NL194325C - Werkwijze voor het vervaardigen van buisvormige ingotvormen bedoeld voor installaties voor het continu gieten van staal. - Google Patents

Werkwijze voor het vervaardigen van buisvormige ingotvormen bedoeld voor installaties voor het continu gieten van staal. Download PDF

Info

Publication number
NL194325C
NL194325C NL9002678A NL9002678A NL194325C NL 194325 C NL194325 C NL 194325C NL 9002678 A NL9002678 A NL 9002678A NL 9002678 A NL9002678 A NL 9002678A NL 194325 C NL194325 C NL 194325C
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
doom
mold
sectors
molding
linear
Prior art date
Application number
NL9002678A
Other languages
English (en)
Other versions
NL194325B (nl
NL9002678A (nl
Original Assignee
Europa Metalli Lmi
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Europa Metalli Lmi filed Critical Europa Metalli Lmi
Priority to NL9002678A priority Critical patent/NL194325C/nl
Priority to US07/624,037 priority patent/US5136872A/en
Priority to US07/854,226 priority patent/US5233859A/en
Publication of NL9002678A publication Critical patent/NL9002678A/nl
Publication of NL194325B publication Critical patent/NL194325B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL194325C publication Critical patent/NL194325C/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B22CASTING; POWDER METALLURGY
    • B22DCASTING OF METALS; CASTING OF OTHER SUBSTANCES BY THE SAME PROCESSES OR DEVICES
    • B22D11/00Continuous casting of metals, i.e. casting in indefinite lengths
    • B22D11/04Continuous casting of metals, i.e. casting in indefinite lengths into open-ended moulds
    • B22D11/057Manufacturing or calibrating the moulds
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B21MECHANICAL METAL-WORKING WITHOUT ESSENTIALLY REMOVING MATERIAL; PUNCHING METAL
    • B21DWORKING OR PROCESSING OF SHEET METAL OR METAL TUBES, RODS OR PROFILES WITHOUT ESSENTIALLY REMOVING MATERIAL; PUNCHING METAL
    • B21D9/00Bending tubes using mandrels or the like
    • B21D9/12Bending tubes using mandrels or the like by pushing over a curved mandrel; by pushing through a curved die
    • B21D9/125Bending tubes using mandrels or the like by pushing over a curved mandrel; by pushing through a curved die by pushing through a curved die

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Manufacturing & Machinery (AREA)
  • Continuous Casting (AREA)
  • Metal Extraction Processes (AREA)

