NL2023733B1 - Insecticidesamenstelling - Google Patents
Insecticidesamenstelling Download PDFInfo
- Publication number
- NL2023733B1 NL2023733B1 NL2023733A NL2023733A NL2023733B1 NL 2023733 B1 NL2023733 B1 NL 2023733B1 NL 2023733 A NL2023733 A NL 2023733A NL 2023733 A NL2023733 A NL 2023733A NL 2023733 B1 NL2023733 B1 NL 2023733B1
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- insecticide
- weight
- composition according
- insecticide composition
- composition
- Prior art date
Links
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A01—AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
- A01N—PRESERVATION OF BODIES OF HUMANS OR ANIMALS OR PLANTS OR PARTS THEREOF; BIOCIDES, e.g. AS DISINFECTANTS, AS PESTICIDES OR AS HERBICIDES; PEST REPELLANTS OR ATTRACTANTS; PLANT GROWTH REGULATORS
- A01N53/00—Biocides, pest repellants or attractants, or plant growth regulators containing cyclopropane carboxylic acids or derivatives thereof
Landscapes
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Agronomy & Crop Science (AREA)
- Pest Control & Pesticides (AREA)
- Plant Pathology (AREA)
- Health & Medical Sciences (AREA)
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Dentistry (AREA)
- General Health & Medical Sciences (AREA)
- Wood Science & Technology (AREA)
- Zoology (AREA)
- Environmental Sciences (AREA)
- Agricultural Chemicals And Associated Chemicals (AREA)
Abstract
2 O Uittreksel lnsecticidesamenstelling Deze uitvinding steunt op een insecticidesamenstelling en op het 5 gebruik van een dergelijke samenstelling om vliegende en kruipende insecten te bestrijden. Deze uitvinding steunt ook op een insecticidespray en op het gebruik van een dergelijke spray om vliegende en kruipende insecten te bestrijden.
Description
Insecticidesamenstelling Deze uitvinding steunt op een insecticidesamenstelling en op het gebruik van een dergelijke samenstelling om vliegende en kruipende insecten te bestrijden. Deze uitvinding steunt ook op een insecticidespray en op het gebruik van een dergelijke spray om vliegende en kruipende insecten te bestrijden.
Er zijn veel insecticidesamenstellingen bekend, met name in de vorm van sprays. Ze worden gebruikt om vliegende en kruipende insecten (vliegen, muggen, wespen, kakkerlakken, spinnen, mieren, wantsen, motten, vlooien enz.} te bestrijden.
De doeltreffendheid van insecticidesamenstellingen wordt over het algemeen geëvalueerd aan de hand van twee belangrijke parameters: het knockdown- en het sterftepercentage. In de praktijk worden de noodzakelijke tijden voor de observatie van de knockdownpercentages van 10 % (KT 10), 50 % (KT 50) en 95 % (KT 95) na de toepassing van een insecticidesamenstelling gemeten door rekening te houden met de insecten die niet meer in staat zijn om zich te verplaatsen. Het knockdownpercentage na een uur (KD 1 uur) kan ook worden gemeten door rekening te houden met de insecten die niet meer in staat zijn op zich te verplaatsen. Vliegende insecten worden bijvoorbeeld als knockdown beschouwd wanneer ze niet langer op hun poten kunnen staan of wanneer ze op hun rug vastliggen, maar wel nog hun poten en vleugels kunnen bewegen zonder echter te kunnen opstijgen of gecoördineerd te vliegen. Na de toepassing van een insecticidesamenstelling wordt het sterftecijfer voor een gegeven tijdsinterval (bijvoorbeeld 24 uur) berekend door rekening te houden met de insecten die volledig immobiel zijn en geen tekenen van leven geven.
Permethrin is een van de insecticidesubstanties die momenteel, alleen of in combinatie met een of meerdere andere insecticidesubstanties, worden gebruikt. Deze insecticidesubstantie is bijzonder giftig voor veel dieren en verschillende studies hebben zelfs een mogelijk giftig effect bij de mens aangetoond. Een van de grootste problemen van permethrin is de sterke remanentie aangezien er werd vastgesteld dat deze insecticidesubstantie meer dan een maand en tot wel 90 dagen in de omgeving kan blijven. Dit is vooral het gevolg van de geringe afbraak bij lucht en licht. Daarom wordt erkend dat de gebruiker van een insecticidesamenstelling met permethrin ook na de toepassing aan deze substantie blijft blootgesteld, waardoor permethrin des te onrustwekkender is voor de gezondheid van de mens. Paradoxaal genoeg zou blijken dat permethrin de vruchtbaarheid en de reproductie van de doelinsecten kan verbeteren wanneer ze slechts aan lage dosissen (sub-letale dosissen) worden blootgesteld, waardoor de algemene doeltreffendheid van deze molecule als insecticide in vraag kan worden gesteld. De problematiek van de sterke remanentie stelt zich ook voor andere insecticidesubstanties zoals cypermethrin, cyflutrhin of deltamethrin.
