NL2001224C2

NL2001224C2 - Plafond airconditioner.

Info

Publication number: NL2001224C2
Application number: NL2001224A
Authority: NL
Inventors: Lee Byung Hee; Jun Je Hoon; Lim Young Seok; Lee Jong Won
Original assignee: Samsung Electronics Co Ltd
Priority date: 2007-08-06
Filing date: 2008-01-29
Publication date: 2009-09-30
Also published as: GB2451712A; GB0800255D0; GB2451712B; KR20090014599A; NL2001224A1; ITTO20080073A1; KR101271064B1

Description

VO

Titel: Plafond airconditioner

Deze aanvrage roept de voorrang in van de Koreaanse octrooiaanvrage No. 2007-0078665, ingediend op 6 augustus 2007 bij het Koreaanse Bureau voor Intellectueel Eigendom, waarvan de beschrijving als referentie deel uitmaakt van de onderhavige octrooiaanvrage.

5

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een plafond airconditioner, en meer in het bijzonder, op een plafond airconditioner waarin de montagestructuur van verdeelelementen, geïnstalleerd tussen beide einden van een warmtewisselaar, is verbeterd.

10

In het algemeen zijn airconditioners apparaten, die de temperatuur of de vochtigheid van lucht controleren door gebruik te maken van warmtetransport veroorzaakt door de verdamping en condensatie van een koelmedium. Deze airconditioners zijn onderverdeeld in staande 15 airconditioner, muur airconditioners, en plafond airconditioners volgens de montagevorm van een indoor-eenheid.

Figuur 1 is een deels opengewerkt aanzicht in perspectief van een algemene plafond airconditioner. Zoals getoond in figuur 1, omvat de 20 algemene plafond airconditioner een hoofdlichaam 1 voorzien van het geopende lage deel en ingebed in het plafond van een structuur. Een ventilator (niet getoond), die indoor-lucht bekrachtigd circuleert, en een warmtewisselaar 2, die de ventilator omgeeft en de circulerende indoorlucht koelt en verwarmt, zijn geïnstalleerd in het hoofdlichaam 1.

Zoals getoond in figuur 1, is een verdeelelement 4 geïnstalleerd in een ruimte 3 gevormd tussen beide einden van de warmtewisselaar 2. Het 25 2 verdeelelement 4 verhindert dat de indoor-lucht die het hoofdlichaam 1 in stroomt, door de ruimte 3 gevormd tussen beide einden van de warmtewisselaar 2 lekt. Verscheidene delen zijn verschaft aan de buitenkant van het verdeelelement 4 in het hoofdlichaam 1. Bijvoorbeeld, 5 pijpen 2a voor een koelmedium van de warmtewisselaar 2 zijn gelocaliseerd aan de buitenkant van het verdeelelement 4. Een sensor 5, die de temperatuur van de warmtewisselaar 2 meet en aldus data verschaft die nodig zijn voor het controleren van de airconditioner, is verbonden met elk van de pijpen 2a voor een koelmedium.

10

Verder is er een afvoerbak 6 voor het verzamelen van gecondenseerd water tijdens een warmtewisselingsproces geïnstalleerd op het lage deel van de warmtewisselaar 2.

15 In de hierboven beschreven airconditioner is het moeilijk om de sensor 5 te repareren of te vervangen, in het geval de sensor 5 buiten dienst raakt. Anders gezegd kan een arbeider de sensor 5 benaderen nadat de afvoerbak 6 en het verdeelelement 4 zijn gedemonteerd. Om de afvoerbak 6 te demonteren, dient water dat is opgeslagen in de afvoerbak 6 te worden 20 afgevoerd. Verder is er een controlekast 7 geïnstalleerd op het onderoppervlak van de afvoerbak 6, en om de afvoerbak 6 te scheiden van het hoofdlichaam 1, moet eerst gecompliceerde bedrading verbonden met de controlekast 7 worden gescheiden van het hoofdlichaam 1.

