NL192480C - Kamfilterketen. - Google Patents
Kamfilterketen. Download PDFInfo
- Publication number
- NL192480C NL192480C NL7905936A NL7905936A NL192480C NL 192480 C NL192480 C NL 192480C NL 7905936 A NL7905936 A NL 7905936A NL 7905936 A NL7905936 A NL 7905936A NL 192480 C NL192480 C NL 192480C
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- signal
- charge
- inputs
- channel
- delay
- Prior art date
Links
- 230000003111 delayed effect Effects 0.000 claims description 13
- 238000006243 chemical reaction Methods 0.000 claims description 10
- 239000011159 matrix material Substances 0.000 claims description 6
- 230000001934 delay Effects 0.000 claims description 5
- 230000000295 complement effect Effects 0.000 claims description 4
- 230000008878 coupling Effects 0.000 claims description 2
- 238000010168 coupling process Methods 0.000 claims description 2
- 238000005859 coupling reaction Methods 0.000 claims description 2
- 230000011664 signaling Effects 0.000 claims description 2
- 238000001914 filtration Methods 0.000 claims 1
- 238000000034 method Methods 0.000 description 15
- 230000004044 response Effects 0.000 description 15
- 239000002131 composite material Substances 0.000 description 8
- 230000008569 process Effects 0.000 description 7
- 238000009825 accumulation Methods 0.000 description 5
- 238000005070 sampling Methods 0.000 description 4
- 239000013078 crystal Substances 0.000 description 3
- 239000000654 additive Substances 0.000 description 2
- 230000000996 additive effect Effects 0.000 description 2
- 230000000694 effects Effects 0.000 description 2
- 230000035939 shock Effects 0.000 description 2
- 230000003321 amplification Effects 0.000 description 1
- 230000005540 biological transmission Effects 0.000 description 1
- 239000003990 capacitor Substances 0.000 description 1
- 238000010351 charge transfer process Methods 0.000 description 1
- 230000007423 decrease Effects 0.000 description 1
- 230000009977 dual effect Effects 0.000 description 1
- 238000004519 manufacturing process Methods 0.000 description 1
- 230000006911 nucleation Effects 0.000 description 1
- 238000010899 nucleation Methods 0.000 description 1
- 238000003199 nucleic acid amplification method Methods 0.000 description 1
- 230000000979 retarding effect Effects 0.000 description 1
- 230000008054 signal transmission Effects 0.000 description 1
- 239000007787 solid Substances 0.000 description 1
- 230000001629 suppression Effects 0.000 description 1
- 230000007704 transition Effects 0.000 description 1
- 230000003313 weakening effect Effects 0.000 description 1
Classifications
-
- H—ELECTRICITY
- H01—ELECTRIC ELEMENTS
- H01L—SEMICONDUCTOR DEVICES NOT COVERED BY CLASS H10
- H01L27/00—Devices consisting of a plurality of semiconductor or other solid-state components formed in or on a common substrate
- H01L27/02—Devices consisting of a plurality of semiconductor or other solid-state components formed in or on a common substrate including semiconductor components specially adapted for rectifying, oscillating, amplifying or switching and having potential barriers; including integrated passive circuit elements having potential barriers
- H01L27/04—Devices consisting of a plurality of semiconductor or other solid-state components formed in or on a common substrate including semiconductor components specially adapted for rectifying, oscillating, amplifying or switching and having potential barriers; including integrated passive circuit elements having potential barriers the substrate being a semiconductor body
- H01L27/10—Devices consisting of a plurality of semiconductor or other solid-state components formed in or on a common substrate including semiconductor components specially adapted for rectifying, oscillating, amplifying or switching and having potential barriers; including integrated passive circuit elements having potential barriers the substrate being a semiconductor body including a plurality of individual components in a repetitive configuration
- H01L27/105—Devices consisting of a plurality of semiconductor or other solid-state components formed in or on a common substrate including semiconductor components specially adapted for rectifying, oscillating, amplifying or switching and having potential barriers; including integrated passive circuit elements having potential barriers the substrate being a semiconductor body including a plurality of individual components in a repetitive configuration including field-effect components
- H01L27/1057—Devices consisting of a plurality of semiconductor or other solid-state components formed in or on a common substrate including semiconductor components specially adapted for rectifying, oscillating, amplifying or switching and having potential barriers; including integrated passive circuit elements having potential barriers the substrate being a semiconductor body including a plurality of individual components in a repetitive configuration including field-effect components comprising charge coupled devices [CCD] or charge injection devices [CID]
-
- H—ELECTRICITY
- H03—ELECTRONIC CIRCUITRY
- H03H—IMPEDANCE NETWORKS, e.g. RESONANT CIRCUITS; RESONATORS
- H03H15/00—Transversal filters
-
- H—ELECTRICITY
- H03—ELECTRONIC CIRCUITRY
- H03H—IMPEDANCE NETWORKS, e.g. RESONANT CIRCUITS; RESONATORS