Momenteel is er dus echt behoefte aan een alternatieve insecticidesamenstelling die geen van de bovenstaande problemen vertoont.
Om deze problemen van de huidige stand van de techniek op te lossen, voorziet de uitvinding een insecticidesamenstelling met: - 1R-trans-fenothrin als insecticidesubstantie, en - een oplosmiddel waarin 1R-trans-fenothrin is verdund, De samenstelling heeft het kenmerk dat het oplosmiddel ten minste een zware koolwaterstof met een dichtheid tussen 0,75 en 0,85 en ten minste een lichte koolwaterstof met een dichtheid tussen 0,65 en 0,8 bevat.
1R-trans-fenothrin is een insecticidemolecule van het type pyrethrinoïde (of pyrethroide) met het nummer CAS 26046-85-5 en de volgende formule: he pas HC — In het kader van deze uitvinding werd getoond dat een dergelijke insecticidesamenstelling volgens de uitvinding met 1R-trans-fenothrin als insecticidesubstantie minstens even doeltreffend is als een insecticidesamenstelling met permethrin op het vlak van het knockdownpercentage en het sterftepercentage. Deze insecticidesamenstelling volgens de uitvinding vertoont bovendien een aanzienlijke lagere remanentie dan de samenstelling met permethrin. Er werd bovendien vastgesteld dat een insecticidesamenstelling volgens de uitvinding polyvalent is. Dit wil zeggen dat ze kan worden gebruikt om meerdere vliegende of kruipende doelinsectensoorten te bestrijden. Er werd in het bijzonder vastgesteld dat een insecticidesamenstelling volgens de uitvinding het voor de bestrijding van vliegende en kruipende doelinsecten mogelijk maakt om sneller knockdownpercentages van KT 10, KT 50 en KT 95 en na 24 uur een sterftepercentage van 100 % te bereiken.
De insecticidesamenstelling volgens de uitvinding bevat bovendien nog minstens een extra tweede insecticidesubstantie die wordt gekozen uit de groep die bestaat uit de volgende verbindingen en hun optische en geometrische isomeren: allethrin, prallethrin, resmethrin, cyphenothrin, tetramethrin en hun mengsels.
De insecticidesamenstelling volgens de uitvinding bevat bij voorkeur 1R-trans-fenothrin als eerste insecticidesubstantie en nog minstens een extra tweede insecticidesubstantie die wordt gekozen uit de groep die bestaat uit de volgende verbindingen en hun optische en geometrische isomeren: allethrin, prallethrin, resmethrin, cyphenothrin, tetramethrin en hun mengsels.
De extra tweede insecticidesubstantie is bij voorkeur allethrin en zijn optische en geometrische isomeren, bijvoorbeeld bioallethrin of esbiothrin of S-bioallethrin.
De tweede insecticidesubstantie is bij voorkeur prallethrin en zijn optische en geometrische isomeren.
De extra tweede insecticidesubstantie is bij voorkeur resmethrin en zijn optische en geometrische isomeren, bijvoorbeeld bioresmethrin of cismethrin.
De extra tweede insecticidesubstantie is bij voorkeur cyphenothrin en zijn optische en geometrische isomeren, bijvoorbeeld D-cyphenothrin.
De extra tweede insecticidesubstantie is bij voorkeur tetramethrin en zijn optische en geometrische isomeren, bijvoorbeeld D-tetramethrin of D- trans-tetramethrin. Volgens de uitvinding bevindt de verhouding in gewicht van 1R- trans-fenothrin tot de minstens één extra tweede insecticidesubstantie zich best tussen 10: 1 en 1: 10, bij voorkeur tussen 10: 1 en 1: 5 bevindt. Een dergelijke verhouding in gewicht van 1R-trans-fenothrin tot de minstens één extra tweede insecticidesubstantie werd als ideaal beschouwd om geschikte knockdown- en sterftepercentages te garanderen.
De gehaltes van 1R-trans-fenothrin en de minstens één extra tweede insecticidesubstantie bevinden zich volgens de uitvinding tussen 0,03 en 1 % in gewicht, bij voorkeur tussen 0,04 en 0,9 % in gewicht en zelfs tussen 0,05 en 0,75 % in gewicht ten opzichte van het totale gewicht van de insecticidesamenstelling.
Het gehalte van 1R-trans-fenothrin bevindt zich volgens de uitvinding tussen 0,03 en 1 % in gewicht, bij voorkeur tussen 0,04 en 0,9 % in gewicht en zelfs tussen 0,05 en 0,75 % in gewicht ten opzichte van het totale gewicht van de insecticidesamenstelling.
