NL2001812C2 - Werkwijze voor het aanbrengen van een kozijn, in een daartoe bestemde opening in een muur, kozijn, en bevestigingsmiddel en drager voor gebruik tijdens het aanbrengen van een raamkozijn. - Google Patents

Werkwijze voor het aanbrengen van een kozijn, in een daartoe bestemde opening in een muur, kozijn, en bevestigingsmiddel en drager voor gebruik tijdens het aanbrengen van een raamkozijn. Download PDF

Info

Publication number
NL2001812C2
NL2001812C2 NL2001812A NL2001812A NL2001812C2 NL 2001812 C2 NL2001812 C2 NL 2001812C2 NL 2001812 A NL2001812 A NL 2001812A NL 2001812 A NL2001812 A NL 2001812A NL 2001812 C2 NL2001812 C2 NL 2001812C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
frame
mounting
mounting surface
window frame
carrier
Prior art date
Application number
NL2001812A
Other languages
English (en)
Inventor
Ot De Waal
Original Assignee
Timmerbedrijf De Waal Veen B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Timmerbedrijf De Waal Veen B V filed Critical Timmerbedrijf De Waal Veen B V
Priority to NL2001812A priority Critical patent/NL2001812C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2001812C2 publication Critical patent/NL2001812C2/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06BFIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
    • E06B1/00Border constructions of openings in walls, floors, or ceilings; Frames to be rigidly mounted in such openings
    • E06B1/56Fastening frames to the border of openings or to similar contiguous frames
    • E06B1/60Fastening frames to the border of openings or to similar contiguous frames by mechanical means, e.g. anchoring means
    • E06B1/6015Anchoring means
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06BFIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
    • E06B1/00Border constructions of openings in walls, floors, or ceilings; Frames to be rigidly mounted in such openings
    • E06B1/56Fastening frames to the border of openings or to similar contiguous frames
    • E06B1/60Fastening frames to the border of openings or to similar contiguous frames by mechanical means, e.g. anchoring means
    • E06B1/6069Separate spacer means acting exclusively in the plane of the opening; Shims; Wedges; Tightening of a complete frame inside a wall opening
    • E06B1/6076Separate spacer means acting exclusively in the plane of the opening; Shims; Wedges; Tightening of a complete frame inside a wall opening of screw-type

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Door And Window Frames Mounted To Openings (AREA)

