NL2001189C2 - Retourgeleidingsbochtstuk. - Google Patents

Description

P83591NL00

Titel: Retourgeleidingsbochtstuk

De uitvinding heeft betrekking op een retourgeleidingsbochtstuk voor een kettingtransporteur.

Een dergelijke kettingtransporteur omvat gewoonlijk een transportbaan met een steunvlak waar overheen een aantal naast elkaar 5 verlopende sporen met modulaire transportkettingen worden geleid. De modulaire transportkettingen, ook wel scharnierbandketting genoemd, zijn gewoonlijk eindloos uitgevoerd, zodat een bovenpart van de transportketting over het steunvlak loopt, en een retourpart van de transportketting via omloopwielen retour wordt geleid. Het retourpart hangt gewoonlijk vrij en 10 wordt alleen plaatselijk ondersteund. Wanneer het steunvlak van de transportbaan een bocht omvat, moet het retourpart van de kettingsporen echter ook om de bocht worden geleid. Hiertoe kunnen retourgeleidingsbochtstukken worden toegepast.

Een dergelijk retourgeleidingsbochtstuk voor een 15 kettingtransporteur omvat gewoonlijk een behuizing die een gekromd verlopende geleidingsbaan definieert voor het geleiden en ondersteunen van één of meer modulaire transportkettingen in een retour van een kettingtransporteur. Bij het bekende retourgeleidingsbochtstuk is de behuizing voorzien van gekromd verlopende radiale binnen- en 20 buitenwanden die aan een bovenzijde zijn gesloten door een verbindingsdeel en waarvan de onderzijde open is. Nabij de open onderzijde zijn de binnen-en buitenwanden voorzien van groeven voor het daarin opnemen van de zijranden van het bied van de kettingmodules.

Omdat dergelijke retourgeleidingsbochtstukken gewoonlijk door 25 fabrikanten van modulaire transportkettingen geleverd worden aan een groot aantal bouwers van kettingtransporteurs, moeten ze in een zeer groot aantal typen leverbaar zijn. Zo kan bijvoorbeeld de kromtestraal, de 2 bochtlengte en het aantal in de geleidingsbaan te geleiden kettingsporen variëren. Hierdoor worden de retourgeleidingsbochtstukken veelal gefreesd uit massief kunststof materiaal aan de hand van de gewenste ontwerpgegevens. Het retourgeleidingsbochtstuk kan eventueel deel 5 uitmaken van een geleidingsbochtstuk met een verdere geleidingsbaan voor het bovenpart van de transporteur. Een dergelijk bochtstuk wordt door de vakman ook wel aangeduid als een bochtstuk met geïntegreerde retour.

Nadelig aan het bekende bochtstuk is dat het in sommige toepassingen slijtage op het transportvlak van de terug te geleiden 10 transportketting kan veroorzaken. Met name kan bij het teruggeleiden van kunststof kettingen in omgevingen met abrasief materiaal ongelijkmatige slijtage van het transportvlak ontstaan op de plaatsen waar de kettingmodules samenwerken met de geleidingsgroeven in de binnen- en buitenwanden van de behuizing van het retourgeleidingsbochtstuk. Door 15 deze ongelijkmatige slijtage aan het transportvlak van de modulaire transportketting kan het gebeuren dat producten die op het transportvlak worden getransporteerd, omvallen. Dit kan bijvoorbeeld optreden wanneer meerdere kettingsporen naast elkaar verlopen en de producten zijdelings van de ene transportketting naar de andere transportketting worden 20 overgeschoven.

De uitvinding beoogt een retourgeleidingsbochtstuk waarmee met behoud van genoemde voordelen, genoemde nadelen kunnen worden tegengegaan. Daartoe voorziet de uitvinding in een retourgeleidingsbochtstuk voor een kettingtransporteur, omvattende een 25 behuizing die een gekromd verlopende geleidingsbaan definieert voor het geleiden en ondersteunen van één of meer modulaire transportkettingen van een retour van een kettingtransporteur, waarbij de behuizing is voorzien van in baanrichting met vrije tussenruimte uiteengeplaatste, zich over de radiale breedte van de geleidingsbaan uitstrekkende 30 geleidingsstukken voor samenwerking met naar onder gekeerde 3 transportvlakken van de modules van de transportketting(en) van de kettingtransporteur.

