NL8002840A - Houder. - Google Patents

Description

~" / 4 -1- 21314/CV/jb • Aanvrager: Federal Paper Board Company, Inc. te Montvale New Jersey,

Verenigde Staten van Amerika.

Korte aanduiding: Houder.

De uitvinding heeft betrekking op een houder en meer in het 5 bijzonder op een voor het opnemen van produkten bestemde houder, welke de vorm heeft van een schotel en die is aangepast om te worden vervaardigd uit karton, dat is bedekt met een een film vormend materiaal van een type, dat gewoonlijk in bakkerijen toegepaste oventemperaturen zal weerstaan en met behulp waarvan het mogelijk is om produkten te verwerken en op 10 de markt te brengen, welke produkten, indien aanvankelijk op de schotel aangebracht, in een vloeibare toestand kunnen zijn, zoals bijvoorbeeld bakkerijprodukten.

Hiertoe zijn schotelvormige houders ontwikkeld, die in het bijzonder zijn aangepast voor gebruik in de bakkerij industrie, waar het pro-15 dukt kan worden behandeld in een oven en vervolgens kan worden verkocht zonder het produkt uit de houder waarin het produkt is behandeld, te verwijderen.

Produkten, zoals cakes en pasteien en dergelijke zijn aanvankelijk in vloeibare toestand, dat'wil zeggen in een vloeibare of half- 20 vloeibare toestand en het is dan ook een vereiste,dat de houder niet zal lekken indien deze tot een bepaald niveau met het produkt zal worden gevuld, terwijl de houder verder in staat moet zijn om tijdens het bakproces weerstand te kunnen bieden aan dei oventemperaturen zonder daardoor doer de warmte te worden beschadigd, zoadat het gebakken produkt zonder verwijde-25 ring uit de houder kan worden verkocht. Voor dergelijke produkten zijn houders ontwikkeld, welke zijn aangepast om te worden uitgevoerd uit een dunne metaalfolie of een verhoudingsgewijs stijf uit metaal vervaardigd bladvormig materiaal, dat kan worden gedrukt of gevormd in de gewenste vorm en deel kan worden van de uiteindelijke verpakking waarin het produkt 30 wordt verkocht. Dergelijke houders zijn in het algemeen duur, terwijl zij ook geen aantrekkelijk uiterlijk hebben, aangezien de houders niet gemakkelijk de kleurstoffen opnemen, die gewoonlijk worden gebruikt voor een decoratief· bedrukken.

Met enig succes zijn pogingen gedaan voor het verkrijgen van 35 niet uit metaal bestaande schotels, welke voor dit doel geschikt zijn. Een dergelijke schotelconstructie is bijvoorbeeld beschreven in het Amerikaanse octrooi 4.114.797· Het is echter gebleken, dat er een behoefte is aan schotels van dit type, welke een grotere stevigte of stijfheid bezitten, 390 2 8 40

V

-2- 21314/CV/jb • in het bijzonder in de zijwandpanelen en welke schotels verder doelmatiger zijn om te gebruiken in het verwerken van bepaalde materialen in de bak-keri j-industrie.

Het is dan ook een algemeen oogmerk van de huidige uitvinding 5 een verbeterde aan de bovenzijde open schotelconstructie van het beschreven type te verkrijgen, welke een grotere stevigte bezit dan schotels van dit type, die tot nu toe zijn vervaardigd, waarbij de schotel economischer te vervaardigen is dan soorgelijke uit metaalfolie en dergelijke vervaardigde schotels, terwijl de schotel tevens doelmatiger in gebruik is, in het 10 bijzonder bij de bereiding en verkoop van bakkerijprodukten.

