NL8006778A - Werkwijze voor het regelen van de breedte van een mat. - Google Patents

Werkwijze voor het regelen van de breedte van een mat. Download PDF

Info

Publication number
NL8006778A
NL8006778A NL8006778A NL8006778A NL8006778A NL 8006778 A NL8006778 A NL 8006778A NL 8006778 A NL8006778 A NL 8006778A NL 8006778 A NL8006778 A NL 8006778A NL 8006778 A NL8006778 A NL 8006778A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
mat
strands
conveyor
edges
continuous
Prior art date
Application number
NL8006778A
Other languages
English (en)
Other versions
NL188108C (nl
NL188108B (nl
Original Assignee
Ppg Industries Inc
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Ppg Industries Inc filed Critical Ppg Industries Inc
Publication of NL8006778A publication Critical patent/NL8006778A/nl
Publication of NL188108B publication Critical patent/NL188108B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL188108C publication Critical patent/NL188108C/nl

Links

Classifications

    • DTEXTILES; PAPER
    • D04BRAIDING; LACE-MAKING; KNITTING; TRIMMINGS; NON-WOVEN FABRICS
    • D04HMAKING TEXTILE FABRICS, e.g. FROM FIBRES OR FILAMENTARY MATERIAL; FABRICS MADE BY SUCH PROCESSES OR APPARATUS, e.g. FELTS, NON-WOVEN FABRICS; COTTON-WOOL; WADDING ; NON-WOVEN FABRICS FROM STAPLE FIBRES, FILAMENTS OR YARNS, BONDED WITH AT LEAST ONE WEB-LIKE MATERIAL DURING THEIR CONSOLIDATION
    • D04H3/00Non-woven fabrics formed wholly or mainly of yarns or like filamentary material of substantial length
    • D04H3/02Non-woven fabrics formed wholly or mainly of yarns or like filamentary material of substantial length characterised by the method of forming fleeces or layers, e.g. reorientation of yarns or filaments
    • D04H3/03Non-woven fabrics formed wholly or mainly of yarns or like filamentary material of substantial length characterised by the method of forming fleeces or layers, e.g. reorientation of yarns or filaments at random
    • DTEXTILES; PAPER
    • D04BRAIDING; LACE-MAKING; KNITTING; TRIMMINGS; NON-WOVEN FABRICS
    • D04HMAKING TEXTILE FABRICS, e.g. FROM FIBRES OR FILAMENTARY MATERIAL; FABRICS MADE BY SUCH PROCESSES OR APPARATUS, e.g. FELTS, NON-WOVEN FABRICS; COTTON-WOOL; WADDING ; NON-WOVEN FABRICS FROM STAPLE FIBRES, FILAMENTS OR YARNS, BONDED WITH AT LEAST ONE WEB-LIKE MATERIAL DURING THEIR CONSOLIDATION
    • D04H3/00Non-woven fabrics formed wholly or mainly of yarns or like filamentary material of substantial length
    • D04H3/02Non-woven fabrics formed wholly or mainly of yarns or like filamentary material of substantial length characterised by the method of forming fleeces or layers, e.g. reorientation of yarns or filaments

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Textile Engineering (AREA)
  • Nonwoven Fabrics (AREA)
  • Treatment Of Fiber Materials (AREA)

