NL7908380A - Omhulsel voor toepassing in combinatie met een glassmeltoven. - Google Patents

Omhulsel voor toepassing in combinatie met een glassmeltoven. Download PDF

Info

Publication number
NL7908380A
NL7908380A NL7908380A NL7908380A NL7908380A NL 7908380 A NL7908380 A NL 7908380A NL 7908380 A NL7908380 A NL 7908380A NL 7908380 A NL7908380 A NL 7908380A NL 7908380 A NL7908380 A NL 7908380A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
section
feeder
casing
tank
deck
Prior art date
Application number
NL7908380A
Other languages
English (en)
Other versions
NL176848B (nl
NL176848C (nl
Original Assignee
Frazier Simplex
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Frazier Simplex filed Critical Frazier Simplex
Publication of NL7908380A publication Critical patent/NL7908380A/nl
Publication of NL176848B publication Critical patent/NL176848B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL176848C publication Critical patent/NL176848C/nl

Links

Classifications

    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C03GLASS; MINERAL OR SLAG WOOL
    • C03BMANUFACTURE, SHAPING, OR SUPPLEMENTARY PROCESSES
    • C03B5/00Melting in furnaces; Furnaces so far as specially adapted for glass manufacture
    • C03B5/04Melting in furnaces; Furnaces so far as specially adapted for glass manufacture in tank furnaces
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C03GLASS; MINERAL OR SLAG WOOL
    • C03BMANUFACTURE, SHAPING, OR SUPPLEMENTARY PROCESSES
    • C03B3/00Charging the melting furnaces

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Materials Engineering (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • Furnace Housings, Linings, Walls, And Ceilings (AREA)
  • Vertical, Hearth, Or Arc Furnaces (AREA)
  • Glass Melting And Manufacturing (AREA)
  • Furnace Charging Or Discharging (AREA)
  • Securing Of Glass Panes Or The Like (AREA)
  • Re-Forming, After-Treatment, Cutting And Transporting Of Glass Products (AREA)

