NL2014900A - Zelfrijdende voermengwagen. - Google Patents
Zelfrijdende voermengwagen. Download PDFInfo
- Publication number
- NL2014900A NL2014900A NL2014900A NL2014900A NL2014900A NL 2014900 A NL2014900 A NL 2014900A NL 2014900 A NL2014900 A NL 2014900A NL 2014900 A NL2014900 A NL 2014900A NL 2014900 A NL2014900 A NL 2014900A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- feed
- feed mixer
- tub
- loading
- chassis
- Prior art date
Links
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A01—AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
- A01F—PROCESSING OF HARVESTED PRODUCE; HAY OR STRAW PRESSES; DEVICES FOR STORING AGRICULTURAL OR HORTICULTURAL PRODUCE
- A01F25/00—Storing agricultural or horticultural produce; Hanging-up harvested fruit
- A01F25/16—Arrangements in forage silos
- A01F25/20—Unloading arrangements
- A01F25/2027—Unloading arrangements for trench silos
Landscapes
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Environmental Sciences (AREA)
- Accessories For Mixers (AREA)
- Consolidation Of Soil By Introduction Of Solidifying Substances Into Soil (AREA)
- Feeding And Watering For Cattle Raising And Animal Husbandry (AREA)
Abstract
De uitvinding verschaft een zelfrijdende voermengwagen die een in een rijrichting verrijdbaar chassis, een op het chassis voorziene langwerpige kuip, ten minste één mengvijzel die roteerbaar om een respectievelijke verticale rotatie-as in de kuip is voorzien, ten minste drie loopwielen waarvan er ten minste één stuurbaar is uitgevoerd, aandrijfmiddelen voor het aandrijven van ten minste één loopwiel, en op het chassis aan een uiteinde van de langwerpige kuip voorziene beladingsmiddelen voor het opnemen van voer uit de directe omgeving van de voermengwagen en het beladen van de kuip met het opgenomen voer, omvat. De beladingsmiddelen omvatten een basislichaam dat zwenkbaar om een verticale zwenkas over ten minste 180 graden is voorzien op het chassis, een aan het basislichaam voorziene draagarm die aan een eerste uiteinde zwenkbaar om een eerste horizontale zwenkas ten opzichte van het basislichaam is voorzien, en een beladingsergaan dat is voorzien aan een tegen over het eerste uiteinde gelegen tweede uiteinde van de draagarm welk beladingsergaan is ingericht voor het daarin opnemen van voer alsmede voor het vanuit het beladingsergaan beladen van de kuip.
Description
Korte aanduiding: Zelfrijdende voermengwagen Beschrijving
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een zelfrijdende voermengwagen omvattende een in een rijrichting verrijdbaar chassis, een op het chassis voorziene langwerpige kuip, ten minste één mengvijzel die roteerbaar om een respectievelijke verticale rotatie-as in de kuip is voorzien, ten minste drie loopwielen waarvan er ten minste één stuurbaar is uitgevoerd, aandrijfmiddelen voor het aandrijven van ten minste één loopwiel, en op het chassis aan een uiteinde van de langwerpige kuip voorziene beladingsmiddelen voor het opnemen van voer uit de directe omgeving van de voermengwagen en het beladen van de kuip met het opgenomen voer.
Een dergelijke voermengwagen wordt omschreven in de Duitse publicatie DE 10 2012 107508 B3. De beladingsmiddelen zijn uitgevoerd met een freeswals die is ingericht om te mengen voer los te frezen uit een voerkuil, en met een transportband die zich uitstrekt tussen de freeswals en de kuip, welke transportband het door de freeswals los gefreesde materiaal van de freeswals naar de kuip transporteert. Belangrijk nadeel van een dergelijke voermengwagen is dat de structuur van het voer door het frezen er van wordt aangetast. Dit gaat ten koste van de kwaliteit van het voer zoals dat door de vijzel van de voermengwagen wordt gemengd. Met name het deel van het los gefreesde voer dat als eerste in de kuip wordt gebracht en waarop verder los gefreesd voer wordt gestort heeft te lijden van bovengenoemd nadeel, enerzijds door het gewicht van het bovenliggend voer en anderzijds door de relatief lange tijd dat de vijzel op het betreffende deel van het voer werkzaam is. Ook de vijzel beschadigt namelijk de structuur van het voer. Het voer onder in de kuip kan daardoor zelfs uiteindelijk papperig worden. Genoemde bezwaren zijn met name aan de orde bij grotere voermengwagens met een kuip waarvan de inhoud ten minste 15 m3 is en die bijvoorbeeld zijn uitgevoerd met twee of meer vijzels. De uitvinding beoogt een voermengwagen te verschaffen waarin bovengenoemde problematiek ten minste in mindere mate aan de orde is. Hiertoe verschaft de uitvinding een voermengwagen volgens de aanhef waarbij de beladingsmiddelen een basislichaam omvatten dat zwenkbaar om een verticale zwenkas over ten minste 180 graden is voorzien op het chassis, een aan het basislichaam voorziene draagarm die aan een eerste uiteinde zwenkbaar om een eerste horizontale zwenkas ten opzichte van het basislichaam is voorzien, een beladingsorgaan dat is voorzien aan een tegen over het eerste uiteinde gelegen tweede uiteinde van de draagarm welk beladingsorgaan is ingericht voor het daarin opnemen van voer alsmede voor het vanuit het beladingsorgaan beladen van de kuip. De uitvinding verschaft aldus het voordeel dat de structuur van het voer in hogere mate behouden blijft doordat het voer niet wordt gefreesd door de beladingsmiddelen. Bovendien verschaft de uitvinding de mogelijkheid om voer anders dan uit een voerkuil op te nemen. Zo kan het voer bijvoorbeeld als ronde baal door de beladingsmiddelen worden opgenomen en in de kuip worden gestort. De belading kan aldus ook sneller plaats vinden. De toepassing van het zwenkbare basislichaam biedt verder de mogelijkheid om de beladingsmiddelen relatief compact uit te voeren. Een verder bijkomend voordeel is dat het totale vermogen benodigd voor het beladen van de kuip relatief beperkt is.