Description

1 194325
Werkwijze voor het vervaardigen van buisvormige ingotvormen bedoeid voor insiaiiaties voor het continu gieten van staal
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van buisvormige 5 gietvormen of ingotvormen in koper of koperlegeringen op zodanige wijze gevormd dat deze een in hoofdzaak gekromde langshartiijn hebben en bedoeld voor continue staalgietende installaties, waarbij deze omvat: een eerste stap, omvattende het wentelen van een eerste einde van een buisvormige vormling met een rechte hartlijn, door koude plastische deformatie, op zodanige wijze dat bij dit einde een ringvormige 10 schouder gevormd wordt; een tweede stap, omvattende het vormen van die vormiing op zodanige wijze dat daaraan een gekromde vorm opgelegd wordt, waarin de langshartiijn daarvan een in hoofdzaak boogvormige gedaante aanneemt, waarbij die tweede stap verwezenlijkt wordt door het in een vorm opbrengen van druk op het uitwendige oppervlak van de vormling gericht in een richting in hoofdzaak loodrecht op die hartlijn van de vormling; 15 een derde stap, omvattende het in de vormling met een bepaalde verhoudingsgewijs grote radiale speling inbrengen van een doom met uitwendige gedaante en afmetingen gelijk aan de inwendige gedaante en afmetingen van de doom, die deze moet verkrijgen en het aangrijpen van een eerste einde van de doom tegen die ringvormige schouder; een vierde stap, omvattende het leiden van die vormling door een matrijs van een trekplaat met zodanige 20 afmetingen dat de materialen van die vormling vervormd worden, om het inwendige oppervlak van de vormling nauwkeurig overeen te doen komen met het uitwendige oppervlak van die doom, waarbij die vierde stap verwezenlijkt wordt door het uitoefenen van een in hoofdzaak axiale kracht op die doom op zodanige wijze dat die kracht overgebracht wordt naar de vormling door de aangrijping van de doom op die ringvormige schouder; 25 een vijfde stap, üitgevoerd indien die vormling door die matrijs gegaan is, omvattende het uitoefenen van een in hoofdzaak axiale kracht op die doom in een richting tegenovergesteld aan die van de kracht uitgeoefend in de voorgaande stap, terwijl een einde van die vormling tegenover die ringvormige schouder op betreffende aanligsectoren aangebracht onder die matrijs aangegrepen wordt; en een zesde stap, waarbij aan het eerste einde van de buisvormige vormling een einddeel met de ringvormige 30 schouder wordt verwijderd.
Bij een installatie voor het continu gieten van staal, zoals deze bekend is, gaat door die gietvormen een stroming gesmolten metaal, dat de stolling daarvan begint terwijl het daardoor gaat onder invloed van een heftige koeling verwezenlijkt door het omlopen van een koelmiddelfluïdum, dat over het buitenoppervlak van de gietvormen zelf stroomt.
35 Teneinde de functies die noodzakelijk zijn daarvoor perfect uit te voeren, moeten gietvormen van dit soort een complex stel gunstige eigenschappen hebben. Ten eerste moeten deze voorzien zijn van inwendige oppervlakken met een zeer aanzienlijke oppervlaktehardheid en een afwerking, teneinde neerslag daarop mogelijk te maken van een laag bekledingsmateriaal (bijvoorbeeld Chroom) dat op doelmatige wijze weerstand kan bieden aan de slijtwerking veroorzaakt door het schuiven van het gesmolten staal, alsmede 40 het mogelijk maakt dat dit schuiven met geringe wrijving plaatsvindt. In de tweede plaats moet de dwarsdoorsnede van de gietvorm enigszins afnemen langs de hartlijn daarvan (kegelvormig profiel), op zodanige wijze dat altijd perfecte overdracht van warmte naar het koelmiddel verzekerd wordt, dat over het uitwendige oppervlak van de gietvorm stroomt. In praktijk is gebleken dat wanneer een dergelijke vermindering in dwarsdoorsnede langs de hartlijn niet aanwezig is, vanwege de krimp van het materiaal dat stolt in 45 overeenstemming met de uitwendige lagen daarvan, het mogelijk is dat het materiaal gescheiden raakt van het inwendige oppervlak van de gietvorm, hetgeen de warmte-overdrachtscoëfficiënt aanzienlijk beperkt tussen het metaal en de gietvorm zelf.
