NL2005053C2

NL2005053C2 - BULB WALL, AND BUILDING ELEMENT AND METHOD.

Info

Publication number: NL2005053C2
Application number: NL2005053A
Authority: NL
Inventors: Patrick Vandenbempt; Jean-Pierre Wuytack; Guy Jans; Mattheus Cornelis Martinus Leest
Original assignee: Snel Bouw Muren N V
Priority date: 2010-07-08
Filing date: 2010-07-08
Publication date: 2012-01-10

Description

P91319NL00P91319NL00

Titel: Spouwmuur, alsmede bouwelement en werkwijzeTitle: Cavity wall, as well as building element and method

De uitvinding heeft betrekking op een spouwmuur.The invention relates to a cavity wall.

Spouwmuren zijn op zichzelf algemeen bekend, en bestaan uit een uit baksteen opgetrokken buitenmuur, een binnenmuur, en daartussen een geventileerde ruimte. De geventileerde ruimte is veelal voorzien van 5 isolatiemateriaal, bijvoorbeeld isolatieplaten die aan de binnenmuur zijn bevestigd. Ventilatie van de spouw van de bekende muur is noodzakelijk om vochtproblemen (te wijten aan via en/of langs de bakstenen indringend water) te voorkomen. De bekende muur biedt diverse voordelen. Zo is toepassing van bakstenen voordelig met het oog op een grote duurzaamheid, 10 goede brandwerendheid, bijzonder goede vorstbestendigheid, gewichtsbesparing, en een uit esthetisch oogpunt aantrekkelijk uiterlijk.Cavity walls are generally known per se, and consist of an outer wall made of brick, an inner wall, and in between a ventilated space. The ventilated space is often provided with insulating material, for example insulating plates which are attached to the inner wall. Ventilation of the cavity of the known wall is necessary to prevent moisture problems (due to water penetrating through and / or along the brick). The known wall offers various advantages. For example, the use of bricks is advantageous in view of high durability, good fire resistance, particularly good frost resistance, weight saving, and an aesthetically attractive appearance.

De onderhavige uitvinding beoogt een verbeterde spouwmuur. Volgens een aspect van de uitvinding wordt de muur hiertoe gekenmerkt door de maatregelen van conclusie 1.The present invention contemplates an improved cavity wall. According to an aspect of the invention, the wall for this purpose is characterized by the features of claim 1.

15 Met voordeel is de spouwmuur voorzien van: -een buitenblad, voorzien van bakstenen; -een binnenblad; -een zich tussen het buiten- en binnenblad uitstrekkende spouw; waarbij de spouw een in hoofdzaak luchtdicht en waterdicht van 20 een omgeving afgesloten ruimte is.Advantageously, the cavity wall is provided with: an outer leaf provided with bricks; -a inner leaf; -a cavity extending between the outer and inner leaf; wherein the cavity is a space that is substantially airtight and watertight from an environment sealed off.

Een hoofdgedachte van de uitvinding is om de spouw luchtdicht en waterdicht van de omgeving (van de muur) af te sluiten. Aldus wordt een muur verkregen waarvan de zich in de spouw bevindende lucht in hoofdzaak stationair is, althans niet met de buitenomgeving van de muur 25 kan communiceren. In feite kan de zo verkregen muur dezelfde werking leveren als de isolerende werking van een dubbelglas-plaat. Hierbij kan 2 onder verbeterde isolatie zowel geluidsisolatie als warmte-isolatie worden verstaan.A main idea of the invention is to seal the cavity airtight and watertight from the environment (from the wall). A wall is thus obtained whose air contained in the cavity is substantially stationary, or at least cannot communicate with the outside environment of the wall. In fact, the wall thus obtained can provide the same effect as the insulating effect of a double-glass plate. Here, improved insulation can be understood to mean both sound insulation and heat insulation.

Opgemerkt zij dat met waterdicht wordt bedoeld dat het doorslaan van water, zoals regenwater wordt voorkomen. Luchtdicht en waterdicht 5 dient zodanig geïnterpreteerd te worden dat migratie van waterdamp, bijvoorbeeld transport van waterdamp van een door de muur omsloten binnenruimte naar een buiten de muur voorziene buitenruimte, wel mogelijk is. De spouw is dus niet een dampdicht van een omgeving afgesloten ruimte.It should be noted that watertight means that water breakdown, such as rainwater, is prevented. Airtight and watertight must be interpreted in such a way that migration of water vapor, for example transport of water vapor from an inner space enclosed by the wall to an outer space provided outside the wall, is possible. The cavity is therefore not a vapor-tight space that is sealed off from an environment.

10 Doordat de spouw volledig van de buitenomgeving is afgesloten worden vochtproblemen bovendien op eenvoudige wijze voorkomen.Moreover, because the cavity is completely sealed off from the outside environment, moisture problems are prevented in a simple manner.

Bij voorkeur wordt het afsluiten van de spouw uitgevoerd door de op zichzelf waterdoorlatende bakstenen van het buitenblad te voorzien van een waterdichte en luchtdichte laag, en door zich tussen de bakstenen 15 bevindende naden (al dan niet voegen) volledige af te dichten. De bakstenen zijn water doorlatend doordat deze zijn gevormd uit gebakken klei, hetgeen een poreus materiaal tot gevolg heeft.The closing of the cavity is preferably carried out by providing the self-permeable bricks of the outer leaf with a watertight and airtight layer, and by completely sealing seams (whether or not jointing) located between the bricks. The bricks are water-permeable because they are formed from fired clay, which results in a porous material.

Bij voorkeur bevindt de waterdichte en luchtdichte laag zich aan de naar de spouw gekeerde zijde van de bakstenen. Op deze manier wordt geen 20 afbreuk gedaan aan de baksteeneigenschappen van een (van de spouw afgekeerde) buitenzijde van de muur, terwijl toch een waterdicht en luchtdicht buitenblad beschikbaar is.The watertight and airtight layer is preferably located on the side of the bricks facing the cavity. In this way, the brick properties of an outside of the wall (facing away from the cavity) are not affected, while a watertight and airtight outer leaf is still available.

Een uit economisch oogpunt en qua sterkte voordelige voorkeursuitvoering omvat toepassing van een betonlaag of een 25 betonmortellaag (althans een uitgeharde beton- of betonmortellaag) waarin de bakstenen deels zijn verzonken. Een betonmortellaag is in dit verband gedefinieerd als zijnde een laag van een fijn betontype.A preferred embodiment which is advantageous from an economic point of view and in terms of strength comprises the use of a concrete layer or a concrete mortar layer (at least a cured concrete or concrete mortar layer) in which the bricks are partially sunk. A concrete mortar layer is defined in this context as being a layer of a fine concrete type.