De bovengenoemde voordelen kunnen met name aan de orde zijn indien volgens een mogelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding het beladingsorgaan een scheplichaam omvat dat zwenkbaar om een tweede horizontale zwenkas met de draagarm is verbonden en een aangrijporgaan omvat dat zwenkbaar om een derde horizontale zwenkas tussen een geopende stand en een gesloten stand ten opzichte van het scheplichaam is voorzien voor het in de gesloten stand opsluiten van opgenomen voer in het scheplichaam en voor het in de geopende stand vrijgeven van in het scheplichaam opgenomen voer.
Om het veilig besturen van de voermengwagen te vergemakkelijken omvat de voermengwagen bij voorkeur een cabine voor een bestuurder van de voermengwagen.
Teneinde de bestuurder continu op ergonomisch gunstige wijze zicht te bieden op het beladingsorgaan geniet het de voorkeur dat de cabine op het basislichaam is voorzien voor gezamenlijke rotatie met de draagarm om de verticale zwenkas.
Bij voorkeur is daarbij de cabine volledig excentrisch voorzien ten opzichte van de verticale zwenkas waardoor ruimte wordt geboden voor de draagarm dicht bij de verticale zwenkas waardoor de mechanische belasting op het basislichaam en bijvoorbeeld de lagering die is voorzien om de zwenking van het basislichaam om de verticale zwenkas mogelijk te maken, beperkt te houden.
Uit oogpunt van het streven naar constructieve eenvoud kan het alternatief ook voordelig zijn indien de cabine star is voorzien op het chassis.
Indien de cabine tussen de verticale zwenkas en de kuip is voorzien wordt voorkomen dat de arm het zicht op de kuip zou verhinderen hetgeen met name nadelig zijn tijdens het beladen van de kuip met door de beladingsmiddelen opgenomen voer. Bovendien kan de bestuurder vanuit de cabine ook goed zicht hebben op de beladingsmiddelen tijdens het daarmee opnemen van voer
De afmetingen van de arm kunnen met name worden beperkt indien de eerste horizontale zwenkas is gelegen tussen het niveau van 25 % van de hoogte van de kuip en 75 % van de hoogte van de kuip en/of indien de draagarm een geknikte vorm heeft.
Om de voermengwagen meer stabiliteit te verschaffen met name tijdens het opnemen van voer kan het de voorkeur genieten dat de voermengwagen onder het basislichaam is voorzien van steunmiddelen voor het behalve door de loopwielen steunen van de voermengwagen op een ondergrond.
Een praktische uitvoeringsvorm wordt daarbij verkregen indien de steunmiddelen ten minste één extra loopwiel, bij voorkeur twee extra loopwielen, omvatten.
Een verder gunstige uitvoeringsvorm wordt verkregen indien de voermengwagen is voorzien van ten minste één veegorgaan, bij voorkeur twee veegorganen, voor het bij elkaar vegen van op ondergrond liggende voer. Het betreffende ten minste ene veegorgaan kan het voer bijvoorbeeld bij elkaar duwen en/of vegen.
Een praktische uitvoeringsvorm wordt verkregen indien het ten minste ene veegorgaan althans in hoofdzaak schijfvormig is en roteerbaar is om een verticale rotatie-as. Een dergelijk schijfvormig veegorgaan kan het voer zowel duwen als min of meer vegen.