Description

N/29.356-tM/f. .#
Omhulsel voor toepassing in combinatie met een glassmeltoven.
De uitvinding heeft betrekking op het toevoeren van ruwe glasmengsels aan glassmeltovens en verschaft een hulpstuk voor toepassing op gassmelttoevoerinrichtingen, speciaal toevoerinrichtingen van het "blanket type", zoals 5 bijvoorbeeld bekend zijn uit het Amerikaanse octrooischrift 3.780.889.
Continue glassmeltovens omvatten een grote, in het algemeen rechthoekige tank, waarboven zich een stook-zone bevindt. Het glasmengsel wordt toegevoerd aan het ach-10 tereind van de oven en smelt eerst en blijft gesmolten totdat het uiteindelijk wordt afgevoerd aan de voorhaard, die het tegenovergestelde eind van de tank vormt.
De achterwand van de tank strekt zich slechts over een gedeelte van de volle hoogte van de oven uit en het 15 niveau van het gesmolten glas in de tank ligt dicht bij maar niet geheel op de volle hoogte van deze achterwand. Een opgehangen boog strekt zich omlaag uit vanaf het dak van het achtereind van de tank en ligt op een afstand binnenwaarts van de achterwand, terwijl zijn onderrand op een afstand boven het 20 niveau van het gesmolten glas ligt. Dit deel van de oven wordt gewoonlijk aangeduid als het "doghouse" en verschaft een neerwaart® open zone boven het niveau van het gesmolten glas, waaraan het mengsel van de bestanddelen, die het glas vormen, wordt toegevoerd, gewoonlijk door één of andere toevoerinrichting.
25 Het glasmengsel drijft aanvankelijk op het gesmolten glas, maar terwijl het voorwaarts beweegt,smelt het. Bij een glas-mengseltoevoerinrichting van het type, dat bekend is uit het Amerikaanse octrooischrift 3.780.889 heeft de toevoerinrichting een vulplaat, die heen en weer beweegt over de blootgestelde 30 zone van de oventank in de langsrichting van de oven. De vulplaat is geplaatst onder een stortbak, één en ander zodanig, dat wanneer de vulplaat voorwaarts beweegt vanaf zijn teruggetrokken bewegingseind, het glasmengsel uit de stortbak wordt gedeponeerd in een laag op de vulplaat, terwijl de 35 neus, die het vooreind van deze plaat vormt, de eerder gedeponeerde laag drijvend glasmengsel, dat nog niet is gesmolten, onder de opgehangen boog van de oven in de smeltzone duwt.
Aan het vooreind van zijn beweging, wordt de vulplaat, die 7908380 2 * tot nu toe omlaag helde, opgeheven naar een horizontale of bijna horizontale stand, waarbij de neus van de plaat boven het niveau van het gesmolten glas ligt. Wanneer de vulplaat dan naar achteren beweegt wordt de laag glasmengsel op de 5 vulplaat aan de stortbak tegengehouden, zodat deze niet mee teruggevoerd wordt met de plaat, maar wordt weggeduwd, zodat deze over de neus van de vulplaat valt in de open zone van de oven, waaruit de eerder toegevoerde lading juist is afgevoerd. Deze cyclus wordt voortdurend herhaald om een althans 10 nagenoeg constant niveau van gesmolten glas in de oven te handhaven, terwijl het gesmolten materiaal wordt afgevoerd aan de voorhaard.
Er zijn twee moeilijkheden bij de toevoerin-richting van dit type, waarvan de eerste het gevolg is van 15 het grote warmteverlies en het ontsnappen van hete gassen uit het vuleind van de oven, waardoor niet alleen energieverlies optreedt, maar tegens ongemak aan het personeel in deze zone wordt veroorzaakt, terwijl het verloren gaan van stofdeeltjes uit het materiaal in de omgevingslucht en de 20 verontreiniging van het milieu nog ernstiger is.
Opgemerkt wordt, dat de toevoerinrich-tingen , die in de meeste gevallen nogal massief zijn, niettemin beweegbaar zijn, zodat verwijdering of vervanging mogelijk is en de toegang wordt verkregen voor reparatie van 25 de toevoerinrichtingen of de oven toegankelijk wordt. De onderhavige uitvinding verschaft een afzonderlijke omhulsel-sectie, die wordt bevestigd op het vuleind van de oven en een tweede sectie, die wordt bevestigd op de toevoerinrich-ting, waarbij de twee secties tegen elkaar aan liggen en 30 dienst doen als een enkele eenheid, wanneer de toevoerin-richting in de werkstand is aan het vuleind van de oven.
Als de vulplaat vast was zoals een eenvoudige goot, die van een stortbak over de achterwand van de tank leidt, kon een omhulsel vrij eenvoudig worden uitgevoerd. Daar de vulplaat 35 op en neer en heen en weer beweegt, zoals eerder werd vermeld, en bij een deel van zijn voorwaartse beweging het eind van de vulplaat ten einde de lading op de voorwaartse slag voort te duwen juist boven het oppervlak van het gesmolten glas maar onder de top van de achterwand van de tank ligt, - 40 terwijl aan het vooreind van de beweging dit eind van de vul- 790 83 80 * 3 plaat dan omhoog beweegt en terugbeweegt naar een niveau om de achterwand van de tank te ontwijken, tezamen met de noodzaak voor het beschermen van het mechanisme van de toevoerin-richting tegen het terugblazen van de intens hete gassen en 5 stof en niettemin toegang te verschaffen tot het inwendige van het omhulsel, als om de een of andere reden het overbrengen van het materiaal uit de stortbak naar de toevoer-inrichting en naar het vuleind van de oven onregelmatig of gestoord is, is men er, voorzover bekend, tot nu toe niet in 10 geslaagd een redelijk bevredigend omhulsel te verschaffen.
De onderhavige uitvinding verschaft een omhulsel voor toepassing in combinatie met een gassmeltoven met een tank met een opgehangen boog boven zijn achtereind en een glasmengseltoevoerinrichting voor het toevoeren van 15 glasmengsel aan het achtereind van de tank, waarbij dit omhulsel is voorzien van een (i) eerste omhulselsectie met een dek met eindwanden, die komen te rusten op de zijwanden van het achtereind van de tank en 20 (ii) een tweede omhulselsectie, die moet worden ondersteund door de toevoerinrichting en die een dek en eindwanden heeft, waarbij de dekken van de twee secties tegenoverliggende flenzen hebben en waarbij de eindwanden van de twee secties tegenover elkaar liggende randen hebben.
