NL193965C - Videobandapparaat. - Google Patents

Videobandapparaat. Download PDF

Info

Publication number
NL193965C
NL193965C NL8001145A NL8001145A NL193965C NL 193965 C NL193965 C NL 193965C NL 8001145 A NL8001145 A NL 8001145A NL 8001145 A NL8001145 A NL 8001145A NL 193965 C NL193965 C NL 193965C
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
signal
recording
pulse
counting
phase
Prior art date
Application number
NL8001145A
Other languages
English (en)
Other versions
NL8001145A (nl
NL193965B (nl
Original Assignee
Sony Corp
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority claimed from JP2162079A external-priority patent/JPS55113158A/ja
Priority claimed from JP2161979A external-priority patent/JPS55114085A/ja
Application filed by Sony Corp filed Critical Sony Corp
Publication of NL8001145A publication Critical patent/NL8001145A/nl
Publication of NL193965B publication Critical patent/NL193965B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL193965C publication Critical patent/NL193965C/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B27/00Editing; Indexing; Addressing; Timing or synchronising; Monitoring; Measuring tape travel
    • G11B27/02Editing, e.g. varying the order of information signals recorded on, or reproduced from, record carriers
    • G11B27/022Electronic editing of analogue information signals, e.g. audio or video signals
    • G11B27/029Insert-editing
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B15/00Driving, starting or stopping record carriers of filamentary or web form; Driving both such record carriers and heads; Guiding such record carriers or containers therefor; Control thereof; Control of operating function
    • G11B15/18Driving; Starting; Stopping; Arrangements for control or regulation thereof
    • G11B15/1808Driving of both record carrier and head
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B15/00Driving, starting or stopping record carriers of filamentary or web form; Driving both such record carriers and heads; Guiding such record carriers or containers therefor; Control thereof; Control of operating function
    • G11B15/18Driving; Starting; Stopping; Arrangements for control or regulation thereof
    • G11B15/46Controlling, regulating, or indicating speed
    • G11B15/467Controlling, regulating, or indicating speed in arrangements for recording or reproducing wherein both record carriers and heads are driven
    • G11B15/473Controlling, regulating, or indicating speed in arrangements for recording or reproducing wherein both record carriers and heads are driven by controlling the speed of the heads
    • G11B15/4731Controlling, regulating, or indicating speed in arrangements for recording or reproducing wherein both record carriers and heads are driven by controlling the speed of the heads control of headwheel rotation
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B27/00Editing; Indexing; Addressing; Timing or synchronising; Monitoring; Measuring tape travel
    • G11B27/02Editing, e.g. varying the order of information signals recorded on, or reproduced from, record carriers
    • G11B27/022Electronic editing of analogue information signals, e.g. audio or video signals
    • G11B27/024Electronic editing of analogue information signals, e.g. audio or video signals on tapes
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B15/00Driving, starting or stopping record carriers of filamentary or web form; Driving both such record carriers and heads; Guiding such record carriers or containers therefor; Control thereof; Control of operating function
    • G11B15/18Driving; Starting; Stopping; Arrangements for control or regulation thereof
    • G11B15/46Controlling, regulating, or indicating speed
    • G11B15/467Controlling, regulating, or indicating speed in arrangements for recording or reproducing wherein both record carriers and heads are driven
    • G11B15/4671Controlling, regulating, or indicating speed in arrangements for recording or reproducing wherein both record carriers and heads are driven by controlling simultaneously the speed of the tape and the speed of the rotating head
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B15/00Driving, starting or stopping record carriers of filamentary or web form; Driving both such record carriers and heads; Guiding such record carriers or containers therefor; Control thereof; Control of operating function
    • G11B15/18Driving; Starting; Stopping; Arrangements for control or regulation thereof
    • G11B15/46Controlling, regulating, or indicating speed
    • G11B15/467Controlling, regulating, or indicating speed in arrangements for recording or reproducing wherein both record carriers and heads are driven
    • G11B15/4673Controlling, regulating, or indicating speed in arrangements for recording or reproducing wherein both record carriers and heads are driven by controlling the speed of the tape while the head is rotating
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B2220/00Record carriers by type
    • G11B2220/90Tape-like record carriers

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Multimedia (AREA)
  • Management Or Editing Of Information On Record Carriers (AREA)
  • Television Signal Processing For Recording (AREA)
  • Adjustment Of The Magnetic Head Position Track Following On Tapes (AREA)
  • Control Of Position Or Direction (AREA)