Het vegen van voer op een ondergrond kan met name efficiënt plaats vinden indien de voermengwagen is voorzien van twee veegorganen die in de rijrichting gezien naast elkaar zijn voorzien zodat het vegen aan twee langszijden van het voertuig plaats kan vinden.
Bij toepassing van ten minste één extra loopwiel en van ten minste één schijfvormig veegorgaan kan het voordelig zijn indien het ten minste ene extra loopwiel roteerbaar is voorzien aan het uiteinde van een fuseelichaam, welke fuseelichaam over 90 graden zwenkbaar is tussen een rijstand waarbij de hartlijn van het loopwiel zich horizontaal dwars op de rijrichting uitstrekt en een veegstand waarbij de hartlijn van het ten minste ene extra loopwiel zich verticaal uitstrekt en de onderzijde, welke in de rijstand een langszijde van het loopwiel vormt, van het ten minste ene extra loopwiel in lijn is gelegen met de onderzijden van de vier loopwielen waardoor het ten minste ene loopwiel kan functioneren als het ten minste ene veegorgaan.
Laatstgenoemde variant kan ook voordelig toepassing vinden bij zelfrijdende voermengwagens volgens de stand van de techniek. Dan is er sprake van een zelfrijdende voermengwagen omvattende een in een rijrichting verrijdbaar chassis, een op het chassis voorziene langwerpige kuip, ten minste één mengvijzel die roteerbaar om een respectievelijke verticale rotatie-as in de kuip is voorzien, ten minste drie loopwielen waarvan er ten minste één stuurbaar is uitgevoerd, aandrijfmiddelen voor het aandrijven van ten minste één loopwiel, op het chassis aan een uiteinde van de langwerpige kuip voorziene beladingsmiddelen voor het opnemen van voer uit de directe omgeving van de voermengwagen en het beladen van de kuip met het opgenomen voer, waarbij de voermengwagen onder het basislichaam is voorzien van steunmiddelen voor het behalve door de loopwielen steunen van de voermengwagen op een ondergrond, welke steunmiddelen ten minste één extra loopwiel, bij voorkeur twee extra loopwielen, omvatten en waarbij de voermengwagen is voorzien van ten minste één veegorgaan, bij voorkeur twee veegorganen, voor het bij elkaar vegen van op ondergrond liggende voer, welk ten minste ene veegorgaan althans in hoofdzaak schijfvormig is en roteerbaar is om een verticale rotatie-as en waarbij verder het ten minste ene extra loopwiel roteerbaar is voorzien aan het uiteinde van een fuseelichaam, welk fuseelichaam over 90 graden zwenkbaar is tussen een rijstand waarbij de hartlijn van het loopwiel zich horizontaal dwars op de rijrichting uitstrekt en een veegstand waarbij de hartlijn van het ten minste ene extra loopwiel zich verticaal uitstrekt en de onderzijde, welke in de rijstand een langszijde van het loopwiel vormt, van het ten minste ene extra loopwiel in lijn is gelegen met de onderzijden van de vier loopwielen waardoor het ten minste ene loopwiel kan functioneren als het ten minste ene veegorgaan.
De toepassingsmogelijkheden van de voermengwagen kunnen in de praktijk worden vergroot indien het beladingsorgaan middels een snelwisselsysteem is gekoppeld met de draagarm. Aldus kunnen ook andere gereedschappen dan het beladingsorgaan snel met de draagarm worden gekoppeld zoals bijvoorbeeld een duwbord/-schijf of een ander type beladingsorgaan.
De voordelen van de uitvinding zijn met name aan de orde bij relatief grote voermengwagens, bijvoorbeeld bij voermengwagens die zijn voorzien van ten minste twee mengvijzels die roteerbaar om respectievelijke verticale rotatie-assen in de kuip zijn voorzien en/of voermengwagens waarvan de kuip een inhoud van ten minste 15 m3 heeft.
De uitvinding zal navolgend nader worden toegelicht aan de hand van de omschrijving van twee mogelijke, niet beperkend voor de uitvinding te interpreteren, uitvoeringsvormen van voermengwagens volgens de uitvinding onder verwijzing naar de navolgende figuren :
Figuren 1 tot en met 4 tonen in isometrisch aanzicht een eerste uitvoeringsvorm van een voermengwagen volgens de uitvinding in verschillende standen;
Figuren 5 tot en met 7 tonen in zijaanzicht een tweede uitvoeringsvorm van een voermengwagen volgens de uitvinding in verschillende standen;
Figuren 8 tot en met 10 tonen in zijaanzicht een derde uitvoeringsvorm van een voermengwagen volgens de uitvinding in respectievelijke vergelijkbare verschillende standen als in figuren 5 tot en met 7;
Figuur 11 toont in vooraanzicht de voermengwagen volgens de derde uitvoeringsvorm tijdens toepassing in een koeienstal met de extra loopwielen 27 in rijstand;
Figuur 12 toont in vooraanzicht de voermengwagen volgens de derde uitvoeringsvorm tijdens toepassing in een koeienstal met de extra loopwielen 27 in veegstand;
Figuren 13 en 14 tonen in vooraanzicht een vierde uitvoeringsvorm van een voermengwagen volgens de uitvinding in respectievelijke vergelijkbare verschillende standen als in figuren 11 en 12;
Figuren 15 en 16 tonen in zijaanzicht de voermengwagen volgens de vierde uitvoeringsvorm respectievelijk in de standen volgens figuren 13 en 14;
Figuren 17a tot en met 17c tonen meer in detail in drie achtereenvolgende fasen het kantelen van een extra loopwiel van de rijstand naar de veegstand.