Description

Werkwijze voor het aanbrengen van een kozijn, in een daartoe bestemde opening in een muur, kozijn, en bevestigingsmiddel en drager voor gebruik tijdens het aanbrengen van een raamkozijn 5 De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het in een bestaand gebouw aanbrengen van een kozijn, zoals een deurkozijn of een reeds van beglazing voorzien raamkozijn in een daartoe bestemde opening in een muur van het gebouw, een raamkozijn dat is ingericht om aangebracht te worden volgens de genoemde werkwijze, en een bevestigingsmiddel en drager voor gebruik tijdens het aanbrengen van een 10 dergelijk kozijn.
Het in bestaande bouw aanbrengen van raamkozijnen gebeurt doorgaans ter vervanging van tijdens de bouw geplaatste kozijnen, omdat deze in de loop van de tijd aan slijtage, bijvoorbeeld door houtrot, onderhevig zijn geweest, of doordat zij niet meer aan 15 hedendaagse standaarden voldoen, bijvoorbeeld doordat zij enkel glas omvatten, of omdat zij door hun verouderde constructie niet meer tochtdicht zijn, of onpraktisch zijn in het gebruik. Bij het vervangen van kozijnen leggen reeds aangebrachte spouw- en buitenmuren, en reeds afgewerkte binnenmuren, vensterbanken en dergelijke speciale restricties op aan de werkwijze van plaatsen van het nieuwe kozijn ten opzichte van het 20 tijdens de bouw plaatsen van een kozijn. Het is immers niet wenselijk om met het vervangen van het kozijn meer herstelwerkzaamheden te veroorzaken dan strikt noodzakelijk. In het bijzonder is het wenselijk om geen beschadigingen te veroorzaken aan de binnenzijde van de muur waarin het kozijn geplaatst wordt, zoals beschadigingen aan stucwerk of behang, of bij voorbeeld een vensterbank.
25
Daarnaast is het wenselijk om het vervangen van een raamkozijn zo snel en effectief mogelijk te laten verlopen, om beschadiging of bevuiling van de binnenzijde van het pand waartoe de muur behoort door weersinvloeden te minimaliseren, alsook het risico van inbraak. Voorts is het voor een aannemer om logistieke redenen voordelig wanneer 30 een medewerker die met het plaatsen van het kozijn belast is slechts één maal naar de locatie waar het raamkozijn vervangen dient te worden hoeft te gaan, en zijn werkzaamheden binnen één dag(deel) af kan ronden.
2
Om die reden worden kozijnen bij voorkeur reeds voor de plaatsing vervaardigd, van glas voorzien en gelakt. Mede als gevolg van de aanwezigheid van een ruit is het echter niet mogelijk om het raamkozijn volgens de gebruikelijke wijze, dat wil zeggen loodrecht op de doorkijkrichting, vast te schroeven op een daartoe aangebracht 5 stelkozijn.
Het is daarom een doel van de onderhavige uitvinding om een werkwijze te verschaffen voor het in bestaande bouw aanbrengen van een reeds van beglazing voorzien raamkozijn in een daartoe bestemde opening in een muur. Het is een verder doel een 10 dergelijke werkwijze te verschaffen waarbij er aan de binnenzijde van de muur geen herstelwerkzaamheden dienen te worden verricht. Het is nog een verder doel van de onderhavige uitvinding om een raamkozijn te verschaffen dat is ingericht om gebruikt te worden in de bovengenoemde werkwijze. Voorts is het een doel om een bevestigingsmiddel en een drager te verschaffen voor gebruik tijdens het plaatsen van 15 een dergelijk raamkozijn.
De onderhavige uitvinding verschaft daartoe een werkwijze volgens conclusie 1. De werkwijze omvat het in de raamopening verschaffen van ten minste één montageprofiel met een zich parallel aan de aan te brengen beglazing uitstrekkend montagevlak. Dit 20 profiel kan bij voorbeeld een L-profiel omvatten, vervaardigd uit een daartoe geschikt materiaal, zoals aluminium. Daarbij wordt een eerste been van de L op een stelkozijn bevestigd, bijvoorbeeld door middel van schroeven, waardoor een tweede been parallel aan het vlak van de ruit opgesteld wordt, en aldus een montagevlak vormt voor het raamkozijn. De werkwijze omvat verder het vanaf de buitenzijde van de muur tegen het 25 montagevlak plaatsen van het raamkozijn, en het aan het ten minste éne montageprofiel bevestigen van het raamkozijn. Wanneer er geen stelkozijn (meer) aanwezig is kan dit van tevoren te worden aangebracht, bijvoorbeeld door dit op een spouwlat, die bij afwezigheid daarvan evenwel speciaal voor dit doel kan worden aangebracht, te bevestigen. Het montageprofiel wordt daarna op het stelkozijn bevestigd. Daarbij 30 worden in de praktijk bij voorkeur meerdere montageprofielen, bij voorkeur 4, gebruikt.
Door het plaatsen van een montageprofiel met een zich parallel aan de aan te brengen beglazing uitstrekkend montagevlak heft de onderhavige uitvinding de noodzaak op tot 3 het via een naar de ruit toegerichte zijde van het raamkozijn bevestigen van het raamkozijn in de daartoe bestemde opening in een muur.
In een voordelige uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding, omvat de werkwijze 5 tevens het verschaffen van een uitsparing voor het montagevlak van het montageprofiel in een stijl van het raamkozijn, waarbij de diepte van de uitsparing ten minste gelijk is aan de dikte van de het montageprofiel. Wanneer het kozijn tegen het montageprofiel bevestigd wordt, valt de van het raamkozijn afgekeerde zijde van het montagevlak dus gelijk met de zijde van het raamkozijn waar vanuit het vertrek waarin het raam is 10 opgenomen tegenaan wordt gekeken, of, wanneer de uitsparing dieper is dan de dikte van het montagevlak, zelfs daarbinnen. Hierdoor wordt het aan de binnenzijde aan het zicht onttrekken van de bevestigingsmiddelen van het kozijn vereenvoudigd.
Bij voorkeur wordt het montageprofiel tegen een verticale staander van het stelkozijn of 15 de spouwlat aangebracht. Op deze manier wordt een robuuste constructie verkregen, en eenvoud van montage bereikt. De onderzijde van het kozijn is bovendien dikwijls tegen of op een vensterbank gelegen, waardoor monteren van een montageprofiel op de vensterbank niet alleen lastiger is, maar ook tot onnodige schade aan de vensterbank zal leiden. Het montageprofiel strekt zich daarbij zelfbij voorkeur ook in verticale richting 20 uit, zodat het het raamkozijn over een relatief grote lengte ondersteunt.
Ter afwerking geniet het de voorkeur om aan de van het raamkozijn afgekeerde zijde van het montageprofiel een sluitlat te bevestigen, voor het geheel aan het zicht onttrekken van de montagesteun. Doordat de montagesteun is opgenomen in een 25 uitsparing in het raamkozijn, is het aanbrengen van een sluitlat zeer eenvoudig, daar er aan de binnenzijde van het kozijn geen delen uitsteken buiten het vlak van de van het raam afgekeerde zijde van het raamkozijn. De sluitlat kan dus eenvoudigerwijs vlak op het kozijn worden bevestigd, waarbij deze de montagesteun geheel aan het zicht onttrekt.
30
Bij voorkeur omvat de werkwijze tevens het op de sluitlat aanbrengen van een kleeflaag, zoals een dubbelzijdig plakband. Hierdoor geschiedt het afwerken van het raamkozijn aan de binnenzijde bijzonder snel, temeer wanneer het raamkozijn en de sluitlat van tevoren reeds gelakt zijn, 4
In het geval van zware raamkozijnen, dat wil zeggen, raamkozijnen waarvan het gewicht zodanig groot is dat de bevestiging aan het steunprofiel dit niet kan dragen, of 5 waarbij er risico bestaat dat de bevestiging met het steunprofiel onder het gewicht van het kozijn losraakt, geniet het de voorkeur om ten minste tijdens het plaatsen van het raamkozijn het raamkozijn aan de onderzijde te ondersteunen. Na het plaatsen van het raamkozijn wordt er doorgaans een vulmiddel, zoals purschuim aan gebracht dat echter het gewicht van het kozijn niet kan dragen.
10