Bij voorkeur is de spouw van de muur voorzien van in hoofdzaak afgesloten compartimenten, bijvoorbeeld rondom randaansluitingen zoals 30 aansluitingen van de muur op ramen, vloeren, funderingen, doorboringen en 3 dergelijke. Door het gebruik van compartimenten worden eventuele drukverschillen in de spouw verminderd ofwel geheel geëlimineerd. Het aantal compartimenten in de spouw is bij voorkeur gerelateerd aan de breedte van de spouw. Hoe breder, dus een grotere afstand tussen het 5 binnenblad en het buitenblad, des te meer compartimenten in de spouw kunnen zijn voorzien teneinde een vergrote kans op convectie in de spouw teniet te doen.The cavity of the wall is preferably provided with substantially sealed compartments, for example around peripheral connections such as connections of the wall to windows, floors, foundations, penetrations and the like. The use of compartments reduces any pressure differences in the cavity or eliminates them completely. The number of compartments in the cavity is preferably related to the width of the cavity. The wider, thus a greater distance between the inner leaf and the outer leaf, the more compartments can be provided in the cavity in order to eliminate an increased chance of convection in the cavity.

Verder levert de uitvinding een bouwelement dat kennelijk bestemd en geschikt is voor het vervaardigen van een buitenblad van een 10 muur volgens de uitvinding. Een dergelijk bouwelement is bij voorkeur voorzien van een groot aantal bakstenen. In dat geval kan een muur relatief snel en efficiënt worden gebouwd, onder behoud van bovengenoemde voordelen.The invention further provides a building element that is clearly intended and suitable for manufacturing an outer leaf of a wall according to the invention. Such a building element is preferably provided with a large number of bricks. In that case, a wall can be built relatively quickly and efficiently, while maintaining the aforementioned advantages.

Voorts wordt voorzien in een werkwijze voor het bouwen van een 15 muur, omvattende het optrekken, meer in het bijzonder het monteren, van een binnen- en buitenblad, met daartussen een spouw, zodanig, dat de spouw in hoofdzaak luchtdicht en waterdicht van een omgeving is afgesloten. Hiermee kunnen bovengenoemde voordelen worden bereikt.Furthermore, a method is provided for building a wall, comprising raising, more particularly mounting, an inner and outer leaf, with a cavity between them, such that the cavity is substantially airtight and watertight of an environment is closed. The above advantages can be achieved with this.

20 Nadere voordelige uitwerkingen van de uitvinding zijn beschreven in de volgconclusies. De uitvinding zal thans worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld en de tekening. Daarin toont:Further advantageous elaborations of the invention are described in the subclaims. The invention will now be explained with reference to an exemplary embodiment and the drawing. It shows:

Figuur 1 een vooraanzicht van een bouwelement volgens een uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding, bestemd voor het aanleggen van een 25 muur volgens de uitvinding;Figure 1 shows a front view of a building element according to an exemplary embodiment of the invention, intended for the construction of a wall according to the invention;

Figuur 2 een detail Q van het in fig. 1 getoonde element;Figure 2 shows a detail Q of the element shown in Figure 1;

Figuur 3 een langsdoorsnede over lijn III-III van fig. 2;Figure 3 shows a longitudinal section along the line III-III of Figure 2;

Figuur 4 schematisch een horizontale dwarsdoorsnede van een deel van een constructie omvattende twee muren voorzien van bouwelementen, 30 volgens een uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding; 4Figure 4 shows diagrammatically a horizontal cross-section of a part of a construction comprising two walls provided with building elements, according to an exemplary embodiment of the invention; 4

Figuur 5 een verticale dwarsdoorsnede een deel van een constructie omvattende een muur voorzien van een of meer bouwelementen, volgens een uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding;Figure 5 shows a vertical cross-section of a part of a construction comprising a wall provided with one or more building elements, according to an exemplary embodiment of the invention;

Figuur 6 een dwarsdoorsnede van een voorbeeld van een 5 aansluiting tussen twee bouwelementen;Figure 6 shows a cross-section of an example of a connection between two building elements;

Figuur 7 A een kops eind van een nadere uitvoering van een bouwelement, voorzien van een afdichtingsprofiel, voorafgaand aan plaatsing; enFigure 7A shows a head end of a further embodiment of a building element, provided with a sealing profile, prior to placement; and

Figuur 7B een samenstel van twee bouwelementen zoals getoond in 10 Fig. 7A, met kopse einden tegen elkaar, na plaatsing.Fig. 7B shows an assembly of two building elements as shown in Figs. 7A, with head ends against each other, after placement.

Gelijke of overeenkomstige maatregelen worden in deze aanvrage met gelijke of overeenkomstige verwijzingstekens aangeduid.In this application, the same or corresponding measures are indicated by the same or corresponding reference numerals.

Figuren 1-3 tonen schematisch een voorbeeld van een bouwelement 15 11, omvattende een in dit geval rechthoekig paneel (gezien in een vooraanzicht). De bouwelementen kunnen tevens andere vormen hebben, bijvoorbeeld vierkant, driehoekig, zeshoekig, of anderszins.Figures 1-3 schematically show an example of a building element 11, comprising in this case a rectangular panel (seen in a front view). The building elements may also have other shapes, for example square, triangular, hexagonal, or otherwise.

Elk bouwelement 11 is bij voorkeur relatief omvangrijk gezien in vooraanzicht, bijvoorbeeld met een lengte X (bijvoorbeeld gemeten in een 20 horizontale richting) van ten minste 1 meter of meer, bijvoorbeeld ten minste 2 meter of langer, en bijvoorbeeld met een hoogte Y (gemeten in een verticale richting) van ten minste 1 meter of meer, bijvoorbeeld ten minste 2 meter of hoger. De bouwelementen 11 kunnen relatief dun zijn uitgevoerd. Een totale dikte van elk bouwelement 11 is bijvoorbeeld kleiner dan circa 10 25 cm, bijvoorbeeld in het bereik van circa 5-8 cm (bijvoorbeeld een bereik van circa 6-7 cm).Each building element 11 is preferably relatively bulky in front view, for example with a length X (for instance measured in a horizontal direction) of at least 1 meter or more, for example at least 2 meters or longer, and for instance with a height Y (measured in a vertical direction) of at least 1 meter or more, for example at least 2 meters or higher. The building elements 11 can be of relatively thin design. A total thickness of each building element 11 is, for example, smaller than approximately 10 cm, for example in the range of approximately 5-8 cm (for example a range of approximately 6-7 cm).