Figuren 1 tot en met 4 tonen een zelfrijdende voermengwagen 1 volgens de uitvinding in verschillende standen. De voermengwagen 1 omvat een chassis 2 met twee voorwielen 3 en twee achterwielen 4. De voorwielen 3 zijn van het stuurbare en aangedreven type. Alternatief is het ook mogelijk voermengwagen 1 drie-wielig uit te voeren of bijvoorbeeld met vier aangedreven en gestuurde loopwielen. De aandrijfmiddelen voor de voorwielen 3 is niet zichtbaar in de figuren maar kunnen bijvoorbeeld een verbrandingsmotor, hydromotor of een elektromotor omvatten. Dergelijke aandrijfmotoren kunnen overigens ook worden gebruikt voor de nog nader te bespreken andere aan te drijven delen van de voermengwagen 1.
Het chassis 2 heeft de vorm van een zwanenhals met een laag draaggedeelte 5 aan de achterzijde van de voermengwagen 1 en een hoog draaggedeelte 6 aan de voorzijde van de voermengwagen 1. De voorwielen 3 en de achterwielen 4 zijn aan tegenover elkaar gelegen uiteinden van het lage draaggedeelte 5 voorzien.
Op het lage draaggedeelte 5 is voermengwagen 1 voorzien van een mengkuip 7. Alhoewel niet weergegeven in de figuren zijn in de mengkuip 7 twee om verticale rotatieassen roteerbare mengvijzels voorzien zoals die de vakman op zich bekend zijn. In de wand van de mengkuip 7 is een voerluik 8 voorzien dat in praktijk wordt geopend tijdens het uitwerpen van voer vanuit de mengkuip 7 naar vee, in de regel in een stal.
Op het hoge draaggedeelte 6 van het chassis 2 omvat voermengwagen 1 een als samengestelde draaischijf 9 uitgevoerde basislichaam dat zwenkbaar is om een verticale zwenkas ten opzichte van het hoge draaggedeelte 6. Meer specifiek kan draaischijf 9 uitgaande van de situatie volgens figuur 1 over 45 graden naar links zwenken en over 180 graden naar rechts (zie ook figuren 3 en 4).
Op de draaischijf 9 zijn beladingsmiddelen 10 alsmede cabine 11 voorzien, die gezamenlijk met de draaischijf 9 om de verticale zwenkas zwenken. De beladingsmiddelen 10 omvatten een geknikte draagarm 12 die aan een uiteinde daarvan zwenkbaar om een eerste horizontale zwenkas 13 met draaischijf 9, meer specifiek met staande bevestigingsplaten 19 daarvan, is verbonden. Zwenkas 13 is gelegen op ongeveer de helft van de hoogte van mengkuip 7.
Aan het tegenovergelegen uiteinde van draagarm 12 zijn de beladingsmiddelen 10 voorzien van een beladingsorgaan 14. Beladingsorgaan 14 is middels een snelwisselsysteem gekoppeld met draagarm 12. Het beladingsorgaan 14 omvat een bakvormig scheplichaam 15 en een aangrijporgaan 16. Het aangrijporgaan 16 omvat een aantal onderling verbonden gebogen tanden 17. Het aangrijporgaan 16 is zwenkbaar om een tweede horizontale zwenkas 18 met het scheplichaam 15 verbonden waarbij aangrijporgaan 16 zwenkbaar is tussen een gesloten stand volgens de figuren 1, 2 en een geopende stand volgens figuur 4. De lengte van het scheplichaam 15 is ongeveer gelijk aan de afstand tussen de beide voorwielen 3 oftewel de afstand tussen de beide achterwielen 4.
Cabine 11 is aan de buitenzijde (dus excentrisch ten opzichte) van de verticale zwenkas voor draaischijf 9 voorzien waardoor ruimte wordt geboden voor draagarm 12 om centraal of althans centraler op de draaischijf 9 te zijn voorzien. Een bestuurder kan vanuit cabine 11 de voermengwagen 1 volledig besturen.
