NL2004438C2 - Inrichting voor het produceren van betonnen elementen voorzien van wapening. - Google Patents
Inrichting voor het produceren van betonnen elementen voorzien van wapening. Download PDFInfo
- Publication number
- NL2004438C2 NL2004438C2 NL2004438A NL2004438A NL2004438C2 NL 2004438 C2 NL2004438 C2 NL 2004438C2 NL 2004438 A NL2004438 A NL 2004438A NL 2004438 A NL2004438 A NL 2004438A NL 2004438 C2 NL2004438 C2 NL 2004438C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- reinforcement
- headboard
- mold
- concrete
- end wall
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B28—WORKING CEMENT, CLAY, OR STONE
- B28B—SHAPING CLAY OR OTHER CERAMIC COMPOSITIONS; SHAPING SLAG; SHAPING MIXTURES CONTAINING CEMENTITIOUS MATERIAL, e.g. PLASTER
- B28B23/00—Arrangements specially adapted for the production of shaped articles with elements wholly or partly embedded in the moulding material; Production of reinforced objects
- B28B23/02—Arrangements specially adapted for the production of shaped articles with elements wholly or partly embedded in the moulding material; Production of reinforced objects wherein the elements are reinforcing members
- B28B23/04—Arrangements specially adapted for the production of shaped articles with elements wholly or partly embedded in the moulding material; Production of reinforced objects wherein the elements are reinforcing members the elements being stressed
- B28B23/06—Arrangements specially adapted for the production of shaped articles with elements wholly or partly embedded in the moulding material; Production of reinforced objects wherein the elements are reinforcing members the elements being stressed for the production of elongated articles
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B28—WORKING CEMENT, CLAY, OR STONE
- B28B—SHAPING CLAY OR OTHER CERAMIC COMPOSITIONS; SHAPING SLAG; SHAPING MIXTURES CONTAINING CEMENTITIOUS MATERIAL, e.g. PLASTER
- B28B23/00—Arrangements specially adapted for the production of shaped articles with elements wholly or partly embedded in the moulding material; Production of reinforced objects
- B28B23/02—Arrangements specially adapted for the production of shaped articles with elements wholly or partly embedded in the moulding material; Production of reinforced objects wherein the elements are reinforcing members
- B28B23/04—Arrangements specially adapted for the production of shaped articles with elements wholly or partly embedded in the moulding material; Production of reinforced objects wherein the elements are reinforcing members the elements being stressed
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B28—WORKING CEMENT, CLAY, OR STONE
- B28B—SHAPING CLAY OR OTHER CERAMIC COMPOSITIONS; SHAPING SLAG; SHAPING MIXTURES CONTAINING CEMENTITIOUS MATERIAL, e.g. PLASTER
- B28B23/00—Arrangements specially adapted for the production of shaped articles with elements wholly or partly embedded in the moulding material; Production of reinforced objects
- B28B23/02—Arrangements specially adapted for the production of shaped articles with elements wholly or partly embedded in the moulding material; Production of reinforced objects wherein the elements are reinforcing members
- B28B23/04—Arrangements specially adapted for the production of shaped articles with elements wholly or partly embedded in the moulding material; Production of reinforced objects wherein the elements are reinforcing members the elements being stressed
- B28B23/043—Wire anchoring or tensioning means for the reinforcements
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Manufacturing & Machinery (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Ceramic Engineering (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Manufacturing Of Tubular Articles Or Embedded Moulded Articles (AREA)
Description
Inrichting voor het produceren van betonnen elementen voorzien van wapening 5 Achtergrond van de uitvinding
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het produceren van betonelementen voorzien van voorgespannen wapening, omvattende een mal. De uitvinding heeft verder betrekking op een werkwijze voor het produceren van 10 betonelementen voorzien van voorgespannen wapening.
Een dergelijke inrichting is onder meer reeds bekend uit NL8402276. Probleemstelling in dat document is onder meer het voorkomen van afsplintering van betondelen van een bovenoppervlak van in de mal geproduceerde platen door de positie van een druklijn waar verschillende platen elkaar kunnen raken. Het document 15 beschrijft een mal voorzien van een malbodem en zijwanden. Een dergelijke mal kan tientallen meters lang zijn en enkele meters breed. Over rails langs de mal loopt een glijbekistingsinstallatie voor het storten van betonspecie in de mal. In de mal worden wapeningsdraden die voor het storten van de betonspecie onder voorspanning aangebracht zijn in de lengterichting van de mal. Daarnaast kunnen scheidingsprofïelen 20 geplaatst worden in de mal wanneer men verscheidene platen tegelijkertijd in de mal wil produceren. In een degelijke mal kunnen grote wapeningsverliezen optreden door een niet-optimale vulling van de mal.
EP-493.140 en de eerdere US 4.738.605, waarnaar dit document verwijst, beschrijven een inrichting voor het vervaardigen van voorgespannen betonplaten. In 25 deze inrichting is een mal toegepast met een malbodem en een eindwand en een kopschot. Voor het in de mal gelijktijdig maken van verschillende platen van onderling verschillende afmetingen worden tussenschotten in de mal geplaatst.
Een probleem bij bekende inrichtingen en werkwijzen is het verlies in productiecapaciteit en materiaal dat optreed bij het inpassen van verschillende 30 gietstukken in een beschikbaar maloppervlak.
2
Samenvatting van de uitvinding
De uitvinding heeft tot doel een verbeterde inrichting te verschaffen voor het vervaardigen van betonelementen voorzien van voorgespannen wapening.
5 De uitvinding heeft verder dan wel aanvullend tot doel een dergelijke inrichting te verschaffen waarmee op meer flexibele wijze en kostenefficiënter dergelijke betonelementen vervaardigd kunnen worden.