Een meer specifiek oogmerk van de huidige uitvinding is het verkrijgen van een verbeterde schotelconstructie en een werkwijze voor het vormen daarvan, waarbij de schotel wordt vervaardigd uit een vel carton, dat is bedekt met een film uit kunststofmateriaal, dat voldoende warmte 15' bestendige eigenschappen heeft om oventemperaturen, die gewoonlijk worden toegepast in de bakkerij-industrie, te weerstaan, terwijl het materiaal ook veilig kan· worden gebruikt in microgolfovens en waarbij het materiaal aan de gebruiker als een gesneden en van vouwlijnen en dergelijke voorzien vel of een reeds gedeeltelijk gevouwen vel kan worden geleverd, zodat 20 het kan worden opgesteld met zij-en eindwandpanelen, welke zich omhoog uitstrekken vanaf een rechthoekig bodemwandpaneel, terwijl de zij-en eindwandpanelen bij de hoeken zijn verbonden door paren intergrale lijf-organen, die op elkaar zijn gevouwen en tegen het buitenvlak van een eindwand met oororganen voor het versterken van de hoekverbindingen, welke 25 oororganen zich vanaf tegenover elkaar gelegen einden van de eindwand zich naar binnen uitstrekken en zijn afgedicht op eindwandversterking en bedekkingspaneelorganen aan ieder einde, welke paneelorganen integraal zijn met de bovenwand van de eindwand en naar beneden zijn gevouwen, zodat zijn zich over de eindwand en de daarmee samenhangende gevouwen hoeklijf-30 organen uitstrekken en welke marginale delen bezitten, die zijn gevouwen onder en met behulp van een hechtmiddel bevestigd aan het bodemwandpaneel.

Het is een verder oogmerk van de uitvinding een schotelconstructie van het beschreven type te verkrijgen en een werkwijze voor het vervaardigen daarvan zodanig dat integrale versterkings en bedekkingspa-35 neelorganen worden verkregen op de zijwand en eindwandpanelen, welke bedekkingsorganen zijn opgesteld.in een overliggende dubbele wandpaneel verhouding aan de buitenzijde van de zij-en eindwandpanelen terwijl de versterkings en bedekkingsorganen van de eindwand met behulp van een hecht- 800 2 8 40 f -3- 21314/CV/jb « . middel zijn verbonden met oororganen, welke einduitsteeksels vormen op de zijwandorganen,die zijn gevouwen om te liggen tegen de eindwandpanelen van de schotel en met de uiteinden van de eindwandversterkings en bedekkings-organen gevouwen in ingrijping met en met behulp van een hechtmiddel 5 bevestigd aan delen van het bodemwandpaneel.

De uitvinding omvat een schotelconstructie en een werkwijze voor het vormen van deze schotelconstructie uit een gesneden en van vouwlijnen voorzien vel carton, dat is bedekt met een hitte bestendig uit kunststof bestaand filmmateriaal, welke schotelconstructie is voorzien 10 van een een bodemwand vormende paneel en tegen over elkaar opgestelde paren omtrekszijwanden vormende panelen, die integraal omgevouwen zijn in een zich omhoog uitstrekkende verhouding ten opzichte van het de bodemwand vormende paneel en bij de elkaar snijdende hoeken zijn verbonden met paren van integraal gevouwen.driehoekige lijforganen, die zijn gevouwen in een 15 overliggende verhouding.op het buitenvlak van het ene zijwandpaneel en zijn bevestigd door hoekversterkingsoororganen, die zijn opgesteld onder een versterkings en bedekkingspaneelorgaan, dat integraal is met en verdraaid is ten opzichte van de bovenrand van het desbetreffende zijwand vormende paneel en naar beneden is gedraaid in een overliggende verhouding 20 met het de zijwand vormende paneel en met delen van het onderwandpaneel waaraan eindgedeelten daarvan met behulp van een hechtmiddel zijn bevestigd .

De uitvinding zal.hieronder nader worden uiteen gezet aan de hand van een in bijgaande figurén schematisch weergegeven uitvoeringsvoor-25 beeld van een schotel volgens de uitvinding.

Figuur 1 toont in perspectief een houder van het schoteltype volgens de uitvinding.

Figuur 2 toont een zijaanzicht op een uiteinde van de in figuur 1 afgebeelde houder, waarbij delen van het buitenste paneel zijn weggebro-30 ken.