Voor het ondersteunen van het kozijn wordt in een voordelige uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding alvorens het plaatsen van het kozijn aan de muur eerst een drager voor het kozijn aangebracht. De drager kan daarbij bestaan uit een profieldeel, bijvoorbeeld uit metaal vervaardigd, zoals aluminium, dat aan het binnenblad van de 15 spouwmuur bevestigd wordt, bijvoorbeeld door middel van een keilbout, of een in een in de muur aangebrachte plug geplaatste bout. Om werkruimte te creëren om de drager op de spouwmuur te bevestigen kan het noodzakelijk zijn de waterslag of dorpelsteen aan de zijde van de buitenmuur te verwijderen. Omdat deze in de regel toch reeds worden vervangen bij tijdens het vervangen van een raamkozijn brengt dit in de praktijk 20 geen extra werk met zich mee.
Bij voorkeur wordt er hierbij aan het raamkozijn een op de drager aangrijpend of steunend bevestigingsmiddel aangebracht. Dit bevestigingsmiddel kan bijvoorbeeld een bout omvatten dat door middel van moeren in een gat in de drager bevestigd kan 25 worden. Wanneer een dergelijke bout over voldoende lengte beschikt, kan er enigszins met de montagehoogte van de drager binnen bepaalde (door de steun opgelegde) marges gevarieerd worden. Hierdoor kan de drager op een geschikte plek op de muur bevestigd worden, bijvoorbeeld ver genoeg van de bovenrand van de muur, en voldoende verwijderd van voegen, om aldus voldoende stevigheid te krijgen.
30
Bijzonder voordelig is het wanneer de verticale plaatsingshoogte van het kozijn met behulp van een in het bevestigingsmiddel opgenomen afstandhouder ingesteld wordt. In een praktische uitvoeringsvorm kan een dergelijke afstandhouder gevormd worden door een op het tapeind aanwezige moer. De drager dient in een dergelijk geval voorzien te 5 zijn van een opening waardoor het tapeind gestoken kan worden. De bout kan dan in de opening gestoken worden totdat de moer op de drager rust. Nadien kan aan de onderzijde van de drager een tweede moer op de bout gedraaid worden, waarmee het kozijn op de ingestelde hoogte vestgezet kan worden.
5
Alvorens het plaatsen van het kozijn, dient het bevestigingsmiddel in horizontale richting uitgelijnd te worden met de drager. Het bevestigingsmiddel kan daartoe verplaatsbaar - in het bijzonder verschuifbaar - zijn gelagerd aan het raamkozijn. Bijvoorbeeld kan, wanneer het bevestigingsmiddel een bout omvat, de kop van de bout 10 in een zich in horizontale richting uitstrekkende sleuf zijn opgenomen, zodat de bout in horizontale richting verplaatsbaar is. Om het op de bout bevestigen van moeren mogelijk te maken, dient de kop van de bout daarbij binnen de sleuf niet geheel rond te kunnen draaien, maar bijvoorbeeld te zijn voorzien van een nok. Ook kan de bout voorzien zijn van een kop met ten minste één vlakke zijkant, waarbij de sleuf zodanig 15 gedimensioneerd dient te zijn dat de kop daarin niet kan draaien.
De uitvinding zal nu worden toegelicht aan de hand van de volgende tekeningen, waarin: - Figuur 1 een perspectivisch aanzicht toont van een muur, een stelkozijn en een 20 raamkozijn voor plaatsing van het raamkozijn;
Figuur 2 een perspectivisch aanzicht toont van het raamkozijn uit Figuur 1, gezien van een andere zijde;
Figuur 3 een horizontale doorsnede toont van een geplaatst raamkozijn; en Figuur 4 een verticale doorsnede toont van een geplaatst raamkozijn.
25
Figuur 1 toont een raamkozijn 1 voorzien van beglazing 2. Het raamkozijn dient te worden aangebracht op het stelkozijn 5, dat is bevestigd op een niet zichtbare spouwlat tussen de buitenmuur 3 en de binnenmuur 4 van de bestaande bouw. Daartoe wordt het raamkozijn in de richting van pijl 7, van buitenaf in de opening 9 gevoerd. Op het 30 stelkozijn 5 zijn de montageprofielen 6 en 6’ aangebracht. Het kozijn wordt in de richting van de pijl 7 verplaatst totdat het tegen de montagevlakken 8 en 8’ aanligt. Deze montagevlakken strekken zich uit in een vlak parallel aan het aan te brengen raamoppervlak. Wanneer het raamkozijn tegen de montagevlakken 8 en 8’ geplaatst is 6 kan het op bekende wijze vanaf de kant van de spouwmuur 4 aan de montagcprofielen 6 en 6’ bevestigd worden, bijvoorbeeld door middel van schroeven.
