NL7812603A - Inrichting voor het gedoseerd toevoeren van inkt aan een drukcilinder. - Google Patents

Description

\

Ke/ag/36....... 1 -1-

Aanvraagster : Thomassen & Drijver-Verblifa N.V.

te Deventer.

Korte aanduiding : Inrichting voor het gedoseerd toevoeren van inkt aan een drukcilinder.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het gedoseerd toevoeren van inkt, verf of een dergelijk viskeus bekledingsmedium aan een drukcilinder, voorzien van een voorraadhouder voor bekledingsmedium, ten minste een 5 inkttoevoerrol en een daartegen rustende rakel. Een dergelijke inrichting is in diverse uitvoeringen bekend. Vanouds bestaat een dergelijke inrichting of· inktwerk uit een groot . aantal onderling mee- en tegendraaiende rollen, waarover de inkt of het dergelijke bekledingsmedium van de inktvoorraad 10 geleidelijk naar de drukcilinder wordt gevoerd. Het is duidelijk dat een dergelijk inktwerk kostbaar is, zowel wat de vervaardiging als het onderhoud ervan betreft. Bovendien is het reinigen bij kleurwisseling tijdrovend.

Ten einde deze bezwaren te verminderen zijn reeds 15 constructies voorgesteld, waarbij een rol in direkt contact met een hoeveelheid inkt in een voorraadhouder draait, terwijl bij de begrenzing van deze houder een tegendraaiende rol tegen de eerstegenoemde rol rust ten einde de hoeveelheid afgevoerde inkt te beperken. Deze constructie heeft 20 het bezwaar dat voor het aandrijven van de tegendraaiende rol veel energie vereist is.

De uitvinding beoogt nu deze bezwaren te vermijden en verschaft daartoe een inrichting van de in de aanvang beschreven soort die zich van de bekende constructies onder-25 scheidt doordat de toevoerrol een ten minste aan het oppervlak van een zeer groot aantal, homogeen verdeelde uitsparingen voorziene rol is.

Een zeer nauwkeurig en snel regelbare inkttoevoer is mogelijk indien de toevoerrol een zeefcilinder is. In 30 een dergelijke zeefcilinder wordt de inkt op de gebruikelijk wijze aan de binnenzijde toegevoerd en door 'een tegen die binnenzijde rustende rakel gedoseerd.

78 1 26 0 3 ! Λ 9 · - ' f i.

V -, -2- ’ ! ) . ,1 Een zeer eenvoudige uitvoering is mogelijk indien de toevoerrol direkt tegen de van een te drukken patroon voorziene cilinder of drukcilinder rust. Her zal duidelijk zijn dat bij het vol bedrukken of geheel lakken van een 5 oppervlak de drukcilinder geen patroon vertoont.

Indien echter de drukcilinder bijvoorbeeld van een geprofileerd drukpatroon is voorzien is het aanbevelenswaardig, dat de toevoerrol direkt tegen een van een vervormbaar oppervlak voorziene opdraag-cilinder rust, welke op-10 draag-cilinder direkt tegen de van een te drukken patroon voorziene cilinder rust.

In plaats van een zeefcilinder kan als toevoerrol ook een gravurerol worden gebruikt hoewel deze de bezwaren van een groter gewicht en hogere kosten meebrengt.

15’· De uitvinding zal worden toegelicht aan de hand "van de tekening van enkele uitvoeringsvormen daarvan.

Figuur 1 toont schematisch een inktwerk in een hoogdrukpers.

Figuur 2 toont schematisch een inktwerk met een '20 opdraag-cilinder in een hoogdrukpers.

Figuur 3 toon schematisch een inktwerk in een indirekte hoogdrukpers.

Figuur 4 en 5 tonen schematisch inktwerken voor een direkte en een indirekte vlakdrukpers.

25 Figuur 6 toont schematisch een inrichting voor het aanbrengen van lak op een substraat.

Figuur .7 toont schematisch een inktwerk voorzien van een gravure cilinder.

.In figuur 1 is een zeer eenvoudige uitvoerings-30 · vorm van de inrichting volgens de uitvinding weergegeven.

In een zeefcilinder 1 bevindt zich een voorraad inkt 2, welke op gebruikelijke wijze afhankelijk van het verbruik f wordt aangevuld. Een tegen het binnen oppervlak van de zeef* cilinder 1 rustende rakel 3 doseert de door de perforaties 35 in de zeefcilinder gaande inkt. Deze inkt komt op de verheven delen 4 van de drukplaat-cilinder 5 en wordt door die verheven delen overgedragen op een te bedrukken substraat 6, 78 1 26 0 3 *> dat tegen de drukplaatcilinder aangedrukt wordt door een aandrukrol 7.

In figuur 2 is eenzelfde inrichting als weergegeven in figuur 1 getekend, welke inrichting echter voorzien 5 is van een opdraagcilinder 8. Deze opdraagcilinder 8 ontvangt de inkt van de zeefcilinder 1 en draagt die inkt over . ' op de verheven delen van de drukplaatcilinder. In beide uit voeringen worden de cilinders in de met de door de pijlen aangegeven richting in draaiing gebracht.

-· 10 In figuur 3 is een gewijzigde uitvoeringsvorm van de in figuur 1 weergegeven drukinrichting getekend. De verheven delen 4 van de drukplaatcilinder 5 brengen het te drukken beeld eerst op een synchroon meedraaiende applikatie-cilinder 9 of offsetcilinder aan. Door deze applikatieci-15 linder wordt het beeld op het substraat 6 gedrukt. Een dergelijke indirekte uitvoering is ook mogelijk bij de in fi--- guur 2 weergegeven inrichting.

In figuur 4 en 5 zijn vlakdrukpersen .schematisch weergegeven, waarvan het inktwerk weer bestaan uit een zeef-20 cilinder 1 en een rakel 3. De inkt'uit de voorraad 2 wordt op een opdraag-cilinder 8 aangebracht, welke door een gebruikelijk vochtwerk 10 wordt bevochtigd. De zo van inkt voorziene opdraagcilinder draagt de inkt over op de plaat-cilinder 11. Van deze plaatcilinder wordt het inktbeeld 25 direkt op het substraat 6 aangebracht (figuur 4) of indirect__ door middel van een applikatie cilinder 9 (figuur 5).

" In praats "van éeri zeefcilinder kan ook een gravu- recilinder worden toegepast, hoewel deze duurder is en wegens zijn grotere gewicht een zwaardere lagering vereist en moei- 30 lijker te hanteren is.

Figuur 6 toont schematisch een inrichting voor het aanbrengen van lak op een substraat.Met behulp van een lakwals 12 wordt lak op een gravure-cilinder 13 aangebracht, welke lak door een tegen de gravure-cilinder rustende rakel 35 14 wordt afgestreken. De lak wordt van de gravure-cilinder 13 via een opbrengcilinder 15 op een substraat 6 aangebracht, » * welk substraat door een aandruk-cilinder 7 tegen de opbreng-cilinder 15 wordt gedrukt. De gravure-cilinder kan over het 78 1 26 0 3 Λ -4-.

* 6 --- '•\:r ' 1 oppervlakivan uitsparing zijn voorzien voor het lakken van het gehele oppervlak van het substraat, d’och ook plaatselijk voor het plaatselijk lakJcen van dat substraat oppervlak.

In figuur 7 is schematisch een van een gravure 5 cilinder 16 voorzien inktwerk getekend. Door de gravure-cilinder 16 of anilox cilinder, waartegen een rakel 17 rust wordt inkt op een flexibele opdraagcilinder 18 aangebracht Deze inkt wordt door middel van een tegendraaiende doseer-cilinder 19, waartegen eveneens een rakel 20 rust, gelijk-10 matig gedoseerd en verdeeld. Tegen de opdraagcilinder 18 rust een synchroon meedraaiende clichêcilinder 21 in geval van hoogdruk of een plaatcilinder in geval van vlakdruk. Laatstgenoemde cilinders dragen hun inktbeeld over op de ---------. —appiikatie-cilinder 22, welke laatste het beeld tenslotte 15 - overdraagt op het (niet getekende) substraat.

j r { i 0 7812603 \ * i

Claims (5)

1. Inrichting voor het gedoseerd toevoeren van inkt, verf of een dergelijk viskeus bekledingsmedium aan een druk-cilinder, voorzien van een voorraadhouder voor. bekledings-medium, ten minste een inkttoevoerrol en een daartegen rustende rakel, met het kenmerk, dat de toevoerrol een ten minste. aan het oppervlak van een zeer groot aantal, homogeen verdeelde uitsparingen voorziene rol is.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de toevoerrol een zeefcilinder is.

3. Inrichting volgens conslusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de toevoerrol direkt tegen de van een te drukken patroon voorziene cilinder rust.

4. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met'het kenmerk, dat de toevoerrol direkt tegen een van een vervormbaar oppervlak voorziene opdraag-cilinder rust, welke opdraag-cilinder direkt tegen de van een te drukken patroon voorziene cilinder rust.

5. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de toevoerrol een gravure rol is. 78 1 26 0 3