Figuur 3 toont op grotere schaal een dwarsdoorsnede over figuur 2, gezien volgens de lijn 3-3 in figuur 2.

Figuur 4 toont een aanzicht op een deel van een uit karton vervaardigd vel, dat is gesneden en van vouwlijnen is voorzien voorafgaand 35 aan de vorming van de in figuur 1 afgebeelde schotel.

Figuur 5 toont een aanzicht op het vel na het uitvoeren van een eerste vouwstap voor het vormen van de schotel.

Figuur 6 toont in perspectief een deel van een bodemhoek van de 800 2 8 40 -4- 213l4/CV/jb r • schotel.

In de figuren is een houder of doos 10 van het schoteltype weergegeven, welke in het bijzonder is aangepast om te worden gebruikt in het gereedmaken en verkopen van bakkerijprodukten of dergelijke, waar-5 bij de schotel is vervaardigd uit een enkel vel flexibel karton, dat is uitgesneden en van vouwlijnen voorzien, zoals is weergegeven in figuur 4. Het zal duidelijk zijn, dat de in de figuren weergegeven houder wordt beschreven en afgebeeld met het oog op het uit een zetten van een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding, waarbij echter de principes van 10 de uitvinding op andere wijze kunnen worden toegepast.

De in de figuren 1,2 en 3 weergegeven schotel 10 is vervaardigd uit het uitgesneden en van vouwlijnen voorziene vel 12, dat is a'fgebeeld in figuur 4 met dat vlak, dat het buitenvlak van de opgebouwde schotel vormt, aan de bovenzijde weergegeven.

15 In de weergegeven vorm is het vel 12 vervaardigd uit karton van een' betrekkelijk licht gewicht of maat, dat is bedekt of gelamineerd met een geschikt materiaal om het vel bestendig te maken tegen beschadeging -indien het vel wordt onderworpen aan hoge temperatuur, zoals de temperaturen in een bakoven. Het kartonmateriaal is van een afmeting, dat de ge-20 wenste mate van stijfheid zal geven, zodat de geheel gereed, gemaakte schotel of doos zijn normale vorm zal behouden indien deze wordt gevuld met het vloeibare produkt, dat moet worden verwerkt. Het weergegeven materiaal is voorzien van een bedekking uit materiaal, dat zijn weerstand tegen absorptie van warmte zal vergroten tot de gewenste mate om de temperaturen 25 van een bakoven of een dergelijke te weerstaan terwijl inet ook èen afdichting van het bedekte oppervlak op het karton oppervlak mogelijk zal maken met koud, warm of door warmte geactiveerd hechtmiddel. Een geschikte behandeling vari kartonmateriaal voor het vormen van het vel is uiteen gezet in het Amerikaanse octrooi 3*904.104.

30 Het vel 12 is in figuur 4 weergegeven met de onbedekte kant aan de bovenzijde, welke kant het buitenvlak in de voltooide schotel zal'vormen. Het vel 12 heeft de vorm van een althans in hoofdzaak rechthoekig vel uitvouwbaar materiaal en is gesneden en van keeplijnen voorzien, zodat het vel symmetrisch is om zowel zijn langsas a-a als zijn dwarsas 6-6 35 (figuur 4). Slechts een uiteinde van het vel is afgebeeld en het zal duidelijk zijn, dat het andere einde van het vel op soortgelijke wijze is uitgesneden en van vouwlijnen voorzien. Het vel is verdeeld door een paar evenwijdige zich in de lengterichting uitstrekkende en in dwarsrichting SOO 2 8 4ü -5- 21314/CV/jb η jr . op afstand van elkaar gelegerd scharnieren vormende vouwlijnen 13 en een paar evenwijdige , zich in dwarsrichting uitstrekkende en in de lengterichting van het vel op afstand van elkaar gelegen scharnieren vormende vouwlijnen 14, een en ander zodanig, dat door deze lijnen een rechthoekig, 5 een bodemwand vormend middenpaneel 15 wordt begrensd. De lijnen 13 en 14 bepalen de binnenste randen van de zijsecties 16 en eindsecties 17 van het vel, welke secties zijn onderverdeeld voor het vormen van panelen van dubbelwandige zij-en eindwanden van de schotel. Slechts een van de eindsecties 17 van het vel is in figuur 4 afgebeeld. De vier hoeken van het vel 10 zijn uitgesneden voor het verkrijgen van lijfgedeelten 18 van gelijke constructie, welke zich uitstrekken tussen de binnenste delen van de zijsecties 16 van het vel en de'binnenste delen van de eindsecties 17 van het vel, waarvan er bij 18 slechts twee in figuur 4, zijn weergegeven.