Voermengwagen 1 kan als volgt worden toegepast: Een bestuurder in cabine 11 rijdt de voermengwagen 1 naar een voorraad voer, zoals een voerkuil. Daar aangekomen opent de bestuurder het beladingsorgaan 14 door het aangrijporgaan 16 naar de geopende stand te zwenken. Vervolgens rijdt de bestuurder de voermengwagen 1 verder in de richting van het voer en zwenkt daarbij zo nodig draagarm 12 om zwenkas 13 teneinde voer, bijvoorbeeld vanuit de voerkuil op te nemen in het scheplichaam 15 vervolgens sluit de bestuurder 11 het beladingsorgaan 14 weer door het aangrijporgaan 16 terug te zwenken om zwenkas 18 naar de gesloten stand waardoor het voer in het scheplichaam 15 wordt opgesloten. Vervolgens zwenkt de bestuurder de draagarm 12 zo nodig omhoog om zwenkas 13 en zwenkt de bestuurder de draaischijf 9 rechtsom via de stand volgens figuur 3 naar de stand volgens figuur 4 waarbij het beladingsorgaan 14 boven de open zijde van de mengkuip 7 wordt gepositioneerd. Vervolgens opent de bestuurder het beladingsorgaan 14 waardoor de inhoud van het scheplichaam 15 in de mengkuip 7 valt. De mengvijzels in de mengkuip 7 zorgen ervoor dat het voer goed wordt gemengd en voor zover nodig, wordt versneden. Door vervolgens het beladingsorgaan 14 weer te sluiten en draaischijf 9 weer terug te zwenken is voermengwagen 1 weer gereed om een volgende hoeveelheid voer op te nemen. De structuur van het voer wordt, in ieder geval totdat het voer in de mengkuip 7 valt, niet aangetast.
Onder gebruikmaking van sensoren, zoals optische sensoren, is het overigens ook mogelijk dat de bovenstaand omschreven werkwijze geautomatiseerd uitgevoerd zou kunnen worden.
Figuren 5, 6 en 7 tonen een tweede uitvoeringsvorm van een voermengwagen 21. Voor zover onderdelen van voermengwagen 21 overeenkomen met die van voermengwagen 1 worden navolgend de zelfde verwijzingsservice daarvoor gehanteerd. Voermengwagen 21 heeft een chassis 22 met een laag draaggedeelte 23, vergelijkbaar met laag draaggedeelte 5, en een hoog draaggedeelte 24 dat langer is dan hoog draaggedeelte 6. Op het verhoogde draaggedeelte 24 is aan de voorzijde daarvan draaischijf 25 voorzien die zwenkbaar is om verticale zwenkas 26 ten opzichte van het verhoogde draaggedeelte 24. Op de draaischijf 25 zijn beladingsmiddelen 10 voorzien.
Op het verlaagd draaggedeelte 23 is mengkuip 7 voorzien. Tussen mengkuip 7 en de beladingsmiddelen 10 is op het verhoogde gedeelte 24 star cabine 11 voorzien die bij voermengwagen 21 dus niet gezamenlijk met de beladingsmiddelen 10 om de verticale zwenkas 26 kan zwenken.
Voermengwagen 21 omvat aan de voorzijde van voorwielen 3 twee extra loopwielen 27 die een kleinere diameter hebben dan voorwielen 3 en achterwielen 4. De loopwielen 27 zijn vrij roteerbaar om hun respectievelijke hartlijnen voorzien aan respectievelijke fuseelichamen 28 die ieder zwenkbaar zijn over 90 graden tussen een rijstand volgens figuren 5 en 6 en een veegstand volgens figuur 7. In de veegstand strekken de hartlijnen van de respectievelijke loopwielen 27 zich verticaal uit. Fuseelichaam 28 is in figuur 7 schetsmatig weergegeven. Aan de hand van de figuren 17a tm 17c wordt nog nader toegelicht hoe de bovengenoemde zwenking kan worden uitgevoerd. De loopwielen 27 zijn niet aandrijfbaar maar zouden zowel in de rijstand als de veegstand aandrijfbaar kunnen zijn uitgevoerd, bijvoorbeeld door een elektrische aandrijfmotor in de naaf van de loopwielen 27 te verwerken.
