NL2005289C2 - Douchevloer afdichtsysteem. - Google Patents

Description

Douchevloer afdichtsysteem

De uitvinding betreft een afdichtsysteem voor een douchevloer van een sanitairruimte. Onder een douchevloer wordt 5 het vloerdeel van een sanitairruimte verstaan, dat vaak grote hoeveelheden water verwerkt, zoals een vloer onder een douchekop. Bij dit deel van de vloer van de sanitairruimte is het van groot belang, dat er geen lekkage kan optreden. In het bijzonder bij een doucheruimte dient het overgrote deel van de 10 vloer waterdicht te zijn. Wanneer de doucheruimte een onderdeel is van een grotere badkamer, dan heeft het de voorkeur om het vloerdeel van de doucheruimte waterdicht te maken.

Bij het bouwen van een doucheruimte is het gebruikelijk om eerst afvoerleidingen aan te brengen, waarna een vloer over 15 de afvoerleidingen gestort wordt. Dergelijke vloeren zijn vaak zandcement vloeren of gietvloeren.

Wanneer het gewenst is, dat er een afvoerput in de vloer verwerkt wordt, dan wordt deze afvoerput, of een deel daarvan, ook eerst samen met de afvoerleidingen geplaatst, waarna de 20 vloer gestort of gegoten wordt. Hierbij is het van belang de hoogte van de afvoerput vooraf goed in te stellen, om zeker te zijn dat na het afwerken van de vloer met bijvoorbeeld een tegellaag, de bovenrand van de afvoerput gelijk loopt met de tegellaag. Zodra de vloer gestort is, kunnen er geen 25 substantiële wijzigingen meer aangebracht worden in het type afvoerput en de dikte van de afwerklaag. Met verhogingselementen kan eventueel nog gecompenseerd worden, maar elk extra element verhoogt de kans op lekkage.

Verder is het van belang om na het storten van de vloer 30 een waterdichte laag op de vloer aan te brengen. Dit voorkomt lekkage. Om een waterdichte laag te krijgen is het bekend om aan de afvoerput een stuk waterdicht doek te bevestigen. Dit bevestigen vindt gewoonlijk plaats door lijmen op een horizontaal deel, maar kan ook op een andere wijze zijn 35 verbonden. Vervolgens worden aan het stuk waterdicht doek 2 stroken waterdicht doek gelijmd om zo het gehele oppervlak van de vloer te bedekken.

Het risico bij lijmen is dat de verbindingen tussen de verschillende doekdelen niet waterdicht zijn, waardoor alsnog 5 lekkage kan ontstaan. Daarnaast kunnen door verkeerde opslag van de kit de eigenschappen van de kit nadelig beïnvloed zijn, hetgeen een nadelige invloed heeft op de betrouwbaarheid van de lijmverbindingen. Zo kan bijvoorbeeld een kit zijn eigenschappen verliezen, wanneer de kit blootgesteld wordt aan vorst. De 10 afwerklaag kan vervolgens pas worden aangebracht, wanneer de lijmlaag voldoende is uitgehard.

Verder zal het lijmoppervlak van de afvoerput tijdens het uitharden van de vloer vervuild raken, doordat werklieden over de vloer en derhalve over het lijmoppervlak lopen, en door 15 het stof van het zandcement. De waterdichte laag wordt pas aangebracht, wanneer de vloer voldoende is uitgehard. Het lijmoppervlak zou dan eerst gereinigd moeten worden voor een goede hechting. Dit wordt echter vaak niet gedaan.

Ook het overlappend aanbrengen van verschillende 20 doekdelen kan problemen opleveren, wanneer een dunne afwerklaag gewenst is. De dikte verschillen zouden gecompenseerd moeten worden met een dikke lijmlaag, maar juist bij een dunne afwerklaag is dit ongewenst.

Zo is het bekend om in een vloer een sifon te storten, 25 welke sifon is voorzien van een flens. Het bovenvlak van deze flens dient gelijk te lopen met het oppervlak van de gestorte vloer. Na het uitharden, wordt een beschermtolie van de flens verwijderd, waarna een flexibel doek op de flens gelijmd kan worden.