Description

1 193965
Videobandapparaat
De uitvinding heeft betrekking op een videobandapparaat voor het registreren en/of weergeven van videosignalen op een registratiemedium, omvattende: 5 aandrijfmiddelen voor het in rotatie aandrijven van signaaltransducenten voor het aftasten van het registratiemedium, en servobesturingsmiddelen die zijn voorzien van referentiesignaalopwekkingsmiddelen voor het opwekken en afgeven van een referentiesignaal, rotatiepositiemiddelen voor het opwekken en afgeven van een positiepuls die de rotatiepositie van de roterende signaaltransducenten representeert, fasevergelijkingsmiddelen voor het vergelijken van de fase van het referentiesignaal en die van de 10 positiepuls en van het in afhankelijkheid van het faseverschil afgeven van een besturingssignaal voor het besturen van de aandrijfmiddelen, vertragingsmiddelen voor het vertragen van de positiepuls, waarbij de mate van vertraging wordt bepaald door het door de fasevergelijkingsmiddelen gedetecteerde faseverschil en bedieningsmiddelen voor het bewerkstelligen van de bedrijfstand.
Een dergelijk videobandapparaat is beschreven in de niet-voorgepubliceerde Nederlandse octrooiaan-15 vrage 7711660 van andere rang, die ter inzage is gelegd op 26 april 1979.
Alhoewel een dergelijk videobandapparaat goed werkt in de bedrijfstanden van weergeven en opnemen, ontstaan, wanneer aansluitend op een reeds opgenomen stuk band een nieuwe opname wordt gemaakt, bij het weergeven van de aldus opgenomen band een verspringing van een beeld, hetgeen veroorzaakt wordt door een discontinuïteit in de bij de videosignalen behorende synchronisatlesignalen. Dit wordt door de 20 toeschouwers van het weergegeven beeld als storend ervaren, en in het bijzonder wanneer de op het beeld weergegeven scènes weinig van elkaar afwijken.
De uitvinding beoogt te voorzien in een videobandapparaat voor het registreren en/of weergeven van videosignalen, waarbij, wanneer aansluitend op een reeds bestaande opname een nieuw videosignaal wordt opgenömenrgëën verspringing van'het weergegeven beeld plaatsvindt.
25 Daartoe heeft een videobandapparaat van de In de aanhef beschreven soort volgens de uitvinding het kenmerk dat de bedieningsmiddelen zijn ingericht voor het bewerkstelligen van een bedrijfstand, waarin een op een registratiemedium geregistreerd videosignaal wordt weergegeven tot het bereiken van een bewerkingspunt op het registratiemedium en vanaf het bewerkingspunt een ander videosignaal wordt geregistreerd op het registratiemedium en de servobesturingsmiddelen blokkeringsmiddelen omvatten voor 30 het blokkeren van een verandering van de vertraging van de positiepuls door de vertragingsmiddelen, wanneer het bewerkingspunt is bereikt.
Door deze maatregelen wordt bewerkstelligd dat de synchronisatiesignalen van het nieuwe videosignaal in fase met de synchronisatiesignalen van de reeds bestaande opname worden opgenomen op het registratiemedium, zodat bij het weergeven van de op het registratiemedium geregistreerde videosignalen 35 geen verstoringen in het beeld optreden.
De uitvinding wordt toegelicht aan de hand van de tekening. Daarin tonen: figuur 1 een schematische weergave, gedeeltelijk uitgevoerd als biokschema, van een videobandapparaat van het type met schroeflijnvormige bandaftasting door middel van twee magneetkoppen en een 40 over een hoek van 180° daarom gewikkelde magneetband, figuur 2 een biokschema van een bandleitrommelservobesturingsschakeling, en figuren 3A-3H en 4A-4J enige golfvormen van in verschillende punten van de schakelingen volgens de figuren 1 en 2 verschijnende signalen.
45 Figuur 1 toont een uitvoeringsvoorbeeld van een videobandapparaat van het type met schroeflijnvormige bandaftasting door middel van twee magneetkoppen, waarbij de magneetband over een hoek van 180° om de magneetkoppen wordt gewikkeld.
Figuur 1 toont een paar roteerbare magneetkoppen 1 en 2, welke zijn aangebracht op een door middel van een aandrijfmotor 3 met een snelheid van 30 omwentelingen per seconde in rotatie aangedreven schijf 50 4. De magneetkoppen 1 en 2 voeren een aftasting uit van een videomagneetband 5, welke is gewikkeld op een niet in de tekening weergegeven, doch voor ondersteuning van de schijf 4 dienende bandleitrommel; als gevolg van deze aftasting worden op de videomagneetband 5 videoregistratiesporen gevormd.
Langstransport van de videomagneetband 5 bij voorafbepaalde, gewenste snelheid vindt plaats door middel van een kaapstander 6 en een niet in de tekening weergegeven drukrol, waarbij de kaapstander 6 55 wordt aangedreven door een kaapstandermotor 7.
Gewoonlijk wordt het videosignaal bij registratie door middel van een videobandapparaat aan f requentie-modulatie onderworpen. Daartoe wordt in de bedrijfstoestand "signaalopname” het via een ingangs- 193965 2 aansluiting 8 ontvangen videosignaal voor frequentiemodulatie toegevoerd aan een frequentiemodulator 9, waarvan het frequentiegemoduleerde uitgangssignaal via de opneemcontacten van twee schakelaars 10 en 11 aan de respectievelijke magneetkoppen 1 en 2 wordt toegevoerd.
Bij de signaalopname worden opeenvolgende, onderling evenwijdige en schuin verlopende registratie-5 sporen op de videoband 5 gevormd en wel met een zodanige snelheid, dat de op één raster van het televisiebeeld betrekking hebbende informatie steeds in één registratiespoor wordt opgenomen. In de bedrijfstoestand "signaalweergave” worden de door de magneetkoppen 1 en 2 uitgelezen videosignalen respectievelijk via de weergeefcontacten van de schakelaars 10 en 11 aan een hoogfrequentschakeling 12 toegevoerd, welke laatstgenoemde een continue, frequentiegemoduleerd videosignaal afgeeft, dat aan een 10 demodulator 13 wordt toegevoerd, waarvan het uitgangssignaal aan een uitgangsaansluiting 14 ter beschikking komt.
Een zeer belangrijk onderdeel van een dergelijk videobandapparaat wordt gevormd door de servobesturingsschakeling. Zoals figuur 1 laat zien, omvat een dergelijke schakeling een kaapstanderservo* besturingsschakeling 20 en een bandleitrommelservobesturingsschakeling 21.