25 Daarom is een aspect van de uitvinding om een plafond airconditioner te verschaffen, waarin de montagestructuur van verdeelelementen is verbeterd zodat een arbeider makkelijk delen kan benaderen die aan de buitenkant van de verdeelelementen zijn geïnstalleerd zonder een afvoerbak te demonteren.

30 3

Volgens een aspect, verschaft de uitvinding een plafond airconditioner, die een hoofdlichaam heeft en een warmtewisselaar geïnstalleerd in het hoofdlichaam, omvattende een eerste verdeelelement en een tweede verdeelelement, geïnstalleerd in een ruimte gevormd tussen 5 beide einden van de warmtewisselaar en losmakelijk met elkaar verbonden.

Het eerste verdeelelement kan dichtbij een bovenoppervlak van het hoofdlichaam zijn geïnstalleerd, en het tweede verdeelelement kan onder het eerste verdeelelement zijn geïnstalleerd.

10

Het eerste verdeelelement kan losmakelijk zijn verbonden met ten minste één van het bovenoppervlak van het hoofdlichaam en de warmtewisselaar, en het ondereinde van het eerste verdeelelement kan zijn verbonden met een boveneinde van het tweede verdeelelement.

15

Het eerste verdeelelement kan steunribben omvatten die worden gesteund door het boveneinde van het tweede verdeelelement.

Het eerste verdeelelement kan een armeenheid omvatten die zich 20 uitstrekt naar een centrum van het bovenoppervlak van het hoofdlichaam.

Het tweede verdeelpaneel kan zijn bevestigd aan de warmtewisselaar.

25 Volgens een ander aspect, verschaft de onderhavige uitvinding een plafond airconditioner, die een hoofdlichaam heeft, een ventilator geïnstalleerd in het hoofdlichaam, een warmtewisselaar die de ventilator omgeeft, en een afvoerbak die wordt verschaft onder de ventilator en de warmtewisselaar, omvattende een eerste verdeelelement en een tweede 30 verdeelelement, geïnstalleerd tussen beide einden van de warmtewisselaar om de lekkage van lucht te verhinderen, waarbij een ondereinde van het eerste verdeelelement losmakelijk is verbonden met een boveneinde van het tweede verdeelelement.

4 5 Het eerste verdeelelement kan losmakelijk zijn gekoppeld met ten minste één van het hoofdlichaam en de warmtewisselaar.

Het boveneinde van het tweede verdeelelement kan zich uitstrekken naar de achterkant van het eerste verdeelelement wanneer de 10 eerste en tweede verdeelelementen zijn verbonden, en het eerste verdeelelement kan steunribben omvatten die op het achteroppervlak daarvan zijn verschaft en die achterwaarts uitsteken zo dat ze worden gesteund door het boveneinde van het tweede verdeelelement.

15 Het eerste verdeelelement kan een armeenheid omvatten die zich uitstrekt van een boveneinde van het eerste verdeelelement naar een centrum van het bovenoppervlak van het hoofdlichaam.

De warmtewisselaar kan pijpen voor een koelmedium omvatten die 20 zich uitstrekken van de binnenkant van het hoofdlichaam naar de buitenkant van de eerste en tweede verdeelelementen, en een warmtewisselaar sensor geïnstalleerd op elk van de pijpen voor een koelmedium.

25 De afvoerbak kan een verdeelpaneel omvatten dat is voorzien van een opening voor het passeren van de ventilator.

Deze en/of andere aspecten en voordelen van de uitvinding zullen duidelijk en makkelijker gewaardeerd worden vanuit de volgende 5 beschrijving van de uitvoeringsvormen, in combinatie met de bijgaande tekeningen, waarin:

Figuur 1 een deels opengewerkt aanzicht in perspectief is van een algemene plafond airconditioner; 5 Figuur 2 een aanzicht in doorsnede is van een plafond airconditioner volgens de onderhavige uitvinding;

Figuur 3 een opengewerkt aanzicht in perspectief is van de plafond airconditioner volgens de onderhavige uitvinding;

Figuur 4 een aanzicht in perspectief is van een deel van de plafond 10 airconditioner, waarin eerste en de tweede verdeelelementen zijn geïnstalleerd, gezien van de binnenkant van een hoofdlichaam;

Figuur 5 een aanzicht in perspectief is dat de installatie van het eerste verdeelelement op de plafond airconditioner illustreert, in figuur 4;

Figuur 6 een aanzicht in perspectief is van de eerste en tweede 15 verdeelelementen van de plafond airconditioner volgens de onderhavige uitvinding; en

Figuur 7 een aanzicht in perspectief is dat de scheiding van het eerste verdeelelement illustreert van de plafond airconditioner volgens de onderhavige uitvinding.