De zijsecties 16 van het vel zijn op gelijke wijze ’.verdeeld 15 door scharnieren vormende vouwlijnen 20, welke zich evenwijdig uitstrekken aan de vouwlijnen 13 en op gelijke afstand daarvan zijn gelegen voor het verkrijgen van binnenste de zijwand vormende hoofdpanelen 23 en buitenste zijwand versterkende panelen 24. De dwars verlopende vouwlijn 14 bij ieder eind van het vel is aan zijn uiteinden verlengd· met vouwlijnen 25 20 en 26. De lijnen 25 strekken zich onder een kleine hoek in de riehtigg * * van het einde van het vel uit en begrenzen de einden van de hoofdpanelen 23 van de zijwanden, terwijl de lijnen 26 in tegengestelde richting hellend verlopen en de einden van de versterkingspanelen * 24 voor de zijwanden begrenzen, welke panelen 24 zich uitstrekken langs de vrije buitenranden van 25 het vel. De vouwlijnen 25 vormen ook een van de vouwlijnen voor de lijven van de hoekgedeelten 18. De zich in de lengte richting uitstrekkende vouwlijnen 23 zijn aan hun einden verlengd met vouwlijnen 27, welke zijn opgesteïd onder een kleine hellingshoek in de richting van de tegenover elkaar gelegen zijkanten van het vel en welke de einden van de binnenste 30 gedeelten van de eindsecties 17 van het vel bepalen. De eindsecties 17 van het vel zijn verlengd en onderverdeeld voor het vormen van een binnenste een eindwand vormend hoofdpaneel 28 en een een buitenste de eindwand versterkend paneel 29 en een verhoudingsgewijs smalle lijmflap 30 met behulp van vouwlijnen 32 en 33 welke vouwlijnen zich evenwijdig aan el-35 kaar uitstrekken en op afstand van de ’vouwlijn 14 zijn gelegen. Daarbij is de breedte van het paneel 29 slechts een weinig groter dan die van het paneel 28. De lijfpanelen 18 voor de hoekverbinding zijn ieder onderverdeeld door een middelste vouwlijn 34, welke hellend verloopt in de richting 800 2 8 40 -6- 21314/CV/jb ί' c • van de; naburige zijrand van het vel voor het vormen van paren van driehoekige lijfpanelen van gelijke afmeting, welke het einde van het hoofdpaneel 23 van een zijwand verbinden met-het hoofdpaneel 28 van een eind-wand. De buitenste eindranden 35 en 36 van de lijfpanelen 18 zijn gesneden 5 op lijnen die worden gesneden door de diagonaal verlopende vouwlijn 34 met de twee helften van ieder van deze randen op lijnen nagenoeg loodrecht óp de vouwlijnen 25 en 27, welke de einden van het .-desbetreffende paneel 28 en paneel 23 bepalen, zodat het paar lijfpanelen 18 bij iedere hoek op elkaar kunnen worden gevouwen en in een stand langs het buitenvlak van het 10 desbetreffende eindwandpaneel 28 met de bovenranden 35,36 van ieder driehoekige lijfpaneel opgesteld op slechts een kleine afstand onder de vouwlijn bij de bovenrand 32 van het eindwandpaneel 28 waardoor het mogelijk wordt,dat het .daarmee samenhangende buitenste eindwandpaneel 29 in een overliggende verhouding daarmede wordt gevouwen. De buitenste de zijwand 15 versterkende panelen .24 zijn ieder aan de uiteinden verlengd voor het verkrijgen van daarmee een geheel vormende hoekverbindingsoren 37. De oren 37 strekken- zich voorbij dwars verlopende scharnieren vormende vouwlijnen 26 uit en zijn zodanig gesneden, dat zij zich over het bovenste imargi-nale gedeelte van de naburige driehoekige lijfpanelen uitstrekken, met 20 het bedekte oppervlak blootgesteld, indien de buitenste zijwandpanelen 24 om de lijnen 22 in de in figuur 5 afgeheelde stand zijn gevouwen.