Description

Vferkwijze voor het regelen van de breedte van een mat
Achtergrond van de uitvinding
In het Amerikaanse octrooischrift 2.883.333 is een werkwijze beschreven voor de vervaardiging van een genaaide mat van glasstrengen, waarbij continue glasstrengen worden 5 gelegd qp een bewegende transporteur uit een aantal toevoer-inrichtingen, die heen en weer worden bewogen over de breedte van de transporteur. Na de vorming van de mat op de transporteur wordt de mat gestuurd door een naaldinrichting .cm mechanische stevigheid en sterkte aan de mat te geven door de uit strengen 10 bestaande mat te doorsteken met een aantal snel op en neer bewegende, van weerhaken voorziene naalden. De mat die de naaldmachine verlaat, wordt aan zijn randen afgesneden, cm een mat met een bepaalde dichtheid en een bepaalde breedte te krijgen. Op deze wijze verkregen matten kunnen bijzonder goed worden toegepast bij de 15 vervaardiging van persbare, met glasvezels versterkte kunstharsplaten of kunstharsvellen.
Bij het onder toepassing van deze werkwijze vervaardigen van matten uit continue glasstrengen, is gebleken, dat de randen van de op de transporteur._ gedeponeerde mat onregelmatig zijn en 20 een kleinere dichtheid bezitten dan de hoofdoppervlakken van de mat op de transporteur. Voor het verkrijgen van een afgewerkte mat met een bepaalde breedte en net een gelijkmatige dichtheid is het noodzakelijk, de randen van de mat af te snijden als deze de naaldmachine verlaat, een handeling die het nuttig effect 25 van de werkwijze aanzienlijk, verlaagt, cmdat de afgesneden randdelen een afvalproduct vormen. De op en neer bewegende naaldmachine draagt ook bij tot een lager nuttig effect van de werkwijze, cmdat de randen van de mat uit de bewegingsbaan van de mat naar buiten worden gedrongen, wanneer de naalden 30 bij hun neerwaartse slag gedurende de doorgang van de mat door de naaldzone de mat raken. Deze bewerking in de naaldzone doet de randen van de mat dunner worden dan het hoofddeel van de mat en deze randen moeten worden afgesneden van de bruikbare 8006778 I * 2 mat met een gelijkmatige dichtheid, die uit de naaldmachine kant.
Samenvatting van de uitvinding
De uitvinding heeft ten doel, een aanzienlijke ver-5 mindering van de hoeveelheid afval te bereiken bij de vervaardiging van een mat uit continue strengen.
Een ander doel van de uitvinding is het verbeteren van het nuttig effect bij de vervaardiging van een mat uit continue strengen, die wordt genaaid, on stevigheid en sterkte 10 aan de mat te geven.
Nog een ander doel van de uitvinding is het verbeteren van het rendement van het maken van matten uit continue glasstrengen, door het afsnijden van randdelen zoals dat wordt toegepast bij de werkwijze volgens het Amerikaanse octrooischrift 15 3.883.333, te beperken.
Volgens de uitvinding wordt een mat uit continue strengen, in het bijzonder een mat uit ongebonden continue glasvezelstrengen, die is vervormd door het deponeren van een aantal strengen op een bewegend, matvormend oppervlak, behandeld 20 met een gasvormicjEluidum aan de randen aan beide zijden van de mat, terwijl deze qp het vormqppervlak voortbeweegt. Het gasvormige fluïdum wordt toegevoerd aan beide zijden van de mat terwijl deze qp het vormqppervlak voortbeweegt door het fluïdum naar beneden en naar binnen te richten naar het matvormende 25 oppervlak- De stroom van het gasvormige fluïdum wordt bij voorkeur gericht op de randen van de mat loodrecht qp de bewegingsrichting van de mat op het matvormende oppervlak, maar kan ook zijn gericht in een richting tegengesteld aan of iets met de bewegingsrichting mee yan de mat op de transporteur. Door het gasvormige 30 fluïdum aan weerszijden qp de randen van de mat op het vorm- oppervlak. te richten en in neerwaartse en binnenwaartse richting qp de randen van de mat, is gebleken, dat de randen van de mat iets van het matvormende oppervlak worden qpgetild. Ook is gebleken, dat terwijl de mat wordt opgetild, de randen van de 35 mat met een lage dichtheid, die in het algemeen bestaan uit streng- 8006778 i f 3 lussen en los liggende strengen, worden gevouwen onder de opgetilde mat in het punt, waar het fluïdum de mat optilt en er wordt op continue basis een in hoofdzaak gelijkmatige rechte rand gevormd, wanneer de randen van de mat het pont passeren, 5 waar de gasstrocm het matvormende oppervlak in neerwaartse en binnenwaartse richting raakt.
Verder wordt volgens de uitvinding de mat met in hoofdzaak rechte randen toegevoerd aan een naaldzóne en de randen worden gedurende hun passage in de naaldzóne naar binnen 10 gedrukt, totdat de eerste rij naalden in aanraking kant met de mat en de randen worden dan in een rechte lijn gehouden, totdat de mat tenminste vijf rijen naalden is gepasseerd.
Door de mat langs een rechte lijn door de eerste rijen naalden te drukken, wordt een rechte rand gevormd en nadat deze randen 15 de eerste vijf rijen naalden zijn gepasseerd, is de neiging van de randen om zich te vervormen, wanneer de overblijvende rijen naalden door de mat steken, aanzienlijk verminderd, zodat het afsnijden van randen van de mat, die uit de naaldzóne kont, tot een minimum is teruggebracht.
20 De uitvinding zal aan de hand van de tekfening met een uitvoeringsvoorbeeld nader worden toegelicht.
Fig. 1 is: een schematisch zijaanzicht van een van een productielijn voor het maken van een mat uit continue strengen, waarop de mat wordt gevormd en genaaid? 25 fig. 2 is een perspectivisch, aanzicht van de productie lijn volgens fig. 1 gezien stroomopwaarts in de bewegingsrichting van de mat.
fig. 3 is een schematisch perspectivisch aanzicht dat overeenkomt met fig. 1 en 30 fig. 4 is een schematisch perspectivisch aanzicht van de bodemplaat van de naaldinrichting 40 volgens de fig.
1 en 3.
In fig. 1 is een transporteur 1 getekend, die bestaat uit een eindloze riem die wordt aangedreven door een rol 2 en 35 die loopt over rollen 3 en 4 en over een omkeerrol 5. Strengen 6, 8006778 * »5 4 7/ 8 en 9 worden in neerwaartse richting op de transporteur 1 gedeponeerd. Deze strengen bewegen ook in een richting dwars op de bewegingsrichting van de transporteur gedurende het produceren van de mat, hetgeen uitgébreider aan de hand van 5 de fig. 2 en 3 zal worden beschreven. Of schoen in de tekening vier strengen zijn weergegeven, is dit slechts een uitvoerings-voorbeeld, waarbij het aantal strengen groter en kleiner kan zijn. Er kunnen meer dan de vier getekende strengen worden toegepast en in feite zijn bij een practische toepassing van 10 de uitvinding voor het produceren van een mat wel twaalf strengtoevoerinrichtingen toegepast voor het deponeren van strengen op de mattransporteur 1.
De mat 10, gevormd door het deponeren van opeenvolgende lagen strengen 6, 7, 8 en 9 op de bewegende transporteur 1, 15 wordt in de met de pijlen aangegeven richting naar de naaldin-richting 40 toe bewogen. Gedurende zijn voortbeweging over de transporteur 1 naar de naaldinrichting 40 passeert de mat 10 de fluidumstraal 20, die wordt toegevoerd door een inlaatleiding 21, cm de mat volgens de uitvinding te behandelen en een in 20 hoofdzaak. rechte rand te krijgen. Dit zal nader worden toegelicht aan de hand van de fig. 2 en 3. Na het passeren van de straal 20 wordt de mat gestuurd door een oven (niet getékend), waar de mat wordt gedroogd. De mat wordt dan tussen de rollen 2 en 13 door gestuurd en wordt afgeleverd op het oppervlak van een ketting 25 14, die wordt aangedreven over het oppervlak van een aandrijf rol 15 en een vrij draaibare rol 16.
De mat 10 wordt na het passeren van de rol 15 op het oppervlak, van de ketting 14 toegevoerd aan de naaldinrichting 40, die, zoals met de pijlen is aangegeven, in verticale richting 30 op en neer beweegt cm de naalden 41 in en uit de naald 10 te doen bewegen, terwijl de mat door de inrichting 40 beweegt, cm de strengen, waaruit de mat 10 is opgebouwd, door ineenhaking mechanisch aan elkaar verbinden. De aandrijf rol 45 trekt de mat IQ uit de naaldinrichting 40 voor de laatste behandeling.
35 De behandeling volgens de uitvinding van de mat 10 zal 80 0 6 77 8 V S Λ 5 nu aan de hand van de fig. 2 en 3 worden beschreven. Zoals in fig. 2 is aangegeven, worden de strengen 6, 7, 8 en 9 heen en weer bewogen dwars over de mttransporteur 1, terwijl de transporteur 1 in de met de pijlen aangegeven richting naar 5 de fluidumstralen 20 en 22 beweegt. Een paar geleiderails 23 en 24 evenwijdig aan de transporteurketting 1 zijn zodanig opgesteld, dat zij hellend aflopen in de richting van het oppervlak van de transporteur 1, zodat de strengen aan de randen van. de transporteur 1 op de rails 23 en 24 worden opgevangen 10 en terugvallen op de transporteur 1, terwijl deze door het gebied voor de' vorming van de mat beweegt. De strengen 6, 7, 8 en 9 die op de transporteur 1 worden gedeponeerd, worden dunner gemaakt, hetzij vanuit een bus voor het vormen van glasvezels, hetzij vanuit een pakket voor het vormen van glasvezels.
15 In beide gevallen worden de glasstrengen dunner gemaakt door de strengen te trekken uit een bus of een vormpakket, waarbij bij voorkeur met riemen werkende inrichtingen voor' het dunner maken van strengen worden toegepast, zoals in de Amerikaanse octrooischriften 4.158.557 en 3.883.333 is beschreven. Zoals 20 in deze beide octrooischriften is aangegeven, worden de strengen naar beneden getrokken en worden zij ook in dwarsrichting over de mattransporteur 1 heen en weer bewogen, cm de vereiste breedte van de nat op de transporteur 1 te krijgen. Eén van beide systemen kan worden toegepast bij de onderhavige werkwijze, cm 25 de strengen 6, 7, 8 en 9 op de transporteur 1 te deponeren.
Eventueel kunnen ook andere inrichtingen voor het deponeren van strengen worden toegepast. Zo kunnen ook met wielen uitgeruste trekinrichtingen worden toegepast, die zorgen voor het heen en weer bewegen van de strengen dwars over een transporteur, 30 zoals beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 3.616.143, evenals trapsgewijze opgestelde trekinrichtingen, die werken van een uit een vaste plaats, zoals beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 2.855.634. Onafhankelijk van de toegepaste methode of inrichting voor het deponeren van de strengen om een mat 35 te vormen, hebben de randen van de mat de neiging tot een kleine 800 6 77 8 6 dichtheid vergeleken met het grootste deel van de gevormde mat, en zoals in fig. 2 is aangegeven/ kunnen aan de randen aan beide zijden van de transporteur 1 plaatsen voorkomen, waar onregelmatige patronen van de strengen 6, 7, 8 en 9 5 zichtbaar zijn, of, zoals bij 10a is aangegeven, waarbij de strengen in scnmige gevallen liggen op de rails 23 en 24 en (¾) de randen van de transporteur 1. Terwijl de mat 10 in voorwaartse richting beweegt, passeert de mat de straal-inrichtingen 20 en 22, die aan weerszijden van de transporteur 10 1 zijn opgesteld. De straalinrichtingen 20 en 22 zijn gemonteerd op een console 25 respectievelijk 26. Deze consoles 25 en 26 zijn elk gemonteerd op een plaat 27 respectievelijk 28. De plaat 27 is voorzien van sleuven 29 en 30 met bouten 31 en 31, zodat de sleuven 25 vooruit of achteruit instelbaar is ten op-15 zichte van het oppervlak van de.transporteur 1. De sleuven 29 en 30 zijn voldoende breed, zodat de plaat 27 kan worden gedraaid, teneinde de rechte hoek, die de straal inrichting 20 op de beugel 25 insluit met de bewegingsrichting van de mat 10, in strogmopwaartse of stroomafwaartse richting te ver-20 anderen en kleiner te maken. De plaat 28 is ook voorzien van sleuven 33 en 34 en bouten 35 en 36, zodat bij de straalinrichting 22 dezelfde flexibiliteit kan worden bereikt wat betreft zijn positie ten opzichte van de mattransporteur 1 en de mat 10.
De straalinrichting 20 wordt gevoed vanuit een leiding 21 25 en de straalinrichting 22 vanuit een leiding 37.
De hehandelingszöne met gasvormig fluidum wordt bepaald door de fluidumstremen, die door de straalinrichtingen 20 en 22 aan weerszijden van de mat worden geleverd. Ofschoon de straalinrichtingen 2Q en 22 volgens de tekening direct tegenover 30 elkaar zijn opgesteld, kunnen zij in langsrichting van de transporteur 1 ten opzichte van elkaar zijn verplaatst, zolang zij beide zijn opgesteld voorbij het toevoergebied op de mattransporteur IQ, zodat zij de randen van een geheel gevormde mat behandelen.