20

Er zal nu in detail worden gerefereerd naar de uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding, waarvan een voorbeeld wordt geïllustreerd in de bijgaande tekeningen, waarin soortgelijke verwijzingscijfers overal refereren naar soortgelijke elementen. Het uitvoeringsvoorbeeld is 25 hieronder beschreven om de onderhavige uitvinding uit te leggen door te verwijzen naar de bijgevoegde tekeningen.

Figuur 2 is een aanzicht in doorsnede van een plafond airconditioner volgens de onderhavige uitvinding, en figuur 3 is een 6 opengewerkt aanzicht in perspectief van de plafond airconditioner volgens de onderhavige uitvinding.

Zoals getoond in figuren 2 en 3, omvat de plafond airconditioner 5 van de onderhavige uitvinding een hoofdlichaam 10 voorzien van het geopende lage deel en ingebed in het plafond van een structuur, en een plafondpaneel 20 verbonden met het geopende lage deel van het hoofdlichaam 10.

10 Het hoofdlichaam 10 is ongeveer doosvormig. Een ventilator 11 voor het bekrachtigd circuleren van indoor-lucht, een ventilatormotor 12 voor het aandrijven van de ventilator 11, en een warmtewisselaar 30 die de ventilator 11 omgeeft voor het koelen van indoor-lucht door het wisselen van warmte met de binnengebrachte indoor-lucht zijn in het hoofdlichaam 10 15 geïnstalleerd. De ventilator 11 is verbonden met een draaias 12a van de ventilatormotor 12, en de ventilatormotor 12 is bevestigd aan het centrale deel van het bovenoppervlak van het hoofdlichaam 10. De warmtewisselaar 30 is zodanig geconfigureerd dat de warmtewisselaar 30 de ventilator 11 omgeeft.

20

Een afvoerbak 40 is geïnstalleerd op het lage deel van de warmtewisselaar 30. De afvoerbak 40 omvat een afvoerdeel 41 dat is verschaft op het lage deel van de warmtewisselaar 30 voor het verzamelen van gecondenseerd water gegenereerd tijdens een warmtewisselingsproces, 25 en een verdeelpaneel 42 gevormd in het afvoerdeel 41 voor het verdelen van de binnenkant van het hoofdlichaam in een aanzuiggebied en een afvoergebied.

Het afvoerelement 41 is kanaalvormig zodat het gecondenseerde 30 water dat van de warmtewisselaar 30 stroomt, kan worden verzameld in het 7 afvoerdeel 41, en verbindingsgaten 43, die zijn verbonden met afvoergaten 23 van het plafondpaneel 20, in de afvoerbak 40 zijn gevormd aan de buitenkant van het afvoerdeel 41. Het verdeelpaneel 42 heeft een vlakke paneelvorm voorzien van een opening 42a door het centrum daarvan. De 5 diameter van de opening 42a van het verdeelpaneel 42 is groter dan de buitendiameter van de ventilator 11 zodat de ventilator 11 door de opening 42a kan passeren. Daarbij komt dat, wanneer een arbeider de ventilator 11 wil scheiden van het hoofdlichaam 10 om delen die geïnstalleerd zijn in het hoofdlichaam 10 te repareren of te vervangen, de ventilator 11 kan worden 10 gescheiden van het hoofdlichaam 10 door de opening 42a zonder demontage van de afvoerbak 40.