Bij het vormen van de schotel 10 uit het vel 12 kan het vel aanvankelijk worden toegevoerd met de buitenste de zijwanden versterkende panelen 24 gevouwen om de vouwlijnen 22 op de binnenste zijwandpanelen 23, 25 zoals is weergegeven in figuur 5 en met behulp van hechtmiddel bevestigd aan de panelen 23. Het uitgesneden en van vouwlijnen voorziene vel kan uiteraard ook worden geleverd zonder reeds vooraf gedeeltelijk te zijn gevouwen en de panelen 24 kunnen dan door de gebruiker worden omgevouwen bij het vormen van de schotel.De binnenste eindwandpanelen 28 worden ge-30 vouwen om de scharnierlijnen 24 gelijktijdig met het vouwen van de binnenste zijwandpanelen 23 om de scharnierlijnen 13. De lijfconstructies 18, die de hoeken verbinden, zullen vouwen met de eindpanelen en de zijwandpanelen waarmede zij uit een stuk zijn gevormd en de twee helften van iedere hoekconstructie zullen op elkaar worden gevouwen en om de scharnierlijn 35 27, waarbij de gevouwen panelen worden gericht in een overliggende verhouding op het buitenvlak van .het eindwandpaneel 28 zodanig dat de hoekverbindingsoren 137 met de bedekte zijde blootgesteld worden gelaten, terwijl het daarbij tevens mogelijk is, dat de buitenste eindwandpanelen 29 worden 800 2 8 40 Λ -7- 2131^/CV/jb . gevouwen om de lijnen 32 in een overliggende verhouding op de buitenvlakken van de binnenste eindwandpanelen 28 en de daarmee samenhangende gevouwen hoeklijfconstruoties, waardoor een afdichting aan hun uiteinden aan de hoekversterkingsoren 37 mogelijk is. Ieder type afdichting kan wor-5 den toegepast. De oren 37 worden gevouwen om de bovenste gedeelten van de hoeken en versterken de hoeken,tervijl zij tegelijkertijd dienen voor het vast houden van de zijwandpanelen en de eindwandpanelen in de gewenste stand. De lijnpanelen 30 aan ieder einde van het vel worden omgedraaid om de scharnierlijnen 33 in een ingrijping met eindgefleelten van het bodem-10 paneel en zorgen voor een verdere bevestiging van de eindwandconstructie, terwijl een vlak uiterste eindoppervlak wordt verkregen evenals een versterking van de einwand. De uiteindelijfc gevormde schotel heeft verhoudingsgewijs stijve, zich over de gehele hoogte van de schotel uitstrekkende dubbelwandige eind-en zijwanden met vlakke'.buitenste en binnenste 15 vlakken.

-CONCLUSIES- 1 800 2 8 40

Claims (4)

1. Houder in de vorm van een rechthoekige schotel met een een bodemwand vormend paneel, uit· een stuk daarmee bestaande zijwanden en eindwanden vormende panelen, die tegenover elkaar in paren opgesteld 5 zich vanaf de omtrek van het de bodemwand vormende paneel uitstrekken en uit een stuk daarmee bestaande verbindende lijfpanelen, die in paren bij iedere hoek staan opgesteld, waarbij iedere paar lijfpanelen is gevouwen om een middenlijn in een overliggende verhouding op het buitenvlak van de eindwand waaraan zij scharnierend zijn gekoppeld ten einde de hoek 10 tegen lekkage bestendig te maken voor althans een groot gedeelte van de diepte van de schotel gemeten vanaf het de onderwand vormende paneel, en de de zijwanden en de eindwanden vormende panelen ieder zijn voorzien van een een geheel daarmee vormend versterkingspaneel, dat vanaf de bovenrand van het desbetreffende zijwand resp. eindwandpaneel naar beneden is gevouwen 15 ten einde langs het buitenvlak van dit paneel te liggen, en ieder paar lijfpanelen van een hoek een daarmee samenhangende hoek' versterkende00r bezitten, die is opgesteld langs .de bovenrand van het buitenvlak van het eindwandpaneel waartegen de gevouwen panelen op elkaar liggend aan liggen, terwijl ieder versterkingsoor is gelegen onder het de eindwand versterkende paneel, 20 dat vanaf de bovenrand van dit paneel naar beneden is gevouwen en welke zich . over het de hoek versterkende oororgaan uitstrekt, en verder ieder eindwand versterkend paneel zich uitstrekt over de gehele diepte van het eindwandpaneel waaraan het scharnierend is gekoppeld, terwijl dit versterkingspaneel in een een buitenste eindwand vormende verhoudings is vastgezet.

2. Houder volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de de hoeken versterkende oren uit een stuk bestaan met buitenste zijwandpanelen, welke aansluiten op het eindwandpaneel waartegen de de hoek versterkende oren zijn geplaatst} terwijl de oren zijn gevouwen om de daarmee samenhangende hoeken ten einde zich uit te strekken over de daarmee samenhan-30 gende de hoek verbindende lijfpanelen.

3. Houder volgens conclusie 1, met het kenmerk,dat de de hoek versterkende oren zodanig zijn gevouwen, dat zij zich uitstrekken op over de daarmee samenhangende de hoek verbindende lijfpanelen. I}. Houder volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, 35 dat een eindwand versterkingspaneel aan zijn onderrand is voorzien van^een lijmpaneel, dat is gevouwen op het eindgedeelte van het bodemwandpaneel en daaraan is bevestigd. 5.Uitgesneden en van vouwlijnen voorzien vel uit vouwbaar carton 800 2 8 40 -9- 213lVCV/jb voor het vervaardigen van een houder in de vorm van een schotel, welk vel aan een vlak is bedekt met een warmte bestendig een film vormend materiaal van een type, dat beschadiging aan het carton bij bakoventempe-raturen zal kunnen tegen gaan, waarbij het vel althans in hoofdzaak recht-5 hoekig is en is uitgesneden en van vouwlijnen voorzien voor het verkrijgen van een centraal bodemwandpaneel en paren tegenover elkaar opgestelde panelen, die zijn aangepast voor het vormen van zijwand en eindwandorganen terwijl het vel van vouwlijnen is voorzien voor het verkrijgen van ver-sterkingspanelen voor de zijwanden en de eindwanden, welke versterkings-10 panelen zich uitstrekken langs de buitenste randen van ieder van de de zijwanden en eindwanden vormende panelen en het materiaal bij de hoeken van het vel verder is uitgesneden voor het verkrijgen van een versterkings-oor bij iedere hoek, welke ten opzichte van het desbetreffende de eind-wand vormende paneel zodanig is opgesteld, dat indien gevouwen tegen 15 het buitenvlak van dit eindwandpaneel het versterkingsoor langs een een bovenrand vormend gedeelte van het de eindwand vormende paneel zal liggen, en ieder van de de eindwanden versterkende panelen zijn voorzien van een eindverlengingspaneel, dat daarvan is gescheiden door een een scharnier vormende vouwlijn en is bemeten om het mogelijk te maken, dat hét ver-20 lengingspaneel wordt omgevouwen in ingrijping met het lijmgedeelte van het bodemwandpaneel.

6. Vel volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat het versterkingsoor bij iedere hoek van het vel is gesneden uit het materiaal bij het einde van een versterkingspaneel voor een zijwand. 800 2 8 40