Het bouwelement 11 omvat bij voorkeur een rigide (uitgeharde) laag 12 waarin rijen bakstenen 13 deels verzonken zijn opgenomen, en aldus verankerd. De stenen 13 kunnen bijvoorbeeld over een relatief korte afstand 30 W3 uit de laag 12 naar voren toe uitsteken, bijvoorbeeld een afstand kleiner 5 dan 1 cm, bijvoorbeeld circa 1 a 2 mm. Een voordeel van een dergelijke kleine afstand is dat de voegen 14 tussen de verschillende bakstenen 13 niet meer nagevoegd hoeven te worden. Er hoeft slechts nagevoegd te worden op de naden tussen de verschillende naast elkaar voorziene bouwelementen 11 5 van een spouwmuur volgens de uitvinding. Echter, de afstand W3 kan ook circa 1 cm bedragen, of meer, bijvoorbeeld een afstand in het bereik van circa 1-2 cm, met name indien zich tussen de stenen uitstrekkende voegen 14 met additioneel voegmiddel worden opgevuld.The building element 11 preferably comprises a rigid (hardened) layer 12 in which rows of bricks 13 are partially sunk, and thus anchored. The stones 13 can protrude for example over a relatively short distance 30 W3 from the layer 12, for instance a distance smaller than 5 cm, for example approximately 1 to 2 mm. An advantage of such a small distance is that the joints 14 between the different bricks 13 no longer have to be fitted. It is only necessary to add on the seams between the various building elements 11 of a cavity wall according to the invention provided next to each other. However, the distance W3 can also be approximately 1 cm, or more, for example a distance in the range of approximately 1-2 cm, in particular if joints 14 extending between the bricks are filled with additional grout.

In het voorbeeld is elk bouwelement 11 voorzien van ten minste 10 tien zich boven elkaar uitstrekkende rijen bakstenen (in dit geval gelegd in een halfsteens verband), waarbij elke rij bakstenen ten minste 5 (in het voorbeeld ten minste 10) zich naast elkaar bevindende stenen 13 omvat.In the example, each building element 11 is provided with at least 10 rows of bricks extending above one another (in this case laid in a semi-brick relationship), each row of bricks comprising at least 5 (in the example at least 10) bricks located next to each other 13.

De verankeringslaag 12 vormt in het voorbeeld een waterdichte en luchtdichte, maar bij voorkeur dampdoorlatende laag. Derhalve is het 15 bouwelement 11 waterdicht, althans staat geen penetratie van water toe in een richting dwars daardoorheen. Volgens een nadere uitwerking bestaat de laag 12 in hoofdzaak uit beton. In een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding kan de laag 12 ook in hoofdzaak van een al dan niet dampdoorlatende materie zijn, bijvoorbeeld van kunststof, of bijvoorbeeld 20 een materiaal op basis van polymeren.In the example, the anchoring layer 12 forms a watertight and airtight, but preferably vapor-permeable layer. Therefore, the building element 11 is watertight, at least does not allow penetration of water in a direction transverse therethrough. According to a further elaboration, the layer 12 consists essentially of concrete. In another embodiment of the invention, the layer 12 may also be substantially of a vapor-permeable material, for example of plastic, or, for example, a material based on polymers.

In het voorbeeld zijn de bakstenen 13 op relatief korte laterale afstanden van elkaar geplaatst, met zich daartussen uitstrekkende voegen 14. Deze voegen kunnen bijvoorbeeld een breedte hebben van circa 5 mm of kleiner. Een muur voorzien van bakstenen 13 met dergelijke kleine voegen 25 wordt over het algemeen betiteld als voegloos metselwerk. Een voordeel van een zogenoemd voegloos metselwerk is dat het niet nagevoegd hoeft te worden.In the example, the bricks 13 are placed at relatively short lateral distances from each other, with joints 14 extending therebetween. These joints can for instance have a width of approximately 5 mm or smaller. A wall provided with bricks 13 with such small joints 25 is generally referred to as joint-free brickwork. An advantage of a so-called joint-free brickwork is that it does not have to be copied.

Anderzijds kunnen deze voegen 14 bijvoorbeeld een breedte hebben in het bereik van meer dan 5 mm, bijvoorbeeld een voegbreedte van circa 5-30 15 mm. Dergelijke voegen worden over het algemeen nagevoegd.On the other hand, these joints 14 may, for example, have a width in the range of more than 5 mm, for example a joint width of approximately 5-30 mm. Such joints are generally added.

66

Zoals uit de tekening volgt zijn de zich tussen de stenen uitstrekkende voegen 14 in elk geval deels met materiaal van de verankeringslaag 12 gevuld, zodanig dat de voegen luchtdicht en waterdicht worden afgesloten. Bij voorkeur worden dergelijke voegen 14 van een 5 additioneel voegmiddel (anders dan het materiaal van de verankeringslaag) voorzien, langs oppervlakken van de laag 12. In dat geval kan een gewenste klassieke uitstraling van het element worden verkregen. Alternatief kunnen de voegen 14 ook in hoofdzaak worden voorzien van hetzelfde materiaal als het materiaal van de verankeringslaag 12.As follows from the drawing, the joints 14 extending between the bricks are in any case partially filled with material from the anchoring layer 12, such that the joints are sealed airtight and watertight. Such joints 14 are preferably provided with an additional jointing agent (other than the material of the anchoring layer), along surfaces of the layer 12. In that case, a desired classical appearance of the element can be obtained. Alternatively, the joints 14 can also be substantially provided with the same material as the material of the anchoring layer 12.

10 Verder zijn de stenen 13 langs achterzijden elk volledig bedekt door de verankeringslaag 12, en worden zo langs die zijden luchtdicht en waterdicht afgesloten.Furthermore, the stones 13 are each completely covered on the rear sides by the anchoring layer 12, and are thus sealed airtight and watertight along those sides.

Bij voorkeur is de laag 12 voorzien van bewapening (op zichzelf niet weergegeven), bijvoorbeeld een in de laag opgenomen, zich achter de 15 bakstenen 13 uitstrekkend verankeringsnet, bijvoorbeeld een bewapening vervaardigd van metaal of staal. In een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding kan de laag 12 zijn voorzien van bewapening door middel van een gewapende mortel, te weten een mortel voorzien van staalvezels, glasvezels, melaminevezels of andere voor deze toepassing geschikte vezels.The layer 12 is preferably provided with reinforcement (not shown per se), for example an anchoring net included in the layer and extending behind the bricks 13, for example an reinforcement made of metal or steel. In another embodiment of the invention, the layer 12 can be provided with reinforcement by means of a reinforced mortar, namely a mortar provided with steel fibers, glass fibers, melamine fibers or other fibers suitable for this application.

20 Een dikte W1 van een zich achter de bakstenen 13 uitstekkend deel van de laag 12 (gemeten in een richting normaal ten opzichte van een voorzijde van het bouwelement, zie Fig. 3) is bijvoorbeeld kleiner dan 10 cm, bijvoorbeeld circa 5 cm of kleiner, bijvoorbeeld circa 2 cm. Dit deel van de laag wordt ook wel de rug van het element 11 genoemd.A thickness W1 of a part of the layer 12 extending behind the bricks 13 (measured in a direction normal relative to a front side of the building element, see Fig. 3) is, for example, smaller than 10 cm, for example approximately 5 cm or smaller , for example approximately 2 cm. This part of the layer is also referred to as the back of the element 11.

25 De bakstenen 13 kunnen op zichzelf verschillende afmetingen hebben. Zo kan een lengte L (i.e. de strek) van de meeste van de stenen 13 (of elk van de stenen 13) groter zijn dan 10 cm, bijvoorbeeld circa 21 cm of minder of meer dan 21 cm.The bricks 13 can have different dimensions per se. For example, a length L (i.e., the stretch) of most of the stones 13 (or each of the stones 13) may be greater than 10 cm, for example approximately 21 cm or less or more than 21 cm.

Een hoogte H van een steen 13 (zie Fig. 2) kan bijvoorbeeld circa 5 30 cm bedragen De hoogte H kan in een andere uitvoeringsvorm ook iets meer 7 of iets minder dan 5 cm bedragen. Elke baksteen kan bijvoorbeeld een dikte W2 hebben in het bereik van 1-11 cm, in het bijzonder 3-6 cm, gemeten in een dwarsrichting van het buitenblad 2. Bij voorkeur zijn de stenen 13 relatief dun, gemeten in een richting normaal ten opzichte van de 5 verankeringslaag 12. Een dikte W2 van de steen 13 kan bijvoorbeeld circa 5 cm bedragen, of dunner of dikker. De bakstenen 13 kunnen bijvoorbeeld zijn verkregen uit gebakken tussenproducten met een bepaalde dikte W=2xW2, welke tussenproducten elk zijn gehalveerd, bijvoorbeeld door breking en/of snijding langs een centraal middenlangsvlak, om twee eindproducten van de 10 gewenste dikte W2 te verkrijgen.For example, a height H of a brick 13 (see Fig. 2) can be approximately 5 cm. In another embodiment, the height H can also be slightly more 7 or slightly less than 5 cm. Each brick may, for example, have a thickness W2 in the range of 1-11 cm, in particular 3-6 cm, measured in a transverse direction of the outer leaf 2. Preferably, the stones 13 are relatively thin, measured in a direction normal to of the anchoring layer 12. A thickness W2 of the stone 13 can be, for example, approximately 5 cm, or thinner or thicker. The bricks 13 can be obtained, for example, from baked intermediates with a specific thickness W = 2xW2, which intermediates are each halved, for example by refraction and / or cutting along a central longitudinal plane, in order to obtain two end products of the desired thickness W2.

Zoals figuur 1 toont kan het bouwelement bijvoorbeeld zijn voorzien van hoofdstenen met een genoemde lengte, en kortere stenen 13’ (bijvoorbeeld randstenen of sluitstenen) ten behoeve van het voorzien van een geschikt verband tussen de verschillende rijen stenen. In het voorbeeld 15 zijn deze kortere stenen 13’ even hoog en even dik als elk van de hoofdstenen 13. In een alternatieve uitvoering kunnen de kortere stenen 13’ ( randstenen of sluitstenen) worden weggelaten, waardoor ruimtes ontstaan. Na plaatsing van twee bouwelementen naast elkaar worden deze ruimtes gevuld door stenen van de volledige lengte van het naastliggende 20 bouwelement, teneinde een doorlopend verband te verkrijgen.As Figure 1 shows, the building element can for instance be provided with main stones with a stated length, and shorter stones 13 '(for example edge stones or key stones) for the purpose of providing a suitable relationship between the different rows of stones. In the example 15, these shorter stones 13 "are as high and as thick as any of the main stones 13. In an alternative embodiment, the shorter stones 13" (edge stones or key stones) can be omitted, thereby creating spaces. After placing two building elements next to each other, these spaces are filled by bricks of the full length of the adjacent building element, in order to obtain a continuous relationship.

Volgens een verder aspect van de uitvinding kunnen de bakstenen 13, of genoemde tussenproducten, elk in een vormbak zijn vervaardigd, of op een andere wijze, bijvoorbeeld door extrusie (strengpersen). Bij voorkeur zijn de stenen elk uit klei vervaardigd. De bakstenen 13 zijn dan op zichzelf 25 waterdoorlatend en/of poreus, dus ook dampdoorlatend.According to a further aspect of the invention, the bricks 13, or said intermediates, can each be manufactured in a mold container, or in a different manner, for example by extrusion (extruding). The stones are preferably each manufactured from clay. The bricks 13 are then water-permeable and / or porous, and therefore also vapor-permeable.

Met een of meer dergelijke bouwelementen 11 kan volgens een voorkeursuitvoeringsvoorbeeld een muur (in het bijzonder een buitenmuur van een gebouw, bijvoorbeeld een buitengevel) worden gebouwd, in het bijzonder een spouwmuur. Figuren 4 en 5 tonen voorbeelden van dergelijke 30 muren IA, IB, 1C.With one or more such building elements 11, according to a preferred embodiment, a wall (in particular an outer wall of a building, for example an outer wall) can be built, in particular a cavity wall. Figures 4 and 5 show examples of such walls 1A, 1B, 1C.

88

Figuur 4 toont in het bijzonder een hoek tussen twee aangrenzende spouwmuren IA, 1B, in een horizontale dwarsdoorsnede.Figure 4 in particular shows an angle between two adjacent cavity walls 1A, 1B, in a horizontal cross-section.

Figuur 5 toont in het bijzonder een muur 1C, nabij een boveneind, een verticale dwarsdoorsnede.Figure 5 in particular shows a wall 1C, near a top end, a vertical cross-section.

