) en het uitsteeksel (9) met elkaar zijn verbonden door een brug (30).

8. Inrichting volgens conclusie 1 of 7, met het ken merk, dat aan de zijde van de frontplaat liggende haak (7) of aan het uitsteeksel (9) of de verbindingsbrug (30) een in de richting naar het meubeldeel toe iets uitspringende, ver-tikale, kleine ribbe(31) is gevormd, waaraan, aan het direct 20 tegenoverliggende, aanliggende vlak een inham of groef (32) is toegevoegd, om een nul-positie in horizontale richting te definiëren.

9. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat aan de aan de zijde van de plaat 25 liggende haak (7) of aan het uitsteeksel (9) of aan de verbindingsbrug (30) een vertikaal staande tong (33) is gevormd, waarvan het brede einde is voorzien van een in de richting naar het meubeldeel toe iets uitspringende, horizontale ribbe (34), waaraan een horizontale rand (35) aan het direct tegen- 30 overliggende, aanliggencfe vlak is toegevoegd om een nul-positie in vertikale richting te definiëren.

10. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de schroef (22) voor het verstellen van de glijvoet (11) in de doorbraak van de vast met het meubeldeel ver- 35 bonden zijwand (23) in een daaringelaten, aan de binnenzijde gladde bus (24) uit metaal is geleid.

11. Inrichting volgens conclusie 1, m ethetken- m e r k, dat de schroef (22) voor het verstellen van de glijvoet (11) samenwerkt met een in de glijvoet ingelaten, van 4q inwendige schroefdraad voorziene bus uit metaal. 8020449 V -13-

12. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de beide tegen elkaar liggende vlakken van de horizontaal samenu/erkende haken (7 en 8) zijn voorzien van een oppervlakteruwing, bijvoorbeeld een horizontaal verlopen-5 de ribbeling. 8020449 s -14- *- K* , Gewijzigde conclusies (ingediend bij het Internationale Bureau op 11 mei 1981 (11.05.81)). 1. (gewijzigd) Inrichting voor het instelbaar bevestigen van een front-plaat aan een uittrekbaar meubeldeel met ten minste êên tussen de voorwand van het meubeldeel en de frontplaat aange-5 bracht verstelbeslag, waarvan het aan de zijde van het meubel liggende beslagdeel ®n door middel van een verstelschroef in een geleiding verschuifbaar versteldeel met een uitstekende haak bezit en waarvan het aan de zijde van de frontplaat liggende beslagdeel met een tegenhaak grijpt achter de haak van 10 het aan de zijde van het meubel liggende beslagdeel, waarbij de frontplaat ten opzichte van het meubeldeel in hoogterich-ting en zijdelingse richting instelbaar is, met het kenmerk, dat nabij de beide zijranden van het meubeldeel horizontale geleidingen (12,13) voor telkens een verstel-25 deel zijn aangebracht, waarvan de haak (8) naar de zijkant open is en in zijn werkzaam gebied voor de geleidingen (12, 13. ligt en waarvan de tussen de geleidingen liggende glij-voet (11) is voorzien van een evenwijdig aan de geleiding lopende schroefdraad, waarin de verstelschroef (22) grijpt, 20 waarvan de kop (25) steunt tegen de omtrek van een doorbraak (24) van een zijwand (23) van het meubeldeel, terwijl de met de frontplaat (1) verbonden tegenhaak (7) vanaf de zijkant in de opening van de aan de zijde van het meubeldeel liggende haak (8) grijpt. 25 2. (gewijzigd) Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat aan de zijde van de frontplaat, onder de tegenhaak (7) een vertikaal naar voren en onderen open vasthouduitsteeksel (9) is bevestigd, die van boven af worden geplaatst op een 30 toegevoegd vast met het meubeldeel verbonden uitsteeksel (10) voor de voorwand (3) van het meubeldeel. 3. (gewijzigd) Inrichting volgens conclusie 1 of 2, m e t het kenmerk, dat de horizontale geleidingen (12,13) direct aan de 35 buitenzijde van de voorwand (3) van het meubeldeel zijn aangebracht. 4. (gewijzigd) Inrichting volgens een der conclusies 1 tot en met 3, met 8 02 0449 * -15- het kenmerk, dat de horizontale geleidingen (12,13) zijn aangebracht aan een voorste, evenwijdig met het front lopende afbuiging (29) van evenwijdig met de zijwanden (23) van het meubeldeel lopende lijsten (27). 5 5. (gewijzigd) Inrichting volgens conclusie 3 of 4, met hetken-m e r k, dat de horizontale geleidingen (12,13) als glijlijs-ten zijn uitgevoerd met verbrede inspringingen (16,17) in de richting naar de voorwand (3) van het meubeldeel toe, ter-10 wijl de glij voet (11) voor het grijpen in deze inspringingen aan zijn basis een verbreding (14,15) bezit. 6. (gewijzigd) Inrichting volgens conclusie 3 of 4, m e t het k e n-m e r k, dat de glijvoet (11) zowel aan zijn verbrede basis, 15 als ook tussen de dichter bij elkaar staande delen van de geleidingen (12,13) is geleid. 7. (gewijzigd) Inrichting volgens een der conclusies 2 tot en met 6, met het kenmerk, dat de aan de zijde van de front-20 plaat liggende tegenhaak (7) en het uitsteeksel (9) onderling zijn verbonden door een brug (30). 8. (gewijzigd) Inrichting volgens conclusie 1 of 7, m e t het kenmerk, dat aan de aan de zijde van de frontplaat liggende 25 tegenhaak (7) of aan het uitsteeksel (9) of aan de verbin-dingsbrug (30) een in de richting naar het meubeldeel toe iets uitstekende, vertikale kleine ribbe (31) is gevormd, waaraan aan het direct tegenoverliggend^ aanliggende,aan de zijde van het meubeldeel liggendevlak een inham of groef (32) 30 is toegevoegd. 9. (gewijzigd) Inrichting volgens een der conclusies 1 tot en met 8, met het kenmerk, dat aan de aan de zijde van de frontplaat liggende tegenhaak (7) of aan het uitsteeksel (9) 35 of aan de verbindingsbrug (30) een vertikaal staande tong (33) is gevormd, waarvan het brede einde is voorzien van een in de richting van het meubeldeel iets uitspringende horizontale ribbe (34), waaraan een horizontale rand (35) aan het direct tegenoverliggende, aanliggend.e,aan de zijde van het meubeldeel 40 liggende vlak is toegevoegd. 8020449 > -16- % « y 10. ( gevi/i jzigd ) Inrichting volgens een der conclusies 1 tot en met 9, met het kenmerk, dat de verstelschroef (22) van de glijvoet (11) in de doorbraak (24) van de vast met het 5 meubeldeel verbonden zijwand (23) in een daar ingelaten, aan de binnenzijde gladde bus uit metaal is geleid. 11. (gewijzigd) Inrichting volgens een der conclusies 1 tot en met 10, met het kenmerk, dat de verstelschroef (22) van 10 de glijvoet (11) samenwerkt met een in de glijvoet ingelaten, van inwendige schroefdraad voorziene bus uit metaal. 12. (gewijzigd) Inrichting volgens een der conclusies 1 tot en met 11, met het kenme r k, dat de beide tegenover elkaar 15 liggende vlakken van de samenwerkende haken ( 7 en 8) zijn voorzien van een oppervlakteruwing, bijvoorbeeld van een horizontaal lopende ribbeling. 8020449