30 Bij het lijmen bestaat het risico dat de verbinding niet waterdicht is, bijvoorbeeld door de kwaliteit van de lijm of doordat de flens door stof en gruis vervuild is. Ook kan de vakkundigheid van de vakman een rolspelen bij de kwaliteit van de verbinding. Daarnaast moet na het lijmen gewacht worden, 35 totdat de lijm voldoende is uitgehard, alvorens de afwerklaag 3 aangebracht kan worden. Tijdens de uitharding mag er niet over de lijmverbindingen gelopen worden, omdat hierdoor de verbinding nadelig beïnvloed kan worden.

Een ander nadeel is dat het doek met twee verschillende 5 lijmen bevestigd moet worden. De ene soort lijm wordt gebruikt om het doek op de afvoerput te bevestigen, terwijl de andere soort lijm gebruikt wordt voor bevestiging van het doek op de vloer. Een juiste aanbrenging is hierdoor moeilijk te controleren.

10 Een andere oplossing is bekend, waarbij de flexibele laag af fabriek is vastgezet aan een sifon. Deze sifon wordt in een vloer gestort, waarna de flexibele laag over de vloer uitgevouwen wordt. Doordat de flexibele laag al aan de sifon is aangebracht wordt het storten van de vloer bemoeilijkt. Ook 15 bestaat de kans, dat het doek vervuild wordt tijdens het storten van de vloer. Druppels vloeibaar cement kunnen op het doek komen, die later voorkomen, dat het doek vlak op de vloer gelegd kan worden. Verder zorgt deze oplossing er voor, dat het doek veel vouwen heeft. Ook dit bemoeilijkt het vlak aanbrengen van 20 het doek op de vloer. Het is nu een doel van de uitvinding om de bovengenoemde nadelen te verminderen of zelfs te voorkomen.

Dit doel wordt bereikt met een afdichtsysteem omvattende een waterdichte flexibele laag, zoals een tegeldoek, welke flexibele laag een insteekdeel omvat voor een waterdichte 25 aansluiting op een in de douchevloer aangebrachte afvoeropening.

Aan de flexibele laag is een insteekdeel gevormd. Dit insteekdeel kan eenvoudig in een afvoeropening van een in een vloer aangebrachte afvoerbuis worden gestoken, waardoor gelijk een goede afdichting op de afvoerbuis verkregen wordt, zonder 30 dat enige lijm of kit benodigd is. Zo is het dus mogelijk eerst de vloer met daarin een afvoerbuis te storten, waarna pas de waterdichte flexibele laag aangebracht wordt door het in de afvoerbuis steken van het insteekdeel van de flexibele laag. Hierbij is geen lijm nodig hetgeen de betrouwbaarheid van de 35 aansluiting op de afvoerbuis verhoogt.

4

Daarnaast vindt de afdichting van het doek op de afvoerbuis plaats in een verticaal vlak, in tegenstelling tot de stand van techniek, waarbij de afdichting gewoonlijk op een horizontaal vlak is, zoals een plakflens. Door de afdichting op 5 een verticaal vlak, zoals de binnenwand van de afvoerbuis, zijn de afmetingen beperkt. In het geval het doek niet volledig zou afdichten op het verticale vlak, dan zal alsnog geen lekkage ontstaan, doordat het insteekdeel in de afvoerbuis steekt.

Een uitvoeringsvorm van het afdichtsysteem volgens de 10 uitvinding omvat het buisvormig insteekdeel op het buitenoppervlak een aantal omtreksgroeven, waarbij in ten minste één groef een afdichtring is aangebracht.

Door deze groeven kan het insteekdeel gemakkelijk om maat gezaagd worden en kan de afdichtring in een geschikte 15 omtreksgroef worden aangebracht.

Het buisvormig insteekdeel kan een flens omvatten, waarop de waterdichte flexibele laag is aangebracht, bijvoorbeeld door verlijmen of vulkaniseren. Deze bevestiging van de flexibele laag vindt bij voorkeur plaats in een 20 gecontroleerde omgeving, zoals in een fabriek, zodat de waterdichtheid van de bevestiging van de laag op de flens gegarandeerd kan worden.