Het beladen van mengkuip 7 met voer, bijvoorbeeld uit een voerkuil 29 kan plaatsvinden op een wijze die vergelijkbaar is met de wijze waarop dat is omschreven voor voermengwagen 1. Hiervoor wordt verwezen naar de figuren 5 en 6. Figuur 7 toont nog hoe de extra loopwielen 27 als veegorganen kunnen worden toegepast om voer, bijvoorbeeld in een gangpad van een stal, op de vloer bij elkaar te duwen/vegen zodat een rug 32 van voer wordt gevormd waar het vee 33 in een stal achter hekken 34 weer gemakkelijker bij kan. De loopwielen 27 zijn hiertoe over 90 graden gekanteld om een kantelas die zich evenwijdig aan de rijrichting uitstrekt zodat de hartlijnen er van zich, althans in hoofdzaak, verticaal uitstrekken. In dit verband wordt ook verwezen naar de vooraanzichten volgens figuren 11 en 12 en naar figuren 13 en 14 voor anders uitgevoerde voermengwagens die echter wel zijn voorzien van vergelijkbare extra loopwielen 27. Tevens wordt verwezen naar figuren 17a tot en met 17c die meer in detail tonen hoe de extra loopwielen van de rijstand naar de veegstand kantelen. Voermengwagen 41 volgens figuren 8 tot en met 12 verschilt met name van voermengwagen 21 voor wat betreft de positionering van de beladingsmiddelen 10 ten opzichte van de cabine 11. De draagarm 12 is namelijk zwenkbaar om zwenkas 13 op de bovenzijde van cabine 11 verbonden. Het hoge draaggedeelte 24 kan daardoor korter worden uitgevoerd en voorwielen 3 en de extra loopwielen 27 kunnen daardoor dichter bij elkaar worden gepositioneerd.
Voermengwagen 51 volgens de figuren 13 tot en met 16 verschilt met name van voermengwagen 41 ten eerste voor wat betreft de positionering van de beladingsmiddelen 10 ten opzichte van de cabine 11. Die is namelijk net als bij voermengwagen 1. Een tweede verschil is gelegen in het feit dat voermengwagen 41 een enkel centraal voorwiel 52 heeft dat roteerbaar om zijn hartlijn tweezijdig is opgenomen tussen de neerwaartse poten van de omgekeerd U-vormige beugel 53. De beugel 33 is bevestigd aan de onderzijde van draaikrans 54. Draaikrans 54, is zwenkbaar om een verticale zwenkas verbonden met chassis 59 en word aangestuurd door stuurbewegingen van berijder 55 in cabine 11 waardoor voorwiel 52 gestuurd is. De extra loopwielen zijn kort achter het centrale voorwiel 52 voorzien.
Figuren 17a tm 17c tonen voor voermengwagen 51, en ook voor de andere voermengwagens 21 en 41, hoe de extra loopwielen 27 over 90 graden van de rijstand naar de veegstand kunnen zwenken. Meer in detail is de wielophanging voor een loopwiel 27 getoond. De wielophanging omvat een draagarm 57 die scharnierbaar om een horizontale, zich evenwijdig aan de lengterichting van de voermengwagen 51 uitstrekkende scharnieras, met het chassis 59 van voermengwagen 51 is verbonden. Voor het bewerkstelligen van een scharnierbeweging van draagarm 57 ten opzichte van het chassis 59 is tussen het chassis 59 en de draagarm 57 hydraulische cilinder 56 voorzien. Fuseelichaam 28 is scharnierbaar om een horizontale, zich evenwijdig aan de lengterichting van de voermengwagen uitstrekkende scharnieras, met de draagarm 57 verbonden. Voor het bewerkstelligen van een scharnierbeweging van fuseelichaam 28 ten opzichte van de draagarm 57 om laatstgenoemde scharnieras, is tussen draagarm 57 en fuseelichaam 28 een hydraulische cilinder 60 voorzien..
Om loopwiel van de rijstand (figuur 15) naar de veegstand (figuur 16) te doen zwenken wordt cilinder 56 ingetrokken zodat draagarm 57 met fuseelichaam 28 en loopwiel 27 omhoog zwenken naar de stand volgens figuur 17a. Aldus wordt ruimte gecreëerd voor de navolgende scharnierbeweging van loopwiel 27. Vanuit de situatie volgens figuur 17a schuift cilinder 60 uit totdat de hartlijn van loopwiel 27 zich nagenoeg verticaal uitstrekt (bijvoorbeeld onder een hoek van 10 graden met de verticaal). Tenslotte verlengt de cilinder 56 zich tot dat de hartlijn van loopwiel 27 zich verticaal uitstrekt en de onderzijde van het loopwiel 27 (die in de rijstand de buitenzijde van loopwiel 27 vormt) gelijk ligt met de ondergrond.
In de rijstand kunnen de cilinders 56 enigszins worden ingetrokken op het moment dat een bocht wordt doorlopen. Verder kunnen de cilinders 56 ook worden gebruikt om, bijvoorbeeld tijdens het beladen van de kuip van voermengwagen 51 loopwielen 27 met extra druk op de ondergrond te laten drukken voor verhoogde stabiliteit van voermengwagen 51.