35 Als de mat 10 de straalinrichtingen 20 en 22 in de 8006778 7 behandelingszone passeert, wordt een gasvormig fluïdum naar beneden en naar binnen ten opzichte van de randen van de mat gericht. De neerwaartse en binnenwaartse stroom van gasvormig fluïdum veegt de ongelijkmatig verdeelde strengen 5 10a, die op de randen van de transporteur 1 en de rails 23 en 24 liggen, naar binnen naar het dichte lichaam van de mat, zoals bij 10b is aangegeven. Bovendien wordt het gasvormig fluïdum in een voldoende grote hoeveelheid en met een zodanige snelheid op de randen van de mat 10 gericht, dat de dichte rand 10 10b van de mat IQ iets van het oppervlak van de transporteur 1 wordt opgetild. Deze dubbele werking, dat wil zeggen het optillen van de randen 10b van de mat 10 en het wegvegen van de strengen 10a van de randen van de transporteur 1 en van de rails 23 en 24 in de richting van de mat 10, leidt er toe, dat de losse 15 strengen 10a worden geveegd in het hoofddeel van de mat en dat de rand 10b wordt omgevouwen om een in hoofdzaak rechte rand 10c aan de mat IQ te krijgen, terwijl deze door de gasbehandelings-zóne beweegt.
De straalinrichtingen 20 en 22 worden bij bedrijf 20 bij voorkeur opgesteld onder een rechte hoek ten opzichte van de langshartlijn van de bewegende mat 10. In sommige gevallen kan het wenselijk zijn, de straalinrichtingen 20 en 22 iets stroomopwaarts van de bewegingsrichting van de mat 10 te richten en ogk is gebleken, dat het optillen van de randen van de mat 25 en het opvouwen van de strengen 10a onder de mat ook kan worden bereikt door de straalinrichtingen 20 en 22 iets stroomafwaarts van de bewegingsrichting van de mat te richten. De belangrijke functie echter, onafhankelijk van de exacte positie van de straalinrichtingen 20 en 22 ten opzichte van de randen van de mat 30 10 is, dat het gasvormige fluïdum zodanig op de transporteur 1 en de losse strengen 10a botst, dat de randen 10b van de mat 10 iets van het oppervlak van de mattransporteur 1 worden opgetild, terwijl de losse strengen 10a onder de opgetilde mat worden geveegd. Wanneer de machine wordt ingesteld, cm dit effect te bereiken, 35 worden de randen langs een in hoofdzaak rechte lijn gevouwen, 8006778 # % δ waarbij de randen 10c werden gevormd.
Zoals uit fig. 2 blijkt, zijn de straalinrichtingen 20 en 22 naar beneden gericht en ofschoon de hellingshoek ten opzichte van een horizontaal vlak niet kritsich is, zal deze 5 variëren afhankelijk van de plaats, waar het dichte deel 10b van de mat 10 op dé transporteur 1 ligt, van het aantal en de plaats van de losse strengen 10a qp de randen van de transporteur 1 en van de stroomsnelheid en het volume van de lucht, die uit de mondstukken 20 en 22 stroomt. In de praktijk worden 10 de straalinrichtingen 20 en 22 zodanig neerwaarts gericht, dat het gasvormige fluidum, dat uit de mondstukken 20 en 22 stroomt, in neerwaartse en binnenwaartse richting op de transporteur 1 botst dichtbij de dichte randen 10b daarvan of in een punt langs de lengte van de mat aan beide randen, waar aan weerszijden een 15 in hoofdzaak rechte rand moet worden gehandhaafd. In de praktijk botst het fluidum op het oppervlak van de transporteur 1 binnen 2,5 cm van de plaats van het deel van de mat, waar de dichte rand 10b is gelegen. Bij het richten van het fluidum op de matrand 10b is het echter belangrijk, dat een aanzienlijk deel van het 20 fluidum het oppervlak van de transporteur 1 raakt dichtbij het dichte deel 10b van de mat, om dit te kunnen optillen, zodat de losse strengen kunnen 10a onder het opgetilde deel van de mat kunnen worden geblazen, teneinde deze gelijkmatig onder de mat 10 te vouwen en de randen 10c te vormen.
25 Voor de toevoer van gasvormig fluidum aan de straal inrichtingen 20 en 22 kan elk gas worden toegepast, zoals stikstof, zuurstof, lucht en dergelijke. In de praktijk wordt de voorkeur gegeven aan lucht en deze lucht wordt aan de straalinrichtingen toegevoerd uit een geschikte bron van samengeperste 2 30 lucht, gewoonlijk met een druk van 1,4 tot 5,6 kg per cm .
De transporteur 1 is bij voorkeur eenmetaigaatetting, ofschoon ook transporteurs met massieve of dichte riemen kunnen worden gébruikt.
In fig. 3 is de productielijn voor het maken van 35 de mat, die in fig. 1 is getekend, in perspectivisch aanzicht getekend, waarbij de mat wordt gevoerd naar een ander element 8006778 * ♦ Η 9 voor het bewerken van de rand van de mat, die wordt genaaid, nadat, de raat is voorzien van rechte randen 10c met behulp van de met gaswerkende behandelingsriohtingen, die het duidelijkst in fig. 2 zijn beschreven. Volgens fig. 3 worden de strengen 6, 7, 5 8 en 9 op de transporteur 1 gedeponeerd en de strengen bewegen heen en weer dwars over de breedte van de transporteur 1, terwijl zij op de transporteur worden gedeponeerd, terwijl de transporteur 1 continu langs een rechte baan van links naar rechts beweegt in de richting van de naaldraachine 40.
10 De mat 10 wordt na het passeren van de gasbehandelings- zone, gevormd door de straalinrichtingen 20 en 22, tussen de rollen 13 en 2 doorgevoerd naar de ketting 14, die wordt aangedreven door de rol 15, vanwaar de nat naar de naaldraachine 40 wordt gevoerd.
15 De raat 10 die de naaldmachine 40 binnenkomt, heeft aan weerszijden een in hoofdzaak rechte rand. De naaldraachine 40, die duidelijker in fig. 1 is getekend, is in hoofdzaak voorzien van een naaldenbord 42, dat aan zijn onderoppervlak een aantal naalden 41 draagt die in rijen dwars over de machine 20 zijn opgesteld, waarbij de rijen naalden voldoende lang zijn cm er voor te zorgen, dat de naalden 41 over de gehele breedte van de mat 10 door de raat 10 steken. In de naaldmachine 40 is boven de raat 10 een aftrekplaat 43 opgesteld, die is voorzien van gaten 44, waardoor de naalden 41 bij de neerwaartse slag 25 van het naaldenbord 42 bewegen. Rij de opwaartse slag van het naaldenbord 42 strijkt de plaat 43 vezels van de naalden 41, . die zoals in de tekening is aangegeven in opwaartse of neerwaartse richting of in beide richtingen zijn voorzien van weerhaken, afhankelijk van het gewenste resultaat van de naald-30 bewerking. Ook is een bodemplaat 46 aangebracht die eveneens is voorzien van rijen gaten 47 voor het opnemen van de naalden 41 bij de neerwaartse slag van het naalderibord 42. Deze bodemplaat 46 en de daarin aangebrachte gaten 47 zorgen evenals de aftrekplaat 43 en.de daarin aangebrachte gaten 44 voor het 35 af strijken van vezels van de naalden 41, wanneer deze uit de 8006778 10 gaten 47 warden teruggetrokken. Dit afstrijken van de vezels van de naalden heeft plaats, omdat de mat 10 door middel van de rol 45 positief door de naaldmachine wordt getrokken en losse vezels die door de gaten 47 zijn gedrukt of in de gaten 44 zijn getrokken, 5 worden met de hoofdmat 10 uit de gaten meegetrokken, als de strengen van de maten de gaten passeren. Onder de naaldmachine is een trog 48 opgesteld voor het opvangen van losse vezels die uit de naaldzöne door de bodemplaat 46 vallen.