Bij een andere uitvoeringsvorm van het afdichtsysteem volgens de uitvinding is het buisvormig insteekdeel van een 25 rubber gevormd en is aan de binnenzijde een uitstekende flexibele omtreksflens is aangebracht. Het rubber insteekdeel kan op gelijke wijze in de afvoeropening van een afvoerbuis worden gestoken. Door vervolgens in het insteekdeel een afvoerbuis van bijvoorbeeld een afvoergoot te steken, wordt het 30 rubber insteekdeel verder vastgedrukt in de afvoerbuis.

Bij een zeer geprefereerde uitvoeringsvorm volgens de uitvinding is het insteekdeel een aan de waterdichte flexibele laag aangebrachte rubber ring, die in een in de afvoeropening aangebrachte groef geplaatst kan worden.

35 De rubber ring, zoals bijvoorbeeld een O-ring, is aan de 5 laag bevestigd en wordt in een groef in de afvoeropening geplaatst. Vervolgens kan bijvoorbeeld een buisvormige uitloop van een douchegoot in de afdichtring gestoken worden, zodat de ring tegen de wand van de afvoerbuis gedrukt wordt.

5 Eventueel kan de buisvormige uitloop zijn voorzien van een aantal groeven, zodat water, dat tussen het insteekdeel en de buisvormige uitloop komt, eveneens kan wegstromen.

Bij een andere uitvoeringsvorm volgens de uitvinding is het insteekdeel een flexibele huls en omvat het afdichtsysteem 10 een in de flexibele huls aangebracht spanelement voor het in de afvoeropening tegen de wand spannen van de flexibele huls.

De flexibele huls kan zelfs gevormd zijn uit het doek zelf, wanneer dit doek voldoende flexibel en rekbaar is. In een voorkeursuitvoeringsvorm van het afdichtsysteem volgens de 15 uitvinding omvat de flexibele laag een hoekdeel waardoor de aan het hoekdeel grenzende delen opstaan. Zo kan de flexibele waterdichte laag met de opstaande delen tegen een wand aangebracht worden. Bij voorkeur is het hoekdeel uitrekbaar zodat kleine variaties in de afmetingen gemakkelijk door het 20 vervormen van het hoekdeel opgevangen kunnen worden. Met een dergelijke uitvoeringsvorm is het bijvoorbeeld mogelijk prefab elementen te voorzien. Door de aangebrachte hoeken wordt zo een soort douchebak gevormd. In de fabriek kunnen dan de waterdichte flexibele lagen worden voorzien van hoekdelen, waardoor de vloer 25 van de doucheruimte in één keer betrouwbaar afdicht kan worden. Vervolgens kunnen deze prefab douchebakken in een groot aantal gelijke doucheruimtes geplaatst worden.

In een andere voorkeursuitvoeringsvorm van het afdichtsysteem volgens de uitvinding zijn twee of meer 30 insteekdelen aan de flexibele waterdichte laag aangebracht. De insteekdelen worden bij voorkeur afgedekt door de waterdichte laag, zodat slechts één van de twee of meer insteekdelen in een afvoerbuis gestoken wordt. Hierdoor is er meer variatie in het afdichtsysteem mogelijk.

35 In weer een andere uitvoeringsvorm is de waterdichte 6 flexibele laag één geheel en strekt zich tenminste uit over het gehele oppervlak van de douchevloer.

Doordat de flexibele laag zich uitstrekt over het gehele af te dichten oppervlak en als één geheel is, wordt de kans op 5 lekkage uitgesloten. Er zijn geen lijmovergangen meer aanwezig, die bij de stand van techniek tot lekkage konden leiden.

Door de afmetingen van de flexibele laag groter te kiezen dan de afmetingen van de af te dichten douchevloer, kan gevarieerd worden in de positie van de afvoerbuis, waardoor de 10 flexibele laag zo geplaatst kan worden, dat het insteekdeel in de afvoerbuis gestoken kan worden en de douchevloer bedekt wordt door de flexibele laag.

De uitvinding omvat verder een combinatie van een afdichtsysteem volgens de uitvinding, een vloer waarin een 15 afvoerbuis is aangebracht, waarbij het insteekdeel van het afdichtsysteem in de afvoerbuis steekt, en een over de flexibele laag aangebrachte afwerklaag, zoals een tegellaag.