Door het retourgeleidingsbochtstuk te voorzien van met vrije tussenruimten uiteen geplaatste, zich over de radiale breedte van de 5 geleidingsbaan uitstrekkende geleidingsstukken kan worden bereikt dat het naar onder gekeerde transportvlak van de modules van de modulaire transportketting(en) dwars op de transportrichting over hun gehele breedte wordt ondersteund, en dat eventuele vervuilingen via de vrije tussenruimten tussen de geleidingsstukken kan worden afgevoerd. Hierdoor 10 kan slijtage van het transportvlak gelijkmatiger zijn, en overigens sterk worden verminderd.

Verdere voordelige uitvoeringsvormen van de uitvinding zijn weergegeven in de volgconclusies. De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van een aantal uitvoeringsvoorbeelden die in een tekening zijn 15 weergegeven. In de tekening toont:

Fig. IA een schematisch perspectivisch onderaanzicht van een eerste uitvoeringsvorm van een retourbochtgeleidingsstuk;

Fig. 1B een schematisch vooraanzicht van het retourgeleidingsbochtstuk van fig. IA waarin een modulaire 20 transportketting is opgenomen,

Fig. 1C een schematisch onderaanzicht van het retourgeleidingsbochtstuk van fig. IA,

Fig. 2A een schematisch perspectivisch onderaanzicht van een tweede uitvoeringsvorm van een retourgeleidingsbochtstuk; 25 Fig. 2B een schematisch vooraanzicht van het retourgeleidingsbochtstuk van fig. 2A waarin een modulaire transportketting is opgenomen;

Fig. 2C een schematisch onderaanzicht van het retourgeleidingsbochtstuk van fig. 2A; 4

Fig. 3A een schematisch perspectivisch onderaanzicht van een derde uitvoeringsvorm van een retourgeleidingsbochtstuk;

Fig. 3B een schematisch vooraanzicht van het retourgeleidingsbochtstuk van fig. 3A waarin een modulaire 5 transportketting is opgenomen;

Fig. 3C een schematisch onderaanzicht van het retourgeleidingsbochtstuk van fig. 3A;

Fig. 4A een schematisch perspectivisch onderaanzicht van een vierde uitvoeringsvorm van een retourgeleidingsbochtstuk; 10 Fig. 4B een schematisch vooraanzicht van het retourgeleidingsbochtstuk van fig. 4A waarin een aantal modulaire transportkettingen is opgenomen, en

Fig. 4C een schematisch onderaanzicht van het retourgeleidingsbochtstuk van fig. 4A.

15 Opgemerkt wordt dat de figuren slechts schematische weergaven betreffen van voorkeursuitvoeringsvormen van de uitvinding die worden gegeven als niet-limiterende uitvoeringsvoorbeelden. In de figuren zijn gelijke of corresponderende onderdelen met dezelfde verwijzingscijfers weergegeven.

20 Figuur 1 toont een retourgeleidingsbochtstuk 1 voor een kettingtransporteur. Het retourgeleidingsbochtstuk 1 omvat een behuizing 2. De behuizing 2 definieert een gekromd verlopende geleidingsbaan 3 voor het geleiden en ondersteunen van één of meer modulaire transportkettingen van een retour van een kettingtransporteur. Zoals hier weergegeven 25 definieert de behuizing 2 een enkelvoudige geleidingsbaan 3 voor het geleiden en ondersteunen van een retourpart van één modulaire transportketting 4. In een retourgeleidingsbocht van een kettingtransporteur kunnen eventueel meerdere van dergelijke bochtstukken in radiale richting naast elkaar zijn geplaatst. Ook kunnen 30 meerdere bochtstukken in transportrichting achter elkaar zijn geplaatst.