15 Aangezien de details van de bandleitrommeleenheidservobesturingsschakeling 21 in figuur 2 zijn weergegeven, zal aan de hand van figuur 1 slechts een beperkte beschrijving van deze schakeling worden gegeven. Aan de schakeling 21 wordt via een nog nader te noemen schakeleenheid 25 een referentie-signaal toegevoerd, benevens een positie-impuls, welke een weergave vormt van de positie van de roteerbare magneetkoppen 1 en 2 en wordt afgegeven door een rotatiefase-impulsgenerator 22, welke op 20 de schijf 4 is aangebracht. Het referentiesignaal en de positie-impuls worden in de servobesturingsschakeling 21 met elkaar vergeleken.
Het genoemde referentiesignaal wordt gevormd door hetzij een via een ingangsaansluiting 23 ontvangen, externe synchronisatie-impuls, hetzij een door middel vein de synchronisatiescheidingsschakeling 24 uit het via de ingangsaansluiting 8 ontvangen videosignaal afgescheiden synchronisatie-impuls; de desbetreffende 25 selectie vindt plaats door de schakeleenheid 25.
Als externe synchronisatie-impuls wordt bovendien een dergelijke impuls beschouwd, welke afkomstig is van een binnen het videobandapparaat aangebrachte of daartoe behorende standaardsynchronisatiesig-naalgenerator.
Wanneer de aandrijfmotor 3 van het gelijkstroomtype is, dient behalve een faseservolus bovendien een 30 snelheidsservolus te worden toegepast. Daartoe is naast de rotatiefase-impulsgenerator 22 op de roteerbare schijf 4 bovendien een snelheidsimpulsgenerator 26 aangebracht; deze laatstgenoemde bestaat bij het hier beschreven uitvoeringsvoorbeeld uit 8 magneetstukken, die over steeds een hoek van 45° ten opzichte van elkaar verschoven volgens een cirkel op de schijf 4 zijn aangebracht, en uit een tegenover de roteerbare schijf 4 aangebracht paar opneemkoppen.
35 De bandleitrommelservobesturingsschakeling 21 geeft een stuurimpuls van 30 Hz af, welke in de bedrijfstoestand "signaalopname” via een opneemcontact van een schakelaar 27 aan een stuurspoor-magneetkop 35 wordt toegevoerd voor registratie op de videomagneetband 5.
De kaapstanderservobesturingsschakeling 21 omvat een snelheidsservoschakeling 28. De rotatie van de kaapstander 6 wordt door de schakeling 28 op een vooraf bepaalde snelheid ingeregeld met behulp van het 40 uitgangssignaal van een op de kaapstanderaandrijfmotor 7 aangebrachte frequentiegenerator 29.
In de bedrijfstoestand "signaalopname” wordt het uitgangssignaal van de snelheidsservoschakeling 28 voor regeling van de rotatie van de kaapstanderaandrijfmotor 7 toegevoerd aan een opteller 30, terwijl het door de frequentiegenerator 29 afgegeven signaal wordt toegevoerd aan een frequentiedeler 31, welke uit het signaal impulsen met een herhalingsfrequentie van 30 Hz vormt. Deze impulsen worden via een 45 opneemcontact van de schakelaar 32 toegevoerd aan een fasevergelijkingsschakeling 33, waaraan tevens de door de servobesturingsschakeling 21 afgegeven stuurimpuls van 30 Hz wordt toegevoerd. Het uitgangssignaal van de fasevergelijkingsschakeling 33 wordt in de opteller 30 gemengd met het van de snelheidsservoschakeling 28 afkomstige snelheidsfoutsignaal.
In de bedrijfstoestand ’’signaalweergave" zijn de belde schakelaars 27 en 32 naar hun weergeef-50 contacten overgeschakeld. Het door middel van de stuurspoormagneetkop 35 uitgelezen stuursignaal wordt dan in plaats van het uitgangssignaal van de frequentiedeler 31 aan de fasevergelijkingsschakeling 33 toegevoerd. De frequentiedeler 31 is zodanig uitgevoerd, dat hij in de bedrijfstoestand "signaalweergave" steeds door de stuurimpuls wordt teruggesteld. De uit het uitgelezen videosignaal door middel van een synchronisatiescheidingsschakeling 34 uitgelezen, verticale synchronisatie-impuls wordt aan de bandleitrom-55 melservobesturingsschakeling 21 toegevoerd.
Figuur 2 toont de details van de servobesturingsschakeling 21, waarbij de verwijzingsgetallen 40 en 41 respectievelijk betrekking hebben op de beide opneemkoppen van de rotatiesnelheidsimpulsgenerator 26, 3 193965 terwijl het verwijzingsgetal 42 betrekking heeft op de opneemkop van de rotatiefase-impulsgenerator 22. De uitgangsimpulsen van de opneemkoppen 40, 41 en 42 hebben de respectievelijk in de figuren 3A, 3B en 3C weergegeven gedaanten. Het tijdstipverschil tussen de uitgangsimpulsen van de magneetkoppen 40 en 41 vormt een weergave van de rotatiesnelheid van de roteerbare magneetkoppen 1 en 2 (vergelijk de figuren 5 3A en 3B). De werking van de snelheidsservolus is gebaseerd op detectie van de tijdsintervallen tussen de beide uitgangsimpulsen.
Bij het hier beschreven uitvoeringsvoorbeeld wordt de snelheldsfout van de roterende schijf 4 gedurende iedere omwenteling daarvan 8 maal bemonsterd. Tijdens bedrijf wordt de door de opneemkop 41 afgegeven snelheidsimpuls aan een monostabiele multivibrator 43 toegevoerd voor omzetting tot een bemonsterimpuls. 10 Deze bemonsterimpuls wordt toegevoerd aan een bemonster· en houdschakeling 44. De van de opneemkop 40 afkomstige, andere snelheidsimpuls wordt toegevoerd aan een monostabiele multivibrator 45 voor snelheidsinstelling. Het uitgangssignaal van deze multivibrator 45 wordt toegevoerd aan een generator 46 voor vorming en afgifte van trapeziumvormige impulsen, welke aan de bemonster- en houdschakeling 44 worden toegevoerd voor bemonstering van het foutsignaal. Het uitgangssignaal van de bemonster- en 15 houdschakeling 44 wordt toegevoerd aan een opteller 47. De tijdconstante van de monostabiele multivibrator 45 wordt door middel van een variabele weerstand 48 zodanig ingesteld, dat voor de vrije rotatiesnelheid van de schijf 4 een gewenste waarde wordt verkregen.