25 De bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm verschaft niet alleen een afzonderlijk omhulsel bestaande uit twee secties, waarvan ëën op de oven boven het "doghouse" komt te liggen en de tweede sectie wordt bevestigd aan de toevoerinrichting, waarbij de twee secties tegen elkaar komen 30 te liggen om te functioneren als een enkel omhulsel, maar waarbij de twee secties de heen en weer gaande en op en neer gaande beweging van de vulplaat opnemen. De sectie, die op de toevoerinrichting is gemonteerd, is voorzien van afdichtingen voor het tegengaan van het ontsnappen van stof en 35 fijne deeltjes aan het achtereind van het omhulsel, waarbij de vulplaat passeert door het omhulsel en waarin de stortbak en het glasmengsel in de stortbak eveneens samenwerken om het uitstromen van gassen en stof uit het achtereind van deze sectie wanneer deze is geplaatst op de toevoerinrichting, te 40 beperken. Belangrijk is ook het verschaffen van een buigbaar 7908380 t 4 vuurvast gordijn, dat is bevestigd op de onderzijde van de vulplaat en ook op het omhulsel en het verschaffen van een afdichting tegen het ontsnappen in belangrijke mate in de ruimte onder de vulplaat en over de achterwand van de tank van de 5 oven, welk gordijn zich kan opvouwen en ontvouwen bij de heen en weer gaande en op en neer gaande beweging van de vulplaat.
De uitvinding zal hierna worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin fig. 1 toont een bij voorkeur toegepaste 10 uitvoeringsvorm van de uitvinding, waarbij het vuleind van een glasoven is voorzien van een glasmengseltoevoerinrichting in de werkstand aan het eind van de oven en waarbij het omhulsel volgens de onderhavige uitvinding op zijn plaats is aangebracht tussen de toevoerinrichting en de oven, waarbij deze 15 afbeelding een vertikale langsdoorsnede is.
Fig. 2 is een soortgelijke doorsnede als fig. 1 maar toont alleen het vuleind van de oven en de op de oven gemonteerde omhulselsectie, waarbij deze figuur op grotere schaal is afgeheeld dan fig. 1.
20 Fig. 3 is een bovenaanzicht van de op de toevoerinrichting te monteren omhulselsectie maar toont deze apart van de toevoerinrichting en met het bovendeel van een achterhoek in doorsnede en op grotere schaal.
Fig. 4 is een enkele doorsnede door het om-25 hulseldeel van fig. 3 volgens het vlak van lijn IV-IV van fig. 3.
Fig. 5 is een doorsnede ook in het vlak van lijn IV-IV van fig. 3, maar met het omhulseldeel van fig. 3 op zijn plaats aangebracht aan het vooreind van de toevoer-30 inrichting, waarbij de toevoerpoorten aan de voorzijde van de stortbak zijn weggelaten en waarbij de vulplaat ook is weggelaten, terwijl het niveau van de bodem van de vulplaat ten naaste bij is aangegeven door een streepjeslijn.
Fig. 6 is een gedeeltelijke horizontale 35 doorsnede over de hoeken van het omhulsel en het vooreind van de stortbak van de toevoerinrichting, althans nagenoeg in het vlak van de lijn VI-VI van fig. 5, en toont het warmtebesten-dige weefsel, dat duidelijkheidshalve is weggelaten uit fig.
5.
40 Fig. 7 is een gedeeltelijk vertikale door- 7908380 5 snede door de op de toevoerinrichting gemonteerde omhulselsec-tie in het vlak van de lijn VII-VII van fig. 6 gezien naar achteren, ten einde in vooraanzicht de binnenste hoekzone te laten zien, die in fig. 6 in horizontale doorsnede is afge-5 beeld.
Fig. 8 is een afbeelding, die enigszins overeenkomt met fig. 5 maar de vulplaat in zijaanzicht toont, waarbij een buigzaam warmtebestendig weefselgordijn onder de vulplaat in vouwen bijeen is geplaatst op een rand aan het buiten-10 vlak van de achterwand van de glastank.
Fig. 9 is een versprongen vertikale doorsnede ongeveer in het vlak van de lijn IX-IX van fig. 8 en toont de piooiachtige vouw in het zijdeel van het warmtebestendige weefselgordijn in de zone tussen de zijwand van het omhulsel 15 en de onderzijde van het steunframe van de vulplaat, waarbij in de teruggetrokken stand van de vulplaat de vouw bijna horizontaal is. Duidelijkheidshalve geeft deze afbeelding de hoekstaaf aan de linkerzijde weer alsof deze in hetzelfde vak als de bodem van de vulplaat ligt, terwijl daarentegen tenge-20 volge van de helling van de vulplaat deze relatie meer nauwkeurig is afgeheeld.
Eerst verwijzend naar fig. 1 geeft A in het algemeen het vuleind van een glasoven aan en geeft B in het algemeen de glasmengseltoevoerinrichting aan en is C het om-25 hulsel, dat bestaat uit de secties Cl en C2.
Het vuleind van de glasoven, dat gewoonlijk wordt aangeduid als het "doghouse", omvat een tank met op afstand van elkaar liggende zijwanden waarvan er ëën met 2 in de tekening is aangeduid en te zien is in fig. 1. De achter-30 eindwand 3 van de tank strekt zich uit tussen de twee zijwanden. De binnenste bovenrand 3a van de achterwand helt omlaag vanaf de bovenzijde naar het binnenvlak van de achterwand.
Het normale niveau van het gesmolten glas in de tank is aan- , gegeven door de gebroken lijn in fig. 1 en 2.
35 De achterwand van het ovenomhulsel boven het niveau van de top van de tank is voorwaarts van de achterwand geplaatst. De achterwand is aangegeven met 4 en wordt aangeduid als een opgehangen boog, daar deze zich uitstrekt vanaf een zijwand van de tank naar de andere boven het niveau 40 van de top van de tank om een opening 5 onder zijn onderrand 790 83 80 6 6 en het niveau van de zijwanden 2 te vormen. Aldus is een open zone boven het gesmolten glas gevormd tussen de achterwand van de tank en de opgehangen boog en daarin worden de ruwe glasmengselmaterialen toegevoerd aan de tank, waar ze 5 eerst drijven op het gesmolten glas. Nadat een partij glasmengsel is gedeponeerd op het gesmolten glas door de toevoer-inrichting, wordt deze gewoonlijk door de glasmengseltoevoer-inrichting vanuit deze open zone (naar rechts in fig. 1) geduwd onder de opgehangen boog tot in de verbrandingsruimte 10 van de oven boven de tank onmiddellijk voorwaarts van de achterwand, zoals bekend is en geen deel vormt van de uitvinding.
Zoals hier is afgebeeld heeft de opgehangen boog een zich achterwaarts uitstrekkend randdeel, dat ook van gebruikelijke constructie is.
15 De glasmengseltoevoerinrichting is een z.g.
"blanket" toevoerinrichting en is van de soort, die is afgebeeld in het Amerikaanse octrooischrift 3.780.889.
Zoals in fig. 1 is afgebeeld, omvat deze in het algemeen een op wielen gemonteerd frame 9, zodat de toe-20 voerinrichting in en uit de stand aan het vuleind van de oven kan worden bewogen. Het frame ondersteunt een stortbak 10, waarin de glasmengselmaterialen werden toegevoerd en het onderste deel 10a daarvan omvat een afvoergoot, die helt naar een neerwaarts en voorwaarts open eind, waarbij zich over de 25 bovenzijde daarvan een omlaag gekeerde flens 10b uitstrekt, die zich opwaarts vanaf de opening 11 uitstrekt, alsmede een hellende achterwand 1-Oc en zijwanden lOd met voorwaartse verlengstukken 10d'. Een frame, dat in het algemeen bij 12 is aangegeven, is onder de stortbak aangebracht en kan kantelen 30 om een dwarsas 13, waarvoor de scharnieren zijn afgedekt door de zijwanden van de goot, zodat ze niet zijn afgebeeld in de tekening. Op dit kantelframe is een vulplaat 14 ondersteund, die heen en weer beweegt onder de onderzijde 11 van de goot en die vertikale zij flenzen 14a heeft langs zijn zijranden.
