NL2000357C2

NL2000357C2 - Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van polyurethaan producten, in het bijzonder dagmerken voor boeien.

Info

Publication number: NL2000357C2
Application number: NL2000357A
Authority: NL
Inventors: Bernardus Antonius Augustinius Eertman
Original assignee: Herikon B V
Priority date: 2006-12-06
Filing date: 2006-12-06
Publication date: 2008-06-09
Also published as: EP1930144A3; PL1930144T3; EP1930144A2; DK1930144T3; EP1930144B1; ATE543624T1

Description

WERKWIJZE EN INRICHTING VOOR HET VERVAARDIGEN VAN POLYURETHAAN PRODUCTEN, IN HET BIJZONDER DAGMERKEN VOOR BOEIEN

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vullen van een 5 matrijs met polyurethaan ten behoeve van het vervaardigen van polyurethaan producten, in het bijzonder dagmerken voor boeien.

De kunststof polyurethaan combineert een hoge sterkte en stijfheid aan hoge elasticiteit en is derhalve uitstekend geschikt als grondstof voor uiteenlopende producten.

In de praktijk worden polyurethaan producten vervaardigd door polyurethaan te 10 verwarmen tot een gewenste temperatuur en de verwarmde polyurethaan in een verwarmde matrijs te gieten. Het aldus gegoten product dient in de matrijs uit te harden. Vervolgens kan het aldus ontstane product uit de matrijs worden verwijderd en zo nodig aan een nabehandeling worden onderworpen. Deze handelingen vinden plaats op de voor polyurethaan per se gebruikelijke wijze op het vakgebied.

15 De onderhavige uitvinding heeft betrekking op het gieten van het verwarmde polyurethaan in de matrijs. Dit gietproces wordt doorgaans handmatig uitgevoerd met behulp van een vulslang. Deze vulslang wordt daartoe door een bedieningspersoon in de matrijs gehouden en door de matrijs bewogen totdat de matrijs met de gewenste hoeveelheid polyurethaan is gevuld. Afhankelijk van de grootte van de matrijs zijn er 20 meerdere bedieningspersonen rond de matrijs opgesteld, die de vulslang aan elkaar doorgeven.

Het nadeel van de bekende werkwijze is dat er tijden het vullen van de matrijs luchtbelvorming op kan treden in het gietproduct. Luchtbelvorming leidt tot zichtbare zwakke plekken in het resulterende polyurethaan product, die afbreuk doen aan de kwaliteit 25 daarvan. Dit resulteert weer in een hoog percentage afkeur dat een grote economische schadepost vormt.

De uitvinding heeft tot doel om een werkwijze van de aan het begin genoemde soort te verschaffen, die dit nadeel opheft.

De werkwijze volgens de uitvinding omvat daartoe de volgende stappen: het 30 opstellen van een verdeelinrichting nabij de matrijs, welke verdeelinrichting een behuizing omvat, die is voorzien van een toevoer voor polyurethaan en van twee of meer afvoeren, die zijn ingericht voor afgifte van polyurethaan op twee of meer ruimtelijk gescheiden posities; het toevoeren van polyurethaan aan de verdeelinrichting; en het met behulp van de afvoeren afgeven van de toegevoerde polyurethaan aan de matrijs op de twee of meer 35 ruimtelijk gescheiden posities.

2

Met de werkwijze volgens de uitvinding wordt het polyurethaan gelijktijdig op meerdere ruimtelijk gescheiden posities in de matrijs gegoten waardoor luchtbelvorming effectief wordt vermeden, zodat de kwaliteit van de aldus gegoten producten aanzienlijk verbetert. De werkwijze volgens de uitvinding heeft bovendien het voordeel dat het 5 optreden van kleurontmenging wordt vermeden. Kleurontmenging is een nadelig effect dat in de stand der techniek bekend is en optreedt bij het gieten van gekleurde polyurethaan volgens de bekende werkwijze.

Volgens een praktische voorkeursuitvoeringsvorm omvat stap a) van de werkwijze verder de stap van het opstellen van de verdeelinrichting boven de matrijs.