In een voorkeursuitvoeringsvorm van de combinatie volgens de uitvinding is tussen de vloer en het insteekdeel van 20 het afdichtsysteem een ruimte aanwezig, zodanig dat het insteekdeel los ligt ten opzichte van de vloer.

De flexibele laag en het daaraan bevestigde insteekdeel kan aldus na het uitharden van de vloer nog ingestoken worden. Bij renovatie is het hierdoor verder mogelijk om de flexibele 25 laag gemakkelijk te vervangen voor een nieuwe laag. Overigens is het voldoende om zoveel ruimte als de opening van de afvoerbuis over te laten, aangezien het insteekdeel in de afvoerbuis gestoken wordt.

Bij voorkeur omvat de in de vloer aangebrachte 30 afvoerbuis een sifon. Daarnaast ligt bij voorkeur de bovenrand van het insteekdeel onder het bovenoppervlak van de afwerklaag ligt.

Hierdoor kan het afdichtsysteem gebruikt worden als afvoer, zonder dat er aanvullende maatregelen nodig zijn. De 35 flexibele laag zorgt voor een waterdichte afdichting van de 7 onderliggende vloer, waardoor het water in het insteekdeel kan stromen en zo in de afvoerbuis. De eventueel aangebrachte sifon voorkomt eventuele ongewenste geuren.

Daarnaast kan de sifon tot aan de afwerklaag reiken 5 waardoor een kleine inbouwdiepte van het geheel verkregen wordt.

Een voorkeursuitvoeringsvorm van de combinatie volgens de uitvinding omvat verder een opvangbak met een afvoeropening en een aan de afvoeropening aangebracht buisdeel, waarbij het buisdeel in het insteekdeel van de waterdichte flexibele laag is 10 gedrukt.

Bij voorkeur is de opvangbak een langwerpige bak en omvat deze een rooster, dat in de langwerpige bak is geplaatst. Eventueel kan het voordelig zijn de langwerpige bak aan de flexibele laag te bevestigen, bijvoorbeeld door middel van 15 lijmen.

Ook is het mogelijk om op het doek en over de afvoeropening een vlakke plaat van bijvoorbeeld roestvaststaal aan te brengen. Vervolgens kan de afwerklaag, zoals tegellaag, worden aangebracht. Door het weglaten van een aantal tegels kan 20 zo een opvangbak gevormd worden boven de vlakke plaat. Er is geen exacte uitlijning tussen de vlakke plaat en de afwerklaag nodig. Eventueel kan verder een afwerkstrip aangebracht worden tegen de rand van de afwerklaag.

Doordat de afdichting onder de opvangbak ligt is de 25 waterdichtheid van de opvangbak van ondergeschikt belang. Hierom zijn bij een combinatie volgens de uitvinding geen dure opvangbakken meer nodig, waarbij de lassen op de hoeken van een zodanige hoge kwaliteit zijn, dat waterdichtheid van de opvangbak gegarandeerd is. Ook is het niet nodig om tussen de 30 opvangbak en de afwerklaag een kit aan te brengen. Immers de afdichting ligt onder de opvangbak.

Ook is er minder geluidsoverdracht doordat de opvangbak op de vloer ligt en niet, zoals bij de stand van techniek, gedeeltelijk in de vloer. Een ander voordeel is dat 35 temperatuurschommelingen van de onderbak minder invloed hebben 8 en scheurvorming minder waarschijnlijk is.

Doordat de waterdichte laag volledig onder de onderbak ligt is er geen aarding nodig van de onderbak. Ook verankering van de onderbak kan achterwege blijven 5 De onderbak kan in kunststof zijn uitgevoerd. Hiermee wordt het gewicht van de combinatie gereduceerd hetgeen voordelen heeft voor transportkosten.

Nog een andere uitvoeringsvorm van een combinatie volgens de uitvinding omvat een afschotplaat met een vlak 10 ondervlak en een vlak bovenvlak, waarbij het bovenvlak een hoek maakt met het ondervlak, welke afschotplaat geplaatst is op de waterdichte flexibele laag, waarbij de afwerklaag zich uitstrekt over de afschotplaat en waarbij het afschot gericht is naar de afvoeropening.