Het gehalte van de minstens één extra tweede insecticidesubstantie bevindt zich volgens de uitvinding tussen 0,03 en 1 % in gewicht, bij voorkeur tussen 0,04 en 0,9 % in gewicht en zelfs tussen 0,05 en 0,75 % in gewicht ten opzichte van het totale gewicht van de insecticidesamenstelling. Dergelijke gehaltes van 1R-trans- fenothrin en de minstens één extra tweede insecticidesubstantie werden als ideaal beschouwd om geschikte knockdown- en sterftepercentages te garanderen.
De minstens één zware koolwaterstof heeft volgens de uitvinding bij voorkeur een verdampingssnelheid tussen 100 en 150 ten opzichte van ether. De minstens éen lichte koolwaterstof heeft volgens de uitvinding bij voorkeur een verdampingssnelheid tussen 1 en 5 ten opzichte van ether.
In het kader van deze uitvinding verstaat men onder “zware koolwaterstof’ dus een koolwaterstof met een dichtheid tussen 0,75 en 0,85 en/of een verdampingssnelheid tussen 100 en 150 ten opzichte van ether.
In het kader van deze uitvinding verstaat men onder “lichte koolwaterstof” dus een koolwaterstof met een dichtheid tussen 0,65 en 0,8 en/of een verdampingssnelheid tussen 1 en 5 ten opzichte van ether.
In het kader van deze uitvinding werd aangetoond dat de 5 gelijktijdige aanwezigheid van minstens één zware koolwaterstof en minstens één lichte koolwaterstof de insecticide-eigenschappen van 1R-trans-fenothrin en van de minstens één extra insecticidesubstantie (indien aanwezig) optimaliseert. De zware koolwaterstof maakt het in het bijzonder mogelijk om te garanderen dat de insecticidesamenstelling volgens de uitvinding zich voldoende lang handhaaft in een zone waarin de doelinsecten zich bevinden of op de doelinsecten zelf om een aanvaardbaar sterftecijfer te bekomen, met name een sterftecijfer van 100 % na 24 uur. Parallel maakt de lichte koolwaterstof het mogelijk om te garanderen dat de insecticidesamenstelling volgens de uitvinding snel voor de knockdownpercentages KT 10, KT 50 en KT 95 zorgt.
Volgens de uitvinding is de minstens één zware koolwaterstof en/of de minstens één lichte koolwaterstof bij voorkeur een alifatische koolwaterstof. In tegenstelling tot een aromatische koolwaterstof heeft een alifatische koolwaterstof een open koolstofketen. Het gebruik van alifatische (of niet- aromatische) koolwaterstoffen maakt het des te meer mogelijk om een insecticidesamenstelling te bezorgen dat niet giftig of niet erg giftig is voor de mens.
De zware koolwaterstof is volgens de uitvinding bij voorkeur een iso-paraffine en de lichte koolwaterstof een benzine. Als de insecticidesamenstelling volgens de uitvinding een oplosmiddel bevat, bevat het oplosmiddel bij voorkeur tegelijkertijd een iso-paraffine en een benzine.
In het kader van deze uitvinding kunnen de volgende iso-paraffines worden vermeld (onvolledige opsomming): Shell Sol®, Exxon Isopar®, Isopar® en Total Isane®.
In het kader van deze uitvinding kunnen de volgende benzines worden vermeld (onvolledige opsomming}: Shell SBP®, SBP®, Exxsol DSP® en DSP®.
Volgens de uitvinding bevindt de verhouding in gewicht van de zware koolwaterstof tot de lichte koolwaterstof zich tussen 3: 1 en 1: 1, bij voorkeur tussen 2: 1 en 1: 1. Een dergelijke verhouding in gewicht van de zware koolwaterstof tot de lichte koolwaterstof werd als ideaal beschouwd om geschikte knockdown- en sterftepercentages te garanderen.
Het gehalte zwaar oplosmiddel bevindt zich volgens de uitvinding tussen 50 en 80 % in gewicht, bij voorkeur tussen 55 en 70 % in gewicht en zelfs tussen 57 en 65 % in gewicht ten opzichte van het totale gewicht van de insecticidesamenstelling.
Het gehalte licht oplosmiddel bevindt zich volgens de uitvinding tussen 20 en 60 % in gewicht, bij voorkeur tussen 30 en 50 % in gewicht en zelfs tussen 35 en 45 % in gewicht ten opzichte van het totale gewicht van de insecticidesamenstelling.
Dergelijke gehaltes van het zware en het lichte oplosmiddel werden als ideaal beschouwd om geschikte knockdown- en sterftepercentages te garanderen.
De insecticidesamenstelling volgens de uitvinding bevat bij voorkeur bovendien een parfum en/of een synergiemiddel en/of andere pesticiden zoals een schimmelwerend middel.
Deze uitvinding steunt ook op een insecticidespray die voornamelijk bestaat uit een insecticidesamenstelling volgens de uitvinding en een drijfgas. De insecticidesamenstelling volgens de uitvinding kan dus in de vorm van een spray worden voorgesteld.
Als de insecticidesamenstelling volgens de uitvinding in de vorm van een spray wordt voorgesteld, wordt het drijfgas bij voorkeur gekozen uit de groep die bestaat uit butaan, propaan, isobutaan, pentaan en hun mengsels.
Als de insecticidesamenstelling volgens de uitvinding in de vorm van een spray wordt voorgesteld bevindt het gehalte drijfgas zich tussen 30 en 70 % in gewicht, bij voorkeur tussen 35 en 60 % in gewicht en zelfs tussen 40 en 50 % in gewicht ten opzichte van het totale gewicht van de insecticidesamenstelling in de vorm van een spray.
Deze uitvinding steunt ook op een gebruik van een insecticidesamenstelling volgens de uitvinding of een insecticidespray volgens de uitvinding voor de bestrijding van vliegende en kruipende insecten,
bijvoorbeeld vliegen, muggen, wespen, kakkerlakken, spinnen, mieren, wantsen, motten en vlooien). Volgens deze uitvinding kan het gebruik van een insecticidesamenstelling volgens de uitvinding of een insecticidespray volgens de uitvinding plaatsvinden door toepassing van de samenstelling door verstuiving en/of door rechtstreekse toepassing van de samenstelling op de doelinsecten en/of door toepassing van de samenstelling op de oppervlakken waarmee de doelinsecten in contact kunnen komen (bijvoorbeeld op een ruit als het doelinsect een vlieg is). Andere kenmerken, details en voordelen van de uitvinding komen tot uiting in de onderstaande voorbeelden.
Die zijn echter niet limitatief.
Voorbeelden Voorbeeld 1: bereiding van een samenstelling volgens de uitvinding in de vorm van een spray (spuitbus)
Om een samenstelling volgens de uitvinding te bereiden, werden de componenten uit Tabel 1 hieronder gemengd in een bak met roerder.
Om een spuitbus te bekomen, werd de zo verkregen samenstelling vervolgens in een spuitbus met klep geplaatst waardoor onder druk 25 % in gewicht butaan (1,6 +
0,2 bar bij 20 °C) en 18 % in gewicht propaan (7,3 + 0,2 bar bij 20 °C) ten opzichte van het totale gewicht van de samenstelling in de vorm van een spray werden geladen.
Tabel 1
Samenstelling | % in gewicht ten opzichte van het totale gewicht van de samenstelling in de vorm van een spray
Voorbeeld 2: vergelijking van een samenstelling volgens de uitvinding in de vorm van een spray en een samenstelling van de stand van de techniek in de vorm van een spray inzake doeltreffendheid op vliegen insecten
Een samenstelling in de vorm van een spray zoals die in Voorbeeld 1 is voorbereid, werd op het vlak van doeltreffendheid vergeleken met een bij de stand van de techniek gekende samenstelling in de vorm van een spray waarvan de componenten in Tabel 2 hieronder zijn aangegeven.
Deze componenten werden in een bak met een roerder gemengd om een samenstelling te vormen die vervolgens in een spuitbus met klep werd geplaatst waardoor onder druk 25 % in gewicht butaan (1,6 + 0,2 bar bij 20 °C) en 18 % in gewicht propaan (7,3 + 0,2 bar bij 20 °C) ten opzichte van het totale gewicht van de samenstelling in de vorm van een spray werden geladen.
Tabel 2 Samenstelling Il % in gewicht ten opzichte van het totale gewicht van de samenstelling in de vorm van een spray Om de samenstellingen in sprayvorm zoals aangegeven in de tabellen 1 en 2 te vergelijken, werden de tijden voor de knockdownpercentages van 10, 50 en 95 % (KT 10, KT 50 en KT 95) en het knockdownpercentage na 1 uur (KD 1 uur) vastgesteld met vliegen (Musca domestica) en muggen (Culex quinguefasciatus) als doelinsecten. Ook het sterftepercentage na 24 uur werd vastgesteld. De proeven (n=3) werden respectievelijk uitgevoerd op 50 vliegen en 50 muggen van 3 dagen oud in ruimten van 20 m? bij een temperatuur van 23- 25°C en bij een relatieve luchtvochtigheid van 54-59 %. De insecten werden om Ton in de ruimten losgelaten, d.w.z. tegelijkertijd met de verstuiving van de insecticidesamenstelling volgens de uitvinding (samenst. | — Tabel 1) of met de verstuiving van een bij de stand van de techniek gekende samenstelling (samenst. II- Tabel 2). Alle geteste samenstellingen werden aan een hoeveelheid van 5 g spray (inclusief gas) verstoven. De verkregen resultaten worden in Tabel 3 voorgesteld.