35 Een luchtmotor 15 of ander middel dient om het frame als een wip om zijn zwenkas op .en neer te schommelen. De vulplaat 14 is ondersteund op niet afgeheelde rollen, zodat deze gemakkelijk heen en weer kan bewegen op het frame 12. De vulplaat heeft zijwaarts uitstekende bodemflenzen 14c, zoals het best 40 in fig. 7 en 9 is afgebeeld. Een door een motor aangedreven 7908380 β 7 excentriekverbinding 16 beweegt de vulplaat in de langsrich-ting heen en weer boven de steunplaat of het paneel 12.
Een zandafdichting 17 is aangebracht op de achterwand 10c van de gootvorraige stortbak. Het vrije onder-5 eind van de zandafdichting 17 drukt op het oppervlak van de vulplaat op een punt, dat practisch, zo niet exact, samenvalt met de zwenkas van het frame, zodat wanneer het frame en de vulplaat op het frame op en neer schommelen en de vulplaat heen en weer beweegt de rand van de zandafdichting op doel-10 matige wijze in aanraking blijft met het oppervlak van de vulplaat 14, zoals in dit octrooischrift vollediger verklaard is.
Over de voorzijde van de goot zijn poortmidde-len 18 aangebracht, die bij voorkeur bestaan uit een aantal 15 afzonderlijk vertikaal instelbare secties 19, die zich in de dwarsrichting van de toevoerinrichting uitstrekken, waarbij een verbinding 19a is aangebracht om deze ten opzichte van de vulplaat omhoog en omlaag in te stellen.
Zoals in fig. 1 is afgebeeld, bevindt de vul-20 plaat zich in zijn geheel teruggetrokken stand, waarbij zijn voorrand en neusdeel 20 zijn geplaatst boven de hellende binnenste bovenrand 3a van de achterwand van de oven. Bij zijn werkcyclus beweegt de bovenrand van de neus 20 van de vulplaat voorwaarts vanaf het punt F naar het punt F' en 25 daarbij zal de neus een eerder gedeponeerde lading glasmengsel, die op het oppervlak van gesmolten glas drijft, onder de opgèhangen boog duwen zoals eerder beschreven is. Daarbij zal glasmengsel in de stortbak omlaag stromen op de voorwaarts bewegende vulplaat, zodat een laag glasmengsel op de 30 vulplaat wordt gedeponeerd. Bij het bereiken van het punt F' zal het frame, dat het platform ondersteunt schommelen, zodat de neus van de vulplaat vanuit de stand F' omhoog beweegt naar de stand R, van waaruit deze wordt teruggetrokken naar de stand R', zodat de plaat dan bijna horizontaal is. Terwijl de 35 vulplaat wordt teruggetrokken, kan het glasmengsel op de plaat niet met de plaat mee terug bewegen tengevolge van de zandafdichting, zodat het glasmengsel daardoor van de neus van de plaat wordt afgeduwd in de "doghouse" zone van de glasoven, waar het materiaal zal drijven op het gesmolten glas en begint 40 te smelten. Bij het bereiken van het eind van zijn teruggaande 790 8 3 80 8 beweging bij R' zal de vulplaat weer worden gekanteld om zijn neus terug te brengen in de stand F teneinde de cyclus te herhalen. Het onderste achtervlak van de opgehangen boog is uitgespaard om niet in aanraking te komen met de neus en de zijflen-5 zen van de vulplaat en het op de plaat rustende glasmengsel, wanneer de neus omhoog beweegt vanuit de stand F1 naar de stand R.
De bovenstaande inrichting en werkwijze zijn geheel bekend maar moeten worden toegelicht in verband 10 met bepaalde onderdelen van de uitvinding, die zoals vermeld, betrekking heeft op het omhulsel C, dat bestaat uit de secties Cl en C2.
De sectie Cl van het omhulsel (zie in het bijzonder fig. 2) omvat een dekdeel 30, dat hoofdzakelijk is 15 gevormd uit een aantal platte buizen 31, die aan elkaar zijn gelast en aan de onderzijde van het brede horizontale been van een breed hoekprofiel 30a, dat een stijve afdekking vormt over het open eind of "doghouse" van de oven. Het hoekprofiel 30a heeft een omlaag gebogen vertikaal been, dat ligt tegen 20 de rand op de achterwand van de oven. Een soortgelijke buis 32 is op zijn kant gedraaid en ligt aan tegen het uitgespaarde vlak van de boogwand. Deze buis is in aanraking met de onderzijde van de binnenste van de buigen 31 en dient om het dek te versterken en af te koelen, waarbij het dek een lengte 25 kan hebben van 6 m of meer. Omdat het dek wordt blootgesteld aan een intense hitte, worden de buizen gekoeld door water daardoorheen te laten circuleren, hetgeen een gebruikelijk hulpmiddel is om metaalconstructies te beschermen, waarbij de watercirculatie-aansluitingen niet zijn afgebeeld. De bui-30 tenrand van de dekconstructie hangt over de achterwand van de tank en omvat een constructie-hoekprofiel 34 met een horizontaal been, dat is gelast aan het ondervlak van de buitenste platte buis 31, terwijl het andere been daarvan vertikaal omhoog is gebogen.
35 Aan elk eind van deze dekconstructie be vindt zich een stijve metalen eindplaat 35. Deze platen worden ondersteund op de delen van de tegenoverliggende zijwanden van de glastank aan de achterzijde van het uitgespaarde vlak van de opgehangen boog, gewoonlijk met een uit vuurvast 40 cement en/of warmtebestendige vezels bestaande pakking op de 790 83 80 9 bovenwand aan de buitenzijde van en onder de vertikale eind-vlakken om het ontsnappen van hete gassen en stof van onder en rondom de eindplaten te verhinderen. Elke eindplaat heeft een normaal gesloten deur 36, die naar buiten kan worden geopend 5 voor inspectie en om eventueel een onregelmatige glasmengsel-toevoer te corrigeren. De deur is afgeheeld in fig. 2 gezien vanaf de binnenzijde van het omhulsel.
De sectie C2 van het omhulsel (zie fig. 1)‘ moet zijn aangepast aan hele andere omstandigheden dan de sec-10 tie Cl en is daarom wat ingewikkelder. Het voorste deel van de sectie C2 moet dezelfde breedte dwars op de oven hebben als de sectie Cl, zodat deze ook breed genoeg is om de afstand van de éne zijwand van de glastank naar de andere te overspannen. Zijn achterste deel is echter verbonden met de stortbak 15 van de toevoerinrichting, zodat zijn breedte van zijde tot zijde aanzienlijk smaller is dan het voorste deel. Het frame of paneel 12 dat op en neer schommelt moet gedeeltelijk worden opgenomen in deze sectie van het omhulsel en dit geldt eveneens voor de vulplaat 14, die heen en weer beweegt over 20 het kantelende frame. Het vooreind van de vulplaat strekt zich uit over de achterwand van de tank, zodat het vrij ontwijken van stof en gassen, die onder de vulplaat zouden uitstromen naar de buitenlucht, moet worden geblokkeerd, en het mechanisme van de toevoerinrichting moet worden beschermd tegen het 25 uitstromen van gassen aan het achtereind van het omhulsel C2 zonder verstoring van de heen en weer gaande en op en neer gaande beweging van de vulplaat.