Verder is gebleken, dat als de mat, voorzien van 10 de rechte randen overeenkomstig de uitvoeringsvorm van de uitvinding beschreven aan de hand van de fig. 1 en 2, zich in een betrekkelijk droge toestand bevindt, dat wil zeggen wanneer zich minder dan 2% vocht in de , mat. bevindt en is opgebouwd uit materialen zoals glasvezels en organische kunststoffen 15 zoals nylon, polyesters en dergelijke in continue strengvorm, een verdere regeling van de randen van de mat kan worden uitgevoerd, als deze mat moet worden genaaid. Volgens fig. 3 wordt de uit continue strengen opgebouwde mat met in hoofdzaak rechte randen aan de naaldmachine 40 toegevoerd cm mechanische 20 stevigheid en sterkte aan de continue strengen te geven, zodat de mat kan worden gehanteerd, nadat hij uit de naaldmachine 40 te voorschijn is gekcmen. Qm het afvalmateriaal bij een continue mat, die uit een naaldmachine wordt afgeleverd, tot een minimum terug te brengen, is het belangrijk, dat het materiaal 25 een redelijk rechte rand heeft bij het binnengaan van de naaldmachine en dat de mat wordt voorzien van een in hoofdzaak rechte rand, terwijl de mat door de naaldmachine beweegt, cm de breedte van de af te snijden randen, die noodzakelijk is om de afgewerkte mat te verkrijgen, tot een minimum terug te brengen.
30 Bij een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding, die in fig. 4 is getékend, wordt de van rechte randen voorziene mat 10 aan de naaldmachine toegevoerd met een breedte, die iets groter is dan de gewenste breedte van het uiteindelijke product. Deze mat 10 wordt gestuurd tussen twee beugels 50 en 51, die 35 iets zijn gekromd in de richting van de ingang van de naaldmachine 8006778 11 40 in fig. 3. De beugels 50 en 51 zijn gemonteerd op de bodemplaat 46 van de naaldmachine 40 en zoals in fig. 4 is aangegeven, zijn deze beugels zodanig gemonteerd, dat zij een trechtervormige ingang voor de mat 10 vormen, terwijl de naaldmachine 40 binnen-5 gaat. Deze trechtervormige ingang wordt verkregen door de iets schuin naar voren geplaatste vlakken 50b op de beugel 50 en 51b qp de beugel 51. Bij de beweging van de mat langs de vlakken gevormd door de schuin opgestelde delen 51b en 50b van de beugels 51 respectievelijk 50 net zijn randen op de oppervlakken 10 51a van de beugel 51 en 5Qa van de beugel 50 gedrukt, die de uiteindelijke gewenste breedte bepalen voor de door de naald-zone bewegende mat. De naaldzóne is de zone die wordt bepaald door de gaten 47 volgens fig. 4, die zijn aangébracht in rijen over de breedte van de mat 10 die over de gaten heen beweegt.
15 In het bijzonder bij de toepassing van. continue strengen voor . de mat die zijn vervaardigd van glasvezels, moet aandacht worden geschonken aan de lengte van de rechte delen 51a en 50a, die kunnen worden toegepast bij het regelen van de breedte van de mat binnen de naaldmachine. Bij de voorkeursuitvoeringsvorm 20 volgens de uitvinding wordt de lengte van- de rechte elementen 51a en 50a van de beugels 51 respectievelijk 50 zodanig geregeld, dat zij ongeveer vijf rijen gaten overlappen en bij voorkeur tussen de eerste vijf en acht rijen gaten in de naaldmachine. Wanneer de zijarmen 51a en 50a van de beugels 51 en 50 langer 25 worden gemaakt en meer dan acht rijen gaten overlappen in een naaldenbord, dat bijvoorbeeld 38 rijen gaten bevat, dan is gebleken, dat de gaten stroomafwaarts van de elementen 51a en 50a in ongewenste mate verstopt raken mat losse strengen die gedurende het naalden worden gevormd, waardoor de machine dikwijls 30 moet worden stilgelegd cm de gaten vrij te maken. Toch is verrassenderwij ze gebleken, dat bij de toegepaste korte afstand, dat wü zeggen normaal de eerste 7,5 tot 12,5 cm van de beweging over de naaldzóne zelf, dat een mat met rechte randen kan worden gehandhaafd ondanks het gewicht van het naaldenbord 35 dat op de mat 10 slaat bij de neerwaartse slag van het naaldenbord.
8006778 12
Voor het toepassen van het geleidesysteem voor de regeling van de randen van de mat bij het binnengaan van de naaldenmachine bleek, dat het gewicht van het naaldenbord 42 bij het naalden van een mat van glasvezels een zodanige invloed had, dat de 5 rechte rand, gevormd overeenkomstig de eerste uitvoeringsvorm van de uitvinding die boven is beschreven, werd vervormd door de op en neer gaande beweging van het naaldenbord, waarbij gedurende de beweging van de mat door de naaldmachine dunne randen ontstonden. Door toepassing van de onderhavige uit-10 voeringsvorm volgens de uitvinding wordt nagenoeg de gehele naald die aan de naaldmachine wordt toegevoerd, als uiteindelijk product gebruikt, omdat de overmaat breedte die aan de machine wordt toegevoerd, gedurende het passeren van de schuinstaande vlakken, die door de élementen 51b en 50b worden gevormd, 15 wordt samengedrukt. De handhaving van een rechte, begrensde rand voor de eerste rijen van de naaldmachine is voldoende om integratie van de randen te verkrijgen door de eerste paar rijen naalden, zodat de mat die door het resterende deel van de naaldmachine beweegt zijn rechte randen behoudt. Dit effect 20 kan worden bereikt, omdat de mat door de eerste paar rijen naalden over zijn gehele breedte mechanisch is gebonden. Bij de mat die uit de naaldmachine kant behoeven practisch geen of zeer smalle randen worden af gesneden en bij een commerciële toepassing van de werkwijze volgens de uitvinding bleek dat 25 aan weerszijden van de afgewerkte mat, die normaal meer dan 2,54 m breed is, slechts een rand met een breedte van 12,5 mm behoefde te worden afgesneden.