Tabel 3 KT 10 KT 50 KT 95 KD 1 uur | Sterfte (min.) (min.) {min.) (%) 24 uur (%) 1 Is ===
EE I ET Zoals we kunnen vaststellen, werden de knockdownpercentages KT 10, KT 50 en KT 95 voor vliegen (Musca domestica) allemaal sneller bereikt met een samenstelling volgens de uitvinding (samenst. |} dan met een samenstelling van de stand van de techniek met permethrin en esbiothrin (samenst. Il). Bovendien kende 100 % van de geteste vliegen na 1 uur (KD 1 uur) een knockdown en werd na 24 uur een sterftepercentage van 100 % waargenomen. Voor muggen (Culex quinquefasciatus) werden de knockdownpercentages KT 10, KT 50 sneller bereikt met een samenstelling volgens de uitvinding (samenst. |) dan met een samenstelling van de stand van de techniek met permethrin en esbiothrin (samenst. Il). Bovendien kende 100 % van de geteste muggen na 1 uur (KD 1 uur) een knockdown en werd na 24 uur een sterftepercentage van 100 % waargenomen. Hieruit blijkt dat een samenstelling volgens de uitvinding (samenst. |) minstens even doeltreffend is als de samenstelling van de stand van de techniek met permethrin en esbiothrin (samenst. II). Voorbeeld 3: doeltreffendheid van een samenstelling volgens de uitvinding in de vorm van een spray door toepassing op een oppervlak waarmee vliegen (Musca domestica) in contact kunnen komen Er werden proeven (n=4) uitgevoerd op vliegen (Musca domestica) (n=100) om de doeltreffendheid van een samenstelling volgens de uitvinding (samenst. | — Tabel 1) in de vorm van een spray door toepassing (verstuiving)
van de samenstelling op de contouren van de aluminium ramen (oppervlak waarmee het doelinsect in contact kan komen) aan een hoeveelheid van 2,6 g spray (gas inbegrepen) te evalueren. Deze proeven werden uitgevoerd in een ruimte van 30m? bij een temperatuur van 24-26 °C en een relatieve vochtigheidsgraad van 41-48 %. De insecten werden om Tz; in de ruimten losgelaten, d.w.z. 2 uur na de toepassing van de samenstelling volgens de uitvinding. Het knockdownpercentage na 8 uu (KD 8 uur) en het sterftepercentage na 24 uur werden vastgesteld. De verkregen resultaten worden in Tabel 4 voorgesteld.
Tabel 4 Uit deze proeven blijkt dat een samenstelling volgens de uitvinding ook doeltreffend is als ze wordt toegepast op een oppervlak waarmee het doelinsect kan komen. Voorbeeld 4: doeltreffendheid van een samenstelling volgens de uitvinding in de vorm van een spray door toepassing op een oppervlak waarmee motten (Tineola bisselliella) in contact kunnen komen Er werden proeven (n=5) uitgevoerd op motten (Tineola bisselliella) (n=20) om de doeltreffendheid van een samenstelling volgens de uitvinding (samenst. | — Tabel 1) in de vorm van een spray door toepassing (verstuiving) van de samenstelling in de hoeken (220 cm?) van een kast (oppervlak waarmee het doelinsect in contact kan komen) aan een hoeveelheid van 3 g spray (gas inbegrepen) te evalueren. Deze proeven werden uitgevoerd in kasten van 0,5 m? bij een temperatuur van 24-26 °C en een relatieve vochtigheidsgraad van 52- 65 %. De insecten werden op Ty of Ty in de kasten losgelaten, d.w.z. 1 of 7 dagen na de toepassing van de samenstelling volgens de uitvinding. Het sterftecijfer na 3 dagen werd vastgesteld. De verkregen resultaten worden in Tabel 5 voorgesteld.
Tabel 5 eee Deze proeven tonen aan dat een samenstelling volgens de uitvinding ook doeltreffend is voor de bestrijding van motten (Tineola bisselliella) of ze nu 1 dag of 7 dagen na de toepassing (verstuiving) in de hoeken van een kast (d.w.z. op een oppervlak waarmee het doelinsect kan komen) in contact komen met de samenstelling.
Voorbeeld 5: doeltreffendheid van een samenstelling volgens de uitvinding in de vorm van een spray door toepassing op een oppervlak om kruipende insecten te bestrijden Er werden proeven (n=5) uitgevoerd op volwassen kruipende insecten om de doeltreffendheid van een samenstelling volgens de uitvinding {samenst. | — Tabel 1) in de vorm van een spray door toepassing (verstuiving) van de samenstelling op een oppervlakte van 225 cm?: kakkerlak Blattella germanica (n=10); kakkerlak Periplaneta americana (n=10); bedwants Cimex lectularius (n=10) en vlo Cimex felis (n=10). Deze proeven werden uitgevoerd bij een temperatuur van 25-26 °C en een relatieve vochtigheidsgraad van 54-65 % en door verstuiving op verschillende types oppervlakken van 225 cm? van een hoeveelheid van 5 g spray (gas inbegrepen) voor de kakkerlakken en 2,9 g spray (gas inbegrepen) voor de wantsen en vlooien.