15 Door op de waterdichte laag een gehelde plaat aan te brengen, kan gemakkelijk een afschot gecreëerd worden. Eventueel kan de afschotplaat poreus worden uitgevoerd, zodat in het geval van lekkage door de afwerklaag, het water alsnog langs de waterdichte laag naar de afvoeropening gevoerd kan worden. De 20 vloerplaat kan ook door middel van kanalen poreus worden uitgevoerd.

Hoewel het afdichtsysteem in het bijzonder geschikt is voor het afdichten van vloeren, kan het ook gebruikt worden om bijvoorbeeld een in een wand aangebrachte afvoerbuis af te 25 dichten. Ook kan het afdichtsysteem gebruikt worden om doorvoeren door wanden of vloeren goed af te dichten.

Deze en andere kenmerken van de uitvinding worden nader toegelicht aan de hand van de bijgaande tekeningen.

Figuur 1 toont een perspectief aanzicht met 30 uiteengenomen delen van een uitvoeringsvorm volgens de uitvinding.

Figuur 2 toont een dwarsdoorsnede aanzicht van de uitvoeringsvorm volgens de uitvinding.

Figuur 3 toont een schematisch aanzicht van een 35 sanitairruimte met een afdichtsysteem volgens de uitvinding.

9

Figuur 4 toont een tweede uitvoeringsvorm van een afdichtsysteem volgens de uitvinding.

Figuur 5 toont een derde uitvoeringsvorm van een afdichtsysteem volgens de uitvinding.

5 Figuur 6 toont een vierde uitvoeringsvorm van een afdichtsysteem volgens de uitvinding.

Figuur 7 toont een vijfde uitvoeringsvorm van een afdichtsysteem volgens de uitvinding.

Figuur 1 toont een uitvoeringsvorm 1 van een combinatie 10 volgens de uitvinding. De combinatie 1 heeft een waterdicht flexibel doek 2, waaraan een buisvormig insteekdeel 3 is aangebracht. Op het buitenoppervlak van het insteekdeel 3 is een afdichtring 4 aangebracht. Dit buisvormig insteekdeel 3 wordt in de afvoeropening 5 van een sifon 6 gestoken. De sifon 6 is 15 aangesloten op een afvoerbuis 7.

Boven het waterdichte flexibele doek 2 kan een langwerpige opvangbak 8 zijn voorzien. Deze opvangbak 8 heeft een afvoeropening 9, waarop een buisdeel 10 is aangebracht. Dit buisdeel 10 steekt vanaf boven in het insteekdeel 3. In de 20 opvangbak 8 is een rooster 11 geplaatst.

In figuur 2 is een dwarsdoorsnede aanzicht getoond van de combinatie 1 in gemonteerde toestand.

De sifon 6 is in een vloer 12 gestort, waarbij een opening 13 boven de sifon is opengelaten. Hierdoor kan na het 25 uitharden van de vloer 12 het insteekdeel 3 in de afvoeropening 5 van de sifon 6 gestoken worden.

Het insteekdeel 3 heeft een aantal omtreksgroeven 14, waarin een afdichtring 4 geplaatst kan worden. Daarnaast kunnen de omtreksgroeven 14 gebruikt worden om het insteekdeel 3 op 30 maat te maken.

Aan de bovenzijde is het insteekdeel 3 voorzien van een flens 15, waarmee het insteekdeel aan het doek 2 is bevestigd. Onder de flens 15 is een tweede doek 16 aangebracht.

Nadat het insteekdeel 3 in de afvoeropening 5 is 35 gestoken en de vloer 12 bedekt is met het waterdichte flexibele 10 doek 2, kan de afwerklaag 17, zoals bijvoorbeeld tegels, worden aangebracht. Bij het afwerken wordt verder de opvangbak 8 aangebracht en wordt in de opvangbak 8 het rooster 11 geplaatst.

