NL7810649A - Van een aardappelvermorzelingsinrichting voorziene aardappelrooiinrichting. - Google Patents

Van een aardappelvermorzelingsinrichting voorziene aardappelrooiinrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL7810649A
NL7810649A NL7810649A NL7810649A NL7810649A NL 7810649 A NL7810649 A NL 7810649A NL 7810649 A NL7810649 A NL 7810649A NL 7810649 A NL7810649 A NL 7810649A NL 7810649 A NL7810649 A NL 7810649A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
potato
conditioner
potatoes
bantam
rollers
Prior art date
Application number
NL7810649A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Zijlstra & Bolhuis Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Zijlstra & Bolhuis Bv filed Critical Zijlstra & Bolhuis Bv
Priority to NL7810649A priority Critical patent/NL7810649A/nl
Priority to DE19792943026 priority patent/DE2943026A1/de
Priority to BE2/58151A priority patent/BE879593A/nl
Publication of NL7810649A publication Critical patent/NL7810649A/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01DHARVESTING; MOWING
    • A01D17/00Digging machines with sieving and conveying mechanisms
    • A01D17/06Digging machines with sieving and conveying mechanisms with rollers or disc screens
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01DHARVESTING; MOWING
    • A01D17/00Digging machines with sieving and conveying mechanisms
    • A01D17/10Digging machines with sieving and conveying mechanisms with smooth conveyor belts, lath bands or rake bands
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01DHARVESTING; MOWING
    • A01D33/00Accessories for digging harvesters

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Preparation Of Fruits And Vegetables (AREA)
  • Apparatuses For Bulk Treatment Of Fruits And Vegetables And Apparatuses For Preparing Feeds (AREA)
  • Harvesting Machines For Root Crops (AREA)

Description

. -4- f VOB 6161.
Zijlstra « Bolhuis B.V.
Veendam - Nederland
Van een aardappel vermorzelingsinrichting; voorziene aardappelrooiinrich- , tins-
De uitvinding heeft betrekking op een aardappelrooiinrichting, omvattende een aardappelrooideel, een aardappelreiniglngs- en loofschei-dingsdeel dat ten minste een rond te voeren zeefrooster bevat, een aard-appelopslag-of-afvoerdee'l en ten minste een vermorzel inrichting voor 5 ... krielaardappelen, aangebracht voor opvang van door het zeefrooster val lende aardappelen en kneuzen daarvan door middel van ten minste een tot ie vermorzelinrichting behorend in hoofdzaak horizontaal opgesteld, kneusrollenpaar, waarvan de rollen al dan niet onder veerspanning tegen elkaar in roteerbaar zijn, en welke vermorzelinrichting voorts voorzien 10 is van middelen voor afvoer van de evenals de aardappelen door het zeef rooster vallende aarde,
Een dergelijke aardappelrooiinrichting is bekend uit Informa 3 (1978), bladzijde 3-73 tot en met bladzijde 9-78, in welke publikatie een op proefnemingen gebaseerd Overzicht gegeven is van de wijze waarop 1? tijdens het machinaal rooien van de aardappelen het aardappelverlies, dat verantwoordelijk is voor de ongecontroleerde met onkruidopslag op een lijn te stellen aardappelopslag, kan worden tegengegaan. Als het beste systeem is daarbij naar voren gekomen het systeem van het opvangen van de tussen de spijlen van het zeefrooster vallende aardappelen en het 20 kneuzen daarvan in een aardappelkneusinrichting. De volgens dit systeem werkende bekende aardappelrooiinrichting bevat als de aardappelkneusinrichting een combinatie van één of meer krielroosters, uitgevoerd als een spijlenrooster met nauwe steek, en een paar kneusrollen. Daarbij is de aardappelkneusinrichting oader het zeefrooster of de zeefroosters 25 aangebracht. De door het zeefrooster vallende kleine aardappelen tezamen met aarde en eventueel loofdelen van de aardappelplanten komen tenslotte terecht op het krielrooster. De aarde valt verder door het krielrooster en tenslotte op de bodem. De kleine aardappelen, die op het krielrooster terecht zijn gekomen worden getransporteerd naar de kneusrollen en met \ 78,0M9 2 behulp daarvan vermorzeld tot aardappelresten die niet kiemkrachtig meer zijn, welke resten op de aardbodem vallen. In het bijzonder bij.een vochtige aardbodem, waarbij de aarde versterkte kohesieeigenschappen bezit, komt het gèmakkelijk voor dat de ruimte tussen de spijlen van het 5 krielrooster met aarde wordt dichtgesmeerd. Alle verder op het krielroos- ter vallende aarde wordt met de te kneuzen aardappelen naar het ene paar kneusrollen getransporteerd. Door de grote hoeveelheid meegevoerde aarde wordt de kneuswerking van het kneusrollenpaar nadelig beïnvloed in die zin dat bij een bepaaldè rooisnelheid het kneuseffect terugloopt.
10 Voor het bereiken van een voldoende kneuseffect zal men onder deze om standigheden de rooisnelheid aanmerkelijk moeten verlagen.
Doel van de uitvinding is de verschaffing van een aardappelrooi-inrichting van de in de aanhef vermelde soort, waarbij de rooisnelheid niet, althans minder afhankelijk is van de bodemgesteldheid.
15 De uitvinding wordt daardoor gekenmerkt, dat de vermorzelinrich- ting voor krielaardappelen ten minste in de ruimte binnen de omtrek van het in de rijrichting van de aardappelrooiinrichting eerste zeefrooster is aangebracht.
De uitvinding berust op het inzicht, dat in het kader van het 20 systeem van het opvangen en vermorzelen van de door het zeefrooster val lende krielaardappelen de kans op ongecontroleerd aardappelverlies en dus aardappelopslag wordt verkleind door de primair door het zeefrooster vallende aardappelen direct, op te vangen en te kneuzen en niet door deze aardappelen eerst op te vangen nadat zij nogmaals tussen de spijlen van 25 een zeefrooster zijn gevallen, bij voorbeeld tussen de spijlen van het teruglopende deel van het/zeefrooster zelf of tussen de spijlen van een volgend zeefrooster. Afgezien daarvan, dat in het laatstgenoemde geval de kans op een in later stadium door botsen tegen een object alsnog wegspringen van de doorgevallen aardappelen niet meer aanwezig is, wordt 30 het uiteindelijke rendement van de tot de aardappelrooiinrichting beho rende vérmorzeiinrichting daardoor minder afhankelijk van de toestand, bij voorbeeld door aanhangende aarde, waarin het (de) zeefrooster(s) verkeren .
Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm omvat de vermorzelinrich-35 ting voor krielaardappelen een .aantal in hoofdzaak horizontale kneusrol- o Y 78 1 0 6 49 ."-V-.....
'V'. ."_ "/% C;.- = .'*' H- . ';·
Vi 3 '; lenparen,al dan.niet in combinatie met één of meer op zichzelf bekende rond te voeren krielroosters. In het bijzonder bevat de vermorzelinrich- . ting voor krielaardappelen geen krielrooster terwijl de lengte van het door de kneusrollenparen ingenomen gebied in hoofdzaak met de lengte van 5 het aardappeldoorvalgebied van het zeefrooster overeenkomt. Door deze voorkeursuitvoeringsvorm van de vermorzelinrichting worden de op de naast elkaar opgestelde paren kneusrollen vallende aardappelen en aarde direct zonder verder transport nagenoeg ter plaatse verwerkt. De verhouding van de te kneuzen aardappelen ten opzichte van de begeleidende hoe-10 veelheid aarde blijft derhalve gemiddeld op deze wijze beter constant en de werking van elk kneusrollenpaar derhalve eveneens. Doordat bovendien aan de kneusrollenparen een zelfschonend effect kan worden medegedeeld, kunnen de afstanden tussen de rollen van een kneusrollenpaar kleiner worden gekozen dan de steek van het gebruikelijke krielrooster, waardoor de .
15 grens van de op te vangen en te kneuzen aardappelen naarfkleinere afmetingen kan worden verlegd.
Het is voordelig indien bij die uitvoeringsvorm van de vermorzelinrichting voor krielaardappelen, die ten minste een krielrooster om-,-die : vat en/met een grotere snelheid is rond te voeren dan de rondvoersnelheid 20 van het zeefrooster, dit'krielrooster te combineren met een orgaan voor toevoer van de door het krielrooster opgevangen aardappelen aan de kneep van de kneusrollen, welk orgaan een voor aarde doorlaatbare hotswand bezit waartegen de door het krielrooster toegevoerde aardappelen tot botsing kunnen worden gebracht. Hierdoor zal de nog aan de aardappelen kle-25 vende aarde door de botsing met de botswand, van de aardappelen worden losgeslagen en,zoals ook meegevoerde steentjes, via de wand worden afgevoerd zodat deze aarde niet tussen de kneusrollen geraakt. Een in dit opzicht gunstig effect wordt in het bijzonder verkregen, wanneer de bots-wand is samengesteld uit afzonderlijke, langwerpige benedenwaarts naar de 30 kneep van het kneusrollenpaar toe.hellende en verende strook- of draad vormige metaalorganen, die naast elkaar aangebracht zijn, waarbij van de metaalorganen het benedeneinde vrij is terwijl het boveneinde daarvan aan een houderelement vast bevestigd is. De tijdens het botsen met de aardappelen door verend terugwijken van de langwerpige1'strook-, of draadvor-35 ' mige metaalorganen ontstane onderlinge tussenruimten laten een gemakke- ‘ 781 0 6 4 9 I i k lijke afvoer van de losgeslagen aarde en steentjes toe.
Het is mogelijk de rotatieassen van de tot de kneusrollenparen behorende kneusrollen excentrisch ten opzichte van de lichaamsassen van de kneusrollen aan te brengen, in het bijzonder zodanig, dat zij gelegen 5 zijn in het vlak van de lichaamsassen van de kneusrollen, buitenwaarts excentrisch ten opzichte daarvan. Uiteraard dient daarbij de mate van excentriciteit niet zodanig te zijn, dat daardoor een wezenlijke verbreding van de doorlaatopening van de kneep van de kneusrollen optreedt. Op zichzelf wordt echter door de excentrische opstelling van de rotatieassen 10 de uitoefening van een dwingende stuwing van de aardappelen in de rich ting van de kneep van de kneusrollen bevorderd.
De uitvinding wordt aan de hand van de tekening nader toegelicht. In de tekening toont fig. 1 schematisch in zijaanzicht een deel van een aardappel-15 rooiinrichting, omvattende het rooigedeelte en een zeefrooster, waarbij de vermorzelinrichting is uitgevoerd als te omvatten een krielrooster en een paar kneusrollen en verder voorzien/van een toevoerorgaan voor de door het krielrooster aangevoerde aardappelen naar de kneusrollen; fig. 2 de aardappelrooiinrichting volgens fig. 1, waarbij de ver-20 morzelinrichting geheel samengesteld is uit paren kneusrollen, en fig. 3 de aardappelrooiinrichting volgens fig. 1 of fig. 2, echter voorzien van een vermorzelinrichting, samengesteld uit een aantal kneusrollenparen en een aantal krielroosters. Dezelfde verwijzingcijfers in de figuren 1-3 hebben betrekking op dezelfde of overeenkomstige ele-25 menten.
De in de tekening weergegeven aardappelrooiinrichting kan in de richting van de pijl,.bij voorbeeld door middel van een trekker, worden voortbewogen en omvat een combinatie van een of meer langwerpige steek-organen 1 en het snijwiel 2, waarmede de aardappelplanten en de daarmede 30 verbonden aardappelen uit de grond worden verwijderd terwijl de terpaan- drukrol 3 bij het lossteken en -snijden van de planten tegendruk op het aardappelbed uitoefent. De uit het bed losgestoken aardappelplanten en aardappelen komen terecht op het zeefrooster 1+ dat wordt rondgevoerd in de door de pijl aangegeven richting en door middel waarvan de aardappelen 35 ter verdere bewerking in het niet nader getoonde deel van de aardappel- 781 06 49 - - , - J M; 5 . *· · · rooiinrichting verder worden getransporteerd. Tijdens het transport op het zeefrooster h vindt reeds een scheiding van de aardappelen van de planten plaats, daarbij geholpen door de vingervomige organen 5. De -ongewenste- kleinere aardappelen vallen door het zeefrooster op de ver-5 morzelinrichting 20, die aangebracht is binnen de ontrek van het zeef rooster k en waarvan het deel, dat de door het zeefrooster k vallende aardappelen opvangt ongeveer even lang is als het aardappeldoorvaldeel van het zeefrooster.
De vernorzelinrichting 20 kan, zoals getoond is in fig. 1, be-10 staan uit een enkele krielrooster 13 in de vorm van een spijlenband met V
nauwe steek, die in dezelfde richting als het zeefrooster b wordt rondgevoerd rond keerrollen 6, T, echter bij voorkeur met een grotere rond-voersnelheid dan zeefrooster U, in combinatie met een enkel kneusrollen-paar met kneusrollen 9 en 10, dietegen elkaar in roteren en waarbij de 15 rollen verend van elkaar af kunnen bewegen, zoals bij voorbeeld gewenst is indien tussen de rollen een hard voorwerp, zoals een steen,terecht komt. Voorts omvat de vermorzelinrichting 20 in combinatie met het krielrooster k een orgaan voor toevoer van de aardappelen aan het kneusrollen-paar 9, 10, van welk orgaan wandvormige elementen11 en 12 zijn weerge-20 geven.
De botswand 11 is opgebouwd uit een aantal afzonderlijke draad-stukken die naast elkaar aangebracht aan het boveneinde daarvan aan een houder vast zijn bevestigd, maar aan het ondereinde daarvan vrij zijn en daardoor bij botsing met de aardappels verend kunnen meegeven. De van de 25 aardappelen door de botsing losgeslagen aarde kan tussen de draadstukken naar beneden vallen en aldus worden afgevoerd. De te kneuzen aardappelen verplaatsen-zich onder geleiding van de hellende wanden 11, 12 in de richting van de tegen elkaar in roterende kneusrollen 9 en 10 waarvan er één, bij voorbeeld rol 10, wordt aangedreven, bij voorbeeld door middel 30 van een niet nader getoonde kettingwieloverbrenging. Via een tandwiel overbrenging drijft rol 10 de rol 9 aan· De rollen kunnen door keuze van . de tandwielverhoudingen met.gelijke of met verschillende snelheid worden geroteerd. De aan de kneep toegèvoerde aardappelen worden door de roteren-, de rollen gegrepen en vermorzeld tot niet-kiemkrachtige resten die verder \ 35 naar beneden tussen de spijlen met grote steek van de zeefrooster h op de bodem vallen.
\ \ 78 1 0 6 4 9 β
De in fig. 2 getoonde vermorzelinrichting 20 bevat geen kriel-rooster maar is geheel samengesteld uit een zestal kneusrollenparen 26, 27; 28, 29; 30, 31; 32, 33; 3b, 35; en 3o, 37, waarbij ook weer de rollen van elk paar tegen elkaar in roteren. Ook deze kneusrollenparen kun-5 nen door tussenkomst van elke geschikte overbrengingswijze worden aange dreven respectievelijk de rotatiesnelheid van de bijbehorende rollen in een kneusrollenpaar gelijk of verschillend worden ingesteld. De afstand tussen de kneusrollenparen wordt zodanig gekozen, dat het binnen bepaalde grenzen verend van elkaar wijken van de tot een kneusrollenpaar be-10 horende rollen niet wordt belemmerd. Daarbij kan toevoer van aard appelen aan de ruimte tussen de kneusrollenparen worden voorkomen door middel van afschermorganen Ho.
In fig. 3 is een vermorzelinrichting 20 getoond, die samengesteld is uit drie kneusrollenparen 38, 39; H-1, Π-2; Π5, Π6, en twee kriel-15 roosters Π-3 en ΠΗ die in de richting van de pijlen worden rondgevoerd.
De kneusrollenparen b5, Π6 en 38, 39 zijn daarbij wederom voorzien van toevoerorganen met wandvormige elementen.11, 12 en 11’, 12'.
Om de doorvoer van de aardappelen «tussen de rollen van een kneusrollenpaar te bevorderen, is ten minste een van de rollen, bij voorbeeld 20 alle in de tekening linker rollen van de kneusrollenparen,van een schroef- draadprofiel voorzien, die geschikt kan zijn vervaardigd uit een ronde staaf uit ijzer met een diameter van bij voorbeeld circa b-J mm, in het bijzonder 6 mm, die schroefdraadvormig rond het oppervlak van de rol is gewonden en daaraan is vastgelast. Wanneer de rotatiesnelheid van de tot 25 een kneusrollenpaar behorende kneusrollen gelijk wordt gekozen, kunnen ook de andere rollen van elk paar van een analoog schroefdraadprofiel worden voorzien, zodanig, dat beide schroefdraadprofielen in samenwerking als worm fungeren, waardoor het zelfschonende effect van de rollen wordt bevorderd.
30 Van de aardappelrooiinrichting volgens de uitvinding kan nog als een voordeel worden opgemerkt, dat aan de vermorzelinrichting geen loofresten worden toegevoerd. Het scheiden van de aardappelen van de planten en verdere verwerking en lossen van de' planten en het loof vindt plaats buiten de vermorzelinrichting.
35 Als een belangrijk -technisch voordeel van de aardappelrooiin- 0 1 781 0 6 49 £ ' Her.·-'·'···’· ··:··„-=.····.··-.......
:ΐ - ···''.· ' : ,ί: : τ: 1 'in .
richting volgens de uitvinding is nog te noemen, dat door het aanbrengen van de vermorzëlinrichting binnen de omtrek van het zeefrooster, zovel plaatsing als aandrijving van de vermorzëlinrichting mede door de kortere onderlinge afstand tussen de samenverkende onderdelen met eenvoudige 5 technische maatregelen kunnen worden gerealiseerd.
Uiteraard kunnen aan de hierboven beschreven en in de tekening weergegeven aardappelrooi-inrichting wijzigingen worden aangebracht zonder dat daarbij het kader van de uitvinding wordt verlaten.
Zo is het bijvoorbeeld mogelijk om in de in figuur 1 weergegeven uit-10 voeringsvorm naast' het kneusrollenpaar 9*10 nog een tweede kneusrollen- paar op te nemen, waarbij dan de waad 12 in de tekening naar rechts wordt op geschoven, tot voorbij de kneep van dit tweede kneusrollenpaar.
• I
781 06 49 **»

Claims (8)

1. Aardappelrooiinrichting, omvattende een aardappelrooideel, een aardappelreinigings- en loofscheidingsdeel dat ten minste een rond te voeren zeefrooster bevat, een aardappelopslag-of-afvoerdeel en ten minste een vermorzelinrichting voor krielaardappelen, aangebracht voor opvang 5 van door het zeefrooster vallende aardappelen en kneuzen daarvan door middel van ten minste een tot de vermorzelinrichting behorend in hoofdzaak horizontaal opgesteld kneusrollenpaar, waarvan de rollen al dan niet onder veerspanning tegen elkaar in roteerbaar zijn, en welke vermorzelinrichting voorts voorzien is van middelen voor afvoer van de evenals 10 de aardappelen door het zeefrooster vallende aarde, met het ken merk, dat de vermorzelinrichting voor de krielaardappelen ten minste in de ruimte binnen de omtrek van het in de rijrichting van de aardappel-rooiinrichting eerste zeefrooster is aangebracht.
2. Aardappelrooiinrichting volgens conclusie 1, met het 15 kenmerk, dat de vermorzelinrichting voor krielaardappelen een aantal in hoofdzaak horizontale kneusrollenparen omvat, al dan niet in combinatie met één of meer op zichzelf bekende rond te voeren krielroos-ters.
3. Aardappelrooiinrichting volgens conclusie 2, met het 20 kenmerk, dat de vermorzelinrichting voor krielaardappelen geen krielrooster bevat terwijl de lengte van het door de kneusrollenparen ingenomen gebied in hoofdzaak met de lengte van het aardappeldoorvalge-bied van het zeefrooster overeenkomt. U. Aardappelrooiinrichting volgens conclusies 1-3, waarbij het 25 oppervlak van ten minste een van de tot het kneusrollenpaar behorende kneusrollen geprofileerd is, met het kenmerk, dat het oppervlak van de kneusrol voorzien is van een uitstekend schroefdraad-profiel.
5. Aardappelrooiinrichting volgens conclusie met het 30 kenmerk, dat de hoogte van het schroefdraadprofiel ongeveer H-T mm .bedraagt.
6. Aardappelrooiinrichting volgens conclusie 2, waarbij de vermorzelinrichting voor krielaardappelen ten minste één krielrooster omvat, \ \ \ (§ 78 1 0 6 49 9 : . ·" ....... '. ^ .¾° die met een grotere snelheid is rond te voeren dan de^rondvoersnelheid van het zeefrooster, me t h et ken me r k, dat het krielrooster is gecombineerd met een orgaan voor toevoer van de door het krielrooster opgevangen aardappelen aan de kneep van de kneusrollen, welk orgaan een 5 voor aarde doorlaatbare botswand bezit waartegen de door het krielroos ter toegevoerde aardappelen tot botsing kunnen worden gebracht.
7. Aardappelrooiinrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, 4'at de botswand is samengesteld uit afzonderlijke langwerpige benedenwaarts naar de kneep van het kneusrollenpaar toe hellende 10 en verende strook- of draadvormige metaalorganen, die naast elkaar aan gebracht zijn, waarbij van de metaalorganen het benedeneinde vrij is terwijl het boveneinde daarvan aan een houderelement vast bevestigd is.
8. Aardappelrooiinrichting volgens conclusies 1-7, met het k e n m e r k, d a t de rotatieassen van de tot de kneusrollenparen behold rende kneusrollen excentrisch ten opzichte van de lichaamsassen van de kneusrollen gelegen zijn. .
9. Inrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de rotatieassen van de tot de kneusrollenparen behorende kneusrollen gelegen zijn in het vlak van de lichaamsassen van de kneusrollen, 20 buitenwaarts excentrisch ten opzichte daarvan. O 781 0 6 49 Λ
NL7810649A 1978-10-25 1978-10-25 Van een aardappelvermorzelingsinrichting voorziene aardappelrooiinrichting. NL7810649A (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL7810649A NL7810649A (nl) 1978-10-25 1978-10-25 Van een aardappelvermorzelingsinrichting voorziene aardappelrooiinrichting.
DE19792943026 DE2943026A1 (de) 1978-10-25 1979-10-24 Mit einer kartoffelzermalmeinrichtung versehene kartoffelrodemaschine
BE2/58151A BE879593A (nl) 1978-10-25 1979-10-24 Van een aardappelvermorzelingsinrichting voorziene aardappelrooiinrichting

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL7810649 1978-10-25
NL7810649A NL7810649A (nl) 1978-10-25 1978-10-25 Van een aardappelvermorzelingsinrichting voorziene aardappelrooiinrichting.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL7810649A true NL7810649A (nl) 1980-04-29

Family

ID=19831773

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL7810649A NL7810649A (nl) 1978-10-25 1978-10-25 Van een aardappelvermorzelingsinrichting voorziene aardappelrooiinrichting.

Country Status (3)

Country Link
BE (1) BE879593A (nl)
DE (1) DE2943026A1 (nl)
NL (1) NL7810649A (nl)

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN111937561B (zh) * 2020-09-04 2022-04-01 山东理工大学 智能马铃薯收获机缓冲减损集薯调控系统
CN111937560B (zh) * 2020-09-04 2022-04-19 山东理工大学 马铃薯收获机纵向非等距清土除杂减损装置
CN115581142B (zh) * 2022-11-25 2024-01-30 海南大学三亚研究院 一种甘薯数量及破皮率的在线检测装置

Also Published As

Publication number Publication date
BE879593A (nl) 1980-04-24
DE2943026A1 (de) 1980-05-08

Similar Documents

Publication Publication Date Title
DE2000554B2 (de) Mähdrescher
DE2430718A1 (de) Dreschmaschine, insbesondere maehdrescher
DE2628414A1 (de) Dreschmaschine, insbesondere maehdrescher
DE3042736C2 (nl)
CN111758371A (zh) 一种蚕豆联合收割机
US2718110A (en) Apparatus for gathering crops
CN112996397B (zh) 葡萄收集装置的分离器
US4152883A (en) Harvester for sugar cane
NL7810649A (nl) Van een aardappelvermorzelingsinrichting voorziene aardappelrooiinrichting.
RU2585481C1 (ru) Машина для уборки лука-севка
RU2584475C1 (ru) Корнеклубнеуборочный комбайн
EP2946645B1 (de) Verfahren und einrichtung zum behandeln von steinigen ackerböden
WO2004034769A1 (en) Harvesting apparatus for harvesting crops and sorting apparatus
RU2341950C2 (ru) Картофелеуборочный комбайн
WO1997014514A1 (en) Method and apparatus for cleaning roots, tubers, bulbs and the like
US185627A (en) Improvement in potato - harvesters
US1106019A (en) Harvesting-machine.
US3259225A (en) Marshalling apparatus
DE17891C (de) Neuerungen an der durch Patent Nr. 2664 geschützten Trommel für Kartoffel-Erntemaschinen
US3144022A (en) Cutter bank for harvesters for pod type vegetables
RU2007065C1 (ru) Устройство для извлечения корнеплодов из почвы
RU2221360C2 (ru) Сепарирующее устройство клубнеуборочной машины
JP6646293B2 (ja) 農作業機
US316015A (en) Potato-digger
DE2811860A1 (de) Erntemaschine fuer bohnen

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
A85 Still pending on 85-01-01
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed