NL7908375A - Jaloezie. - Google Patents

Description

μ -1- £ 70 870é

Saar von Kaorring en Torsten. Svens sen,

Soderbarke en Stockholm., Zweden.

Jaloezie.

De uitvinding heeft betrekking op een jaloezieconstructie, meer in het bijzonder een jaloezie met een langgerekt cilindrisch lichaam met aan één einde een daaraan bevestigd scherm en dat draaibaar is in twee axiaal op enige afstand van elkaar gelegen 5 consoles en voorts van een pcelie^ aan de naaf waarvan het einde van een koord is bevestigd, welk koord op de naaf kan worden gewikkeld in een richting welke tegengesteld is aan die waarin het scherm op het cilindrische orgaan wordt gewikkeld zodanig dat het afwikkelen van het koord van de poelie resulteert in een opwikkelen 10 van het scherm op het cilindrische orgaan of omgekeerd.

De tot nog toe bekende jaloezieën hebben eveneens een langgerekt cilindrisch lichaam doch dit staat onder invloed van een torsieveer welke het scherm om dat lichaam tracht te wikkelen en blokkeermiddelen welke worden bediend door contragewichten terwijl 15 voorts middelen aanwezig zijn welke het cilindrische orgaan in elke gewenste hoekstand arreteren.

De bekende jaloezieconstructie is betrekkelijk gecompliceerd en heeft vele nadelen bijvoorbeeld de moeilijkheid van het stoppen van het scherm in een bepaalde stand, het slaan wanneer het scherm 20 wordt opgewikkeld en het feit dat het scherm zich bevindt op enige afstand van het raamfreem, terwijl dit in de naar omlaag gerichte toestand is zodat warmteverliezen, tocht ei onvoldoende afscherming van het licht ontstaan.

Er zijn reeds verschillende proeven gedaan om een jaloezie 25 te verschaffen zonder de genoemde nadelen en ook het doel van de 790 83 75 ► -2- uitvinding is de bestaande bezwaren te ondervangen.

De tot nog toe gedane proeven hebben echter geen succes gehad aangezien een bepaald bezwaar niet is opgeheven nl. het bi«j het op en afwikkelen in de war raken van het koord, de moeilijkheid 5 dat dit van de poelie af kan springen en knopen ontstaan, terwijl ook het in een bepaalde opwindstand vasthouden van een scherm niet op eenvoudige en veilige wijze mogelijk. is.

Het doel van de uitvinding is de verschillende bezwaren te ondervangen en een jaloezie constructie te verschaffen waarbij het 10 cilindrische orgaan tijdens het af rollen van het scherm naar het raamfreem kan bewegen zodat dit daarmede in contact kan komen en aldus een doelmatig licht- en warmtescherm wordt verkregen.

De bijzonderheden, van de uitvinding worden onder verwijzing naar de tekening besproken. Daarin toont: 15 fig. 1 een zijaanzicht van een jaloezie constructie volgens de uitvinding; fig. 2 een doorsnede van een einde van het jaloezie; fig. 3 een perspectivisch aanzicht van een geleidingsmof voor de jaloezie; 20 fig. k een perspectivisch aanzicht van een van de consoles voor de jaloezie; fig. 5 'een doorsnede door de geleidings- en blokkeermiddelen van de rol in de geblokkeerde toestand; fig. 6 een zijaanzicht van fig. 5 doch in de niet-geblokkeer-25 de toestand; fig. 7 een eindaanzicht van de middelen volgens fig. 5 en 6; fig. 8 een doorsnede door een schokopnemende knop voor het koord van de jaloezieconstructie; en fig. 9 een doorsnede door een andere uitvoeringsvorm van de '30 geleidings- en blokkeermiddelen van de jaloezie.

Bij de jaloezieconstructie volgens fig. 1 is het buisvormige orgaan 1 aan de einden voorzien van steunmiddelen 2. Dit bestaat uit een buisvormig gedeelte 3 dat met wrijving in het einde van de buis 1 is gezet, een flens i, welke met de einden van de buis steunt op 790 8 3 75 -3- het geleidingsvlak 5 dat een flens of poelie vormt, waarvan de naaf door 6 is aangeduid en een andere flens welke is aangeduid door 7, "buiten welke flens 7 een steelgedeelte 8 naar buiten steekt. De diameter van de naaf 6 is aanzienlijk kleiner dan die van de buis 1,.

5 zoals nog nader zal worden toe gelicht. Het eindorgaan dat niet is weergegeven ^rsdriLt van dat als getekend dat de delen 5-7 van de poelie niet aanwezig zijn.

Een koord 9 is met êén uiteinde bevestigd aan de naaf 6 en kan zodanig op de naaf worden gewikkeld, dat bij het trekken aan 10 bet koord de buis 1 tegen de klok in draait, gezien in fig. 1.

De stelen of tappen 8 van de buis zijn gemonteerd in langwerpige openingen 10 in de consoles of zadels 11, welke zijn voorzien van een plat bevestigingsdeel 12 en schroefgaten 13.

De zadels zijn bij voorkeur vervaardigd uit plasticmateriaal 15 met verende eigenschappen zoals acetaalplastic. Ten minste één van de zadels heeft een verticale sleuf 1k welke in verbinding staat met een langwerpige opening 10 via een versmald gedeelte zodat het mogelijk is de tap 8 in de opening 10 te zetten door deze door de vernauwde sleuf 1l heen te drukken. Het vlak waarin zich de sleuf 1U 20 bevindt is aangeduid door 15· De mof 16 is met enige speling om de flenzen 5 en 7 van de poelie gezet zodanig dat deze in de sleuf kan draaien terwijl deze laatste voorzien is van sleuven 17a, 17¾ welke in hoofdzaak tangentiaal op het binnenvlak staan. Door êén van de sleuven kan het koord 9 worden gevoerd en de reden dat er 25 twee sleuven aanwezig zijn is, dat de mof zowel aan de linker als aan de rechter zijde van de rol gemonteerd kan worden. De mof ΐβ heeft voorts een uitsteeksel 18 welke langs het vlak 15 van het zadel kan glijden zodat de mof met de poelie kan draaien doch wel naar omlaag .kan verplaatsen. De breedte van elke sleuf 17a, 17b is 30 iets groter dan de diameter van het koord en de diepte is zodanig gekozen dat het koord bij het op en afwikkelen in contact is met het eindviak van de sleuf, waardoor de richting kan omkeren hetgeen resulteert in een regelmatig in lagen opwlkkelen van het koord.

780 83 75 φ -4- \

Het regelmatig op- en afwikkelen in axiale richting zowel als in radiale richting "betekent dat de hoek van het koord, ten opzichte van de.mof steeds binnen bepaalde grenzen wordt gehouden.

Het koord loopt door geleiding- en blokkeermiddelen 20, 5 welke bevestigd zijn aan het raamfreem. 19 en zij bestaan uit een onder veerverking staande arm 21 welke bij 22 draaibaar is op een U-vormig console 23 waarvan het ruggedeelte 2U schroefgaten heeft ter bevestiging aan het raamfreem terwijl de flenzen voorzien zijn van openingen 22 voor tappen welke bevestigd zijn aan de arm 21 10 of een tap welke door een opening in die arm heenloopt. De arm 21 heeft voorts blokkerende uitsteeksels 25 en aangezien een niet weergegeven veer de neiging heeft de arm tegen de klok in te draaien, gezien in fig. 1, en aangezien bedoelde uitsteeksels met het eind op enige afstand onder het draaipunt liggen, zal het uitsteeksel 15 het koord 9 tegen het ruggedeelte 2k van de console 25 aandrukken en dit dus blokkeren. Dit is de blokkerende functie van de gelei-dings- en blokkeermiddelen 20. Wanneer de geleidings- en blokkeermiddelen op enige afstand bijvoorbeeld meer dan 30 cm onder de mof 16 zijn gelegen zal het koord steeds onder een zodanige hoek. ten 20 opzichte van de sleuf in de mof komen, dat een regelmatig opwikkelen verzekerd is dat wil zeggen dit is de functie van het orgaan 20.

Het scherm of gordijn 26 is aan de buis 1 bevestigd en wordt daarop gewikkeld in de richting die tegengesteld is aan de opwikkel-richting van het. koord, en is aan het ondereinde voorzien van een 25 zak voor het opnemen van een gewicht in de vorm van een ribbe of dergelijke, welke het scherm gespannen houdt.

De jaloezie werkt als volgt:

Wanneer het scherm of het gordijn vanuit de stand volgens fig. 1 geheel opgewikkeld moet worden is het slechts noodzakelijk 30 aan het stoporgaan 9' te trekken dat aan het koord is bevestigd.

De arm 21 zal dan iets rechtsom draaien waardoor het koord vrij kan bewegen. Het koord wordt nu van de poelie 5-7 af gewikkeld en het scherm zal op de buis 1 worden gewikkeld. Aangezien de diameter van de naaf 6 van de poelie 5-7 slechts ongeveer 50% van de diameter 790 8 3 7a -5- van de buis 1 is zal dus ongeveer een..dubbele lengte aan scherm opgerold worden. Wanneer het scherm is opgerold -wordt het stoporgaan . · afe 9’ losgelaten waarbij de arm onmiddellijk naar, blokkeerstand terugkeert en het koord vasthoudt, derhalve ook het scherm.

5 Met deze beweging is de buis 1 van het raamfreem afbewogen aangezien de tappen 8 over het ondervlak van de opening 10 kunnen verplaatsen. Om het scherm te doen afwikkelen is het slechts noodzakelijk de arm 21 door een kleine druk op het vrije einde rechtsom te draaien in de richting van het raamfreem. Het uitsteeksel 25 zal 10 het koord vrijgeven en het gewicht van het scherm zal dit doen afrollen. Deze beweging vindt snel plaats wanneer de arm 21 geheel wordt ingedrukt doch langzamer wanneer de arm 21 slechts gedeelte— lijk wordt ingedrukt door het loslaten van de arm 21 kan het scherm in elke gewenste stand worden gestopt.

15 3ij het afrollen beweegt de buis 1 in de richting van het raamfreem als gevolg van het feit dat de tappen 8 over het ondervlak van de opening 10 verplaatsen waardoor het scherm 26 tegen het raamfreem wordt aangedrukt en dus tocht- en warmteverliezen uit de kamer tot een minimum worden beperkt terwijl een doeltreffende 20 licht af scheming wordt verkregen.

Doordat de mof 16 niet draaibaar doch wel verplaatsbaar ten opzichte van het zadel is uitgevoerd en door de aanwezigheid van geleidingsmiddelen van het koord ten opzichte van die mof vindt het op- en afwikkelen gecontroleerd plaats en door de gelei-25 dingsmiadelen tevens uit te voeren als blokkeermiddelen is het mogelijk het scherm eenvoudig en betrouwbaar in elke stand vast te zetten.

Het scherm van de jaloezie volgens de uitvinding kan ook gemakkelijk worden uitgewisseld door het lesmaken van de arm 21 van 30 de ondersteuning 23 en de buis"* met de tappen 8 via de sleuven 1U uit te lichten.

Hierbij en ook bij het wisselen van een koord is het doelmatig dat de sleuven 17a., resp. 17b open zijn waardoor een nieuw koord op zeer eenvoudige wijze kan worden aangebracht.

790 33 75 -6- <»

Zoals blijkt uit fig. 1* kunnen de zadels 11 voorzien zijn van een middenwand 27 en flenzen 28 welke naar twee kanten uitsteken en door het aanbrengen van schroef gaten 29 in de binnenwand kunnen de zadels bijvoorbeeld zo bevestigd worden aan een deur-5 freem. Om voldoende ruimte te hebben om het stqporgaan 9' met de hand te. kunnen aanvatten moet de console 23 volgens fig. 1 een voldoende hoogte hebben terwijl voorts is vastgesteld dat door het snel naar omlaag bewegen van het scherm of het gordijn en dientengevolge een stoot, van het stoporgaan tegen de console aanleiding 10 kan geven dat het koord na enige tijd stuk gaat. Dit bezwaar kan ondervangen worden door de gelei dings- en blokkeermiddelen 20 uit te voeren als weergegeven in fi'g. 5-9· Zoals blijkt uit fig. 5 en 6 hebben de U-vormige zadels 23 een schuin verlopend ondervlak 30 terwijl het stoporgaan 9’ vervangen is door een verend orgaan 31-38 15 met een vlak 32 dat in hoofdzaak haaks op het doorheenlopende koord staat. Zoals blijkt uit fig. 8, bestaat het stoporgaan uit ' een deel 31 met een axiale boring 39 voor het doorlaten van het koord, een tweede boring 3i voor het met wrijving opnemen van het einde van de schroefveer 35 en een derde axiale boring 36. Het 20 andere einde van de veer 35 is bevestigd op het wandgedeejLte 3Ί van het tweede orgaan 38 dat verschuifbaar in de boring 36 van het eerste gedeelte is. Het halsgedeelte heeft een ringvormige kraag 39 waarover tijdens de montage êên of twee windingen van de veer 35 zijn geschoven. De montage is uitermate..eenvoudig doordat de delen 25 in elkaar worden geschoven en vastgedrukt en dan één geheel gaan vormen. Het koord 9 loopt door een boring 33 en een boring 1*0 in het deel 38 en is voorzien van een knoop 1*2.

Wanneer het scherm moet worden afgerold wordt de arm 21 gedraaid en verlaat de stand volgens fig. 5· Het scherm beweegt dan 30 naar omlaag en wanneer dit uitrolt komen de vlakken 32 van de knop 31 .of 38 in contact met de schuine vlakken 30 van de console 23·

Het vlak 32 zal dan allereerst over dat vlak verschuiven dus de spanning in het koord zal de knop doen kantelen zodat het gehele vlak 32 tegen het schuine vlak 30 aankomt. De knop neemt dan de 790 83 75 i -7- staad volgens fig. 6 in. Ben verdere trek op het koord 9 doet het orgaan 38 binnen het deel 31 bewegen tegen de werking van de veer 35 in. De trek in het koord wordt aanzienlijk verminderd terwijl de knop 32 , 38 schuin gaat staan en kan gemakkelijk worden aange-5 bracht ongeacht beperkte afmetingen van de console 23. Zoals blijkt uit fig. 7 kan een klinknagel worden gebruikt als draaipunt voor de arm 21 en door de flenzen van de console 23 schuin uit te. voeren kan deze klinknagel met de nagel worden verwijderd wanneer de geleiding en blokkeermiddelen gedemonteerd moeten worden.

10 In fig. 9 zijn de geleidings- en blokkeermiddelen weerge geven waarbij een bepaald remeffect mogelijk is. Sij deze uitvoeringsvorm heeft de arm 21 korte tappen UI* met schuine of afgeronde einden terwijl de flenzen van de console 23 verend zijn met schuine vlakken hy welke eindigen in boringen zodat de arm uit de console 15 kan worden gehaald, door de flenzen uit te buigen en de tappen hk vrijkomen van de boringen in de flenzen. Het uitsteeksel 25 is vervangen door verende uitsteeksels k6 terwijl de arm voorts voorzien is van een verende tong kj welke kan samenwerken met de con-i sole ter vorming van een vanvanging voor een afzonderlijke schrcef-20 veer. De arm 2^ voorts een verend uitsteeksel U8 dat in contact kan komen met het koord. Door de arm 21 op de weergegeven wijze uit te voeren worden'de navolgende voordelen bereikt: De montage van de geleidings- en blokkeermiddelen wordt aanzienlijk vereenvoudigd opdat geen afzonderlijke schroefveer meer nodig is, terwijl de arm 25 21 slechts door druk in de juiste stand kan komen. De flenzen zijn verend en komen in een oorspronkelijke stand terug zodra de tappen de legerboringen hebben bereikt. De werking is vereenvoudigd doordat een snel afrollen van het scherm mogelijk is door de verende tong 1*8 in contact te brengen met het koord als gevolg .van een 30 kleine op de arm uitgeoefende druk.

790 33 75

Claims (8)

1. Jaloezieconstructie "bestaande uit een buisvormig, langgerekt . orgaan vaar aan êên einde van een s cherm bevestigd is en dat draaibaar is., op tvee op enige, afstand, van elkaar geplaatste zadels of consoles, welk buisvormige orgaan voorzien is van een poelie,op de 5 naaf waarvan een koord kan worden, gewikkeld in een richting welke tegengesteld is aan de richting waarbij het scherm op het buisvor-• mi ge orgaan wordt gewonden, met het kenmerk, dat de mof draaibaar is opgenomen. in ten minste êén flens van de poelie (9) en voorzien is van een in hoofdzaak tangentiale sleuf voor het doorlaten van 10 het koord, welke mof niet draaibaar op de console is bevestid zodanig dat de opening in. hoofdzaak tangentiaal naar omlaag wijst terwijl geleidings- en blokkeermiddelen aanwezig zijn voor het koord teneinde dit in een bepaalde, stand te kunnen vastzetten, welke middelen op enige afstand onder de mof zijn gemonteerd en bestaan 15 uit een verende, arm welke het koord (11) tegen, een vlak van de geleidings- en blokkeermiddelen kan drukken zodanig dat het koord aangetrokken kan worden in een richting waarbij het scherm op het buisvormige orgaan wordt gewonden doch in tegengestelde zin wordt geblokkeerd totdat de arm wordt bediend.

2. Jaloezie volgens conclusie 1 , met het kenmerk, dat het buis vormige orgaan draaibaar en verschuifbaar in openingen van de consoles is, terwijl de mof aan de bovenzijde een axiaal uitsteeksel heeft, dat over een horizontaal vlak van een van de consoles kan verschuiven. 25 3· Jaloezie volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de ope ning voor het koord bestaat uit een axiale sleuf aan een einde van de buisvormige mof. U. Jaloezie volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de geleidings- en blokkeermiddelen bestaan uit een U-vormig zadel of con-30 sole met coaxiale legerboringen in de flenzen en een blokkeerarm welke in de console draaibaar is, welke arm een uitsteeksel heeft 790 83 75 -9- dat door een veer wordt aangedrukt en het koord tegen het rugge-deelte van de console aankomt in een gedeelte dat onder het draaipunt van de arm ligt, welke ara met de hand tegen de werking van de veer in, kan worden gedraaid.

5. Jaloezie volgens conclusie U, met het kenmerk, dat de flenzen van de console verend zijn uitgevoerd terwijl de arm twee korte coaxiaal lopende tappen heeft met schuine of afgeronde einden voor het losneembaar in de consoles opnemen van de blokkeer armen.

6. Jaloezie volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de con-10 sole van de geleidings- en blokkeermiddelen alsmede de blokkeerarm vervaardigd zijn uit een plastimateriaal met verende eigenschappen waarbij een van deze organen ten minste een verende tong heeft welke dient als veer teneinde de arm in de werkzame stand te houden.

7. Jaloezie volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de dia-15 meter van de naaf van de poelie aanzienlijk kleiner is dan de diameter van het buisvormige orgaan voor het scherm.

8. Jaloezie volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat een verende knop bestaande uit twee delen welke in elkaar kunnen schuiven en een veer opnemen met êên van de delen bevestigd is aan het koord 20 terwijl de geleidings— en blokkeermiddelen voorzien zijn van een schuin vlak waartegen het eindvlak van de verende knop kan rusten wanneer het scherm naar omlaag is bewogen en de knop een schuine stand inneemt.

9. Jaloezie volgens conclusie 1,met het kenmerk, dat de blok-25 keerarm een verend uitsteeksel heeft zodanig dat dit in contact komt met het koord nadat de blokkeerarm is gedraaid om het koord vrij te geven.

10. Jaloezie volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de console voor het buisvormige orgaan vervaardigd is uit plasticmateriaal 3G met een plat gedeelte voorzien van openingen voor het vastzetten van de console aan een wand of dergelijke alsmede een gedeelte dat haaks op dat vlak staat, welk laatste gedeelte langwerpige openingen heeft voor een tap van het buisvormige orgaan en een verticale sleuf, welke van het bovenvlak uitmondt in de langwerpige opening, ?90 83 75 « -10- via een versmald gedeelte waarvan de afmeting kleiner is dan de diameter van een tap van het buisvormige orgaan, terwijl voorts bevestigingsopeningen aanwezig zijn voor het alternatief bevestigen van de consoles op twee op enige afstand van elkaar gelegen con-5 structie-elementen, bijvoorbeeld twee deurstijlen. 790 8 3 75