Claims (18)
1. Zelfrijdende voermengwagen omvattende een in een rijrichting verrijdbaar chassis, een op het chassis voorziene langwerpige kuip, ten minste één mengvijzel die roteerbaar om een respectievelijke verticale rotatie-as in de kuip is voorzien, ten minste drie loopwielen waarvan er ten minste één stuurbaar is uitgevoerd, aandrijfmiddelen voor het aandrijven van ten minste één loopwiel, op het chassis aan een uiteinde van de langwerpige kuip voorziene beladingsmiddelen voor het opnemen van voer uit de directe omgeving van de voermengwagen en het beladen van de kuip met het opgenomen voer, met het kenmerk, dat de beladingsmiddelen een basislichaam omvatten dat zwenkbaar om een verticale zwenkas over ten minste 180 graden is voorzien op het chassis, een aan het basislichaam voorziene draagarm die aan een eerste uiteinde zwenkbaar om een eerste horizontale zwenkas ten opzichte van het basislichaam is voorzien, en een beladingsorgaan dat is voorzien aan een tegen over het eerste uiteinde gelegen tweede uiteinde van de draagarm welk beladingsorgaan is ingericht voor het daarin opnemen van voer alsmede voor het vanuit het beladingsorgaan beladen van de kuip.
2. Voermengwagen volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het beladingsorgaan een scheplichaam omvat dat zwenkbaar om een tweede horizontale zwenkas met de draagarm is verbonden en een aangrijporgaan omvat dat zwenkbaar om een derde horizontale zwenkas tussen een geopende stand en een gesloten stand ten opzichte van het scheplichaam is voorzien voor het in de gesloten stand opsluiten van opgenomen voer in het scheplichaam en voor het in de geopende stand vrijgeven van in het scheplichaam opgenomen voer.
3. Voermengwagen volgens conclusie 1 of 2 met het kenmerk, dat de voermengwagen een cabine voor een bestuurder van de voermengwagen omvat.
4. Voermengwagen volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de cabine op het basislichaam is voorzien voor gezamenlijke rotatie met de draagarm om de verticale zwenkas.
5. Voermengwagen volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de cabine volledig excentrisch is voorzien ten opzichte van de verticale zwenkas.
6. Voermengwagen volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de cabine star is voorzien op het chassis.
7. Voermengwagen volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de cabine tussen de verticale zwenkas en de kuip is voorzien.
8. Voermengwagen volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de eerste horizontale zwenkas is gelegen tussen het niveau van 25 % van de hoogte van de kuip en 75 % van de hoogte van de kuip.
9. Voermengwagen volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de draagarm een geknikte vorm heeft.
10. Voermengwagen volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de voermengwagen onder het basislichaam is voorzien van steunmiddelen voor het behalve door de loopwielen steunen van de voermengwagen op een ondergrond.
11. Voermengwagen volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de steunmiddelen ten minste één extra loopwiel, bij voorkeur twee extra loopwielen, omvatten.
12. Voermengwagen volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de voermengwagen is voorzien van ten minste één veegorgaan, bij voorkeur twee veegorganen, voor het bij elkaar vegen van op ondergrond liggende voer.
13. Voermengwagen volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat het ten minste ene veegorgaan althans in hoofdzaak schijfvormig is en roteerbaar is om een verticale rotatie-as.
14. Voermengwagen volgens conclusie 12 of 13, met het kenmerk, dat de voermengwagen is voorzien van twee veegorganen die in de rijrichting gezien naast elkaar zijn voorzien.
15. Voermengwagen volgens conclusie 11 en volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat het ten minste ene extra loopwiel roteerbaar is voorzien aan het uiteinde van een fuseelichaam, welk fuseelichaam over 90 graden zwenkbaar is tussen een rijstand waarbij de hartlijn van het loopwiel zich horizontaal dwars op de rijrichting uitstrekt en een veegstand waarbij de hartlijn van het ten minste ene extra loopwiel zich verticaal uitstrekt en de onderzijde, welke in de rijstand een langszijde van het loopwiel vormt, van het ten minste ene extra loopwiel in lijn is gelegen met de onderzijden van de vier loopwielen waardoor het ten minste ene loopwiel kan functioneren als het ten minste ene veegorgaan.
16. Voermengwagen volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het beladingsorgaan middels een snelwisselsysteem is gekoppeld met de draagarm.
17. Voermengwagen volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de voermengwagen is voorzien van ten minste twee mengvijzels die roteerbaar om respectievelijke verticale rotatie-assen in de kuip zijn voorzien.
