NL7906272A - Eieropstelbak en werkwijze voor het gebruik daarvan. - Google Patents

Eieropstelbak en werkwijze voor het gebruik daarvan. Download PDF

Info

Publication number
NL7906272A
NL7906272A NL7906272A NL7906272A NL7906272A NL 7906272 A NL7906272 A NL 7906272A NL 7906272 A NL7906272 A NL 7906272A NL 7906272 A NL7906272 A NL 7906272A NL 7906272 A NL7906272 A NL 7906272A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
light
tray
row
egg
eggs
Prior art date
Application number
NL7906272A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Trefolium Marketing Consultant
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Trefolium Marketing Consultant filed Critical Trefolium Marketing Consultant
Publication of NL7906272A publication Critical patent/NL7906272A/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K41/00Incubators for poultry
    • A01K41/06Egg-turning appliances for incubators
    • A01K41/065Egg drawers
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K41/00Incubators for poultry

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Animal Husbandry (AREA)
  • Biodiversity & Conservation Biology (AREA)
  • Packaging Frangible Articles (AREA)
  • Apparatus Associated With Microorganisms And Enzymes (AREA)

Description

, ' S Si/tj/MSB/1· - 1 - „ f
Trefolium Marketing Consultants Limited te Londen, Groot Brittannie.
"Éieropstelbak en werkwijze voor het gebruik daarvan1*·
De uitvinding heeft betrekking op het kunstmatig uitbroeden van eieren. Van bijzonder praktisch belang, is het kunstmatig uitbroeden van kippe-eieren,. maar de uitvinding is evengoed toepasbaar op het kunstmatig uitbroeden van andere 5 hardschalige eieren.
Deze eieren worden gewoonlijk kunstmatig üitgebroed op bakken, waarbij elke bak een oppervlak heeft dat voorzien is van houders (bijvoorbeeld uitsparingen of gaten) om de afzonderlijk bevruchte eieren op te nemen, waarbij de volge-10 laden bakken in een omgeving worden gebracht en gehouden (gewoonlijk met tussenruimten boven elkaar), welke omgeving gunstig is voor het uitbroeden van de eieren op de bakken.
Het verlichten van de eieren, en van de einden met de vruchtzak in het bijzonder, kan de vroegere embryoni-15 sche groei en het succes van de daarop volgende uitbroeding en de levensduur van de kip verbeteren, waardoor broedresul-taten. worden verkregen die beter zijn in vergelijking met die welke worden bereikt zonder een dergelijke verlichting van de eieren.
20 Tot nog toe was het niet mogelijk een dergelijke plaatselijke verlichting, van de eieren uniform en met een economisch en doelmatig gebruik van het licht uit te voeren.
De huidige uitvinding verschaft een werkwijze voor het uitbroeden van eieren waarin de eieren worden ondersteund 25 in een rij op een bak en plaatselijk bij de einden met de vruchtzak worden verlicht door een rij afzonderlijke lichtstralen van een rij plaatselijke afzonderlijke lichtui'tlaten die op een afstand van elkaar zijn .aangebracht boven licht-geleidingsmiddeien die licht ontvangen van een uitwendige 30 bron en ten minste een deel van de bakvormen of van een vertikaal aangrenzend deel of aangrenzende delen, dié in het algemeen evenwijdig lopen aan de bak, vormen. Ook geeft de 790 62 72 9 2 -4 uitvinding een eieruitbroedinrichting die eierondersteunings-middelen omvat voorzien van houders die in een eerste rij zijn aangebracht voor het .opnemen van respektieve afzonderlijke eieren in een overeenkomende rij, en lichtgeleidings-5 middelen die zich nabij de eerste rij uitstrekken en zodanig zijn aangebracht dat deze licht kunnen ontvangen van een uitwendige bron, waarbij de lichtgeleidingsmiddelen afzonderlijke plaatselijke lichtuitlaten hebben die op een afstand van elkaar liggen in een tweede rij om dat ontvangen licht plaat-10 selijk naar een einde van elke houder te geleiden.
In het algemeen zal de werkwijze en de inrichting volgens de onderhavige uitvinding een aantal boven elkaar geplaatste eieropstelbakken gebruiken, met een plaatselijke verlichting voor één bak die door lichtgeleidingen worden ge-15 leverd door die bak, door een aangrenzende bak, of door een extra aangebrachte vertikale verlichtingscomponent. De uitvinding verschaft dus een .eieropstelbak met een rij houders voor het opnemen van respektieve afzonderlijke eieren en, zich uitstrekkend nabij de rij, een lichtgeleiding of -geleidingen 20 met gedeelten die licht kunnen opnemen van een uitwendige bron en afzonderlijke, plaatselijke lichtuitlaten hebben, die op een afstand van elkaar zijn aangebracht, verdeeld over de bak om dat opgenomen licht van ten minste één vlak van de bak weg te geleiden in een reeks afzonderlijke lichtstralen, en een 25 eieropstelbak met een rij houders voor het opnemen van respektieve afzonderlijke eieren en, zich uitstrekkend nabij de rij, een lichtgeleiding of -geleidingen met gedeelten, welke licht kunnen .ontvangen van een uitwendige bron en afzonderlijke plaatselijke lichtuitlaten hebben die op een afstand van 30 elkaar liggen zodanig, dat het ontvangen licht plaatselijk naar een einde van elke houder van de bak gericht kan worden. Ook wordt een verlichtings-opzetstuk voor een eieropstelbak verschaft, waarbij het opzetstuk een lichtgeleiding of -geleidingen omvat, met gedeelten welke licht kunnen ontvangen van 35 een uitwendige bron en afzonderlijke plaatselijke lichtuitlaten hebben, die op een afstand van elkaar liggen in een rij zodanig dat het ontvangen licht plaatselijk van ten minste 790 62 72 * - 3 - * één vlak van het opzetstuk in een overeenkomende rij afzonderlijke stralen kan worden omgezet- De lichtgeleidingen kunnen uitgevoerd worden als aanvankelijk gescheiden organen ter bevestiging aan een reeds bestaande bak of een voorgevormd 5 opzetstukondersteuning, maar deze vormen bij voorkeur een konstruktief deel van de bak of het opzetstuk waarbij deze behoren; in een bak worden de houders dus bij voorkeur ten minste gedeeltelijk bepaald door de lichtgeleidingen en de bakken en opzetstukken volgens de uitvinding zijn in feite .
10 bij voorkeur tot één geheel gevormde eenheden van lichtgelei-dend materiaal, elk met een samengestelde lichtgeleiding.
Ook wordt een verlichtingswagen verschaft, bedoeld om gebruikt te worden bij de huidige werkwijze en. inrichting volgens de uitvinding.
15 In één toepassing van de uitvinding worden de eieren op de conventionele wijze ondersteund, met de luchtzak omhoog, op een aantal eieropstelbakken, die boven elkaar in een stapel zijn aangebracht, waarbij elke bak houders heeft, die op een rij liggen en respektieve afzonderlijke eieren in die rij 20 ondersteunen, bijvoorbeeld in een vierkante of hexagonale dichte stapeling. Elke bak heeft lichtgeleidingen die zich uitstrekken tussen de eieren in de bijbehorende rijen, waar-' bij afzonderlijke plaatselijke lichtuitlaten aanwezig zijn verdeeld over de lengte van de lichtgeleidingen in een tweede 25 rij en welke lichtgeleidingen licht naar beneden richten en plaatselijk naar de boveneinden van de eieren op de bak daaronder. De lichtuitlaten van één bak zullen gewoonlijk tussen de eierhouders zijn aangebracht, dat wil zeggen in een rij die verschoven licht ten opzichte van de eierhouderrij, waar-30 bij de eierhouders in de bak daaronder op één lijn liggen met de lichtuitlaten .van de bak daarboven. In de meest geschikte uitvoering hebben de eieropstelbakken ter plaatse van de gaten waar de eieren worden aangebracht een conventionele rooster-of gaasvorm,. waarbij ten minste enige van de wanden welke- het 35 rooster bepalen van lichtgeleidend materiaal zijn en de genoemde lichtgeleidingen.vormen? de gehele bak kan als één geheel worden gevormd van-lichtgeleidend materiaal, bijvoorbeeld van een doorzichtig kunststofmateriaal zoals een. polyacrylaat- 790 62 72 Λ - 4 - kunststof, waarbij de staven welke het rooster vormen de licht-geleidingen zijn met de gelocaliseerde lichtuitlaten. Elke lichtuitlaat kan bijvoorbeeld worden verkregen door de licht-geleiding op de gewenste plaats te voorzien van een onder een 5 hoek staand gedeelte in één. oppervlak, zodat langs de geleiding bewegend licht dat dit oppervlak tegenkomt, door het tegenoverliggende vlak van de geleiding naar buiten gereflecteerd wordt; het licht kan door een pen of uitstekend gedeelte van de lichtgeleiding stromen, waarvan het uitgaande oppervlak 10 hol of bol kan zijn al naar gelang het uitgezonden licht'gespreid of gefocusseerd moet worden. Met deze uitvoeringsvorm is het dus mogelijk, inrichtingen te gebruiken voor het opstapelen van de bakken, en om bakken te gebruiken met een conventionele vorm en constructie, die echter van doorzichtig mate-15 riaal zijn, waardoor de gewenste lichtgeleidingen worden verkregen. In de praktijk is het gunstig de bovenste bak van de stapel leeg te laten en behoeft de onderste bak natuurlijk geen lichtgeleidingen te omvatten.
In een andere uitvoeringsvorm omvat een eieropstel-20 bak lichtgeleidingen met plaatselijke afzonderlijke lichtuitlaten, die de in de bak aanwezige eieren verlichten, in plaats van de eieren op een andere bak. Een dergelijke bak kan bijvoorbeeld een. basis hebben met opstaande uitsteeksels, welke een reeks houders bepalen voor de eieren met de luchtzakken 25 aan de onderzijde. De basis van de bak omvat dan lichtgeleidingen of vormt,-zelf een lichtge leiding met afzonderlijke, plaatselijke lichtuitlaten waardoor licht omhoog gericht wordt door de basis van elke houder heen. De gehele bak kan natuurlijk weer van lichtgeleidend materiaal zijn, zoals polyacrylaat 30 of. een andere doorzichtige kunststof. Wanneer de eieren in een zodanige/stand gehouden moeten worden, dat de luchtzak zich aan de bovenzijde bevindt, kunnen uitsteeksels van de basis van de bak zich uitstrekken tot aan de bovenzijde van de eieren en kunnen deze zelf een deel vormen van de. lichtge-35 leidingen waarbij de lichtuitlaten van deze uitsteeksels het licht in dwarsrichting naar de boveneinden van de eieren richt. In een modificatie van deze laatste constructie zijn de hou- 790 6 2 72 - 5 - ders zodanig gevormd, dat deze de eieren aan de zijkanten vasthouden, waarbij lichtuitlaten in de uitsteeksels het licht naar de luchtzakken van de eieren richt. Deze zelf-verlichtende soorten bakken zullen normaal ook gebruikt wor-5 den in een vertikale stapeling.
In een andere uitvoeringsvorm worden de eieren verlicht door middel van een boven de eieropstelbak aangebracht opzetstuk, dat lichtgeleidingen heeft met plaatselijke lichtuitlaten, die licht plaatselijk naar beneden op de boven- 10 einden van de eieren op de bak richt. Op deze wijze kunnen geheel bestaande conventionele inrichtingen worden gebruikt, met behulp van de opzetstukken en een geschikte lichtbron daarvoor. Het opzetstuk wordt op geschikte wijze gevormd als een êên geheel vormende plaat van lichtgeleidend materiaal; 15 een reeks kegelvormige indrukkingen in het bovenoppervlak van het opzetstuk zal licht naar beneden richten door het onder-oppervlak van het opzetstuk heen vanaf een overeenkomende reeks plaatselijke lichtuitlaten die wat plaats betreft over-eenkomendmet de houders voor de eieren in de bak daaronder 20 zijn aangebracht. Het opzetstuk.wordt bij voorkeur ook voorzien van een reeks perforaties of relatief grote gaten daardoorheen om een voldoende ventilatie mogelijk te maken. De binnen- en buitenranden van het opzetstuk worden bij voorkeur zodanig gevormd, dat het licht maximaal inwendig wordt gere- 25 flecteerd, om de dissipatie van licht van de buitenrand en de randen van eventuele ventilatiegaten te verminderen. De eier-opstelbakken zullen normaal in een vertikale stapeling worden gebruikt, waarbij elke bak wordt voorzien van een eigen plaatselijk verlichtend opzetstuk.
30 De verlichtingsbakken en/of -opzetstukken overeen komstig de uitvinding kunnen hun licht ontvangen van êén of meer afzonderlijke uitwendige lichtbronnen. Een uitwendige lichtbron, indien gebruikt, heeft bijvoorbeeld de vorm van een beweegbare wagen met een batterij van lichtbronnen (bij- 35 voorbeeld rechtopstaandeof horizontale fluorescentiebuizen die naast elkaar zijn gemonteerd) en aan de achterzijde waarvan een reflector of reflectoren geplaatst kunnen zijn die 790 62 72 * ► 4 ’* - 6 - plat kunnen zijn of een kegelvorm of veelhoekige doorsnede hebben; een dergelijke wagen kan dan worden gebruikt om tegelijkertijd een aantal bakken en/of opzetstukken te verlichten die boven elkaar zijn aangebracht in een stapel, en deze wagen 5 kan indien gewenst van stapel naar stapel worden bewogen. Ook kan elke afzonderlijke bak of elk afzonderlijk opzetstuk een eigen lichtbron of lichtbronnen hebben, bijvoorbeeld een evenwijdig aan een rand van de bak of het opzetstuk gemonteerde fluorescentiebuis. In elk geval zal het licht bij voorkeur 10 worden verzameld om naar de bak of het opzetstuk overgebracht te worden door middel van ten minste één lens, die bij de bak of het opzetstuk hoort of één geheel daarmee vormt. De of elke lens kan dus als één geheel in de bak of het opzetstuk worden gevormd, of zou bijvoorbeeld een afzonderlijk onderdeel 15 kunnen zijn dat op de bak of het opzetstuk wordt geklemd. De bakken of de opzetstukken kunnen zodanig worden ontworpen, dat deze verlichting langs slechts één rand ontvangen, of langs meer dan één rand, bijvoorbeeld langs tegenover elkaar liggende randen.
20 Bakken volgens de uitvinding kunnen ook worden ge bruikt met middelen voor het regelen van de temperatuur van de afzonderlijke eieren die daardoor worden opgenomen, bijvoorbeeld door daarin opgenomen middelen voor het geleiden van infrarood-straling,. of kanalen voor verwarmings- of koellucht. 25 Hierna zullen, zuiver als voorbeeld, uitvoerings vormen van de uitvinding worden beschreven aan de hand van de bijgevoegde tekeningen, waarin dezelfde elementen telkens met dezelfde referentienummers zijn aangegeven.
Fig. 1 is een zijaanzicht, gedeeltelijk met wegge-30 broken delen, van een verlichtingswagen overeenkomstig de uitvinding; fig. 2: is een vooraanzicht van de wagen volgens de lijnen II-II in fig. 1; fig. 3 is een bovenaanzicht, in doorsnede, volgens 35 de lijnen III-III in fig. 1, van een afzonderlijke fluorescén-tiebuis met bijbehorende reflector; fig. 4 is een schematisch gedeeltelijk bovenaanzicht van een eieropstelbak volgens de uitvinding? 790 6 2 72 - 7 - fig. 5 en 6 zijn aanzichten, in doorsnede, volgens de lijnen V-V en VI-VI in fig. 4 en 5, welke schematisch de plaatselijke verlichting door de bak van fig. 4, van de eieren in een bak daaronder aangeeft; 5 fig. 7 is een schematisch gedeeltelijk bovenaan zicht van een andere eieropstelbak volgens de uitvinding, ontworpen, voor verlichting langs slechts êên rand; fig. 8 is een zijaanzicht in doorsnede volgens de lijn VIII-VIII in fig. 7; 10 fig. 9 is een met fig. 8 overeenkomend aanzicht van een modificatie van de bak volgens fig. 7, bedoeld voor verlichting langs tegenover elkaar liggende randen; fig. 10 is een gedeeltelijk schematisch bovenaanzicht van een derde eieropstelbak volgens de uitvinding; 15 fig. 11 is een zijaanzicht in doorsnede, volgens de lijn XI-XI in fig. 10; fig. 12 is een gedeeltelijk schematisch aanzicht van een verlichtingsopzetstuk volgens de uitvinding; en fig. 13 is een zijaanzicht in doorsnede, volgens 20 de lijn XIII-XIII in fig. 12.
De in fig. 1-3 van de tekeningen getoonde ver-lichtingswagen 2 omvat een basis 4 en een huis 6, dat op wielen 8 is gemonteerd en een reeks vertikaal naast elkaar aangebrachte fluorescentiebuizen 10, die voorzien zijn van afzon-25 derlijke aluminium-reflectoren 12. De fluorescentiebuizen kunnen bijvoorbeeld 180 cm lang zijn, waarbij de wagen totaal ongeveer 205 cm hoog is. Schakelaars, starters en ballast-smoorspoelen die in het moduul 14 zijn ondergebracht kunnen met het elektriciteitsnet en de fluorescentiebuizen 10 worden 30 verbonden. Zoals in fig. 3 is aangegeven, produceren de reflectoren 12, die licht ontvangen van de buizen 10, elk een ten minste nagenoeg evenwijdige bundel gereflecteerd licht. Zoals in fig. 1 zuiver schematisch is aangegeven, kan de wagen 2 in een werkzame verlichtingsrelatie worden gereden met een stapel 35 eieropzetbakken 18 en/of bakopzetstukken 20, overeenkomstig de onderhavige uitvinding.
De figuren 4-6 geven êên eieropstelbak vdgens de uitvinding weer, die geschikt is om gebruikt te worden met 790 62 72 - 8 - een verlichtingswagen zoals getoond in fig. 1-3. Deze bak 18 is een in één geheel gevormd lichaam van doorzichtige acryl-hars in de vorm van een rooster met vierkante mazen r met twee tegenover elkaar liggende rechte wanden 22 en twee tegenover 5 elkaar liggende zig-zagvormige wanden 24. De vierkante mazen 26 van het rooster worden bepaald door de genoemde zijwanden 22 en 24 en staven 28 en dwarsstukken 30, die alle met elkaar ëên geheel vormen. De basis van elke. staaf 28 heeft een in dwarsrichting vergroot gedeelte 32 halverwege elke maas 26? 10 kippe-eieren, aangegeven met streep-stippellijnen bij 34, worden met de luchtzak omhoog in de respektieve afzonderlijke mazen 26 geplaatst, (met een aantal van bijvoorbeeld 10 x 15) en worden ondersteund door de vergrote basisgedeelten 32 van de staven. Licht van een niet-getoonde bron, welke echter een l5 wagen zoals weergegeven in fig. 1-3 kan zijn, wordt naar de in fig. 4 rechter rand van de bak 18 gericht, zoals door de pijlen 36 wordt aangegeven. Dit licht van een uitwendige bron wordt verzameld door Fresnel-lenzen 38 die in de monden van ’de inspringende gedeelten in de zijde 24 worden geklemd en 20 welke het licht naar de afgeknotte kegelvormige lichtopnemen-de einden 40 van de staven 28 worden gelicht. De staven 28, de dwarsstukken 30, en de zijwanden 22 en 24 vormen lichtgelei-dingen, vanwaar de lichtdissipatie voor een groot gedeelte wordt geconcentreerd op op een afstand van elkaar liggende 25 lichtuitlaten, welke de basis 42 zijn van de vergrote staaf-gedeelten 32. Zoals wordt getoond is het bovenoppervlak van de staaf tegenover elk. vergroot gedeelte 32 voorzien van een V-vormige groef bij 33, om een gedeelte van het licht dat langs de staaf 28 loopt naar beneden te richten en naar bui-30 ten door de basis van het vergrote gedeelte 32. De basis van elk vergroot gedeelte kan bol zijn om het licht te focusseren of vlak, in welk geval het buitenkomende licht verspreid zal worden; indien gewenst kan het buitenoppervlak ook nog hol zijn, in welk geval het licht nog verder uitgespreid zal wor-35 den. In de praktijk zullen de bakken 18 op een afstand van elkaar boven elkaar worden geplaatst in een stapel op de schematisch in fig. 1 aangegeven wijze, waarbij de eieren in één bak verschoven liggen ten opzichte van die in de bak daar- ' 790 62 72 -9- boven, om op ëén lijn, te liggen met de lichtuitlaten 42 van de bak daarboven. De bovenste luchtzakeinden van alle eieren in de broedeenheid kunnen dus worden verlicht op een gecontroleerde en uniforme wijze door licht dat door de bak daarboven 5 wordt geleid en plaatselijk wordt uitgestraald. De bovenste geladen bak zal verlicht moeten worden door een daarboven gemonteerde lege bak. De in fig. 4-6 weergegeven bak 18 heeft een conventionele vorm en constructie, en kan dus worden gebruikt met bestaande, conventionele baksteunen. In de weerge-10 geven bak worden de eieren in vierkanten opgesteld, maar andere conventionele bakvormen, waarbij de eieren bijvoorbeeld in een hexagonale dichte stapeling worden opgesteld, kunnen evengoed worden gebruikt.
De fig. 7 en 8 tonen een anderssoortige bak volgens 15 de uitvinding, waarvan de lichtgeleidingsmiddelen plaatselijke lichtuitlaten hebben, die het licht zodanig geleiden, dat de luchtzake inden van de door de bak zelf gedragen eieren plaatselijk worden verlicht. In deze bak kunnen de eieren in een hexagonale dichte stapeling worden opgesteld, aangegeven 20 niet onderbroken lijnen bij 34. De eieren worden, in dit geval met de luchtzak naar beneden, ondersteund door symmetrisch geplaatste onderdelen 50 die opstaan van de basis van de bak welke een rooster met vierkante mazen is, dat bepaald wordt door staven 28 en dwarsstukken 30, waarbij de gehele bak in 25 dén geheel gevormd is van doorzichtig kunststofmateriaal. De bak 18 kan alleen van de rechter zijde worden verlicht (gezien in fig. 7 en 8), op dezelfde wijze als de bak volgens de uitvoeringsvorm van fig. 4-6. In dit geval wordt één enkele Presnel-lens 52 aangebracht, die zich over de gehele lengte 30 van de rechter zijde van de bak uitstrekt, om licht van de uitwendige lichtbron te verzamelen en dit naar het ontvangende einde van de staven 28 te richten? in dit geval is de lens 52 in éên geheel met de bak 18 zelf gevormd. De onderzijde van elke staaf 28 heeft onder een hoek staande reflectieoppervlak-35 ken 54, die ten opzichte van elkaar over de lengte van de staaf verschoven zijn aangebracht en welke het langs de licht-geleiding (staaf) 28 bewegende licht naar buiten geleiden door de bijbehorende plaatselijke lichtuitlaten 56, die worden ge- 790 6272 / - 10 - vormd door de afgeknot kegelvormige uitsteeksels 58 in het bovenoppervlak van de staaf en welke de bases van de eierhou-ders vormen. Zoals in het geval van de uitvoeringsvorm volgens fig. 4-6 kan het uitlaatoppervlak van elke lichtuitlaat 56 5 zodanig worden gevormd, dat het naar buiten komende licht gespreid of gefocusseerd wordt.
Fig. 9 toont een bak 18 overeenkomstig de uitvinding die in wezen gelijk is aan die in fig. 7-8, maar welke bedoeld is om aan twee tegenover elkaar liggende zijden ver-10 licht te worden. In dit geval zijn Fresnel-lenzen aangebracht, êën langs elk van de twee tegenover elkaar liggende randen van de bak 18 en elke staaf 28 heeft een onderzijde die eerste reflecterende oppervlakken 60 voor het richten van het licht van de rechter lens door de lichtuitlaten 56 naar buiten, en 15 een in dw'arsrichting daaraan grenzend stel reflecterende oppervlakken 62 voor het richten van het licht van de linker lens door de lichtuitlaten naar buiten.
Fig. 10 en 11 tonen een andere eieropstelbak volgens de uitvinding, die in wezen gelijk is aan die volgens 20 fig. 9, maar welke echter opstaande onderdelen 50 heeft, die zodanig zijn aangebracht dat de eieren 34 liggend worden ondersteund. Zoals het geval was met de uitvoeringsvorm volgens fig. 9 is die volgens fig. 10 en 11 bedoeld om aan twee zijden verlicht te worden, waarbij de onderzijde van elke staaf 28 25 voorzien is van twee in dwarsrichting‘naar elkaar liggende stellen reflecterende oppervlakken om licht door de op een afstand van elkaar liggende lichtuitlaten naar buiten te richten. In dit geval beweegt het naar buiten tredende licht omhoog door het opstaande deel 63 en wordt van het oppervlak 64 30 gereflecteerd om het luchtzakeinde van het daarnaast· liggende ei te verlichten.
De fig. 12 en 13 tonen een verlichtingsopzetstuk volgens de uitvinding, dat goed gebruikt kan worden in combinatie met conventionele niet-verlichte eieropstelbakken. Het 35 weergegeven opzetstuk 20 is een in één stuk gevormd onderdeel van doorzichtig synthetisch kunststofmateriaal dat op een conventionele bak in een conventionele stapel gemonteerd kan worden om de omhoog gekeerde luchtzakeinden van de eieren in . 790 62 72 - 12 - *1.
een bak. daaronder plaatselijk te verlichten. Het opzetstuk bestaat uit een in één geheel gevormde plaat 70 met een reeks gaten 72 daardoorheen om een goede ventilatie mogelijk te maken. Het bovenoppervlak van de plaat is voorzien van een 5 reeks kegelvormige uitsparingen 74, waarvan de reflecterende oppervlakken het door de plaat stromende licht naar beneden richten door de overeenkomstig geplaatste lichtuitlaten 76, naar de einden van de eieren in een bak daaronder, waarbij de lichtuitlaten aangebracht zijn op één lijn met de einden 10 van de eieren. Het opzetstuk 20 is in één geheel voorzien van twee Presnel-lenzen 78 die zich over de gehele lengte van respektieve randen aan weerszijden van het opzetstuk uitstrekken. Het weergegeven opzetstuk is bedoeld om gebruikt te worden met een uitwendige lichtbron zoals die volgens fig. 1-3, 15 maar zou evengoed kunnen worden voorzien van middelen voor het bevestigen.daaraan van een eigen lichtbron (bijvoorbeeld een fluorescentiebuis, evenwijdig aan en langs elk lichtont-vangende einde.
De vrije randen 80 van de ventilatieopeningen 72 20 en de vrijliggende buitenranden 82 van de plaat 70 hebben een zodanige vorm, dat deze retroreflecterend zijn en het licht dus in het opzetstuk houden, waardoor de dissipatie door deze randen wordt verminderd.
Met de uitvinding kunnen de eieren die uitgebroed 25 worden dus op gewenste wijze uniform plaatselijk worden verlicht, waarbij een doelmatig gebruik wordt gemaakt van de lichttoevoer, en bovendien wordt het mogelijk gemaakt dit te bereiken met inrichtingen van een standaard type, zodat toepassing van de uitvinding niet de kosten van een volledige 30 vervanging van bestaande inrichtingen door nieuwe noodzakelijk maakt.
790 62 72

Claims (21)

1. Eieropstelbak met een reeks houders voor het opnemen van respektieve afzonderlijke eieren, gekenmerkt door een zich langs de rij uitstrekkende lichtgeleiding of licht-geleidingen met gedeelten die licht kunnen ontvangen van een 5 uitwendige bron en afzonderlijke plaatselijke lichtuitlaten hebben, die over de bak verdeeld zijn aangebracht om dat ontvangen licht plaatselijk van ten minste één vlak van de bak weg te richten in een reeks afzonderlijke stralen.
2. Eieropstelbak met een rij houders voor het op-10 nemen van afzonderlijke eieren, gekenmerkt door een zich langs de rij uitstrekkende lichtgeleiding of -geleidingen met gedeelten die licht kunnen ontvangen van een uitwendige bron en afzonderlijke plaatselijke lichtuitlaten hebben die verspreid zijn aangebracht om dat ontvangen licht plaatselijk naar een 15 einde van elke houder van de bak te richten.
3. Bak volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat ten minste een deel van de constructie die de houders vormt van lichtgeleidend materiaal is en de lichtgeleiding of -geleidingen vormt.
4. Bak.volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het een in één geheel gevormde eenheid van lichtgeleidend materiaal is.
5. Verlichtingsopzetstuk voor een eieropstelbak gekenmerkt door een lichtgeleiding of lichtgeleidingen met 25 gedeelten die licht kunnen ontvangen van een uitwendige bron en met afzonderlijke plaatselijke lichtuitlaten die verdeeld in een rij zijn aangebracht om dat ontvangen licht plaatselijk weg te richten van ten minste één vlak van het opzetstuk in een overeenkomende rij afzonderlijke lichtstralen.
6. Opzetstuk volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat het een in één geheel gevormde eenheid van lichtgeleidend materiaal, dat de lichtgeleiding of -geleidingen vormt, omvat.
7. Opzetstuk volgens conclusie 6, gekenmerkt door ten .minste één rand welke een lichtverzamelende lens heeft, 35 die één geheel daarmee vormt en zich daarlangs uitstrekt om licht naar lichtontvangende gedeelten van het opzetstuk te 790 62 72 -13- richten.
8. Eieruitbroedinrichting met eierondersteunings-iaiddelen die houders vormen, welke in een eerste rij zijn aangebracht voor het opnemen van respektieve afzonderlijke eieren 5 in een overeenkomende rij, en middelen voor het verlichten van de houders, met het kenmerk, dat de middelen voor het verlichten van de houders lichtgeleidingsmiddelen omvatten, die zich naas.t de eerste rij uitstrekken en zodanig zijn aangebracht, dat deze licht kunnen ontvangen van een uitwendige 10 bron, waarbij de lichtgeleidingsmiddelen afzonderlijke plaatselijke lichtuitlaten hebben, die op een afstand van elkaar liggen in een tweede rij om dat ontvangen licht plaatselijk naar een einde van elke houder te richten.
9. Inrichting volgens conclusie 8, waarbij de 15 eierondersteuningsmiddelen een aantal eieropstelbakken omvatten en de middelen waarmee deze boven elkaar worden geplaatst, waarbij elke bak. een aantal houders heeft, met het kenmerk, dat de plaatselijke lichtuitlaten van het plaatselijk naar de einden van de houders van een bak richten van licht de licht-2Q uitlaten omvatten van een' lichtgeleiding of lichtgeleidingen van een vertikaal daarop volgende bak of bakken.
10. Inrichting volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de lichtgeleiding of lichtgeleidingen constructieve delen vormen van de vertikaal aangrenzende bakken. 25 ll. Inrichting volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de houders ten minste gedeeltelijk door de lichtgeleidingen worden bepaald.
12. Inrichting volgens conclusie 8, waarbij de eierondersteuningsmiddelen een aantal eieropstelbakken omvat- 30 ten en middelen waarmee deze boven elkaar worden geplaatst, waarbij elke bak een aantal houders omvat, gekenmerkt door lichtgeleidingsonderdelen die vertikaal afwisselen met de bakken en de plaatselijke lichtuitlaten hebben om het licht plaatselijk naar de einden van de houders van de daarop vol-35 gende bakken te richten.
13. Inrichting volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de bakken overeenkomstig ëén der conclusies 1-4 zijn. 790 62 72 - 14 -
14. Inrichting volgens conclusie 12, met het kenmerk./ dat de onderdelen opzetstukken volgens één der conclusies 5-7.
15. Werkwijze voor het kunstmatig uitbroeden van 5 eieren, waarbij de eieren worden verlicht, met het kenmerk, dat de op een bak in een rij ondersteunde eieren ter plaatse van de einden met luchtzak worden verlicht door een rij afzonderlijke lichtstralen van een rij. plaatselijke, afzonderlijke lichtuitlaten die op een afstand van elkaar liggen van 10 /geSeidingsmiddelen, wélke het licht ontvangen van een uitwendige bron en ten minste een deel vormen' van de bak of van een vertikaal daaraan grenzend deel of delen, die in het algemeen evenwijdig verlopen aan de bak.
16. Werkwijze volgens conclusie 15, met het ken-15 merk, dat de lichtgeleidingsmiddelen ten minste een deel vormen van een zich vertikaal nabij de bak bevindend onderdeel.
17. Werkwijze volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat het onderdeel een andere eierbak is.
18. Werkwijze volgens conclusie 16, met het ken-20 merk, dat het onderdeel een opzetstuk voor de bak is. .
19. Werkwijze volgens conclusie 15, met het kenmerk., dat de bak volgens conclusie 2 of volgens conclusie 2 · tezamen met conclusie 3 of 4 is.
20. Werkwijze volgens conclusie 17, met het ken-25 merk, dat ten minste de andere bak volgens conclusie 1, of volgens conclusie 1 tezamen met conclusie 3 of ' 4 is.
21. Werkwijze volgens conclusie 18, met het kenmerk, dat het opzetstuk overeenkomstig éên der conclusies 5 - 7 is.
22. Verlichtingsinrichting geschikt om gebruikt te worden met broedinrichtingen volgens conclusie 9-12, met het kenmerk, dat deze een wagen omvat met een van wielen voorziene basis welke een huis ondersteund met een opstaande reeks lichtbronnen die aan de achterzijde voorzien zijn van 35 reflectormiddelen, waarbij de van wielen voorziene wagen ook verbindingsmiddelen ondersteund voor het geregeld verbinden van de lichtbronnen met een elektriciteitsbron. 790 62 72
NL7906272A 1978-11-01 1979-08-17 Eieropstelbak en werkwijze voor het gebruik daarvan. NL7906272A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
GB7842708 1978-11-01
GB7842708 1978-11-01

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL7906272A true NL7906272A (nl) 1980-05-06

Family

ID=10500719

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL7906272A NL7906272A (nl) 1978-11-01 1979-08-17 Eieropstelbak en werkwijze voor het gebruik daarvan.

Country Status (3)

Country Link
DE (1) DE2934545A1 (nl)
GB (1) GB2032752B (nl)
NL (1) NL7906272A (nl)

Families Citing this family (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1011871C2 (nl) * 1999-04-23 2000-10-26 Meter Holding B V T Eierlade.
EP1367885A1 (en) * 2001-02-27 2003-12-10 Willmar Poultry Company, Inc. Methods for growth stimulation
AU2013359383B2 (en) * 2012-12-11 2018-03-01 Signify North America Corporation Controlling sex of oviparous embryos using light
US11140879B2 (en) 2012-12-11 2021-10-12 Signify North America Corporation Methods for controlling sex of oviparous embryos using light sources
WO2017048771A1 (en) * 2015-09-15 2017-03-23 Zdenko Grajcar Promoting biological responses in incubated eggs

Also Published As

Publication number Publication date
GB2032752A (en) 1980-05-14
GB2032752B (en) 1982-11-10
DE2934545A1 (de) 1980-05-14

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP0637925B1 (en) Display case with lens lighting system
US3300055A (en) Rack
US4453639A (en) Rack or holder for test tubes
NL2008749C2 (nl) Een samenstel, een kar en een container voor het kweken en/of groeien van planten.
NL7906272A (nl) Eieropstelbak en werkwijze voor het gebruik daarvan.
ES2553769T3 (es) Dispositivo para individualizar mercancías a almacenar en un almacén automatizado
US4514929A (en) Cell
EP1859673A1 (en) Lighting device and plant growing device equipped with the lighting device
US5046454A (en) Tray system for incubation and hatching operations, method during use of the tray system and use of the tray system
NL8103335A (nl) Werkwijze en inrichting voor het kweken van producten.
IT9019646A1 (it) Radiatore di luce tubolare girevole con piastre a superficie riflettente graduata
US3817588A (en) Dental console
NL8303118A (nl) Transport-, opslag- en verkoophouder.
DE29912504U1 (de) Scheinwerfer für Fahrzeuge
US4268168A (en) Egg candling device
CN209749235U (zh) 一种智能植物生长照明装置
KR20100091986A (ko) 루미네어의 정면에 있는 개체를 비추기 위한 led들을 포함하는 가늘고 긴 루미네어
IT1259462B (it) Apparato per la cottura di cibi.
CN211176655U (zh) 一种单光源可实现多处照明的透镜
NL2026855B1 (nl) Verlichtingsinrichting en systeem voor het belichten van een gewas of een voorloper daarvan
GB2088689A (en) Illumination for egg setting system
CN217591629U (zh) 一种可拼接的植物种植架及种植层架
RU223687U1 (ru) Оптический мультилинзовый блок светодиодного светильника
NL1011871C2 (nl) Eierlade.
CN110307488A (zh) Led照明装置及植物栽培架

Legal Events

Date Code Title Description
BV The patent application has lapsed