De uitvinding verschaft daartoe een inrichting voor het produceren van betonelementen voorzien van voorgespannen wapening, omvattende een mal voorzien 10 van een malbodem, een eindwand, eerste wapeningshouders voor het houden van een serie wapeningsdelen bij een eind daarvan voorbij een maloppervlak van de eindwand, een tegenover de eindwand gelegen kopschot en tweede wapeningshouders voor het houden van de wapeningsdelen bij hun tegenovergelegen eind voorbij een maloppervlak van het kopschot, waarbij de onderlinge afstand tussen het kopschot en 15 de eindwand verstelbaar is van een eerste onderlinge afstand naar een tweede onderlinge afstand middels een verplaatsingstoestel en de inrichting verder voorzien is van een insteltoestel voor het fixeren van de onderlinge afstand van het kopschot en de eindwand op tussengelegen afstanden, en de inrichting verder voorzien is van een spantoestel voor het voorspannen van de wapening.
20 Door de onderling verstelbare afstand tussen het kopschot en de eindwand is de mal flexibeler inzetbaar. Het is namelijk mogelijk om de gewenste elementen die gelijktijdig gemaakt worden beter in te passen in de mal met minimale afvalresten of verlies aan wapeningsmateriaal. Bovendien is de wapening sneller te positioneren.
Gebleken is dat in de huidige productiesystemen waarbij gebruik gemaakt wordt 25 van mallen meestal verliezen van wapening optreden die hieronder aangeduid zullen worden met malverlies en rekverlies.
Malverlies
Voor de productie van betonelementen wordt meestal een mal toegepast waarin 30 voorgespannen wapening is aangebracht die zich van een malwand tot aan een tegenovergelegen malwand uitstrekt. In een dergelijke mal worden per productie run meestal een aantal betonelementen gemaakt, die dikwijls middels een optimale passing in de mal gepast worden zodat het oppervlak van de mal optimaal benut wordt. Daarbij 3 worden einddelen in de mal geplaatst tussen de verschillende betonelementen. Na uitharding of setting van een in de mal gebrachte betonsamenstelling kunnen die einddelen verwijderd worden, en de verschillende betonelementen in de mal van elkaar gescheiden worden door doorhaling van de wapening tussen de betonelementen.
5 Daarbij treed onvermijdelijk natuurlijk al verlies op. Gebleken is daarnaast dat de totale lengte van de ingepaste betonelementen meestal (aanzienlijk) korter is dan de mallengte. De wapening strekt zich echter in de bekende mallen over de gehele mallengte uit. Door bekende einddelen is dat probleem op te lossen, echter, dit leidt tot aanzienlijke wapeningsverliezen, vaak wel enkele meters per wapeningsdeel. Dit 10 verlies wordt hier aangeduid met malverlies. Daarnaast is er nog sprake van zogenaamd rekverlies.
rekverlies
Wapening strekt zich uit van wand tot wand. Deze wapening moet onder een 15 voorspanning in de betonsamenstelling opgenomen worden. Een probleem dat de uitvinders zich gerealiseerd hebben is dat er verlies van wapening optreedt. Dit verlies blijkt aanzienlijk. Gebruikelijk is dat een mal voor betonelementen met wapening onder voorspanning een vaste mallengte heeft en de wapening zich over een mallengte uitstrekt. Uiteinden van de mal worden bepaald of gedefinieerd door een eindwand en 20 een daar tegenover gelegen kopschot. De eindwand en het kopschot bepalen zo de uiteinden van de mal. De wapening moet zich dan voorbij een maloppervlak van de eindwand respectievelijk het kopschot uitstrekken, anders loopt de wapening niet door tot het eind van het te produceren betonelement. Praktisch gezien zal de wapening door de eindwand respectievelijk het kopschot doorlopen en aan andere zijde vastgehouden 25 worden. Vervolgens moet voorspanning op de wapening aangebracht worden. Hierdoor zal de wapening uitrekken. Aangezien de mallen die in de productie van betonelementen toegepast worden van enkele tientallen meters tot meer dan honderd meter lang zijn, en een voorspanning van 500- 1500 Newton / mm2 aangebracht wordt, zal de wapening meestal minimaal 5-100 cm uitrekken. De wapening zal zich dan dus 30 minimaal die lengte extra uitstrekken voorbij het maloppervlak van eindwand respectievelijk kopschot. Nadat een betonsamenstelling in de mal gegoten en uitgehard is, en de voorspanning losgelaten wordt, zal de wapening zich minstens die uitreklengte uitstrekken buiten een betonelement. Dat uitstekende deel van de wapening zal dan 4 meestal verwijderd worden en moet als verlies worden beschouwd. Dit telt per productieronde al snel op tot minimaal een meter aan wapening. Het is daarom gewenst gebleken om het maloppervlak van de eindwand en het kopschot zo dicht mogelijk bij het uiteinde van de wapening te brengen en te houden.
5 In een uitvoeringsvorm van de inrichting is het kopschot verplaatsbaar middels het verplaatsingstoestel van eerste positie naar een eindpositie op een grotere afstand van de eindwand dan de eerste positie en het insteltoestel ingericht is voor het fixeren van het kopschot op tussengelegen posities. Hierdoor zijn wapeningsdelen eenvoudig aan te brengen. Bovendien kan malverlies en wapeningsverlies gereduceerd worden. In 10 een uitvoerinhsvor is het kopschot aan het verplaatsingstoestel geplaatst.
In een uitvoeringsvorm is het verplaatsingstoestel verplaatsbaar op de betonmal gemonteerd.
In een uitvoeringsvorm grijpt het spantoestel aan op het verplaatsingstoestel. Hierbij is een uitvoeringsvorm denkbaar waarbij een verplaatsbare inrichting opgesteld 15 wordt ten opzichte van het verplaatsingstoestel en de rest van de betonmal. Dat spantoestel kan voorzien zijn van spancilinders, die voorzien zijn op het portaal of anderszins een frame. Een eind van de spancilinders kan dan de bevestigen zijn op delen van het verplaatsingstoestel en middels de spancilinders kan het verplaatsingstoestel verplaatst worden en daarmee de wapening op voorspanning 20 gebracht worden. In een uitvoeringsvorm bepalen het bodemdeel, de eindwand, het kopschot en zijwanden in hoofdzaak een rechthoekige malvorm.
In een uitvoeringsvorm is het spantoestel op het verplaatsingstoestel geplaatst. Zo kunnen bijvoorbeeld spancilinders op het verplaatsingstoestel aangebracht zijn. Een eind van de spancilinders is dan op de rest, het statische deel, van de betonmal te 25 bevestigen nadat het verplaatsingstoestel op een positie gebracht is, waarna voorspanning op de wapening gebracht kan worden.
