NL193071C - Tweedelig blind-bevestigingsorgaan voor het op elkaar bevestigen van een aantal werkstukken. - Google Patents

Tweedelig blind-bevestigingsorgaan voor het op elkaar bevestigen van een aantal werkstukken. Download PDF

Info

Publication number
NL193071C
NL193071C NL8303285A NL8303285A NL193071C NL 193071 C NL193071 C NL 193071C NL 8303285 A NL8303285 A NL 8303285A NL 8303285 A NL8303285 A NL 8303285A NL 193071 C NL193071 C NL 193071C
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
sleeve
pin
diameter
proximal
stop shoulder
Prior art date
Application number
NL8303285A
Other languages
English (en)
Other versions
NL8303285A (nl
NL193071B (nl
Original Assignee
Huck International
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Huck International filed Critical Huck International
Publication of NL8303285A publication Critical patent/NL8303285A/nl
Publication of NL193071B publication Critical patent/NL193071B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL193071C publication Critical patent/NL193071C/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16BDEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
    • F16B19/00Bolts without screw-thread; Pins, including deformable elements; Rivets
    • F16B19/04Rivets; Spigots or the like fastened by riveting
    • F16B19/08Hollow rivets; Multi-part rivets
    • F16B19/10Hollow rivets; Multi-part rivets fastened by expanding mechanically
    • F16B19/1027Multi-part rivets
    • F16B19/1036Blind rivets
    • F16B19/1045Blind rivets fastened by a pull - mandrel or the like
    • F16B19/1054Blind rivets fastened by a pull - mandrel or the like the pull-mandrel or the like being frangible
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16BDEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
    • F16B13/00Dowels or other devices fastened in walls or the like by inserting them in holes made therein for that purpose
    • F16B13/04Dowels or other devices fastened in walls or the like by inserting them in holes made therein for that purpose with parts gripping in the hole or behind the reverse side of the wall after inserting from the front

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Insertion Pins And Rivets (AREA)
  • Dowels (AREA)
  • Component Parts Of Construction Machinery (AREA)