De werkwijze volgens de in de aanhef genoemde soort is bekend uit de Nederlandse ter inzage legging 8402183. Volgens deze werkwijze wordt aan een eerste einde van een vormling een schouder gevormd, die 50 kan worden gebruikt voor het tegen de schouder afsteunen van een doom. Deze doom wordt in de vormling geplaatst voordat de vormling door een matrijs van een trekplaat wordt geleid. Met behulp van de werkwijze volgens de stand van de techniek is het echter niet mogelijk om te garanderen dat de doom voorafgaande aan en tijdens het bewegen van de vormling door de matrijs van de trekplaat op de juiste wijze in de vormling is gecentreerd.
55 Het is het doel van de uitvinding in een werkwijze te voorzien voor het bereiden van gietvormen of ingotvormen van het beschreven soort, waarmee het mogelijk is alle nadelen samenhangende met de bekende werkwijzen uit te sluiten.
194325 2
Dit doel wordt door de uitvinding verwezenlijkt, doordat in de eerste stap aan het eerste einde een hellende ringvormige schouder wordt gevormd, coaxiaal met een langsymmetrieas van de buisvormige vormling.
Door de aanwezigheid van de hellende schouder wordt de doom beter gecentreerd in de gekromde 5 vormling dan volgens de stand van de techniek mogelijk is. Volgens de uitvinding is het voordelig dat in de derde stap de radiale speling tussen de doom en de vormling in hoofdzaak gelijk is op alle punten.
Volgens de uitvinding is het mogelijk dat de eerste stap uitgevoerd wordt door het inbrengen van het eerste einde van de rechtlijnige vormling in een puntvormige inrichting, omvattende een veelheid van radiaal beweegbare sectoren nabij elkaar aangebracht met een gelijkblijvende scheiding in een cirkelvormige ring, 10 om met betreffende overeenkomende inwendig radiaal hellende werkoppervlakken een tapse holte te begrenzen hellend naar de bodem en met variabele breedte, waarbij die rechtlijnige vormling coaxiaal ten opzichte van die tapse holte aangebracht wordt, en het op dat eerste einde van die rechtlijnige vormling gelijktijdig uitoefenen van radiale en axiale drukspanningen, verkregen door het klemmen van dat eerste einde van die rechtlijnige vormling tussen die sectoren en het in toenemende mate verplaatsen van deze 15 laatste naar de hartlijn van die rechtlijnige vormling gelijktijdig in dezelfde omvang, op zodanige wijze dat toenemende vermindering van de afmetingen van die holte gekregen wordt en het axiaal drukken van die rechtlijnige vormling tegen die sectoren met een axiale kracht die net voldoende is omdat eerste einde van de vormling voortdurend in aanraking te houden met de hellende werkoppervlakken van die sectoren, op zodanige wijze dat de axiale spanningscomponent die overgebracht wordt naar die rechtlijnige vormling door 20 de verplaatsing van die sectoren in evenwicht gebracht wordt.
Daarbij is het mogelijk dat die hellende werkoppervlakken van die sectoren van de puntvormende inrichting voorzien zijn van een veelheid van trappen geschikt om de aangrijping op dat eerste einde van de rechthoekige vormling te bevorderen.
! 25 Voor een beter begrip van de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding worden de fundamentele stappen daarvan thans beschreven naar de hand van een niet-beperkend voorbeeld verwijzend naar de bijgevoegde tekeningen, waarin: figuren 1,4 en 10 gebruikte vormlingen weergeven gebruikt of verkregen bij de werkwijze volgens de uitvinding; 30 figuren 2, 3, 5, 6, 7, 8 en 9 schematisch achtereenvolgende stappen bij de werkwijze volgens de uitvinding weergeven; en figuren 11,12, 13 en 14 respectievelijk een langsdoorsnede en dwarsdoorsneden van de gietvorm of ingotvorm weergeven verkregen met de werkwijze volgens de uitvinding.
35 Een gietvorm of ingotvorm bruikbaar bij installaties voor het continu gieten van staal en verkregen met de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding is in figuren 11 tot en met 14 afgebeeld, waar deze in het geheel aangegeven is met het verwijzingscijfer 100. De gietvorm 100 heeft in hoofdzaak de gedaante van een buisvormig element met een gekromde langssymmetriehartlijn 101, bijvoorbeeld gevormd als een cirkelboog (figuur 11) en heeft een inwendige dwarsdoorsnede die steeds verder afneemt langs die hartlijn, 40 op zodanige wij ze dat deze een inwendig tapse of kegelvormige gedaante vormt langs de hartlijn 101 beginnend vanaf het einde 102 daarvan met groter dwarsdoorsnedeoppervlak en zich uitstrekkend naar het tegenoverliggende einde 103, dat een kleinere inwendige dwarsdoorsnede heeft dan het einde 102; waarbij de dwarsdoorsnedegedaante van de gietvorm of ingotvorm 100 enige passende gedaante kan zijn en bij voorkeur vierkant is, zoals in de tekeningen getoond.