5

Het moge duidelijk zijn dat de behuizing 2 ook meerdere enkelvoudige geleidingsbanen 3 kan definiëren voor het geleiden en ondersteunen van één of meer modulaire transportkettingen van een retour van een kettingtransporteur. Voorts kan de behuizing 2 een meervoudige 5 geleidingsbaan 3 definiëren waarin de retourparten van meerdere transportkettingen 4 gezamenlijk worden geleid en ondersteund, zoals bijvoorbeeld is weergegeven bij de uitvoeringsvorm van figuur 4. Tevens is een combinatie mogelijk, d.w.z. een aantal parallel opgestelde retourgeleidingsbochten met meervoudige geleidingsbanen, of een 10 combinatie daarvan.

De behuizing 2 is voorzien van gekromd verlopende radiale binnenwanden 5 en van gekromd verlopende radiale buitenwanden 6. In fig. IA is goed te zien dat de geleidingsbaan 3 is voorzien van een uitsparing 14 voor het daarin op nemen van de scharnierdelen 15 van de kettingmodules 15 van de transportketting. De transportketting 4 wordt bij het doorlopen van de gekromd verlopende geleidingsbaan door de bocht heen geleid doordat zijwanden 16 van de scharnierdelen 15 van de kettingmodules samenwerken met de radiale buitenzijwand 17 van de geleidingsbaan.

De behuizing 2 is voorts voorzien van zich over de gehele radiale 20 breedte van de geleidingsbaan 3 uitstrekkende geleidingsstukken 7 voor samenwerking met een naar onder gekeerd transportvlak 8 van het retourpart van de modulaire transportketting 4. De geleidingsstukken 7 strekken zich hier uit tussen de radiale binnenwanden 5 en de radiale buitenwanden 6. De geleidingsstukken 7 zijn in de met dubbele pijl P 25 aangegeven baanrichting met vrije tussenruimten 9 uiteen geplaatst. De geleidingsstukken 7 strekken zich uit vanaf de binnenwand 5 tot aan de buitenwand 6, en verlopen in hoofdzaak in radiale richting. De vrije tussenruimten 9 zijn bij voorkeur uitgevoerd als doorgaande openingen die naar onder toe open zijn. Zoals in fig. 1B te zien is, kan het transportvlak 8 30 van het retourpart van een modulaire transportketting 4 dwars op de 6 transportrichting P over de gehele breedte worden ondersteund doordat het geleidingsoppervlak 10 van de geleidingsstukken 7 zich in radiale richting over de gehele radiale breedte van de geleidingsbaan 3 vanaf de binnenwand 5 tot aan de buitenwand 6 uitstrekt. Eventuele vervuilingen 5 kunnen ter plaatste van de vrije tussenruimten 9 worden afgevoerd. Het geleidingsoppervlak 10 kan in hoofdzaak plat zijn uitgevoerd. Eventueel kan het geleidingsoppervlak 10 zijn voorzien van groeven.

In dit uitvoeringsvoorbeeld kan de behuizing 2 bijvoorbeeld zijn vervaardigd door deze te frezen uit een blok kunststofmateriaal. De 10 behuizing 2 kan dan gootvormig worden uitgevoerd, waarbij het geleidingsoppervlak 10 deel uitmaakt van een gootbodem 11 die in radiale richting de binnenwanden 5 en de buitenwanden 6 verbindt. De vrije tussenruimten 9 kunnen dan bijvoorbeeld zijn uitgevoerd als gefreesde uitsparingen 12, zodat het resterende oppervlak van de gootbodem 11 de 15 geleidingsstukken 7 vormt.

In de in figuur 2 weergegeven uitvoeringsvorm maken de geleidingsstukken 7 deel uit van een van uitsparingen 12 voorziene afzonderlijke geleidingsplaat 13 die de binnen- en buitenwanden 5,6 verbindt. In dit uitvoeringsvoorbeeld is de geleidingsplaat 13 met behulp 20 van schroeven losneembaar met respectievelijk de binnen- en buitenwand verbonden. Uiteraard kan de geleidingsplaat 13 ook op andere wijze de binnenwand 5 met de buitenwand 6 verbinden, bijvoorbeeld doordat deze in groeven is opgenomen die respectievelijk aan de radiale binnenzijde van de buitenwand 5 en aan de radiale buitenzijde van de binnenwand 6 zijn 25 aangebracht. Opgemerkt wordt dat de geleidingsstukken 7 zich in deze uitvoeringsvorm enigszins schuin tussen de binnen- en buitenwanden uitstrekken.