Description

1 193071
Tweedelig blind-bevestigingsorgaan voor het op elkaar bevestigen van een aantal werkstukken
De uitvinding heeft betrekking op een tweedelig blind-bevestigingsorgaan voor het op elkaar bevestigen van een aantal van corresponderende gaten voor het opnemen van het bevestigingsorgaan voorziene werkstuk-5 ken, omvattende als eerste deel: een bus met aan het proximale einde een verbrede kop, die aan de distale zijde aansluit op een busdeel, waarbij de boring van het busdeel zich door de verbrede buskop heen voortzet met een boringgedeelte met een kleinere diameter dan de boringdiameter van het busdeel, waarbij op de overgang tussen de twee diameters een tot de bus behorende eerste aanslagschouder met een distaai gericht aanslagvlak is 10 gevormd; en als tweede deel: een in de bus gestoken pen met aan het distale einde een verbrede, op de vrije distale kopse eindrand van het busdeel aangrijpende, binnen de buitenomtrek van het busdeel vallende penkop en een direct op de proximale zijde van deze kop aansluitend eerste schachtgedeelte waarvan de diameter overeenkomt met de 15 boringdiameter van het busdeel, welk schachtgedeelte zich aan de proximale zijde voortzet in een met speelruimte door de boring van het busdeel reikend tweede schachtgedeelte, waarvan de diameter in hoofdzaak overeenkomt met de diameter van het busboringgedeelte met de kleine diameter, waarbij in het overgangsgebied tussen het eerste penschachtgedeelte en het tweede penschachtgedeelte van kleinere diameter een met de tot de bus behorende eerste aanslagschouder samenwerkende tweede aanslag-20 schouder is gevormd, waarvan het proximaal gerichte ringvormige aanslagvlak en naar de as van het bevestigingsorgaan toe vloeiend overgaat in de distale flank van een omtreksgroef, een en ander zodanig dat de ringvormige aanslagvlakken van de eerste en tweede aanslagschouders in het bevestigingsproces, waarbij de pen - onder radiaal vervormen van het distale einde van het busdeel tot een blinde kop - axiaal in proximale richting door de bus heen wordt aangetrokken, zodanig tegen elkaar worden gedrukt, dat 25 materiaal vanuit de tot de bus behorende eerste aanslagschouder in de omtreksgroef van de pen wordt geperst.
Een dergelijk bevestigingsorgaan is bekend uit het Amerikaanse octrooischrift 3.288.016.
Het voor het vullen van de omtreksgroef benodigde materiaal uit de busaanslagschouder en de daarvoor noodzakelijke vervorming van die busaanslagschouder worden verkregen door de penaanslagschouder 30 gevormd door het radiaal buitenste gedeelte van de distale flank van de omtreksgroef met een buitendiameter die ligt tussen de boringdiameter van het busdeel en het busboringgedeelte met de kleinere diameter, welk gedeelte in een vroeg stadium van het bevestigingsproces wordt aangedrukt tegen het radiaal binnenste gedeelte van de busaanslagschouder. Daarbij heeft de door het in proximale richting conisch toelopende ringvormige aanslagvlak van de penaanslagschouder op het radiaal binnen gelegen 35 deel van het ringvormige aanslagvlak van de busaanslagschouder uitgeoefende kracht ten eerste een radiaal naar buiten gerichte component, waardoor het materiaal van de busaanslagschouder niet alleen in axiale richting wordt opgestuikt doch ook in radiaal buitenwaartse richting wordt weggedrukt. Ten tweede zorgt deze kracht ervoor dat het materiaal van de busaanslagschouder in radiaal binnenwaartse richting uitwijkt naar de omtreksgroef in de pen om aldus in vergrendelende ingrijping met de pen te treden. Daarbij 40 dient in aanmerking te worden genomen, dat met het radiaal uitzetten van de bus ter plaatse van de busaanslagschouder wordt beoogd de radiale speelruimte van het bevestigingsorgaan in de gaten van de te verbinden werkstukken op te vullen. Het opvullen van deze speelruimte gaat ten koste van het voor het opvullen van de omtreksgroef beschikbare schoudermateriaal. Bij een relatief grote speelruimte bestaat dus het gevaar dat de omtreks/grendelgroef niet geheel wordt gevuld en als gevolg daarvan de pen en de bus 45 onvoldoende met elkaar worden vergrendeld. Dit gebrek aan busaanslagschoudermateriaal zou gecompenseerd kunnen worden door de pen verder door de bus heen te bewegen, doch dit wordt nu juist tegengegaan door een loodrecht op de penas staand ringvormig aanslagvlak met een buitendiameter die overeenkomt met de boringdiameter van het busdeel, welk aanslagvlak axiaal in distale richting is verplaatst ten opzichte van penaanslagschouder, welk ringvormig aanslagvlak als begrenzingsaanslag dienst doet en 50 daarbij tegen het niet of nauwelijks aan vervorming onderworpen radiaal buitenste gedeelte van de busaanslagschouder stuit en daarmede een verdere proximaal gerichte axiale beweging van de pen door de bus heen verhindert. Bij afwezigheid van deze begrenzing zou het proximale einde van de pen (in geval van een aangetrokken pen gevormd door het breukvlak ter plaatse van een direct na het tweede penschachtgedeelte aanwezige breekgroef) buiten de proximale verbrede buskop kunnen komen uit te steken, hetgeen 55 ongewenst is.