45 De werkwijze volgens de uitvinding wordt uitgevoerd uitgaande van een vormling 1 met buisvormige gedaante met een rechte hartlijn van het soort afgebeeld in figuur 1; deze vormling 1 is vervaardigd van koper of een van de legeringen daarvan, bijvoorbeeld door eenvoudige extrusie of door enige andere passende werkwijze en heeft een rechte langssymmetriehartlijn opnieuw aangegeven met 101, die, zoals hieronder zal blijken, de hartlijn van de ingotvorm of gietvorm 100 zal worden.
50 De werkwijze omvat een eerste stap voor het wentelen van een einde 2 van de vormling 1 door koude plastische deformatie op zodanige wijze dat bij dit einde een hellende ringvormige schouder 3 gevormd wordt, die perfect coaxiaal is met de hartlijn 101 zoals in figuur 4 getoond is, die een vormling toont verkregen bij het einde van de eerste stap.
Volgens een belangrijke eigenschap van de werkwijze volgens de uitvinding wordt deze eerste koude 55 plastische deformatiestap uitgevoerd door de handelingen die schematisch in figuren 2 en 3 getoond zijn.
Aan de hand van deze figuren blijkt dat de vorming van de hellende schouder 3 verwezenlijkt wordt door middel van een puntvorminrichting 4, omvattende een veelheid van sectoren of "bekken1’ 5 gevormd als 3 194325 cirkeivormige sectoren en aangebracht teneinde radiaai beweegbaar te zijn bijvoorbeeld onder sturing van passende hydraulische bedieningsorganen (bekend en vanwege de eenvoud niet afgebeeld) op een ringvormige draagconstructie (eveneens vanwege de eenvoud niet afgebeeld) waarop deze naast elkaar aangebracht zijn met een gelijkblijvende scheiding in een cirkelvormige ring om met betreffende overeenko-5 mende hellende en radiaal binnenliggende werkoppervlakken daarvan, aangegeven met 6, een tapse holte 7 te begrenzen hellend naar de onderzijde daarvan en met variabele breedte.
Daarbij wordt de rechte vormling 1 coaxiaal met de kegelvormige holte 7 aangebracht en na scheiding tot de maximum mogelijke afmetingen daarvan wordt het einde 2 daarvan ingebracht in het inwendige van de inrichting 4 net in de holte 7. Vervolgens worden op de einden 2 van de vormling 1 gelijktijdig radiale en 10 axiale drukspanningen uitgeoefend verkregen door het klemmen van het einde 2 tussen de sectoren 5 en het steeds verder verplaatsen daarvan naar de hartlijn 101 in de richting van de piji (figuur 3) alie gelijktijdig in dezelfde omvang op zodanige wijze dat toenemende vermindering in de afmetingen van de holte 7 verkregen wordt en gelijktijdig het axiaal drijven van de vormling 1 tegen de sectoren 5, in het bijzonder tegen de hellende werkoppervlakken 6, in de richting van de pijl en met een axiale kracht net voldoende om 15 het element 2 voortdurend in aanraking te houden met de oppervlakken 6 teneinde de axiale spannings-component in evenwicht te brengen met deze laatste overgebracht naar de vormling 1 als gevolg van de centripetale radiale verplaatsing naar de hartlijn 101 van de sectoren 5. Op deze wijze wordt het einde 2 plastisch gedeformeerd, als gevolg waarvan deze taps toeloopt in dwarsdoorsnede en als gevolg waarvan deze langer wordt. Teneinde de aangrijping van de sectoren 5 op het einde 2 van de vormling 1 te 20 bevorderen, zijn de hellende werkoppervlakken 6 van de inrichting 4 elk voorzien van een veelheid van trappen 106, die, in figuren 2 en 3, op een veel grotere schaal met betrekking tot de werkelijkheid weergegeven zijn teneinde de wrijving te vergroten tussen de sectoren 5 en de vormling 1. Bij het einde van deze eerste stap van de werkwijze wordt een vormling 8 verkregen, die in figuur 4 afgebeeld is en waarbij in het typische afgebeelde voorbeeld de uitgangsvormling een vierkante dwarsdoorsnede heeft, een ringvormig 25 hellende schouder 3 heeft met in hoofdzaak afgeknot pyramidevormige gedaante.