De werkwijze volgens de uitvinding voor het behandelen van de randen van matten van glasvezels is toegepast 30 voor het vervaardigen van matten uit continue glasvezels en heeft bij beide uitvoeringsvormen bijgedragen tot de vorming van een genaaide glasvezelnet met buitengewoon weinig af val bij het afsnijden van lichte randen van de op deze wijze gevormde mat. Bij een typische toepassing van de werkwijze 35 volgens de uitvinding voor de vervaardiging van een genaaide 8006778 13 mat van continue glasvezelstrengen werden glasvezelstrengen heen en weer bewogen over het oppervlak van een transporteur, zoals in de fig. 1, 2 en 3 is aangegeven. De glasvezelstrengen werden op de mattransporteur 1 gedeponeerd net snelheden van 5 381 m per minuut en bij de beweging over het oppervlak van de transporteur 1 werden de strengen dwars over de transporteur heen en weer bewogen in een cyclus van acht seconden, waarbij een toevoer- en aandrijfinrichting werd toegepast, soortgelijk aan de inrichting beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 10 3.883.333. De transporteur 1 bewoog continu in de richting van de naaldmacfaine 40 met een snelheid van ongeveer 2,8 m per minuut. De continue glasstrengen, die aan het matqppervlak werden toegevoerd, bevatten 6 tot 8 gew.% vocht. De op de mattransporteur 1 gedeponeerde mat 10 had voor het bereiken van de gasbehandelings-15 zone een breedte van ongeveer 3,05 m inclusief de losse uitstekende strengen en lussen gevormd bij het deponeren van de strengen op de transporteur 1.
De mondstukken werden opgesteld loodrecht op de langsas van de bewegende baan van da mat en werden naar beneden 20 en naar binnen gericht naar de randen van de mat 10, waarbij lucht uit een bron van samsngeperste lucht met een druk van 4,2 2 kg. per cm aan weerszijden op de transporteur 1 botste om een matbreedte van 2,59 m te krijgen nadat de strengen 10a van het oppervlak van de transporteur 1 waren geveegd en de mat 10 was 25 opgetild cm het ontvouwen door de lucht mogelijk te maken. De mondstukken werden naar beneden gericht onder een hoek van 45° ten opzichte van horizontaal en aan weerszijden naar binnen naar de randen van de mat.
Terwijl de mat langs de mondstukken 20 en 22 bewoog, 30 werden de rechte randen 10c gevormd door de optillende werking van de lucht op de mat 10 en het vouwen van de losse strengen 10a onder de opgetilde matranden 10b. De mat 10 met de rechte randen 10c werd dan gedrukt in een niet getekende oven tot een vochtgehalte tussen 0,1 en 1%,voordat de mat aan de naaldrrachine 35 40 werd toegevoerd.
8006778 14
De mat met rechte randen werd aan de ingang van de naaldmachine 40 toegevoerd door middel van de beugels 50 en 51.
De afstand tussen de schuinstaande delen 50b en 51b was ingesteld op een matbreedte van 2,59 m en de afstand tussen de 5 rechte delen 50a en 51a weed ingesteld op een matbreedte van 2,56 m. De mat 10 weed in de naaldmachine dóórsteken met voldoende naalden die waren opgesteld in evenwijdige maar ten opzichte van elkaar geplaatste rijen cm in de afgewerkte mat 26 , 36 tot 39, 46 doorstekingen per vierkante centimeter te krijgen 10 bij een frequentie van het naaldenbord van 350 slagen per minuut. De bewegingssnelheid van de mat door de naaldzSne was ongeveer 4,9 m per minuut. De elementen 50a en 51a hadden elk een lengte van 7,6 cm en overlapten de eerste acht rijen gaten 47 van de bodemplaat 46.
15 De door de naaldmachine 40 afgeleverde mat was 256,54 cm breed en aan beide zijden werd met een conventionele snij inrichting (niet getékend! een randdeel afgesneden, zodat een mat met een uiteindelijke breedte van 254 cm ontstond.
Door het uiteindelijke afsnijden van een strook van ruim 2,5 cm 20 van een mat, die in de vormzone, dat wil zeggen de zone waarin het materiaal aan de transporteur 1 wordt toegevoerd, een breedte had van. 305 cm of neer, treedt minimaal materiaalverlies qp gedurende de vervaardiging van de mat.
Bij het bedrijf van de productielijn en de naaldmachine 25 volgens de fig. 1 t/m 4 voor de vervaardiging van een mat bedroeg het snijafval vota: het toepassen van de onderhavige uitvinding gemiddeld 22,14 kg per bedrijfsuur. Na toepassing van de bovenbeschreven uitvinding om rechte randen te krijgen voor en gedurende het naalden van de mat, ken het snijafval 30 aan de randen van de mat aanzienlijk worden verlaagd tot een gemiddelde van ongeveer 1,95 kg per bedrijfsuur.
De behandeling met gasvormige fluidum kan worden toegepast op een natte of een droge mat. Hoewel de uitvinding hierboven is beschreven met betrekking tot de vervaardiging 35 van een genaaide mat van continu glasvezelstrengen, kan de uit- 8006778 15 vinding ook worden toegepast op een mat die is vervaardigd van andere continue strengen, bijvoorbeeld continue strengen van kunstvezels zoals nylon, polyester en dergelijke.
Ofschoon de volgens de uitvinding vervaardigde 5 matten van continue strengen geen bindmiddelen bevatten zoals harsen, die op de mat worden gesproeid, of vaste stoffen die op de mat worden gedeponeerd, om de mat stijfheid en stevigheid te geven zoals gebruikelijk is bij de vervaardiging van matten van continue glasstrengen, kan de uitvinding ook worden 10 toegepast bij het op dergelijke wijze vervaardigen van een mat. Het is bijvoorbeeld algemeen gebruikelijk, harsdeeltjes te deponeren op matten van continue glasstrengen en vervolgens de hars te verhitten, cm de continue strengen aan elkaar te binden. Bij toepassing van de onderhavige uitvinding op een dergelijke 15 vervaardigingsmethode, moet de behandeling met het gasvormige fluïdum op de randen van de mat bij voorkeur worden uitgevoerd voor het binden van de continue strengen, aan elkaar, cm de beste resultaten te bereiken. De werkwijze en inrichting voor het regelen van de randen van de mat, die worden toegepast voor 20 en gedurende het naalden van de mat van continue strengen kan natuurlijk op een natte of op een droge mat worden toegepast.
Ofschoon de uitvinding is beschreven aan de hand van bepaalde bijzondere uitvoeringsvormen is de uitvinding vanzelfsprekend niet daartoe beperkt, behalve voorzover in 25 de bijgaande conclusies is aangegeven.
8006778