De uitvinding beoogt een verbeterd bevestigingsorgaan van de in de aanhef omschreven soort te verschaffen, waarbij geen radiaal naar buiten gerichte krachtcomponent optreedt, waarbij onder alle omstandigheden een volledige vulling van de omtreksgroef en daarmede een optimale vergrendeling van de pen en de bus is gewaarborgd en waarbij deze onderlinge vergrendeling steeds in een vooraf bepaalde onderlinge langspositie van de pen en de bus plaatsvindt, zodat voorts de zekerheid wordt verkregen, dat het proximale peneinde niet buiten de proximale verbrede buskop zal uitsteken.
5 Volgens de uitvinding wordt dit doel bereikt, doordat het ringvormige aanslagvlak van de tot de pen behorende tweede aanslagschouder zich radiaal buitenwaarts uitstrekt tot de diameter van het eerste penschachtgedeelte en dit ringvormige aanslagvlak met de as van het bevestigingsorgaan een hoek insluit, die gerekend vanaf het proximale einde van het bevestigingsorgaan ten hoogste 90° bedraagt.
Het bij het bekende bevestigingsorgaan in het overgangsgebied tussen het eerste en het tweede 10 penschachtgedeelte aanwezige derde penschachtgedeelte is derhalve bij het bevestigingsorgaan volgens de uitvinding komen te vervallen of, m.a.w. het eerste penschachtgedeelte loopt bij het bevestigingsorgaan volgens de uitvinding in proximale richting door tot aan het tweede penschachtgedeelte. Daardoor heeft het ringvormige aanslagvlak van de tot de pen behorende tweede aanslagschouder een buitendiameter die overeenkomt met de boringdiameter van het busdeel en is het primair verantwoordelijk geworden voor het 15 vervormen van de gehete radiale breedte van de tot de bus behorende eerste aanslagschouder. Daarbij verloopt het ringvormige aanslagvlak van de penaanslagschouder in radiaal binnenwaartse richting onder een hoek die gerekend vanaf het proximale einde van het bevestigingsorgaan ten hoogte 90° is. Daarmede wordt voorkomen, dat het ringvormige aanslagvlak van de penaanslagschouder bij het uitvoeren van zijn vervormingsarbeid op het busaanslagschoudermateriaal een radiaal naar buiten gerichte krachtcomponent 20 uitoefent.
Het gehele in de busaanslagschouder aanwezige materiaal wordt derhalve, in tegenstelling tot bij het bekende bevestigingsorgaan, alleen gebruikt voor het vullen van de omtreks(grendel)groef van de pen en kan dus geheel op het volume van de grendelgroef worden afgestemd. Het toepassen van een begrenzings-aanslag is daarmede in feite overbodig geworden. In vergelijking tot het bekende bevestigingsorgaan is het 25 aan het opstuiken deelnemende ringvormige aanslagvlak van de tot de pen behorende tweede aanslagschouder bij het bevestigingsorgaan volgens de uitvinding groter geworden, terwijl ten aanzien van de busaanslagschouder geldt, dat deze nu over de gehele radiale afmeting wordt vervormd. Dit laatste betekent dat - wederom in vergelijking met het bekende bevestigingsorgaan - een kortere axiale vervormingsweg voldoende is om het voor het vullen van de grendelgroef benodigde materiaal uit de 30 busaanslagschouder ’’vrij te maken”. En dit laatste betekent dan weer, dat de busaanslagschouder zonder bezwaar (n.l. zonder het gevaar dat het proximale peneinde uiteindelijk buiten de proximale verbrede buskop zou gaan uitsteken) binnen de axiale afmeting van de proximale verbrede buskop kan zijn gelegen.
Opgemerkt wordt, dat uit het Amerikaanse octrooischrift 3.377.908 (zie in het bijzonder de uitvoeringsvorm volgens figuur 12) een bevestigingsorgaan van het in de aanhef beschreven type bekend is, waarbij 35 de tot de bus behorende eerste aanslagschouder is gevormd door een vanaf de kopse zijde van de proximale verbrede buskop ingebracht apart inzetstuk van kleinere binnendiameter. Daarbij gaat een loodrecht op de as van het bevestigingsorgaan gericht ringvormig schoudervlak van de pen radiaal binnenwaarts rechtstreeks en vloeiend over in de distale flank van een met materiaal uit de busaanslagschouder te vullen omtreksgroef. De op elkaar komende aanslagvlakken van de beide aanslagschouders 40 zijn daarbij zo gericht, dat eerst na een radiale verplaatsing naar buiten en een axiale opstuiking van het busmateriaal uiteindelijk een radiaal naar binnen gerichte verplaatsing van het inzetstuk ter opvulling van de als grendelgroef dienende omtreksgroef in de pen plaatsvindt. Ook bij dit bevestigingsorgaan is een naar verhouding grote kracht vereist om de voor het vullen van de grendelgroef noodzakelijke vervorming te bewerkstelligen.
45 Voorts is uit het Britse octrooischrift 1.420.025 een orgaan van het in aanhef beschreven type bekend, waarbij de eerste aanslagschouder wordt gevormd door een kerngedeelte van de proximale verbrede hulskop, dat van het kopse vlak van die hulskop uitsteekt en rondom wordt omgeven door een van de kopse zijde van de hulskop uitgaande insnijding. Daarbij wordt het kerngedeelte bij het in de bus trekken van de pen binnen de verbrede hulskop afgeschoven, in distale richting verplaatst en in de grendelgroef van 50 de pen geperst. De aanslagvlakken van de schouders komen daarbij eerst in het allerlaatste stadium tegen elkaar op een moment waarop de grendelgroef reeds verregaand met afgeschoven busmateriaal is gevuld. Dit bekende bevestigingsorgaan vraagt een aanpassing van het gebruikelijke gereedschap om het kerngedeelte van de verbrede hulskop te doen afschuiven en in distale richting te verplaatsen.
55 De uitvinding wordt hieronder aan de hand van de tekening met enkele uitvoeringsvoorbeelden nader toegelicht.
