NL7908457A - Ultraviolet-behandeloven met een draaibare lamp- constructie. - Google Patents

Description

V

79.3512/H/2ey/sme *- ..Aanvraagster: SÜN CHEMICAL Corporation te Hew York, ÏÏ.S.A.

Titel : Ultraviolet-oehandeloven met een draaibare lanp- constructie

Ovens voor het net ultraviolette straling behandelen van op cilindrische voorwerpen aangebrachte inkt zijn bekend.

Sen dergelijke oven is beschreven in het Amerikaanse octrooi Se. 29 590. De in. dit octrooi weergegeven oven bevat een iang-5 werpige ultraviolet-lamp die boven een pennenketting is aangebracht, die van een coating voorziene blikken onder de lamp doorvoert volgens een baan, die een geringe hoek met de lamp maakt. De blikken worden tijdens hun verplaatsing onder de lamp gedwongen or.i hun as te draaien, en de as van de blikken staat in Λ·0 hoofdsaak loodrecht op de as van de lamp. Een boven de lar.p a.a„n-gebrachte reflector levert een geconcentreerde lijn van ultraviolette straling, die als het ware spiraalvormig over de volle lengte van de blikken loopt als deze zich door de oven verplaatsen.

Ik Dergelijke ovens zijn met succes toegepast, -.et bujnt echter dat, evenals bij de meeste tegenwoordig beschikbare ultra-violet-ovens, de hoeveelheid beschikbare straling per oppervlakte-eenheid beoerkt is, en de oven buiten bedrijf moet worden gesteld voor het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden aan de lamp.

20 te uitvinding verschaft een nieuwe ultraviolet-oven, waarin twee paar evenwijdige langwerpige lampen met afzonder-i^re reflectoren on een gemeenschannelijke, draaibaar gemon^eerae constructie zijn aaiigebra.cht. D.e reflector en de lampen van e_.. naar zijn na.ar oneenvolgende standen draaibaar ooven ce oa.cn /=.n <0 de roterende nennen van een oennenmetting ais uoor de oven ce— weegt, waarbij de met ultraviolette sura.ung gedecoreerde o..i—-~e~ a.an de ne^^e'^kstting hangen en on deze nennen roderen, ie o .en is or '•e-'ee'" ^ *"* lanm er de blikken ma...eu 013 nen doorlopen /_n de oven ongeveer twee volledige omwentelingen. 1® re^iecv^ren z~ji* pO uij voorkeur nara.bolisch en richten een evenwijdige 11 c.iuuunc.e_ naar de blikken, in plaats van een schuine geconcentreerde sura-lings lijn. De blikken worden in de oven o loot gesteld aan ·· = · - ^ S per er.:” zodat de decoratie geheel met ultra.vioietze sur?.—13 I behandeld a.l3 de billeken de oven verlaten. De oven .ran gececor 790 8 4 57 Η -2.- # de blikken behandelen tot een aantal van 900 per minuut en mogelijk meer.

In combinatie met een regelsysteem voor het vermogen van de lampen is een nieuw luchtventilatiesysteem aangebracht, 5 zodat een sterke luchtstroom langs de lampen en reflectoren stroomt teneinde de reflectoren te koelen en ozon te verwijderen indien de lampen op vol vermogen werken. Indien de pennenketting echter stopt wordt het vermogen van de lampen tot een standby-vermogen gereduceerd, dat voldoende is om de lamp ontstoken te 10 houden, en wordt de koellucht van de lampen afgeleid om het afkoelen hiervan te voorkomen en eventueel wordt de koeling tijdens de standby-werking afgezet.

Teneinde de pennen van de pennenketting te roteren als deze de oven doorlopen, en zodoende de blikken te roteren, is 15 een vaste metalen borstel aangebracht zodat zelfs indien de pennen een enigszins afwijkende stand hebben waardoor ze niet in contact zouden komen met een starre construktie, het contakt met de pennen is verzekerd.

Een belangrijke eigenschap van de uitvinding is dat 20 elk paar lampen en reflectoren snel kunnen worden verdraaid in een werkzame stand ten opzichte Van de baan van de blikken. Zodoende kan bij het uitvallen van een van de lampen, of een slecht functioneren van de in gebruik zijnde lang? en reflector, de construktie gemakkelijk wordt verdraaid voor het aanbrengen van een 25 nieuw stel lampen en reflectoren. Het oude paar lampen en reflectoren kan zodoende op een geschikt moment worden gerepareerd of vervangen zonder dat de produktielijn behoeft te worden stilgezet.

De gehele oven is van een eenvoudige construktie en kan gemakkelijk worden onderhouden, terwijl alle delen goed toe-30 gankelijk zijn. De oven volgens de uitvinding omvat tevens een reflector die is bevestigd aan een zijpaneel, welke reflector de straling van de lampen naar de bodem van de blikken weerkaatst. Bovendien lopen in de lengterichting langs de baan van dé blikken twee op een afstand van elkaar gelegen luchtleidingen die grenzen 35 aan de tegenover elkaar gelegen uiteinden van de zich in deze baan bevindende blikken.

/90 84 57 Μ - 3 -

Sen van deze leidingen richt een luchtstraal tegen de gesloten bodem van het blik teneinde het blik op zijn pen te houden. Be andere leiding werkt als een meegevende aanslag voor het open uiteinde van het blik en zorgt er voor dat de bodem van het blik 5 niet tegen het vrije uiteinde van de pen aanslaat. De luchtstra-len van deze laatste leiding koelen de pen en de stationaire borstel, die de pennen ronddraait. Sen luchtspleet tussen de reflectoren heeft een groot aantal functies. Lucht wordt tegen de blikken geblazen voor het verbeteren van het contact *0 tussen de blikken en de roterende pennen en voor het koelen van de blikken tijdens de standby- werking. Deze lucht koelt tevens de reflectoren.

De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de tekening.

<5 Fig. Λ is een zijaanzicht van de inrichting volgens de uitvinding.

Fig. 1a is een perspectief aanzicht van de inrichting volgens de uitvinding met een geopende zijwand.

Fig. 2 is een dwarsdoorsnede van de inrichting volgens 20 de lijn II-II in Fig. ^.

Fig. 3 is een longitudinale doorsnede van een van de uiteinden van de inrichting volgens Fig. 1.

Fig. k is een bovenaanzicht van het bovenste plenum in Fig. 2.

25 Fig. 5 is een dwarsdoorsnede van het bovenste plenum volgens de lijn V-V in Fig. k.

Fig. 6 is een bovenaanzicht van de bovenwand van

Fig. 2.

Fig. 7 is een bovenaanzicht van de bodemplaat in Fig.2.

Fig. c is een bovenaanzicht van het bodem-nlenun van

Fig. 2.

Fig. 9 is een dwarsdoorsnede volgens de lijn IX-IX

in Fig. 3.

O Fig. 10 is een vooraanzicht van de eindwand van Fig. 2.

3= Fig. i' is een dwarsdoorsnede volgens de lijn XI-XI

ï ... .n _21 - — o · ^ * 790 84 57 - if -

Fig. 12 is een aanzicht van de zijwand met het inwendige paneel, welke zijwand kan worden geopend teneinde toegang te verschaffen tot het inwendige van de oven.

Fig. 13 is een bovenaanzicht van de zijwand volgens 5 Fig. 12.

Flg. 'ib is een bovenaanzicht van een reflectorsteun. Fig. 15 is een aanzicht van de reflectorsteun volgens

Fig. 1*l·.

Fig. 16 is een dwarsdoorsnede volgens de lijn XVI-XVX

10 in Fig. 15.

Fig. 17 is een bovenaanzicht van de reflector.

Fig. 18 is een dwarsdoorsnede volgens de lijn XVIII-XVIII in Fig. 17.

Fig. 18a is een doorsnede volgens de lijn XVIIIa-15 XVIIIa in Fig..18.

Fig. 19 is een aanzicht van één van de bevestigings-platen voor de draaibare reflector-constructie.

Fig. 20 is een aanzicht van een van de bevestigings-blokken die aan de bevestigingsplaat volgens Fig. 19 wordt be-20 vestigd.

Fig. 21 is een bovenaanzicht van het blok volgens

Fig. 20.

In de Fig. 1 en 1a is resp. een aanzicht en een perspectivisch aanzicht van de oven volgens dë uitvinding weergegeven. Zoals 25 Fig. 1 schematisch toont, bevat de oven een ketting bo die pennen draagt zoals in het genoemde Amerikaanse octrooi Be. 29 590 is beschreven, welke pennen achtereenvolgens een aantal blikken dragen, die door middel van een geschikte bedrukkings- en/of coating-inrichting zijn gedecoreerd, en welke decoratie moet worden be~ 30 handeld door blootstelling aan ultraviolette straling. De blikken zijn in Fig. 1 schematisch weergegeven met het verwijzingscijfer b'l. De blikken worden in de oven gebracht via een invoerflap of mouw b2, die lekkage van ultraviolette straling uit het inwendige van de oven voorkomt en zij verlaten de oven via een soortgelijke 35 mouw of flap bj>. Zoals weergegeven in Fig. 1 bevat de oven een ü zijwand kb, die met zijn onderkant scharnierend is bevestigd en \ kan worden geopend tot de in Fig. 1a weergegeven opaastand. Zoals \ laten in detail zal worden beschreven, wordt met behulp van een 790 84 57 bovenste plenum 45 en een bodemplenum 46 door het hoofddeel van de oven koel- en nitlentlucht gevoerd.

Se gehele oven ie op een in Fig. 1a weergegeven ge-, schikt stalen frame 4? gemonteerd, welk frame de gehele oven ten O .

= opzichte van de horizontaal over een hoek van ongeveer 10 schuin houdt, zodat de door de oven gevoerde pennen enigszins hellend staan, waardoor wordt voorkomen dat de blikken van de pennen aflopen. Deze hoek komt overeen met de hoek van de pennen op de conventionele pennenketting.