Claims (18)

1. Vferkwijze voor de vervaardiging van een genaaide mat van continue glasstrengen, waarbij de mat wordt gevormd door het deponeren van continue glasstrengen dwars over het oppervlak van een bewegende transporteur uit een aantal 5 strengtoevoerinrichtingen, cm een ongebonden mat van continue strengen te vormen en waarbij de aldus gevormde mat wordt toegevoerd door een naaldmachine om de mat te binden door de mat te doorsteken met een aantal van weerhaken voorziene naalden en daardoor de continue strengen door elkaar te halen, 10 gekenmerkt door het introduceren van een gasvormig fluïdum in neerwaartse richting aan de randen van de mat voor het toevoeren van de mat aan de naaldmachine en onder een zodanige hoek, dat de mat iets wordt opgetild van het transporteuroppervlak, door het met dat fluïdum vouwen van onregelmatige strengen die 15 van de rand van de mat uitstéken, onder de opgetilde mat cm een rand te krijgen, die in hoofdzaak recht is waarbij weinig of geen losse strengen daarvan uitstéken, door het toevoeren van deze mat aan een naaldinrichting, door het vormen van de randen van de mat gedurende het. naalden cm een in hoofdzaak rechte rand 20 te'handhaven door de strengen binnenwaarts te doen bewegen ge durende hun beweging door de naaldinrichting terwijl de naaldinrichting de strengen dwingt naar buiten te bewegen en door het afsnijden van de mat aan de randen als de mat uit de naaldmachine is verwijderd om aan beide zijden een rechte rand te verkrijgen.
2. Werkwijze voor de vervaardiging van een uit strengen opgebouwde mat, gekenmerkt door het toevoeren van een aantal strengen op het oppervlak van een bewegende transporteur dwars over de breedte daarvan, cm op het transporteuroppervlak een mat van strengen met een bepaalde diepte te verzamelen, door het 30 continu transporteren van de gevormde mat op het oppervlak van de transporteur naar een naaldzone, door het introduceren van een cjgasvormig fluïdum in neerwaartse richting op het transporteuroppervlak aan beide zijden van het transporteuroppervlak, door het optillen van de mat met het gasvormige fluïdum als dit 8006778 het transporteuroppervlak raakt en door het ontvouwen van losse strengen aan de rand van de mat onder het hoofddeel van de mat cm daardoor aan beide zijden van de mat een in hoofdzaak rechte rand te vormen en door het toevoeren van de aldus gevormde 5 mat in de naaldinr ichting.
3. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het fluïdum lucht is.
4. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk/ dat het fluidum lucht is.
5. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk/ dat het fluidum naar beneden wordt gericht in tegenstroom aan de beweging van de mat.
6. Werkwijze volgens conclusie 2, mét hét kenmerk/ dat het fluidum naar beneden wordt gericht en in tegenstroom 15 met de bewegingsrichting van de mat.
7. Werkwijze voor het regelen van het .randoppervlak van een mat uit continue strengen, die uit een aantal streng-toevoerstations is gedeponeerd qp een continue bewegende ring-transporteur, cm een nat van strengen te vormen die een 20 warrig patroon heeft net randen die minder dicht zijn dan het midden van de mat, langs het transporteuroppervlak naar een randbewerkingsstation, gekenmerkt door het toepassen op het oppervlak van de transporteur aan beide zijden daarvan en in dichte nabijheid van de randen van de mat een continue stroom 25 van gas die neerwaarts op het matoppervlak is gericht en in een richting tegen de voorwaartse beweging van de mat in cm daardoor de mat nabij de rand van het transporteuroppervlak op te tillen, door het cmvauwen van losse strengen die de minder .dichte rand vormen, met de gasstroom onder het hoofddeel van de 30 mat en door het vormen van een rand door de vouwwerking van de cjgasstrocm aan weerszijden van de mat, die een gelijkmatige dichtheid bezit en recht is en door het verwijderen van de aldus gevormde mat van de transporteur.
8. Wërkwijze volgens conclusie 7, met het kenmerk, 35 dat het gebruikte gas lucht is. 8006778
9. Werkwijze volgens conclusie 7, met het kenmerk/ dat de mat van continue strengen een mat van continue glasstrengen IS
10. Werkwijze volgens conclusie 7, met het kenmerk, 5 dat de met de gasstroom behandelde mat nat is.
11. Werkwijze volgens conclusie 9/ met het kenmerk/ dat de met de gasstroom behandelde mat nat is.
12. Werkwijze voor het regelen van het landoppervlak van een mat van continue strengen, die is gedeponeerd op een 10 bewegende transporteur door het ononderbroken richten van een aantal continue strengen qp dat oppervlak cm een mat van continue strengen daarop te vormen, door het sturen van de mat op de transporteur door een zone met gasbehandeling, door het introduceren van gas naar het oppervlak van de mat aan 15 weerszijden daarvan op de transporteur, door het binnenwaarts en neerwaarts richten van het gas naar de randen van de mat aan weerszijden van de transporteur, cm de randen van de mat aan ;±>eide zijden iets van het oppervlak op te tillen, door het met de gassen vegen van losse strengen onder de opgetilde 20 randen cm een in hoofdzaak rechte vouw aan beide randen te krijgen en door het voortbewegen van de mat uit de zone met de gasbehandeling naar een punt op afstand daarvan.
13. Werkwijze volgens conclusie 12, met hét kenmerk, dat de mat die naar de zone met de gasbehandeling wordt gevoerd, 25 nat is.
14. Werkwijze volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de mat die naar de zone met de gasbehandeling wordt gevoerd, droog is.
15. Werkwijze volgens conclusie 12, mét 'hét kenmerk, 30 dat de continue glasstrengen glasvezelstrengen zijn.
16. Werkwijze volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de continue glasstrengen glasvezelstrengen zijn.
17. Werkwijze volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de strengen continue glasvezelstrengen zijn.
18. Werkwijze voor de vervaardiging van een mat uit con- 8006778 tinue strengen/ in hoofdzaak zoals beschreven in de beschrijving en/of weergegeven in de tekening. 8006778
NLAANVRAGE8006778,A 1980-10-28 1980-12-15 Werkwijze voor de vervaardiging van een genaalde mat van continue strengen. NL188108C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US19874480 1980-10-28
US06/198,744 US4342581A (en) 1980-10-28 1980-10-28 Mat width control