Figuur 1 is een langsdoorsnede door het bevestigingsorgaan volgens de uitvinding, in de toestand vóór 3 193071 het vastzetten daarvan; figuur 2 toont een gedeelte op grotere schaal van het bevestigingsorgaan volgens figuur 1; figuur 3 toont het bevestigingsorgaan volgens figuur 1 in een toestand juist voor het beëindigen van het vastzetproces; 5 figuur 4 toont hetzelfde bevestigingsorgaan in de uiteindelijke vastgezette toestand; figuur 5 toont een detail op grotere schaal betreffende de met vervormd schoudermateriaal gevulde grendelgroef; figuur 6 toont het bevestigingsorgaan in vastgetrokken toestand, waarbij de gezamenlijke dikte van de op elkaar bevestigde werkstukken overeenkomt met de maximaal door het bevestigingsorgaan te overbruggen 10 dikte; figuur 7 toont een alternatieve uitvoeringsvorm van het bevestigingsorgaan volgens de uitvinding en figuur 8 toont op grotere schaal de grendelgroef van de pen van het bevestigingsorgaan volgens figuur 7.
Het in figuur 1 getoonde bevestigingsorgaan 10 bestaat uit een bus 12 en een pen 14 en is gestoken door 15 twee op één lijn gelegen openingen 16, 18 van twee met elkaar te verbinden plaatvormige werkstukken 20, 22. De werkstukken 20, 22 hebben een gezamenlijke dikte, die de minimaal door het bevestigingsorgaan te "overbruggen" dikte voorstelt. Bij toevoeging van een in de tekening met streep-puntlijnen aangeduid derde werkstuk 23 (met opening 25) ziet men de maximum dikte, die door het bevestigingsorgaan 10 kan worden overbrugd. De dikte van het werkstuk 23 geeft het verschil aan tussen de minimaal te overbruggen dikte en 20 de maximaal te overbruggen dikte.
De bus 12 is in hoofdzaak cilindrisch, heeft een constante buitendiameter en is aan zijn proximale einde voorzien van een verbrede kop 26. De cilindrische boring 28 van de bus 12 zet zich ter hoogte van de verbrede kop 26 voort in een boringgedeelte 30 van verminderde diameter, welk boringgedeelte overgaat in een conisch verwijd gedeelte 32. Op de overgang tussen de boring 28 en het boringgedeelte 30 van 25 verminderde diameter is een ringvormige aanslagschouder 34 gevormd. Het ringvormige aanslagvlak 36 van de aanslagschouder 34 loopt in de richting van het distale einde van het bevestigingsorgaan (d.w.z. in de tekening naar beneden) conisch toe. Zoals in het bijzonder in figuur 2 is te zien, wordt de aanslagschouder 34 omgeven door een in het verlengde van het binnenomtreksvlak van het busdeel 24 gelegen axiale insnijding 38.
30 De in het busdeel 24 stekende pen 14 heeft aan zijn distale einde een verbrede, op de vrije kopse eindrand van het busdeel 24 aangrijpende, binnen de buitenomtrek van het busdeel 24 vallende verbrede kop 42. Direct aansluitend aan deze verbrede kop bevindt zich een betrekkelijk kort schachtgedeelte 48, waarvan de diameter overeenkomt met de diameter van de busdeelboring 28. Het schachtgedeelte 48 zet zich voort in een schachtgedeelte 40, waarvan de diameter overeenkomt met de diameter van het 35 vernauwde boringgedeelte 30 van de verbrede kop 26. Het schachtgedeelte 40 gaat met een afgeknot conisch deel 41 over in een schachtgedeelte 45 van kleinere diameter, dat in de in figuur 1 weergegeven voorgemonteerde toestand van het bevestigingsorgaan met speelruimte door het boringgedeelte 30 van het busdeel 24 reikt.
De pen 14 heeft voorts aan zijn proximale, d.w.z. van de verbrede kop 42 afgekeerde einde een aantal 40 trekgroeven 44. De buitendiameter van de trekgroeven 44 is een weinig groter dan die van het vernauwde boringgedeelte 30 in de verbrede kop 26, zodat bus 12 en pen 14 in de in figuur 1 weergegeven voorgemonteerde toestand bijeen worden gehouden. De trekgroeven 44 worden verkregen door rollen vanuit het verlengde van het schachtgedeelte 45, nadat de pen 14 eerst in de bus 12 is gestoken.
Op de overgang tussen het betrekkelijk korte schachtgedeelte 48 en het schachtgedeelte 40 is een 45 ringvormige aanslagschouder 56 gevormd. Het ringvormige aanslagvlak 57 daarvan is in hoofdzaak vlak en staat loodrecht op de as van de pen 14 (zie figuur 2). Het ringvormige aanslagvlak 57 gaat naar binnen toe over in de distale flank van een als vergrendelingsgroef dienende omtreksgroef 58. Deze groef heeft een axiale breedte X en een vlakke proximale flank 70, die loodrecht op de as van de pen staat. Op een vooraf bepaalde, meer naar het proximale einde toe gelegen plaats bevindt zich een ringvormige breekgroef 60.
50 Nadat het voorgemonteerde bevestigingsorgaan 10 door de op één lijn gelegen openingen in de op elkaar te bevestigen werkstukken is gestoken, vindt het vastzetten ervan plaats onder gebruikmaking van gereedschap, dat voor dit type bevestigingsorgaan algemeen bekend is. Daarbij wordt de verbrede kop 26 van de bus 12 in distale richting aangedrukt met behulp van een aambeeld, terwijl een stel bekken op de trekgroeven 44 aangrijpen en daarbij een proximaal gerichte trekkracht uitoefenen. Onder invloed van deze 55 trekkracht wordt de pen 14 verder in en door het busdeel 24 getrokken. Daarbij bewerkstelligt het conische gedeelte 50 van de verbrede kop 42 een geleidelijke verwijding van het busdeel 24 en wordt de verbrede kop 42 geheel in het busdeel 24 getrokken, waarbij het busdeel wordt verwijd tot de in figuur 3 met 66 aangegeven blinde kop. In het geval van figuur 6 .waarin het bevestigingsorgaan 10 de maximale werkstuk-dikte moet overbruggen, wordt de verbrede penkop 42, nadat deze het distale eindgedeelte van het busdeel 24 tot aan het distale eindvlak van het werkstuk 23 heeft verwijd, bij verder intrekken in het busdeel 24 radiaal samengedrukt.
5 Kort na het begin van het trekproces komt het schachtgedeelte 40 onder besturing van het als zoekrand werkende afgeknot conische schachtgedeelte 41 in ingrijping met het vernauwde boringgedeelte 30 in de verbrede kop 26 van de bus 12, waarna de pen gedurende het verdere verloop van het trekproces door dit vernauwde boringgedeelte 30 wordt geleid.
In een laatste fase van het trekproces drukt het ringvormige aanslagvlak 57 van de aanslagschouder 56 10 van de pen 14 tegen het aanslagvlak 36 van de aanslagschouder 34 van de bus 12. Doordat het aanslagvlak 36 in distale richting conisch toe loopt wordt de schouder 34 daarbij radiaal naar binnen gebogen en in de ruimte van de omtreksgroef 58 gedrukt. Deze naar binnen gerichte buiging wordt bevorderd door de axiale insnijding 38.
Nadat op deze wijze de omtreksgroef 58 met materiaal van de aanslagschouder 34 van bus 12 is gevuld 15 leidt een verdere verhoging van de uitgeoefende trekkracht tot breuk ter plaatse van de breekgroef 60. De plaats van de breekgroef 60 is daarbij zo gekozen, dat het breekvlak binnen de begrenzing van de verbrede kop 26 van de bus 12 komt te liggen (zie figuren 4 en 5).
De axiale insnijding 38 reikt zo ver, dat het door deze insnijding van de rest van de bus 12 gescheiden materiaalvolume van de aanslagschouder 34 vrijwel gelijk is aan of een weinig groter is dan het volume dat 20 nodig is voor het vullen van de omtrekgroef 58 en het aangrenzende gebied tussen de pen 14 en de bus 12. De insnijding 38 mag uiteraard niet zo diep zijn, dat afschuiving van de aanslagschouder in axiale richting zou kunnen plaatsvinden. De door de insnijding 38 van de rest van de bus 12 gescheiden liggende aanslagschouder 34 ligt binnen de axiale begrenzing van de verbrede kop 26 van de bus 12. Hierdoor wordt de weerstand tegen radiaal uitzetten van de bus 12 bij het met het vullen van de omtreksgroef 58 gepaard 25 gaande vervorming van de aanslagschouder 34 vergroot. De voorkeursbreekgroef 60 is zo gedimensioneerd, dat deze breekt bij een grotere axiale belasting dan die, waarbij het opvullen van de omtreksgroef 58 plaatsvindt. Na het opvullen van de omtreksgroef, die dienst doet als grendelgroef, zou de vergrote axiale kracht, die nodig is om de pen te doen breken, het busmateriaal radiaal kunnen doen uitzetten. Een dergelijke radiale uitzetting van het busmateriaal zou in een axiale verplaatsing van de pen 14 kunnen 30 resulteren, waardoor de uiteindelijke positie van deze pen moeilijk zou zijn te beheersen. Doordat echter de aanslagschouder 34 van de bus 12 binnen de axiale begrenzing van de buskop 26 is gelegen, wordt een dergelijke radiale uitzetting voorkomen. Het is derhalve niet noodzakelijk dat de bus 12 door de wanden van de boringen 16 en 18 in de werkstukken in radiale richting wordt opgesloten. Ook bij een naar verhouding grote speling tussen de boringen 16 en 18 en de bus 12 kan dus een bevredigende bevestiging met een 35 doeltreffende vergrendeling worden verkregen.
De beschreven positie van de aanslagschouder 34 bevordert mede een effectieve vulling van de omtreksgroef 58 met materiaal uit deze schouder, waarbij variaties in de uiteindelijke axiale positie van de pen tot een minimum worden beperkt, zodat de uiteindelijke breuk ter plaatse van de breekgroef 60 zich op een vaste axiale plaats binnen de begrenzing van de verbrede kop 26 zal manifesteren.
40 Beproefd is een uitvoering, waarbij de pen 14 en de bus 12 waren vervaardigd uit een ijzerlegering, waarbij de pen 14 een Rockwell C-hardheid van 40 en de bus 12 een Rockwell B-hardheid had van 90.
De pen 14 en de bus 12 kunnen met zink, cadmium of een ander geschikt materiaal worden bekleed om de corrosie-weerstand ervan te verbeteren. Deze bekleding dient dan tevens als smeermiddel, dat de wrijving tussen de pen 14 en de bus 12 bij het vastzetten vermindert, waardoor een goede werking wordt 45 bevorderd. De wrijving kan verder worden verminderd door gebruik van een dunne laag van een smeermiddel, zoals het onder de naam SPERMAFOL 5200 door Ashland Oil Inc. in de handel gebrachte smeermiddel. Na het aanbrengen van de bekleding en de eventuele smeermiddellaag worden de pen 14 en de bus 12 voorgemonteerd. Het rollen van de trekgroeven 44 vindt dus plaats na het bekleden, waardoor vorm en afmetingen van deze trekgroeven nauwkeuriger aan het gewenste profiel zullen beantwoorden. Doordat de 50 trekroeven 44 de pen 14 en de bus 12 in hun voorgemonteerde positie houden, behoeven voor dat doel geen nauwe passingen tussen delen van de pen 14 en de bus 12 te worden toegepast. Met name het schachtgedeelte 45 van de pen 14 kan dus een naar verhouding ruime speling ten opzichte van het boringgedeelte 30 van verminderde diameter hebben. Het geleidende penschachtgedeelte 40 is zo gedimensioneerd, dat het alleen ten opzichte van het vernauwde boringgedeelte 30 een geringe speling of 55 schuifpassing heeft. Ook het schachtgedeelte 48 van de pen 14 heeft een geringe speling respectievelijk schuifpassing ten opzichte van de boring 28 van het busdeel 24. In de uitvoeringsvorm volgens figuur 2 loopt het omtreksvlak 49 van het penschachtgedeelte 48 in werkelijkheid, gezien in proximale richting, een