In een uitvoeringsvorm is het kopschot met het verplaatsingstoestel verbonden middels een versteltoestel voor het traploos instellen van de positie van het kopschot ten opzichte van het verplaatsingstoestel. Na aanbrengen van de voorspanning kan dan 30 het kopschot versteld worden ten opzichte van het verplaatsingstoestel en ten opzichte van wapeningshouders. Hierdoor kan een afstand gecreëerd worden tussen de wapeningshouders en het kopschot, waardoor de wapening na uitharding van de 5 betonmassa doorgehaald kan worden of de einden van de wapening losgemaakt kunnen worden van de wapeningshouders.
In een uitvoeringsvorm zijn de tweede wapeningshouders vast verbonden met het verplaatsingstoestel.
5 In een uitvoeringsvorm is het kopschot verplaatsbaar langs een kopschotverplaatsingslijn. Vaak zal die verplaatsingslijn samenvallen met de lengteas van de betonmal.
In een uitvoeringsvorm omvat het verplaatsingstoestel een rail langs de mal en parallel aan de kopschotverplaatsingslijn, en een frame met loopdelen die over de rail 10 lopen, waarbij het kopschot verbonden is met het frame. Een rail maakt een soepel lopend verplaatsingstoestel mogelijk.
In een uitvoeringsvorm is de inrichting verder voorzien van een aandrijving voor het aandrijven van het frame voor het verplaatsen van het kopschot. Hiermee is een geautomatiseerde instelling mogelijk.
15 In een uitvoeringsvorm is het kopschot parallel met en tussen zijwanden verplaatsbaar.
In een uitvoeringsvorm zijn de tweede wapeningshouder en het kopschot verplaatsbaar ten opzichte elkaar langs de kopschotverplaatsingslijn. Hierdoor is na uitharding van de betonmassa een ruimte te creëren waardoor de wapening uit de 20 wapeningshouders gelost kan worden. In een uitvoeringsvorm zijn de tweede wapeningshouders verplaatsbaar ten opzichte van het kopschot.
In een uitvoeringsvorm omvat het insteltoestel een tandheugelbaan langs ten minste een deel van de mal langs de rail en de tandheugelbaan voorzien is van een eerste vertanding, en omvat het insteltoestel verder een grendeldeel op de wagen en die 25 voorzien is van een tweede vertanding en is de tweede vertanding in aangrijping te brengen met de eerste vertanding. Hiermee is de positie van het verplaatsingstoestel ten opzichte van de rest van de betonmal vast te leggen, in het bijzonder nadat de wapening op voorspanning is gebracht. De instelling en ten opzichte van de lengte van de betonmal nagenoeg traploos. Door een fïjnafstelling waarbij vervolgens het kopschot 30 traploos ten opzichte van het verplaatsingstoestel te verplaatsen en in te stellen is en een traploze instelling van de afstand tussen kopschot en eindwand mogelijk. Alternatief zou ook de eindwand traploos instelbaar kunnen zijn om een traploze afstandsinstelling mogelijk te maken. Voordeel van de verstelling van het kopschot is 6 dat de uiteinden van de wapening na uitharding eenvoudig te lossen zijn. Met andere woorden: een verstelbare wand op en te opzichte van het verplaatsingstoestel heeft daarbij voordelen.
In een uitvoeringsvorm omvat het insteltoestel een pal roteerbaar om een rotatieas 5 op de wagen en voorzien van de tweede vertanding en een wig beweegbaar naar de rotatieas en verbonden met een krachteenheid zodat bij activering van de krachteenheid de wig naar de rotatieas verplaatst en een opwaartse kracht uitoefent op pal zodat de tweede vertanding aangrijpt op eerste vertanding voor het fixeren van de positie van het kopschot. Hierdoor is een instelling mogelijk die de grote voorspankrachten kan 10 weerstaan.
In een uitvoeringsvorm omvat het insteltoestel een klemdeel welke klemmend of wrijvend aangrijpt op een stationair deel van de betonmal waardoor een traploze fijnafstelling kan plaatsvinden. In een uitvoering daarvan kan het verplaatsingstoestel voorzien zijn van klemdelen die in aangrijping te brengen zijn met bijvoorbeeld de rail 15 waarover het verplaatsingstoestel loopt, indien die rail toegepast wordt. Alternatief is het klemdeel op een ander deel van de statische deel van de betonmal in aangrijping te brengen.
In een uitvoeringsvorm is de inrichting verder voorzien van spandelen voor verplaatsen van de tweede wapeningshouder.
20 In een uitvoeringsvorm zijn de spandelen geplaatst op het verplaatsingstoestel en de tweede wapeningshouder verplaatsbaar op het verplaatsingstoestel gekoppeld is aan de spandelen.
In een uitvoeringsvorm is de tweede wapeningshouder beweegbaar voorzien op het verplaatsingstoestel voor het onafhankelijk spannen van de wapening en 25 verplaatsen van het kopschot.
In een uitvoeringsvorm zijn de wapeningsdelen geselecteerd uit de groep van wapeningsstaven, wapeningskabels, wapeningsdraden, en een combinatie daarvan, in een uitvoeringsvorm zijn deze wapeningsdelen van staal of kunststof.
In een uitvoeringsvorm is de mal langwerpig en zijn de zijwanden langswanden. 30 In een uitvoeringsvorm is het kopschot verplaatsbaar van de eindwand af naar een kopschoteindstand.
7
De uitvinding betreft verder een werkwijze voor het vervaardigen van een betonelement voorzien van voorgespannen wapeningsdelen middels de beschreven inrichting, en omvat de stappen: - het verplaatsen van het kopschot naar een instelpositie op afstand van de 5 eindwand; -het fixeren van het kopschot op de instelpositie, en - het uitoefenen van een trekkracht op de wapeningsdelen voor het op mechanische trekspanning brengen van de wapeningsdelen.