In figuur 3 is een derde uitvoeringsvorm van de retourgeleidingsbocht 1 getoond. In deze uitvoeringsvorm zijn de 30 geleidingsstukken 7 opgenomen tussen de binnenwanden 5 en de 7 buitenwanden 6. De geleidingsstukken 7 zijn hier uitgevoerd als een aantal afzonderlijke modules. De afzonderlijke modules zijn daarbij bij voorkeur in hoofdzaak identiek. Door de geleidingsstukken 7 modulair uit te voeren, kan het vervaardigen van een groot aantal verschillende typen 5 retourgeleidingsbochten kosteneffectief worden gerealiseerd. De geleidingsstukken 7 kunnen losneembaar met de binnen- en buitenwanden verbonden zijn. In dit uitvoeringsvoorbeeld is voorzien in inkepingen 18 aan respectievelijk de radiale binnenzijde van de buitenwand en de radiale buitenzijde van de binnenwand.

10 De geleidingsstukken zijn hier in hoofdzaak langwerpig en recht uitgevoerd. Het geleidingsoppervlak 10 van de geleidingsstukken 7 is in hoofdzaak gekromd uitgevoerd. Het geleidingsoppervlak 10 is daarbij gekromd om een krommingsas die zich in radiale richting uitstrekt. Het geleidingsoppervlak 10 kan bijvoorbeeld (een deel van) een manteloppervlak 15 van een cilinder, prisma of conus zijn. Op elegante wijze zijn de geleidingsstukken 7 in hoofdzaak dunwandig uitgevoerd. In de in figuur 3 getoonde uitvoeringsvorm zijn de geleidingsstukken 7 in hoofdzaak plaatvormig. Op voordelige wijze zijn de geleidingsstukken 7 uitgevoerd als geleidingstrips 19 met een enigszins bol gebogen oppervlak. Door het 20 geleidingsstuk 7 uit te voeren in metaal, worden goede loopeigenschappen verkregen met bijvoorbeeld kunststoffen kettingmodules. De boiling van de geleidingsstrips 19 zorgt daarbij niet alleen voor een goed geleidingsoppervlak 10 voor samenwerking met het transportvlak 8 van de kettingmodules van de kettingtransporteur. Ook kunnen de geleidingsstrips 25 19 door hun boiling gemakkelijk in een sleufvormige uitsparing van de behuizing 2 van het retourgeleidingsbochtstuk 1 worden vastgezet.

Eventueel kunnen de zijwanden 5, 6 een aantal met vooraf bepaalde tussenafstand uiteen geplaatste montagesleuven als inkepingen 18 worden aangebracht. Hierdoor kan het monteren van de geleidingsstrips 19 op 30 eenvoudige en goed gedefinieerde wijze worden uitgevoerd door telkens een 8 geleidingsstuk 7 door verzwenking tussen tegenoverliggende inkepingen 18 in te zetten. Zoals in figuur 3B goed zichtbaar is, strekken de geleidingsstukken 7 zich over de gehele breedte van de geleidingsbaan 3 uit, zodat dwars op de transportrichting het transportvlak van de modules van 5 het retourpart van de transportketting 4 wordt ondersteund. Op gemerkt wordt dat bij deze uitvoeringsvorm tussen de geleidingsstrips een zeer grote vrije tussenruimte 9 aanwezig is, hetgeen het afvoeren van eventuele vervuilingen ten goede komt.