Een klokvormig mondstuk 50 is geïnstalleerd onder het verdeelpaneel 42. Het klokvormig mondstuk 50 omvat een opening 51 door 15 het centrum van het klokvormige mondstuk 50 voor het passeren van binnengebrachte lucht, en een luchtgeleidingsvlak 52 gevormd in een gebogen vorm bij de opening 51. De omtrek van het klokvormige mondstuk 50 is losmakelijk verbonden met de opening 42a van het verdeelpaneel 42. Het klokvormige mondstuk 50 geleidt lucht, binnengebracht door een 20 aanzuiggat 21 van het plafondpaneel 20, naar de inlaatzijde van de ventilator 11.

Verder is een controlekast 60, waarin een veelvoud van elektrische onderdelen zijn ondergebracht voor het controleren van de werking van de 25 airconditioner, geïnstalleerd aan een kant van het onderoppervlak van het verdeelpaneel 42. De controlekast 60 is bevestigd aan het onderoppervlak van het verdeelpaneel 42 dichtbij het afvoerdeel 41. Een rechtlijnig gevormd deel 53 is verschaft bij de rand van het klokvormige mondstuk 50 dichtbij de controlekast 60. Het gevormde deel 53 verhindert dat het klokvormige 8 mondstuk 50 interfereert met de controlekast 60 wanneer het klokvormige mondstuk 50 wordt vastgemaakt aan en losgemaakt van de afvoerbak 40.

Het aanzuiggat 21, waardoor indoor-lucht wordt binnengebracht 5 naar de binnenkant van het hoofdlichaam 10 door de zuigkracht gegenereerd door de ventilator 11, loopt door het centrum van het plafondpaneel 20, en een filter 22 voor het filteren van vreemde substanties uit de lucht binnengebracht naar het binnenste van het hoofdlichaam 10 is geïnstalleerd in het aanzuiggat 21, Verder zijn de afvoergaten, waardoor 10 lucht die warmte heeft uitgewisseld in het hoofdlichaam 10, weer wordt afgevoerd naar de indoor-ruimte, gevormd in het plafondpaneel 20 op posities bij de buitenkant van het afvoergat 21, i.e., het buitenste deel van het plafondpaneel 20.

15 Figuur 4 is een aanzicht in perspectief van een deel van de plafond airconditioner, waarin eerste en tweede verdeelelementen zijn geïnstalleerd, gezien van de binnenkant van het hoofdlichaam, figuur 5 is een aanzicht in perspectief dat de installering van het eerste verdeelelement op de plafond airconditioner illustreert, in figuur 4, en figuur 6 is een aanzicht in 20 perspectief van de eerste en tweede verdeelelementen van de plafond airconditioner volgens de onderhavige uitvinding.

Zoals getoond in figuren 4 en 5, zijn een einde 30a en het andere einde 30b van de warmtewisselaar 30 die de ventilator 11 omgeeft, 25 gescheiden van elkaar met een beoogde afstand, een eerste verdeelelement 70 en een tweede verdeelelement 80 zijn geïnstalleerd in een ruimte 31 gevormd tussen beide einden 30a en 30b. Deze eerste en tweede verdeelelementen 70 en 80 dienen om te verhinderen dat een deel van de lucht, binnengebracht naar de binnenkant van het hoofdlichaam 10 door de 9 ventilator 11, weglekt door de ruimte 31 tussen beide einden 30a en 30b van de warmtewisselaar 30.

Pijpen 32 voor een koelmedium die zijn verbonden met de 5 warmtewisselaar 30, zijn geïnstalleerd aan de buitenkant van de eerste en tweede verdeelelementen 70 en 80 in het hoofdlichaam 10, en een warmtewisselaarsensor 33 voor het meten van de temperatuur van de warmtewisselaar 30 is geïnstalleerd op elk van de pijpen 32 voor een koelmedium. De warmtewisselaarsensor 33 meet de temperatuur van een 10 koelmedium dat door de pijpen voor een koelmedium stroomt op een positie dichtbij de warmtewisselaar 30, en verschaft aldus data die nodig zijn voor het controleren van de werking van de airconditioner.

De warmtewisselaar 30 is voorzien van warmtewisselaarhouders 15 34, waarvan elke is verbonden met het corresponderende einde van beide einden 30a en 30b. De warmtewisselaarhouders 34 hebben ongeveer een C-vorm om aldus drie oppervlakken (voor-, zij-, en achteroppervlakken) van elke van beide einden 30a en 30b van de warmtewisselaar 30 te omgeven.

De warmtewisselaarhouders 34 dienen om de einden 30a en 30b van de 20 warmtewisselaar 30 te beëindigen en om de eerste en tweede deelelementen 70 en 80 vast te maken.

Zoals getoond in figuren 4 tot 6, zijn de eerste en tweede verdeelelementen 70 en 80 verschaft in de longitudinale richting, en zijn 25 deze losmakelijk met elkaar verbonden. Omdat de eerste en tweede verdeelelementen 70 en 80 losmakelijk met elkaar zijn verbonden, kan een arbeider de warmtewisselaarsensor 33 geïnstalleerd aan de buitenkant van de eerste en tweede verdeelelementen 70 en 80 benaderen nadat slechts een van de eerste en tweede verdeelelementen 70 en 80 zijn gescheiden van het 10 hoofdlichaam 10, waarbij hij in staat is de warmtewisselaarsensor 33 te repareren of te vervangen.

Hierna zal een voorbeeld worden beschreven, waarin het eerste 5 verdeelelement 70 makkelijk kan worden gescheiden van het hoofdlichaam 10 onder de voorwaarde dat het tweede verdeelelement 80 is bevestigd aan de binnenkant van het hoofdlichaam 10. Echter, door een geschikte modificatie, kan het tweede verdeelelement 80 makkelijk worden gescheiden van het hoofdlichaam 10 onder de voorwaarde dat het eerste verdeelelement 10 70 is bevestigd aan de binnenkant van het hoofdlichaam 10.

Het tweede verdeelelement 80 is gelocaliseerd onder het eerste verdeelelement 70, en beide zijden van het tweede verdeelelement 80 zijn respectievelijk bevestigd aan de warmtewisselaarhouders 34 met 15 bevestigingsschroeven 81. Het tweede verdeelelement 80 is voorzien van een montagedeel 82 voor een pomp en een draadbevestigingsdeel 83. Een afvoerpomp (niet getoond) voor het naar buiten afvoeren van het gecondenseerde water, verzameld in de afvoerbak 40, is geïnstalleerd in het montagedeel 82 voor de pomp, en een deel van een draad (niet getoond) die 20 zich uitstrekt van de ventilatormotor 12 naar de controlekast 60 is bevestigd aan het draadbevestigingsdeel 83.

Het eerste verdeelelement 70 is gelocaliseerd dichtbij een bovenoppervlak 10a van het hoofdlichaam 10. Het eerste verdeelelement 70 25 is losmakelijk verbonden met het bovenoppervlak 10a van het hoofdlichaam 10 en de warmtewisselaar 30. Beide zijden van het eerste verdeelelement 70 zijn respectievelijk bevestigd aan de warmtewisselaarhouders 34 met de bevestigingsschroeven 71. Het eerste verdeelelement 70 is voorzien van een armeenheid 72 die zich uitstrekt van het boveneinde daarvan naar het 30 midden van het bovenoppervlak van het hoofdlichaam 10. De armeenheid 72 11 omvat verbindingsonderdelen 73, die elk een verbindingsgat 73a hebben, voor het verbinden van het eerste verdeelelement 70 met het bovenoppervlak 10a van het hoofdlichaam 10. Hoewel deze uitvoeringsvorm het eerste verdeelelement 70 verbonden met zowel de warmtewisselaar 30 5 als het hoofdlichaam 10 toont, kan het eerste verdeelelement 70 zijn verbonden met de warmtewisselaar 30 of het hoofdlichaam 10.

Geleidingskanalen 74 en 75 zijn respectievelijk verschaft in de vooroppervlakken van de armeenheid 72 en het eerste verdeelelement 70.

10 De geleidingskanalen 74 en 75 dienen om de draad (niet getoond) te geleiden die zich uitstrekt van de ventilatormotor 12 naar de controlekast 60. Een afsluitbocht 76 is geïnstalleerd op het lage deel van het geleidingskanaal 74 gevormd in de armeenheid 72, en dient om te verhinderen dat de draad, die door het geleidingskanaal 74 wordt geleid, 15 naar beneden hangt.

Zoals getoond in figuur 6, is het ondereinde 70a van het eerste verdeelelement 70 losmakelijk verbonden met het boveneinde 80a van het tweede verdeelelement 80. Wanneer de eerste en tweede verdeelelementen 20 70 en 80 zijn verbonden, dan strekt het boveneinde 80a van het tweede verdeelelement 80 zich uit naar de achterkant van het ondereinde 70a van het eerste verdeelelement 70. Steunribben 77 steken uit van het achteroppervlak van het ondereinde 70a van het eerste verdeelelement 70 zo dat het eerste verdeelelement 70 kan worden gesteund door het 25 boveneinde 80a van het tweede verdeelelement 80 dat zich uitstrekt naar de achterkant van het eerste verdeelelement 70.

Hierna zal een werking voor het demonteren van de airconditioner voor het repareren van een onderdeel (bijvoorbeeld de 30 warmtewisselaarsensor 33) geïnstalleerd aan de buitenkant van de eerste 12 en tweede verdeelelementen 70 en 80 van de airconditioner worden beschreven met referentie naar figuren 4 tot 7. Figuur 7 is een aanzicht in perspectief dat de verwijdering toont van het eerste verdeelelement van de plafond airconditioner volgens de onderhavige uitvinding.

5

Om de warmtewisselaarsensor 33 die geïnstalleerd is aan de buitenkant van de eerste en tweede verdeelelementen 70 en 80, wordt het plafondpaneel 20 gescheiden van het hoofdlichaam 10. Nadat het plafondpaneel 20 is gescheiden van het hoofdlichaam 10, wordt het 10 klokvormige mondstuk 50 gescheiden van het onderoppervlak van de afvoerbak 40. Omdat het klokvormige mondstuk 50 en de controlekast 60 niet met elkaar interfereren, is het hier niet nodig om de controlekast 60 te scheiden van de afvoerbak 40 wanneer het klokvormige mondstuk 50 wordt gescheiden van de afvoerbak 40.

15

Daarna wordt de ventilator 11 gescheiden van de ventilatormotor 12, en wordt uit het hoofdlichaam 10 genomen door de opening 42a gevormd in het verdeelpaneel 42 van de afvoerbak 40. Wanneer de ventilator 11 wordt gescheiden van het hoofdlichaam 10, zoals hierboven beschreven, kan 20 een arbeider het eerste verdeelelement 70 benaderen. In de hierboven beschreven situatie, worden de bevestigingsschroeven 71 uit het eerste verdeelelement 70 genomen. Dan wordt het eerste verdeelelement 70 scheidbaar van het hoofdlichaam 10 en de warmtewisselaar 30.

25 Omdat het ondereinde 70a van het eerste verdeelelement 70 losmakelijk is verboden met het boveneinde 80a van het tweede verdeelelement 80, is het eerste verdeelelement 70 gescheiden van het hoofdlichaam 10, de warmtewisselaar 30, en het tweede verdeelelement 80 wanneer het boveneinde van de armeenheid 72 van het eerste 30 verdeelelement 70 naar beneden is getrokken.

13

Dan kan een arbeider de warmtewisselaarsensor 33 die is geïnstalleerd aan de buitenkant van de eerste en tweede verdeelelementen 70 en 80, benaderen, en aldus de warmtewisselaarsensor 33 repareren en vervangen.

5

Zoals duidelijk is vanuit de beschrijving hierboven, verschaft de onderhavige uitvinding een plafond airconditioner, waarin onderdelen geïnstalleerd aan de buitenkant van verdeelelementen kunnen worden gerepareerd of vervangen zonder het demonteren van een afvoerbak, 10 waarvan het demonteren moeilijk is, waarbij aldus de efficiëntie van het onderhouden en repareren van de onderdelen wordt vergroot.