Figuur 3 toont een schematische weergave van een 5 sanitairruimte 20. De sanitairruimte 20 heeft een vloer 21 en twee wanden 22, 23. Onder de douchekop 24 is het vloerdeel voorzien van een afdichtsysteem 25 volgens de uitvinding.

Slechts waar de vloer 21 intensief in contact komt met water is het aanvullende afdichtsysteem 25 noodzakelijk.

10 Het doek van het afdichtsysteem 25 is langs de wanden 22, 23 omhoog gevouwen door het uitrekbare hoekdeel 26. Indien de afmetingen van het afdichtsysteem 25 niet geheel overeenkomen met de vloer 21 en de wanden 22, 23 kan het hoekdeel 26 uitgerekt worden om hiervoor te compenseren.

15 Figuur 4 toont een dwarsdoorsnede aanzicht van een tweede uitvoeringsvorm 30 van een afdichtsysteem volgens de uitvinding. Dit afdichtsysteem 30 heeft een flexibel waterdicht doek 31, waaraan een rubber ring 32 is aangebracht. Deze rubber ring 32 steekt in een groef 33, die in een afvoerbuis 34 is 20 aangebracht. De afvoerbuis 34 is in een vloer 35 ingestort.

De rubber ring 32 wordt tegen de wand van de afvoerbuis 34 aangedrukt door het insteken van een buisdeel 36 van een douchegoot 37.

Over het flexibele waterdichte doek 31 wordt vervolgens 25 een afwerkende tegellaag 38 aangebracht.

In figuur 5 wordt een derde uitvoeringsvorm 40 getoond. Hierbij is een waterdichte laag 41 voorzien van een flexibele huls 42, die in een afvoerbuis 43 aangebracht in de vloer 44 steekt.

30 De afvoerbuis 43 is aan de binnenzijde voorzien van een groef 45. De flexibele huls 42 wordt door een veerring 46 in deze groef 45 gedrukt, waardoor een waterdichte aansluiting van de laag 41 op de afvoerbuis 43 verkregen wordt.

Figuur 6 toont in dwarsdoorsnede een vierde 35 uitvoeringsvorm 50 volgens de uitvinding. Bij deze uitvoering is 11 een sifon 51 in de vloer 52 verwerkt. De sifon 51 heeft een toevoeropening 53, waarop twee flensen 54, 55 zijn aangebracht. Afhankelijk van de inbouwdiepte kan de bovenste flens 54 van de sifon verwijderd worden.

5 Bij het storten van de vloer 52 is boven de sifon 51 een tijdelijk vulstuk voorzien, zodat een verdieping 56 in de vloer 51 is ontstaan.

Over de vloer 52 is een tegeldoek 57 aangebracht, dat voorzien is van een buisvormig insteekstuk 58. Dit insteekstuk 10 58 steekt in de sifon 51 en ligt aan tegen een O-ring 59.

Bovenop het tegeldoek 57 is vervolgens een onderbak 60 van een douchegoot voorzien, waarvan de buisvormige uitloop 61 in het insteekstuk 58 steekt. Door de verdieping 56 ligt de onderbak 60 enigszins verzonken in de vloer 52, waardoor dunnere 15 tegels 62 over het tegeldoek 57 aangebracht kunnen worden.

Doordat het regeldoek 57 voor een waterdichte laag zorgt is een afdichting tussen de uitloop 61 en het insteekstuk 58 niet noodzakelij k.

In figuur 7 wordt een vijfde uitvoeringsvorm 70 getoond. 20 Hierbij is een waterdichte laag 71 met een insteekstuk 72 in een sifon 73 gestoken, waardoor de vloer 74 waterdicht afgedicht wordt. In het insteekstuk 72 is verder een onderbak 75 van een douchegoot gestoken.

Ten einde een afschot te verkrijgen, waardoor het water 25 naar de onderbak 75 stroomt, is aangrenzend aan de onderbak 75 een plaat 76 voorzien.

In deze uitvoering is de plaat 76 opgebouwd uit een onderwand 77 en een bovenwand 78, die door tussenschotten 79 op afstand van elkaar gehouden worden. De onderwand 77 en bovenwand 30 78 lopen iets uit elkaar, waardoor bij plaatsing op een vlakke vloer 74 een afschot ontstaat.

Door de ruimte tussen de bovenwand 78 en onderwand 77 ontstaan afvoerkanalen, die eventueel lekkage water richting de sifon 73 kunnen leiden.

35 De plaat 76 kan echter ook massief zijn uitgevoerd en 12 eventueel onder de afdichtende laag 71 zijn aangebracht.

Claims (17)

1. Afdichtsysteem voor een douchevloer van een sanitairruimte omvattende een waterdichte flexibele laag, zoals 5 een tegeldoek, welke flexibele laag een insteekdeel omvat voor een waterdichte aansluiting op een in de douchevloer aangebrachte afvoeropening.

2. Afdichtsysteem volgens conclusie 1, waarbij het insteekdeel buisvormig is.

3. Afdichtsysteem volgens conclusie 2, waarbij het buisvormig insteekdeel op het buitenoppervlak een aantal omtreksgroeven omvat, waarbij in ten minste één groef een afdichtring is aangebracht.

4. Afdichtsysteem volgens conclusie 2 of 3, waarbij het 15 buisvormig insteekdeel een flens omvat, waarop de waterdichte flexibele laag is aangebracht, bijvoorbeeld door verlijmen of vulkaniseren.

5. Afdichtsysteem volgens conclusie 2, waarbij het buisvormig insteekdeel van een rubber is gevormd en waarbij aan 20 de binnenzijde een uitstekende flexibele omtreksflens is aangebracht.

6. Afdichtsysteem volgens conclusie 1, waarbij het insteekdeel een aan de waterdichte flexibele laag aangebrachte rubber ring is, die in een in de afvoeropening aangebrachte 25 groef geplaatst kan worden.

7. Afdichtsysteem volgens conclusie 1, waarbij het insteekdeel een flexibele huls is en waarbij het afdichtsysteem een in de flexibele huls aangebracht spanelement omvat voor het in de afvoeropening tegen de wand spannen van de flexibele huls.

8. Afdichtsysteem volgens één van de voorgaande conclusies waarbij de flexibele laag een uitrekbaar hoekdeel omvat waardoor de aan het hoekdeel grenzende delen opstaan.

9. Afdichtsysteem volgens één van de voorgaande conclusies waarbij twee of meer insteekdelen aan de flexibele 35 waterdichte laag zijn aangebracht.

10. Afdichtsysteem volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de waterdichte flexibele laag één geheel is en zich tenminste uitstrekt over het gehele oppervlak van de douchevloer.

11. Combinatie van een afdichtsysteem volgens één van de voorgaande conclusies, een vloer waarin een afvoerbuis is aangebracht, waarbij het insteekdeel van het afdichtsysteem in de afvoerbuis steekt, en een op de vloer en over de waterdichte flexibele laag aangebrachte afwerklaag, zoals een tegellaag.

12. Combinatie volgens conclusie 11, waarbij tussen de vloer en het insteekdeel van het afdichtsysteem een ruimte aanwezig is, zodanig dat het insteekdeel los ligt ten opzichte van de vloer.

13. Combinatie volgens conclusie 11 of 12, waarbij de in 15 de vloer aangebrachte afvoerbuis een sifon omvat.

14. Combinatie volgens één van de conclusies 11 - 13, waarbij de bovenrand van het insteekdeel onder het bovenoppervlak van de afwerklaag ligt.

15. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies 20 11 - 14, verder omvattende een opvangbak met een afvoeropening en een aan de afvoeropening aangebracht buisdeel, waarbij het buisdeel in het insteekdeel van de waterdichte flexibele laag is gedrukt.

16. Combinatie volgens conclusie 15, waarbij de 25 opvangbak een langwerpige bak is en een rooster omvat, dat in de langwerpige bak is geplaatst.

17. Combinatie volgens één van de conclusies 11 - 16, omvattende een afschotplaat met een vlak ondervlak en een vlak bovenvlak, waarbij het bovenvlak een hoek maakt met het 30 ondervlak, welke afschotplaat geplaatst is op de waterdichte flexibele laag , waarbij de afwerklaag zich uitstrekt over de afschotplaat en waarbij het afschot gericht is naar de afvoeropening.