De werkwijze volgens de uitvinding omvat vervolgens een tweede stap voor het vormen van de vormling 8, op zodanige wijze dat daaraan een gekromde gedaante opgelegd wordt waarin de langshartlijn daarvan een gedaante, bijvoorbeeld een cirkelboog, aanneemt. Zoals uit figuur 5 duidelijk blijkt wordt deze stap uitgevoerd bij het uitoefenen van in hoofdzaak radiale druk op het uitwendige oppervlak van de 30 vormling 8. Deze druk kan op doelmatige wijze uitgeoefend worden door middel van een matrijs in hoofdzaak omvattende een concaaf gekromd aangrijpoppervlak 9 en een beweegbaar deel 10 geschikt om daarna geplaatst te worden en eveneens gekromd te worden maar convex.
Bij een derde stap van de werkwjjze volgens de uitvinding wordt een doom 12 ingebracht in de zo verkregen vormling 11, waarbij de doom 12 een uitwendige gedaante en afmeting heeft gelijk aan de 35 inwendige afmetingen van de gietvorm die deze moet verkrijgen. Bij deze stap wordt een benedeneinde 120 van de doom 12 gedwongen aan te grijpen tegen de hellende ringvormige schouder 3 zoals duidelijk blijkt in figuur 6. De inwendige afmetingen van de vormling 1 afgebeeld in figuur 1, die begint met een rechte hartlijn, zijn zodanig gekozen dat de inwendige afmetingen van het gedeeltelijk gerede product 11, gebruikt bij deze derde stap, groter zijn dan de maximum afmetingen van de doom 12, op zodanige wijze dat tussen 40 de doom 12 en het gedeeltelijk gerede product 11 een bepaalde radiale speling G vrij blijft, die in hoofdzaak op alle punten gelijkblijvend is. Volgens de uitvinding moet deze speling G tamelijk groot zijn, bijvoorbeeld in de orde van verscheidene millimeters of meer en moet in hoofdzaak gelijkblijvend gehouden worden over het gehele inwendige oppervlak van het gedeeltelijk afgewerkte product 11 en het uitwendige oppervlak van de doom 12. Het gelijkblijvend zijn van de speling G, alsmede het perfect coaxiaal in lijn zijn tussen de 45 doom 12 en het gedeeltelijk afgewerkte product 11 wordt volgens de uitvinding verkregen dankzij de hellende vorm van de ringvormige schouder 3, die een afgeknot kegelvormige inlaat vormt, in het bijzondere afgebeelde voorbeeld een afgeknot pyramidevormige inlaat voor de doom 12, die bij gevolg zelfcentrerend kan zijn ten opzichte van de gedeeltelijk afgewerkte vormling 11. De doorn 12 volgens de uitvinding heeft eveneens dezelfde kromming van de langshartlijn daarvan waarin deze de hartlijn 101 van de ingotvorm 50 moet treffen die verwezenlijkt moet worden en loopt taps naar het einde 120 daarvan.
Het samenstel, gevormd door de gedeeltelijk afgewerkte vormling 11 en de doom 12 met speling daarbinnen aangebracht en gecentreerd daarin gehouden door de zelfcentrerende werking van de hellende schouder 3, wordt bij een vierde stap van de werkwijze gedwongen door een matrijs 15 (figuur 7) te gaan van een trekplaat van verder bekend soort, met zodanige afmetingen dat het materiaal van de gedeeltelijk 55 afgewerkte vormling zelf gedeformeerd wordt en voor het stevig drukken van het inwendige oppervlak daarvan tegen het uitwendige oppervlak van de doom. In het bijzonder zijn de inwendige afmetingen van de matrijs 15 gelijk aan de uitwendige afmetingen van de ingotvorm die deze moet verkrijgen en liggen dicht bij 194325 4 de inwendige afmetingen van de gedeeltelijk afgewerkte vormling 11, waardoor tijdens het uitvoeren van deze stap het wegnemen van de speling G veroorzaakt wordt met daaruit volgend persen en verlengen van de vormling 11 tegen de doom 12.
Deze stap wordt verwezenlijkt door het uitoefenen van een in hoofdzaak axiale kracht op de doom 12, op 5 zodanige wijze dat de kracht zelf overgebracht wordt naar de vormling 11, door het aangrijpen van de doom 12 op de ringvormige schouder 3. Zoals uit de schets van figuur 7 blijkt, wordt tijdens die vierde stap een boveneinde 16 van de doom 12, tegenover het benedeneinde 120 gedwongen heen en weer te bewegen in het vlak dat de boogvormige langsas van de doorn 12 bevat en dat in hoofdzaak samenvalt met de hartlijn 101 van de vormling 11, terwijl de matrijs 15 eveneens in hetzelfde vlak heen en weer bewogen wordt om 10 een hartlijn waarvan de lijn met 17 aangegeven is. Dit wordt bijvoorbeeld verkregen door middel van scharnierende verbindingen van bekende soort samenvallend met deze hartlijnen aangebracht.
Tijdens deze stap wordt, vanwege de vermindering van de afmetingen van de dwarsdoorsnede van de gedeeltelijk afgewerkte vormling 11 terwijl deze door de matrijs 15 gaat, alsmede het inwendige oppervlak daarvan de uitwendige gedaante van de doom doet aannemen, eveneens een aanzienlijk door bewerken 15 harden van het materiaal van het oppervlak zelf veroorzaakt, dat daaraan een wezenlijke hardheid en daarom een aanzienlijke weerstand bij slijtage geeft. Vastgesteld is dat,indien de trekhandeling die in deze vierde stap verwezenlijkt wordt plaatsgevonden heeft bij de aanwezigheid van tamelijk grote speling tussen de doorn 12 en de gedeeltelijk afgewerkte vormling 11 zoals hiervoor aangegeven, het inwendig oppervlak van de vormling nauwkeurig de gedaante van het uitwendige oppervlak van de doom 12 aanneemt De 20 hartlijn 101 valt samen mét de langshartlijn van de doom 12 en gelijktijdig neemt het materiaal van het inwendige oppervlak van de vormling een zeer grote hardheid aan. In feite wordt slechts bij de aanwezigheid van deze zeer grote spelingen het materiaal van de vormling 11, dat moet gaan van de oorspronkelijke gedaante naar de uiteindelijke gedaante, onderworpen aan radiale en axiale verplaatsingen met aanzienlijke omvang voortgebracht door de werking van de radiale en axiale druk uitgeoefend door de opening van de 25 matrijs op het uitwendige oppervlak van de vormling die bewerkt wordt. In figuur 8 is het samenstel van vormling en doom bij het einde van die vierde stap getoond.
Eveneens is gebleken dat voor het verkrijgen van deze resultaten het wezenlijk is dat de speling G gelijkmatig verdeeld wordt tussen de doorn 12 en de vormling 11, dat wil zeggen dat deze laatste perfect coaxiaal is met de doorn 12 en dit wordt bij de werkwijze volgens de uitvinding verkregen dankzij de 30 zelfcentrerende werking van de hellende schouder 3.
De werkwijze omvat bovendien een vijfde stap uitgevoerd indien de vormling 11 door de matrijs 15 gegaan is, voor het uitoefenen van een in hoofdzaak axiale kracht op de doom 12 in een richting tegenovergesteld aan die van de kracht uitgeoefend bij de voorgaande stap. Tijdens deze stap wordt een einde 20 van de vormling gedwongen aan te grijpen op betreffende aanligsectoren 21 aangebracht onder de matrijs 35 15 en naar de doorn 12 beweegbaar. Het is daarom duidelijk dat door de werking van de aangegeven kracht de doom 12 van de vormling 19 op snelle en eenvoudige wijze teruggetrokken kan worden, doordat deze in een vaste positie gehouden wordt door de werking van de sectoren 21.
Op passende wijze kunnen, deze laatste gestuurd worden door bedieningsmiddelen geschikt om op een volledig automatische wijze te werken, bijvoorbeeld door veren 22 (figuur 9).
40 Om de afgewerkte gietvormen te verkrijgen is het op dit punt voldoende om een einddeel van de vormling 19 te snijden, waardoor de schouder 3 weggenomen wordt, zoals in figuur 10 getoond is en deze aan verdere bekende handelingen te onderwerpen, in het bijzonder aan de neerslag van een laag bekledingsmateriaal op het inwendige oppervlak daarvan (borstelbehandeling of dergelijke).
De gietvorm of ingotvorm die zo verkregen is, heeft talrijke van voordeel zijnde eigenschappen. Ten 45 eerste is de gedaante van het inwendige oppervlak daarvan nauwkeurig bepaald. Dit wordt veroorzaakt door de nauwkeurige kopieerwerking tussen de doom 12 en de vormling 11 gevormd bij de vierde stap van de werkwijze (figuur 7). Deze van voordeel zijnde eigenschap wordt veroorzaakt door zowel de aanwezigheid van spelingen G regelmatig verdeeld tussen de doorn 12 en de vormling 11, die bewegingen van het materiaal van de vormling zelf opwekken als het perfect coaxiaal zijn tussen de doom 12 en de vormling 11, 50 alsmede de juiste trekhandeling die verwezenlijkt kan worden op de vormling 11 door de werking van de doom 12; al deze eigenschappen worden volgens de uitvinding verkregen dankzij de aanwezigheid van een hellende ringvormige schouder 3 en bovendien door de beperkende omstandigheden van de doom 12 en de matrijs 15, die respectievelijk om de hartlijnen 18 en 17 heen en weer kunnen bewegen (figuur 7).
Bovendien verkrijgt vanwege deze trekhandeling het inwendige oppervlak van de gietvorm een 55 oppervlaktehardheid en wordt in een toestand gebracht geschikt voor het ontvangen van een laag bekledingsmateriaal, die aanzienlijke weerstand tegen slijtage biedt. Tot slot kan dankzij het taps lopen van de doorn een variatie volgens een gewenst voorschrift van de inwendige doorsnede van de gietvorm langs

Claims (4)

5 194325 de iangshartiijn rechtstreeks tijdens hei trekken verkregen worden. Deze doorsnede neemt geleidelijk af zoals in de dwarsdoorsnede van figuur 12,13 en 14 getoond is. In het bijzonder kunnen de stralen van de hoeken aangegeven met R1, R2 en R3 tussen de zijden van de delen zelf eveneens geleidelijk afnemen, teneinde optimale omstandigheden te verkrijgen voor de doorgang van gesmolten staal binnen de gietvorm 5 100.
1. Werkwijze voor het vervaardigen van buisvormige gietvormen of ingotvormen in koper of koperlegeringen op zodanige wijze gevormd dat deze een in hoofdzaak gekromde Iangshartiijn hebben en bedoeld voor continue staalgietende installaties, waarbij deze omvat een eerste stap omvattende het wentelen van een eerste einde van een buisvormige vormling met een rechte hartlijn, door koude plastische deformatie, op zodanige wijze dat bij dit einde een ringvormige 15 schouder gevormd wordt; een tweede stap omvattende het vormen van die vormling op zodanige wijze dat daaraan een gekromde vorm opgelegd wordt, waarin de Iangshartiijn daarvan een in hoofdzaak boogvormige gedaante aanneemt, waarbij die tweede stap verwezenlijkt wordt door het in een vorm opbrengen van druk op het uitwendige oppervlak van de vormling gericht in een richting in hoofdzaak loodrecht op die hartlijn van de 20 vormling; een derde stap omvattende het in de vormling met een bepaalde verhoudingsgewijs grote radiale speling inbrengen van een doorn met uitwendige gedaante en afmetingen gelijk asm de inwendige gedaante en afmetingen van de doom, die deze moet verkrijgen en het aangrijpen van een eerste einde van de doom tegen die ringvormige schouder; 25 een vierde stap omvattende het leiden van die vormling door een matrijs van een trekplaat met zodanige afmetingen dat de materialen van die vormling vervormd worden, om het inwendige oppervlak van de vormling nauwkeurig overeen te doen komen met het uitwendige oppervlak van die doom, waarbij die vierde stap verwezenlijkt wordt door het uitoefenen van een in hoofdzaak axiale kracht op die doom op zodanige wijze dat die kracht overgebracht wordt naar de vormling door de aangrijping van de doom op 30 die ringvormige schouder; een vijfde stap uitgevoerd indien die vormling door die matrijs gegaan is, omvattende het uitoefenen van een in hoofdzaak axiale kracht op die doorn in een richting tegenovergesteld aan die van de kracht uitgeoefend in de voorgaande stap, terwijl een einde van die vormling tegenover die ringvormige schouder op betreffende aanligsectoren aangebracht onder die matrijs aangegrepen wordt; en 35 een zesde stap waarbij aan het eerste einde van de buisvormige vormling een einddeel met de ringvormige schouder wordt verwijderd, met het kenmerk, dat in de eerste stap aan het eerste einde (2) een hellende ringvormige schouder (3) wordt gevormd, coaxiaal met een langssymmetrieas (10) van de buisvormige vormling (1).
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat in de derde stap de radiale speling (6) tussen de 40 doom (12) en de vormling (11) in hoofdzaak gelijk is op alle punten.
3. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de eerste stap uitgevoerd wordt door het inbrengen van het eerste einde (2) van de rechtlijnige vormling (1) in een puntvormige inrichting (4) omvattende een veelheid van radiaal beweegbare sectoren (5) nabij elkaar aangebracht met een gelijkblijvende scheiding in een cirkelvormige ring, om met betreffende overeenkomende inwendig 45 radiaal hellende werkoppervlakken (6) een tapse holte (7) te begrenzen hellend naar de bodem en met variabele breedte, waarbij die rechtlijnige vormling (1) coaxiaal ten opzichte van die tapse holte (7) aangebracht wordt, en het op dat eerste einde (2) van die rechtlijnige vormling (1) gelijktijdig uitoefenen van radiale en axiale drukspanningen verkregen door het klemmen van dat eerste einde (2) van die rechtlijnige vormling (1) tussen die sectoren (5) en het in toenemende mate verplaatsen van deze laatste naar de 50 hartlijn (101) van die rechtlijnige vormling (1) gelijktijdig in dezelfde omvang, op zodanige wijze dat toenemende vermindering van de afmetingen van die holte (7) verkregen wordt en het axiaal drukken van die rechtlijnige vormling (1) tegen die sectoren (5) met een axiale kracht die net voldoende is om dat eerste einde (2) van de vormling (1) voortdurend in aanraking te houden met de hellende werkoppervlakken (6) van die sectoren (5), op zodanige wijze dat de axiale spanningscomponent die overgebracht wordt naar die 55 rechtlijnige vormling (1) door de verplaatsing van die sectoren (5) in evenwicht gebracht wordt. 194325 6
4. Werkwijze volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat die hellende werkoppervlakken (6) van die sectoren (5) van de puntvormende inrichting (4) voorzien zijn van een veelheid van trappen (106) geschikt om de aangrijping op dat eerste einde (2) van de rechthoekige vormling (1) te bevorderen. Hierbij 4 bladen tekening
NL9002678A 1990-12-05 1990-12-05 Werkwijze voor het vervaardigen van buisvormige ingotvormen bedoeld voor installaties voor het continu gieten van staal. NL194325C (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9002678A NL194325C (nl) 1990-12-05 1990-12-05 Werkwijze voor het vervaardigen van buisvormige ingotvormen bedoeld voor installaties voor het continu gieten van staal.
US07/624,037 US5136872A (en) 1990-12-05 1990-12-07 Process for the preparation of tubular ingot moulds intended for installations for the continuous casting of steel
US07/854,226 US5233859A (en) 1990-12-05 1992-03-20 Process for the preparation of tubular ingot moulds intended for installations for the continuous casting of steel

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9002678A NL194325C (nl) 1990-12-05 1990-12-05 Werkwijze voor het vervaardigen van buisvormige ingotvormen bedoeld voor installaties voor het continu gieten van staal.
NL9002678 1990-12-05

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL9002678A NL9002678A (nl) 1992-07-01
NL194325B NL194325B (nl) 2001-09-03
NL194325C true NL194325C (nl) 2002-01-04

Family

ID=19858098

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9002678A NL194325C (nl) 1990-12-05 1990-12-05 Werkwijze voor het vervaardigen van buisvormige ingotvormen bedoeld voor installaties voor het continu gieten van staal.

Country Status (2)

Country Link
US (1) US5136872A (nl)
NL (1) NL194325C (nl)

Family Cites Families (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
AT256007B (de) * 1963-11-21 1967-08-10 Kieserling & Albrecht Vorrichtung zum Anbringen von Faltangeln an Rohrenden, insbesondere an dünnwandigen Rohren
IT1160132B (it) * 1983-12-14 1987-03-04 Tubi Italia Spa Procedimento per la preparazione di comchiglie tubolari destinate ad impianti per la colata continua di acciaio

Also Published As

Publication number Publication date
NL194325B (nl) 2001-09-03
US5136872A (en) 1992-08-11
NL9002678A (nl) 1992-07-01

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL192671C (nl) Werkwijze voor het vervaardigen van buisvormige gietvormen.
DE69806843T2 (de) Verfahren und Anlage zur Herstellung von Giesstücken aus amorpher Legierung durch Druckguss
US4838062A (en) Process for upset forging of long stands of metal bar stock
JPS5874237A (ja) 鍛造プレス
US20070062248A1 (en) Press for making a shaped workpiece
NL194325C (nl) Werkwijze voor het vervaardigen van buisvormige ingotvormen bedoeld voor installaties voor het continu gieten van staal.
US6896417B2 (en) Hollow cast article with slit, method and apparatus for production thereof
US6347539B1 (en) Bending method for pipe material
US4308742A (en) Method of and machine for extruding
CN1704367A (zh) 光学玻璃镜片的模造成形装置及模造成形方法
US3605476A (en) Metal drawing method and apparatus
JPH06510486A (ja) 高品質または超高品質を示す連続鋳鋼からビレット及びブルームを製造する方法及び装置
EP0148514B1 (en) Method and apparatus for cold drawing and imparting curvature to metal tubes
AU784683B2 (en) Method for manufacturing moulded then forged parts comprising one or more recesses and the implementation installation thereof
JPH0337450B2 (nl)
US4346578A (en) Extrusion press and method
WO2018103788A1 (de) WERKZEUG ZUM GIEßEN UND/ODER UMFORMEN EINES BAUTEILS, GIEßVORRICHTUNG, PRESSE UND VERFAHREN ZUR SPALTKOMPENSATION
US5233859A (en) Process for the preparation of tubular ingot moulds intended for installations for the continuous casting of steel
FI93321B (fi) Prosessi putkimaisten kokillien valmistamiseksi
DE4038986C2 (de) Verfahren zur Herstellung rohrförmiger Kokillen für den Stahl-Strangguß
RU2192324C2 (ru) Способ изготовления крутоизогнутых трубных изделий
RU1838032C (ru) Устройство дл вертикального непрерывного лить трубных заготовок
SE504355C2 (sv) Förfarande för framställning av rörformiga stränggjutningskokiller
JP3502491B2 (ja) 金型およびその製造方法
SU1731476A1 (ru) Способ резки металлических заготовок

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20100701