In figuur 4 is een vierde uitvoeringsvorm van een 10 retourgeleidingsbochtstuk 1 getoond. In deze uitvoeringsvorm zijn de geleidingsstukken buisvormig uitgevoerd. De geleidingsstukken 7 kunnen bijvoorbeeld uitgevoerd zijn als holle pijpen 21. Als alternatief kunnen de geleidingsstukken 7 ook zijn uitgevoerd uit massief materiaal, bijvoorbeeld als sleuven of assen. De geleidingsstukken 7 kunnen zijn uitgevoerd uit 15 metaal of een kunststof die goede loopeigenschappen heeft met het transportvlak 8 van de modules van de te geleiden modulaire transporteur. In deze uitvoeringsvorm zijn de geleidingsstukken 7 voorzien van tussenstukken 22 waarmee ze met de binnen- en buitenwanden 5, 6 van de behuizing zijn verbonden. Hierdoor kunnen de radiale binnen- en 20 buitenwanden 5, 6 van het deel van de behuizing 2 waarin de geleidingsgroef is aangebracht, minder hoog worden uitgevoerd. Dit bespaart materiaal en vergemakkelijkt het afvoeren van eventuele vervuilingen. In deze uitvoeringsvorm is de geleidingsbaan 3 meervoudig uitgevoerd. De geleidingsstukken strekken zich hier over de radiale breedte 25 van de geleidingsbaan 3 langs meerdere transportkettingen uit.

Het zal de vakman duidelijk zijn dat de uitvinding niet beperkt is tot de hier weergegeven uitvoeringsvoorbeelden, maar de vele varianten mogelijk zijn binnen het bereik van de uitvinding zoals verwoord in de hiernavolgende conclusies.

Claims (15)

1. Retourgeleidingsbochtstuk voor een kettingtransporteur, omvattende een behuizing die een gekromd verlopende geleidingsbaan definieert voor het geleiden en ondersteunen van één of meer modulaire transportkettingen van een retour van een kettingtransporteur, waarbij de 5 behuizing is voorzien van in baanrichting met vrije tussenruimte uiteengeplaatste, zich over de radiale breedte van de geleidingsbaan uitstrekkende geleidingsstukken voor samenwerking met naar onder gekeerde transportvlakken van de modules van de transportketting(en) van de kettingtransporteur.

2. Retourgeleidingsbocht volgens conclusie 1, waarbij de geleidingsstukken modulair zijn uitgevoerd.

3. Retourgeleidingsbocht volgens conclusie 1 of 2, waarbij de geleidingsstukken zijn opgenomen tussen radiale binnen- en buitenwanden van de behuizing.

4. Retourgeleidingsbocht volgens een der conclusies 1-3, waarbij de geleidingsstukken een in hoofdzaak langwerpig, recht geleidingslichaam omvatten.

5. Retourgeleidingsbocht volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het geleidingsvlak in hoofdzaak gekromd is uitgevoerd.

6. Retourgeleidingsbocht volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de geleidingsstukken in hoofdzaak dunwandig zijn.

7. Retourgeleidingsbocht volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de geleidingsstukken zijn uitgevoerd als geleidingsstrips.

8. Retourgeleidingsbocht volgens een der voorgaande conclusies 1-7, 25 waarbij de geleidingsstukken zijn uitgevoerd als pijpen.

9. Retourgeleidingsbocht volgens een der voorgaande conclusies 1-5, waarbij de geleidingsstukken zijn uitgevoerd als staven of assen.

10. Retourgeleidingsbocht volgens conclusie 1, waarbij de geleidingsstukken deel uitmaken van een van openingen voorzien geleidingsvlak.

11. Retourgeleidingsbocht volgens conclusie 10, waarbij het 5 geleidingsvlak in hoofdzaak plat is.

12. Retourgeleidingsbocht volgens een der conclusies 10 of 11, waarbij het de behuizing in hoofdzaak gootvormig is uitgevoerd, en waarbij het geleidingsvlak een van uitsparingen voorziene gootbodem vormt die radiale binnen- en buitenwanden van de behuizing verbindt.

13. Retourgeleidingsbocht volgens een der conclusies 10-12, waarbij het geleidingsvlak een van uitsparingen voorziene, boogvormig verlopende afzonderlijke geleidingsplaat die een radiale binnenwand en een radiale buitenwand van de behuizing verbindt.

14. Retourgeleidingsbochtstuk volgens een der voorgaande conclusies, 15 waarbij de behuizing voorts een verdere geleidingsbaan omvat voor het geleiden en ondersteunen van één of meer modulaire transportkettingen van een bovenpart van een kettingtransporteur.

15. Kettingtransporteur, omvattende een retourgeleidingsbochtstuk volgens een der voorgaande conclusies.