Eerst verwijzend naar fig. 3 en 4, die de sectie C2 verwijderd van de toevoerinrichting tonen, is fig.
30 3 een bovenaanzicht en is fig. 4 een eenvoudige dwarsdoorsnede in het vlak van de lijn IV-IV van fig. 3. Fig. 3 toont het onderdeel C2 verkort door het uit de figuur verwijderen van het deel van de constructie tussen de gebroken lijnen.
Een platte dekplaat 40 strekt zich over dezelfde lengte uit 35 als de sectie Cl van het omhulsel. Aan elk eind van het dek 40 bevindt zich een eindpaneel 41 en deze panelen sluiten rand tegen rand aan met de eindpanelen 35 van de sectie Cl, wanneer de twee secties zijn samengebracht, hoewel de eindpanelen 41 in vertikale richting langer zijn dan de panelen 35, 40 zodat het dek 40 op een hoger niveau ligt dan het dek 30 van 7908380 10 fig. 2. De onderranden van de eindpanelen 41 zijn bevestigd aan en worden ondersteund door hoekstaven 42, die zich voorwaarts van het onderframe van de toevoerinrichting uitstrekken.
Zoals in fig. 1 is afgeheeld, heeft het dek 5 40 een omlaag gekeerde voorflens 43, die zich langs zijn volle lengte uitstrekt en die tegenover het omhoog gekeerde been 34 van het hoekprofiel aan de achterrand van de sectie Cl ligt wanneer de twee secties bij elkaar zijn gebracht. Een soortgelijke omlaag gekeerde flens 44 is aangebracht langs de achter-10 rand van het dek 40, zodat tussen zijn uiteinden, in het vlak van de lijn IV-IV in fig. 3 het bovendek een omgekeerde U-vor-mige dwarsdoorsnede heeft.
Zoals in fig. 3 te zien is, zijn echter de twee achterhoeken van het dek weggesneden, zodat de achter-15 flens 44 zich niet uitstrekt over de volle lengte van het dek en niet even lang is als de voorflens 43, maar van zijde tot zijde althans nagenoeg even breed is als de breedte van de stortbak 10 en het gootdeel 10a van de toevoerinrichting.
Op tussenafstanden langs het dek 40 zijn deu-20 ren 48 aangebracht, die scharnieren bij 47 op het dek, en elke deur heeft een handgreep 48a, zodat een werkman die op het dek staat de deur kan openen om de toevoer van het glasmengsel op tussenafstanden langs de lengte van het dek te controleren.
Om het dek 40 te versterken voor het gewicht van een werkman 25 die daarop staat of loopt, zijn er versterkingsplaten 49 (zie fig. 4) aangebracht, die zich dwars op het dek uitstrekken op tussenafstanden langs zijn onderzijde. Een strook 40a langs de bovenste achterrand van het dek 40 heeft omgekeerde bouten die omhoog steken en waarop hangers 46 zijn bevestigd om de 3Q omhulselsectie C2 op te hangen op de steunplaat 46a aan de voorzijde van de stortbak.
Over de gehele lengte van de flens 43 is een warmtebestendige, enigszins compressibele pakking 45 aangebracht, die zich ook omlaag uitstrekt langs elk van de eind-35 platen 41, die, zoals in fig. 3 is afgeheeld, naar buiten gekeerde flenzen hebben, waarop deze pakking is bevestigd.
Deze pakking dient om een afdichting te vormen tussen de secties Cl en C2, wanneer de toevoerinrichting is aangebracht om glasmengsel af te leveren in het "doghouse" van de oven en 40 de pakking neemt een geringe foutieve uitlijning op en blokkeert 7908380 11 het ontsnappen van hete gassen en stof tussen de twee secties.
Pig. 5 is een soortgelijke doorsnede als fig.
4 maar toont de volledige omhulselsectie C2 aan de voorzijde van de toevoerinrichting, waarbij de vulplaat echter is ver-5 wijderd. De streepjeslijn ~ geeft bij benadering de helling en de plaats van de bodem van de vulplaat aan in de stand, waarin deze is afgebeeld in fig. 1. Deze figuur toont het verband van de sectie C2 ten opzichte van de stortbak van de toevoerinrichting, waarbij echter de verticaal instelbare 10 toevoerpoorten 19 en hun instelstangen en verbindingen zijn weggelaten.
Fig. 5 en 6 tonen het verband van de omhulselsectie C2 ten opzichte van de stortbak van de toevoerinrichting. Elke weggesneden hoek heeft een uitgespaard gedeelte-15 lijk eindplaatpaneel 50, dat zich voorwaarts vanaf de omlaag gekeerde flens 44 uitstrekt naar de voorflens 43, maar waarvan de onderrand, tenminste zoals hier is afgebeeld, zich niet verder onder het niveau van het dek uitstrekt dan de flens 44. Tengevolge van de weggesneden hoeken zijn deze 20 panelen uitgespaard ten opzichte van, maar evenwijdig aan hun betreffende eindpanelen 41. Aan elk eind bevindt zich ook een achterwaarts gericht paneel 51, dat de ruimte tussen de achterrand van het eindpaneel 41 en het uitgespaarde paneel 50 sluit (zie fig. 3). Zoals duidelijk te zien is in 25 fig. 5 in verband met fig. 1 eindigt de omlaag gebogen ach-terflens 44 van het dek ongeveer gelijk met de omlaag gebo- ’ gen flens 10b van de toevoerstortbak, zodat daartussen een ruimte is verkregen voor het opnemen van de bovenranden van de verticaal verstelbare poorten en hun naar boven lopende 30 aandrijfverbindingen. Deze poorten en verbindingen blokkeren althans nagenoeg de uitstroming van gassen tussen deze ruimten, terwijl het materiaal in de stortbak de afvoeropening 11 van de goot afsluit tegen het uitstromen van gassen en stof op het niveau onder de flens 44 en boven de vulplaat.
35 Op het buitenvlak van elk uitgespaard eind paneel 50 is een koppelstaaf 52 (zie fig. 3) aangebracht, die met bouten kan worden bevestigd aan de zijwanden van de stortbak via een tussengeplaatst afstandselement om ook de omhulselsectie C2 stevig op zijn plaats vast te zetten en in ver-40 band met de hanger 46 een mogelijke beweging van de omhulsel- 790 83 80 12 sectie C2 met de op en neer gaande en heen en weer gaande beweging van de vulplaat te verhinderen.
De vulplaat heeft langs elke rand een verticale zijwand 14a en fig. 6, 7 en 8 tonen deze zijwand aan één 5 zijde van de machine, waarbij natuurlijk aan de andere zijde van de machine een soortgelijke zijwand is aangebracht.
De beide figuren 6 en 7 en ook fig. 4 zijn op grotere schaal getekend dan fig. 5. Fig. 6 is een gedeeltelijke horizontale doorsnede van een hoek van het omhulsel, 10 waar de omlaag gekeerde flens 10b aan de voorzijde van de stortbak tegenover de omlaag gekeerde flens 44 van het omhulsel ligt, maar op een afstand daarvan is aangebracht om een ruimte te verschaffen voor de verticaal verstelbare poorten en hun aandrijfverbindingen, zoals hierboven is beschreven.
15 Fig. 7 is een dwarsdoorsnede ongeveer in het vlak van de lijn VII-Vïï van fig. 6 gezien in de richting naar de in fig.