*0 Se hoofdkamer van de oven wordt gevormd door plaat- vormige metalen wenden die worden gedragen door een geschikt stalen frame. Op deze wijze is, zoals weergegeven in de Fig. 2 en 3. een rechthoekig frame gevormd van stalen constructiedelen 50- ν' 1 Ό 55 (Jig. 2) met geschikte dwarsdelen zoals de dwarsdelen 54 en 55 "5 in Fig. 3 en met overeenkomstige dw’arsdelen aan het hier tegenover gelegen uiteinde van de oven. 'levens zijn geschikte recht Q-ostaande dwarsdelen zoals het deel 56 aangebracht (Fig. 3)-

De hoofdkamer van de oven is omgeven door twee zijwanden 44 en oO (Fig. 2), de boven- en bodemplaten 6l en c2 (Fig. 20 2 en 3) en door de eindwanden met inbegrip van het in Fig. 5 weergegeven eindwand 64.

In de Fig. 12 en 13 is de zijwand 44 in detail weergegeven welke wand bestaat uit een metalen plaat 70 die aan de onderkant door middel van scharnierei 71 (Fig. 2) kan draaien ten 25 opzichte van het framedeel 52 en het bodemplenum 46. Het bovenste deel van de plaat 70 is voorzien van met vleugelschroeven uitgeruste grendels, zoals de grendel 72 in Fig. 2, waarmee de wand in de in Fig. 2 weergegeven, omhoogstaande stand kan worden vastgezet door de grendel in de hoekgrendeInlaat 73 die aan het fram.e-30 deel 50 is bevestigd te laten grijpen. Fig. "2 toont vier plaatsen -?p_-7k voor het oonemen van deze grendels.

Het inwendige oppervlak van de plsa.t 70 draagt een metales paneel 77 door middel van een geschikte afstandconstructie die bestaat uit de in Fig. 2 weergegeven afstandsbouten 7S en 73· Q 35 Ket paneel 77 bepaalt met de plaat 70 een luchtkanaal er. werkt ~se 0C het buitenoppervlak van de oven koel te houden. Hen langwerpigs plaat SC van reflecterend materiaal, zoals Alszc is mst 790 84 57 - 6 - zijn glimmend oppervlak naar buiten toe gericht aan het paneel 77 bevestigd door middel van geschikte bouten of dergelijke. Zoals later zal blijkenjwerkt de plaat 80 mee om straling naar de bodem van een blik dat door de oven beweegt te reflecteren.

5 Het bovenste deel van het paneel 77 is voorzien van een hoekstuk 8l dat tevens dient om de ovenruimte af te sluiten, terwijl de onderkant van het paneel een naar binnen toe gebogen deel 82 heeft. Zoals later zal blijken worden door het paneel 77 verschillende luchtkanalen bepaald die meewerken om de stro-10 ming van de koellucht door de oven te regelen.

Een in Fig. 2 weergegeven zijwand 60 heeft een in hoofdzaak gelijke constructie als de zijwand kk behalve dat deze wand vast is. Indien gewenst kan de wand 60 evenals de wand kk worden geopend. De wand 60 bestaat uit een metalen plaat 90, die 15 op een afstand hiervan is voorzien van een inwendig paneel 91, dat hieraan is bevestigd door middel van afstandsbouten 95 on 9^·· Het paneel 91 bepaalt evenals het paneel 77 een aan de zijwand 60 grenzende doorgang voor koellucht en helpt het buitenoppervlak van de oven koel te houden. Aan de bovenzijde bevat het paneel 91 20 een hoekstuk 95 voor het completeren van het luchtkanaal dat hierna zal worden beschreven.

Vanaf het paneel 91 loopt een hieraan bevestigde vaste reflector 36 die,zoals hierna zal worden beschreven, de straling naar de blikken, die door de oven bewegen, toe afbuigt.

25 Hierdoor wordt tevens de straling naar, en de verwarming van de ketting, de borstel en de pennen verminderd.

De in de Fig. 2 en 3 weergegeven bovenwand 61 is in detail weergegeven in Fig. 6. Zoals blijkt uit Fig. 6, bevat de bovenwand een aantal luchtopeningen 100-105 waarvan de opening 30 103 zichtbaar is in Fig. 2. Deze openingen bepalen een hoofdlucht kanaal door de oven. De buitenste randen van de wand 61 bevatten ook kleine openingen of langwerpige sleuven die indien gewenst kunnen zijn afgedekt met een netwerk, zoals de openingen 106-115 en 116-125. Hit Fig. 2 blijkt dat de openingen 111 (evenals alle 35 andere openingen 106-115) in het verlengde liggen van de boven-jj kant van het kanaal 130 dat wordt gevormd door de plaat 70 en het ; paneel 77, terwijl de sleuven 116-125 in het verlengde liggen van 4 790 84 57 > - 7 - hst luchtkanaal 131 dat -'ordt gevormd door de plaat 90 en het inwendige paneel °1. Be bovenwand 6" wordt op zijn plaats gehouden door middel ven geschikte schroeven of dergelijke die de wand met de framedelen 50 en 51 en met de hiermee verbonden 5 dwarsdelen aan de uiteinden van de oven verbinden.

Het bovenste plenum 45 is vervolgens op de wand 61 bevestigd, welk plenum 45 meer in detail is weergegeven in de Fig. ^ en 5. Het plenum bestaart uit een langwerpige kamer l40 van een geschikt metaalplaat, en is voorzien van een onderste flens 10 l4l die met bouten of diergelijke is bevestigd aan de bovenwand 61.

