NL7815060A - Voorwerpen van wasmiddeldragend substraat. - Google Patents

Voorwerpen van wasmiddeldragend substraat. Download PDF

Info

Publication number
NL7815060A
NL7815060A NL7815060A NL7815060A NL7815060A NL 7815060 A NL7815060 A NL 7815060A NL 7815060 A NL7815060 A NL 7815060A NL 7815060 A NL7815060 A NL 7815060A NL 7815060 A NL7815060 A NL 7815060A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
nonionic
detergent
mixture
article according
surfactant
Prior art date
Application number
NL7815060A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Procter & Gamble
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority claimed from US05/864,136 external-priority patent/US4199465A/en
Priority claimed from US05/864,050 external-priority patent/US4199464A/en
Application filed by Procter & Gamble filed Critical Procter & Gamble
Publication of NL7815060A publication Critical patent/NL7815060A/nl

Links

Classifications

    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C11ANIMAL OR VEGETABLE OILS, FATS, FATTY SUBSTANCES OR WAXES; FATTY ACIDS THEREFROM; DETERGENTS; CANDLES
    • C11DDETERGENT COMPOSITIONS; USE OF SINGLE SUBSTANCES AS DETERGENTS; SOAP OR SOAP-MAKING; RESIN SOAPS; RECOVERY OF GLYCEROL
    • C11D17/00Detergent materials or soaps characterised by their shape or physical properties
    • C11D17/04Detergent materials or soaps characterised by their shape or physical properties combined with or containing other objects
    • C11D17/041Compositions releasably affixed on a substrate or incorporated into a dispensing means
    • C11D17/046Insoluble free body dispenser
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C11ANIMAL OR VEGETABLE OILS, FATS, FATTY SUBSTANCES OR WAXES; FATTY ACIDS THEREFROM; DETERGENTS; CANDLES
    • C11DDETERGENT COMPOSITIONS; USE OF SINGLE SUBSTANCES AS DETERGENTS; SOAP OR SOAP-MAKING; RESIN SOAPS; RECOVERY OF GLYCEROL
    • C11D1/00Detergent compositions based essentially on surface-active compounds; Use of these compounds as a detergent
    • C11D1/38Cationic compounds
    • C11D1/62Quaternary ammonium compounds
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C11ANIMAL OR VEGETABLE OILS, FATS, FATTY SUBSTANCES OR WAXES; FATTY ACIDS THEREFROM; DETERGENTS; CANDLES
    • C11DDETERGENT COMPOSITIONS; USE OF SINGLE SUBSTANCES AS DETERGENTS; SOAP OR SOAP-MAKING; RESIN SOAPS; RECOVERY OF GLYCEROL
    • C11D1/00Detergent compositions based essentially on surface-active compounds; Use of these compounds as a detergent
    • C11D1/66Non-ionic compounds
    • C11D1/835Mixtures of non-ionic with cationic compounds
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C11ANIMAL OR VEGETABLE OILS, FATS, FATTY SUBSTANCES OR WAXES; FATTY ACIDS THEREFROM; DETERGENTS; CANDLES
    • C11DDETERGENT COMPOSITIONS; USE OF SINGLE SUBSTANCES AS DETERGENTS; SOAP OR SOAP-MAKING; RESIN SOAPS; RECOVERY OF GLYCEROL
    • C11D1/00Detergent compositions based essentially on surface-active compounds; Use of these compounds as a detergent
    • C11D1/66Non-ionic compounds
    • C11D1/72Ethers of polyoxyalkylene glycols

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • Oil, Petroleum & Natural Gas (AREA)
  • Wood Science & Technology (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • Detergent Compositions (AREA)

Description

__ 2 moeten er verschillende moeilijkheden worden overwonnen. Men moet zorgen voor een snelle en volledige afgifte van het oppervlakte-actieve mengsi. door het substraat aan het sopr teneinde zowel een maximum reinigende werking te verkrijgen tijdens de betrekkelijk 5 korte wasgang in de automaat en teneinde een minimum verspilling van oppervlakteactieve bestanddelen te verkrijgen. Voorts is het gewenst het doorlopen vein het oppervlakteactieve mengsel, in het bijzonder van nietionogene component door de substraatvellen, dat tijdens opslag van de voorwerpen kan voorkomen, tot een minimum 10 te beperken. Er werd nu gevonden, dat men de afgifte van de niet-ionogene/kationogene oppervlakteactieve stofmengsel^aan het sop sterk kan versnellen door gebruikmaking van bepaalde typen, hier gedefinieerde oploshulpen. Er werd verder gevonden, dat men het doorlopen van de wasactieve componenten kan tegengaan, door in de 15 substraten bepaalde stoffen op te nemen met de hier beschreven verei ste deeltj esgrootten.
De uitvinding beoogt dan ook een voorwerp van wasmiddeldragend substraat te definiëren met een uitstekende reinigende werking, dat ook het wasgoed kan verzorgen, bijvoorbeeld 20 antistatisch maken, verzachten en beschermen tegen kleurstofoverdracht.
De uitvinding beoogt ook een voorwerp van wasmiddeldragend substraat te leveren, dat zijn actieve componenten beter aan het sop af geeft.
25 De uitvinding beoogt verder een voorwerp van was- , middeldragend substraat te leveren, waarin het doorlopen van actieve componenten door het substraatvel tot een minimum is beperkt, maar ook een goede afgifte van de actieve componenten asm het sop vertoont.
30 De uitvinding beoogt verder nog een werkwijze te leveren voor het wassen van wasgoed onder gebruikmaking van de onderhavige voorwerpen van substraat.
De uitvinding heeft betrekking op voorwerpen van substraat, die men gebruikt voor het wassen van weefsel, een bete-35 re afgifte van hun actieve componenten aan het sop vertonen en ; 7815060 3 in hoofdzaak bestaan uit een in water onoplosbaar substraat met natte sterkte, dat een doeltreffende hoeveelheid draagt van een wasmiddel, dat omvat (a) 5 tot 95 % oppervlakteactief mengsel, inwezen 5 bestaande uit; (1) een nietionogene oppervlakteactieve sfcf met een HLB van 5 tot 17 en (II) een kationogene oppervlakteactieve stof met de formule Rj R2 Y^Z, waarin elke Rj een organische 10 groep m x voorstelt met een rechte of vertakte alkyl- of alkenylgroep, die eventueel gesubstitueerd is met tot 3 fenylgroepen en eventueel onderbroken is met tot 4 structuren met een der formules 1 t/m 6 15 ,, waarbij elke Rj 8 tot 22 koolstof- atomen bevat en bovendien tot 20 ethoxygroepen kan bevatten, m een getal van 1 tot 7 is, met dien verstande, dat ten hoogste één Rj meer dan 12 koolstofatomen bevat als m 3 of meer is, 20 elke Rj een alkyl- of hydroxyalkylgroep met 1 tot 4 koolstofatomen of een benzylgroep voorstelt, met dien verstande, dat ten hoogste één R2 in een molekuul benzyj. is, x 0 tot 7 is, waarbij eventueel resterende valenties aan 25 koolstof, stikstof, zwavel of fosfor door waterstof worden opgevuld, Y een groep , met één der formules 7 t/m 13, waarin p 1 tot 20 is, of een mengsel daarvan voorstelt, L 1 tot 3 is, Z een anion voorstelt, zodanig, 30 dat het geheel elektrisch neutraal'is, welke kationogene oppervlakteactieve stof in vermenging met de nietionogene oppervlakteactieve stof tenminste dispergeerbaar is in water, bij een verhouding van nietionogene tot katio-35 nogene oppervlakteactieve stof van 5:3 tot 7815060 -- 4..
300;1 en (bi 1 tot 30 % nietionogene of kationogene oploshulp met een oplosbaarheid in water van 38°c van tenminste 20 gew,%»diein ten hoogste 5 2 min. in water van 38°c volledig oplost.
Nietionogene oppervlakteactieve stoffen, die de voorkeur verdienen, zijn die met d^formule RiOC^H^J^OH, waarin R een primaire of secundaire alkylketen met 8 tot 22 koolstofatomen voorstelt en n gemiddeld 2 tot 9 is.
10 Voorkeursvoorwerpen bevatten bovendien, in het wasmiddel, 2 tot 20 % verdikkingsmiddel met een gemiddelde deeltjesgrootte van ten hoogste 3,0 micron in de vorm van kleiaarden, siliciumdioxyden, amiden, zepen of mengsels daarvan. Deze voor-keursvoorwerpen vertonen een verbeterde afgifte van hun actieve 15 componenten aan het sop, terwijl daarbij ook het ongewenste doorlopen van deze actieve componenten door de substraatveüen tot een minimum is beperkt. De onderhavige voorwerpen kunnen ook verschillende eventuele toevoegsels bevatten, die men gewoonlijk in wasmiddelen toepast.
20 Een werkwijze voor het wassen van wasgoed onder gebruikmaking van de voorwerpen van de onderhavige uitvinding wordt hier eveneens uiteengezet.
Substraat.
25 De voorwerpen van de uitvinding omvatten een in water onoplosbaar substraat met natte sterkte, dat een doeltreffende hoeveelheid nader te definiëren wasmiddel draagt. De exacte hoeveelheid wasmiddel, die door het substraat wordt gedragen, hangt af van het betrokken substraatmateriaal en de in het was-30 middel aanwezige actieve stoffen. Voorkeursvoorwerpen dragen 3 tot 120, bij voorkeur 20 tot 80 g wasmiddel. Het wasmiddel kan op elke handzame bekende wijze op het substraat worden aangebracht, bijvoorbeeld door bekleding of impregnering, Substraten, die in het bijzonder de voorkeur verdienen, zijn voorwerpen van het 35 sandwichtype, waarin tenminste één van de substraatvellen een door- 7815060 __ 5 - laatbaarheid voor lucht heeft van tenminste 3000 l/min,/m .
De onderhavige substraten zijn onoplosbaar in water en zijn vaste of nagenoeg vaste stoffen. Zij kunnen een dichte of open structuur hebben; het laatste verdient de voorkeur.
5 Voorbeelden van stoffen, die als substraat geschikt zijn, zijn in water onoplosbare fijnverdeelde stoffen (als bepaalde sili-ciumdioxyden, siliciumdioxydeaarden en aluminosilicaten), schuim, folie, spons, papier, geweven stof en niet-geweven stof. De hier gebruikte uitdrukking ''stof" heeft in dit verband betrekking op 10 geweven of niet-geweven stof, die als substraat wordt gebruikt, ter onderscheiding van de uitdrukking "weefsel" die soms wordt gebruikt in verband met het te wassen textielgoed. Absorptievermogen, dichtheid en vezeldichtheid vormen voor de te gebruiken substraten geen belemmering, mits deze substraten een zodanige 15 natte sterkte hebben, dat zij hun structurele samenhang gedurende de volledige was- en drooggangen, waarbij zij worden gebruikt, behouden. Verder moeten de substraten bepaalde eigenschappen hebben ten aanzien van hun thermische stabiliteit, d.w.z. zij mogen geen smeltpunt hebben of ontvlammen bij temperaturen beneden 20 149°C, bij voorkeur beneden 219°c, teneinde in wasdroogautomaten te kunnen gebruiken. Bij voorkeur zijn de bij de uitvinding gebruikte substraten papier met natte sterkte of niet-geweven stof.
De papiersubstraten, die men bij de uitvinding kan gebruiken, beslaan een breed spectrum van bekende papierstructuren 25 en zijn niet beperkt tot enige bepaalde papiervormende vezels of houtpulp. Aldus kunnen de vezels afkomstig zijn van zachte houtsoorten, harde houtsoorten, of één of meerjarige planten (bijvoorbeeld uitgeperst suikerriet of ampas , graanstroop, enz.) en houtpulpen, bijvoorbeéd gebleekt of ongebleekt kraft, sulfiet, 30 met soda gemalen hout, of mengsels daarvan. Bovendien zijn de te gebruiken papiersubstraten niet beperkt tot bepaalde papiertypen mits het papier de benodigde natte sterkte en thermische stabiliteit vertoont.
Een bepaald voorbeeld hiervan is een papiersüb-35 straat, waarbij de voorkeur uitgaat naar een tweelagig papierinet 7 8 1 5 0 6 0 6-.
2 een basisgewicht van 86 g/m , bijvoorbeeld bereid uit een mengsel van gemalen houtpulp en kraft gebleekt houtpulp, Een ander voor-' beeld is het absorberende, veellagige toiletpapier, dat de bijzondere voorkeur verdjait volgens het Amerikaanse octrooischrift 5 3.686.025 en wordt beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 3.414.459.
De bij de uitvinding bij voorkeur te gebruiken substraten van niet-geweven stof kunnen algemeen worden gedefinieerd als klevend aaneengebonden vezelproducten met een vliesstruc-10 tuur of gekaarde vezelstructuur (waar de vezelsterkte voor kaar-ding geschikt is) of bestaande uit vezelmatten, waarin de vezels willekeurig verdeeld zijn of in een willekeurige rangschikking (d.w.z. een rangschikking van vezels in een gekaard bed, waarin gedeeltelijke oriëntatie van de vezels vaak aanwezig is, evenals 15 een volledig willekeurig verdeelde oriëntatie) of nagenoeg evenwijdig liggen. De vezels kunnen natuurlijk zijn (bijvoorbeeld wol, zijde, jute, hennep, katoen, linnen, sisal of ramie) of synthetisch zijn (bijvoorbeeld rayon, celluloseester, polyvinylderivaten, polyalkenen, polyamiden of polyesters). Elke middellijn of denier 20 van de vezel, in het algemeen tot 10 denier, kan bij de uitvinding worden gebruikt.
De substraten, die men bij de onderhavige wassende voorwerpen gebruikt, kunnen een aantal verschillende vormen hebben. Zo kan het substraat bijvoorbeeld verkeren in de vorm van 25 een fijnverdedde vaste stof, kussen, kogel of prop, maar het kan ook een vel of lap van geweven of niet-geweven stof zijn. Als het substraat papier of niet-geweven stof is, kan men afzonderlijke vellen van gewenste lengte en breedte gebruiken, of gebruikmaken van een continue rol van gewenste breedte, waarvan men een afge-30 meten lengte afscheurt.
Het door dit substraat gedragen wasmiddel bevat 5 tot 95 %, bij voorkeur 10 tot 90 % en liefst 15 tot 85 % mengsel van specifiek gedefinieerde nietionogene en kationogene opper-vlakteactieve stof, De in een dergelijk mengsel gebruikte verhou-35 ding van nietionogene tot kationogene oppervlakteactieve stof 7815060 -- 7 bedraagt 5;3 tot 300:1, bij voorkeur 5:3 tot 100;1, liefst 5;3 tot 50:1, Verhoudingen, die in het bijzonder de voorkeur verdienen, bedragen 5;3 tot 10;1, liever 5;3 tot 5;1, liefst 5;2.
5 Nietionogene oppervlakteactieve stof.
Men kan in de voorwerpen van de uitvinding de gebruikelijke nietionogene oppervlakteactieve stoffen, die in de wasmiddeltechniek algemeen bekend zijn gebruiken, bij voorkeur die met een HLB van 5 tot 17. Deze oppervlakteactieve stof/fcunnen 10 hetzij afzonderlijk, hetzij in mengsels worden gebruikt en worden bij voorkeur in combinatie gebruikt met de de voorkeur verdienende nietionogene oppervlakteactieve alkoholethoxylaten, die nader zullen worden beschreven. Voorbeelden van dergelijke oppervlakteactieve stoffen worden gegeven in de Amerikaanse octrooischriften 15 3.717.630 en 3.332.880. Niet beperkende voorbeelden van geschikte nietionogene oppervlakteactieve stoffen, die men bij de uitvinding kan gebruiken, zijn de polyethyleenoxydecondensatieproducten van alkylfenolen, de condensatieproducten van rechte of vertakte primaire of secundaire alifatische alkoholen met 1 tot 25 molen 20 ethyleenoxyde, de condensatieproducten van ethyleenoxyde en een hydrofobe basis, gevormd door condensatie van propyleenoxyde met propyleenglycol en de condensatieproducten van ethyleenoxyde en het reactieproduct van propyleenoxyde en propyleendiamine.
Nietionogene oppervlakteactieve stoffen, die men 25 bij voorkeur in de preparaten vein de uitvinding opneemt, zijn bioafbreekbaar en hebben de formule R(OC_H.) OH, waarin R een pri-maire of secundaire alkylketen voorstelt met 8 tot 22, bij voorkeur 10 tot 20 koolstofatomen en n gemiddeld 2 tot 9 is. De oppervlakteactieve stoffen hebben een HLB (hydrofiel-lipofieL 30 balans) van 5 tot 17 , bij voorkeur van 6 tot 15. HLB wordt in detail gedefinieerd in Nonionic Surfactants, door M.J. Schick, Marcel Dekker, Ine., 1966, blz. 607-613. In nietionogene oppervlakteactieve stoffen, die de voorkeur verdienen, is n 4 tot 7,
Nietionogene oppervlakteactieve stoffen, die voor 35 gebruik in de voorwerpen van de uitvinding in het bijzonder de _______________ _ ______ ___ i 7815060 -8 voorkeur verdienen, omvatten het condensatieproduct van alko-hol en 3 molen ethyleenoxyde, het condensatieproduct van talkalkohol en 9 molen ethyleenoxyde, het condensatieproduct van kokosalkohol en 5 molen ethyleenoxyde, het condensatieproduct van kokosalkohol 5 en 6 molen ethyleenoxyde, het condensatieproduct van C^2-13 a^°“ hol en 6,5 molen ethyleenoxyde en hetzelfde condensatieproduct, dat zodanig is afgestript, dat nagenoeg alle lagere ethoxylaatfrac-ties en niet geethoxyleerde fracties daaruit zijn verwijderd, het condensatieproduct van C12_13 alkohol en 3 molen ethyleenoxyde, 10 dat zodanig is afgestript, dat de lagere ethoxylaatfracties en n-iet geethoxyleerde fracties daaruit zijn verwijderd, het condensatieproduct van c^4_i5 alkohol en 2,25 molen ethyleenoxyde en het condensatieproduct van 15 alkohol en 7 molen ethyleenoxyde.
15 Als het product van de uitvinding een mengsel bevat van één of meer nietionogene oppervlakteactieve alkohol-ethoxylaten, die de voorkeur verdienen, naast andere typen nietionogene oppervlakteactieve stoffen, bedraagt de verhouding van de oppervlakteactieve stof of stoffen, waarnaar de voorkeur uit-20 gaat, tot de resterende nietionogene oppervlakteactieve stoffen bij voorkeur 1:1 tot 5:1. Voorbeelden van bij de uitvinding te gebruiken oppervlakteactieve mengsels zijn met name een mengsel van het condensatieproduct van alkohol en 3 molen ethyleenoxyde (Neodol 45-3) en het condensatieproduct van C, _ alkohol en 25 9 molen ethyleenoxyde (Neodol 45-9) in een verhouding van nietio- nogeen lager ethoxylaat tot nietionogeen hoger ethoxylaat van 1:1 tot 3:1, een mengsel van het condensatieproduct van C1Q alkohol en 3 molen ethyleenoxyde naast het condensatieproduct van een secundaire CJ5 alkohol en 9 molen ethyleenoxyde (Tergitol 15-S-9) in 30 een verhouding van nietionogeen lager ethoxylaat tot nietionogeen hoger ethoxylaat van 1:1 tot 4;1, een mengsel van Neodol 45-3 en Tergitol 15-S-9 in een verhouding van nietionogeen lager ethoxylaat tot nietionogeen hoger ethoxylaat van 1:1 tot 3:1 en een mengsel van Neodol 45-3 en het condensatieproduct van myristylalkohol en 35 lOmolen ethyleenoxyde in een verhouding van lager tot hoger ethoxylaat van itltot-3il„__________ _______________________ 7815080 - 9
Nietionogene oppervlakteactieve mengsels, die de voorkeur verdienen, bevatten alkylglyceryletterverbindingen naast de nietionogene oppervlakteactieve alkoholethoxylaten, die de voorkeur verdienen, De bijzondere voorkeur verdienen glycerylethers 5 met de formule 14, waarin R een alkyl- of alkenylgroep met 8 tot 18, bij voorkeur 8 tot 12 koolstofatomen of een alkarylgroep met 4 tot 15 koolstofatomen in de alkylketen voorstelt en n 0 tot 6 is, naast één der bovengedefinieerde nietionogene oppervlakteactieve alkoholethoxylaten, die de voorkeur verdienen, in een verhouding 10 van alkoholethoxylaat tot glycerylether van 1:1 tot 4:1, in het bijzonder van 7:3. Glycerylether van het bij de uitvinding te gebruiken type worden beschreven in het Belgische octrooischrift 849.807 en het Amerikaanse octrooischrift 4.098.713.
15 Kationogene oppervlakteactieve stof.
De kationogene oppervlakteactieve stoffen, die men toepast in de wasmiddelen, die in de substraten van de uitvinding worden opgenomen, hebben de bovengedefinieerde formule. Welke specifieke kationogene component in een gegeven systeem wordt opge-20 nomen, hangt in grote mate af van de in het systeem op te nemen bepaalde nietionogene component en wordt zodanig gekozen, dat hij bij vermenging met de nietionogene oppervlakteactieve stof tenminste in water dispergeerbaar of bij voorkeur in water oplosbaar is. De uitdrukking "in water dispergeerbaar" betekent, dat de 25 kationogene en nietionogene oppervlakteactieve stoffen, alsmede eventueel in het preparaat aanwezige anionogene componenten tijdens het wasproces door het sop heen gedispergeerd blijven. Men kan in de preparaten van de uitvinding ook mengsels van bovengedefinieerde kationogene stoffen toepassen. Kleine hoeveelheden andere katio-30 nogene stoffen kunnen in dergelijke mengsels worden toegestaan.
In kationogene stoffen, die de voorkeur verdienen, is L gelijk aan 1 en heeft Y de formule 7 of 8 of een mengsel daarvan. L kan echter groter dan 1 zijn, bijvoorbeeld in kationogene i componenten met twee of drie kationogene ladingscentra. Andere 35 kationogene stoffen, die voor de preparaten van de uitvinding ........... .... | 7815060 10 geschikt zijn, zijn 1¾voorbeeld fosfonium- en sulfoniumverbindingen.
Als m 1 is, verdient het de voorkeur, dat x 3 is en R2 een methylgroep voorstelt, Yoorkeursverbindingen van dit monolange keten type zijn bijvoorbeeld die, waarin Rj een C^0 tot 5 C2q alkylgroep voorstelt. Verbindingen uit deze groep, die de bij zondere voorkeur verdienen, zijn C12 alkyltrimethylammon£umhaloge-nide en alkyltrimethylammoniumhalogenide.
Teneinde voldoende in water oplosbaar of disper-geerbaar te zijn, moet de kationogene oppervlakteactieve stof vol-10 doen aan de volgende kriteria ten aanzien van de lange keten.
Als m 3 of meer is, mag slechts één van de ketens meer dan 12 koolstoÊtomen lang zijn. In dit geval verdient het de voorkeur, dat x 1 is en R2 een methylgroep is. In deze verbindingen verdient het de voorkeur, dat R^ een Cg tot alkylgroep is. Kationogene 15 trilange keten verbindingen, die de bijzondere voorkeur verdienen, zijn trioctylmethylammoniumhalogenide en tridecylmethylammonium-halogenide.
Een type kationogene component, dat de bijzondere voorkeur verdient, wordt beschreven in de op 29 juni 1978 ingedien-20 de Japanse octrooiaanvrage 53-79228. Kationogene oppervlakteactieve stoffen van dit type, die de bijzondere voorkeur verdienen, zijn de cholineesterderivaten met de formule 15, waarin R2 Cg tot rechte of vertakte alkyl of alkenyl of alkylfenyl voorstelt, alsmede die, waarin de esterbrug in de formule 15 is vervangen door 25 een omgekeerde ester-, amide- of omgekeerde amidebrug.
Bijzondere voorkeursvoorbeelden van dit type kationogene oppervlakteactieve stof zijn stearoylcholineesterkwater-naire ammoniumhalogeniden (R2 = alkyl), palmitoylcholineester kwaternaire ammoniumhalogeniden (R2 = CJ5 alkyl), myristoylcholine-30 ester kwaternaire ammoniumhalogeniden (R2 “ c13 alkyl), lauroyl- cholineesterammoniumhalogeniden (R2 = alkyl) en talloylcholine-ester kwaternaire ammoniumhalogeniden (R2 - C^-C^ alkyl), ;
Nog anderer de voorkeurverdienende, kationogene j componenten van de cholineestervarieteit worden gegeven door de 35 formule 16 en 17, waarin p 0 tot 20 kan zijn, j 7815060 -- 11
Naast de voordelen van de andere hier beschreven kationogene oppervlakteactieve stoffen, is de kationogene component voor het milieu gewenst als zijn keten niet sterk vertakt is, aangezien hij dan bioafbreekbaar is onder vorming van milieu-5 vriendelijke verbindingen, zowel ten aanzien van zijn lange alkyl-keten als zijn stikstofhoudende segment, de
Een einder type de voorkeur verdienen^ bioafbreek-bare kationogene oppervlakteactieve stof ten gebruike in de voorwerpen van de uitvinding wordt beschreven in de Japanse octrooi-10 aanvrage 53-79227. Voorkeursvormen van dit type zijn cholineesters met de formule 18en 19, waarin t 0 of 1 is, y 1 tot 20 is, R3 tot alkyl of alkenyl voorstelt en X een anion voorstelt, dat de verbinding tenminste in water dispergeerbaar maakt, bij voorkeur chloride, bromide of jodide.
15 Bovengenoemde typen oppervlakteactieve stoffen, die de voorkeur verdienen, leveren bij gebruik in de preparaten van de uitvinding een uitstekende verwijdering op van fijnverdeeld vuil, lichaamsvuil en vet en olievlekken. Bovendien werken de wasmiddelen antistatisch, verzachten hetbehandelde wasgoed en inhibiteren de 20 overdracht vein bepaalde kleurstoffen aan het sop. Voorts zijn deze kationogene oppervlakteactieve stoffen milieuvriendelijk, daar de molekulen geen sterk vertakte segmenten bevatten, aangezien zowel hun alkylsegmenten met lange keten als hun stikstofhoudende segmenten bioafbreekbaar zijn, omdat zij worden afgebroken tot milieu-25 vriendelijke verbindingen. Waar men dit type bioafbreeibare kationogene oppervlakteactieve stof gebruikt, verdient het de voorkeur, dat de wasmiddelen in het sop een pH van ten hoogste 11, bij voorkeur minder dan 10 hebben, teneinde hydrolyse Vein de kationogene oppervlakteactieve stof tot een minimum te beperken.
30
Oploshulp.
De in de voorwerpen van de uitvinding gebruikte preparaten bevatten bovendien 1 tot 30 %, bij voorkeur 3 tot 25 % en liefst 5 tot 20 % speciaal uitgekozen oploshulpen. Deze compo-35 nenten moeten van nietionogene of kationogene aard zijn teneinde 7815060 12 met het nietionogene/kationogene oppervlakteactieve mengsel verenigbaar te zijn en moeten in water van 38°c een oplosbaarheid hebben van tenminste 20 gew.%, bij voorkeur tenminste 25' gew.%. Bovendien moeten de oploshulpen zodanig zijn uitgekozen, dat zij 5 in ten hoogste 2 min. en bij voorkeur ten hoogste 1 min. volledig oplossen in water van 38°C, Teneinde een geschikte afgifte van de actieve componenten van het substraat te verkrijgen, moet de gekozen oploshulp voldoen aan beide bovengenoemde kriteria.van oplosbaarheid. Zo voldoet natriumchloride, dat sterk oplosbaar is, 10 daardoor aan het eerste kriterium, maar heeft geen voldoend grote oplossnelheid ter voldoening aan het tweede kriterium en voldoet dan ook niet voor gebruik in de voorwerpen van de uitvinding.
Hoewel het niet de bedoeling is enige bindende theorie te geven, wordt aangenomen, dat wanneer het solubiliserende 15 bestanddeel of oploshulp snel in het sop oplost, de omvang van het oppervlak aan het grensvlak tussen het sop en het kationogene/ nietionogene oppervlakteactieve mengsel toeneemt, waardoor het in oplossing gaan van het mengsel vanaf het substraat naar het wassysteem wordt versterkt. Oploshulpen, die de voorkeur verdienen, 20 zijn cholinechloride, ammoniumchloride, fenylmethylammoniumchloride, saccharose, glucose, polyethyleenglycol met een molekuulgewicht van 1000 tot 6000, bij voorkeur 4000 en mengsels van deze stoffen. Daarbij gaat de bijzondere voorkeur uit naar cholinechloride, saccharose, glucose, polyethyleenglycol met een molekuulgewicht van 25 1000 tot 6000, bij voorkeur 4000 en mengsels daarvan. Oploshulpen, die aan bovengenoemde oplosbaarheidskriteria voldoen en bovendien hygroscopisch zijn, bijvoorbeeld cholinechloride, verdienen in het bijzonder de voorkeur voor gebruik in de voorwerpen van de uitvinding.
30 Wasmiddelen, die men bij voorkeur in de voorwerpen van de uitvinding toepast, bevatten bovendien 2 tot 20 %, bij voorkeur 5 tot 17 % en liefst 5 tot 15 % kleiaarde, siliciumdioxyde, amide of zeep met een gemiddelde deeltjesgrootte van ten hoogste 3,0 micron. Voorkeurscomponenten zijn siliciumdioxyden, kleiaarden 35 en mengsels van deze stoffen. Er werd gevonden, dat wanneer men 7815060 13 deze stoffen met de aangegeven deeltjesgrootten opneeot in de bij de uitvinding gebruikte wasmiddelen, het ongewenste doorlopen van de actieve bestanddelen door het substraat tijdens opslag tot een minimum wordt beperkt. Het is voordelig een dergelijk doorlopen tot 5 een minimum te beperken, aangezien het tot een aanzienlijk verlies van actieve stof kan leiden, terwijl het bovendien het ui terlijk en de hanteerbaarheid door de gebruiker kan schaden. Bij voorkeur gebruikt men als stoffen, die het doorlopen tegengaan, diegene met een gemiddelde deeltjesgrootte van ten hoogste 2,5 micron, liefst 10 ten hoogste 2 micron. Stoffen van dit type, die de bijzondere voorkeur verdienen, zijn bijvoorbeeld Zeosyl 200, een siliciumdioxyde met een gemiddelde geagglomereerde deeltjesgrootte van 2 micron, in de handel verkrijgbaar bij J. M. Huber Corporation, Bentone 27, een bentonietaarde met een gemidddde deeltjesgrootte van 0,8 micron, 15 in de handel verkrijgbaar bij N.L. Industries, Quso G30, een silicaat met een gemiddelde deeltjesgrootte van 1 tot 2 micron en een 2 inwendig oppervlak van 300 m /g, in de handel verkrijgbaar bij Philadelphia Quartz Company en mengsels daarvan. Natriumstearaat en ammoniumstearaat zijn voorbeelden van zepen, die men bij de uitvin-20 ding als middelen tegen het doorlopen kan gebruiken, terwijl myris-tinezuuramide en beheenzuuramide voorbeelden zijn vein te gebruiken amiden. Wanneer men deze verdikkingsmiddelen in de voorwerpen van de uitvinding opneemt, moet men ze samen met de bovengedefinieerde oploshulpen opnemen teneinde voldoende snelle afgifte van het ver-25 dikte wasmiddel aan het sop te bewerkstelligen.
Bij bijzondere voorkeursuitvoeringsvormen van de uitvinding bevat het in het voorwerp aanwezige wasmiddel bovendien 2 tot 25 %, bij voorkeur 2 tot 16 % en liefst 3 tot 10 % oppervlak-teactief vetzuuramide. In verband met het nietionogene/kationogene 30 opperüLakteactieve systeem bedraagt de verhouding van kationogeen/ nietionogeen mengsel tot amidecomponent in het preparaat 5:1 tot 50:1, bij voorkeur 8:1 tot 25:1. Toevoeging van de amidecomponent leidt tot een uitstekende verwijdering van fijnverdeeld vuil alsmede tot betere eigenschappen ten aanzien van de vuilwederafzetting 35 en de ontwikkeling wordt beschreven in de Europese octrooiaanvrage 7815060 - 14 78200067,3.
De preparaten van de uitvinding kunnen ook extra bestanddelen, die men algemeen in wasmiddelen aantreft, in de gebruikelijke hoeveelheden bevatten, mits deze bestanddelen verenig-5 baar zijn met de nietionogene en kationogene componenten. Zo kunnen de preparaten bijvoorbeeld tot 15 %, bij voorkeur tot 5 % en liefst 0,1 tot 2 % schuimonderdrukker bevatten. Voorbeelden van dergelijke schuimonderdrukkers zijn vetzuren met lange keten als beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 2.954.347 en combinatie van be-10 paalde nietionogenen daarmee als beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 2.954.348. Andere schuimonderdrukkende componenten, die men in de preparaten van de uitvinding kan gebruiken, zijn bijvoorbeeld de schuimregelende polysiloxanen, beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 3.933.679, de zelfemulgerende schuim-15 onderdrukkende polysiloxanen, beschreven in het Belgische octrooischrift 847.268, de microkristallijie wassen, beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 4.056.481 ai alkylfosforzuuresters, als monostearylfosfaat en monooleylfosfaat.
Andere extra componenten, die men in de voorwerpen 20 van de uitvinding in de gebruikelijke hoeveelheden (te weten 0 tot 40 %) kan opnemen, zijn bijvoorbeeld anionogene, tweezijdigiono-gene, en amfolytische medeoppervlakteactieve stoffen, wasmiddelver-sterkers, bleekmiddelen, bleekmiddelactivatoren, vuilsuspendeer-middelen, corrosieinhibitors, kleurstoffen, vulmiddelen, optische 25 bleekmiddelen, germiciden, pH-regelaars, enzymen, enzymestabilisa-toren, parfums, wasverzachtende componenten, antistatische middelen, enz. Vanwege de talrijke en verschillende werkingsvoordelen van de voorwerpen van de uitvinding behoeven bepaalde typen. componenten als wasmiddelversterkers, antistatische middelen, wasver-30 zachtende stoffen· en germiciden niet in een bepaald preparaat aanwezig te zijn.
Voorbeelden van deze oppervlakteactieve stoffen en wasmiddelversterkers, die men in de preparaten van de uitvinding kan toepassen, kan men vinden in het Amerikaanse octrooischrift 35 3,717.630 en de Japanse octrooiaanvrage 53-79227, Deze componenten, 7815060 15 met name anionogene oppervlakteactieve stoffen, moeten echter met het bepaalde kationogene/nietionogene oppervlakteactieve systeem, dat men gebruikt, worden beproefd teneinde vast te stellen of zij verenigbaar zijn, 5 Het gebruik van de voorwerpen van de uitvinding geeft een handzame en doeltreffende werkwijze voor het reinigen van vuil wasgoed. Men brengt het voorwerp of de voorwerpen met het wasgoed in een wasautomaat, bij voorkeur bij het begin van het wasprogramma en laat dit zo blijven totdat het wasprogramma voltooid 10 is. Tijdens dit proces, dat de beroering inhoudt van het sop, worden de oppervlakteactieve bestanddelen en de andere wasverzorgende componenten, die in het voorwerp aanwezig zijn, snel en volledig aan het sop af gegeven, waarbij zij het wasgoed reinigen en andere gunstige eigenschappen geven. Indien het voorwerp bovendien enige door 15 de droger geactiveerde wasverzorgende component bevat, als beschreven in de Amerikaanse octrooischriften 4.095.946 en 4.113.630, brengt men het wasgoed met het voorwerp in een droogautomaat, waarin zij onderverhitting aan het droogprogramma worden onderworpen.
In de loop van deze droogbehandeling worden de in de droger ge-20 activeerde wasverzorgende bestanddelen afgegeven, waardoor het wasgoed nog extra gunstige eigenschappen verkrijgt.
Alle hier gebruikte percentages, delen en verhoudingenzijn betrokken op het gewicht tenzij einders is aemgegeven.
De volgende niet beperkende voorbeelden lichten de 25 preparaten en de werkwijze van de uitvinding toe.
VOORBEELD I
Men beproefde het vermogen van verschillende substraten tot het afgeven vem actieve componenten aan een sop op de 30 volgende wijze. Men bereidde wasmiddelen van onderstaande samenstelling door vermenging van de bestanddelen in de opgegeven hoeveelheden .
7815060 -- 16
Preparaat Component Gew.% A Verbinding met defermule 20 26,6
Condensatieproduct van kokos-alkohol en 5 molen ethyleen- 5 oxyde 52,5
Ammonia-amide 7,4
Borax. 10 H^O 13,5 B Zelfde als Ά, boven, plus cholinechloride (6,4 g) ^ 10 % 10 C Zelfde als A, boven, plus cholinechloride (9,6 g) ό 38 % D Zelfde als A, boven, plus
Zeosyl 200 (3,4 g) 5 % £ Zelfde als A, boven, plus 15 Zeosyl 200 (3,4 g) choline- ^ 4,5 % chloride (7,1 g) ^ 9,5 % F Zelfde als A, boven, plus
Bentone 27 (10,1 g) * 13,5 % G Zelfde als A, boven, plus 20 Bentone 27 (10,1 g) λ, 12 %
Cholinechloride (7,5 g) 9 %
Men vervaardigde wassende voorwerpen uit elk van deze preparaten door 65 g van het preparaat te strijken op 1 g van 25 een 20 x 27,5 cm vel van een Scott 8050 Industrial Towel met een luchtdoorlaatbaarheid vain 39.000 l/min./m , een basisgewicht van 77,5 g/0,83 m en een dikte van 1,1 mm. Men bracht een identiek vel van de papieren handdoek boven op de beklede kant van het oorspronkelijke vel en naaide de randen zodanig aaneen, dat het prepa-30 raat tussen de voorwerpen lag opgesloten. Men bracht daarna paren van de voorwerpen in een Kenmorewasautomaat naast een gemengde waslading van 2,75 tot 3 kg. Men liet de wasautomaat lopen op een wasprogramma met weinig beroering onder gebruikmaking van 83 1 water van 27°c (leidingwater van de stad Cincinnati van 11,5-14°DH ge-35 mengde hardheid) met een koudwaterspoeling. Na het wasprogramma 7815060 ~ 17 nam men de voorwerpen weg en schatte de door het voorwerp afgegeven hoeveelheid actieve stof visueel, Onderstaande tabel geeft een samenvatting van de verkregen gegevens, 5 Gang Preparaten % Actieve stof opgelost van voorwerp (visueel geschat) I A 20 % B 95 % II A 10 % 10 C 95 % III D 10 % E 80 % IV F 10 % G 80 % 15
Deze gegevens tonen de dramatische stijging in snelheid en volledigheid van de afgifte van het wasmiddel door het substraat, die men verkrijgt als men de oploshulpen van de uitvinding gebruikt.
20 Men verkrijgt een nagenoeg soortgelijke afgifte van component als men in bovenstaande preparaten het als oploshulp gebruikte cholinechloride geheel of gedeeltelijk vervangt door equivalente hoeveelheden ammoniumchloride, fenylmethylammonium-chloride, saccharose, glucose, polyethyleenglycol met een molekuul-25 gewicht van 1000 tot 6000, in het bijzonder 4000, of mengsels van deze stoffen.
Men verkrijgt ook soortgelijke resultaten als men de boven gebruikte nietionogene component vervangt door het conden-satieproduct van C.. alkohol en 3 molen ethyleenoxyde, het conden-30 satieproduct van kokosalkohol en 6 molen ethyleenoxyde, het conden-satieproduct van kokosalkohol en 7 molen ethyleenoxyde, het condensatieproduct van ci2-i3 alkohol en 6,5 molen ethyleenoxyde, het condensatieproduct van alkohol en 7 molen ethyleenoxyde, of het condensatieproduct van c12_13 alcohol en 3 molen ethyleen-35 oxyde, waaruit de lagere ethoxylaatfracties en ongeethoxyleerde 7815060 18 fracties zijn afgestript»
Uitstekende resultaten worden ook verkregen als de gebruikte wasmiddelen nietionogene tot kationogene oppervlakte-actieve stofverhoudingen vertonen van 100;1, 70:1, 50:1, 35:1, 5 25:1, 20:1, 15:1, 10:1, 5:1, 4:1, 3:1, 20:7, 20:9, 20:1, of 5:3.
Soortgelijke resultaten worden ook verkregen als men de nietionogene component vervangt door een mengsel vein het condensatieproduct van c14_j5 alkohol en 3 molen ethyleenoxyde samen met het condensatieproduct van ^ alkohol en 7 molen 10 ethyleenoxyde met een verhouding van nietionogeen lager ethoxylaat tot nietionogeen hoger ethoxylaat van 2:1, een mengsel van het condensatieproduct van Cj4_i5 alkohol en 3 molen ethyleenoxyde samen met het condensatieproduct van myristylalkohol en 10 molen ethyleenoxyde in een verhouding van nietionogeen lager ethoxylaat tot 15 nietionogeen hoger ethoxylaat van 1:1, of een mengsel van het condensatieproduct van kokosalkohol en 5 molen ethyleenoxyde, samen met een alkylglycerylether met de formule 21 in een verhouding van alkoholethoxylaat tot glycerylether van 7:3.
Nagenoeg soortgelijke resultaten ten aanzien van 20 de afgifte worden ook bereikt als de kationogene component wordt vervangen door C^ trimethylammoniumchloride, trimethylammonium-bromide, di-C^ dimethylammoniumbromide, di-C^ dimethylammonium-
chloride, tri-C_ methylammoniumbromide, tri-C.A methylammoniumchlo-o 1U
ride, of door een kationogene component met één der formules 22 25 t/m 27.
VOORBEELD II
Onder gebruikmaking van de onderstaande preparaten in de opgegeven hoeveelheden in de voorwerpen van de uitvinding 30 onderzocht men de afgifte-eigenschappen van een aantal voorwerpen van de uitvinding onder gebruikmaking van werkwijze en voorwerpsstruc-tuur, beschreven in bovenstaande voorbeeld 1. Eet percentage van het totale wasmiddel^ dat aan het stof werd afgegeven, werd berekend door het voorwerp te wegen alvorens het in de wasmachine te 35 brengen en het vervolgens opnieuw te wegen nadat het bij het was- 7815060 ------------- 19 programma was gebruikt en gedroogd, De verkregen gegevens worden samengevat in onderstaande tabel.
Preparaat Component g/voor- Gew.% % door voor- 5 werp werp afgege- _ven stof A Verbinding met de formule 20 13,8 20,4 79,4
Condensatieproduct 10 van kokosalkohol en 5 molen ethyleenoxyde 29,8 43,6
Ammoniak-amide 4,2 6,1
Borax. 5 H^O 6,0 8,8
Ophelderaar (aniono- 15 geen) 0,8 1,2
Zeosyl 200 6,7 9,9
Cholinechloride 6,8 10,0 B Zelfde als A, boven, 20 behalve Zeosyl 200 6,7 8,8 95,7
Cholinechloride 15,3 20,0 C Zelfde als A, boven, behalve Zeosyl 200 4,2 6,4 70,8 25 Cholinechloride 6,5 10,0 D Zelfde als A, boven, behalve Zeosyl 200 4,2 5,7 92,0
Cholinechloride 14,7 20,0 30 ______
Deze gegevens tonen de uitstekende afgifte aan van wasmiddelbestanddelen aan het sop, die men bereikt onder gebruikmaking van de voorwerpen van de uitvinding, 35 7815060 20
VOORBEELD III
Onder gebruikmaking van werkwijze en voorwerpstruc-tuur als beschreven in bovenstaand voorbeeld If bepaalde men de afgifte van wasmiddelcomponenten door onderstaande voorwerpen. Na-5 dat het wasproces voltooid wasr schatte men visueel het percentage van de actieve componenten, dat door het voorwerp was afgegeven en de resultaten zijn samengevat in onderstaande tabel.
Prepa- g/Voor- % Door voor- 10 raat Component werp Gew.% werp afgege- ven stof.
A Verbinding met de formule 20 13,8 28,9 20
Condensatieproduct van 15 kokosalkohol met 5 molen ethyleenoxyde 29,8 62,5
Ophelderaar (anionogeen) 0,8 1,7
Zeosyl 200 3,3 6,9
Cholinechloride 20 _ B Zelfde is A, boven, behalve Zeosyl 200 3,3 6,2 90
Chinolinechloride 5,3 10,0 25 C Zelfde als A, boven, behalve Zeosyl 200 3,3 5,5
Chinolinechloride 11,9 20,0 30 Deze gegevens tonen de uitstekende resultaten ten aanzien van de afgifte aan, die men verkrijgt onder gebruikmaking van de voorwerpen van de uitvinding, alsmede de noodzaak van het gebruik van de hier beschreven oploshulpen als de voorwerpen van de uitvinding componenten bevatten, die de doorloop van compo-35 nenten tot een minimum beperken.
7815060 21
VOORBEELD IV
Men beproefde het doorlopen van de actieve componenten in de onderbeschreven voorwerpen op de volgende wijze.
Men bereidde wasmiddelen van onderstaande basissamenstelling, die 5 echter verschillende typen doorlooptegengaande componenten bevatten, door de componenten in de opgegeven hoeveelheden dooreen te mengen. De doorlooptegengaande stoffen, die men beproefde, waren Zeosyl 200, een siliciumdioxyde met eei^gemiddelde deeltjesgrootte van 2 micron, Bentone 27, een bentonietaarde met een gemiddelde 10 deeltjesgrootte van 0,8 micron, Quso G30, een silicaat met een gemiddelde deeltjesgrootte van 1 tot 2 micron en Zeoliet A, een natriumaluminosilicaat met een gemiddelde deeltjesgrootte van 4 micron.
15 Component Gew, % g/voorwerp
Verbinding met de formule 20 20,4 11,9
Condensatieproduct van kokosalko- hol en 5 molen ethyleenoxyde 50,9 29,8
Ophelderaar (anionogeen) 1,4 0,8 20 Ammoniak-amide 7,1 4,2
Borax. 5 H^O 10,2 6,0
Doorlooptegengaande component 10,0 5,8
Men vervaardigde voorwerpen, die elk één van de 25 bovengenoemde doorlooptegengaande componenten bevatten, door een kant van een 20 x 27,5 cm vel van een Scott 8050 Industrial Towel met een luchtdoorlaatbaarheid van 39.000 l/min./m , een basisgewicht van 77,5 g/0,83 m^ en een dikte van 1,1 mm te bekleden met 58,5 g van een bepaald wasmiddel. Menlegde een identiek vel van de papieren 30 handdoek boven op de beklede kant van het oorspronkelijke vel en naaide de randen zodanig samen, dat het preparaat binnen het voorwerp werd opgesloten*
Men bepaalde de doorloop van elk voorwerp door nabootsing vein de opslag vein een stapel veui de voorwerpen in een 35 kartonnen verpakking. Elk voorwerp werd op een stuk karton gelegd, 7815060 -22 waarna men daarop weer een Plexiglasblok legde yan 10 bij 10 cm.
Op het Plexiglasblok legde men weer een gewicht van 100 g en bewaarde het yoorwerp gedurende 2 weken bij 27°c/60 % relatjere vochtigheid, Na deze opslagperiode mat men de middellijn van de cirkel 5 van nietionogene component, die op het stuk karton was doorgelopen. Een cirkel met een middellijn van meer dan 12,5 cm wordt beschouwd als een indicatie van overmatige doorloop onder deze proefomstan-digheden. De verkregen resultaten zijn samengevat in onderstaande tabel.
10
Verdikkingsmiddel Deeltjesgrootte Doorloop (cm)
Zeosyl 200 2,0 10,63
Bentone 27 0,8 7,50
Quso G30 1,0-2,0 10,63 15 Zeoliet A 4,0 14,38
Deze gegevens tonen de voordelen aan, die men ten aanzien van een minimale doorloop van componenten verkrijgt door gebruikmaking van de in de onderhavige aanvrage beschreven specifie-20 ke typen doorlooptegengaande middelen.
Soortgelijke resultaten worden ook verkregen als men de bovengebruikte nietionogene componenten geheel of gedeeltelijk vervangt door het condensatieproduct van alkohol en 3 molen ethyfeenoxyde, het condensatieproduct van kokosalkohol en 25 6 molen ethyleenoxyde, het condensatieproduct van kokosalkohol en 7 molen ethyleenoxyde, het condensatieproduct van j3 alkohol en 6,5 molen ethyleenoxyde, het condensatieproduct van C4.
14—15 alkohol en 7 molen ethyleenoxyde, het condensatieproduct van alkohol en 3 molen ethyleenoxyde, waaruit de lagere ethoxylaat-30 fracties en ongeethoxyleerde fracties zijn afgestript, of mengsels van deze oppervlakteactieve stoffen.
Uitstekende resultaten worden ook verkregen als de wasmiddelen nietionogene tot kationogene oppervlakteactieve stofverhoudingen vertonen van 100:1, 70:1, 50:1, 40:1, 35:1, 25:1, 35 15:1, 5:1, 4;1, 10:3, 20:7, 20:9, 2;1 of 5;3.
7815060 __ 23
Soortgelijke resultaten worden ook verkregen als men de nietionogene component vervangt door een mengsel van het condensatieproduct van ^ alkohol en 3 molen ethyleenoxyde, samen met het condensatieproduct van ^ alkohol en 7 molen 5 ethyleenoxyde, in een verhouding van nietionogeen lager ethoxylaat tot nietionogeen hoger ethoxylaat van 2:1, een mengsel van het condensatieproduct van C|4_i5 alkohol en 3 molen ethyleenoxyde, samen met het condensatieproduct van myristylalkohol en 10 molen ethyleenoxyde, in een verhouding van nietionogeen lager ethoxylaat tot 10 nietionogeen hoger ethoxylaat van 1:1 of een mengsel van het condensatieproduct van kokosalkohol en 5 molen ethyleenoxyde, samen met een alkylglycerylether met de formule 21 in een verhouding van alkoholethoxylaat let glycerylether vein 7:3.
Nagenoeg soortgelijke resultaten worden ook ver-15 kregen als men de kationogene component vervangt door C^trimethyl-ammoniumchloride, trimethylammoniumbromide, di-C^ dimethyl- ammoniumbromide, di-C10 dimethylammoniumchloride, tri-C_ methyl-ammoniumbromide, tri-C^ methylammoniumchloride of een kationogene component met één der formules 22 of 23, of 25 t/m 27.
20
VOORBEELD V
Men vervaardigt een voorwerp ten gebruike in een wasautomaat door een kant van een 20 x 27,5 cm vel Scott 8050 Industrial Towel te bekleden met 50 g preparaat van onderstaande 25 samenstelling. Dit preparaat wordt bereidt door innige vermenging vein de nietionogene en kationogene oppervlakteactieve stoffen bij een temperatuur van 27°e onder vorming van een dikke pasta, gevolgd door toevoeging van de resterende componenten.
7815060 - 24
Component Gew,%
Verbinding mèt de formule 20 25,7
Condensatieproduct van kokosalkohol en 5 molen ethyleenoxyde 50,7 5 Zeosyl 200 9,8
Cholinechloride 11,8
Nevenbestanddelen (schuimonderdrukker, parfum, ophelderaar, enz.) rest tot 100 10 Men legt een identiek vel papieren handdoek boven op de beklede kant van het oorspronkelijke vel en naait de randen zodanig aaneen, dat het preparaat tussen de substraatvellen wordt opgesloten. Dit voorwerp geeft een handzame werkwijze voor het inbrengen Vein de wasmiddelen in het sop en heeft uitstekende eigen-15 schappen ten aanzien vein de afgiftesnelheidvan de wasmiddelbestand-delen aan het sop en ten aanzien van sn minimum doorloop van component tijdens opslag.
Men kan ook een voorwerp vervaardigen door een kant van een 27,5 x 27,5 cm vel smeltgeblazen polypropeen met een 20 dikte van 0,73 mm. een basisgewicht van 58,5 g/0,83 m^ en een doorlaatbaarheid voor lucht van 20.000 l/min./m2 te bekleden met 60 g bovenbeschreven wasmiddel, een identiek substraatvel over het beklede vel te brengen en de ramden van de twee substraten door heet-lassen aaneen te voegen onder opsluiting van het wasmiddel-in het 25 voorwerp.
VOORBEELD VI
Men vervaardigt de volgens de werkwijze van bovenstaand voorbeeld V een voorwerp van de uitvinding, dat het onder-30 gegeven wasmiddel bevatte. Dit voorwerp vertoont een uitstekende reiniging vam vet en olievlekken en vam fijnverdeeld vuil bij gebruik in een wasautomaat en geeft ook een uitstekende component-afgifte en een minimum component doorloop door het substraat bij opslag, 7815060 25
Component Gew.%
Verbindingmet de formule 20 21,4
Condensatieproduct van kokosalkohol en 5 molen ethyleenoxyde 42,2 5 Ammonia-amide 5,9
Borax. 10 H20 10,9
Zeosyl 200 9,1
Cholinechloride 10,5
10 VOORBEELD VII
Men vervaardigt de volgens de werkwijze van bovenstaand voorbeeld V een voorwerp van de uitvinding, dat het ondergegeven wasmiddel bevatte. Dit voorwerp geeft een nagenoeg volledige afgifte van het wasmiddel door het substraat tijdens een standaard-15 wasgang in een automaat en vertoont een minimale doorloop van oppervlakteactieve componenten door het substraat tijdens opslag. Bovendien geeft het voorwerp een uitstekende reiniging van fijn-verdeeld vuil en vet en olievlekken, terwijl het verder op het wasgoed verzachtend en antistatisch inwerkt en kleurstofoverdracht 20 inhibiteert.
Component Gew,%
Verbinding met de formule 28 18,3
Condensatieproduct van kokosalkohol 25 en 5 molen ethyleenoxyde 43,7
Laurinezuuramide 4,0
Borax. 5 ^0 10,0
Zeosyl 200 9,1
Cholinechloride 10,0 30 Nevenbestanddelen (schuimonderdrukker, parfum, ophelderaar, enz.) Rest tot 100
VOORBEELD VIII
Men vervaardigt de volgens de werkwijze vein boven-35 staand voorbeeld V een voorwerp van de uitvinding, dat het onder- 7815060 26 gegeven wasmiddel bevatte. Dit voorwerp vertoont een uitstekende afgifte van wasmiddel tijdens een automatisch wasprogramma en een minimum component doorlooptijdens opslag, 5 Component Gew,%
Dikokosalkyldimethylammoniumbromide 19
Condensatieproduct van C.. alko- kol en 7 molen ethyleenoxyde 48
Ammonia-amide 6 10 Bentone 27 10
Cholinechloride 11
Nevenbestanddelen (schuimonderdrukker, parfum, ophelderaar, enz.) rest tot 100 7815060

Claims (11)

1. Als wasmiddel te gebruiken voorwerp, gekenmerkt door een in water onoplosbaar substraat met natte sterkte, dat een doeltreffende hoeveelheid draagt van een wasmiddel, dat omvat: 5 (a) 5 tot 95 % oppervlakteactief mengsel, in wezen bestaande uit: (I) een nietionogene oppervlakteactieve stof met een HLB van 5 tot 17 en (II) een kationogene oppervlakteactieve stof met de 10 formule R^ Y^Z, waarin elke R^ een organische m x groep voorstelt met een rechte of vertakte alkyl- of alkenylgroep, die eventueel gesubstitueerd is met tot 3 fenylgroepen en eventueel onderbroken is met tot 4 structuren 15 met een der formules 1 t/m 6, waarbij elke Rj 8 tot 22 koolstofatomen bevat en bovendien tot 20 ethoxygroepen kan bevatten, m een getal van 1 tot 7 is, met dien verstande, dat ten hoogste één Rj meer dan 12 koolstofatomen bevat 20 als m 3 of meer is, elke R^ ee- alkyl- of hydroxyalkylgroep met 1 tot 4 koolstofatomen of een benzylgroep voorstelt, met dien verstande, dat ten hoogste één R2 in een molekuul benzyl is, x 0 tot 7 is, waarbij eventueel res-25 terende valenties aan koolstof, stikstof, zwavel of fosfor door waterstof worden opgevuld, Y een groep met één der formules 7 t/m 13, waarin p 1 tot 20 is, of een mengsel daarvan voorstelt, L 1 tot 3 is, Z een anion voorstelt, 30 zodanig, dat het geheel elektrisch neutraal is, welke kationogene oppervlakteactieve stof in vermenging met de nietionogene oppervlakteactieve stof tenminste dispergeerbaar is in water, bij een verhouding van nietionogene tot 35 kationogene oppervlakteactieve stof van 5:3 7815060 tot 300:1 en (b) 1 tot 30 % nietionogene of kationogene oplos-hulp met een oplosbaarheid in water van 38°c van tenminste 20 gew,%, die in ten hoogste 5 2 min. in water van 38°c volledig oplost.
2. Voorwerp volgens conclusie 1, met het kenmerk/ dat het wasmiddel 3 tot 25 % oploshulp bevat.
3. Voorwerp volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de oploshulp een oplosbaarheid in water vein 10 38°C van tenminste 25 gew.% heeft en in ten hoogste 1 min. in water van 38°c volledig oplost.
4. Voorwerp volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de oploshulp cholinechloride, ammoniumchlo-ride, fenylmethylammoniumchloride, saccharose, glucose, polyethy- 15 leenglycol met een molekuulgewicht van 1000 tot 6000 of een mengsel daarvan is.
5. Voorwerp volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de oploshulp hygroscopisch is.
6. Voorwerp volgens een der voorgaande conclusies, 20 met het kenmerk, dat het wasmiddel 10 tot 90 % nietionogene/katio- nogene oppervlakteactieve stofinengsel bevat bij een gewichtsverhouding van nietionogene tot kationogene oppervlakteactieve stof van 5:3 tot 50:1.
7. Voorwerp volgens een der voorgaande conclusies, 25 met het kenmerk, dat de nietionogene oppervlakteactieve dbof de formule R(OCJS ) OH heeft, waarin R een primaire of secundaire « 4 Π alkylketen met 8 tot 22 koolstofatomen voorstelt en n gemiddeld 2 tot 9 is.
8. Voorwerp volgens een der voorgaande conclusies, 30 met het kenmerk, dat in de kationogene oppervlakteactieve stof L 1 is, Z een halogenide-, methylsulfaat-, hydroxyl- of nitraation is en Y een groep voorstelt met één der formules 7, 8 of 11, of een mengsel daarvan.
9. Voorwerp volgens een der voorgaande conclusies, 35 met het kenmerk, dat het wasmiddel 2 tot 20 % doorlooptegengaand 7815060 middel bevat in de vorm van sillciumdioxyde, kleiaarde, amide, zeep of een mengsel daarvan met een deeltjesgrootte van ten hoogste 3,0 micron,
10. Voorwerp volgens een der voorgaande conclusies, 5 met het kenmerk, dat het doorlooptegengaande middel siliciumdi- oxyde met een gemiddelde deeltjesgrootte van 2 micron, bentoniet-aarde met een gemiddelde deeltjesgrootte van 0,8 micron, silicaat met een gemiddelde deeltjesgrootte van 1 tot 2 micron of een mengsel daarvan is.
11. Voorwerp volgens een der voorgaande concludes, met het kenmerk, dat het substraat papier, geweven stof of niet geweven stof is en 3 tot 120 g wasmiddel draagt. 7815060
NL7815060A 1977-12-23 1978-12-13 Voorwerpen van wasmiddeldragend substraat. NL7815060A (nl)

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US05/864,136 US4199465A (en) 1977-12-23 1977-12-23 Laundry detergent substrate articles
US86405077 1977-12-23
US86413677 1977-12-23
US05/864,050 US4199464A (en) 1977-12-23 1977-12-23 Laundry detergent substrate articles

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL7815060A true NL7815060A (nl) 1980-05-30

Family

ID=27127796

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL7815060A NL7815060A (nl) 1977-12-23 1978-12-13 Voorwerpen van wasmiddeldragend substraat.

Country Status (8)

Country Link
EP (1) EP0002857A1 (nl)
BE (1) BE58T1 (nl)
CH (1) CH647544A5 (nl)
DE (1) DE2857474A1 (nl)
FR (1) FR2443494A1 (nl)
GB (1) GB2041967B (nl)
IT (1) IT1148287B (nl)
NL (1) NL7815060A (nl)

Families Citing this family (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2928603A1 (de) * 1979-07-14 1981-02-05 Hoechst Ag Quaternaere ammoniumverbindungen, deren herstellung und deren verwendung als waescheweichspuelmittel
US4443362A (en) * 1981-06-29 1984-04-17 Johnson & Johnson Baby Products Company Detergent compounds and compositions
US4642258A (en) * 1983-07-05 1987-02-10 Economics Laboratory, Inc. Treatment of fabrics in machine dryers using treating means containing fabric treating composition having resistance to change in viscosity and release rate with temperature change
EP0368383A3 (en) * 1988-11-09 1991-07-03 Unilever N.V. Fabric conditioner
CA2168975C (en) * 1993-08-06 2001-01-16 Thomas Andrew Borcher, Sr. Dryer-activated fabric conditioning compositions containing ethoxylated/propoxylated sugar derivatives
ES2158098T3 (es) * 1994-04-07 2001-09-01 Unilever Nv Composiciones suavizantes de telas.
GB9406824D0 (en) * 1994-04-07 1994-06-01 Unilever Plc Fabric softening composition
EP1239024B1 (en) * 2001-03-08 2007-11-21 Kao Corporation Softener composition
DE102007049286A1 (de) * 2007-10-12 2009-04-23 Thomas Zundel Verfahren zur Reinigung von Leder und Ledertextilkombinationen

Family Cites Families (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2106819C3 (de) * 1971-02-12 1978-11-16 Henkel Kgaa, 4000 Duesseldorf Klarspülmittel für die maschinelle Geschirreinigung
US3959157A (en) * 1973-06-04 1976-05-25 Colgate-Palmolive Company Non-phosphate detergent-softening compositions
LU68355A1 (nl) * 1973-09-04 1975-05-21
DE2529444C3 (de) * 1975-07-02 1982-04-15 Blendax-Werke R. Schneider Gmbh & Co, 6500 Mainz Flüssiges Feinwaschmittel

Also Published As

Publication number Publication date
IT1148287B (it) 1986-11-26
DE2857474A1 (de) 1980-08-14
BE58T1 (fr) 1980-04-18
GB2041967B (en) 1982-12-15
GB2041967A (en) 1980-09-17
EP0002857A1 (en) 1979-07-11
DE2857474C2 (nl) 1987-06-11
FR2443494A1 (nl) 1980-07-04
IT8086221A0 (it) 1980-03-18
CH647544A5 (de) 1985-01-31

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4199464A (en) Laundry detergent substrate articles
US4095946A (en) Article for cleaning and conditioning fabrics
US4118525A (en) Article and method for fabric softening and static control
US4170565A (en) Substrate article for cleaning fabrics
US4113630A (en) Article for conditioning fabrics
JP4927161B2 (ja) 洗濯用物品
US4410441A (en) Product for treating fabrics in a washing machine
US6238736B1 (en) Process for softening or treating a fabric article
US4740326A (en) Soil release polymer coated substrate containing a laundry detergent for improved cleaning performance
EP0544493B1 (en) Fabric conditioning composition containing an emulsified silicone mixture
US4041205A (en) Residue-free fabric softening article for use in laundry dryer
CA2472094C (en) Heat activated fabric treatment compostion comprising fabric treatment active and oil
CA2472092C (en) A method of conditioning fabrics in a tumble dryer
CA1128399A (en) Laundry additive product
US4199465A (en) Laundry detergent substrate articles
NO152017B (no) Toeykondisjoneringspreparat inneholdende en toeymykner og en deodorantparfyme
Puchta Cationic surfactants in laundry detergents and laundry aftertreatment aids
US4929367A (en) Antistatic and fabric softening laundry wash cycle additive composition in filtering pouch
JPS58217598A (ja) 洗剤組成物
MXPA02003467A (es) Composiciones suavizantes de telas.
NL7915015A (nl) Wasmiddelen met laag fosfaatgehalte.
US20130247306A1 (en) Laundry article
NL7815060A (nl) Voorwerpen van wasmiddeldragend substraat.
US4395342A (en) Granular fabric softening composition
CA1259759A (en) Dispersible fabric softeners