5 Elk van de muren IA, IB, 1C is voorzien van een buitenblad 2, een binnenblad 3, een zich tussen het buiten- en binnenblad uitstrekkende, met lucht gevulde spouw 4. Elk buitenblad 2 omvat een of meer genoemde bouwelementen, en is derhalve voorzien van bakstenen 13 (op zichzelf niet weergegeven in figuren 4-5). De verschillende bouwelementen 11 zijn in 10 hoofdzaak luchtdicht en waterdicht met elkaar verbonden, bijvoorbeeld met behulp van een afsluitmiddel of een verbindingsmiddel. Een dergelijk middel kan bijvoorbeeld een profiel omvatten dat zich ten minste gedeeltelijk rondom het bouwelement 11 uitstrekt. Het profiel kan bijvoorbeeld een verbindingsstrip 9 (zie figuur 6) zijn die zich ten minste 15 aan één van de zijkanten en aan één kant van de boven- of onderkant uitstrekt. Na bevestiging van de bouwelementen 11 aan elkaar wordt de ruimte tussen de bouwelementen 11 en het profiel 9 dichtgekit met een kitrand 7.Each of the walls 1A, IB, 1C is provided with an outer leaf 2, an inner leaf 3, an air-filled cavity 4 extending between the outer and inner leaf 4. Each outer leaf 2 comprises one or more building components mentioned, and is therefore provided with bricks 13 (not shown per se in figures 4-5). The various building elements 11 are connected to each other in airtight and watertight manner, for example with the aid of a closing means or a connecting means. Such a means can for instance comprise a profile which extends at least partially around the building element 11. The profile can for instance be a connecting strip 9 (see figure 6) which extends at least on one of the sides and on one side of the top or bottom. After attachment of the building elements 11 to each other, the space between the building elements 11 and the profile 9 is sealed with a cement edge 7.

De spouw 4 kan relatief dun zijn uitgevoerd. Volgens een extra 20 voordelige uitwerking is een dikte van spouw 4, gemeten in een richting haaks op de twee bladen 2, 3, kleiner is dan 4 cm, teneinde te bewerkstelligen dat zo weinig mogelijk convectie in de spouw plaatsvindt en zodoende de isolatiewaarde van de spouwmuur wordt verhoogd. Voorts kan elke spouw 4 bijvoorbeeld een lengte hebben van ongeveer 2 m, of meer of 25 minder en een hoogte van ongeveer 2 meter of meer of minder.The cavity 4 can be relatively thin. According to an additional advantageous elaboration, a thickness of cavity 4, measured in a direction perpendicular to the two blades 2, 3, is smaller than 4 cm, in order to ensure that as little convection as possible takes place in the cavity and thus the insulation value of the cavity. cavity wall is raised. Furthermore, each cavity 4 can for instance have a length of approximately 2 m, or more or less and a height of approximately 2 meters or more or less.

Elk binnenblad 3 kan op verschillende manieren zijn uitgevoerd, bijvoorbeeld met een of meer binnenblad-bouwelementen, welke bijvoorbeeld van verschillende materialen kunnen zijn vervaardigd (bijvoorbeeld hout, steen, beton, gipsbeton, of andere materialen), hetgeen 30 de vakman duidelijk zal zijn.Each inner sheet 3 can be designed in different ways, for example with one or more inner sheet building elements, which can for instance be manufactured from different materials (for example wood, stone, concrete, gypsum concrete, or other materials), which will be clear to the skilled person.

99

Het buitenblad (i.e. een of meer bouwelementen 2) van elke muur IA, IB, 1C is zodanig gepositioneerd dat buitenzijden van de respectieve bakstenen naar buiten toe zijn gekeerd, i.e. in een van de respectieve spouw 4 en binnenblad 3 afgekeerde richting. Aldus levert het buitenblad een in 5 hoofdzaak bakstenen vooraanzicht aan de muur (met een bakstenen, van de spouw 4 afgekeerde, buitenzijde), als ware het een traditionele gemetselde muur.The outer leaf (i.e. one or more building elements 2) of each wall IA, IB, 1C is positioned such that outer sides of the respective bricks face outwards, i.e. in a direction away from the respective cavity 4 and inner leaf 3. The outer leaf thus provides a substantially brick front view of the wall (with a brick exterior facing away from the cavity 4), as if it were a traditional brick wall.

Elk genoemd binnenblad 3 wordt in het bijzonder luchtdicht uitgevoerd. Een naar de spouw 4 toegekeerde achterzijde van elk buitenblad 10 2 is in het voorbeeld bovendien in hoofdzaak waterdicht en luchtdicht uitgevoerd. Immers, de een of meer bouwelementen van het buitenblad 2 omvatten genoemde waterdichte en luchtdichte laag 12, aan de naar de spouw 4 toegekeerde zijden van de bakstenen 13. Aldus is elke spouw 4 een in hoofdzaak luchtdicht en waterdicht van een omgeving afgesloten ruimte 15 (i.e. een niet-geventileerde binnenruimte van de muur IA, IB, 1C). Door toepassing van een dergelijke spouw 4 (die een afgesloten, stationaire luchtlaag levert) wordt warmtetransport -door de muur heen- goed tegengegaan. Zo wordt een hogere isolatiewaarde van de muur verkregen, met name ten opzichte van traditionele gemetselde baksteenmuren.Each said inner leaf 3 is in particular of airtight design. Moreover, in the example, a rear side of each outer leaf 2 facing the cavity 4 is substantially watertight and airtight. After all, the one or more building elements of the outer leaf 2 comprise said watertight and airtight layer 12 on the sides of the bricks 13 facing the cavity 4. Thus, each cavity 4 is a space 15 which is substantially airtight and watertight from an environment ( ie a non-ventilated interior of the wall IA, IB, 1C). By using such a cavity 4 (which provides a sealed, stationary layer of air), heat transfer through the wall is prevented. In this way a higher insulation value of the wall is obtained, in particular compared to traditional brick walls.

20 In het bijzonder kan het buitenblad zijn voorzien van een minimale ventilatieopening, dus een ventilatieopening met een totaaloppervlak kleiner dan 10 mm2 per strekkende meter buitenblad (bijvoorbeeld gemeten in een horizontale langsrichting. De genoemde totale ventilatieopening kan meer in het bijzonder nihil zijn (i.e. nul). Het buitenblad 2 van elke muur 25 IA, IB, 1C is bijvoorbeeld voorzien van een totale ventilatieopening met een oppervlak kleiner dan 1 mm2 per strekkende meter buitenblad.In particular, the outer leaf can be provided with a minimum ventilation opening, that is to say a ventilation opening with a total surface area smaller than 10 mm 2 per linear meter of outer leaf (for instance measured in a horizontal longitudinal direction. The said total ventilation opening can more particularly be nil (ie zero) The outer leaf 2 of each wall IA, IB, 1C is for instance provided with a total ventilation opening with an area smaller than 1 mm 2 per linear meter of outer leaf.