De uitvinding betreft verder een werkwijze voor het produceren van ten minste 10 één betonelement voorzien van voorgespannen wapening, omvattende het positioneren van wapeningselementen in een mal, het op voorspanning brengen van de wapeningselementen en het in de mal brengen van een betonsamenstelling, waarbij vóór aanbrengen van de betonsamenstelling een gewenste mallengte vastgesteld wordt waarbij de mallengte de afstand is tussen een eindwand en een kopschot waartussen de 15 voorgespannen wapeningselementen zich uitstrekken, waarbij de onderlinge afstand van de eindwand en het kopschot ingesteld wordt op een eerste afstand gelijk aan de gewenste mallengte minus de rek van de wapeningselementen bij een vastgestelde voorspanning, waarna de wapeningselementen op de vastgestelde voorspanning gebracht wordt.
20 In een uitvoeringsvorm van deze werkwijze wordt na het aanbrengen van de voorspanning de afstand tussen de eindwand en het kopschot bepaald, waarna de onderlinge afstand tussen eindwand en kopschot ingesteld wordt middels een fijnstelling van het kopschot.
In een uitvoeringsvorm van de wekwijze is vóór het aanbrengen van de 25 voorspanning de onderlinge afstand de eerste afstand plus een losafstand, waarna de wapeningselementen op de vastgestelde voorspanning gebracht wordt, en waarna het kopschot in de richting van de eindwand verplaatst wordt tot de gewenste mallengte. Gebleken is dat het verplaatsen van het kopschot over een beperkte afstand, bijvoorbeeld de losafstand, het eenvoudige maakt de betonelementen te lossen uit de 30 mal door het eenvoudiger wegnemen van de voorspanning.
De uitvinding betreft verder een betonelement omvattende voorgespannen wapeningsdelen die zich in ten minste één richting in het betonelement uitstrekken, 8 waarbij het betonelement verkregen zijn middels de inrichting volgens de uitvinding of middels de werkwijze volgens de uitvinding.
In een uitvoeringsvorm is de inrichting verder voorzien van een besturingsinrichting waarin de gewenste mallengte, het type wapening en de 5 voorspanning ingevoerd kan worden. De inrichting kan dan verder voorzien zijn van een opnemer om de onderlinge afstand van het kopschot en de eindwand op te nemen. Deze opnemer is verbonden met de besturingsinrichting. De besturingsinrichting is operationeel verbonden met een aandrijving van het verplaatsingstoestel om achtereenvolgens het verplaatsingstoestel te verplaatsen en een ingestelde voorspanning 10 aan te brengen, zodat na het aanbrengen van de voorspanning de afstand van het kopschot tot de eindwand overeenkomt met de ingestelde mallengte. In een verdere uitvoering is het kopschot middels het insteltoestel verplaatsbaar ten opzichte van het verplaatsingstoestel. De besturingsinrichting is verder operationeel verbonden met het insteltoestel om na het aanbrengen van de voorspanning het insteltoestel in werking te 15 stellen tot de afstand tussen de eindwand en het kopschot overeenkomt met de gewenste mallengte.
De uitvinding betreft verder een inrichting voorzien van een of meer van de in de bijgevoegde beschrijving omschreven en/of in de bijgevoegde tekeningen getoonde kenmerkende maatregelen.
20 Het moge duidelijk zijn dat de verschillende aspecten genoemd in deze octrooiaanvrage gecombineerd kunnen worden en elk afzonderlijk in aanmerking kunnen komen voor een afgesplitste octrooiaanvrage.
Korte beschrijving van de figuren 25
In de bij gevoegde figuren is een uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding weergegeven waarin getoond wordt in:
Figuur 1 een bovenaanzicht van een uitvoeringsvorm van een uitvoeringsvorm van de inrichting; 30 figuur 2 een opengewerkt zijaanzicht of langsdoorsnede van de inrichting van figuur 1 in meer detail; figuur 3 een zijaanzicht van figuur 1; figuur 4 een dwarsdoorsnede aanzicht van figuur 3; 9 figuur 5 een perspectiefaanzicht van figuur 3; figuur 6 een perspectiefaanzicht van figuur 3 tijdens het aanbrengen van wapeningskabels in de mal, en figuur 7 een detail van een uitvoeringsvorm van het insteltoestel.
5
Beschrijving van uitvoeringsvormen
Figuur 1 toont een bovenaanzicht van een uitvoeringsvorm van een betonmal 1. In een dergelijke betonmal 1 kunnen wapeningsdelen voorgespannen worden, en door 10 het erin gieten van betonspecie of betonmortel en het laten uitharden kunnen betonelementen gefabriceerd worden. Bekend is om op dergelijke wijze betonplaten met voorgespannen wapening te maken. Deze betonplaten worden vaak gebruikt als vloerdelen. Ook kunnen andere betonelementen gefabriceerd worden, denk aan funderingspalen, liggers voor spoorrails, en dergelijke.
15 Een dergelijke betonmal 1 heeft een malbodem 2. De mal is in deze uitvoeringsvorm rechthoekig en heeft een eindwand 3, parallelle zijwanden 8 en 8’en tegenover de eindwand 3 en parallel daaraan een kopschot 5. Alternatief kan de betonmal niet-rechthoekig zijn. Bijvoorbeeld kunnen de zijwanden onderling niet parallel zijn. De eindwand 3 heeft een maloppervlak 18 dat wanneer betonmortel in de 20 mal aanwezig is in contact is met de betonmortel. Kopschot 5 heeft eveneens een maloppervlak 17 dat in contact komt met de betonmortel.
Om wapeningselementen te houden heeft de betonmal 1 verder eerste wapeningshouders 4 bij de eindwand 3. Verder heeft de betonmal 1 tweede wapeningshouders 6 bij het kopschot 5. Om te voorkomen dat de wapeningshouders in 25 de uitgeharde betonmassa vast komen te zitten zijn de wapeningshouders 4, 6 meestal voorzien voorbij de eindwand 3 respectievelijk kopschot 5. Vaak zijn de uiteinden van de wapening voorzien van daarop bevestigde bussen en worden de bussen in een voorziening vastgehouden achter het maloppervlak van de wand om te voorkomen dat de bussen in de beton vast blijven. Alternatief kunnen de wapeningsdelen voorzien zijn 30 of voorzien worden van een gestuikt uiteinde. In dat geval is het denkbaar dat de gestuikte kop in de betreffende malwand gehouden wordt. Na het aanbrengen en uitharden van de betonspecie zal dan alleen de gestuikte kop uit het betonelement steken en eventueel daarvan verwijderd moeten worden.