Over een relatief kort deel van de lengte is in het inwendige van de kamer l4o een afschermplaa.t 142 aangebracht die onder de cilindrische uitlaat 144 van het plenum is geplaatst, welke plaat zorgt voor een relatief gelijkmatige naar boven toe 15 gerichte luchtstroming over de gehele lengte van de oven.

De bodem 62 van de oven is in detail weergegeven im.

Fig. 7 en bestaat uit een eenvoudige vlakke plaat die een aantal . openingen 150-155 bevat welke openingen over de gehele bodem van de ovenruimte zijn aangebracht. Be bodemplaat 62 is door middel 20 van bouten of dergelijke verbonden met de oven, welke plaat aan de framedelen 52 en 53 en aan de dwarsdelen van het hier tegenover gelegen uiteinde van de oven is bevestigd.

Aan de bodemplaat 62 is vervolgens een bodemplenum bevestigd, die bestaat uit de constructie 46 die in detail is 25 weergegeven in de Fig. t en ?. Zoals blijkt uit de Fig. £ en 9 bestaat de nlenumkamer 46 uit een gesloten ruimte, die wordt gevormd door delen van metaalplaat. Be kamer 46 heeft een z-ij-uin laat 16Ο die leidt naar het luchtbesturingssysteem.

Be uiteinden var. de oven zijn afgesloten door eincl-30 wanden van. metaalplaat. In Fig. 3 is de eindwand 64 weergegeven die in detail ook in de Fig. '0 en 1' zicht';ai.r is.

Zoels blijkt uit Fig. “0, heeft de eindwand 64 een opening 170 met zodanige afmetingen dat de pennenketting met de hieraan ongehangen blikken, die door de oven moeten worden gevoerd 35 hierdoor kunnen masseren, re ezncwanc ; — oevat nevens een emm— arische luchtinlzztznnsluiting 171 en een opening 170 waardoor een as steekt voor het roteren van de ref lector cons trulzt ie, dis 790 84 57 - 8 - zoals later zal worden beschreven binnen de oven is aangebracht.

De (niet weergegeven) hier tegenover gelegen eind-wand kan bestaan uit een eenvoudige metalen plaat, die aan het tegenover het in Fig. 3 weergegeven uiteinde van de oven is 5 bevestigd. In deze tegenover liggende eindwand is een uitlaat-opening aangebracht teneinde de pennen-ketting met de hieraan •· opgehangen blikken te kunnen afvoeren. Elk van de eindwanden is voorzien van geschikte middelen voor'het scharnierend bevestigen van de tegenover elkaar gelegen uiteinden van de reflector-10 construktie, die hierna zal worden beschreven.

De draaibare reflectorconstruktie 180 volgens de uitvinding is in hoofdzaak weergegeven in de Fig. 2 en 3· De reflec-torconstruktie is gemonteerd tussen twee bevestigingsplaten die aan de tegenover elkaar gelegen uiteinden van de construktie zijn 15 aangebracht. Een van de bevestigingsplaten 181 is weergegeven in Fig. 3 en aan het hier tegenover gelegen uiteinde van de construktie is een soortgelijke bevestigingsplaat aangebracht. De bevestigingsplaat 181 is in detail weergegeven in Fig. 19 en heeft vier uitsparingen 182-185 die elk een versmald deel van de 20 resp. met de bevestigingsplaat te verbinden ultravioletlampen opnemen. In Fig. 3 is het versmalde deel 186 van een in de uitspa-» ring 182 in de bevestigingsplaat 181 geplaatste ultravioletlamp 187 weergegeven.

De bevestigingsplaat 181 bevat tevens een centrale 25 opening 188 die het uiteinde van een as 189 (Fig. 2 en 3) opneemt die draaibaar is gelagerd in een aan de eindwand 6k bevestigd lager 190 (Fig. 3)

De bevestigingsplaat 181 bevat tevens twee openingen 191 en 192 die in verbinding kunnen worden gebracht met een buis 30 193 (Fig. 3) die op- zijn beurt in verbinding staat met de lucht inlaat 171. Een leiding, die over zijn gehele lengte is voorzien van luchtuitlaatopeningen loopt vanaf de buis 193 in de lengterichting langs de twee aan weerszijden van de buis 193 gelegen reflectoren.

C* 35 Een in de Fig. 20 en 21 alsmede in de Fig. 2 en 3 ^ . weergegeven bevestigingsblok 200 is met bouten aan de bevesti- gingsplaat 181 bevestigd en is tevens met behulp van een aantal 790 84 57 - 9 - schroeven vast verbonden set de as 189. Aan dit bevestigingsblok £00 zijn lampsteunen zoals de steun 210 bevestigd voor het vastzetten ven de ultravioletlaspen bijv. de lamp 183. -:e.n het hier tegenover gelegen (niet weergegeven) uiteinde van de oven - is een identieke constrnktie aangebracht. Ee steun 2^0 kan van een conventioneel type zijn dat een elektrische contakt set het uiteinde van de ultravioletlanp verschaft.

Het inwendige oppervlak van de bevestigingsplaat 131 is vervolgens verbonden net de reflectorsteunen 220 en 221 welke steunen identiek zijn uitgevoerd en dienen om de reflectoren te dragen die later aan de hand van de fig. 17¾ 18 en l8a zullen worden beschreven. De reflectorsteunen waarvan de steun 220 in detail is weergegeven in de fig. 'ik, 15 en 16 bestaan elk uit een langwerpig element. Dit element is vervaardigd van staal en is 15 aan de tegenover elkaar gelegen uiteinden voorzien van flensen 223 en 22^ voor het bevestigen van het element aan de bevestigingsplaat 181 en aan de in het andere uiteinde van de oven gelegen identieke bevestigingsplaat. Deze steunen dienen tevens s.ls lucxiv-kanalen die via. de lucht toe’voerbuis 193 ea de inlaa.t 171 (-mg. y) 20 in verbinding staan met een luchtbron voor het sturen van lucht. door de longitudinale sleuf tussen het in bedrijf zijnde paar reflectoren. De via deze steun toegevoerde lucht dient tevens voor het koelen van de reflector.

7ier identiek uitgevoerde· reflectoren 230--23A n-ijn 25 zodoende ov de in Dig. 2 en 3 weergegeven wijze verooncxen ...e^ ^e reflectorsteunen. De construktxe van de reilecooreii. io j-ïi ^s-bijzonder voor de reflector 23'0 weergegeven m c.e -ib· ^71 - e—

Ica. De reflector besta.at uit een in hooiusaai: parabolisch ge^o - rsr v·-; nrenzijde een reflectorelement 235 kan 3: worden bevestigd dat kan zijn vervaardigd van een reflecterend materiaal van het Alzac type of cergelijke. Indien gewenst, kan het reflectorelement 235 worden vervangen door het polijsten van C*\ het inwendige oppervlak van de drager, me met elk van de re*_ec f toren 230 tot 253 verbonden ultraviolet-lampen zijn in .100-»«.

t T-ici— van d^ . us*_&c uoreio 0ep^.cr.c. l/Ξο.

1 -a’.....,·»- TT=r, een Alzac reflectorelement, 5e- - -' — u **wi* o- —-· ' — . - --r/· , , j. —" aa-1- elkaar rrenzenc.e •oaumn een c.ee_ d;c, een. lucn^'=*'-ew ^ - 790 84 5“ - 10 - reflectoren. De tussen twee aan elkaar grenzende delen 236 gevormde luchtspleet ontvangt een luchtstroom van de met de luchtinlaat 171 en de buis 193 (Fig. 2) in verbinding staande leiding.

De achterzijden van de reflectordragers kunnen zijn 5 voorzien van uitstekende delen of vinnen, zoals de vinnen 237 en 238, die het beschikbare koeloppervlak van de reflectoren vergroten.

De reflectoren 230-233 zijn voorzien van sleuven voor het doorlaten van lucht, zoals de sleuven 2*1-0 en 2*1-1, die 10 het beste zichtbaar zijn in Fig. 17 en 18a, welke sleuven lucht doorlaten teneinde te voorkomen dat de warmte zich aan de lamp-zijde van de reflector ophoopt.

ïïit het bovenstaande volgt, dat de gehele reflector-construktie bestaande uit.de vier.reflectoren 230-2335 de steunen 15 220, 221·, de bevestigingsplaat 181 en een identieke aan het an dere eind van de construktie bevestigde bevestigingsplaat; het bevestigingsblok 200 en een identiek;blok aan het andere uiteinde van de construktie; en de as 189 en een identieke as aan het andere uiteinde van de construktie, draaibaar zijn gemonteerd aan 20 de eindwanden van de oven zodat de gehele construktie hetzij de weergegeven stand of een stand kan innemen die 180° ten opzichte van de weergegeven stand is verdraaid. Het instellen van de stand van de draaibare construktie geschiedt door middel van een draaibare hendel 250 met een knop 251, welke hendel is be- 25 vestigd aan het uiteinde van de as 189 dat buiten het lager 190 uitsteekt. De ingestelde stand van de bedieningshendel 250 wordt vastgezet door een palmechanisme, zoals het mechanisme 252 in de eindwand 6*f (Fig. 3) welk mechanisme een pal 253 opneemt, die is bevestigd aan de hendel 250. Een soortgelijk mechanisme is 30 __ op andere plaatsen aangebracht waarnaar de hendel 250 kan viorden verdraaid teneinde de lampconstruktie 180 naar een onderhouds- of inspectiestanden te verdraaien.

Zoals hiervoor is toegelicht, komt de pennenketting *K), die de te behandelen blikken draagt, de oven binnen via de 35 opening 170 in de eindwand 6k en verlaat de oven via een overig eenkomstige opening in de hier tegenover gelegen eindwand. De i pennenketting *f0 en de blikken *f1 zijn weergegeven in de Fig. 2 tl en 3 waar de blikken *H op de draaibare pennen 250 zijn geplaatst.

8 790 8 4 57 - 11 -

Een pen 250 is in detail weergegeven in Fig. 2 en bestaat uit een buitenste draaibare huls 251 die door middel van lagers 253 en 25^ draaibaar is gemonteerd op een centrale steunpen 252. Een buitenste kraag 255 van de draaibare huls 251 rust tegen een 5 draadborstel 260 van staal of een ander geschikt materiaal, die wordt gedragen door een borstelhouder 2Ö1. De borstel 260 en de borstelhouder 261 strekken zich over de gehele lengte van de oven uit. Als de pennen door de oven bewegen rollen hun kragen 255 zodoende over de draadborstel 260 waardoor de pennen gaan draaien, 10 zodat de door de pennen gedragen blikken eveneens worden geroteerd. Opgemerkt wordt dat door het gebruik van de draadborstel 260 een onafhankelijk drukcontakt tussen de draadborstel 2Ö0 en de kraag 255 van elke pen van de pennenketting kan ontstaan.

De draadborstelhouder 261 is bevestigd aan een lang-15 werpige steun 270 (Fig. 2) die door middel van bouten 271 ©n. 272 is verbonden met het framedeel 53« Deze steun draagt tevens een bovenste kettinggeleider 280 en een onderste kettinggeleider 281 die tussen zich in een nauwe spleet voor de ketting 40 vrijlaten, welke spleet de ketting door de oven leidt, en zodoende de recht-20 lijnige beweging van de roterende pennen van de pennenketting *f0 bepaalt.

De axiale stand van de blikken 4l binnen de oven wordt bepaald door de langwerpige geleidingsbuis 290 (Fig. 2) die wordt gedragen door een aan de borstelhouder 261 bevestigde steun 291.

25 Indien gewenst, kan lucht in het inwendige van de buis 290 worden toegevoerd, welke lucht via op een afstand van elkaar gelegen ope-ningen voor koeldoeleinden naar de draadborstel 260 en de ketting ^0 wordt geleid.

Zoals blijkt uit Fig. 2, is een tweede langwerpige 30 luchtleiding 293 over de lengte van de oven aangebracht, welke leiding wordt gedragen door een steun 29^·· De leiding 293 is over zijn lengte voorzien van een aantal op een afstand van elkaar gelegen openingen die een luchtgordijn naar de bodem van de blikken 41 . richten teneinde de blikken tijdens hun beweging door de oven te-35 gen de geleidingsbuis 290 te drukken.

Het zal duidelijk zijn dat tijdens het bedrijf de te hehandelen blikken in Fig. 2 direkt onder de twee lampen 300 en 301 door bewegen waarbij de straling van de lampen door de reflec 790 84 57 - 12 - toren 232 en 233 wordt gericht naar het oppervlak van de te behandelen blikken ^1.

Indien er een defect is aan een lamp of de energietoevoer, wordt de hendel 250 bediend teneinde de gehele construktie 5 180 om de hartlijn van de as 189 (en van de overeenkomstige as · aan het andere uiteinde van de oven) te verdraaien teneinde de lampen 302 en 187 in de stand te brengen, die in Fig. 2 \irordt ingenomen door de lampen 300 en 301. Het systeem kan vervolgens onmiddellijk weer worden gestart en de lampen 300 en 301 kunnen 10 op een later tijdstip worden verwijderd. Zodoende behoeft de gehele behandeling niet te t/orden gestopt voor het vervangen van de lampen of dergelijke. Daar de gehele zijwand kb kan worden geopend zijn de lampen gemakkelijk bereikbaar en behoeft de gebruiker alleen de hendel 250 te bedienen voor het gemakkelijk 15 toegang verkrijgen tot de te vervangen lampen.

’ Tijdens de werking van het systeem zal de luchtstroming door de oven verschillend zijn, . afhankelijk van het feit of de lampen op vol-vermogen of op standby-vermogen werken. Bij vol-vermogen is het namelijk gewenst de lampen en reflectoren te 20 koelen, maar gedurende standby-omstandigheden wanneer het vermogen van de lampen kleiner is, kan een te grote koeling het uitvallen van de lampen veroorzaken. Zodoende moeten tijdens de twee verschillende bedrijfsomstandigheden verschillende koelcon-dities mogelijk zijn.

25 Een uitlaatventilatorsysteem is zowel op het plenum 1*f0 aan de bovenkant van de oven als op de aansluiting 160 van het onderste plenum bij de bodem van de oven aangesloten.

In een bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm van de uitvinding zal op elk moment lucht uit slechts een van deze ple-30 nums worden enttrokken afhankelijk of de lampen op vol-vermogen of met laag-vermogen en standby- vermogen vrerken.

Wanneer de lampen op vol-vermogen werken, is de klep via welke lucht uit het onderste plenum bS kan ontwijken gesloten, zodat alleen via het bovenste plenum 1^0 lucht wordt afgevoerd.

35 Bij deze werking, komt lucht in de zijkanalen 130 en 131 die resp. v/orden gevormd door de zijplaten 70 en 90 en de inwendige schermen 'v, 77 en 91, en volgt in hoofdzaak de weg die is aangegeven met de 790 8457 - 13 - pxjlsn 5*0 tot waarbij de lucht naar beneden beweegt langs de buitenste zijwanden van de oven en vervolgens in het middendeel ven de oven en rond de lamoen naar boven toe stroomt. Deze lucht verwijdert de o non en verschaft de gewenste koeling van de 5 buitenste wanden van de oven en ve.n de lampen en de reflectoren. Bovendien wordt een luchtstroom verkregen door de sleuf tussen de refiectordelen 23£-23o van de reflectoren 232 en 233? ’-elke luchtstroom een positieve druk naar beneden toe op de onder de reflector bewegende blikken 41 teweegbrengt. Deze lucht keert *0 eveneens naar hoven toe terug via de bovenste plenumkamer <k0, Tijdens de werking -.et een gereduceerd- of standbg-vernogen, is het gewenst dat de luchtstroom langs de lampen wordt verminderd teneinde het kapot gaart van de lamp door ongewenste koeling te voorkomen, maar het blijft toch noodsakelijk de ozon 15 uit de oven te verwijderen. Zodoende wordt tijdens standoy-verno-gen de luchtafvoer via de bovenste plenumkamer 1A-0 onderbroken door zijn klep te sluiten en wordt de klep in het plenum. k6 geopend zodat lucht via. het onderste plenum k6 en de uit laat 160 kan worden afgevoerd. Bij deze werking, zal de luchtstroom die via de 20 kanalen 130 en 131 naar beneden komt eenvoudig zijn weg vervolgen naar het onderste plenum ko en dit plenum via uitlaat 160 verlaten. Hierdoor wordt de luchtstroom langs de la.mpen gestopt en wordt zodoende de ongewenste koeling van deze lampen vermeden. Be luchtstroom, door de soleet tussen de delen 23*o ven de reflectoren 25 232 en 233 voor het koelen van de blikken op de pennenketting, wordt hierbij echter gehandhaafd. Het is daxdexxjk dat ook anc.ere construkties kunnen worden toegepast.

790 84 57

Claims (10)

1. TJltraviólet-oven voor het behandelen van decoraties op een cilindrisch voorwerp omvattende een langwerpige kamer die aan zijn tegenover elkaar gelegen uiteinden is voorzien van ope-ningen voor het doorlaten van een continu bewegende pennenketting, 5 die cilindrische voorwerpen draagt, waarop aan de buitenoppervlakken een met ultraviolette straling te behandelen medium is -aangebracht, rotatiemiddelen voor het continu roteren van de genoemde cilindrische voorwerpen als deze door de oven bewegen, een eerste en tweede groep langwerpige lampen met eerste en tweede 10 reflectoren van dezelfde afmetingen, die binnen de oven zijn 'aangebracht en in de lengterichting van de oven lopen, draaibare bevestigingsmiddelen die de eerste en tweede groep lampen met hun resp. reflectoren dragen en draaibaar zijn op een hartlijn die evenwijdig loopt met de hartlijnen van de genoemde eerste en 15 tweede groep lampen en is gelegen tussen de op een afstand van elkaar gelegen hartlijnen van de genoemde eerste en tweede groep lampen, welke draaibare bevestigingsmiddelen naar keuze een van de genoemde groepen lampen in een operationele stand ten opzichte van de genoemde cilindrische voorwerpen kan ‘ plaatsen waarbij 20. de straling van eën van de genoemde groepen lampen naar de cilindrische voorwerpen is gericht terwijl de andere groep niet operationeel is ten opzichte van de cilindrische voorwerpen, en elk van de groepen lampen beweegbaar is naar een onderhoudsstand, waarin de lampen goed toegankelijk zijn, met het ken-25 merk, dat de oven aan een uiteinde van de kamer is voorzien van eerste luchtinlaatmiddelen en middelen omvat die eerste en tweede leidingen bepalen die iirerkzaam zijn bevestigd aan de draaibare bevestigingsmiddelen en resp. longitudinaal langs de genoemde eerste en tweede reflectoren lopen, welke- leidingen zijn 30 voorzien van openingen die koellucht naar de reflectoren richten, welke draaibare bevestigingsmiddelen tevens dienen voor het naar O keuze in een werkzame stand ten opzichte van de luchtinlaatmidde len plaatsen van slechts één van de. leidingen voor het koelen van 1 - de reflectoren van de genoemde lampen, die in een werkzame stand 1 35 staan ten opzichte van de genoemde cilindrische voorwerpen. 790 84 57 - 15 -

2. Oven volgens conclusie ί , -et li e t h e n :r. e r 1, da.t de eerste en tweede reflectoren aan v/eerszijden var de rota- tie-as van de draaibare bevestigingsmiddelen zijn geplaatst en zodanig zijn gericht dat de straling van hun resp. groep lampen 5 in tegenover gestelde richtingen wordt gebundeld.

3. Oven volgens conclusie 1, a e t het 1: e n m e r h, dat de zijwand van de oven kan worden geopend teneinde toegang tot het inwendige van de oven te verschaffen. k. Oven volgens conclusie 1, m e t het k e n :r. e r k, 10 dat de eerste en tweede groep lampen pas worden ontstoken als zij hun werkzame stand ten opzichte van de cilindrische voorwerp-er. innemen.

5. Oven volgens conclusie 1, met het ken n e r k, dat elk van de genoemde eerste en tweede groep lampen is uitge-lö voerd met een eerste en een t'weede lamp, die elk een afzonderlijke reflector hebben die tussen zich in een -luchtspleet vrijlaten voor van de eerste luchtinlaatmiddelen afkomstige koellucht. c. Oven volgens conclusie *, 2 of 5, m et het k e n- m e r k, dat deze is voorzien van middelen voor het verdraaien van 20 het voorwen, welke middelen bestaan uit een draaibare pen die het ciliiidx-ische voorwerp draagt en uit een langwerpige starre draaibarste! die bestand is tegen hoge temperaturen, welke borstel zich in de lengterichting van de oven uitstrekt en in aanraking staat met elk van. de door de oven bewegende pennen zodat de pennen over 25 de borstel draaien.

7. Oven volgens conclusie 1, 2 of 3» met het k e n- m e r k, dat deze is voorzien van een luchtbron voor het voeren van lucht door en uit de oven, waarbij tenminste twee zijwanden van de oven zijn voorzien van afzonderlijke inwendige panelen die 30 00 een afstand hiervan staan en een kanaal vormen voor de van de Ί T* bron komende luchtstroom en voor het rsoleren van de genoemde j zijwanden tegen de inwendige warmte van de oven. 790 34 57 u * - 16 -

8. Oven volgens conclusie met het kenmerk, dat deze is voorzien van een luchtleiding die zich in de lengterichting van de oven uitstrekt en op een afstand is gelegen van de vrije uiteinden van de cilindrische voorwerpen, welke luchtleiding 5 is voorzien van naar de cilindrische voorwerpen toegerichte ope-ningen, waarbij luchtstralen naar de vrije uiteinden van de cilindrische voorwerpen toe zijn gericht teneinde deze voorwerpen op hun resp. pennen te houden.

9. Ultraviolet-oven voor het behandelen van decoraties op 10 cilindrische voorwerpen omvattende een langwerpige kamer die aan zijn tegenover elkaar gelegen uiteinden ós voorzien van openingen voor het doorlaten van een continue bewegende pennenketting, die cilindrische voorwerpen draagt, waarop aan de buitenoppervlakken een met ultraviolette straling te behandelen medium is aangebracht, 15 middelen voor het continu roteren van de cilindrische voorwerpen als deze in de lengterichting door de oven bewegen, een eerste en tweede groep langwerpige lampen met eerste en tweede reflectoren van dezelfde afmetingen die in de lengterichting binnen de oven zijn geplaatst, draaibare bevestigingsmiddelen die de eerste en 20 tweede groep lampen met hun resp. reflectoren dragen en draaibaar zijn om een hartlijn die evenwijdig loopt met de hartlijnen van de eerste en tweede groep lampen en tussen de op een afstand van elkaar gelegen hartlijnen van de eerste en tweede groep lampen is gelegen, welke draaibare bevestigingsmiddelen naar keuze slechts 25 één van de genoemde groepen lanqsen in een werkzame stand ten opzichte van de cilindrische voorwerpen kan plaatsen, waarbij de straling van een van de genoemde groepen lampen naar de cilindrische voorwerpen is gericht terwijl de andere groep lampen een niet operationele stand ten opzichte van de cilindrische voorwerpen in-30 neemt, en elk van de groepen lampen verplaatsbaar is naar een on-derhoudsstand waarin zij gemakkelijk toegankelijk zijn, met het kenmerk, dat de oven is voorzien van èen luchtleiding die zich in de lengterichting van de oven uitstrekt en op een afstand van de vrije uiteinden van de cilindrische voorwerpen loopt, 35 welke luchtleiding is voorzien van openingen die naar de cilindrische voorwerpen toe zijn gericht, waarbij luchtstralen naar de vrije uiteinden van de cilindrische voorwerpen zijn gericht teneinde de blikken op hun resp. pennen te houden. 790 84 57 - 17 -

10. Oven volgens conclusie 9, -'ei het 1: e n z e r 1·:, dat dene is voorzien van een langwerpige zijgeleiding die in verbinding staat net het uiteinde van de cilindrische vooxnierpen, dat tegenover hun vrije uiteinde is gelegen. 11. ultraviolet-oven voor het behandelen van decoraties op een cilindrisch voorwerp, welke oven is voorzien van. een langwerpige leaner net openingen aan zijn tegenover elkaar gelegen uiteinden voor het doorlaten van een continu beliegende pennenketting, die cilindrische voorwerpen draagt, waarop aan de buiten-10 opn er vlakken een te behandelen nediur:. is aangebracht, middelen voor het continu roteren van de cilindrische voorwerpen als deze in de lengterichting door de oven bevregen, groepen lampen met reflectoren die in de lengterichting van de oven zijn aangebracht en straling toevoeren naar de genoemde cilindrische voorwerpen 15 als deze door de oven bewegen, met het kenner!:, dat de oven is voorzien van rotatieciddelen omvattende een draaibare pen die een cilindrisch voorwerp draagt en een langwerpige stalen draadborstel die zich in de lengterichting door de oven uitstrekt en met eik van de bewegende pennen in verbinding staat teneinde 20 deze pennen over de borstel te laten roteren.

12. Over. volgens conclusie 11, a e t h et k e n z e rk, dat de zijwand van de oven kan worden geopend teneinde toegang te verschaffen tot het inwendige van de oven.

15· Oven volgens conclusie g of r. at het !: e n- 25 '-· e r k, dat deze is voorzien van. een langwerpige zijgeleidin.g die in verbinding staat zet de open uiteinden van de cilindrische voorwerpen die door de pennen worden gedragen, welke zijgeleiding hol is en langs de lengterichting hiervan is voorzien van uitlaat op eningen teneinde koellucht naar de genoezde pennenketting y*·* 30 en de draadborstel te richten. s \ 730 84 57