Volgens een nadere uitwerking van de uitvinding kan een naar elke spouw 4 toegekeerde zijde van het buitenblad in hoofdzaak door materiaal worden geleverd, dat een warmtegeleidingscoëfficiënt λ heeft die 30 groter is dan 0,1 W/m.K (gemeten bij 293 K). Een naar de spouw 4 10 toegekeerde zijde van een tegenoverliggend binnenblad 3 kan in hoofdzaak door materiaal wordt geleverd, dat een warmtegeleidingscoëfficiënt λ heeft die lager is dan 0,1 W/m.K (gemeten bij 293 K). Hiertoe kan het binnenblad 3 aan een binnenzijde zijn voorzien van een of meer (bij voorkeur rigide) 5 lagen isolatiemateriaal 5, bijvoorbeeld isolatieplaten. In een alternatieve uitvoering is een naar de spouw toegekeerde zijde van het binnenblad 3 niet voorzien van dergelijk isolatiemateriaal; in dat geval kan de naar de spouw 4 toegekeerde zijde van het binnenblad 3 eveneens in hoofdzaak door materiaal wordt geleverd dat een warmtegeleidingscoëfficiënt λ heeft die 10 groter is dan 0,1 W/m.K (gemeten bij 293 K). Ook in dat geval kan de muur IA, IB, 1C nog goede isolatie bieden, ten gevolge van de afgesloten spouw 4.According to a further elaboration of the invention, a side of the outer leaf facing each cavity 4 can be supplied essentially by material which has a heat conductivity coefficient λ greater than 0.1 W / m.K (measured at 293 K). A side of an opposite inner leaf 3 facing the cavity 4 can be supplied essentially by material having a heat conductivity coefficient λ of less than 0.1 W / m.K (measured at 293 K). To this end, the inner sheet 3 can be provided on one inner side with one or more (preferably rigid) layers of insulating material 5, for example insulating plates. In an alternative embodiment, a side of the inner leaf 3 facing the cavity is not provided with such insulation material; in that case the side of the inner leaf 3 facing the cavity 4 can also be supplied essentially by material having a heat conductivity coefficient λ greater than 0.1 W / m.K (measured at 293 K). In that case too, the wall IA, IB, 1C can still offer good insulation, as a result of the closed cavity 4.

Zoals de tekening toont kunnen langwerpige afstandhouders 6 zijn aangebracht tussen naar elkaar toe gekeerde zijden van het buitenblad 2 en binnenblad 3 (en in dit geval tussen het buitenblad 2 enerzijds en de op het 15 respectieve binnenblad 3 aangebrachte isolatielaag 5 anderzijds). Elke afstandhouder 6 kan bijvoorbeeld een compressieband zijn (bijvoorbeeld met een klevende laag), en kan bijvoorbeeld van kunststof zijn vervaardigd. Volgens een nadere uitwerking zijn de afstandhouders 6 elk in hoofdzaak van flexibel (bijvoorbeeld veerkrachtig) materiaal vervaardigd, en na 20 montage tussen de twee bladen 2, 3 samengedrukt. Bijvoorkeur levert elke afstandhouder 6 (bijvoorbeeld in een samengedrukte toestand) een locaal waterdichte afsluiting van de spouw 4. Zoals figuur 4 (in dwarsdoorsnede) toont kunnen bijvoorbeeld zich in verticale richting uitstrekkende afstandhouders 6 in een spouw 4 zijn aangebracht, op een horizontale of 25 verticale afstand P van elkaar, bijvoorbeeld een afstand van circa 0,5 meter of meer. De afstandhouders 6 kunnen zich tevens in een andere richting uitstrekken, bijvoorbeeld schuin ten opzichte van een verticale richting, of horizontaal. Dergelijke afstandhouders 6 kunnen zodanig in de spouw 4 zijn dat de afstandhouders 6 afgesloten compartimenten in de spouw 4 30 definiëren. Dergelijke compartimenten zijn bij voorkeur voorzien rondom 11 randafsluitingen, zoals aansluitingen van de muur IA, IB, 1C op ramen, deuren, fundering, doorboringen en dergelijke.As the drawing shows, elongated spacers 6 can be arranged between facing sides of the outer sheet 2 and inner sheet 3 (and in this case between the outer sheet 2 on the one hand and the insulating layer 5 provided on the respective inner sheet 3 on the other hand). Each spacer 6 can for instance be a compression tape (for example with an adhesive layer), and can for instance be made of plastic. According to a further elaboration, the spacers 6 are each substantially made of flexible (for example, resilient) material, and after assembly between the two blades 2, 3 are compressed. Preferably, each spacer 6 (for example in a compressed state) provides a locally watertight seal of the cavity 4. As Figure 4 (in cross-section) shows, for example, spacers 6 extending in the vertical direction can be arranged in a cavity 4, on a horizontal or 25 vertical distance P from each other, for example a distance of approximately 0.5 meters or more. The spacers 6 can also extend in a different direction, for instance obliquely with respect to a vertical direction, or horizontally. Such spacers 6 can be in the cavity 4 such that the spacers 6 define closed compartments in the cavity 4. Such compartments are preferably provided around 11 edge closures, such as connections of the wall IA, IB, 1C on windows, doors, foundation, penetrations and the like.

Volgens een nadere uitwerking kan een buitenblad 2 bijvoorbeeld aan een bijbehorend binnenblad 3 worden bevestigd door toepassing van 5 bevestigingsmiddelen (bijvoorbeeld pluggen en bijbehorende verankeringsmiddelen), welke bevestigingsmiddelen zich na montage in beide bladen 2, 3 uitstrekken. Zo kunnen bijvoorbeeld telkens onderling uitgelijnde boorgaten in de twee bladen 2, 3 worden gemaakt, door boring via het buitenblad 2 en vervolgens naar het binnenblad 3 (door een optionele 10 isolatielaag 5 heen), om vervolgens een langwerpige plug in de zo verkregen boorgaten te steken, welke plug in de bladen wordt vastgezet door een geschikt verankeringsmiddel (bijvoorbeeld een schroef of bout). In een andere uitvoeringsvorm kan het buitenblad aan het binnenblad 3 zijn bevestigd met behulp van speciale pluggen die aan beide einden een 15 expansie-element bezitten. Dergelijke expansie-elementen voorkomen luchtdoorlating en bewerkstelligen een verbeterde stabiliteit.According to a further elaboration, an outer leaf 2 can for instance be attached to a corresponding inner leaf 3 by applying fastening means (for example plugs and associated anchoring means), which fastening means extend into both sheets 2, 3 after mounting. For example, in each case mutually aligned boreholes can be made in the two blades 2, 3, through bore through the outer blade 2 and then to the inner blade 3 (through an optional insulation layer 5), to subsequently insert an elongated plug into the drill holes thus obtained which plug is fixed in the blades by a suitable anchoring means (e.g. a screw or bolt). In another embodiment, the outer leaf can be fixed to the inner leaf 3 by means of special plugs which have an expansion element at both ends. Such expansion elements prevent air permeability and provide improved stability.