De hoogfrequentschakelimpuls wordt op de volgende wijze gevormd: de door de opneemkop 42 uitgelezen rotatiefase-impuls wordt aan een monostabiele multivibrator 49 20 toegevoerd voor tijdstipbepaling. Een eerste schakeltijdstip wordt bepaald door de dalende flank van het uitgangssignaal van de monostabiele multivibrator 49. Het schakeltijdstip wordt ingesteld met behulp van een variabele weerstand 50. De door de opneemkop 42 uitgelezen rotatiefase-impuls wordt bovendien toegevoerd aan een monostabiele multivibrator 51, waarvan het aan de uitgang Q verschijnende uitgangssignaal wordt toegevoerd aan de D-aansluiting van een flip-flop 52 van het D-type. De door de opneemkop 25 40 afgegeven snelheidsimpuls wordt toegevoerd aan de T-aansluiting van de fiip-flop 52. Het uitgangssignaal van de flip-flop 52 wordt aan een monostabiele multivibrator 53 toegevoerd voor tijdstipbijregeling. Een tweede schakeltijdstip wordt bepaald door de dalende flank van het uitgangssignaal van de monostabiele multivibrator 53 en kan worden ingesteld met behulp van een variabele weerstand 54. Door de dalende flanken van de uitgangssignalen van de monostabiele multivibratoren 49 en 53 wordt een flip-flop 30 55 gestart. Op deze wijze wordt een hoogfrequentschakelimpuls verkregen. Figuur 3D toont het uitgangssignaal van de monostabiele multivibrator 51, terwijl figuur 3E het uitgangssignaal van de flip-flop 52 van het D-type laat zien. De figuren 3F en 3G tonen de uitgangssignalen van de respectievelijke monostabiele multivibratoren 49 en 53, terwijl figuur 3H de hoogfrequentschakelimpuls laat zien.1 Deze schakelimpuls wordt via een uitgangsaansluiting 56 aan de hoogfrequentschakeling 12 volgens figuur 1 toegevoerd.
35 Bij het uitvoeringsvoorbeeld volgens figuur 2 vindt toepassing plaats van een trommelrotatiefout- compensatie-inrichting 57, welke in wezen bestaat uit een teller 58, een verzwakker 59 en een laagdoorlaat-filter 60. De van de flip-flop 55 afkomstige hoogfrequentschakelimpuls wordt aan een D-aansluiting van de teller 58 toegevoerd. Door middel van fasekiesschakelaars 61 en 62 wordt één van 8 onderling in fase verschillende hoogfrequentschakelimpulsen geselecteerd voor bepaling van de binnen één omwenteling van 40 de bandleitrommeleenheid optredende rotatiefout
De teller 58 wordt gestart door de van de opneemkop 40 afkomstige snelheidsimpuls en geeft 4 in fase van elkaar verschillende schakelimpulsen af. De van de teller 58 afkomstige schakelimpulsen worden al of niet via een invertor 63 aan de fasekiesschakelaar 62 toegevoerd, welke derhalve de 8 verschillende hoogfrequentschakelimpulsen afgeeft. Wanneer de fasekiesschakelaar 62 naar zijn aardcontact wordt 45 overgeschakeid, wordt de trommelrotatiefoutcompensatie-inrichting 57 uitgeschakeld.
Vervolgens zal de faseservolus worden beschreven. Het reeds aan de hand van figuur 1 beschreven referentiesignaal wordt via een ingangsaansluiting 70 aan de faseservobesturingsschakeling toegevoerd. Dit referentiesignaal wordt bij voorkeur door een samengesteld synchronisatiesignaal gevormd.
Door middel van een beelddetector 71 wordt bij ieder oneven genummerd raster een uitgangsimpuls van 50 30 Hz gevormd, welke in het hiernavolgende zal worden aangeduid als ’’beeldvormimpuls”. Deze beeldvormimpuls wordt via een uitgangsaansluiting 72 als de reeds aan de hand vein figuur 1 genoemde "stuurimpuls” aan de schakelaar 27 en de fasevergelijkingsschakeling 33 toegevoerd, en voorts aan een impulsgenerator 73 voor vorming en afgifte van trapeziumvormige impulsen. Op basis van het uitgangssignaal van de flip-flop 52 van het D-type wordt een bemonsterimpuls voor fasevergelijking gevormd.
55 Het tijdstip van de stijgende flank van het uitgangssignaal van de flip-flop 52 wordt ingesteld voor een voor servofase-inrichting dienende monostabiele multivibrator 74, waarvan het uitgangssignaal via een teller 75 met variabele vertragingsduur aan een monostabiele multivibrator 76 voor vorming van de bemonsterim- 193965 4 pulsen wordt toegevoerd. De door de monostabiele multivibrator 76 afgegeven bemonsterimpulsen worden toegevoerd aan een bemonster· en houdschakeling 77. De helling van de trapeziumvormige impuls wordt derhalve bemonsterd ter verkrijging van een fasefoutsignaal, dat in een opteller 78 met het van de opteller 47 afkomstige snelheidsfoutsignaal wordt gemengd tot een signaal, dat via een uitgangsaansluiting 79 aan 5 de aandrijfmotor 3 voor de bandleitrommel wordt toegevoerd. De oorspronkelijke instelling van de servobesturingsschakeling vindt zodanig plaats, dat de tijdconstante van de monostabiele multivibrator 74 door middel van een variabele weerstand 80 wordt ingesteld. Bij een bandleitrommelservolus van gebruikelijk type wordt het uitgangssignaal van de monostabiele multivibrator 74 rechtstreeks aan de monostabiele multivibrator 76 toegevoerd.
10 Het bijzondere van de bandleitrommelservolus in figuur 2 wordt gevormd door de toepassing van de teller 75 met variabele vertragingsduur. Aan de teller 75 is een tweede fasevergelijkingsschakeling toegevoegd, gevormd door een flip-flop 81 van het D-type, welke aan zijn T-aansluiting via een schakelaar 82 de magneetkoppositie-impuls krijgt toegevoerd. De schakelaar 82 kiest in overeenstemming met een via een ingangsaansluiting 103 ontvangen bedrijfstoestandsignaal het uitgangssignaal van de monostabiele 15 multivibrator 74 of het door signaalweergave verkregen en aan tijdstipregeling onderworpen synchronisatie-signaal. In de bedrijfstoestand "signaalweergave” wordt het uitgangssignaal van de synchronisatieschei-dingsschakeling 34 volgens figuur 1 via een ingangsaansluiting 84 aan de monostabiele multivibrator 83 toegevoerd, waarbij de tijdstipregeling of -instelling geschiedt door middel van een variabele weerstand 85. Een door deze instelling of regeling van het referentiesignaal verkregen impuls wordt aan de T-aansluiting 20 van de flip-flop 81 toegevoerd. Het via de aansluiting 70 ontvangen referentiesignaal wordt aan een voor tijdstipregeling dienende monostabiele multivibrator 86 toegevoerd, waarvan het uitgangssignaal wordt toegevoerd aan een monostabiele multivibrator 87, welke een impuls van voorafbepaalde impulsduur aan de D-aansluiting van de flip-flop 81 levert. De tijdsconstante van de monostabiele multivibrator 86 wordt ingesteld door middel van een variabele weerstand 88.
