NL2001941C

NL2001941C - Voertuiglift.

Info

Publication number: NL2001941C
Application number: NL2001941A
Authority: NL
Inventors: Timotheus Gregorius Hendrikus Houtveen; Albert Knol
Original assignee: Houtveen Beheer Achterveld B V
Priority date: 2008-08-29
Filing date: 2008-08-29
Publication date: 2010-03-11
Also published as: EP2159100A1; US20100054900A1

Description

Voertuiglift

Achtergrond van de uitvinding 5 De uitvinding heeft betrekking op een voertuiglift om een last op hoogte van een laadruim van het voertuig te brengen.

De uitvinding heeft verder betrekking op een extrusieprofïel, kennelijk geschikt en bestemd als een geleideprofiel voor een voertuiglift volgens de uitvinding.

De uitvinding heeft verder betrekking op een voertuig omvattende een laadruimte 10 voorzien van een laadopcning, een deur voor het afsluiten van de laadopcning, en een voertuiglift volgens de uitvinding.

Bekend is een scharnierend met een laadmim verbonden liftvloer die aangedreven wordt door een hydraulische cilinder waarbij de liftvloer tevens de deur van de laadruimte vormt. Een nadeel van de bekende voertuiglift is dat de integratie 15 met het voertuig relatief omslachtig is.

Samenvatting van de uitvinding

Een doel van de uitvinding is het verschaffen van een verbeterde voertuiglift.

20 De uitvinding verschaft daartoe een voertuiglift om een last op hoogte van een laadruim van het voertuig te brengen waarbij de voertuiglift omvat; een geleideprofiel voorzien van een rails waarin een verplaatsbare verplaatsingseenheid is geplaatst, een tandbaan voorzien in het geleideprofiel en waarbij de tandbaan in 25 aangrijping is met de verplaatsingseenheid, een dragerprofiel die zich langs een centrale as uitstrekt en waarbij het dragerprofiel met zijn eerste eind is verbonden met de verplaatsingseenheid, een opstelvlak verbonden met een tegenoverliggende eind van het dragerprofiel om een te liften last op te stellen, 30 - een krachtcompensator die een kracht uitoefent op het dragerprofiel in hoofdzaak in de richting van de centrale as om tenminste een deel van de last te dragen. Door de constructie van de voertuiglift is het mogelijk een gunstige verhouding tussen beschikbaar liftvermogen en inbouwvolume te bereiken.

2

In een uitvoeringsvorm van de voertuiglift volgens de uitvinding omvat de verplaatsingseenheid een elektrische aandrijfmrichting in aangrijping met de tandbaan om de verplaatsingseenheid in het geleide profiel langs de centrale as te bewegen. Door toepassen van een elektrische aandrijving is het mogelijk de aandrijving in zijn geheel 5 in het geleideprofiel op te nemen waardoor het inbouwvolume verder vermindert,

In een uitvoeringsvorm van de voertuiglift volgens de uitvinding omvat de elektrische aandrijfmrichting een elektromotor.

In een uitvoeringsvorm van de voertuiglift volgens de uitvinding omvat de elektrische aandrijfmrichting een wormwiel overbrenging. Deze overbrenging is 10 compact en verleend de aandrijfmrichting een voor de voertuiglift gunstige zelfremmendheid.

ïn een uitvoeringsvorm van de voertuiglift volgens de uitvinding, is de krachtcompensator in het geleideprofiel opgenomen.

In een uitvoeringsvorm van de voertuiglift volgens de uitvinding, omvat de 15 krachtcompensator een gasveer.

In een uitvoeringsvorm van de voertuiglift volgens de uitvinding, is de krachtcompensator middels de verplaatsingseenheid met het dragerprofiel verbonden.

In een uitvoeringsvorm van de voertuiglift volgens de uitvinding, omvat de verplaatsingseenheid een mccncmcr, voorzien van ten minste een aanslag die aangrijpt 20 op een met het dragerprofiel verbonden drijfstang om het dragerprofiel te liften of neer te laten langs de centrale as.

In een uitvoeringsvorm van de voertuiglift volgens de uitvinding, is het dragerprofiel schuifbaar langs de centrale as met het van tandbanen voorziene geleideprofiel verbonden middels lagermiddelen en tenminste gedeeltelijk in het 25 geleideprofiel is opgenomen.

In een uitvoeringsvorm van de voertuiglift volgens de uitvinding, verbinden de lagermiddelen het dragerprofiel torsiestijf met het geleideprofiel met betrekking tot torsie rond de centrale as.