Zoals figuur 5 toont kan de spouw 4 van een muur 1C bijvoorbeeld nabij of langs een boveneind door een genoemde (zich in dit geval in 20 horizontale richting uitstrekkende) afstandhouder 6 luchtdicht zijn afgesloten. Een dergelijke afdichting is bij voorkeur tevens langs een onderzijde van de spouw 4 aangebracht. Aldus kan de spouw geheel luchtdicht worden omsloten.As Fig. 5 shows, the cavity 4 of a wall 1C can for instance be sealed airtightly near or along an upper end by a said (in this case extending in horizontal direction) spacer 6. Such a seal is preferably also arranged along an underside of the cavity 4. The cavity can thus be enclosed completely airtight.

Zoals figuur 4 voorts toont kunnen tegenoverliggende langsranden 25 van twee aangrenzende muren IA, 1B bijvoorbeeld waterdicht en luchtdicht op elkaar aansluiten, bijvoorbeeld onder gebruikmaking van een afsluitmiddel 7 om een zich tussen die muren IA, 1B uitstrekkende voeg waterdicht af te sluiten. Een dergelijk afsluitmiddel 7 kan bijvoorbeeld een elastisch, bijvoorkeur veerkrachtig, afdichtingsprofiel omvatten, een 30 vulmiddel (bijvoorbeeld een geschikte afdichtingskit), of dergelijke. In dit 12 voorbeeld is een genoemde voeg tevens voorzien van een vulmiddel 8, bijvoorbeeld een voegmiddel of een kit, om het afsluitmiddel 7 af te dekken (langs een van de spouw af gekeerde buitenzijde daarvan). Bovendien toont figuur 4 toepassing van verbindingsmiddelen 9, bijvoorbeeld een of meer 5 verbindingsprofielen, om de aangrenzende buitenbladelementen 11 onderling te borgen. De verbindingsmiddelen kunnen bijvoorbeeld van een duurzame kunststof, metaal of staal zijn vervaardigd.As Fig. 4 furthermore shows, opposite longitudinal edges 25 of two adjacent walls IA, 1B can connect to each other, for example, in a watertight and airtight manner, for example using a closing means 7 for watertight sealing a joint extending between those walls IA, 1B. Such a closing means 7 can for instance comprise an elastic, preferably resilient, sealing profile, a filler (for instance a suitable sealing kit), or the like. In this example, said joint is also provided with a filler 8, for example a joint or a kit, to cover the closing means 7 (along an outer side thereof facing away from the cavity). Moreover, Figure 4 shows the use of connecting means 9, for example one or more connecting profiles, for mutually securing the adjacent outer leaf elements 11. The connecting means can for instance be made of a durable plastic, metal or steel.

Figuur 6 toont een deel van een enkele muur welke een aantal waterdicht en luchtdicht op elkaar aansluitende bouwelementen 11 omvat. 10 De waterdichte en luchtdichte aansluiting omvat afsluitmiddel 7 (bijvoorbeeld van een hierboven genoemde configuratie) om een zich tussen tegenoverliggende randen van de bouwelementen 11 uitstrekkende voeg (bijvoorbeeld met een breedte van circa 1 tot 2 cm) waterdicht en luchtdicht af te sluiten. Genoemde voeg bevindt zich in het bijzonder tussen naar 15 elkaar toegekeerde buitenvlakken van de verankeringslagen 12 van de elementen 11. De voeg is tevens voorzien van een vulmiddel 8, bijvoorbeeld een voegmiddel of een afdekkingskit, om het afsluitmiddel 7 af te dekken. Verbindingsmiddelen 9 (bijvoorbeeld een of meer kunststof, metalen of stalen profielen) zijn op binnenzijden van de elementen 11 bevestigd om de 20 twee elementen 11 onderling te borgen.Figure 6 shows a part of a single wall which comprises a number of building elements 11 which are watertight and airtightly adjoining each other. The watertight and airtight connection comprises closing means 7 (for example of an above-mentioned configuration) for sealing a joint (for example with a width of approximately 1 to 2 cm) extending between opposite edges of the building elements 11 in a watertight and airtight manner. Said joint is situated in particular between outer surfaces of the anchoring layers 12 of the elements 11 facing each other. The joint is also provided with a filler 8, for example a jointing agent or a covering kit, to cover the closing means 7. Connecting means 9 (for example one or more plastic, metal or steel profiles) are mounted on inside sides of the elements 11 to secure the two elements 11 mutually.

Figuur 7A toont een kops eind van een nadere uitwerking van een bouwelement 11, dat daarin van het in figuren 1-3 getoonde element verschilt, dat een kops eind integraal is voorzien van een afsluitmiddel vormend afdichtingsprofiel 17. Het profiel 17 is bijvoorbeeld voorzien van 25 een flensdeel 17a dat in de verankeringslaag 12 van het bouwelement 11 is opgenomen (bijvoorbeeld via een achterzijde van het element 11), en een afdichtingsdeel 17b dat uit één stuk met het flensdeel 17a is vervaardigd, en zich langs een kops eind van het element 11 uitstrekt. Het profiel is bijvoorbeeld van flexibel, veerkrachtig materiaal vervaardigd, bijvoorbeeld 30 rubber, een elastomeer, of dergelijke. Figuur 7B toont toepassing van twee 13 dergelijke bouwelementen 11, met kopse einden naar elkaar toe, waarbij respectieve afdichtingsdelen 17b tussen de kopse einden zijn samengedrukt en zo een waterdichte aansluiting tussen de elementen 11 leveren.Figure 7A shows a head end of a further elaboration of a building element 11, which differs therein from the element shown in figures 1-3, that a head end is integrally provided with a sealing profile 17 forming a closing means. The profile 17 is for instance provided with 25 a flange part 17a which is included in the anchoring layer 12 of the building element 11 (for example via a rear side of the element 11), and a sealing part 17b which is manufactured in one piece with the flange part 17a, and which extends along a head end of the element 11 extends. The profile is for instance made of flexible, resilient material, for example rubber, an elastomer, or the like. Figure 7B shows the use of two such building elements 11, with end faces facing each other, wherein respective sealing parts 17b are compressed between the end ends and thus provide a watertight connection between the elements 11.