De kakkerlakken en de vlooien werden gedurende 1 uur in contact gehouden met de oppervlakken terwijl de wantsen gedurende 6 uur in contact werden gehouden met de oppervlakken.
De knockdown- en de sterftepercentages werden in overeenstemming met deze contactduren vastgesteld nadat de insecten na een gegeven tijdsinterval na de behandelingen van deze oppervlakken in contact werden gebracht met de oppervlakken (1 dag, 7 dagen, 17 dagen). De verkregen resultaten worden in de Tabellen 6, 7, 8 en 9 voorgesteld.
Tabel6 ete Tijd na Tijdsinterval Effen Poreus blootstelling voor oppervlak | oppervlak re ee Tabel 7 | ewan Tijd na Tijdsinterval Effen Poreus blootstelling voor oppervlak | oppervlak fl ew roe n.g. = niet getest Tabel 8 eee Tijd na Tijdsinterval Effen Stoffen blootstelling voor oppervlak | oppervlak blootstelling
Tabel 9 eee Tijd na Tijdsinterval Effen Tapijtoppervlak blootstelling voor oppervlak blootstelling Zoals we uit de verschillende verkregen resultaten kunnen vaststellen is een samenstelling volgens de uitvinding doeltreffend tegen kruipende insecten, ongeacht het type ondergrond. De knockdown- en sterftecijfers van 100 % of in de buurt van 100 % (94 %) liggen voor elke geteste insectensoort namelijk systematisch hoog. Voorbeeld 6: doeltreffendheid van een samenstelling volgens de uitvinding in de vorm van een spray door rechtstreekse verstuiving op mieren en spinnen Er werden proeven uitgevoerd om de doeltreffendheid van een samenstelling volgens de uitvinding (samenst. | — Tabel 1) in de vorm van een spray door toepassing (verstuiving) van de samenstelling rechtstreeks op spinnen (Lycosidae spec.) en op mieren (Lasius niger). Deze proeven werden uitgevoerd bij een temperatuur van 22 °C en een relatieve vochtigheidsgraad van 32-41 % en door verstuiving op een afstand van 40 cm van een hoeveelheid van 2,9 spray (gas inbegrepen). De tijd om een knockdownpercentage van 100 % (KT 100) te bekomen, het knockdownpercentage na 2 uur (KD 2 uur) en het sterftepercentage na 24 uur werden vastgesteld. De verkregen resultaten worden in Tabel 10 voorgesteld. Tabel 10 KT 100 KD 2 uur (%) | Sterfte 24 uur (%)
Zoals we uit de verschillende verkregen resultaten kunnen vaststellen, is een samenstelling volgens de uitvinding doeltreffend tegen spinnen en mieren aangezien de knockdown- en sterftepercentages van 100 % hoog zijn.
Bovendien wordt er in beide gevallen zeer snel (< 1 min.) een knockdownpercentage van 100 % bekomen.
Voorbeeld 7: doeltreffendheid van samenstelling volgens de uitvinding in de vorm van een spray op wespen Een samenstelling in de vorm van een spray volgens de uitvinding (samenst. | — Tabel 1) werd getest om wespen (Vespula vulgaris) te bestrijden.
De tijden voor het bereiken van de knockdownpercentages van 10 %, 50 % en 95 % (KT 10, KT 50 en KT 95) en n het knockdownpercentage na 1 uur (KD 1 uur) werden vastgesteld.
Ook het sterftepercentage na 24 uur werd vastgesteld.
De proeven (n=3) werden uitgevoerd op 20 wespen in ruimten van Mm? bij een temperatuur van 23-25 °C en bij een relatieve luchtvochtigheid van 54-59 %. De insecten werden om Ton in de ruimten losgelaten, d.w.z. tegelijkertijd met de verstuiving van de insecticidesamenstelling volgens de uitvinding (samenst. | — Tabel 1). Alle geteste samenstellingen werden aan een hoeveelheid 20 van 5 g spray (inclusief gas) verstoven.
De verkregen resultaten worden in Tabel 11 voorgesteld.
Tabel 11 (min.) (min.) (min.) (%) 24 uur (%) Zoals we kunnen vaststellen, werden de knockdownpercentages KT 10, KT 50 en KT 95 snel bereikt met een samenstelling volgens de uitvinding {samenst. 1). Bovendien kende 100 % van de geteste wespen na 1 uur (KD 1 uur) een knockdown en werd na 24 uur een sterftepercentage van 100 % waargenomen.