18. Voermengwagen volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de kuip een inhoud van ten minste 15 m3 heeft.
Priority Applications (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2014900A NL2014900B1 (nl) | 2015-06-01 | 2015-06-01 | Zelfrijdende voermengwagen. |
PCT/NL2016/050390 WO2016195489A2 (en) | 2015-06-01 | 2016-05-31 | Self-propelled mixer feeder |
Applications Claiming Priority (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2014900A NL2014900B1 (nl) | 2015-06-01 | 2015-06-01 | Zelfrijdende voermengwagen. |
Publications (2)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL2014900A true NL2014900A (nl) | 2016-12-12 |
NL2014900B1 NL2014900B1 (nl) | 2017-01-31 |
Family
ID=53502801
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL2014900A NL2014900B1 (nl) | 2015-06-01 | 2015-06-01 | Zelfrijdende voermengwagen. |
Country Status (2)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL2014900B1 (nl) |
WO (1) | WO2016195489A2 (nl) |
Families Citing this family (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
RU2642122C1 (ru) * | 2017-04-18 | 2018-01-24 | Сергей Валерьевич Злочевский | Мобильный кормосмеситель |
Citations (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR2874477A1 (fr) * | 2004-08-31 | 2006-03-03 | Mb Nutrimel Entpr Unipersonnel | Machine melangeuse et distributrice de produits pour l'alimentation animale |
DE202014003600U1 (de) * | 2014-05-03 | 2014-06-12 | Hirl Misch- und Anlagentechnik GmbH & Co. KG | Futtermischer |
EP2842411A2 (en) * | 2013-08-27 | 2015-03-04 | Beheermaatschappij Schuitemaker B.V. | Silage cutting head, silage collector and silage transport vehicle |
NL2011408C2 (nl) * | 2013-09-09 | 2015-03-10 | Lely Patent Nv | Veevoergrijpbek en veevoersamenstelsysteem daarmee. |
WO2015037984A1 (en) * | 2013-09-10 | 2015-03-19 | Lely Patent N.V. | Livestock feed wagon |
-
2015
- 2015-06-01 NL NL2014900A patent/NL2014900B1/nl not_active IP Right Cessation
-
2016
- 2016-05-31 WO PCT/NL2016/050390 patent/WO2016195489A2/en active Application Filing
Patent Citations (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR2874477A1 (fr) * | 2004-08-31 | 2006-03-03 | Mb Nutrimel Entpr Unipersonnel | Machine melangeuse et distributrice de produits pour l'alimentation animale |
EP2842411A2 (en) * | 2013-08-27 | 2015-03-04 | Beheermaatschappij Schuitemaker B.V. | Silage cutting head, silage collector and silage transport vehicle |
NL2011408C2 (nl) * | 2013-09-09 | 2015-03-10 | Lely Patent Nv | Veevoergrijpbek en veevoersamenstelsysteem daarmee. |
WO2015037984A1 (en) * | 2013-09-10 | 2015-03-19 | Lely Patent N.V. | Livestock feed wagon |
DE202014003600U1 (de) * | 2014-05-03 | 2014-06-12 | Hirl Misch- und Anlagentechnik GmbH & Co. KG | Futtermischer |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
WO2016195489A2 (en) | 2016-12-08 |
WO2016195489A3 (en) | 2017-01-19 |
NL2014900B1 (nl) | 2017-01-31 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
EP1606990B1 (en) | Grain cart with intermodal container loader | |
NL2011413C2 (nl) | Veevoerwagen. | |
US11685300B2 (en) | Agricultural dump cart | |
US8359695B2 (en) | Mechanical sweeper | |
US10688902B2 (en) | Truck and conveyor system | |
CA2944808C (en) | Apparatus for discharge of bulk materials | |
NL2014900B1 (nl) | Zelfrijdende voermengwagen. | |
EP3062610B1 (en) | Mixer feeder and method for loading such a mixer feeder | |
EP2275603A2 (de) | Fahrzeug, insbesondere zur Strandreinigung | |
US3596717A (en) | Beach-cleaning vehicle | |
US10682940B2 (en) | Agricultural dump cart | |
CA1229457A (en) | Hopper support and dump mechanism | |
CN106314252A (zh) | 一种分体式搅拌罐车 | |
CN106427726B (zh) | 一种多功能取料运输车 | |
US7032370B2 (en) | Fruit trailer for fruit harvesting system and associated methods | |
NL8901717A (nl) | Rooier. | |
NL8602550A (nl) | Inrichting voor het mengen van veevoeder. | |
FR2629497A1 (fr) | Engin de ramassage et de chargement en continu de materiaux | |
NL2001964C2 (nl) | Laadwagen. | |
BE1017306A3 (fr) | Godet de chargement et de dechargement. | |
US7025556B1 (en) | Agricultural transfer table | |
AU2004269788A1 (en) | An Apparatus for Removing Debris from Railway Tracks | |
SU121306A1 (ru) | Устройство дл разгрузки свеклы из автомашин и укладки ее в бурты | |
JPS6323448Y2 (nl) | ||
FR3067726A1 (fr) | Gravillonneuse en marche avant |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
MM | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20220701 |