Figuur 2 toont de binnenzijde van het raamkozijn 1 uit Figuur 1. Het raamkozijn 1 is voorzien van uitsparingen 10 en 10’, voor het daarin opnemen van de montageprofielen 5 6 en 6’. In de getoonde uitvoeringsvorm zijn de uitsparingen 10 en 10’ ingericht voor het opnemen van de gehele montageprofielen 6 en 6’, maar in een alternatieve uitvoeringsvorm zijn zij slechts ingericht om de montagevlakken 8 en 8’ daarvan op te nemen.
10 Bij voorkeur heeft elk van de toegepaste montagevlakken en de daarvoor bestemde uitsparing een diepte tussen de 5 en 15 mm, een hoogte tussen de 150 en 200 mm, en een breedte heeft tussen de 20 en 30 mm.
Figuur 2 toont tevens sluitlatten 11 en 1Γ, die na het aan de montagevlakken 8 en 8’ 15 bevestigen van het raamkozijn 1 in de richting van de pijlen 12 tegen de van het raamkozijn afgekeerde zijde van de montagevlakken 8 en 8’ kunnen worden aangebracht. Omdat de diepte van de uitsparingen 10 en 10’ overeenstemt met de dikte van de montagevlakken 8 en 8’, kunnen de sluitlatten 11 en 1Γ vlak tegen het raamkozijn 1 geplaatst worden, en daarmee de montagesteunen 6 en 6’ geheel aan het 20 zicht onttrekken.
Figuur 3 toont een horizontale doorsnede van een volgens de werkwijze van de onderhavige uitvinding geplaatst raamkozijn 1. Het raamkozijn 1 is in de richting 7 in de opening 9 in de bestaande bouw geplaatst, zodat het montagevlak 8 van het 25 montageprofiel 6 opgenomen is in de uitsparing 10 van het raamkozijn 1. Het raamkozijn 1 is door middel van een schroef 13 verbonden met het montagevlak 8. Het montageprofiel is door middel van schroeven 14 en 15 verbonden met het stelkozijn 5, en de spouwlat 16, die is aangebracht tussen de buitenmuur 3 en de spouwmuur 4. Het montageprofiel 6 is aan de binnenzijde van het raamkozijn 1 afgewerkt met een sluitlat 30 10. Het stucwerk 17 van de spouwmuur 4 is tijdens het aanbrengen van het raamkozijn 1 niet beschadigd geraakt.
Figuur 4 toont een doorsnede van een raamkozijn 1, dat bevestigd is in daartoe bestemde opening in buitenmuur 3 en spouwmuur 4. Op de spouwmuur 4 is door 7 middel van een keilbout 18 een drager 19 bevestigd. De drager 19 is voorzien van ten minste een opening 20, waardoor een bevestigingsmiddel 21 is aangebracht. Het bevestigingsmiddel 21 omvat een bout, waarvan de kop 22 is opgenomen in een geleiderails 23. De bout kan hierdoor in horizontale richting (dat wil zeggen loodrecht 5 op het vlak van de tekening) verschoven worden, om hem uit te lijnen met het gat 20 in de aan de spouwmuur 4 bevestigde drager 19. Zodra de uitlijning heeft plaatsgevonden kan de bout door middel van vastdraaien van moer 24 op zijn plaats worden vastgezet.
Door verdraaien van moer 25 kan worden ingesteld hoe diep de bout 21 in de drager 19 10 kan zakken, en daarmee kan zodoende ook de verticale uitlijning van het kozijn worden geregeld. De moer 25 beschikt daartoe over een buitendiameter die groter is dan de opening 20 in de drager. Na het afstellen kan de bout door middel van het aandraaien van moer 26 worden vastgezet in verticale richting. De bevestiging en afwerking van het raamkozijn kan daarna verder geschieden, bijvoorbeeld door het aanbengen van 15 afdichtingsmiddel zoals purschuim 27, en het aanbrengen van een afwatering 29, of een vensterbank 30. De getoonde drager en de met het raamkozijn verbonden bevestigingsmiddelen kunnen desgewenst ook worden toegepast bij het plaatsen van een raamkozijn zonder gebruik van een bovengenoemd montageprofiel.