Samenvattend kan een buitengevelpaneel/element 11 worden 5 voorzien, om een volledig luchtdichte en waterdichte muur te bouwen, bijvoorbeeld een buitenste schil van een gebouw. Een dergelijke muur kan worden opgebouwd door het aan elkaar vastzetten van deze elementen 11. Deze elementen (bijvoorbeeld elk met een dikte van circa 6 — 7 cm) kan bijvoorbeeld bestaan uit een genoemde verankeringslaag 12 (bijvoorbeeld 10 een gewapende mortellaag) waarin halve bakstenen 13 (met bijvoorbeeld een dikte van circa 4 — 5 cm) zijn verwerkt. Een voorzijde van het bouwelement kan de uitstraling van klassiek metselwerk bieden. Wanneer voegen 14 tussen de stenen 12 aanwezig zijn, worden die voegen 14 bij voorkeur opgevoegd (bijvoorbeeld na plaatsing van het element 11 in een 15 gewenste eindpositie, ter vorming van de gevelmuur). Alternatief zijn de stenen voegloos (i.e. met een zeer kleine voeg van bijvoorbeeld 3-6 mm) op elkaar aangebracht, in het element 11.In summary, an outer wall panel / element 11 can be provided to build a completely airtight and watertight wall, for example an outer shell of a building. Such a wall can be built up by fixing these elements 11 to each other. These elements (for example each with a thickness of approximately 6 - 7 cm) can for instance consist of a said anchoring layer 12 (for example a reinforced mortar layer) in which half bricks 13 (with a thickness of approximately 4 - 5 cm) have been processed. A front of the building element can offer the appearance of classical brickwork. When joints 14 are present between the bricks 12, those joints 14 are preferably joined (for example after placing the element 11 in a desired end position, to form the facade wall). Alternatively, the bricks are jointed (i.e. with a very small joint of for example 3-6 mm) on each other, in the element 11.

Om te vermijden dat luchtstroming ontstaat met andere bouwvolumes kunnen genoemde afdichtende strips of band 6 in de spouw 4 20 worden toegepast, in het bijzonder om de spouw te compartimenteren (i.e. in afzonderlijke spouwruimtes te verdelen). Op deze manier kan optreden van interne luchtconvectie bijvoorbeeld worden tegengegaan. Dergelijke afdichtingsmiddelen 6 kunnen tevens in de spouw worden toegepast langs locaties waar een muur doorbroken dient te worden, bijvoorbeeld langs 25 raam- en deuropeningen.In order to prevent air flow with other building volumes, said sealing strips or tape 6 can be used in the cavity 4, in particular to compartmentalize the cavity (i.e. to divide it into separate cavity spaces). In this way, the occurrence of internal air convection can, for example, be prevented. Such sealing means 6 can also be used in the cavity along locations where a wall has to be broken, for example along window and door openings.

Voor de vakman spreekt zal duidelijk zijn dat de uitvinding niet is beperkt tot de beschreven uitvoeringsvoorbeelden. Diverse wijzigingen zijn mogelijk binnen het raam van de uitvinding zoals is verwoord in de navolgende conclusies.It will be clear to a person skilled in the art that the invention is not limited to the exemplary embodiments described. Various changes are possible within the scope of the invention as set forth in the following claims.

Claims

1. Cavity wall provided with: - an outer leaf (2), provided with bricks (13); an inner leaf (3); -a cavity (4) extending between the outer and inner leaf; 5, characterized in that the cavity is a space that is substantially airtight and water-tightly sealed off from an environment.

A wall according to claim 1, wherein the outer leaf (2) is provided with a ventilation opening with a total surface area of less than 10 mm 2 per running meter of outer leaf, and in particular less than 1 mm 2 per 10 running meter of outer leaf.

A wall according to claim 1 or 2, wherein the outer leaf (2) is provided without a ventilation opening in order to be completely airtight and watertight.

4. Wall as claimed in any of the foregoing claims, wherein the bricks (13) are per se water-permeable.

A wall according to claim 4, wherein the bricks (13) are provided on a side facing the cavity (4) with waterproof and airtight material.

6. Wall as claimed in any of the foregoing claims, wherein the cavity is provided with a plurality of substantially closed compartments.

7. Wall as claimed in claim 6, wherein the compartments are provided at least around edge connections, such as connections of the wall to windows, floors, foundations and the like.

8. Wall as claimed in any of the foregoing claims, wherein the outer leaf (2) is provided with one or more airtight and water-tight, and airtight and water-tightly connecting building elements (11).

9. Wall as claimed in claim 8, wherein building elements provided next to each other are connected substantially air-tight and water-tight, for example with the aid of a closing means or a connecting means.

10. Wall as claimed in any of the foregoing claims, wherein the outer leaf (2) is provided with a brick outside facing away from the cavity.

11. Wall as claimed in any of the foregoing claims, wherein the outer leaf (2) is provided with an airtight and watertight inner side facing the cavity.

12. Wall as claimed in claims 8-11, wherein each building element (11) is provided with a cured layer (12), for example a concrete layer or a plastic layer, in which the bricks (13) are partially sunk.

13. Wall as claimed in claim 12, wherein a thickness (W1) of a part of the concrete layer (12) extending behind the bricks (13) is smaller than 10 cm, for example approximately 5 cm or smaller, for example approximately 2 cm.

Wall according to any one of the preceding claims, wherein each brick (13) has a thickness (W2) in the range of 1-11 cm, in particular 3-6 cm, measured in a transverse direction of the outer leaf (2).

15. Wall as claimed in any of the foregoing claims, wherein the outer leaf (2) is provided with joints extending between the bricks (13), for instance with a width of approximately 10 mm or less.

16. Wall as claimed in any of the foregoing claims, wherein a side of the inner leaf (3) facing the cavity (4) is not provided with insulating material.

The wall of claim 16, wherein a side of the inner leaf (3) facing the cavity is substantially supplied by material having a heat conductivity coefficient λ higher than 0.1 W / m.K (measured at 293 K).

18. Wall as claimed in any of the claims 1-15, wherein a side of the inner leaf (3) facing the cavity (4) is provided with insulating material (5).

19. Wall as claimed in any of the claims 1-15, wherein a side of the inner leaf (3) facing the cavity 5 is mainly supplied by material, which has a heat conductivity coefficient λ that is lower than 0.1 W / mK (measured at 293 K).

A wall according to any one of the preceding claims, wherein a side of the outer leaf (2) facing the cavity is substantially supplied by material 10, which has a heat conductivity coefficient λ greater than 0.1 W / mK (measured at 293 K ).

A wall according to any one of the preceding claims, wherein a thickness of the cavity (4), measured in a direction perpendicular to the two blades, is less than 4 cm.

A wall according to any one of the preceding claims, wherein the cavity is filled with an air, and has a length of approximately 2 meters, and a height of approximately 2 meters.

A building element clearly intended and suitable for manufacturing an outer leaf of a wall according to any one of the preceding claims.

A building element, for example an element according to claim 23, provided with a layer (12), for example a concrete layer or a plastic layer, in which bricks (13) are partially sunk, and anchored.

25. Method for building a wall, in particular a wall as claimed in any of the claims 1-22, comprising the raising, more particularly the mounting, of an inner and outer leaf (2, 3), with a cavity (4), such that the cavity (4) is substantially airtight and watertight from an environment.