10
In deze uitvoeringsvorm zijn verder zowel het kopschot 5 als de tweede wapeningshouders 6 op een verplaatsingstoestel 7 geplaatst.
Figuren 2-6 tonen het verplaatsingstoestel in meer detail. In figuur 2 is een gedeeltelijke doorsnede in lengterichting te zien van verplaatsingstoestel 7. In figuur 3 5 is een zijaanzicht weergegeven en in figuur 4 een dwarsdoorsnede van een deel van het verplaatsingstoestel 7 inclusief een deel van de verdere betonmal 1. Figuren 5 en 6 tonen perspectiefaanzichten van een deel van het verplaatsingstoestel 7.
In figuur 2 is te zien hoe het verplaatsingstoestel 7 van de betonmal 1 voorzien is van een zich in de lengterichting langs de mal uitstrekkende rail 10. Een dergelijke rail 10 10 kan aan beide zijden van de betonmal 1 voorzien zijn. Het verplaatsingstoestel 7 omvat verder een frame 19 voorzien van wielen, hier één wiel 11 weergegeven. Aangedreven door een aandrijfïnrichting kan het verplaatsingstoestel 7 zich hierdoor van een eerste positie naar een tweede positie verplaatst worden langs de lengterichting van de betonmal 1. De hier geschetste uitvoering is een mechanische oplossing die een 15 verstelling zonder grote kracht mogelijk maakt en die in een werkomgeving waarin gewerkt wordt met betonmortel voldoende robuust is.
De betonmal 1 is verder voorzien van een insteltoestel voorzien van diverse componenten om het verplaatsingstoestel 7 op een gewenste positie te fixeren. De positie van kopschot 5 is daarmee in te stellen. Boven de rails 10 is de betonmal 1 in de 20 getoonde uitvoeringsvorm daartoe voorzien van een zich langs de betonmal 1 in de lengterichting uitstrekkende tandheugelbaan 12. Desgewenst kunnen zich aan beide zijden van de betonmal 1 een dergelijke tandheugelbaan 12 uitstrekken. Het insteltoestel heeft verder een grendeldeel 9. In deze uitvoeringsvorm omvat het grendeldeel 9 een om een rotatieas R roteerbare pal 13. Pal 13 is aan zijn naar de 25 tandheugelbaan 12 gekeerde zijde hier voorzien van een vertanding met een gelijke steek als de vertanding van de tandheugelbaan 12. Het grendeldeel 9 omvat verder een rol 14 die middels aandrijving 15, hier een hydraulische cilinder 15, te verplaatsen is en die de vertanding van pal 13 blokkerend tegen de vertanding van de tandheugelbaan 12 kan drukken. Aandrijving 15 kan hier de rol 14 langs de rail 10 verplaatsen. De rol 14 30 is opgesteld ten opzichte van de rotatieas R en de onderzijde van de pal 13 zodat bij verplaatsing de rol 14 de pal 13 in aangrijping brengt met de tandheugelbaan 12.
Alternatief kan het insteltoestel delen omvatten die middels wrijving op elkaar ingrijpen en daardoor de positie van het verplaatsingstoestel 7 fixeren. Eén deel kan 11 daarbij verbonden zijn met het verplaatsingstoestel 7 en bij verplaatsing van het verplaatsingstoestel daarop mee verplaatsen. Een voorbeeld van een dergelijk insteltoestel is een reminrichting die verbonden is, in het bijzonder opgesteld is op, het verplaatsingstoestel 7. Deze reminrichting kan aangrijpen op een remoppervlak op een 5 overig deel van de betonmal 1, bijvoorbeeld een remoppervlak dat zich langs de verplaatsingsrichting van verplaatsingstoestel 7 uitstrekt. In een uitvoeringsvorm kan het remoppervlak bijvoorbeeld opgesteld zijn in plaats van de tandheugelbaan van de uitvoeringsvorm die getoond is. Het is zelfs denkbaar dat een deel van een constructiebalk ingericht is als remoppervlak. Een ander voorbeeld van een geschikt 10 insteltoestel is een klemdeel dat verbonden is met het verplaatsingstoestel en klemmend in aangrijping te brengen is met een stationair deel van de betonmal 1. In een uitvoeringsvorm kan dat een been van de H-balk zijn die zich in de uitvoeringsvorm als draagbalk langs de mal uitstrekt.
In figuur 3 is in het zijaanzicht te zien dat verplaatsingstoestel 7 voorzien is van 15 een frame 19 en een daarop om rotatieas R2 kantelbaar draagframe 23. Middels een aandrijving 16, hier weer een hydraulische cilinder, is draagframe 23 te kantelen ten opzichte van frame 19 en de betonmal 1. In figuur 4 is een detail van verplaatsingstoestel 7 in dwarsdoorsnede weergegeven. Te zien is hoe wiel 11 over rail 10 kan lopen.
20 In figuren 5 en 6 is verplaatsingstoestel 7 in detail in perspectiefaanzicht te zien.
In figuur 6 is draagframe 23 in gekantelde positie weergegeven, en zijn ook eerder genoemde wapeningselementen 22 te zien. Hier zijn de wapeningselementen 22 staalkabels, maar ook andere wapeningselementen zijn mogelijk, zoals bijvoorbeeld metalen of kunststoffen stangen en kunststof kabels. De uiteinden van de 25 wapeningskabels 22 zijn voorzien van bussen 20. De wapeningskabels 22 lopen door een houdbalk 26. Verder lopen de wapeningskabels 22 ook door gaten in kopschot 5.
De bussen 20 rusten in uitsparingen in houdplaat 24. Daarnaast is houdbalk 26 via houdplaat 26 vast verbonden met draagframe 23. Kopschot 5 is verbonden via assen 21 met één of meer actuatoren, hier hydraulische cilinders, waardoor kopschot 5 van de 30 positie weergegeven in figuur 6 ten opzichte van houdbalk 26 te verplaatsen is.
Doordat draagframe 23 kantelbaar is zoals besproken kan bij het verplaatsen van verplaatsingstoestel 7 ervoor gezorgd worden dat wapeningselementen 22 vrij blijven 12 van de malbodem 2. De klep 27 zorgt dat de wapeningshouders en houdbalk 26 vrij blijven van beton.
In figuur 7 is in detail te zien hoe de vertanding op pal 13 in aangrijping te brengen is met de vertanding van tandheugelbaan 12.
5 De inrichting omvat verder een spantoestel welke in deze uitvoeringsvorm als volg is uitgevoerd. Verplaatsingstoestel 7 is voorzien van nokken 25 aan beide zijden van het verplaatsingstoestel. Het spantoestel is verplaatsbaar ten opzichte van de mal.
In de uitvoeringsvorm omvat het spantoestel een portaal. Het portaal is hier voorzien van spancilinders. Het portaal wordt ten opzichte van verplaatsingstoestel 7 en de rest 10 van de betonmal 1 op zijn plaats gereden. Vervolgens wordt het spantoestel vergrendeld aan de rest van de betonmal 1 en grijpt een ten opzichte van de rest van het spantoestel verplaatsbaar deel van de spancilinders aan op een respectievelijke nok 25. Door middel van de spancilinders kan nu verplaatsingstoestel 7 over een relatief korte afstand verplaatst worden waardoor de wapeningselementen 22 op een voorspanning 15 gebracht worden. In een alternatieve uitvoeringsvorm kunnen spancilinders bevestigd worden op verplaatsingstoestel 7. Om de voorspanning te kunnen aanbrengen wordt een uiteinde van de spancilinders vervolgens verbonden met de rest, het statische deel, van de betonmal 1.
In gebruik werkt de betonmal 1 als volgt. Verplaatsingstoestel 7 wordt naar 20 eindwand 3 gebracht in de eerste positie. Daar worden wapeningselementen 22 in de wapeningshouders 6 van verplaatsingstoestel 7 bevestigd. Het draag frame 19 wordt indien noodzakelijk gekanteld tot de positie weergegeven in figuur 6. Vervolgens wordt het verplaatsingstoestel langs de lengterichting van de betonmal 1 verplaatst naar een eerste instelpositie. Daar gekomen wordt draag frame 19 gekanteld tot deze in de positie 25 is die bijvoorbeeld in figuur 3 weergegeven is. Vervolgens worden de wapeningselementen 22 bevestigd in wapeningshouders 4 van de eindwand 3. Daarna wordt middels het spantoestel welke aangrijpt aan nokken 25 aan het verplaatsingstoestel een voorspanning op de wapeningselementen 22 gebracht. Daarbij verplaatst in de uitvoeringsvorm het verplaatsingstoestel verder van de eindwand af 30 naar een tweede instelpositie. Het insteltoestel wordt geactiveerd en de positie van het verplaatsingstoestel 7 vastgelegd. Vervolgens wordt middels een kopschotverplaatser op verplaatsingstoestel 7 en die gekoppeld is aan stangen 21 van figuur 6 het kopschot 5 enkele centimeters in de richting van de eindwand 3 verplaatst ten behoeve van de 13 fijnafstelling tot het te storten betonelement einde. Het kopschot 5 komt daarmee in zijn eindpositie. De mal wordt hierna op de gebruikelijke wijze volgestort met beton. Na uitharding wordt de voorspanning van de wapeningselementen gehaald. Daartoe wordt het insteltoestel ontgrendeld. Daarna wordt kopschot 5 middels de kopschotverplaatser 5 in de richting van eindwand af, naar de tweede wapeninghouders 6 verplaatst. Hierdoor komt ruimte tussen kopschot 5 en het betonelement waardoor de wapeningselementen doorgehaald kunnen worden.
In de betonmal 1 volgens de uitvinding kunnen verder tegelijkertijd op de bekende wijze meerdere betonelementen gelijktijdig geproduceerd worden. Daartoe 10 kunnen op op zichzelf bekende wijze in de mal diverse schotten geplaatst worden waardoor verschillende gietstukken tegelijkertijd geproduceerd kunnen worden. Door middel van het verstellen van het kopschot kan aldus de buitenafmeting van de betonmal zodanig ingesteld worden dat het inpassen van de verschillende betonelementen op een optimale wijze gebeurt met een minimaal verlies aan 15 maloppervlak. Met andere woorden, de effectieve malafmeting kan dusdanig ingesteld worden dat de gewenste betonelementen optimaal in de betonmal ingepast kunnen worden met minimaal wapenings ver lies en verlies aan verloren betonmaloppervlak.
Het moge duidelijk zijn dat de bovenstaande beschrijving is opgenomen om de werking van voorkeursuitvoeringen van de uitvinding te illustreren, en niet om de 20 reikwijdte van de uitvinding te beperken. Uitgaande van de bovenstaande uiteenzetting zullen voor een vakman vele variaties evident zijn die vallen onder de geest en de reikwijdte van de onderhavige uitvinding
Claims (26)
1. Inrichting voor het produceren van betonelementen voorzien van voorgespannen wapening, omvattende een mal voorzien van een malbodem, een 5 eindwand, eerste wapeningshouders voor het houden van een serie wapeningsdelen bij een eind daarvan voorbij een maloppervlak van de eindwand, een tegenover de eindwand gelegen kopschot en tweede wapeningshouders voor het houden van de wapeningsdelen bij hun tegenovergelegen eind voorbij een maloppervlak van het kopschot, waarbij de onderlinge afstand tussen het kopschot en de eindwand 10 verstelbaar is van een eerste onderlinge afstand naar een tweede onderlinge afstand middels een verplaatsingstoestel en de inrichting verder voorzien is van een insteltoestel voor het fixeren van de onderlinge afstand van het kopschot en de eindwand op tussengelegen afstanden, en de inrichting verder voorzien is van een spantoestel voor het voorspannen van de wapening. 15
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij het kopschot verplaatsbaar is middels het verplaatsingstoestel van eerste positie naar een eindpositie op een grotere afstand van de eindwand dan de eerste positie en het insteltoestel ingericht is voor het fixeren van het kopschot op tussengelegen posities. 20
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij het verplaatsingstoestel verplaatsbaar op de betonmal gemonteerd is.
4. Inrichting volgens conclusie 1-3, waarbij het spantoestel aangrijpt op het 25 verplaatsingstoestel.
5. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het bodemdeel, de eindwand, het kopschot en zijwanden in hoofdzaak een rechthoekige malvorm bepalen.
6. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het spantoestel op het verplaatsingstoestel geplaatst is.
7. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het kopschot met het verplaatsingstoestel verbonden is middels een versteltoestel voor het traploos instellen van de positie van het kopschot ten opzichte van het verplaatsingstoestel.
8. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de tweede wapeningshouders vast verbonden zijn met het verplaatsingstoestel.
9. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het kopschot verplaatsbaar is langs een kopschotverplaatsingslijn 10
10. Inrichting volgens conclusie 9, waarbij het verplaatsingstoestel een rail omvat langs de mal en parallel aan de kopschotverplaatsingslijn, en een frame met loopdelen die over de rail lopen, waarbij het kopschot verbonden is met het frame.
11. Inrichting volgens conclusie 10, verder voorzien van een aandrijving voor het aandrijven van het frame voor het verplaatsen van het kopschot.
12. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het kopschot parallel met en tussen zijwanden verplaatsbaar is. 20
13. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de tweede wapeningshouder verplaatsbaar is ten opzichte van het kopschot.
14. Inrichting volgens de vorige conclusie, waarbij het insteltoestel een 25 tandheugelbaan langs ten minste een deel van de mal langs de rail omvat en de tandheugelbaan voorzien is van een eerste vertanding, en het insteltoestel verder een grendeldeel omvat op de wagen en die voorzien is van een tweede vertanding en waarbij de tweede vertanding in aangrijping te brengen is met de eerste vertanding.
15. Inrichting volgens conclusie 14, waarbij het insteltoestel een pal omvat roteerbaar om een rotatieas op de wagen en voorzien van de tweede vertanding en een wig beweegbaar naar de rotatieas en verbonden met een krachteenheid zodat bij activering van de krachteenheid de wig naar de rotatieas verplaatst en een opwaartse kracht uitoefent op pal zodat tweede vertanding aangrijpt op eerste vertanding voor het fixeren van de positie van het kopschot.
16. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het insteltoestel 5 een klemdeel omvat welke klemmend of wrijvend aangrijpt op een stationair deel van de betonmal waardoor een traploze fïjnafstelling kan plaatsvinden.
17. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de inrichting verder voorzien is van spandelen voor verplaatsen van de tweede wapeningshouder. 10
18. Inrichting volgens conclusie 17, waarbij de spandelen geplaatst zijn op het verplaatsingstoestel en de tweede wapeningshouder verplaatsbaar op het verplaatsingstoestel gekoppeld is aan de spandelen.
19. Inrichting volgens de vorige conclusie, waarbij de verdere wapeningshouder beweegbaar voorzien is op het verplaatsingstoestel voor het onafhankelijk spannen van de wapening en verplaatsen van het kopschot.
20. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de wapeningsdelen 20 geselecteerd zijn uit de groep van wapeningsstaven, wapeningskabels, wapeningsdraden, en een combinatie daarvan, in een uitvoeringsvorm zijn deze wapeningsdelen van staal of kunststof.
21. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de mal langwerpig 25 is en de zijwanden langswanden zijn.
22. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het kopschot verplaatsbaar is van eindwand naar een kopschoteindstand.
23. Werkwijze voor het vervaardigen van een betonelement voorzien van voorgespannen wapeningsdelen middels een inrichting volgens één der voorgaande conclusies, omvattende de stappen: - het verplaatsen van het kopschot naar een instelpositie op afstand van de eindwand; -het fixeren van het kopschot op de instelpositie, en - het uitoefenen van een trekkracht op de wapeningsdelen voor het op 5 mechanische trekspanning brengen van de wapeningsdelen.
24. werkwijze voor het produceren van ten minste één betonelement voorzien van voorgespannen wapening, omvattende het positioneren van wapeningselementen in een mal, het op voorspanning brengen van de wapeningselementen en het in de mal 10 brengen van een betonsamenstelling, waarbij vóór aanbrengen van de betonsamenstelling een gewenste mallengte vastgesteld wordt waarbij de mallengte de afstand is tussen een eindwand en een kopschot waartussen de voorgespannen wapeningselementen zich uitstrekken, waarbij de onderlinge afstand van de eindwand en het kopschot ingesteld wordt op een eerste afstand gelijk aan de gewenste mallengte 15 minus de rek van de wapeningselementen bij een vastgestelde voorspanning, waarna de wapeningselementen op de vastgestelde voorspanning gebracht wordt.
25. Werkwijze volgens conclusie 24, waarbij voor het aanbrengen van de voorspanning de onderlinge afstand de eerste afstand plus een losafstand is, waarna de 20 wapeningselementen op de vastgestelde voorspanning gebracht wordt, en waarna het kopschot in de richting van de eindwand verplaatst wordt tot de gewenste mallengte.
26. Betonelement omvattende voorgespannen wapeningsdelen die zich in ten minste één richting in het betonelement uitstrekken, waarbij het betonelement 25 verkregen zijn middels de inrichting volgens één der voorgaande conclusies of middels de werkwijze volgens de voorgaande conclusies. -o-o-o-o-o-o-
Priority Applications (3)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2004438A NL2004438C2 (nl) | 2010-03-19 | 2010-03-19 | Inrichting voor het produceren van betonnen elementen voorzien van wapening. |
PCT/NL2011/050195 WO2011115493A1 (en) | 2010-03-19 | 2011-03-21 | Device and method for producing concrete elements provided with reinforcement, and concrete element produced by that device or method |
EP11712045A EP2547498A1 (en) | 2010-03-19 | 2011-03-21 | Device and method for producing concrete elements provided with reinforcement, and concrete element produced by that device or method |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2004438 | 2010-03-19 | ||
NL2004438A NL2004438C2 (nl) | 2010-03-19 | 2010-03-19 | Inrichting voor het produceren van betonnen elementen voorzien van wapening. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL2004438C2 true NL2004438C2 (nl) | 2011-09-20 |
Family
ID=43383660
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL2004438A NL2004438C2 (nl) | 2010-03-19 | 2010-03-19 | Inrichting voor het produceren van betonnen elementen voorzien van wapening. |
Country Status (3)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP2547498A1 (nl) |
NL (1) | NL2004438C2 (nl) |
WO (1) | WO2011115493A1 (nl) |
Families Citing this family (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FI128791B (en) | 2014-09-02 | 2020-12-15 | Elematic Oy Ab | Method and apparatus for casting precast prestressed concrete products |
CN106584671A (zh) * | 2016-12-22 | 2017-04-26 | 四川华胜农业股份有限公司 | 一种水泥桩的预应力制备方法 |
CN109795029B (zh) * | 2019-03-01 | 2024-03-29 | 河间市银龙轨道有限公司 | 一种预应力轨道板的放张装置 |
EP4177028A1 (en) * | 2021-11-09 | 2023-05-10 | Elematic Oyj | Apparatus for prestressing reinforcement strands |
Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US2496016A (en) * | 1947-02-25 | 1950-01-31 | Paul D Nelson | Concrete stave making machine |
GB743708A (en) * | 1952-08-27 | 1956-01-25 | Kirchner I A | Process and apparatus for prestressing reinforcing wires for reinforced concrete parts in mass production |
US3223379A (en) * | 1962-10-16 | 1965-12-14 | Elmer L Erickson | Apparatus for producing prestressed concrete articles |
EP1201384A1 (de) * | 2000-10-24 | 2002-05-02 | Pfleiderer Infrastrukturtechnik GmbH & Co. KG | Spannverfahren und Spannvorrichtung zum Vorspannen von Spanngliedern, vornehmlich bei Spannbetonschwellen |
Family Cites Families (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL8402276A (nl) | 1984-07-18 | 1986-02-17 | Bredero Nv | Werkwijze voor de vervaardiging van vloerplaten uit beton met voorgespannen wapening, mal voor toepassing bij die werkwijze en vloerplaat uit gewapend beton. |
FR2579512B1 (fr) | 1985-04-01 | 1987-06-19 | Rech Etudes Tech | Installation de procede pour la fabrication d'elements en beton arme, notamment de dalles ou predalles en beton precontraint |
FR2671119B1 (fr) | 1990-12-28 | 1993-04-09 | Saret France | Elements de construction en beton, precontraint, du type predalles, installation et procede pour leur fabrication. |
-
2010
- 2010-03-19 NL NL2004438A patent/NL2004438C2/nl not_active IP Right Cessation
-
2011
- 2011-03-21 EP EP11712045A patent/EP2547498A1/en not_active Withdrawn
- 2011-03-21 WO PCT/NL2011/050195 patent/WO2011115493A1/en active Application Filing
Patent Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US2496016A (en) * | 1947-02-25 | 1950-01-31 | Paul D Nelson | Concrete stave making machine |
GB743708A (en) * | 1952-08-27 | 1956-01-25 | Kirchner I A | Process and apparatus for prestressing reinforcing wires for reinforced concrete parts in mass production |
US3223379A (en) * | 1962-10-16 | 1965-12-14 | Elmer L Erickson | Apparatus for producing prestressed concrete articles |
EP1201384A1 (de) * | 2000-10-24 | 2002-05-02 | Pfleiderer Infrastrukturtechnik GmbH & Co. KG | Spannverfahren und Spannvorrichtung zum Vorspannen von Spanngliedern, vornehmlich bei Spannbetonschwellen |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
WO2011115493A1 (en) | 2011-09-22 |
EP2547498A1 (en) | 2013-01-23 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL2004438C2 (nl) | Inrichting voor het produceren van betonnen elementen voorzien van wapening. | |
KR101657994B1 (ko) | 폼 트래블러 및 이를 이용한 교량의 시공방법 | |
US4289293A (en) | Combination bed concrete casting apparatus | |
EP3056328A1 (en) | Method and apparatus for casting concrete products | |
US5393033A (en) | Adjustable side form concrete mold | |
CN106677035B (zh) | 一种蠕动式滑模装置 | |
NL2011485C2 (nl) | Bevestigingssamenstel voor een spoorstaaf. | |
FI126477B (en) | wire Control System | |
KR20170001392A (ko) | 높이 조절이 가능한 철제 거푸집 | |
EP1882777B1 (de) | Verfahren zum Herstellen einer festen Fahrbahn für Schienenfahrzeuge | |
KR100565360B1 (ko) | 연속압출공법으로 가설되는 교량에서 상부거더를 밀어내는압출시스템 | |
US20100314795A1 (en) | Method for the production of switch ties, and switch ties produced according to said method | |
EP0558590B1 (en) | Apparatus for manufacturing prestressed concrete railway ties, and ties manufactured using such apparatus | |
CN108068194B (zh) | 用于浇筑预制混凝土产品的方法和设备 | |
GB2217359A (en) | Prestressed concrete staircases | |
KR20000017809A (ko) | 교량의 보도(步道)블럭시공용 거푸집장치. | |
KR200332711Y1 (ko) | 연속압출공법으로 가설되는 교량에서 상부거더를밀어내는 압출시스템 | |
KR102357114B1 (ko) | 인장콘크리트 부재의 수직 생산용 몰드 장치 | |
KR200163719Y1 (ko) | 교량의보도(步道)블럭시공용거푸집장치. | |
WO1980000673A1 (en) | Combination bed concrete casting apparatus | |
NL1010574C2 (nl) | Inrichting voor het vervaardigen van vormstukken van gewapend beton. | |
BE1015519A3 (nl) | Werkwijze voor het vervaardigen van gewapende betonproducten. | |
BE1018796A3 (nl) | Werkwijze en inrichting voor het tijdens glijbekisten van een betonnen constructie-element positioneren van een element in het constructie-element op een vooraf bepaalde verankeringspositie. | |
DE921138C (de) | Verfahren und Vorrichtung zur Herstellung von Betonwaren mit vorgespannter Bewehrung | |
US7191999B2 (en) | Variable height sideforms |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
SD | Assignments of patents |
Effective date: 20121026 |
|
MM | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20170401 |