10 Volgens een verdere praktische voorkeursuitvoeringsvorm omvat stap b) van de werkwijze het aansluiten van de toevoer van de verdeelinrichting op een reservoir met polyurethaan.

Volgens een optimale voorkeursuitvoeringsvorm omvat stap c) het met behulp van de afvoeren afgeven van de toegevoerde polyurethaan aan de matrijs op vier ruimtelijk 15 gescheiden posities.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een verdeelinrichting voor toepassing bij de werkwijze volgens de uitvinding, welke verdeelinrichting een behuizing omvat, die is voorzien van een toevoer voor polyurethaan en van twee of meer afvoeren, die zijn ingericht voor afgifte van polyurethaan op twee of meer ruimtelijk gescheiden posities. Met 20 behulp van deze verdeelinrichting kan de polyurethaan automatisch worden verdeeld over de afvoeren, en bijvoorbeeld gelijkmatig op de ruimtelijk gescheiden posities worden afgegeven.

In een elegante voorkeursuitvoeringsvorm van de verdeelinrichting volgens de uitvinding bevinden zich in de behuizing een aantal doorgangen, die de toevoer met elk 25 van de afvoeren verbinden. Door keuze van de afmetingen van de doorgangen is elke gewenste verdeling van de toegevoerde polyurethaan over de afvoeren op betrouwbare wijze te bereiken.

In een praktische voorkeursuitvoeringsvorm is de behuizing voorzien van twee of meerafvoeropeningen, waarin een aansluiting is opgenomen voor losneembare verbinding 30 van afgiftemiddelen. Het gewenste aantal te gebruiken afvoeropeningen kan steeds worden afgestemd op de beoogde toepassing. Niet benutte afvoeropeningen kunnen eenvoudig voor gebruik worden afgesloten. Dankzij de losneembare verbinding is de verdeelinrichting na gebruik eenvoudig te reinigen.

In een verdere praktische voorkeursuitvoeringsvorm is de behuizing voorzien van 35 een toevoeropening met een aansluiting voor losneembare verbinding van 3 toevoermiddelen. Ook deze losneembare verbinding draagt bij aan het beoogde reinigingsgemak.

Bij voorkeur zijn de afgiftemiddelen en/of de toevoermiddelen buisvormig, bijvoorbeeld gepantserde slangen.

5

De uitvinding zal nu in meer detail worden besproken aan de hand van de tekeningen, waarin

Figuur 1 een schematisch aanzicht van een verdeelinrichting volgens de uitvinding toont; 10 Figuur 2 de verdeelinrichting uit figuur 1 in dwarsdoorsnede toont; en

Figuur 3 de verdeelinrichting uit figuur 1 toont opgesteld boven een matrijs.

In de figuren zijn gelijke onderdelen aangeduid middels gelijke verwijzingscijfers.

15 Figuur 1 toont een schematisch aanzicht van een verdeelinrichting 1 volgens de uitvinding. Verdeelinrichting 1 omvat een behuizing 2, die is voorzien van een toevoer 3 voor polyurethaan. De behuizing 2 omvat verder afvoeren 4A, 4B, 4C, 4D voor afgifte van polyurethaan op twee of meer ruimtelijk gescheiden posities. In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm is gekozen voor vier afvoeren voor het op vier ruimtelijke 20 posities afgeven van polyurethaan.

Figuur 2 toont de verdeelinrichting 1 in dwarsdoorsnede. De behuizing 2 is voorzien van afvoeropeningen 2-2, 2-3, 2-4,2-5 waarop respectievelijk aansluitingen 24A, 24B, 24C, 24D zijn aangebracht voor losneembare verbinding met buisvormige afgiftemiddelen 14A, 14B, 14C, 14D. De afvoeren 4A, 4B, 4C, 4D zijn elk gevormd door 25 één van de aansluitingen 24A, 24B, 24C, 24D met de bijbehorende respectieve afgiftemiddelen 14A, 14B, 14C, 14D. Voor de volledigheid wordt opgemerkt dat in de dwarsdoorsnede van figuur 2 alleen afvoeropeningen 2-2 en 2-4 met aansluiting 24A respectievelijk 24C voor buisvormige afgiftemiddelen 14A respectievelijk 14C zichtbaar zijn.

30 De behuizing 2 is verder voorzien van een toevoeropening 2-1 waarop een aansluiting 23 is aangebracht voor losneembare verbinding van buisvormige toevoermiddelen 13. De aansluiting 23 en de toevoermiddelen 13 vormen samen de toevoer 3.

Een voorbeeld van geschikte buisvormige afgiftemiddelen zijn gepantserde 35 vulslangen, die in de praktijk reeds gebruikt worden bij het handmatig vullen van de matrijs 4 zoals beschreven in de inleiding van deze aanvrage. De genoemde gepantserde vulslang is een voorbeeld van een geschikt toevoermiddel.

De behuizing 2 is althans ten dele hol. In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm bevinden zich in de behuizing 2 een aantal doorgangen, die de toevoeropening 2-1 met elk 5 van de afvoeropeningen 2-2, 2-3, 2-4, 2-5 verbinden. Deze doorgangen vormen een verdeelstuk voor het gelijkmatig verdelen van de aan toevoer 3 toegevoerde polyurethaan over de afvoeren 4A, 4B, 4C, 4D. In de dwarsdoorsnede zijn alleen doorgangen 5A en 5C zichtbaar.

In figuur 3 is de werking van de verdeelinrichting volgens de uitvinding 10 geïllustreerd. Figuur 3 toont schematisch de verdeelinrichting 1 opgesteld boven een matrijs 100. Matrijs 100 kan elke matrijs zijn die bestemd is voor het vervaardigen van polyurethaan producten, in het bijzonder grote polyurethaan producten met een relatief kleine wanddikte. In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm is de matrijs bestemd voor het vervaardigen van polyurethaan dagmerken voor boeien. Dagmerken voor boeien dienen ter 15 markering op in vaarwater gelegen boeien te worden aangebracht. De slijtagebestendige eigenschappen van polyurethaan zijn hierbij van bijzonder voordeel. Door toevoeging van kleurstof aan polyurethaan kunnen de dagmerken bovendien in de voorgeschreven kleuren worden geleverd zonder dat er verdere nabewerkingen nodig zijn. De toevoeging van kleurstoffen vindt plaats op de voor polyurethaan per se gebruikelijke wijze op het 20 vakgebied.

De werkwijze voor het gieten van polyurethaan in een matrijs volgens de uitvinding omvat de volgende stappen.

Allereerst wordt de verdeelinrichting 1 volgens de uitvinding opgesteld nabij de matrijs 100. Ter bevordering van het vullen van de matrijs wordt de verdeelinrichting 1 bij 25 voorkeur hoger dan de matrijs 100 geplaatst. In figuur 3 is de verdeelinrichting 1 zelfs boven de matrijs 100 aangebracht. Het ondersteunen van de verdeelinrichting 1 kan met behulp van diverse technieken plaatsvinden, afhankelijk van de omgeving van de matrijs en de beschikbare hulpmiddelen. In het kader van de onderhavige uitvinding zal hier niet verder op in worden gegaan.

30 Vervolgens wordt het polyurethaan waarmee de matrijs 100 dient te worden gevuld aan de verdeelinrichting 1 toegevoerd. Dit kan plaatsvinden door het aansluiten van de toevoer 3 van de verdeelinrichting op een reservoir met polyurethaan (niet getoond).

Tenslotte wordt de toegevoerde polyurethaan in de verdeelinrichting 1 verdeeld over de afvoeren 4A, 4B, 4C en 4D, die zich op ruimtelijk gescheiden posities bevinden. In 35 de voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de afvoeren als afgiftemiddelen vier vulslangen 5 14A, 14B, 14C, 14D, die op vier ruimtelijk gescheiden posities in de matrijs 100 zijn gestoken. Bij voorkeur reiken de afgiftemiddelen bij benadering tot de bodem van de te vullen ruimte in de matrijs. Met behulp van de twee of meer afgiftemiddelen wordt de matrijs gelijktijdig op de ruimtelijk gescheiden posities met polyurethaan gevuld. De pijlen 5 geven de stromingsrichting van de polyurethaan aan. Voor de duidelijkheid wordt opgemerkt dat in het getoonde aanzicht slechts twee van de vier afvoeren zichtbaar zijn, evenals bij figuur 2.

De afmetingen van de afvoeropeningen 2-2 t/m 2-5 in de behuizing, de aansluitingen 24A - 24D en de afgiftemiddelen 14A - 14D bepalen mede de verdeling van 10 de polyurethaan over de afvoeren. Doorgaans zal het polyurethaan in hoofdzaak gelijkmatig over de afvoeren worden verdeeld.

De uitvinding is vanzelfsprekend niet beperkt tot de getoonde en beschreven voorkeursuitvoeringsvorm. Het zal duidelijk zijn dat de werkwijze volgens de uitvinding in het algemeen geschikt is voor het vervaardigen van diverse producten van alle soorten 15 polyurethaan. Na het lezen van deze beschrijving moet een deskundige op het vakgebied in staat worden geacht dit uit te voeren.

De uitvinding berust in het algemeen op het inzicht dat door het polyurethaan gelijktijdig op meerdere ruimtelijk gescheiden posities in de matrijs te gieten de kwaliteit van de resulterende producten aanzienlijk verbetert. Dit geldt in versterkte mate voor grote, 20 dunwandige polyurethaan producten.

Claims

1. Werkwijze voor het gieten van polyurethaan in een matrijs, omvattende de volgende stappen: 5 a) het opstellen van een verdeelinrichting nabij de matrijs, welke verdeelinrichting een behuizing omvat, die is voorzien van een toevoer voor polyurethaan en van twee of meer afvoeren, die zijn ingericht voor afgifte van polyurethaan op twee of meer ruimtelijk gescheiden posities; b) het toevoeren van polyurethaan aan de verdeelinrichting; en 10 c) het met behulp van de afvoeren afgeven van de toegevoerde polyurethaan aan de matrijs op de twee of meer ruimtelijk gescheiden posities.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij stap a) omvat het opstellen van de verdeelinrichting boven de matrijs. 15

3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, waarbij stap b) omvat het aansluiten van de toevoer van de verdeelinrichting op een reservoir met polyurethaan.

4. Werkwijze volgens conclusie 1,2 of 3, waarbij stap c) omvat het met behulp van de 20 afvoeren afgeven van de toegevoerde polyurethaan aan de matrijs op vier ruimtelijk gescheiden posities.

5. Verdeelinrichting voor toepassing bij de werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, welke verdeelinrichting een behuizing omvat, die is voorzien van een toevoer 25 voor polyurethaan en van twee of meer afvoeren, die zijn ingericht voor afgifte van polyurethaan op twee of meer ruimtelijk gescheiden posities.

6. Verdeelinrichting volgens conclusie 5, waarin zich in de behuizing een aantal doorgangen bevinden, die de toevoer met elk van de afvoeren verbinden. 30

7. Verdeelinrichting volgens conclusie 5 of 6, waarin de behuizing is voorzien van twee of meer afvoeropeningen, waarin een aansluiting is opgenomen voor losneembare verbinding van afgiftemiddelen. 35

8. Verdeelinrichting volgens conclusie 5 of 6, waarin de behuizing is voorzien van een toevoeropening waarin een aansluiting is opgenomen voor losneembare verbinding van toevoermiddelen.

9. Verdeelinrichting conclusie 7 of 8, waarin de afgiftemiddelen en/of de toevoermiddelen buisvormig zijn.

10. Verdeelinrichting conclusie 9, waarin de afgiftemiddelen en/of de toevoermiddelen, gepantserde slangen zijn. 10