Claims (19)

1. Werkwijze voor het in een bestaand gebouw aanbrengen van een reeds van beglazing voorzien kozijn in een daartoe bestemde opening in een muur van het gebouw, 5 gekenmerkt door: - het in de opening aanbrengen van ten minste één montageprofiel met een zich parallel aan de aan te brengen beglazing uitstrekkend montagevlak; - het vanaf de buitenzijde van de muur tegen het montagevlak plaatsen van het kozijn; en 10. het aan het ten minste éne montageprofiel bevestigen van het kozijn.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, gekenmerkt door het verschaffen van een uitsparing voor het montagevlak in een stijl van het kozijn, waarbij de diepte van de uitsparing ten minste gelijk is aan de dikte van de het deel van het montageprofiel dat het montagevlak 15 omvat.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, gekenmerkt door het zodanig tegen een verticale staander aanbrengen van het montageprofiel, dat het montagevlak zich in verticale richting uitstrekt ter hoogte van de binnenzijde van het kozijn. 20
4. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, gekenmerkt door het aan de van het kozijn afgekeerde zijde van het montageprofiel bevestigen van een sluitlat, aldus de montagesteun geheel aan het zicht onttrekkend.
5. Werkwijze volgens conclusie 4, gekenmerkt door het op de sluitlat aanbrengen van een kleeflaag, zoals een dubbelzijdig plakband.
6. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, gekenmerkt door het ten minste tijdens het plaatsen van het kozijn aan de onderzijde ondersteunen van het 30 kozijn.
7. Werkwijze volgens conclusie 6, gekenmerkt door het alvorens het plaatsen van het kozijn aan de onderzijde van de raamopening aan de muur aanbrengen van een drager voor het kozijn .
8. Werkwijze volgens conclusie 7, gekenmerkt door het aan het kozijn aanbrengen van een met de drager samenwerkend bevestigingsmiddel.
9. Werkwijze volgens conclusie 8, gekenmerkt door het met behulp van een afstandhouder van het bevestigingsmiddel instellen van de verticale plaatsingshoogte van het kozijn.
10. Werkwijze volgens conclusie 9, gekenmerkt door het alvorens het plaatsen van het 10 kozijn, in horizontale richting uitlijnen van het bevestigingsmiddel met de drager.
11. Kozijn, gekenmerkt door een uitsparing voor het opnemen van een montageprofiel voor het monteren van het kozijn volgens de werkwijze van één van de conclusies 2-10.
12. Kozijn volgens conclusie 11, met het kenmerk dat de uitsparing een diepte heeft tussen de 5 en 15 mm, een hoogte heeft tussen de 150 en 200 mm, en een breedte heeft tussen de 20 en 30 mm.
13. Kozijn volgens conclusie 11 of 12, gekenmerkt door 20. bevestigingsmiddelen, voor het op een drager bevestigen of afsteunen van het kozijn; waarbij de bevestigingsmiddelen voorzien zijn van een in verticale richting verplaatsbare afstandhouder, voor het instellen van de verticale afstand tussen het kozijn en de drager. 25
14. Kozijn volgens conclusie 13, met het kenmerk dat: - de bevestigingsmiddelen een zich in verticale richting uitstrekkend tapeind omvatten, dat is ingericht om door een daartoe bestemde opening van de drager gestoken te worden, waarbij 30. de verplaatsbare afstandhouder een langs het tapeind verplaatsbare moer omvat, waarvan een buitendiameter groter is dan die van de opening van de drager, voor het aldus vormen van een steunrand van de bevestigingsmiddelen op de drager.
15. Kozijn volgens conclusie 13 of 14, met het kenmerk dat de bevestigingsmiddelen in horizontale richting verplaatsbaar zijn verbonden met het kozijn, voor het uitlijnen van de bevestigingsmiddelen met de drager.
16. Kozijn volgens conclusie 15, met het kenmerk dat de bevestigingsmiddelen een bout omvatten, waarvan een kop in horizontale richting schuifbaar is opgenomen in een geleiderails.
17. Kozijn volgens conclusie 16, met het kenmerk dat de kop voorzien is van 10 tenminste een nok, waarbij de geleiderails zodanig is gedimensioneerd dat de kop daarin niet kan roteren.
18. Set, omvattende: een kozijn volgens één van de conclusies 11 -17; en 15 - ten minste één montageprofïel voor toepassing van de werkwijze volgens één van de conclusies 1-10.
19. Set volgens conclusie 18, verder omvattende een drager voor het ondersteunen van een kozijn volgens conclusie 13. 20
NL2001812A 2008-07-16 2008-07-16 Werkwijze voor het aanbrengen van een kozijn, in een daartoe bestemde opening in een muur, kozijn, en bevestigingsmiddel en drager voor gebruik tijdens het aanbrengen van een raamkozijn. NL2001812C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2001812A NL2001812C2 (nl) 2008-07-16 2008-07-16 Werkwijze voor het aanbrengen van een kozijn, in een daartoe bestemde opening in een muur, kozijn, en bevestigingsmiddel en drager voor gebruik tijdens het aanbrengen van een raamkozijn.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2001812A NL2001812C2 (nl) 2008-07-16 2008-07-16 Werkwijze voor het aanbrengen van een kozijn, in een daartoe bestemde opening in een muur, kozijn, en bevestigingsmiddel en drager voor gebruik tijdens het aanbrengen van een raamkozijn.
NL2001812 2008-07-16