Claims (3)

5 193071 weinig taps toe. Door de beschreven dimensionering wordt de wrijving tussen de bus en de pen alsook de kans van krassen en schrapen van de oppervlakken daarvan tot een minimum beperkt. Het is gewenst de omtreksgroef 58 direct aansluitend op de aanslaghouder 57 van de pen aan te brengen. De proximale flank 70 kan dan de nodige axiale afstand van de voorkeursbreekgroef 60 hebben, 5 terwijl beide toch binnen de axiale begrenzing van de verbrede kop 26 van de bus 12 komen te liggen. In een specifieke uitvoeringsvorm kan het gewenst zijn de axiale afmeting X van de omtreksgroef 58 te beperken. Bij een bus 12 met een nominale buitendiameter van het busdeel 24 van 6,35 mm en een verbrede kop Y tussen 2,7 en 3 mm geeft een axiale afmeting X van de omtreksgroef 58 van 0,13-0,63 mm bevredigende resultaten. Een kortere of grotere afmeting van de omtreksgroef 58 kan tot een minder goede 10 vergrendeling leiden. Een bijzondere uitvoeringsvorm is getoond in figuur 7. Het daarin getoonde bevestigingsorgaan 10a heeft een holle bus 12a en een pen 14a. De pen 14a heeft een aanslagschouder 56a met een ringvormig aanslagvlak 57a, dat in distale richting (dus naar het blinde einde toe) conisch toeloopt, waardoor het naar binnen buigen van het materiaal van de aanslagschouder 34a van de bus 12a bij het op elkaar drukken van 15 de beide aanslagschouders 56a en 34a, wordt bevorderd. De proximale flank 70a van de omtreksgroef 58a loopt vanaf de buitenomtrek van schachtdeel 40a in proximale richting conisch toe. Hierdoor wordt de grendelwerking bevorderd en wordt het uitoefenen van druk in distale richting op de pen tegengegaan. Een vanaf de buitenomtrek van het schachtdeel 40a in distale richting conisch toelopend profiel van de proximale flank van de omtreksgroef 58a, zoals aangeduid met de streeppuntlijn 74, is derhalve minder 20 gewenst. Op zijn minst zou de proximale flank van de omtreksgroef 58a ongeveer loodrecht op de as van het bevestigingsorgaan 10 a moeten staan, zoals dit het geval is bij de fank 70 in de uitvoeringsvorm volgens figuren 1 t/m 4. 25 Conclusies
1. Tweedelig blind-bevestigingsorgaan voor het op elkaar bevestigen van een aantal van corresponderende gaten voor het opnemen van het bevestigingsorgaan voorziene werkstukken, omvattende als eerste deel: een bus met aan het proximale einde een verbrede kop, die aan de distale zijde aansluit op een busdeel, 30 waarbij de boring van het busdeel zich door de verbrede buskop heen voortzet met een boringgedeelte met een kleinere diameter dan de boringdiameter van het busdeel, waarbij op de overgang tussen de twee diameters een tot de bus behorende eerste aanslagschouder met een distaai gericht ringvormig aanslagvlak is gevormd; en als tweede deel: 35 een in de bus gestoken pen met aan het distale einde een verbrede, op de vrije distale kopse eindrand van het busdeel aangrijpende, binnen de buitenomtrek van het busdeel vallende penkop en een direct op de proximale zijde van deze kop aansluitend eerste schachtgedeelte waarvan de diameter overeenkomt met de boringdiameter van het busdeel, welk schachtgedeelte zich aan de proximale zijde voortzet in een met speelruimte door de boring van het busdeel uitstrekkend tweede schachtgedeelte, waarvan de 40 diameter in hoofdzaak overeenkomt met de diameter van het busboringgedeelte met de kleine diameter, waarbij in het overgangsgebied tussen het eerste penschachtgedeelte en het tweede penschachtgedeelte van kleinere diameter een met de tot de bus behorende eerste aanslagschouder samenwerkende tweede aanslagschouder is gevormd, waarvan het proximaal gerichte ringvormige aanslagvlak naar de as van het bevestigingsorgaan toe vloeiend overgaat in de distale flank van een omtreksgroef, een en ander 45 zodanig dat de ringvormige aanslagvlakken van de eerste en tweede aanslagschouders in het bevestigingsproces, waarbij de pen - onder radiaal vervormen van het distale einde van het busdeel tot een blinde kop - axiaal in proximale richting door de bus heen wordt aangetrokken, zodanig tegen elkaar worden gedrukt, dat materiaal vanuit de tot de bus behorende eerste aanslagschouder in de omtreksgroef van de pen wordt geperst, met het kenmerk, dat het ringvormige aanslagvlak van de tot de pen 50 behorende tweede aanslagschouder zich radiaal buitenwaarts uitstrekt tot de diameter van het eerste penschachtgedeelte en dit ringvormige aanslagvlak met de as van het bevestigingsorgaan een hoek insluit, die gerekend vanaf het proximale einde van het bevestigingsorgaan ten hoogste 90° bedraagt.
2. Bevestigingsorgaan volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de tot de bus behorende eerste aanslagschouder wordt omgeven door een in hoofdzaak in het verlengde van de binnenomtrekswand van het 55 busdeel gelegen ringvormige insnijding. 193071 6
3. Bevestigingsorgaan volgens de conclusie 1 en 2, met het kenmerk, dat de proximale flank van de omtreksgroef met de as van het bevestigingsorgaan een hoek insluit, die gerekend vanaf het proximale einde van het bevestigingsorgaan, groter is dan 90°. Hierbij 3 bladen tekening
NL8303285A 1982-09-28 1983-09-26 Tweedelig blind-bevestigingsorgaan voor het op elkaar bevestigen van een aantal werkstukken. NL193071C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US42530482 1982-09-28
US06/425,304 US4863325A (en) 1982-09-28 1982-09-28 Two piece blind fastener with lock spindle construction

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8303285A NL8303285A (nl) 1984-04-16
NL193071B NL193071B (nl) 1998-05-06
NL193071C true NL193071C (nl) 1998-09-08

Family

ID=23685976

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8303285A NL193071C (nl) 1982-09-28 1983-09-26 Tweedelig blind-bevestigingsorgaan voor het op elkaar bevestigen van een aantal werkstukken.

Country Status (19)

Country Link
US (1) US4863325A (nl)
JP (1) JPS59131012A (nl)
KR (1) KR910004237B1 (nl)
AR (1) AR231171A1 (nl)
AU (1) AU575540B2 (nl)
BE (1) BE897855A (nl)
BR (1) BR8305301A (nl)
CA (1) CA1243515A (nl)
DE (1) DE3334487C2 (nl)
DK (1) DK157252C (nl)
ES (1) ES8407167A1 (nl)
FR (1) FR2533647B1 (nl)
GB (1) GB2127514B (nl)
IT (1) IT1168889B (nl)
MX (1) MX156984A (nl)
NL (1) NL193071C (nl)
NZ (1) NZ205621A (nl)
SE (1) SE458297B (nl)
ZA (1) ZA836835B (nl)

Families Citing this family (32)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB8334095D0 (en) * 1983-12-21 1984-02-01 British Aerospace Rivet arrangement
IT1182207B (it) * 1984-05-30 1987-09-30 George Siebol Perfezionamento nei complessi di rivetti ciechi con perno di bloccaggio auto-regolante
US4826372A (en) * 1986-08-06 1989-05-02 Victor Pastushin Pre-locked pull-type blind fastener
US5006024A (en) * 1990-03-05 1991-04-09 George Siebol Dual-lock blind fastener
GB2269873A (en) * 1992-08-21 1994-02-23 Avdel Systems Ltd Self-plugging blind fastener
GB2271302A (en) * 1992-09-22 1994-04-13 Avdel Systems Ltd Method of making a tubular body having a deformable internal skirt
US5519926A (en) * 1994-05-09 1996-05-28 Huck International, Inc. Nose assembly for hydraulic installation tool
US5598619A (en) * 1994-05-09 1997-02-04 Huck International, Inc. Hydraulic installation tool
US5599147A (en) * 1995-05-02 1997-02-04 Allfast Fastening Systems, Inc. Blind rivet with a tapered locking mechanism
USRE38664E1 (en) 1996-01-11 2004-11-30 Allfast Fastening Systems, Inc. Method for creating a hole for a permanent fastener that replaces a tacking fastener
US5689873A (en) * 1996-01-11 1997-11-25 Allfast Fastening Systems, Inc. Tacking fastener
US5810530A (en) * 1997-10-08 1998-09-22 Huck International, Inc. Interference blind type bolt
US6077009A (en) * 1999-04-09 2000-06-20 Huck International, Inc. Blind fastener with high strength blind head and high clamp and high shear load resistance
US6241443B1 (en) 1999-05-18 2001-06-05 Huck International, Inc. Fastener with staged locking system
US6213699B1 (en) 1999-09-10 2001-04-10 Huck International, Inc. Filling rivet with high pin lock
GB2368107B (en) * 2000-10-19 2004-01-21 Textron Fastening Syst Ltd Blind fastener
GB2378739A (en) * 2001-08-16 2003-02-19 Emhart Inc Blind rivet having undercut flange
US6772500B2 (en) * 2001-10-25 2004-08-10 Allfast Fastening Systems, Inc. Method of forming holes for permanent fasteners
US6551040B1 (en) * 2001-12-27 2003-04-22 Huck International, Inc. Blind fastener with a blind side head having a clamp support and lock section
US6532635B1 (en) 2002-03-01 2003-03-18 Huck International, Inc. Installation tool for pull type fasteners
GB2388412A (en) * 2002-05-08 2003-11-12 Emhart Llc Blind rivet
US20080229620A1 (en) * 2007-03-19 2008-09-25 Alcoa Global Fasteners Double flush fastener for attaching cleats
US7824141B2 (en) * 2007-08-03 2010-11-02 Newfrey Llc Blind rivet
US8096742B2 (en) * 2007-08-03 2012-01-17 Newfrey Llc Blind rivet
GB2464674C (en) * 2008-10-20 2013-04-03 Avdel Uk Ltd Blind fastener
US8029220B2 (en) * 2008-12-16 2011-10-04 Self-Fix Metals Ltd. Blind rivet assembly
DE102010017296A1 (de) 2010-06-08 2011-12-08 Newfrey Llc Blindniet und Befestigungsanordnung mit einem Blindniet
JP6583659B2 (ja) * 2014-07-24 2019-10-02 ポップリベット・ファスナー株式会社 ブラインドリベット及びその締結方法
KR20190039711A (ko) 2016-08-12 2019-04-15 일리노이즈 툴 워크스 인코포레이티드 리벳 파스너 조립체
DE102019101078A1 (de) 2018-01-16 2019-07-18 Illinois Tool Works Inc. Niet-befestigungselementanordnung und verfahren zu ihrer verwendung
US11268557B2 (en) 2018-10-10 2022-03-08 Illinois Tool Works Inc. Rivet fastener assembly and method of use thereof
EP3969764A4 (en) * 2019-05-15 2022-11-30 Howmet Aerospace Inc. BLIND FASTENERS AND FIXING METHODS