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8006778A true NL8006778A (nl) 1982-05-17
NL188108B NL188108B (nl) 1991-11-01
NL188108C NL188108C (nl) 1992-04-01

Family

ID=22734629

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NLAANVRAGE8006778,A NL188108C (nl) 1980-10-28 1980-12-15 Werkwijze voor de vervaardiging van een genaalde mat van continue strengen.

Country Status (10)

Country Link
US (1) US4342581A (nl)
JP (1) JPS5825780B2 (nl)
BE (1) BE886811A (nl)
CA (1) CA1147962A (nl)
CH (1) CH660829GA3 (nl)
DE (1) DE3048422A1 (nl)
FR (1) FR2492855A1 (nl)
GB (1) GB2088279B (nl)
IT (1) IT1134756B (nl)
NL (1) NL188108C (nl)

Families Citing this family (21)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS5891857A (ja) * 1981-11-27 1983-05-31 日本板硝子株式会社 ガラス繊維不織布マツトの製造方法
DE3322936C1 (de) * 1983-06-25 1984-12-13 Hoechst Ag, 6230 Frankfurt Verwendung von Trennwachs bei heißen Walzen im Vlies-Herstellungsverfahren
US4692375A (en) * 1985-09-27 1987-09-08 Azdel, Inc. Thermoplastic sheet
US4615717A (en) * 1985-09-27 1986-10-07 Ppg Industries, Inc. Method and apparatus for making glass fiber oriented continuous strand mat
US5332699A (en) * 1986-02-20 1994-07-26 Manville Corp Inorganic fiber composition
US4952366A (en) * 1988-07-25 1990-08-28 Owens-Corning Fiberglas Corporation Molding process
US4964891A (en) * 1988-11-13 1990-10-23 Ppg Industries, Inc. Programmably controlled fiber glass strand feeders and improved methods for making glass fiber mats
US5994247A (en) 1992-01-17 1999-11-30 The Morgan Crucible Company Plc Saline soluble inorganic fibres
EP1179513A1 (en) * 1992-01-17 2002-02-13 The Morgan Crucible Company Plc Saline soluble inorganic fibres
US5401693A (en) * 1992-09-18 1995-03-28 Schuller International, Inc. Glass fiber composition with improved biosolubility
US5811360A (en) * 1993-01-15 1998-09-22 The Morgan Crucible Company Plc Saline soluble inorganic fibres
EP0710628B1 (en) * 1993-01-15 2003-06-25 The Morgan Crucible Company Plc Saline soluble inorganic fibres
GB9508683D0 (en) * 1994-08-02 1995-06-14 Morgan Crucible Co Inorganic fibres
US5928975A (en) * 1995-09-21 1999-07-27 The Morgan Crucible Company,Plc Saline soluble inorganic fibers
GB2341607B (en) 1998-09-15 2000-07-19 Morgan Crucible Co Bonded fibrous materials
RU2247085C2 (ru) 1999-09-10 2005-02-27 Дзе Морган Крусибл Компани П Л С Устойчивые к высокой температуре волокна, растворимые в физиологическом солевом растворе
JP4233181B2 (ja) * 1999-09-30 2009-03-04 新日本石油株式会社 横配列ウェブの製造方法および製造装置
AU2002335798A1 (en) * 2001-10-09 2003-04-22 3M Innovative Properties Company Compositions containing biosoluble inorganic fibers and micaceous binders
GB2383793B (en) * 2002-01-04 2003-11-19 Morgan Crucible Co Saline soluble inorganic fibres
FR2862987B1 (fr) * 2003-11-28 2006-09-22 Saint Gobain Vetrotex Mat de verre aiguillette
US7875566B2 (en) * 2004-11-01 2011-01-25 The Morgan Crucible Company Plc Modification of alkaline earth silicate fibres

Family Cites Families (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3856612A (en) * 1971-08-02 1974-12-24 Celanese Corp Non-woven structures
US3854917A (en) * 1972-10-16 1974-12-17 Owens Corning Fiberglass Corp Method of and apparatus for processing flexible sheet material
US3883333A (en) * 1973-10-25 1975-05-13 Ppg Industries Inc Method and apparatus for forming a uniform glass fiber continuous mat
US4158557A (en) * 1978-04-26 1979-06-19 Ppg Industries, Inc. Method and apparatus for forming fiber mat

Also Published As

Publication number Publication date
JPS5777362A (en) 1982-05-14
US4342581A (en) 1982-08-03
CH660829GA3 (nl) 1987-05-29
NL188108C (nl) 1992-04-01
BE886811A (fr) 1981-06-22
FR2492855A1 (fr) 1982-04-30
IT8026701A0 (it) 1980-12-17
JPS5825780B2 (ja) 1983-05-30
GB2088279A (en) 1982-06-09
FR2492855B1 (nl) 1984-06-29
CA1147962A (en) 1983-06-14
DE3048422A1 (de) 1982-04-29
NL188108B (nl) 1991-11-01
GB2088279B (en) 1984-03-21
IT1134756B (it) 1986-08-13

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8006778A (nl) Werkwijze voor het regelen van de breedte van een mat.
EP0725178B1 (de) Verfahren und Vorrichtung zum Trocknen und Krumpfen von textiler Ware
DE2541336C2 (de) Verfahren zur Herstellung einer Faservliesware mit biaxialer Orientierung der Fasern und Vorrichtung zur Durchführung des Verfahrens
AU3343289A (en) Method and apparatus for automatically cutting food products to predetermined weight or shape
RU2019408C1 (ru) Устройство для изготовления волокнистого жаропрочного изделия
EP0535288B1 (de) Verfahren und Vorrichtung zum Krumpfen von textilen Geweben
JP2000501457A (ja) フリースレーイング装置
SE446106B (sv) Anleggning for hantering av foliematerial vid en konfektioneringsmaskin
EP0535287B2 (de) Verfahren und Vorrichtung zur Griff- und Oberflächenverbesserung von textilen Geweben und Gewirken
EP0148113B1 (de) Verfahren zum Trocknen und Krumpfen von textilen Geweben und Vorrichtung zur Durchführung des Verfahrens
US6669005B2 (en) Servo-controlled distribution conveyor
FI85880B (fi) Foerfarande och anordning foer oevervaegande vinkelraet fiberorientering vid lamellering av mineralullfibermattor.
WO1997032069A1 (en) Production of a lapped product from a web, and apparatus for this
US2860687A (en) Apparatus for producing bonded fibrous glass mats
US2949646A (en) Method for forming fibrous structures
GB2235754A (en) Web drying machine
US3120463A (en) Porous fibrous sheet material
DE3832098A1 (de) Vorrichtung und verfahren zur herstellung eines faserkissens
EP3268517B1 (en) Device for overlapping, crossing, and transferring textile fibres, and method thereof
US1194254A (en) summer
US2774525A (en) Pleating apparatus
EP1776497B1 (de) Vorrichtung zum lockern einer textilen materialbahn
US6729465B2 (en) Plant and a method for transporting textile fabrics
EP1556536B1 (en) Method and device for stabilizing the edges of a nonwoven web
AU719339B2 (en) Process and apparatus for the drying and shrinking of textile goods

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
A85 Still pending on 85-01-01
BC A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee