NL7905847A - Roterende offset-drukpers. - Google Patents

Description

* «

V

%

Roterende offset-drukpers.

De uitvinding heeft betrekking op een roterende offset-drukpers voorzien van een plaatci1inder en een rubber-doekci1inder, op welke met elkaar samenwerkende rol kransen 5 zijn aangebracht, die de asafstand van deze beide cilinders bepalen, alsmede van een inktwerk met tenminste een, van een bekledingslaag uit soepel materiaal voorziene inktopbrengwals, een daarmee samenwerkende inktwals en een aantal verdeelwalsen voor het aan de inktwals toevoeren van inkt uit een inktreser-10 voir en waarbij de opbrengwals wordt gedragen door om de as van de inktwals draaibare hefbomen en is voorzien van met de rolkransen van de plaatcilinder samenwerkende rolkransen voor het bepalen van de contactdruk tussen de opbrengwals en de plaatcilinder ofwel de daardoor veroorzaakte indrukking van 15 de bekledingslaag van de opbrengwals.

Roterende offset-drukpersen van de bovenbeschreven soort bevatten in het algemeen een rubberdoekci1inder en een drukcilinder, tussen welke een te bedrukken materiaal baan wordt doorgevoerd, een met de rubberdoekci1inder samenwerken-20 de plaatcilinder, een inktwerk en een vochtwerk, door middel waarvan een laag inkt en een laag bevochtigingsvloeistof op de omtrek van de plaatci1inder worden aangebracht. Het inktwerk bevat een van een bekleding uit soepel materiaal, zoals rubber voorziene opbrengwals, aan welke door middel van een 25 aantal verdeelwalsen en inktwalsen inkt vanuit een inktreser-voir wordt toegevoerd en door welke deze inkt op het omtreks-vlak van de plaatcilinder wordt aangebracht. De opbrengwals wordt hierbij met een meer of minder grote kracht tegen de plaatcilinder aangedrukt, waardoor de soepele bekledingslaag 30 daarvan in meerdere of mindere mate zal worden ingedrukt.

Deze indrukking is in het algemeen constant en de booglengte, waarover deze zich uitstrekt kan bijvoorbeeld tussen 3 en 5mm liggen. Wanneer deze indrukking te groot wordt zal de bevochtigingsvloeistof worden tegengehouden, waardoor· strepen op het 35 drukwerk ontstaan, terwijl bij eeri te geringe indrukking niet genoeg inkt op het oppervlak van de plaatcilinder zal worden aangebracht.

De plaatcilinder is voorzien van :röl kransen, die sa'menwerken met op de rubberdoekci 1 inder aangebrachte rol-40 kransen, teneinde de asafstand tussen deze beide cilinders 790 5 8 47

P

- 2 - #Λ constant te houden. Voor het waarborgen van een constante contactdruk tussen de opbrengwals en de plaatcilinder ofwel een constante indrukking van de soepele bekleding van de op-brengwals kan deze wals eveneens worden voorzien van rolkran-5 sen, die met de rol kransen van de plaatci!inder samenwerken. Hieraan is echter het bezwaar verbonden, dat als gevolg van het feit, dat de bekledingslaag van de opbrengwals tijdens de werking van de drukpers geleidelijk afslijt de diameter van deze wals kleiner wordt en met het oog hierop de oorspronke-10 lijke rolkransen van deze wals na verloop van tijd door rol-kransen met een kleinere diameter moeten worden vervangen, teneinde de vereiste contactdruk in stand te houden.

Bovendien moet bij de bekende offsèt-drukpersen bij elke verandering van het formaat van het te vervaardigen druk-15 werk, alvorens met het afdrukken van het nieuwe formaat wordt begonnen de contactdruk tussen de opbrengwals en de plaatci-linder opnieuw worden ingesteld, teneinde drukwerk van goede kwaliteit te verkrijgen. Deze voorafgaande instel bewerking brengt een niet te verwaarlozen tijdverlies met zich mede.

20 De uitvinding verschaft een roterende offset-drukpers van de bovenbeschreven soort, waarbij de genoemde bezwaren zijn vermeden, doordat daarbij volgens de uitvinding de as van de opbrengwals in de rolkransen van deze wals is gelagerd door middel van op deze as bevestigde excentrische naven, die 25 door middel van rollagers draaibaar in de rolkransen zijn aangebracht, terwijl op het ene uiteinde van deze as een tandwiel is bevestigd, dat met een bedieningsas voor het regelen van de contactdruk van de opbrengwals op de plaatci1inder is gekoppeld.

30 De uitvinding verschaft derhalve een roterende offset- drukpers, welke is voorzien van een mechanisme, waarmede de contactdruk tussen de opbrengwals en de pl aatci 1 i rider op zeer eenvoudige wijze kan worden geregeld door de afstand tussen deze beide.ci1inders te veranderen.

35 De drukpers volgens de uitvinding heeft het belang rijke voordeel, dat het daarbij in geval van slijtage van de opbrengwals niet noodzakelijk is om de rolkransen van deze wals door andere rolkransen met een kleinere diameter te vervangen, doch in plaats daarvan kan worden volstaan met een 40 7 9 0 5 8 4 7 - 3 - verandering van de positie van de as van de opbrengwals ten opzichte van de hartlijn van de rolkransen daarvan door een onderlinge verdraaiing van de as van deze wals en de daarop aangebrachte excentrische naven, op welke de rolkransen draai-5 baar zijn gelagerd.

Het bij de drukpers volgens de uitvinding toegepaste instelmechanisme biedt de mogelijkheid om de opbrengwals, nadat deze van de plaatcilinder verwijderd is geweest steeds opnieuw met de oorspronkelijke contactdruk met deze plaatci-10 linder in aanraking te brengen.

Hetzelfde geldt voor het geval van een verandering van het formaat van het te vervaardigen drukwerk, hetgeen in feite neerkomt op een verandering van de diameter van de plaat-cilinder. Het bij de drukpers volgens de uitvinding toegepaste 15 instelmechanisme biedt de mogelijkheid om ook voor het nieuwe formaat de tijdens de werking met de eerder gebruikte plaat-cilinder ingestelde contactdruk automatisch te handhaven.

De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld, dat is weergegeven in 20 de bijgaande tekening, waarin is: fig. 1 een verticale dwarsdoorsnede van een roterende offset-drukpers volgens de uitvinding.

fig. 2 een doorsnede van het mechanisme voor het instellen van de contactdruk tussen de opbrengwals en de 25 plaatci1inder van de drukpers volgens de uitvinding.

fig. 3 een langsdoorsnede over het midden van de bedieningsas voor het instellen van de contactdruk van de opbrengwals.

fig. 4 een aanzicht van de op de bedieningsas voor 30 het instellen van de contactdruk bevestigde bedieningsknop en de bijbehorende, van een schaalverdeling voorziene schijf.

fig. 5 een verticale doorsnede op vergrote schaal van een gedeelte van het mechanisme uit fig. 4.

fig. 6 een schematische afbeelding van het mechanis-35 me voor het instellen van de contactdruk van de opbrengwals door het verdraaien van de as van deze wals.

De offset-drukpers volgens de uitvinding is op de gebruikelijke wijze voorzien van een drukcilinder 1, een rub-berdoekcilinder 2 en een plaatci1inder 3, welke cilinders 40 7905847 - 4 - 9 4 alle zijn aangebracht op draaibaar in een gestel 4 gelagerde horizontale assen. De te bedrukken papierbaan wordt tussen de drukcilinder 1 en de zich met de plaatci1inder 3 in aanraking bevindende rubberdoekci1inder 2 doorgevoerd. Met de plaat-5 cilinder 3 werken voorts samen een bevochtigingswals 5, die deel uitmaakt van een vochtwerk 6 en een aantal inktopbrengwal-sen 7, 7a en 7b, aan welke door middel van een bepaald aantal verdeel wal sen inkt wordt toegevoerd vanuit een in het bovenste gedeelte van het gestel 4 aangebracht inktreservoir 8.

10 De opbrengwalsen 7, 7a en 7b, die van een bekleding van soepel materiaal, zoals rubber zijn voorzien werken samen met inktwalsen 9, 9a, door welke de vanuit het inktreservoir 8 door middel van de verdeel wal sen daaraan toegevoerde inkt op de opbrengwalsen wordt overgebracht.

15 Daar met mechanisme volgens de uitvinding voor elk van de opbrengwalsen 7, 7a en 7b op dezelfde wijze is uitgevoerd zal in het navolgende alleen het mechanisme voor het instellen van de contactdruk van een van deze walsen en wel de opbrengwals 7 worden beschreven.

20 Zoals in fig. 2 is weergegeven bestaat de opbrengwals 7 uit een metalen cilinder 11 met een bekledingslaag 12 van rubber en welke cilinder door middel van rollagers draaibaar op een horizontale as 14 is gelagerd. Deze as 14 wordt nabij zijn beide uiteinden gedragen door twee hefbomen 15, die 25 draaibaar zijn om de draaiingsas van de inktwals 9, met welke de opbrengwals 7 zich in aanraking bevindt. Zoals verder in fig. 2 is weergegeven is elke hefboom 15 draaibaar aangebracht op het cilindrische buitenoppervlak van een in het gestel 4 aangebracht lager 16, waarin een uiteinde van de as 17 van de 30 inktwals 9 draaibaar is gelagerd. Qp het, het lager 16 omgevende naafgedeelte van de hefboom 15 is een met dit naafge-deelte coaxiaal rondsel 18 bevestigd, dat zich in ingrijping bevindt met een rondsel 19, dat is bevestigd op een draaibaar in het gestel gelagerde bedieningsas 21. Een verdraaiing van 35 deze bedieningsas 21 zal derhalve tot gevolg hebben, dat de hefbomen 15 om de as van de inktwal's 9 worden gedraaid en de opbrengwals 7 hierbij naar de plaatci1inder 2 toe of van deze cilinder af wordt bewogen, hetgeen dus de mogelijkheid biedt om de opbrengwals bij verandering van het formaat in te stel-40 1 en.

790 5 8 47 * - 5 -

De as 14 van de opbrengwals 7 is draaibaar in de hefbomen 15 gelagerd door middel van in daartoe bestemde uitsparingen in deze hefbomen 15 aangebrachte rollagers 22, van welke de stand door middel van schroeven 23 kan worden ingesteld.

5 Deze, op de buitenringen van de rollagers 22 aangrijpende instel schroeven bieden de mogelijkheid om de afstand van de rollagers ten opzichte van de draaiingsas van de hefbomen 15 en derhalve ten opzichte van de inktwals 9 te veranderen en derhalve de contactdruk tussen de opbrengwals 7 en de inktwals 10 8 ofwel de indrukking van de bekledingslaag 12 op de plaats, waar deze zich met de inktwals 9 in aanraking bevindt in te stellen.

Zoals reeds is opgemerkt bevindt de opbrengwals 7 zich tijdens de werking van de drukpers eveneens in aanraking 15 met de plaatcilinder 3 en wordt hij met een meer of minder grote kracht tegen de omtrek van deze cilinder aangedrukt, waardoor de soepele bekledingslaag 12 in meerdere of mindere mate zal worden ingedrukt. Deze indrukking is in het algemeen constant en de bovenlengte daarvan zal al naar gelang de dia-20 meter van de plaatci1inder tussen 3 en 5 mm liggen. De plaat-cilinder 3, welke is bevestigd op een horizontale as 24, die draaibaar is gelagerd in vast in het gestel 4 aangebrachte lagers 25 is voorzien van rolkransen 26, bestaande uit op de kopvlakken van de plaatci1inder 3 bevestigde ringen. Deze rol-25 kransen 26 werken samen met overeenkomstige, op de rubberdoek-cilinder 4 bevestigde rolkransen 27, waardoor de asafstand tussen de plaatcilinder 3 en de rubberdoekci1inder 4 constant wordt gehouden.

Voor het verkrijgen van een constante contactdruk 30 tussen de opbrengwals 7 en de plaatcilinder 3 is de opbrengwals 7 eveneens voorzien van rolkransen 28, die samenwerken met de rolkransen 26 van de plaatci!inder 3.

Zoals in fig. 2 is weergegeven is elke. rol krans 28 van de opbrengwals 7 door middel Van een rollager 29 op een 35 vast op de as 14 van de opbrengwals 7 bevestigde excentrische naaf 31 aangebracht. Deze naaf 31 is van een zaagsnede voorzien en is op de as 14 bevestigd door midd-el van een klem-schroef 32. Door deze constructie kan elk van de beide naven 31 afzonderlijk om de as van de opbrengwals 7 worden gedraaid 40 790 5 8 47 5 - 6 - en in een bepaalde stand op deze as worden vastgezet, hetgeen derhalve de moge!ijkheid^biedt om de beide excentrische naven 31 en daarmede de rol kransen 28 ten opzichte van elkaar te richten. Elk van de beide naven 31 is voorzien van een cilin-5 drisch draagvlak 33, dat excentrisch is ten opzichte van de hartlijn van de as 14 en waarop het rollager 29 van de bijbehorende rolkrans 28 is bevestigd. Elke excentrische naaf 31 is opgesloten tussen het tegen een borst op de as 14 rustende rollager 13 van de opbrengwals 7 enerzijds en een tussen de 10 naaf 31 en het in de hefboom 15 aangebrachte rollager 22 aangebrachte afstandbus 34 anderzijds.

Zoals uit de voorgaande beschrijving blijkt kan de contactdruk tussen de opbrengwals 7 en de plaatcilinder 3 dus worden ingesteld door verdraaiing van de beide hefbomen 15 15 om de as van de inktwals 9, terwijl door verdraaiing van de as 14 met de daarop bevestigde excentrische naven 31 de rol-kransen 28 ten opzichte van de rolkransen 26 van de plaat-cilinder 28 kunnen worden versteld, teneinde de contactdruk tussen de opbrengwals 7 en de plaatci1inder 3 te veranderen.

20 De verdraaiing van de as 14 van de opbrengwals 7 kan tot stand worden gebracht door middel van een hiertoe draaibaar in het voorste gedeelte van het gestel 4 van de drukpers gelagerde horizontale bedieningsas 35. Op deze bedieningsas 35 is een rondsel 36 bevestigd, dat zich in ingrijping bevindt 25 met een draaibaar op het lager 16 van de as van de inktwals 9 aangebracht tussentandwiel 37. Dit tussentandwiel 37 bevindt zich op zijn beurt in ingrijping met een ander tandwiel 38, dat vast op het zich aan de voorkant van de drukpers bevindende uiteinde van de as 14 van de opbrengwals 7 is bevestigd.

30 Bij verdraaiing van de bedieningsas 35 zullen der halve ook het tandwiel 38, alsmede de as 14 met de daarop bevestigde naven 31 worden verdraaid en als gevolg hiervan zal dan de asafstand tussen de opbrengwals 7 en de plaatcilin-der 3 worden veranderd.

35 Op het aan de voorzijde buiten het gestel van de drukpers uitstekende uiteinde van de bedieningsas 35 voor het instellen van de contactdruk tussen de opbrengwals en de plaatcilinder is een naaf 39 bevestigd, welke een van een schaalverdeling met formaataanduidingen voorziene schijf 41 40 790 58 47 - 7 - en een schijf 40 voor het tegen verdraaiing blokkeren van de as 35 draagt. Op de naaf 39 is' voorts een ten opzichte daarvan verdraaibare tweede schijf 42 aangebracht, die nabij zijn omtrek is voorzien van een merkteken 43. Deze schijf 42 is 5 vrij draaibaar om de as 35 en kan in elke gewenste hoekstand worden vastgezet op een aan het gestel van de pers bevestigde verticale grondplaat door middel van een vergrendel inrichting 45 met twee schroeven 45a. Deze vergrendel inrichting is voorzien van een draaibare bedi.eni ngshef boom 46 en een daarmee 10 samenwerkend klemorgaan 47, door middel waarvan de op de naaf 39 bevestigde schijf 40 kan worden vastgezet, waardoor dan de as 35 tegen verdraaiing wordt geblokkeerd.

Op het buiten het gestel van de drukpers uitstekende uiteinde van de bedieningsas 35 is een bedieningsknop 48 beves-15 tigd.

De schijf 42 met het merkteken 43 dient om bij een verandering van het formaat de excentrische naven 31, welke de stand van. de rolkransen 28 van de opbrengwals 7 bepalen zodanig in te stellen, dat voor het nieuwe formaat de-20 zelfde contactdruk tussen de opbrengwals en de plaatcilinder wordt verkregen als voor het voorafgaande formaat. Meer in het bijzonder zal bij een verandering van het formaat ook de diameter van de plaatcilinder 3 veranderen. Ter nadere toelichting van de werking van het mechanisme zijn in fig. 6 twee 25 plaatci1inders met verschillende diameters en wel een plaat-cilinder 3a met een grote diameter en een plaatcilinder 3b met een kleine diameter, alsmede de bijbehorende, door het tandwiel 38 ingenomen standen en wel de stand 38a voor de cilinder 3a met de grote diameter en de stand 38b voor de 30 cilinder 3b met de kleine diameter weergegeven. In deze beide uiterste standen 38a en 38b van het tandwiel 38 bevindt dit tandwiel zich steeds in ingrijping met het tussentandwiel 37.

Zoals uit fig. 6 blijkt zal een draaiing van de op- brengwals 7 om de as 17 van de daarmee samenwerkende inktwals 35 en derhalve het tandwiel 37 tot gevolg hebben, dat het tandwiel 38 om zijn eigen as wordt gedraaid, waardoor de excentriciteit van de rol kransen 28 wordt veranderd.

De op de schijf 41 aangebrachte schaalverdeling met formaataanduidingen geeft de voor de verschillende formaten 40 790 5 8 47 - 8 - noodzakelijke verdraaiingen van de bedieningsas 35 aan.

Voor het instellen van de drukpers volgens de uitvinding moeten derhalve achtereenvolgens de navolgende handelingen worden verricht.

5 In de eerste plaats moet de juiste contactdruk tussen de opbrengwals 7 en de daarmee samenwerkende inktwals 9 door middel van de schroeven 23 worden ingesteld.

Hierna moet de bedieningsas 35 door middel van de daarop bevestigde bedieningsknop 48 zodanig worden verdraaid, • 10 dat door de daarmee gepaard gaande verdraaiing van de as 14 de vereiste contactdruk tussen de opbrengwals 7 en de plaat-cilinder 3 voor een willekeurig formaat M op de vereiste waarde wordt ingesteld.

Nadat de contactdruk tussen de opbrengwals en de 15 plaatci1inder op deze wijze experimenteel op de voor het verkrijgen van drukwerk met een goede kwaliteit vereiste waarde is ingesteld wordt de vergrendeling van de schijf 42 door de vergrendelinrichting 45 opgeheven en wordt deze schijf 42 zodanig om de naaf 39 gedraaid, dat het merkteken 43 daarop 20 tegenover de formaataanduiding M op de schijf 41 staat (zie . fig. 4). Vervolgens wordt de schijf 42 in deze stand door middel van de vergrendel inrichting 45 Vastgezet.

Bij een verandering van het formaat, zoals bijvoorbeeld een overgang op een ander formaat N wordt de as 35 door 25 middel van de bedieningsknop 48 en na het opheffen van de blokkering van de schijf 40 door middel van de hefboom 46 zodanig verdraaid, dat de op de schaalverdeling van de schijf 41 aangebrachte aanduiding van het nieuwe formaat N zich tegenover het merkteken 43 op de schijf 42 bevindt. De met de 30 middelpuntshoek tussen de schaal aanduidingen’M en N corresponderende verdraaiing van de as 35 bewerkstelligt een daarmee overeenkomende verdraaiing van het tandwiel 38 en de as 14, waardoor voor het nieuwe formaat automatisch dezelfde contactdruk tussen de opbrengwals en de plaatci1inder wordt 35 verkregen als in het geval van het vorige formaat. .

Naar uit het voorgaande moge blijken wordt de bediening van de drukpers door toepassing van de uitvinding aanzienlijk vereenvoudigd.

40 7 9 0 5 8 4 7

Claims (6)

1. Roterende offset-drukpers voorzien van een plaat-cilinder en een rubberdoekci1inder, op welke met elkaar samenwerkende rolkransen zijn aangebracht, die de asafstand van deze beide cilinders bepalen, alsmede van een inktwerk met 5 tenminste een, van een bekledingslaag uit soepel materiaal voorziene inktopbrengwals, een daarmee samenwerkende inktwals en een aantal verdeel wal sen voor het aan de inktwals toevoeren van inkt uit een inktreservoir en waarbij de opbrengwals wordt gedragen door om de as van de inktwals draaibare hef-10 bomen en is voorzien van met de rolkransen van de plaatcilin-der samenwerkende rolkransen voor het bepalen van de contact-druk tussen de opbrengwals en de plaatci1inder ofwel de daardoor veroorzaakte indrukking van de bekledingslaag van de opbrengwals, met het kenmerk, dat de as (14) van 15 de opbrengwals (7) in de rolkransen (28) van deze wals is gelagerd door middel van op deze as bevestigde excentrische naven (31), die door middel van rollagers (29) draaibaar in de rolkransen zijn aangebracht, terwijl op het ene uiteinde van deze as een tandwiel (38) is bevestigd, dat met een bedie-20 ningsas (35); voor het regelen van de contactdruk van de opbrengwals op de plaatcilinder is gekoppeld.

2. Drukpers volgens conclusie 1, m e t het k e n m e r k, dat elke excentrische naaf (31) in de omtreks-richting van de as van de opbrengwals (7) verstelbaar is en 25 door middel van een schroef (32) op deze as kan worden vastgezet.

3. Drukpers volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het op de as (14) van de opbrengwals bevestigde tandwiel (38) door een zich daarmee in ingrijping 30 bevindend, om de as (17) van de met de opbrengwals samenwerkende inktwals (9) draaibaar tussentandwiel (37) met een zich met dit tussentandwiel (37) in ingrijping bevindend, op de bedieningsas (35) voor het regelen1 van de contactdruk bevestigd rondsel (36) is gekoppeld.

4. Drukpers volgens conclusie 3, m e t het kenmerk, dat het tussentandwiel (37):draai baar op een lager (16) van de as (17) van de inktwals (9) is aangebracht. 40 7 9 0 5 8 4 7 V * * - 10 -

5. Drukpers volgens een der conclusies 1 t/m 4, met het kenmerk, dat op de bedieningsas (35) voor het regelen van de contactdruk van de opbrengwals (7) op de plaatcilinder een bedieningsknop (48) en een eerste 5 schijf (41) zijn bevestigd, welke schijf van een schaalverdeling, gevormd door met verschillende formaten corresponderende markeringen (M,N) is voorzien, terwijl voorts een tweed.e schijf (42) coaxiaal met de eerste schijf (41) vrij draaibaar op de as is aangebracht, welke van een enkel merkteken (43) 10 is voorzien en door middel van een vergrendelinrichting (45) in een bepaalde stand kan worden vastgezet.

6. Drukpers volgens conclusie 5, m e t het k-e n m e r k, dat de bedieningsas (35) is voorzien van een vast daarop bevestigde naaf (39), op welke de eerste schijf 15 (41) met de formaataanduidingen vast is bevestigd en de tweede schijf (42) met het enkele merkteken'(43) vrij draaibaar is aangebracht. 20 ...... 7905847