7 afgeheelde hoek. Fig. 8 is een doorsnede, die overeenkomt met een deel van fig. 5 maar kijkend in het omhulsel alsof de uitgespaarde zijplaat 50 verwijderd was en deze fig. toont 20 de zijde van de vulplaat en zijn ondersteuning in zijaanzicht.
Daar de stortbak aflevert aan de vulplaat, strekken de zijflenzen 14a van de vulplaat zich dicht langs de buitenste zijwanden lOd van het gootverlengstuk van de stortbak daarlangs uit. Dit is in het bijzonder te zien in 25 fig. 6 en 7 waar een hoek van de voorste zijwand lOd van de stortbak dicht bij het binnenvlak van de zijflens 14a van de vulplaat 14 eindigt, terwijl de flens van de vulplaat natuurlijk evenwijdig is aan de zijwand lOd van de stortbak.
Om het omhulsel op meer doelmatige wijze af te dichten, waar 30 de zijflens 14a van de vulplaat passeert tussen de binnenrand van de wand 51 en aan de buitenzijde van de zijwand lOd van de stortbak direct onder de uitgespaarde eindplaat 50 is een warmtebestendig stuk weefsel 55 geklemd op het vlak van de bovenste hoekzone van de flens 44 en steunstro-35 ken 55a. De voorrandzone van dit weefsel buigt volgens een rechte hoek (zie fig. 6) om de hoek naar buiten en ligt plat tegen het buiten-of achtervlak van het paneel 51. Deze naar buiten gekeerde rand van het weefsel is voorzien van daarop bevestigde verstijvingsstroken, terwijl een nauwe metalen 40 klemstrook is geschroefd op het buitenvlak van de plaat 51 7908380 13 om dit in de afgeheelde stand te houden. Het weefsel kan zo nodig van tijd tot tijd vervangen worden.
Zoals in fig. 7 is afgeheeld, is het weefsel 55 bij 55a gespleten, zodat het zich aan weerszijden bevindt 5 van de zijflens 14a van de vulplaat (hier gezien in de hoogste stand), zodat de zijflens omhoog en omlaag kan bewegen, terwijl deze heen en weer glijdt, waarbij het deel 55b van het weefsel omlaag uitsteekt in de bak en het deel 55c in aanraking is met de buitenzijde van de zijwand 14b. Het deel 10 55c strekt zich omlaag uit tot op de flens 14c van de steun voor de vulplaat en het weefsel is gespleten aan de hoek, zodat het deel 55c op en neer kan buigen, terwijl de flens 14c van de steun op een neer beweegt, waarbij de rechter onderhoek van de wand 51 is weggesneden om deze beweging op te nemen.
15 In deze figuren is 10d' de zich voorwaarts uitstrekkende zijwand van de stortbak, die zich voorwaarts voorbij het vlak van de instelbare poorten uitstrekt, zoals in fig. 1 is afgebeeld.
De tegenovergestelde hoek van de vulplaat 20 en het omhulsel zijn op soortgelijke wijze gevormd, waarbij de richtingen van links naar rechts natuurlijk zijn omgekeerd.
Om het omhulsel af te werken is op het ondervlak van de steunbak de bovenrand van een weefselgordijn 60 geklemd. De bovenrand 60a van dit gordijn is omgeslagen of 25 plat gelegd tegen de onderzijde van de bak (zie fig. 8) en wordt op zijn plaats gehouden door klemstroken 61 op een ondervlak van het vulplaatsteunplaatpaneel 12 (zie fig. 8).
Dit gordijn heeft niet alleen de volle breedte van de steun-plaat .14c maar reikt ook aan elke zijde van de bak tot aan 30 de eindpanelen 41 van het omhulsel, terwijl de bovenranden van het gordijn bij 62 zijn geklemd tussen de eindpanelen 41 van de sectie C2 en de steunhoekstaven 42. Het gordijn strekt zich dus zonder onderbreking uit onder de vulplaat, waarop zijn bovenrand is bevestigd van de éne zijwand 41 van het 35 omhulsel naar het andere. Daar de bak op dit punt op en neer en heen en weer schommelt, kan het gordijn zich niet recht uitstrekken van de steunbak naar de vaste bevestiging aan de onderrand van het paneel 41 maar wordt het los en volgemaakt tussen de beweegbare bak en de vaste zijwanden 41 en de staven 40 42. Het weefsel wordt dus gevouwen en geplooid in de voorwaart- 7908380 14 se en achterwaartse richting, zoals is afgeheeld in fig. 8, waardoor het weefsel zich kan ontvouwen en opvouwen, wanneer de steunbak schommelt en het weefsel kan zijwaarts buigen bij de heen en weer gaande beweging van de vulplaat. Onder de bak 5 is het gordijn samengenomen in twee of drie vouwen op eén uitgespaarde rand 62 aan de buitenzijde van de achterwand van de tank. Het rust bij voorkeur op een metaalplaat, waar het omlaag helt om op het onderframe van de toevoerinrichting bij 63 te worden bevestigd.
10 Daar de bovenrand van het gordijn in een vertikaal vlak aan de achterzijde van de plaat 51 ligt, zoals in fig. 7 is afgeheeld, dus links van 51 in fig. 9, zullen de gassen, die anders over de zijflenzen 14a en onder de uitgespaarde eindplaat 50 zouden stromen weer terugkeren naar het 15 omsloten "doghouse" onder het omhulsel. Voor dit doel is as-bestweefsel beschouwd maar vanwege de gezondheidsrisico's van asbest, waarbij deeltjes of strengen kunnen ontsnappen in de omringende werkzone, is een tegen hoge temperatuur bestendig weefsel, dat wordt verkocht onder de naam "Refrasil" op duur-20 zaamheid beproefd bij gebruik in de zone van het omhulsel, waarbij het over een voldoend lange tijdsperiode bevredigend en veilig is gebleken.
Onder het dek 40 van de sectie C2 langs de achterflens is een leiding 70 gevormd over de volle breedte 25 van het omhulsel en een luchttoevoerpijp mondt bij 71 (fig.l) op een eind van de leiding uit. Zoals het te zien is in fig. 7 heeft deze lëiding op tussenafstanden langs zijn lengte openingen voor het afleveren van lucht in het omhulsel tijdens het gebruik om een geringe positieve druk onder de kap te 30 handhaven en de schoorsteenwerking van de koeling en dus het opnemen van gas binnen het omhulsel te verminderen en daardoor het uitstromen van gassen uit de vulzone en de verspreiding van gassen in de omgevingslucht tegen te gaan. In sommige gevallen kunnen afdichtingen met warmtebestendige vezels 35 of weefsel of aanvullende metaalplaten nodig zijn, terwijl de hierin afgebeelde constructie speciaal geschikt is voor toepassing bij een toevoerinrichting van het "blanket" type, waarbij andere toevoerinrichtingen en andere ovens een gewijzigde uitvoering nodig hebben, die echter de hier afgebeelde 40 algemene constructie bezit.
790 83 80 15
Verder wordt opgemerkt, dat in de voorgaande beschrijving de toevoerinrichting is behandeld als een eenheid, terwijl bij grote ovens met een breedte van 6 m of meer aan het vuleind twee of meer in de handel verkrijgbare toevoerin-5 richtingen naast elkaar kunnen worden opgesteld, zoals in het bovengenoemde octrooischrift is toegelicht, om te werken als een enkele eenheid.
790 83 80

Claims (11)

1. Omhulsel voor toepassing in combinatie met een glassmeltoven met een tank met een opgehangen boog over zijn achtereind en een glasmengsel-toevoerinrichting voor het toevoeren van glasmengsel aan het achtereind van de tank, Sgekenmerkt door een eerste omhulselsectie(Cl)met een dek (30) met eindwanden (35), die kunnen rusten op de zijwanden (2) van het achtereind van de tank, en een tweede omhulselsectie (C2), die kan worden ondersteund door de toe-voerinrichting (B), welke tweede sectie (C2) een dek (40) en 10 eindwanden (41) heeft, waarbij de dekken (30, 40) van de twee secties (Cl, C2) tegenover elkaar liggende flenzen (34, 43) hebben en de eindwanden (35, 41) van de twee secties (Cl, C2) tegenover elkaar liggende randen hebben.
2. Omhulsel volgens conclusie 1 voor toepas-15 sing in combinatie met een glassmeltoven met een vuleind met een tankachterwand met een opgehangen boogconstructie over de tank voorwaarts van de achterwand, waarbij de glasmengsel-toevoerinrichting is voorzien van een vulplaat, die vanuit een stand boven de achterwand van de tank omlaag en voorwaarts 20 beweegbaar is om eerder afgeleverd glasmengsel onder de opgehangen boog in de oven te duwen, waarbij de vulplaat beweegbaar is ondersteund op een onderliggend kantelframe en de toevoerinrichting en het kantelframe zijn uitgevoerd om de vulplaat naar een bijna horizontale stand omhoog te bewegen 25 en deze terug te trekken, zodat het glasmengsel wordt afgeleverd in de tank over de zone, waaruit de voorgaande partij is weggeduwd, terwijl de vulplaat bij het bereiken van het teruggetrokken bewegingseind omlaag wordt bewogen om de voorgaande cyclus te herhalen, welke toevoerinrichting is voor-30 zien van een stortbak, die glasmengsel aflevert aan de vulplaat, waarbij het omhulsel is bedoeld voor het vuleind van de oven en het glasmengselaflevereind van de toevoerinrichting, met het kenmerk, dat het omhulsel (C) een door de toevoerinrichting ondersteunde sectie (C2) over de 35 voorzijde van de toevoerinrichting (B) boven de vulplaat (14) omvat, waarbij de voorranden van deze sectie uitsteken over de achterwand (3) van de oven, wanneer de toevoerinrichting (B) zich in de werkstand aan het vuleind (A) van de oven be- 790 8 3 80 vindt, waarbij deze sectie (C2) is voorzien van een dek (40) met hangende eindwanden (41), alsmede een door de oven ondersteunde sectie (Cl) met een dek (30) en eindwanden (35) die zich achterwaarts van de opgehangen boog (4) van de oven 5 uitstrekken, waarbij deze eindwanden (35) steunen op de zijden van de oventahk achterwaarts naar de achterwand (3) van de tank, terwijl de verticale achterranden van de eindwanden (35) tegenover de voorranden van de eindwanden (41) van de door de toevoerinrichting ondersteunde sectie (C2) liggen, waarbij de 10 dekken (30, 40) van de twee secties (Cl, C2) zich over dezelfde afstand van zijde tot zijde uitstrekken, waarbij de dekken (30, 40) van de twee secties (Cl, C2) tegenover elkaar liggende flenzen (34, 43) hebben, die zich over hun lengte uitstrekken, terwijl de dekken (30, 40) van de twee secties (Cl, C2) vol-15 doende hoog boven de vulplaat (14) van de toevoerinrichting (B) liggen, zodat de plaat(14) bij zijn op en neergaande beweging vrij loopt.
3. Omhulsel volgens conclusie 2, m e t het kenmerk, dat het dek (40) van de door de toevoerinrich- 20 ting ondersteunde sectie (C2) boven het niveau van de door de oven ondersteunde sectie (Cl) ligt, waarbij het dek (40) van de door de toevoerinrichting ondersteunde sectie (C2) een neerhangende flens (43) over zijn voorrand heeft, terwijl het dek (30) van de door de oven ondersteunde sectie (Cl) een 25 omhoog gebogen flens (34) over zijn achterrand heeft, die met een afzonderlijke afdichting aanligt tegen de omlaag gekeerde flens (43) van de door de toevoerinrichting ondersteunde sectie (Cl).
4. Omhulsel volgens conclusie 2, m e t 30 het kenmerk, dat een warmtebestendige pakking (45) over de verticale voorranden en het buitenvlak van de flens (43) van de door de toevoerinrichting ondersteunde sectie (C2) is aangebracht, waarmede de tegenover liggende oppervlakken van de op de oven gemonteerde sectie (Cl) in afdich-35 tende aanraking zijn, wanneer de twee secties -(Cl, C2) bij elkaar geplaatst zijn met de toevoerinrichting (B) in de werkstand aan de achterzijde van de tankachterwand (3).
5. Omhulsel volgens conclusie 3, m e t het kenmerk, dat een warmtebestendig buigbaar gordijn 40 (60) is bevestigd aan het ondervlak van de vulplaat (14) en 7908380 aan de eindwanden (41) van de op de toevoerinrichting gemonteerde sectie-(C2) en in aangrijping is met de achterwand (B) van de tank om het uitstromen van gassen uit het omhulsel door de ruimte onder de vulplaat (14) en zijn kantelframe (12) en 5 boven de achterwand (3) van de tank te verhinderen, terwijl het gordijn meebuigt met de kantelbeweging en voorwaartse en achterwaartse beweging van de vulplaat (14) ten opzichte van deze eindwanden (41) en de achterwand (3) van de tank.
6. Omhulsel volgens conclusie 2 of 5, m e t 10 h e t kenmerk, dat de twee secties (Cl, C2) afzonderlijk van elkaar zijn uitgevoerd, waarbij het omhulsel (C) pas compleet is, wanneer de töevoerinrichting (B) zich bevindt in de werkstand aan het vuleind van de oven.
7. Omhulsel volgens conclusie 2, m e t het 15 kenmerk, dat een buigbaar gordijn (60) is aangebracht onder het kantelframe (12) van de vulplaat (14) en aangrijpt op de achterwand (3) van de tank en de eindwanden (41) van de door de töevoerinrichting ondersteunde sectie (C2) van het omhulsel en kan meebuigen met de kantelbeweging van het frame 20 (12) en daarbij de stroming van gassen uit het omhulsel onder het kantelframe (12) en over de achterwand (3) van de tank blokkeert, waarbij het dek (40) van de door de toevoerinrich-ting ondersteunde sectie (C2), de eindwanden (4) van deze sectie (C2) en de voorwand van de stortbak (10) in combinatie 25 het uitstromen van gassen uit het omhulsel achterwaarts boven de vulplaat (14) en zijwaarts over de zijden van de vulplaat (14) en zijn kantelframe (12) althans nagenoeg blokkeren, en waarbij het glasmengsel in de stortbak (10) zelf het uitstromen van gassen door de stortbak (10) blokkeert.
8. Omhulsel volgens conclusie 7, m e t het kenmerk, dat de vulplaat (14) zijflenzen (14a) heeft, die met de vulplaat heen en weer en op en neer bewegen, waarbij de breedte van het dek (40) van de op de toevoer-inrichting gemonteerde sectie (C2) van het éne naar het ande-35 re eind is gereduceerd om een werkspeling te verkrijgen voor de zijflenzen (14a) van de vulplaat (14) buiten de betreffende zijde van de stortbak (10), waar deze het glasmengsel toevoert op de vulplaat (14) , en om een speling te verkrijgen voor de kantelbeweging van het kantelframe (12) van de vulplaat, waar-40 bij een buigbaar warmtebestendig weefsel (55) is aangebracht 7903380 aan de achterzijde van het omhulsen (C) over elke flens(14a) van de vulplaat (14), welk weefsel (55) is voorzien van een verti.cale sleuf voor het opnemen van de flenzen (14a) en om een buigbare afdichting te vormen, waarin de flenzen (14a) 5 van de vulplaat (14) vanuit het omhulsel (C) lopen en zich uitstrekken langs de stortbak (10) naar de achterzijde van het omhulsel (C).
9. Omhulsel volgens conclusie 2,met het kenmerk, dat een leiding (70) is aangebracht onder het 10 dek (40) van de op de toevoerinrichting gemonteerde sectie (C2) voor het toevoeren van lucht aan het omhulsel (C) om daarin een geringe overdruk te verschaffen, wanneer de twee secties (Cl, C2) bij elkaar zijn gebracht en de toevoerinrichting (B) werkt.
10. Omhulsel volgens conclusie 1 voor toepas sing in combinatie met een glassmeltoven met een tank met een "doghouse" aan het achtereind, waardoor glasmengsel wordt toegevoerd aan de tank, die is voorzien van een opgehangen boog, waarbij een glasmengseltoevoerinrichting is aangebracht 20 voor het toevoeren van het glasmengsel in het "doghouse", met het kenmerk, dat de eerste omhulselsectie (Cl) een dek (30) met eindwanden (35) heeft, die rusten op de zijwanden (2) van de oventank aan elke zijde van het "doghouse" tegen de opgehangen boog (4) van de oven, waarbij tussen de 25 tegenover elkaar liggende flenzen (34, 43) van de dekken (30, 40. van de twee secties (Cl, C2) een warmtebestendige pakking (45) is aangebracht, terwijl tussen de tegenover elkaar liggende randen van de eindwanden (35, 41) van de twee secties (Cl, C2) een warmtebestendige pakking (45) is aangebracht, 30 zodat de eindwanden (35, 41) door de warmtebestendige pakking (45) ook zijn afgesloten tegen het ontsnappen van gassen en stof, waarbij de toevoerinrichting (B) beweegbare middelen (14) heeft om het glasmengsel uit een stortbak (10) over te brengen naar het "doghouse", terwijl afdichtingsmiddelen (60) 35 op de tweede omhulselsectie (C2) een buigbare afdichting vormen onder de beweegbare middelen (14) en de oven om het ontsnappen van gassen van onder de beweegbare middelen (14) en het "doghouse" van de oven althans nagenoeg geheel te blokkeren. 40
11.Omhulsel volgens conclusie 10, m e t het 790 33 60 kenmerk, dat de stortbak (.10) van de toevoerinrichting (B) en het glasmengsel in de stortbak (10) samenwerken met de tweede omhulselsectie (C2) om het ontsnappen van gassen en glasmengseldeeltjes achterwaarts vanuit de tweede omhul-5 selsectie (C2) te verhinderen. 790 83 80
NLAANVRAGE7908380,A 1978-11-20 1979-11-16 Inrichting voor het toevoeren van glasgemeng aan een glassmeltoven. NL176848C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US05/961,996 US4197109A (en) 1978-11-20 1978-11-20 Doghouse and feeder enclosure for glass furnace
US96199678 1978-11-20

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL7908380A true NL7908380A (nl) 1980-05-22
NL176848B NL176848B (nl) 1985-01-16
NL176848C NL176848C (nl) 1985-06-17

Family

ID=25505295

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NLAANVRAGE7908380,A NL176848C (nl) 1978-11-20 1979-11-16 Inrichting voor het toevoeren van glasgemeng aan een glassmeltoven.

Country Status (9)

Country Link
US (1) US4197109A (nl)
JP (1) JPS5575928A (nl)
BE (1) BE880154A (nl)
CA (1) CA1125517A (nl)
DE (1) DE2944349C3 (nl)
FR (1) FR2441590A1 (nl)
GB (1) GB2039011B (nl)
IT (1) IT1124966B (nl)
NL (1) NL176848C (nl)

Families Citing this family (15)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3206174A1 (de) * 1982-02-20 1983-08-25 Zimmermann & Jansen GmbH, 5160 Düren Einlegemaschine zum beschicken eines glasschmelzwannenofens
JPS6158872A (ja) * 1984-08-27 1986-03-26 菊水化学工業株式会社 発泡モルタル用組成物
DE3709178A1 (de) * 1987-03-20 1988-09-29 Sorg Gmbh & Co Kg Einlegevorrichtung fuer glasschmelzoefen
US4983206A (en) * 1990-03-16 1991-01-08 Frazier-Simplex, Inc. Batch charger for glass furnace
US5073183A (en) * 1990-10-05 1991-12-17 Frazier-Simplex, Inc. Hydraulically operated blanket batch charger
US5134627A (en) * 1991-02-15 1992-07-28 Frazier-Simplex, Inc. Batch charger for glass furnace
JP2519857Y2 (ja) * 1991-04-10 1996-12-11 岡部株式会社 穿孔内打込みロツクボルト
US5238347A (en) * 1991-11-27 1993-08-24 Merkle Engineers, Inc. In situ replaceable pusher bar for a batch charger pan
US5254151A (en) * 1992-06-02 1993-10-19 Frazier-Simplex, Inc. Glass batch charger having seals which prevents accumulation of batch
DE4224127C1 (de) * 1992-07-22 1994-01-27 Sorg Gmbh & Co Kg Vorrichtung zum Einlegen von Chargiermaterial in Glasschmelzöfen
US5558691A (en) * 1994-09-13 1996-09-24 Merkle Engineers, Inc. Cullet feeder
US8573006B2 (en) * 2012-01-09 2013-11-05 Owens-Brockway Glass Container Inc. Batch charger cooling
US11492281B2 (en) * 2017-06-28 2022-11-08 Corning Incorporated Melters for glass forming apparatuses
US11912608B2 (en) 2019-10-01 2024-02-27 Owens-Brockway Glass Container Inc. Glass manufacturing
CN115321790B (zh) * 2022-08-04 2023-08-01 彩虹(合肥)液晶玻璃有限公司 一种用于tft投料机与中间料仓连接固定装置

Family Cites Families (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2284398A (en) * 1940-04-11 1942-05-26 Pittsburgh Plate Glass Co Method of and apparatus for supplying granular material
DE1083511B (de) * 1958-02-05 1960-06-15 Libbey Owens Ford Glass Co Verfahren und Vorrichtung zum Zufuehren feiner Teilchen glasbildenden Materials in das Eingangsende eines Ofens
US3495966A (en) * 1967-06-21 1970-02-17 Ford Motor Co Apparatus for producing molten glass with bath material cooling means
US3563522A (en) * 1968-04-29 1971-02-16 Calvin C Blackman Sealing device
BE791151A (fr) * 1971-11-09 1973-05-09 Frazier Simplex Dispositif d'alimentation d'un four a verre
US3900282A (en) * 1974-05-15 1975-08-19 Bethlehem Steel Corp Furnace seal
JPS5113210A (ja) * 1974-07-22 1976-02-02 Suwa Seikosha Kk Jikikirokushijitai
GB1542278A (en) * 1975-04-08 1979-03-14 Elemelt Ltd Melting of glass
US4004903A (en) * 1975-06-05 1977-01-25 Libbey-Owens-Ford Company Method of and apparatus for increasing the melting rate of glass making materials

Also Published As

Publication number Publication date
JPS5575928A (en) 1980-06-07
FR2441590A1 (fr) 1980-06-13
DE2944349C3 (de) 1981-12-24
BE880154A (fr) 1980-03-17
CA1125517A (en) 1982-06-15
IT1124966B (it) 1986-05-14
NL176848B (nl) 1985-01-16
FR2441590B1 (nl) 1984-10-05
GB2039011B (en) 1983-01-06
DE2944349B2 (de) 1981-01-29
IT7927245A0 (it) 1979-11-13
NL176848C (nl) 1985-06-17
US4197109A (en) 1980-04-08
GB2039011A (en) 1980-07-30
JPS5723646B2 (nl) 1982-05-19
DE2944349A1 (de) 1980-05-22

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL7908380A (nl) Omhulsel voor toepassing in combinatie met een glassmeltoven.
KR0136860B1 (ko) 축형상 장입물 예열기를 갖춘 용해플랜트
JPH0214954B2 (nl)
US4854959A (en) Feeding apparatus for glass melting furnaces
US3842966A (en) Travelling mine roof support with scraper conveyor for use with mechanical mining apparatus
US3935090A (en) Covering of an aluminum-producing electrolysis cell
US3758267A (en) Apparatus for preheating scrap material or the like
US4216708A (en) Fume containment
US3225721A (en) Dumping refractory hearth furnace
US3667747A (en) Conveyor heater
CZ296021B6 (cs) Předehřívač pro předehřívání dávkovaného vsázkového materiálu a tavicí agregát
EP0247923A1 (en) Method and apparatus for continuously charging a steelmaking furnace
NL8402808A (nl) Voorhaard voor gesmolten glas.
EP0162852A4 (en) SLAG TRANSPORTATION DEVICE.
US2756044A (en) Battery reclaiming furnace
US2826490A (en) Battery reclaiming method
US933837A (en) Apparatus for melting snow.
US4250819A (en) Step grate
WO2009078972A2 (en) Incinerator with pivoting grating system
US2664838A (en) Permanent hinged bulkhead
CZ291546B6 (cs) Roštová deska
US4940376A (en) Scrap loader for molten metal furnace
US2991060A (en) Reverberatory furnace
US2862463A (en) Incinerator
JP3847107B2 (ja) スラグコンベヤ

Legal Events

Date Code Title Description
A1A A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
A85 Still pending on 85-01-01
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee