NL2024585B1

NL2024585B1 - Verzinkbare laadpaal

Info

Publication number: NL2024585B1
Application number: NL2024585A
Authority: NL
Inventors: Dresen Huub
Original assignee: Ep Lift Bv
Priority date: 2019-12-27
Filing date: 2019-12-27
Publication date: 2021-09-06

Abstract

Een laadpaal 4 heeft een paal 5 voorzien van een zijwand 5B waarin een stopcontact 7 verzonken aanwezig is, alsmede een aan de bovenzijde open behuizing 17 waarin de paal kan zakken. Het stopcontact 7 is verplaatsbaar tussen een operationele positie verzonken in de zijwand 5B, en een niet—operationele teruggetrokken positie waarin het stopcontact achter een verplaatsbaar afschermdeel 11 aanwezig is dat naar beneden voor het stopcontact is geschoven. Achter het afschermdeel 11 is een hulpdeel aanwezig dat bij het voor het stopcontact verschuiven van het afschermdeel naar voren verplaatst wordt om de opengevallen ruimte op te vullen. Onder het stopcontact bevindt zich een wanddeel 15 dat bij het verplaatsen van het afschermdeel teruggetrokken en daarna weer naar voren verplaatst wordt, zodat er bij het in de grond zinken van de paal er geen randen meer over zijn waarachter iets zou kunnen blijven haken.

Description

Verzinkbare laadpaal BESCHRIJVING:

Gebied van de uitvinding De uitvinding heeft betrekking op een laadpaal omvattende: - een paal voorzien van een zijwand, - een stopcontact dat verzonken in de zijwand van de paal aanwezig is, en - een afscherming voor het afschermen van het stopcontact.

Stand van de techniek Een laadpaal volgens de aanhef van conclusie 1 is algemeen bekend.

Bij de bekende laadpaal is de afscherming gevormd door een klep die naar een open stand bewogen kan worden waarin de klep het stopcontact vrijgeeft.

Afhankelijk van de locatie van een laadpaal, kan deze in de weg staan indien de locatie tijdelijk voor een ander doel dan parkeren of laden van een voertuig wordt gebruikt.

Denk bijvoorbeeld aan een parkeerplaats of marktplaats die tijdelijk voor het houden van een markt wordt gebruikt.

Een mogelijke oplossing hiervoor is om stopcontacten voor elektrische auto’s in het wegdek aan te brengen.

Nadeel hiervan is dat men moet bukken om een stekker in het stopcontact te kunnen steken en dat de afscherming beschadigd kan raken bij het eroverheen rijden.

Een laadpaal kan ook de directe omgeving ontsieren en derhalve in esthetisch opzicht niet op een locatie gewenst zijn.

Samenvatting van de uitvinding Een doel van de uitvinding is het vinden van een oplossing voor het niet in de weg staan van laadpalen indien de locatie tijdelijk voor een ander doel gebruikt gaat worden.

Hiertoe is de laadpaal volgens de uitvinding gekenmerkt, doordat:

- de laadpaal voorts een behuizing omvat, die in de grond aangebracht dient te worden, waarbij de behuizing met de bovenzijde op hetzelfde niveau aanwezig dient te zijn als het niveau van de directe omgeving van de behuizing, welke behuizing aan de bovenzijde is voorzien van een opening via welke de paal in de behuizing kan zakken, en dat - de laadpaal liftmiddelen omvat om de paal in de behuizing te kunnen laten zakken en uit de behuizing kunnen liften, waarbij de afscherming van het stopcontact zodanig is uitgevoerd dat er bij het in de behuizing zakken van de paal geen voorwerpen of ledematen bekneld kunnen raken tussen het stopcontact en de behuizing.

Door de laadpaal in het wegdek verzinkbaar te maken, staat de laadpaal in verzonken stand nooit in de weg. In gebruiksstand is de laadpaal op dezelfde wijze te gebruiken als de bekende (d.w.z. niet verzinkbare) laadpalen. In tegenstelling tot bekende in het wegdek verzinkbare en een doorgang afsluitende blokkeerpalen, kunnen laadpalen niet zomaar in de grond verzinkbaar worden uitgevoerd omdat dit tot gevaarlijke situaties kan leiden indien er bij het in de behuizing zakken nog iets aanwezig is in het stopcontact of in de ruimte in de zijwand van de paal voor het stopcontact. Door de laadpaal te voorzien van een afscherming die voorkomt dat dergelijke gevaarlijke situaties zich kunnen voordoen wordt een eventueel bezwaar tegen verzinkbare laadpalen voorkomen. Bovendien is een verzonken laadpaal niet zichtbaar en kan derhalve de omgevingf ook niet ontsieren.

De behuizing kan bijvoorbeeld een koker zijn waarin de paal telescopisch kan zakken of een ruimere behuizing voorzien van aan de binnenzijde van de wand bevestigde geleidingswielen die in contact zijn met de zijwand van de opaal.

Een uitvoeringsvorm van de laadpaal volgens de uitvinding is gekenmerkt, doordat deze: - een beweegbaar afschermdeel omvat dat deel uitmaakt van de afscherming en beweegbaar is tussen een eerste positie waarin het afschermdeel het stopcontact vrijgeeft en een tweede positie waarin het afschermdeel in de zijwand voor het stopcontact aanwezig is, alsmede - een hulpdeel dat aanwezig is naast het stopcontact en verplaatsbaar is tussen een rustpositie op afstand van de zijwand van de paal en een functionele positie in de zijwand van de paal naast het zich in tweede positie bevindende afschermdeel, en

- eerste verplaatsmgsmiddelen die het hulpdeel kunnen verplaatsen tussen de rustpositie en de functionele positie. Onder “naast” dient hier niet alleen naast maar ook onder of boven verstaan te worden. Onder “in de zijwand van de paal” dient hier een positie verstaan te worden waarbij het betreffende onderdeel met de voorzijde zich in het mantelvlak van de paal of op geringe afstand erachter bevindt waarbij er geen ander onderdeel voor geschoven kan worden. Pas indien het hulpdeel zich in de functionele positie bevindt, zodat men er van verzekerd is dat er zich geen voorwerpen of ledematen in het stopcontact of in de 0 ruimte voor het stopcontact bevinden, mag de paal vrijgeven worden om te verzinken. Bovendien is er ook geen ruimte in de zijwand naast het stopcontact aanwezig waarin een voorwerp of ledemaat aanwezig kan zijn. Hierdoor is er geen of althans minder gevaar op bekneld kunnen raken van voorwerpen of ledematen.

Het afschermdeel kan uitgevoerd zijn als een klep die draaibaar met de paal is verbonden. Bij voorkeur echter is het afschermdeel in de eerste positie in de zijwand van de paal naast het stopcontact aanwezig en is het afschermdeel in de wand van de paal verschuifbaar naar de tweede positie, en bij voorkeur heeft de laadpaal voorts tweede verplaatsingmiddelen die het afschermdeel kunnen verplaatsen tussen de eerste positie en de tweede positie.

Een eventueel voorwerp of ledemaat dat in het stopcontact of in de ruimte voor het verzonken stopcontact aanwezig is, wordt door de schuif beweging uit de paal gedrukt waarbij het stopcontact gelijktijdig wordt afgesloten van de omgeving. Hierdoor is er nog minder gevaar op bekneld kunnen raken van voorwerpen of ledematen.

Een verdere uitvoeringsvorm van de laadpaal volgens de uitvinding is gekenmerkt, doordat deze derde verplaatsingsmiddelen omvat die het stopcontact kunnen verplaatsen tussen een operationele positie verzonken in de zijwand van de paal en een niet-operationele positie op afstand van de zijwand van de paal, waarbij het afschermdeel in de tweede positie zich voor het zich in niet-operationele positie bevindende stopcontact bevindt, en het ulpdeel in de rustpositie achter het zich in de eerste positie bevindende afschermdeel aanwezig is. Hierdoor is de kans op bekneld kunnen raken van voorwerpen of ledematen nog verder gereduceerd.

Nog een verdere uitvoeringsvorm van de laadpaal volgens de uitvinding is gekenmerkt, doordat deze: - een verplaatsbaar wanddeel omvat dat in de zijwand van de paal aanwezig is naast het zich in operationele positie bevindende stopcontact, alsmede - vierde verplaatsingsmiddelen die het wanddeel kunnen verplaatsen tussen een werkpositie in de zijwand van de paal naast het zich in operationele positie bevindende stopcontact of naast het zich in tweede positie bevindende afschermdeel, en een tijdelijke positie op afstand van de zijwand van de paal naast het zich in niet-operationele positie bevindende stopcontact.

Bij in de tijdelijke positie verkerend wanddeel, kan een eventueel in of voor het stopcontact aanwezig voorwerp of ledemaat bij verplaatsing van het afschermdeel, niet klem raken tussen het afschermdeel en de zijwand van de paal. Een eventueel in of voor het stopcontact aanwezig voorwerp of ledemaat, dat door het afschermdeel weg geduwd is tot voor het in de tijdelijke positie teruggetrokken wanddeel, wordt bij verplaatsing van het wanddeel naar de werkpositie in de zijwand van de paal, door het wanddeel uit de paal gedrukt zodat er geen randen meer over zijn waarachter iets zou kunnen blijven haken.

Beknopte omschrijving van de tekeningen Hieronder zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van in de tekeningen weergegeven uitvoeringsvoorbeelden van de laadpaal volgens de uitvinding. Hierbij toont: Figuur 1 een eerste uitvoeringsvorm van de laadpaal volgens de uitvinding in omhooggeschoven stand; Figuur 2 de in figuur 1 weergegeven laadpaal in verzonken stand; Figuur 3 een schematische doorsnede van de in figuur | weergegeven laadpaal waarin het stopcontact toegankelijk is; Figuur 4 de in figuur 3 weergegeven doorsnede waarbij het stopcontact 1s afgeschermd; Figuur 5 de in figuur 3 weergegeven doorsnede waarbij de paal gereed is om te kunnen verzinken;

Figuur 6 een tweede uitvoeringsvorm van de laadpaal volgens de uitvinding in omhooggeschoven stand; Figuur 7 de in figuur 6 weergegeven laadpaal in verzonken stand; Figuur 8 een schematische doorsnede van de in figuur 6 weergegeven 5 laadpaal waarin het stopcontact toegankelijk is; Figuur 9 de in figuur 8 weergegeven doorsnede waarbij het stopcontact is afgeschermd; Figuur 10 de in figuur 8 weergegeven doorsnede waarbij de paal gereed is om te kunnen verzinken; Figuur 11 een derde uitvoeringsvorm van de laadpaal volgens de uitvinding in omhooggeschoven stand; Figuur 12 de in figuur 11 weergegeven laadpaal in verzonken stand; Figuur 13 een schematische doorsnede van de in figuur 11 weergegeven laadpaal met het stopcontact in operationele positie; Figuur 14 de in figuur 13 weergegeven doorsnede met het stopcontact in niet-operationele positie; Figuur 15 de in figuur 13 weergegeven doorsnede waarbij het stopcontact is afgeschermd; Figuur 16 de in figuur 13 weergegeven doorsnede gereed om te kunnen verzinken; Figuur 17 een vierde uitvoeringsvorm van de laadpaal volgens de uitvinding in omhooggeschoven stand; Figuur 18 de in figuur 17 weergegeven laadpaal in verzonken stand; Figuur 19 een schematische doorsnede van de in figuur 17 weergegeven laadpaal met het stopcontact in operationele positie; Figuur 20 de in figuur 19 weergegeven doorsnede met het stopcontact in niet-operationele positie; Figuur 21 de in figuur 19 weergegeven doorsnede waarbij het stopcontact is afgeschermd; en Figuur 22 de in figuur 19 weergegeven doorsnede gereed om te kunnen verzinken.

Gedetailleerde omschrijving van de tekeningen

In de figuren 1 en 2 is een eerste uitvoeringsvorm van de laadpaal volgens de uitvinding weergegeven in respectievelijk uitgeschoven en verzonken stand. De laadpaal 1 heeft een paal 5 voorzien van een zijwand 5B waarin een stopcontact 7 verzonken aanwezig is. Het stopcontact is via een elektrische kabel 8 verbonden met een elektriciteitsvoorziening. De elektrische kabel 8 loopt via de paal en door de grond 9 naar de elektriciteitsvoorziening. De laadpaal 1 heeft voorts een aan de bovenzijde open behuizing 17 die in de grond 9 is aangebracht. Deze behuizing 17 is met de bovenzijde 17B op hetzelfde niveau aanwezig als het niveau 9B van de directe omgeving van de behuizing.

De paal 5 heeft een beweegbaar afschermdeel dat is uitgevoerd als een draaibare klep 10. Deze klep is draaibaar tussen een eerste positie, zie figuur 1, waarin de klep 10 het stopcontact vrijgeeft en een tweede positie, zie figuur 2, waarin de klep 10 in de zijwand 5B voor het stopcontact 7 aanwezig is. De paal 5 heeft voorts een hulpdeel 13 dat aanwezig is naast het stopcontact 7 en dat verplaatsbaar is tussen een rustpositie op afstand van de zijwand 5B van de paal, zie figuren 3 en 4, en een functionele positie in de zijwand SB van de paal naast het zich in tweede positie bevindende afschermdeel, zie figuur 5. Het hulpdeel 13 is verplaatsbaar door eerste verplaatsingsmiddelen 25 (bijvoorbeeld uitgevoerd als een elektromagnetisch verplaatsbare stang) die het hulpdeel 13 kunnen verplaatsen tussen de rustpositie en de functionele positie.

In de figuren 6 en 7 is een tweede uitvoeringsvorm van de laadpaal volgens de uitvinding weergegeven in respectievelijk uitgeschoven en verzonken stand. Alle onderdelen van deze tweede uitvoeringsvorm die gelijk zijn aan die van de hierboven beschreven eerste uitvoeringsvorm zijn met dezelfde verwijzingscijfers aangegeven. Bij deze laadpaal 2 is het afschermdeel uitgevoerd als een schuif 11 die in de eerste positie, zie figuur 8, in de zijwand 5B van de paal naast het stopcontact 7 aanwezig is en in deze positie het stopcontact vrijgeeft. De schuif 11 1s in de wand 5B van de paal verschuifbaar naar de tweede positie, zie figuren 9 en 10, waarin de schuif het stopcontact afschermt. De schuif 11 is tussen de eerste positie en de tweede positie verplaatsbaar door tweede verplaatsingmiddelen 23 (bijvoorbeeld uitgevoerd als een draaibare draadspindel waarlangs het stopcontact verplaatsbaar is).

In de figuren 11 en 12 is een derde uitvoeringsvorm van de laadpaal volgens de uitvinding weergegeven in respectievelijk uitgeschoven en verzonken stand.

Alle onderdelen van deze derde uitvoeringsvorm die gelijk zijn aan die van de hierboven beschreven eerste en tweede uitvoeringsvormen zijn met dezelfde verwijzingscijfers aangegeven. Bij deze laadpaal 3 is het stopcontact 7 is verplaatsbaar tussen een operationele positie verzonken in de zijwand 5B van de paal, zie figuur 11, en een niet-operationele positie op afstand van de zijwand 5B van de paal, zie figuur 12 waarin het stopcontact achter een afschermdeel 11 aanwezig is. Dit afschermdeel 11 is verplaatsbaar tussen een eerste positie in de zijwand 5B van de paal naast het zich in operationele positie bevindende stopcontact 7, zie figuur 11, en een tweede positie in de zijwand SB van de paal voor het zich in niet-operationele positie bevindende stopcontact 7, zie figuur 12. In deze tweede positie van het afschermdeel 11 bevindt zich een hulpdeel 13 naast het afschermdeel 11 in de zijwand van5B van de paal om de opengevallen ruimte door het verschuiven van het afschermdeel 11 op te vullen, zodat er bij het in de grond zinken van de paal geen voorwerpen of ledematen bekneld kunnen raken.

In figuur 13 is de laadpaal 3 schematisch en in doorsnede weergegeven met het stopcontact 7 in operationele positie. De laadpaal 3 heeft liftmiddelen 19 om de paal 5 in de behuizing 17 te kunnen laten zakken en uit de behuizing te kunnen liften. De laadpaal heeft voorts derde verplaatsingsmiddelen 21 die het stopcontact 7 kunnen verplaatsen tussen de operationele positie en de niet-operationele positie, alsmede tweede verplaatsingmiddelen 23 die het afschermdeel 11 kunnen verplaatsen tussen de eerste positie en de tweede positie. Voorts heeft de laadpaal eerste verplaatsingsmiddelen 25 die het hulpdeel 13 kunnen verplaatsen tussen een rustpositie achter het zich in de eerste positie bevindende afschermdeel 11 en een functionele positie in de zijwand 5B van de paal naast het zich in tweede positie bevindende afschermdeel 11.

In figuur 14 is de situatie weergegeven met het stopcontact in teruggetrokken, niet-operationele positie. Bij de in figuur 15 weergegeven situatie is het stopcontact afgeschermd door het afschermdeel, en bij de in figuur 16 weergegeven situatie is de paal gereed om in de behuizing te kunnen verzinken.

In de figuren 17 en 18 is een vierde uitvoeringsvorm van de laadpaal volgens de uitvinding weergegeven in respectievelijk uitgeschoven en verzonken stand. Alle onderdelen van deze tweede uitvoeringsvorm die gelijk zijn aan die van de hierboven beschreven eerste uitvoeringsvorm zijn met dezelfde verwijzingscijfers aangegeven. Deze laadpaal 4 heeft voorts een verplaatsbaar wanddeel 15 dat in de zijwand 5B van de paal aanwezig is onder het zich in operationele positie bevindende stopcontact 7, zie figuur 17, of onder het zich in tweede positie bevindende afschermdeel 11, zie figuur 18.

In figuur 19 is de laadpaal 4 schematisch en in doorsnede weergegeven met het stopcontact 7 in operationele positie. Deze laadpaal 4 heeft naaste de eerste, tweede en derde verplaatsingsmiddelen 21-25, voorts vierde verplaatsingsmiddelen 27 die het wanddeel 15 kunnen verplaatsen tussen een werkpositie in de zijwand 5B van de paal naast het zich in operationele positie bevindende stopcontact 7 of naast het zich in tweede positie bevindende afschermdeel 11, en een tijdelijke positie op afstand van de zijwand 5B van de paal naast het zich in niet-operationele positie bevindende stopcontact 7.

Bij in de tijdelijke positie verkerend wanddeel 15, kan een eventueel in of voor het stopcontact 7 aanwezig voorwerp of ledemaat bij verplaatsing van het afschermdeel, niet klem raken tussen het afschermdeel 15 en de zijwand 5B van de paal. Een eventueel in of voor het stopcontact 7 aanwezig voorwerp of ledemaat, dat door het afschermdeel 11 weg geduwd is tot voor het in de tijdelijke positie teruggetrokken wanddeel 15, wordt bij verplaatsing van het wanddeel naar de werkpositie in de zijwand van de paal, door het wanddeel 15 uit de paal 5 gedrukt zodat er geen randen meer over zijn waarachter iets zou kunnen blijven haken.

In figuur 20 is de situatie weergegeven met het stopcontact in teruggetrokken, niet-operationele positie. Bij de in figuur 21 weergegeven situatie is het stopcontact afgeschermd door het afschermdeel, en bij de in figuur 22 weergegeven situatie is de paal gereed om in de behuizing te kunnen verzinken.

Hoewel in het voorgaande de uitvinding is toegelicht aan de hand van de tekeningen, dient te worden vastgesteld dat de uitvinding geenszins tot de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvormen is beperkt. De uitvinding strekt zich mede uit tot alle van de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvormen afwijkende uitvoeringsvormen binnen het door de conclusies gedefinieerde kader.

Claims

CONCLUSIES: I. Laadpaal (1-4) omvattende: - een paal (5) voorzien van een zijwand (5B), - een stopcontact (7) dat verzonken in de zijwand (5B) van de paal aanwezig is, en - een afscherming voor het afschermen van het stopcontact (7), met het kenmerk, dat: - de laadpaal (1-4) voorts een behuizing (17) omvat, die in de grond aangebracht dient te worden, waarbij de behuizing met de bovenzijde (17B) op hetzelfde niveau aanwezig dient te zijn als het niveau (9B) van de directe omgeving van de behuizing, welke behuizing (17) aan de bovenzijde is voorzien van een opening via welke de paal (5) in de behuizing (17) kan zakken, en dat - de laadpaal (1-4) liftmiddelen (19) omvat om de paal (5) in de behuizing (17) te kunnen laten zakken en uit de behuizing te kunnen liften, waarbij de afscherming van het stopcontact (7) zodanig is uitgevoerd dat er bij het in de behuizing (17) zakken van de paal (5) geen voorwerpen of ledematen bekneld kunnen raken tussen het stopcontact (7) en de behuizing (17).
2. Laadpaal (1-4) volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat deze: - een beweegbaar afschermdeel (11) omvat dat deel uitmaakt van de afscherming en beweegbaar is tussen een eerste positie waarin het afschermdeel het stopcontact vrijgeeft en een tweede positie waarin het afschermdeel in de zijwand (5B) voor het stopcontact (7) aanwezig is, alsmede - een hulpdeel (13) dat aanwezig is naast het stopcontact (7) en verplaatsbaar is tussen een rustpositie op afstand van de zijwand (5B) van de paal en een functionele positie in de zijwand (5B) van de paal naast het zich in tweede positie bevindende afschermdeel (11), en - eerste verplaatsingsmiddelen (25) die het hulpdeel (13) kunnen verplaatsen tussen de rustpositie en de functionele positie.
3. Laadpaal (1-4) volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het afschermdeel (11) in de eerste positie in de zijwand (5B) van de paal naast het stopcontact (7) aanwezig is en in de wand (5B) van de paal verschuifbaar is naar de tweede positie, en dat de laadpaal (1) voorts tweede verplaatsingmiddelen (23) omvat die het afschermdeel (11) kunnen verplaatsen tussen de eerste positie en de tweede positie.
4. Laadpaal (3; 4) volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat deze derde verplaatsingsmiddelen (21) omvat die het stopcontact (7) kunnen verplaatsen tussen een operationele positie verzonken in de zijwand (5B) van de paal en een niet-operationele positie op afstand van de zijwand (5B) van de paal, waarbij het afschermdeel (11) in de tweede positie zich voor het zich in niet-operationele positie bevindende stopcontact (7) bevindt, en het hulpdeel (13) in de rustpositie achter het zich in de eerste positie bevindende afschermdeel (11) aanwezig is.
5. Laadpaal (4) volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat deze: - een verplaatsbaar wanddeel (15) omvat dat in de zijwand (5B) van de paal aanwezig is naast het zich in operationele positie bevindende stopcontact (7), alsmede - vierde verplaatsingsmiddelen (27) die het wanddeel (15) kunnen verplaatsen tussen een werkpositie in de zijwand (5B) van de paal naast het zich in operationele positie bevindende stopcontact (7) of naast het zich in tweede positie bevindende afschermdeel (11), en een tijdelijke positie op afstand van de zijwand (5B) van de paal naast het zich in niet-operationele positie bevindende stopcontact (7).