In een uitvoeringsvorm volgens de voertuiglift volgens de uitvinding, omvatten 30 de lagermiddelen lagerrollen.

In een uitvoeringsvorm van de voertuiglift volgens de uitvinding, is ten minste één lagermiddel middels een afstandhouder met het dragerprofiel verbonden om het 3 lagermiddel bij een verst tegenover het dragerprofiel liggende zijde van het geleideprofiel te brengen.

In een uitvoeringsvorm van de voertuiglift volgens de uitvinding, omvat de drijfstang de afstandhouder.

5 In een uitvoeringsvorm van de voertuiglift volgens de uitvinding, is het opstelvlak kantelbaar met dragerprofiel verbonden en is het opstelvlak kantelbaar tussen een draagpositie in hoofdzaak loodrecht op de centrale as en een uitbedrijtpositie in een vlak door de centrale as.

In een uitvoeringsvorm van de voertuiglift volgens de uitvinding, zijn de einden 10 van het geleideprofiel voorzien van een bcvcstigingsproficl om dc voertuiglift tc bevestigen in bijvoorbeeld een laadruim van een voertuig, waarbij het bevestigingsprofiel geschikt is om de voertuiglift beweegbaar met het voertuig te verbinden en de voertuiglift beweegbaar is tussen een transportpositie en een liftpositie.

In een uitvoeringsvorm van de voertuiglift volgens de uitvinding, is het 15 bevestigingprofiel geschikt om de voertuiglift schamierbaar met het voertuig te verbinden, Bij voorkeur is de voertuiglift schamierbaar rond een in hoofdzaak verticale as.

In een uitvoeringsvorm van de voertuiglift volgens de uitvinding is het geleideprofiel en het dragerprofiel een kokcrproficl om dc tc liften last torsicstijf tc 20 houden en bewegen van de last rond de centrale as te hinderen.

De uitvinding heeft verder betrekking op een extmsieprofiel, kennelijk geschikt en bestemd als een geleideprofiel voor de voertuiglift volgens de uitvinding.

De uitvinding heeft verder betrekking op een voertuig omvattende een laadruimte voorzien van een laadopening, en een voertuiglift volgens de uitvinding, waarbij de 25 voertuiglift in zijn geheel opneembaar is in de laadmimte. Bij voorkeur is de voertuiglift kantelbaar rond de centrale as tussen een transportpositie in de laadmimte en een liftpositie waarin tenminste het dragerprofiel buiten de laadmimte is. Bij voorkeur bepaalt het geleideprofiel tenminste voor een deel de laadopening.

Het moge duidelijk zijn dat de verschillende aspecten genoemd in deze 30 octrooiaanvrage gecombineerd kunnen worden en elk afzonderlijk in aanmerking kunnen komen voor een afgesplitste octrooiaanvrage.

Korte beschrijving van de figuren 4

In de bijgevoegde figuren zijn diverse uitvoeringsvormen van een voertuiglift volgens de uitvinding weergegeven waarin getoond wordt in:

Fig. 1 een voertuiglift in een perspectief aanzicht; 5 fig. 2 een voertuig lift in zijaanzicht met weggenomen geleideprofiel; fig. 3 een uitvergroot deel van het aanzicht van fig. 2; fig. 4 een voertuig lift in opengewerkt bovenaanzicht.

Beschrijving van uitvoeringsvormen 10

In figuur 1 is een voertuiglift 1 volgens de uitvinding weergegeven, geschikt om een last op hoogte van een laadruim van het voertuig te brengen. Weergegeven is een aan een voertuig te bevestigen profieldeel 9, welke hier uitgevoerd is als een bij voorkeur aluminium extrusieprofiel. Het profieldeel 9 is hier middels een montageplaat 15 30 schamierbaar bevestigd aan chassisbalk 29 die deel uitmaakt van het voertuig. De einden van het profieldeel 9 zijn afgewerkt met deksels (niet getoond). Een verplaatsingseenheid 10 uit figuur 2 is beweegbaar in het profieldeel 9 gemonteerd. De verplaatsingseenheid 10 is beweegbaar in de lengterichting van het profieldeel 9. De verplaatsingseenheid 10 is beweegbaar opgenomen in een eerste opneemruimte 28 van 20 het profieldeel 9. Verder is het extrusieprofiel 9 bij voorkeur voorzien van een niet weergegeven kabelgoot, die in één geheel is meegevomid aan het extrusieprofiel 9.

In het profieldeel 9 is deels een dragerprofiel 4 opgenomen met een centrale as hier parallel aan de lengteas van het profieldeel 9. Het dragerprofiel 4 is opgenomen in een tweede opneemruimte 27 van het profieldeel 9. Het uit profieldeel 9 stekend deel 25 van het dragerprofiel 4 is aan zijn uiteinde voorzien van een opstelvlak 2 waarop een te liften last kan worden geplaatst. Het opstelvlak 2 wordt hier bepaald door de draagbalken 6. Het opstelvlak 2 is bij voorkeur kantelbaar verbonden met het draagprofiel 4 zodat de voertuiglift 1 een compact geheel vormt wanneer deze niet in bedrijf is. Een balk 6 is hier daartoe middels een hoekprofiel 7 en een schamierpen 8 in 30 een scharnierpenopneemruimte 8a dat met het dragerprofiel 4 is verbonden. Na bedrijf van de voertuiglift 1 wordt eerst het opstelvlak 2 gekanteld naar een verticale positie waarna de voertuiglift 1 in zijn geheel scharniert naar een positie waarin de voertuiglift 1 in hoofdzaak binnen een laadruim van een voertuig is.

5

Figuur 2 toont een voertuig lift in zijaanzicht en fig. 3 toont een detail van figuur 2. Het dragerprofiel 4 is in het profieldeel 9 gelagerd middels lagerrollen 12. Een paar lagerrollen is roteerbaar verbonden met het dragerprofiel 4 bij het in het profieldeel 9 opgenomen eind. De buitenomtrek van dit paar lagerrollen 12 steunt af op de 5 binnenomtrek van profieldeel 9. Een tweede paar lagerrollen 12 is roteerbaar met het profieldeel 9 verbonden bij het uiteind van waaruit het dragerprofiel 4 zich uitstrekt.

Om het profieldeel 9 en het dragerprofiel 4 torsiestijf met elkaar te verbinden met betrekking tot onderlinge rotatie rond de centrale as, is verder voorzien in lagers 13 die elk op afstand van het dragerprofiel 4 worden gehouden middels afstandhouders 18,19. 10 Hierdoor worden lagcrkrachtcn over een grootst mogclijkc afstand opgevangen, namelijk over de gehele zijden van de binnenomtrek van het profieldeel 9. Dit geeft de voertuiglift een gunstig uitgangspunt met betrekking tot torsiestijfheid rond de centrale as, zodat het opstelvlak 2 zo min mogelijk roteert ten gevolge van belasting door bijvoorbeeld de te liften last. De verplaatsingseenheid 3 is hier zelfstandig in het 15 profieldeel 9 gelagerd, d.w.z. onafhankelijk van de lagering van het dragerprofiel 4 in het profieldeel 9. De verplaatsingseenheid is daartoe voorzien van kunststof glijders 11 die glijden in rails binnen profieldeel 9.

Het profieldeel 9 is hier middels een montageplaat 30 of ook bevestigingsprofiel 30 schamicrbaar bevestigd aan chassisbalk 29 middels schamicrmiddclcn 33,34.

20 Denkbaar is dat de voertuiglift 1 scharniert om schamiermiddel 33 en dat daarbij de montageplaat wordt geleid en gehouden door schamiermiddel 33. Eveneens denkbaar is een schamiermechanisme (33, 34). De voertuiglift 1 scharniert bij voorkeur om een verticale as zodat in combinatie met de compacte bouw van de voertuiglift de mogelijk bestaat om een laadopening zo veel mogelijk vrij te laten, in het bijzonder wanneer de 25 voertuiglift scharniert bij een zijde van een laadopening. Belangrijk is dat de voertuiglift 1 schamierbaar is naar een positie binnen de laadmimte van een voertuig waarin de voertuiglift 1 bij voorkeur in zijn geheel binnen de laadmimte is.

Het dragerprofiel 4 is aandrijfbaar verbonden met de verplaatsingseenheid 3 middels de meenemer 20. Mogelijk is de meenemer 20 voorzien van een demper om 30 grote belastingswisselingen tussen de verplaatsingseenheid 3 en het dragerprofiel 4 te voorkomen. De meenemer 20 grijpt aan op een cilindrische stang 18, hier de afstandhouder 18, die stijf met het dragerprofiel 4 is verbonden.

6

De verplaatsingseenheid 3 is voorzien van een elektrische aandrijfeenheid die is bevestigd op een montagedraagplaat 10. De elektrische aandrijfeenheid omvat een elektromotor 14 met hier zijn aandrijfas in de lengterichting van het profieldeel 9. Middels een haakse overbrenging worden tandwielen die in het vlak van het profieldeel 5 9 opgesteld zijn aangedreven. Deze tandwielen 15 grijpen aan op de tandheugelbaan 16 met de tanden eveneens in datzelfde vlak. De montagedraagplaat 10 omvat hier een boven en onderplaat waartussen en waarin de tandwielen 15 zijn gelagerd. Een niet weergegeven spiralende kabel voorziet de aandrijving in de verplaatsingseenheid 3 van elektrisch vermogen en eventueel aansturing. Naast krachten ten gevolge van de 10 elektrische aandrijfeenheid grijpt ook een kracht aan op de verplaatsingseenheid 3 ten gevolge van hier twee gasveren 21. Deze gasveren 21 dienen ter ondersteuning van de elektrische aandrijfeenheid, waarbij de gasveren 21 en de elektrische aandrijfeenheid samenwerken om de verplaatsingseenheid 3 aan te drijven. De cilinderbehuizing van de gasveer 21 is verbonden met profieldeel 9. De zuiger van de gasveer 21 is verbonden 15 met de verplaatsingseenheid 3. De kracht van de gasveer 21 wordt hier van de zuiger naar de verplaatsingseenheid 3 overgebracht middels een katrol 22 en een kabel. De kabel loopt over de katrol 22 en is met zijn ene eind met het profieldeel 9 verbonden en met zijn andere eind met het dragerprofiel 4, hier middels afstandhouder 18.

Figuur 4 toont een voertuig lift in opengewerkt bovenaanzicht. Het 20 extrusieprofiel 9 voorzien van een opname 23, waarin een tandheugel geplaatst kan worden, voorzien van een vertanding, welke functioneert als tandheugelbaan 16. Deze tandheugelbaan 16 kan bijvoorbeeld van kunststof zijn zoals nylon en kan in deze opneemruimte 23 van het extrusieprofiel 9 geschoven worden.

Verder is het extrusieprofiel 9 voorzien van geleidingsrails 24 en 24’, waarin 25 geleidingseinden 11 van de verplaatsingseenheid 3 kunnen lopen en van loopvlakken 25,26 waarop lagerrollen 13 lopen.

Het profieldeel 9 is middels een bevestigingslip 31 en schamierpen 32 bevestigd aan de montagedraagplaat 30.

Het moge duidelijk zijn dat de bovenstaande beschrijving is opgenomen om de 30 werking van voorkeursuitvoeringen van de uitvinding te illustreren, en niet om de reikwijdte van de uitvinding te beperken. Uitgaande van de bovenstaande uiteenzetting zullen voor een vakman vele variaties evident zijn die vallen onder de geest en de reikwijdte van de onderhavige uitvinding.

Claims

1. Voertuiglift (1) om een last op hoogte van een laadruim van het voertuig te 5 brengen waarbij de voertuiglift (1) omvat; - een geleideprofiel (9) voorzien van een rails (24,24’) waarin een verplaatsbare verplaatsingseenheid (3) is geplaatst, - een tandbaan (16) voorzien in het geleideprofiel (9) en waarbij de tandbaan (16) in aangrijping is met de verplaatsingseenheid (3), 10. een dragerprofiel (4) die zich langs een centrale as uitstrekt en waarbij het dragerprofiel (4) met zijn eerste eind is verbonden met de verplaatsingseenheid (3), - een opstelvlak (2) verbonden met een tegenoverliggende eind van het dragerprofiel (4) om een te liften last op te stellen, 15. een krachtcompensator (21) die een kracht uitoefent op het dragerprofiel (4) in hoofdzaak in de richting van de centrale as om tenminste een deel van de last te dragen.

2. Voertuiglift volgens conclusie 1, waarbij de verplaatsingseenheid (3) een 20 elektrische aandrijfinrichting omvat in aangrijping met de tandbaan (16) om de verplaatsingseenheid (3) in het geleideprofiel (9) langs de centrale as te bewegen.

3. Voertuiglift volgens een voorgaande conclusie, waarbij de elektrische 25 aandrijfinrichting een elektromotor (14) omvat.

4. Voertuiglift volgens een voorgaande conclusie, waarbij de elektrische aandrijfinrichting een wormwiel overbrenging omvat.

5. Voertuiglift volgens een voorgaande conclusie, waarbij de krachtcompensator (21) in het geleideprofiel (9) is opgenomen.

6. Voertuiglift volgens een voorgaande conclusie, waarbij de krachtcompensator (21) een gasveer omvat.

7. Voertuiglift volgens een voorgaande conclusie, waarbij de krachtcompensator 5 (21) middels de verplaatsingseenheid (3) met het dragerprofiel (4) is verbonden.

8. Voertuiglift volgens een voorgaande conclusie, waarbij de verplaatsingseenheid (3) een meenemer (20) omvat, voorzien van ten minste een aanslag die aangrijpt op een met het dragerprofiel (4) verbonden drijfstang (18) om het dragerprofiel 10 (4) te liften of neer te laten langs dc centrale as.

9. Voertuiglift volgens een voorgaande conclusie, waarbij het dragerprofiel (4) schuifbaar langs de centrale as met het geleideprofiel (9) is verbonden middels lagermiddelen (11,12, 13) en tenminste gedeeltelijk in het geleideprofiel (9) is 15 opgenomen.

10. Voertuiglift volgens een voorgaande conclusie, waarbij de lagermiddelen (11, 12,13) het dragerprofiel (4) torsiestijf met het geleideprofiel (9) verbinden met betrekking tot torsie rond dc centrale as. 20

11. Voertuiglift volgens een voorgaande conclusie, waarbij de lagermiddelen lagerrollen (12,13) omvatten.

12. Voertuiglift volgens een voorgaande conclusie 9-11, waarbij ten minste één 25 lagermiddel (11,12,13) middels een afstandhouder (18, 19) met het dragerprofiel (4) is verbonden om het lagermiddel (13) bij een verst tegenover het dragerprofiel (4) liggende zijde van het geleideprofiel (9) te brengen.

13. Voertuiglift volgens conclusie 12, waarbij de drijfstang (18) de afstandhouder 30 omvat.

14. Voertuiglift volgens een voorgaande conclusie, waarbij het opstelvlak (2) kantelbaar met dragerprofiel (4) is verbonden en het opstelvlak (2) kantelbaar is tussen een draagpositie in hoofdzaak loodrecht op de centrale as en een uitbedrijfpositie in een vlak door de centrale as.

15. Voertuiglift volgens een voorgaande conclusie, waarbij de einden van het 5 geleideprofiel (9) zijn voorzien van een bevestigingsprofiel (30) om de voertuiglift te bevestigen in bijvoorbeeld een laadruim van een voertuig en waarbij het bevestigingsprofiel geschikt is om de voertuiglift beweegbaar met het voertuig te verbinden en de voertuiglift beweegbaar is tussen een transportpositie en een liftpositie. 10

16. Voertuiglift volgens conclusie 15, waarbij het bevestigingsprofiel (30) geschikt is om de voertuiglift schamierbaar met het voertuig te verbinden.

17. Voertuiglift volgens een voorgaande conclusie waarbij het geleideprofiel (9) en 15 het dragerprofiel (4) een kokerprofiel is om de te liften last torsiestijf te houden en bewegen van de last rond de centrale as te hinderen.

18. Extrusieprofiel, kennelijk geschikt en bestemd als een geleideprofiel (9) voor de voertuiglift volgens een der voorgaande conclusies. 20

19. Voertuig omvattende een laadruimte voorzien van een laadopening, bij voorkeur een deur voor het afsluiten van de laadopening, en een voertuiglift volgens één der voorgaande conclusies waarbij de voertuiglift in zijn geheel opneembaar is in de laadruimte. 25

20. Voertuig volgens conclusie 19, waarbij de voertuiglift kantelbaar is rond de centrale as tussen een transportpositie in de laadruimte en een liftpositie waarin tenminste het dragerprofiel (4) buiten de laadruimte is.

21. Voertuig volgens een conclusie 19-20, waarbij het geleideprofiel (9) tenminste voor een deel de laadopening bepaalt.

22. Inrichting voorzien van een of meer van de in de bijgevoegde beschrijving omschreven en/of in de bij gevoegde tekeningen getoonde kenmerkende maatregelen.

23. Werkwijze omvattend een of meer van de in de bijbehorende beschrijving omschreven en/of in de bijbehorende tekeningen getoonde kenmerkende stappen. -o-o-o-o-o-o-