Deze uitvinding werd beschreven met specifieke uitvoeringswijzen die een zuiver illustratieve waarde hebben en niet als limitatief mogen worden beschouwd. Over het algemeen zal het voor een vakman duidelijk zijn dat deze uitvinding niet beperkt is tot de hierboven beschreven of geïllustreerde voorbeelden.
Het gebruik van de werkwoorden “bevatten”, “omvatten” of elke andere variant en hun samenvoegingen mag in geen geval de aanwezigheid van andere elementen uitsluiten.
Het gebruik de lidwoorden “een”, “de” en “het” om een element in te leiden, sluit de aanwezigheid van meerdere van deze elementen niet uit.
Claims (17)
1. Insecticidesamenstelling met: - 1R-trans-fenothrin als insecticidesubstantie, en - een oplosmiddel waarin 1R-trans-fenothrin is verdund, welke samenstelling het kenmerk heeft dat het oplosmiddel ten minste een zware koolwaterstof met een dichtheid tussen 0,75 en 0,85 en ten minste een lichte koolwaterstof met een dichtheid tussen 0,65 en 0,8 bevat.
2. Insecticidesamenstelling volgens conclusie 1 waarin het gehalte 1R-trans- fenothrin zich tussen 0,03 en 1 % in gewicht bevindt, bij voorkeur tussen 0,04 en 0,9 % in gewicht en zelfs tussen 0,05 en 0,75 % in gewicht ten opzichte van het totale gewicht van de insecticidesamenstelling.
3. Insecticidesamenstelling volgens conclusie 1 of 2 met bovendien ten minste een extra tweede insecticidesubstantie die wordt gekozen uit de groep die bestaat uit de volgende verbindingen en hun optische en geometrische isomeren: allethrin, prallethrin, resmethrin, cyphenothrin, tetramethrin en hun mengsels.
4. Insecticidesamenstelling volgens conclusie 3 waarin het gehalte van de minstens één extra tweede insecticidesubstantie bevindt zich volgens de uitvinding tussen 0,03 en 1 % in gewicht, bij voorkeur tussen 0,04 en 0,9 % in gewicht en zelfs tussen 0,05 en 0,75 % in gewicht ten opzichte van het totale gewicht van de insecticidesamenstelling.
5. Insecticidesamenstelling volgens conclusie 3 of 4 waarin de verhouding in gewicht van 1R-trans-fenothrin tot de minstens één extra tweede insecticidesubstantie zich best tussen 10: 1 en 1: 10, bij voorkeur tussen 10: 1 en 1: 5 bevindt.
6. Insecticidesamenstelling volgens een van de voorgaande conclusies waarin de minstens één zware koolwaterstof een verdampingsgraad tussen 100 en
150 ten opzichte van ether vertoont en de minstens één lichte koolwaterstof een verdampingsgraad tussen 1 en 5 ten opzichte van ether vertoont.
7. Insecticidesamenstelling volgens een van de voorgaande conclusies waarin de verhouding in gewicht van de zware koolwaterstof tot de lichte koolwaterstof zich tussen 3: 1 en 1: 1, bij voorkeur tussen 2: 1 en 1: 1 bevindt.
8. Insecticidesamenstelling volgens een van de voorgaande conclusies waarin de minstens één zware koolwaterstof en/of de minstens één lichte koolwaterstof een alifatische koolwaterstof is.
9. Insecticidesamenstelling volgens een van de voorgaande conclusies waarin de zware koolwaterstof een isoparaffine en de lichte koolwaterstof een benzine is.
10. Insecticidesamenstelling volgens een van de voorgaande conclusies waarin het gehalte zwaar oplosmiddel zich tussen 50 en 80 % in gewicht bevindt, bij voorkeur tussen 55 en 70 % in gewicht en zelfs tussen 57 en 65 % in gewicht ten opzichte van het totale gewicht van de insecticidesamenstelling.
11. Insecticidesamenstelling volgens een van de voorgaande conclusies waarin het gehalte licht oplosmiddel zich tussen 20 en 60 % in gewicht bevindt, bij voorkeur tussen 30 en 50 % in gewicht en zelfs tussen 35 en 45 % in gewicht ten opzichte van het totale gewicht van de insecticidesamenstelling.
12. Insecticidesamenstelling volgens een van de voorgaande conclusies met bovendien een parfum en/of een synergiemiddel en/of andere pesticiden zoals een schimmelwerend middel.
13. Insecticidespray die voornamelijk bestaat uit een insecticidesamenstelling volgens een van de conclusies 1 tot 12 en uit een drijfgas.
14. Insecticidespray volgens conclusie 13 waarin het drijfgas wordt gekozen uit de groep die bestaat uit butaan, propaan, isobutaan, pentaan en hun mengsels.