25 Wanneer tijdens signaalweergave het uit het uitgelezen videosignaal afgescheiden synchronisatiesignaal in fase op het referentiesignaal voorijlt, vertoont het uitgangssignaal van de flip-flop 81 van het D-type een hoog niveau; in alle andere gevallen een laag niveau. Wanneer de magneetkoppositie-impuls tijdens signaalopname op het referentiesignaal voorijlt, zal het uitgangssignaal van de flip-flop 81 namelijk een hoog niveau vertonen, doch in alle andere gevallen een laag niveau. Dit uitgangssignaal van de flip-flop 81 wordt 30 toegevoerd aan een vooraf instelbare teller 89, welke in afhankelijkheid van het niveau vein het uitgangssignaal van de flip-flop 81 van het D-type optelling of aftelling zal uitvoeren.
Wanneer het referentiesignaal volgens figuur 4A via de ingangsaansluiting 70 wordt toegevoerd, geeft de monostabiele multivibrator 86 een uitgangssignaal volgens figuur 4B af, waardoor de monostabiele multivibratoren 87 en 90 worden gestart. De multivibrator 87 geeft dan een uitgangsimpuls volgens figuur 35 4C af, terwijl de multivibrator 90 een uitgangsimpuls volgens figuur 4J afgeeft, welke als grendelvenster-impuls bij de servobesturing wordt gebruikt.
Figuur 4D toont de aan de T-aansluiting van de flip-flop 81 van het D-type toegevoerde impuls. De schakelaar 82 wordt in reactie op het via de aansluiting 103 toegevoerde bedrijfstoestandssignaai overgeschakeld. In de bedrijfstoestand ’’signaalopname’’ wordt door de monostabiele multivibrator 74 de impuls 40 volgens figuur 4D geleverd, terwijl tijdens de bedrijfstoestand "signaalweergave" door de monostabiele multivibrator 83 een dergelijke impuls wordt geleverd.
De impuls volgens figuur 4C wordt bemonsterd door de dalende flank van de impuls volgens figuur 4D. De flip-flop 81 van het D-type geeft dan, afhankelijk van de faserelatie van de beide impulsen, een uitgangssignaal volgens figuur 4E af. Het uitgangssignaal van de beelddetector 71 is in figuur 4F weergege-45 ven, terwijl het uitgangssignaal van de generator 73 voor vorming en afgifte van trapeziumvormige impulsen in figuur 4G is weergegeven.
Vervolgens zal de werking van de teller 75 met variabele vertragingsduur worden beschreven.
Bij het verschijnen van de stijgende flank van het uitgangssignaal van de monostabiele multivibrator 74 wordt het telresultaat van de vooraf instelbare teller 89 vooringesteld in de teller 75. Aan de CK-aansluiting 50 van de teller 75 worden de uitgangsimpulsen met een frequentie van ongeveer 0,9 MHz van een frequentie-vierdeler 102 toegevoerd, welke laatstgenoemde van een kristaloscillator 101 afkomstige klokimpulsen met een frequentie van 3,58 MHz krijgt toegevoerd. Het uitgangssignaal van de teller 75 heeft de gedaante volgens figuur 4H. Door de stijgende flank van dit uitgangssignaal wordt de monostabiele multivibrator 76 gestart voor vorming van een bemonsterimpuls volgens figuur 4I.
55 Terwille van de eenvoud van de beschrijving wordt verondersteld, dat de tellers 75 en 89 van het 128-bits type zijn. Eerst wordt de teller 89 door middel van een voorinstelschakelaar 99 vooringesteld op een waarde "64”. Als gevolg daarvan wordt de teller 75 bij het verschijnen van de stijgende flank van de 5 193965 impuls volgens figuur 4D op de waarde ”64” vooringesteld. Wanneer de teller 75 vanuit dié toestand een telling van 64 Klokimpulsen met een frequentie van 0,9 MHz heeft uitgevoerd, stijgt zijn uitgangsniveau, zoals figuur 4H laat zien.
De telinhoud van de vooraf instelbare teller 89 ondergaat echter een verandering door telling van 5 klokimpulsen, welke in afhankelijkheid van het uitgangsniveau van de flip-flop 81 van het D-type door een EN-poortschakeling 95 worden doorgelaten. Als gevolg daarvan zal de vooraf ingestelde telinhoud van de teller 75 veranderen. Dit wil zeggen, dat de teller 75 werkt als een schakeling met een variabele vertragings-duur.
De vooraanstelling van de teller 89 vindt plaats door middel van een via een ingangsaansluiting 100 10 ontvangen stuursignaal, dat bijvoorbeeld bij het ïnschakelen van het videobandapparaat ter beschikking komt
De impulsherhalingsfrequentie van de aan de teller 89 toegevoerde klokimpulsen ligt bij het begin van signaalweergave of signaalopname hoger en krijgt vervolgens een lagere waarde. Daartoe dienen een monostabiele multivibrator 87 en een frequentiedeler 92 voor frequentiedeling van de uitgangsimpulsen van 15 de multivibrator 87. Aan een desbetreffende kiesschakelaar 91 komen derhalve klokimpulsen met herhalingsfrequenties van bijvoorbeeld 60 Hz, 30 Hz en 5 Hz ter beschikking.
De toevoer van telklokimpulsen aan de teller 89 begint op het tijdstip, waarop de servobesturing in zijn vergrendelde toestand komt. Deze toestand wordt gedetecteerd door een flip-flop 96 van het D-type, zodanig, dat het uitgangssignaal van de monostabiele multivibrator 90 door de bemonsterimpuls wordt 20 bemonsterd.
De keuze van de impulsherhalingsfrequentie van de telklokimpulsen vindt na het bereiken van de vergrendelde toestand van de servobesturing plaats door middel van een teller 93 en een logische schakeling 94. Wanneer het uitgangssignaal van de flip-flop 96 van het D-type een hoog niveau vertoont, telt de teller 93 de stijgende flanken van de door de flip-flop 81 afgegevenimpulsen. Het uitgangssignaal 25 van de teller 93 wordt door de logische schakeling 94 gedecodeerd; deze schakeling geeft dan zodanige stuursignalen af, dat eerste klokimpulsen met een frequentie van 60 Hz door de kiesschakelaar 91 worden doorgelaten totdat de teller 93 tot 2 geteld heeft, vervolgens tweede klokimpulsen met een impulsherhalingsfrequentie van 30 Hz worden doorgelaten totdat de teller 93 tot 4 geteld heeft, en tenslotte derde klokimpulsen met een herhalingsfrequentie van 5 Hz door de kiesschakelaar 91 worden doorgelaten, wanneer 30 de teller 93 tot 4 heeft geteld.