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2001812C2 true NL2001812C2 (nl) 2009-10-02

Family

ID=40361479

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2001812A NL2001812C2 (nl) 2008-07-16 2008-07-16 Werkwijze voor het aanbrengen van een kozijn, in een daartoe bestemde opening in een muur, kozijn, en bevestigingsmiddel en drager voor gebruik tijdens het aanbrengen van een raamkozijn.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL2001812C2 (nl)

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP2309089A3 (de) * 2009-10-06 2016-10-05 Knelsen GmbH Vorrichtung zum Fixieren eines Baukörpers in einer Gebäudeöffnung
WO2022137194A1 (en) * 2020-12-24 2022-06-30 Bds, Besloten Vennootschap Frame anchoring

Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE702911C (de) * 1937-04-25 1941-02-19 Felix Coenen Befestigungsvorrichtung von Blendrahmen im Mauerwerk
NL6513755A (nl) * 1965-10-25 1967-04-26
NL7203174A (nl) * 1972-03-10 1973-09-12
GB2124287A (en) * 1982-07-27 1984-02-15 Yoshida Kogyo Kk Window construction
FR2820455A1 (fr) * 2001-02-08 2002-08-09 Jean Claude Lascoutounas Dispositif de pose et reglage d'huisserie sur radier brut
DE20308879U1 (de) * 2003-06-05 2003-09-11 Fabricius Fastener Gmbh Montagekonsole für Fenster o.dgl.
EP1500767A2 (de) * 2003-07-25 2005-01-26 SFS intec Holding AG Vorrichtung zum Abstützen und Befestigen von Fenster- oder Türrahmen an der Begrenzung einer Wandöffnung

Patent Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE702911C (de) * 1937-04-25 1941-02-19 Felix Coenen Befestigungsvorrichtung von Blendrahmen im Mauerwerk
NL6513755A (nl) * 1965-10-25 1967-04-26
NL7203174A (nl) * 1972-03-10 1973-09-12
GB2124287A (en) * 1982-07-27 1984-02-15 Yoshida Kogyo Kk Window construction
FR2820455A1 (fr) * 2001-02-08 2002-08-09 Jean Claude Lascoutounas Dispositif de pose et reglage d'huisserie sur radier brut
DE20308879U1 (de) * 2003-06-05 2003-09-11 Fabricius Fastener Gmbh Montagekonsole für Fenster o.dgl.
EP1500767A2 (de) * 2003-07-25 2005-01-26 SFS intec Holding AG Vorrichtung zum Abstützen und Befestigen von Fenster- oder Türrahmen an der Begrenzung einer Wandöffnung

Cited By (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP2309089A3 (de) * 2009-10-06 2016-10-05 Knelsen GmbH Vorrichtung zum Fixieren eines Baukörpers in einer Gebäudeöffnung
WO2022137194A1 (en) * 2020-12-24 2022-06-30 Bds, Besloten Vennootschap Frame anchoring
BE1028945B1 (nl) * 2020-12-24 2022-07-25 Bds Kozijnverankering

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US8584410B2 (en) Fixed frame window or door system
US3690037A (en) Prefabricated door and frame assembly
US20160206157A1 (en) Shower door assemblies and methods for installing same
US9970231B2 (en) Quick release cladding system for fenestration frames
US11203898B2 (en) Security screen mounting system and method therefor
US9447579B2 (en) Sliding door and pivoting door for demountable wall system
CA2974560A1 (en) Window frame and architrave assembly
US4449562A (en) Mullion section member
NL2001812C2 (nl) Werkwijze voor het aanbrengen van een kozijn, in een daartoe bestemde opening in een muur, kozijn, en bevestigingsmiddel en drager voor gebruik tijdens het aanbrengen van een raamkozijn.
US20140259933A1 (en) Door coordinator accessory mounting bracket
EP3149264B1 (en) Support frame for sliding door systems
AT519861A4 (de) Rahmenloses Feuerschutzisolierverglasungssystem
BE1017089A7 (nl) Deur-en/of raamomlijsting met aanpasbare breedte.
JP2017106294A (ja) 壁パネル取付構造
US9290987B2 (en) Window frame with jamb extender
JP4896113B2 (ja) リフォーム用窓枠取付構造
CN109930945B (zh) 隐藏副套的安装方法
CN204782513U (zh) 易安装的铝合金门窗
US20160281414A1 (en) Window assembly to engage a window to the frame of a window opening of a building
KR200325635Y1 (ko) 복층유리 장착 블라인드
AT508029B1 (de) Wärmedämmsysteme ohne wärmebrücken für aussenwände an alt- und neubauten
RU139098U1 (ru) Алюминиевый профиль наличника для дверной коробки
US20210355743A1 (en) Door-ready molding
US20150143762A1 (en) Impact resistant fenestration unit
RU2599700C1 (ru) Способ крепления коробки двери к стенке проема и система профилей для изготовления коробки проема двери

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20140201