15. Insecticidespray volgens conclusie 13 of 14 waarin het gehalte drijfgas zich tussen 30 en 70 % in gewicht bevindt, bij voorkeur tussen 35 en 60 % in gewicht en zelfs tussen 40 en 50 % in gewicht ten opzichte van het totale gewicht van de insecticidesamenstelling in de vorm van een spray.
16. Gebruik van een insecticidesamenstelling volgens een van de conclusies 1 tot 12 of een insecticidespray volgens een van de conclusies 13 tot 15 voor de bestrijding van vliegende en kruipende insecten, bijvoorbeeld vliegen, muggen, wespen, kakkerlakken, spinnen, mieren, wantsen, motten en vlooien.
17. Gebruik van een insecticidesamenstelling volgens conclusie 16 door toepassing van de samenstelling door verstuiving en/of door rechtstreekse toepassing van de samenstelling op de doelinsecten en/of door toepassing van de samenstelling op de oppervlakken waarmee de doelinsecten in contact kunnen komen, bijvoorbeeld op een ruit als het doelinsect een vlieg is.
Applications Claiming Priority (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE20195281A BE1027223B1 (fr) | 2019-04-25 | 2019-04-25 | Composition insecticide |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL2023733B1 true NL2023733B1 (nl) | 2020-11-02 |
Family
ID=66597451
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL2023733A NL2023733B1 (nl) | 2019-04-25 | 2019-08-30 | Insecticidesamenstelling |
Country Status (4)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP3729966A1 (nl) |
BE (1) | BE1027223B1 (nl) |
FR (1) | FR3095320B1 (nl) |
NL (1) | NL2023733B1 (nl) |
Family Cites Families (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JPS5372821A (en) * | 1976-12-09 | 1978-06-28 | Sumitomo Chem Co Ltd | Aerosol insecticides |
AU605939B2 (en) * | 1987-12-15 | 1991-01-24 | Sumitomo Chemical Company, Limited | Mono-layer water-based insecticidal aerosol |
CN1303885C (zh) * | 2004-07-26 | 2007-03-14 | 袁贞国 | 橙萜烯植物源增效杀虫剂 |
-
2019
- 2019-04-25 BE BE20195281A patent/BE1027223B1/fr active IP Right Grant
- 2019-08-30 FR FR1909575A patent/FR3095320B1/fr active Active
- 2019-08-30 NL NL2023733A patent/NL2023733B1/nl active
-
2020
- 2020-04-24 EP EP20171397.1A patent/EP3729966A1/fr not_active Withdrawn
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
FR3095320A1 (fr) | 2020-10-30 |
FR3095320B1 (fr) | 2021-12-03 |
BE1027223B1 (fr) | 2020-11-23 |
BE1027223A1 (fr) | 2020-11-19 |
EP3729966A1 (fr) | 2020-10-28 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
Singh et al. | Potential of essential oil-based pesticides and detergents for bed bug control | |
US7109240B2 (en) | Non-hazardous pest control | |
US8133921B2 (en) | Edible plant extract based insecticidal composition | |
US20160262404A1 (en) | Pesticide Compositions Containing Thyme Oil and Cinnamon Oil | |
US11856954B2 (en) | Dual active insecticidal compositions | |
NL2023733B1 (nl) | Insecticidesamenstelling | |
JPH11507926A (ja) | 殺虫剤エアゾールスプレー組成物 | |
EP0917426B1 (en) | Ant spray containing d-limonene and methods of making and using same | |
TR201808878T4 (tr) | Limonen: formülasyon ve ensektisit kullanımı. | |
JP2008255056A (ja) | 有害生物防除用溶剤組成物及びそれを含有する有害生物防除剤 | |
CA3115388A1 (en) | Termite repellent and wood protector | |
US6784211B1 (en) | Ant spray containing d-limonene and methods of making and using the same | |
Taverner et al. | Post‐harvest disinfestation of lightbrown apple moth, Epiphyas postvittana Walker (Lepidoptera: Tortricidae), with an alkane | |
US10945436B2 (en) | Composite insecticidal composition | |
JP2021109842A (ja) | コバエ駆除用エアゾール剤及びコバエ駆除用エアゾール製品 | |
JP2023108909A (ja) | エアゾール殺虫剤 | |
EP4173484A1 (en) | Stable liquid pesticidal composition | |
Chambers¹ | The role of Orchex® 796 in pesticide applications | |
WO2023072957A1 (en) | Stable liquid pesticidal composition | |
CA3216756A1 (en) | Insect, bacterial, and/or fungal control composition | |
CN118450798A (zh) | 即用型屏障和击倒杀有害生物剂 | |
BR112019024465B1 (pt) | Composições que compreendem transflutrina, praletrina e cipermetrina e uso das mesmas para o extermínio de insetos | |
Hainze | Consumer based strategies for household insect control | |
WO2000036912A1 (en) | Ant spray containing d-limonene and methods of making and using same | |
JPH0459702A (ja) | 殺虫剤 |