Hoewel een uitvoeringsvorm van de uitvinding is getoond en beschreven, zal het door de vakman worden gewaardeerd dat wijzigingen in 15 deze uitvoeringsvorm kunnen worden gemaakt zonder af te wijken van de principes en geest van de uitvinding, waarvan de reikwijdte wordt gedefinieerd in de conclusies en de equivalenten daarvan.

Claims

1. Een plafond airconditioner, die een hoofdlichaam heeft en een warmtewisselaar geïnstalleerd in het hoofdlichaam, omvattende: een eerste verdeelelement en een tweede verdeelelement, geïnstalleerd in een ruimte gevormd tussen beide einden van de 5 warmtewisselaar en losmakelijk met elkaar verbonden.

2. De plafond airconditioner volgens conclusie 1, waarbij het eerste verdeelelement dichtbij een bovenoppervlak van het hoofdlichaam is geïnstalleerd, en het tweede verdeelelement onder het eerste 10 verdeelelement is geïnstalleerd.

3. De plafond airconditioner volgens conclusie 2, waarbij het eerste verdeelelement losmakelijk is verbonden met ten minste één van het bovenoppervlak van het hoofdlichaam en de warmtewisselaar, en een 15 ondereinde van het eerste verdeelelement is verbonden met een boveneinde van het tweede verdeelelement.

4. De plafond airconditioner volgens conclusie 2 of 3, waarbij het eerste verdeelelement steunribben omvat die worden gesteund door het 20 boveneinde van het tweede verdeelelement.

5. De plafond airconditioner volgens een van de conclusies 1-4, waarbij het eerste verdeelelement een armeenheid omvat die zich uitstrekt naar een centrum van het bovenoppervlak van het hoofdlichaam. 25

6. De plafond airconditioner volgens een van de conclusies 1-5, waarbij het tweede verdeelelement is bevestigd aan de warmtewisselaar.

7. Een plafond airconditioner, die een hoofdlichaam heeft, een ventilator geïnstalleerd in het hoofdlichaam, een warmtewisselaar die de ventilator omgeeft, en een afvoerbak die wordt verschaft onder de ventilator 5 en de warmtewisselaar, omvattende: een eerste verdeelelement en een tweede verdeelelement, geïnstalleerd tussen beide einden van de warmtewisselaar om de lekkage van lucht te verhinderen, waarbij een ondereinde van het eerste verdeelelement losmakelijk 10 is verbonden met een boveneinde van het tweede verdeelelement.

8. De plafond airconditioner volgens conclusie 7, waarbij het eerste verdeelelement losmakelijk is gekoppeld met ten minste één van het hoofdlichaam en de warmtewisselaar.

9. De plafond airconditioner volgens conclusie 7 of 8, waarbij het boveneinde van het tweede verdeelelement zich uitstrekt naar de achterkant van het eerste verdeelelement wanneer de eerste en tweede verdeelementen zijn verbonden, en het eerste verdeelelement steunribben 20 omvat die op het achteroppervlak daarvan zijn verschaft en die achterwaarts uitsteken zo dat ze worden gesteund door het boveneinde van het tweede verdeelelement.

10. De plafond airconditioner volgens een van de conclusies 7-9, 25 waarbij het eerste verdeelelement een armeenheid omvat die zich uitstrekt van een boveneinde van het eerste verdeelelement naar een centrum van het bovenoppervlak van het hoofdlichaam.

11. De plafond airconditioner volgens een van de conclusies 7-10, 30 waarbij de warmtewisselaar pijpen voor een koelmedium omvat die zich uitstrekken van de binnenkant van het hoofdlichaam naar de buitenkant van de eerste en tweede verdeelelementen, en een warmtewisselaarsensor geïnstalleerd op elk van de pijpen voor een koelmedium.

12. De plafond airconditioner volgens een van de conclusies 7-11, waarbij de afvoerbak een verdeelpaneel omvat voorzien van een opening voor het passeren van de ventilator.