De op deze wijze gekozen klokimpulsen worden via de EN-poortschakeling 95 aan de vooraf instelbare teller 89 toegevoerd. Behalve deze telklokimpulsen en het uitgangssignaal van de flip-flop 96 van het D-type wordt voorts aan de EN-poortschakeling 95 een via een ingangsaansluiting 97 ontvangen stuursignaal toegevoerd, dat dient om in de vooraf instelbare teller 89 opgeslagen fase-informatie vast te houden, 35 bijvoorbeeld tijdens een bepaalde signaalbewerking (editing). Deze fase-informatie wordt gevormd door het detectie-uitgangssignaai van de als vergelijkingsschakeling dienende flip-flop 81 van het D-type.
Tijdens speciale signaalweergeefbedrijfstoestanden, zoals signaalweergave bij langzaam bewegend beeld, signaalweergave bij stilstaand beeld, signaalweergave bij snel terug bewegend beeld, wordt via een ingangsaansluiting 98 een stuursignaal ontvangen, dat de werking van de flip-flop 96 van het D-type 40 verhindert.
De tot de bandleitrommelservobesturingsschakeling behorende schakelaars, welke in figuur 2 zijn weergegeven, worden in afhankelijkheid van de bedrijfstoestand van het videobandapparaat op de volgende wijze bediend: 45 Bedrijfstoestand ”signaalopname”
Wanneer het stuursignaal via de ingangsaansluiting 103 verschijnt, wordt de schakelaar 82 naar zijn opneemcontact overgeschakeld. Door de als fasevergelijkingsschakeling werkende flip-flop 81 van het D-type worden dan het referentiesignaal en het van de impulsgenerator 22 afkomstige magneetkoppositie-signaal met elkaar vergeleken. In deze bedrijfstoestand zijn uiteraard ook de schakelaars 10, 11, 27 en 32 50 volgens figuur 1 naar hun respectievelijke opneemcontacten overgeschakeld.
Bedrijfstoestand "signaalweergave”
Wanneer via de ingangsaansluiting 103 het andere stuursignaal verschijnt, wordt de schakelaar 82 naar zijn weergeefcontact overgeschakeld. De als fasevergelijkingsschakeling dienende flip-flop 81 voert dan een 55 fasevergelijking van het referentiesignaal met het door signaaluitlezing verkregen synchronisatiesignaal uit Tijdens deze bedrijfstoestand dient dit laatstgenoemde signaal als magneetkoppositiesignaal. Uiteraard zijn ook de schakelaars 10,11,27 en 32 volgens figuur 1 naar hun respectievelijke weergeefcontacten 193965 6 overgeschakeld.
Bedrijfstoestand "signaalinvoegbewerking”
In deze bedrijfstoestand wordt een gedeelte van een eerder opgenomen videosignaal vervangen door een 5 nieuw videosignaal. Het servobesturingsstelsel van het videobandapparaat verkeert voortdurend in de bedrijfstoestand ’’signaalweergave”.
Tot op het ogenblik, waarop de magneetkop 1 of 2 het voor invoeging van het nieuwe videosignaal gekozen signaalbewerkingspunt op de magneetband 5 heeft bereikt, blijven de schakelaars 10 en 11 volgens figuur 1 naar hun weergeefcontact overgeschakeld. Zodra de magneetkop 1 of 2 het desbetreffende 10 signaalbewerkingspunt heeft bereikt, worden de schakelaars 10 en 11 naar hun respectievelijke opneem-contacten overgeschakeld. Het servobesturingsstelsel van het videobandapparaat blijft echter in zijn bij de bedrijfstoestand "signaalweergave” behorende toestand. Dit wil zeggen, dat de schakelaars 27 en 32 naar hun respectievelijke weergeefcontacten overgeschakeld blijven. Bij de schakeling volgens figuur 2 blijft het aan de ingangsaansluiting 97 verschijnende stuursignaal een hoog niveau vertonen totdat de magneetkop 1 15 of 2 het in aanmerking komende signaalbewerkingspunt op de magneetband heeft bereikt; wanneer dit het geval is, krijgt het stuursignaal een lage waarde. De telinhoud van de vooraf instelbare teller 89 blijft derhalve tijdens deze signaalbewerking ongewijzigd.
Van het ingevoegde, nieuwe videosignaal ondergaat het registratiepatroon, dat wil zeggen de tijdspositie van het verticale synchronisatiesignaal daarvan, derhalve voorafgaande en na het bereiken van het 20 signaalbewerkingspunt op de magneetband geen verandering.
Nadat de magneetkop 1 of 2 het signaalbewerkingspunt op de magneetband 5 heeft bereikt, worden de schakelaars 10 en 11 volgens figuur 1 naar hun respectievelijke weergeefcontacten overgeschakeld. Daarmede is de signaalinvoegbewerking beëindigd.
25 Bedrijfstoestand "signaalsamenvoegbewerking”
In deze bedrijfstoestand wordt een na een signaalbewerkingspunt op de magneetband 5 opgenomen videosignaal vervangen door een nieuw videosignaal. Het servobesturingsstelsel van het videobandapparaat wordt daartoe, nadat de magneetkop 1 of 2 het gekozen signaalbewerkingspunt op de magneetband 5 heeft bereikt, in de bedrijfstoestand ’’signaalopname” gebracht. De schakelaars 10, 11,17 en 32 worden derhalve 30 bij het bereiken van het signaalbewerkingspunt van hun respectieve weergeefcontacten naar hun respectieve opneemcontacten overgeschakeld.
Het aan de ingangsaansluiting 97 verschijnende stuursignaal heeft steeds een hoog niveau, zelfs na het bereiken van het signaalbewerkingspunt op de band. Het stuursignaal stelt de telwerking van de teller 89 niet buiten werking. Wanneer nu het registratieformaat van de magneetband, waarvan informatie wordt 35 overgenomen, verschilt van het registratieformaat, waarmede het bij de signaalsamenvoegbewerking toegepaste videobandapparaat werkt, wordt het laatstgenoemde videobandapparaat na het bereiken van het in aanmerking komende signaalbewerkingspunt geleidelijk overgebracht naar de bandleitrommelservobestu-ringstoestand, welke bij het registratieformaat van het bandapparaat hoort Dit formaat ondergaat voorafgaande en na het bereiken van het signaalbewerkingspunt geen snelle verandering. Als gevolg daarvan zal 40 een op deze wijze van signaalbewerking onderworpen magneetband bij uitlezing geen discontinuïteiten in de servobesturing veroorzaken. Evenals bij de bedrijfstoestand "signaalinvoegbewerking”, kan de telinhoud van de teller 69 na het bereiken van het signaalbewerkingspunt worden vastgehouden door het via de ingangsaansluiting 97 toegevoerde stuursignaal.
De toegepaste servobesturingstoestanden van de bandleitrommeleenheid kunnen op de volgende wijze 45 worden weergegeven:
TABEL
magneetkop- servobesturings- positiesignaal 50 toestand toestand
Normale signaal- signaalweergave weergeef- uitgelezen referentiesignaal verwerking toestand signaalopname opneemtoestand magneetkoppositie-impuls 55 signaalinvoeg- signaalweergave weergeef- uitgelezen referentiesignaal bewerking toestand

Claims (2)

7 193965 TABEL (vervolg) magneetkop- servobesturings- positiesignaal toestand toestand 5 --- signaalopname weergeef- ’’vastgehouden” toestand signaalsamenvoeg- signaalweergave weergeef- uitgelezen uitgelezen bewerking toestand ref.signaal ref.signaal 10 signaalopname opneemtoestand ’’vastgehouden” magneetkoppositie- impuls In deze tabel is de uitdrukking "positiesignaal” gebruikt voor het signaal, dat aan de T-aansluiting vein de als 15 fasevergelijkingsschakeling dienende flip-flop 81 wordt toegevoerd voor vergelijking met het referentie-signaal; de uitdrukking ’’vastgehouden’’ wil zeggen, dat de telinhoud van de vooraf instelbare teller 89 ongewijzigd blijft. 20 Conclusies
1. Videobandapparaat voor het registreren en/of weergeven van videosignalen op een registratiemedium, omvattende: aandrijfmiddelen voor het in rotatie aandrijven van signaaltransducenten voor het aftasten van het 25 registratiemedium; servobesturingsmiddelen die zijn voorzien van: referentiesignaalopwekkingsmiddelen voor het opwekken en afgeven van een referentiesignaal, rotatiepositiemiddelen voor het opwekken en afgeven van een positiepuls die de rotatiepositie van de roterende signaaltransducenten representeert, 30 fasevergelijkingsmiddelen voor het vergelijken van de fase van het referentiesignaal en die van de positiepuls en van het in afhankelijkheid van het faseverschil afgeven van een besturingssignaal voor het besturen van de aandrijfmiddelen, vertragingsmiddelen voor het vertragen van de positiepuls, waarbij de mate van vertraging wordt bepaald door het door de fasevergelijkingsmiddelen gedetecteerde faseverschil, en 35 bedieningsmiddelen van het bewerkstelligen van de bedrijfstand, met het kenmerk, dat de bedieningsmiddelen zijn ingericht voor het bewerkstelligen van een bedrijfstand, waarin een op een registratiemedium geregistreerd videosignaal wordt weergegeven tot het bereiken van een bewerkingspunt op het registratiemedium en vanaf het bewerkingspunt een ander videosignaal wordt 40 geregistreerd op het registratiemedium, dat de servobesturingsmiddelen blokkeringsmiddelen omvatten voor het blokkeren van een verandering van de vertraging van de positiepuls door de vertragingsmiddelen, wanneer het bewerkingspunt is bereikt.
2. Videobandapparaat volgens conclusie 1, waarbij de vertragingsmiddelen zijn voorzien van een tel- 45 schakeling en van een bron van telpulsen voor het variëren van de telwaarde van de talmiddelen, waarbij de telwaarde de mate van vertraging bepaalt die aan de positiepuls wordt overgedragen, met het kenmerk, dat de vertragingsmiddelen zijn voorzien van een in de de kloksignalen naar de telschakeling toevoerende verbinding opgenomen poortschakeling voor het blokkeren van de telwaarde van de talmiddelen. Hierbij 4 bladen tekening
NL8001145A 1979-02-26 1980-02-26 Videobandapparaat. NL193965C (nl)

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
JP2162079 1979-02-26
JP2162079A JPS55113158A (en) 1979-02-26 1979-02-26 Recorder
JP2161979A JPS55114085A (en) 1979-02-26 1979-02-26 Recording and reproducing device
JP2161979 1979-02-26

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8001145A NL8001145A (nl) 1980-08-28
NL193965B NL193965B (nl) 2000-11-01
NL193965C true NL193965C (nl) 2001-03-02

Family

ID=26358705

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8001145A NL193965C (nl) 1979-02-26 1980-02-26 Videobandapparaat.

Country Status (12)

Country Link
US (1) US4322757A (nl)
AT (1) AT387879B (nl)
AU (1) AU538020B2 (nl)
BR (1) BR8000835A (nl)
CA (1) CA1150396A (nl)
CH (1) CH653461A5 (nl)
DE (1) DE3006959A1 (nl)
FR (1) FR2450014B1 (nl)
GB (1) GB2043306B (nl)
IT (1) IT1140567B (nl)
MX (1) MX147435A (nl)
NL (1) NL193965C (nl)

Families Citing this family (16)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2053509B (en) * 1979-06-04 1983-11-16 Matsushita Electric Ind Co Ltd Tracking system for video recorders/reproducers
JPS57164466A (en) * 1981-04-02 1982-10-09 Sony Corp Drum servo device of vtr
US4516164A (en) * 1982-10-21 1985-05-07 Stypher Corporation Apparatus for decoding video address code signals
JPS5998342A (ja) * 1982-11-26 1984-06-06 Victor Co Of Japan Ltd 磁気再生装置のサ−ボ回路
US4600953A (en) * 1983-02-14 1986-07-15 Hitachi, Ltd. Head switching signal producing circuit for a magnetic recording and reproducing apparatus
JPS59217256A (ja) * 1983-05-24 1984-12-07 Victor Co Of Japan Ltd 記録再生装置
JPS60140158A (ja) * 1983-12-28 1985-07-25 Sony Corp 回転検出装置
GB8421378D0 (en) * 1984-08-23 1984-09-26 British Broadcasting Corp Variable speed replay
DE3436457A1 (de) * 1984-10-05 1986-04-10 Deutsche Thomson-Brandt Gmbh, 7730 Villingen-Schwenningen Verfahren zur erzeugung des kopfschaltsignals und des vertikalsynchronsignals bei videorecordern
DE3517267A1 (de) * 1985-05-14 1986-11-20 Deutsche Thomson-Brandt Gmbh, 7730 Villingen-Schwenningen Geraet, insbesondere videorecorder
DE3517266A1 (de) * 1985-05-14 1986-11-20 Deutsche Thomson-Brandt Gmbh, 7730 Villingen-Schwenningen Geraet, insbesondere videorecorder
CA1270946A (en) * 1985-07-23 1990-06-26 Mitsugu Yoshihiro Capstan servo circuit
DE3528763A1 (de) * 1985-08-10 1987-02-19 Thomson Brandt Gmbh Verfahren zur phasenregelung von motoren in videorecordern
KR930001704B1 (ko) * 1988-05-18 1993-03-11 삼성전자 주식회사 디지탈 오디오 테이프 레코더의 드럼 무조정 자동 위상 제어회로
US5223988A (en) * 1988-07-14 1993-06-29 Fuji Photo Film Co., Ltd. Recording/reproducing apparatus with noise removal and masking of phase rotational position signal
KR0163711B1 (ko) * 1992-10-01 1999-01-15 윤종용 광 디스크 시스템의 스핀들 모터 제어 회로

Family Cites Families (19)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE1259932B (de) * 1963-11-13 1968-02-01 Rank Bush Murphy Ltd Vorrichtung zur Wiedergabe von auf Magnetband aufgezeichneten Fernsehsignalen
US3542950A (en) * 1966-08-02 1970-11-24 Rca Corp Servo system
JPS5022190B1 (nl) * 1969-08-27 1975-07-29
BE756389A (fr) * 1969-09-25 1971-03-22 Comp Generale Electricite Detecteur d'ecart temporel et regulateur de vitesse
US3686469A (en) * 1970-04-02 1972-08-22 Ampex Steady state phase error correction circuit
US3742132A (en) * 1970-05-23 1973-06-26 Nippon Electric Co Drum servo system of a video tape recorder for an electronic editing
US3872369A (en) * 1971-08-05 1975-03-18 Gerber Scientific Instr Co Pulse counting phase modulation method and apparatus for controlling a servo-mechanism
NL7112272A (nl) * 1971-09-06 1973-03-08
AT317314B (de) * 1972-08-23 1974-08-26 Philips Nv Aufzeichnungs- und Wiedergabegerät
JPS4986014U (nl) * 1972-11-11 1974-07-25
US4003090A (en) * 1974-02-18 1977-01-11 Rca Corporation Magnetic recording and reproducing system with tape-to-head speed control
JPS5631662B2 (nl) * 1974-07-17 1981-07-22
US4061950A (en) * 1974-08-13 1977-12-06 Victor Company Of Japan, Limited Pulse generating device for regulating the rotational speed of a body
US4104684A (en) * 1975-05-19 1978-08-01 Matsushita Electric Industrial Co., Ltd. Rotary head type magnetic video recording and reproducing system
US4047231A (en) * 1976-03-19 1977-09-06 Ampex Corporation High stability digital head servo for video recorders
US4206485A (en) * 1977-07-08 1980-06-03 Sony Corporation Digital phase servo system
JPS5833566B2 (ja) * 1977-07-28 1983-07-20 パイオニア株式会社 回転機器の速度及び位相制御回路
JPS5432307A (en) * 1977-08-17 1979-03-09 Victor Co Of Japan Ltd Magnetic reproducer
JPS5532139A (en) * 1978-08-30 1980-03-06 Sony Corp Automatic correction circuit for residual error

Also Published As

Publication number Publication date
NL8001145A (nl) 1980-08-28
MX147435A (es) 1982-12-02
FR2450014A1 (fr) 1980-09-19
AT387879B (de) 1989-03-28
IT8019866A0 (it) 1980-02-12
IT1140567B (it) 1986-10-01
DE3006959C2 (nl) 1988-03-03
BR8000835A (pt) 1980-10-29
AU538020B2 (en) 1984-07-26
US4322757A (en) 1982-03-30
ATA97880A (de) 1988-08-15
GB2043306B (en) 1982-12-15
DE3006959A1 (de) 1980-09-11
FR2450014B1 (fr) 1985-12-27
CH653461A5 (de) 1985-12-31
AU5522280A (en) 1980-09-04
NL193965B (nl) 2000-11-01
CA1150396A (en) 1983-07-19
GB2043306A (en) 1980-10-01

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL193965C (nl) Videobandapparaat.
US4195317A (en) Video recording and playback editing system with displayed cue signals
EP0091188A1 (en) Microprocessor controlled multiple servo system for a recording and/or reproducing apparatus
US4280146A (en) Rotary head type magnetic video recording and reproducing apparatus
US4216504A (en) Slow motion color video recording and playback system
JPS6110379A (ja) スキユ−歪除去装置
US4276571A (en) Slow or still mode video signal reproducing apparatus with incremented tape movement
JPS6258057B2 (nl)
US3732362A (en) Signal processing system for magnetic recording and reproducing apparatus
JPS5979691A (ja) 再生装置
US4115800A (en) Color video signal recording and/or reproducing apparatus
US3270130A (en) Servo system with plural reference signals
JPS6036949Y2 (ja) ビデオテ−プレコ−ダ
EP0091187B1 (en) Microprocessor controlled reproducing apparatus having asynchronous reproducing capability
US3141065A (en) Servo system
US5065385A (en) Time base control system with coarse and fine correction for a spindle servo
JPS6213740B2 (nl)
US3580994A (en) Signal editing system for magnetic recording and reproducing apparatus
JPS5845876B2 (ja) 磁気再生装置
JPS62304Y2 (nl)
JPS6325802Y2 (nl)
EP0007364A1 (en) Video editing system
JPS6145672Y2 (nl)
JPS60126988A (ja) 編集用記録再生装置におけるカラ−フレ−ムサ−ボ回路
JP2601058B2 (ja) ドラムサーボシステム

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V4 Discontinued because of reaching the maximum lifetime of a patent

Free format text: 20010302