Family Cites Families (17)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20055A (en) * 1858-04-27 Ruler
US2538623A (en) * 1945-05-14 1951-01-16 Cherry Rivet Company Rivet assembly
US3073205A (en) * 1958-12-16 1963-01-15 Olympic Screw & Rivet Corp Blind rivet assembly having mandrel with a deformable skirt portion
FR1353167A (fr) * 1962-02-26 1964-02-21 Olympic Screw & Rivet Corp Rivet borgne à haut pouvoir de support
US3288016A (en) * 1964-07-06 1966-11-29 Huck Mfg Co Blind two-piece fastener
US3388016A (en) * 1964-08-31 1968-06-11 Leslie D. Murray Method and apparatus for patching articles
US3377907A (en) * 1965-03-10 1968-04-16 Huck Mfg Co Blind fastener
US3285121A (en) * 1965-05-19 1966-11-15 Siebol George Blind rivet
US3377908A (en) * 1967-04-10 1968-04-16 Olympic Screw & Rivet Corp Blind rivet assembly with locking means
US3657957A (en) * 1969-11-24 1972-04-25 Olympic Screw & Rivet Corp Rivet
US3698278A (en) * 1971-03-15 1972-10-17 Vsi Corp Nut member
US3726553A (en) * 1971-07-09 1973-04-10 Huck Mfg Co Two-part pull type positive lock fasteners
FR2181345A5 (nl) * 1972-04-17 1973-11-30 Olympic Fastening Systems
GB1538872A (en) * 1975-04-01 1979-01-24 Avdel Ltd Blind rivet
US4405273A (en) * 1977-07-19 1983-09-20 Huck Manufacturing Company Blind fasteners
GB1604727A (en) * 1977-07-19 1981-12-16 Huck Mfg Co Blind fasteners
DE3035867A1 (de) * 1979-09-28 1981-04-16 Aerpat Ag, Zug Selbstverstopfender blindniet

Also Published As

Publication number Publication date
ES526007A0 (es) 1984-08-16
NL8303285A (nl) 1984-04-16
AU575540B2 (en) 1988-08-04
GB2127514A (en) 1984-04-11
JPH0327764B2 (nl) 1991-04-17
BR8305301A (pt) 1984-05-02
NZ205621A (en) 1986-10-08
AU1918683A (en) 1984-04-05
CA1243515A (en) 1988-10-25
DK441383A (da) 1984-03-29
NL193071B (nl) 1998-05-06
IT1168889B (it) 1987-05-20
FR2533647A1 (fr) 1984-03-30
DK441383D0 (da) 1983-09-27
SE8305191D0 (sv) 1983-09-26
US4863325A (en) 1989-09-05
BE897855A (fr) 1984-03-28
GB2127514B (en) 1986-06-04
DK157252B (da) 1989-11-27
KR910004237B1 (ko) 1991-06-24
DK157252C (da) 1990-04-30
DE3334487A1 (de) 1984-03-29
GB8325504D0 (en) 1983-10-26
AR231171A1 (es) 1984-09-28
IT8349042A0 (it) 1983-09-27
SE458297B (sv) 1989-03-13
SE8305191L (sv) 1984-03-29
FR2533647B1 (fr) 1988-10-14
DE3334487C2 (de) 1996-02-01
ZA836835B (en) 1984-05-30
KR840005968A (ko) 1984-11-21
JPS59131012A (ja) 1984-07-27
ES8407167A1 (es) 1984-08-16
MX156984A (es) 1988-10-18

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL193071C (nl) Tweedelig blind-bevestigingsorgaan voor het op elkaar bevestigen van een aantal werkstukken.
EP0235194B1 (en) An interference fit blind fastener system
US4844673A (en) Lock spindle blind bolt with lock collar providing pin stop support
EP0304070B1 (en) Improved swaged collar fastener
RU2276747C2 (ru) Крепежное устройство с односторонним доступом, снабженное с недоступной стороны головкой с участком прижима, опоры и запирания
DE2057809C3 (de) Blindniet
US4988247A (en) Blind rivet and method of making same
DE68908607T2 (de) Blindniet.
JPS60125406A (ja) 自己閉塞形ブラインドリベット
US4969785A (en) Fastener mandrel and method
NL8402635A (nl) Blind bevestigingsorgaan met greepcompensatieorgaan.
CA2606569A1 (en) Blind rivet element and use thereof
EP0456431A1 (en) Self plugging blind rivet
EP0663536A2 (de) Blindniet und Verfahren zu seiner Herstellung
US6213699B1 (en) Filling rivet with high pin lock
IL145806A (en) Blind clamp with very strong blind head and resistant to high clamping and cutting load
GB2091835A (en) Two-part rivet
DE69810502T2 (de) Blindnieten
JPS6346282B2 (nl)
EP1369601B1 (en) Peel-Type Blind Rivet
US2344803A (en) Method of forging shovel sockets and the like
EP0597158A1 (en) Swage collar with pintail and fastening system
DE20319610U1 (de) Stanzniet für hochfeste Bleche
US8348565B2 (en) Rivet
EP0497455A1 (en) Self-plugging blind rivet

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
CNR Transfer of rights (patent application after its laying open for public inspection)

Free format text: HUCK INTERNATIONAL, INC.

V4 Discontinued because of reaching the maximum lifetime of a patent

Effective date: 20030926