- H03H15/00—Transversal filters
- H03H15/02—Transversal filters using analogue shift registers
-
- H—ELECTRICITY
- H04—ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
- H04N—PICTORIAL COMMUNICATION, e.g. TELEVISION
- H04N9/00—Details of colour television systems
- H04N9/77—Circuits for processing the brightness signal and the chrominance signal relative to each other, e.g. adjusting the phase of the brightness signal relative to the colour signal, correcting differential gain or differential phase
- H04N9/78—Circuits for processing the brightness signal and the chrominance signal relative to each other, e.g. adjusting the phase of the brightness signal relative to the colour signal, correcting differential gain or differential phase for separating the brightness signal or the chrominance signal from the colour television signal, e.g. using comb filter
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Power Engineering (AREA)
- Physics & Mathematics (AREA)
- Condensed Matter Physics & Semiconductors (AREA)
- General Physics & Mathematics (AREA)
- Computer Hardware Design (AREA)
- Microelectronics & Electronic Packaging (AREA)
- Multimedia (AREA)
- Signal Processing (AREA)
- Processing Of Color Television Signals (AREA)
Description
1 192480
Kamfilterketen
De uitvinding heeft betrekking op een kamfilterketen voor het separeren van een Ideurenvideosignaal in zgn luminantie- en chrominantiesignaalcomponenten, omvattende: eerste en tweede ingangen voor het omzetten 5 van een videosignaal in respectieve signaalladingen die representatief zijn voor onderling complementaire versies van het genoemde videosignaal, en voor het koppelen van de signaalladingen met respectieve eerste en tweede ketenpunten; een verdere keteningang voor het omzetten van het videosignaal in respectieve signaalladingen en die een ingangsgedeelte vormt voor een vertragingsladingoverdraagkanaal dat een zodanig aantal vort raagt rappen bevat dat de vertraagde signaalladingen, die door de uitgang ervan 10 worden overgedragen, worden vertraagd met betrekking tot de signaalladingen die worden gekoppeld vanuit de eerste en tweede ingangen respectievelijk met de eerste en tweede ketenpunten, over een tijdsinterval corresponderende met een beeidregelaftastinterval; en twee sommeerorganen voor het vormen van signaalgrootheden die respectievelijk corresponderen met de luminantie· en chrominantiesignalen, respectievelijk uit signaalgrootheden bij de ladingoveidraagkanaaluitgang en bij de eerste en tweede 15 ketenpunten.
Een dergelijk kamfilter is bekend uit het Amerikaanse octrooischrift 4.096.516.
Bij een dergelijk bekend kamfilter wordt een samengesteld videosignaal, waarvan deel uitmaken in frequentie tussen elkaar ingeschoven luminantie- en chrominantiesignaalcomponenten, toegevoerd aan een eerste signaalbaan, waarin zijn opgenomen een aantal vertragingselementen, die zijn ingericht om een 20 totale vertraging te introduceren, die groter is dan de periode van een televisielijnaftastinterval (dit is 1-H). Het samengestelde videosignaal wordt tevens aangelegd aan tweede en derde signaal ban en, die elk zijn ingericht voor het introduceren van een vertraging, die gelijk is aan het incrementele verschil tussen het lijnaftastinterval en de totale vertraging van de eerste baan. Deze verschillen in vertraging tussen de eerste en de tweede banen en tussen de eerste en de derde banen, zijn daardoor gelijk aan 1-H. De vertraging is 25 nauwkeurig bepaald, aangezien deze in hoofdzaak slechts afhankelijk is van het verschil in de aantallen van vertragingstrappen (een geometrische grootheid, die vastligt) en van de klokfrequentie, die bij de signaaloverdracht wordt toegepast. De klokfrequentie kan met een hoge graad van nauwkeurigheid worden geregeld, bijvoorbeeld door gebruik te maken van een kristaiosciiiator. Luminantiesignaien worden afgeleid door het additief combineren van de signalen, afkomstig van de eerste en tweede banen, terwijl de 30 chrominantiesignalen worden afgeleid door het substractief combineren van de signalen, afkomstig van de eerste en derde banen. De aftrekoperatie kan op eenvoudige wijze worden uitgevoerd door het aan de derde baan aangelegde samengestelde videosignaal te inverteren en vervolgens de uitgangssignalen van de eerste en derde banen bij elkaar op te tellen. Deze laatste optelling van signalen geeft een kamfilter-responsie met maxima, die zich bevinden bij de kleuren-subdraaggolffrequentie en al de andere oneven 35 veelvouden van de helft van de lijnaftastfrequentie, terwijl de optelling van signalen, afkomstig van de eerste en tweede banen, een kamfilterresponsie geeft met maxima, gelegen bij veelvouden van de lijnaftastfrequentie. De relatieve diepte van de inkepingen in elk van de twee filterresponsies hangt af van de nauwkeurigheid waarmee de amplitude- en faseresponsies van de twee bij elkaar behorende signaalbanen aan elkaar zijn aangepast, en de nauwkeurigheid waarmee het verschil in de vertragingen van de twee 40 banen is bepaald. De nauwkeurigheid van de vertraging kan goed worden ingesteld onder toepassing van de in bovenvermeld octrooischrift beschreven vertragingsverschiltechnieken.
Bij dergelijke kamfilters doen zich evenwel problemen voor ten aanzien van lineaire omzetting van een ingangssignaal of stroom in een lading en terug.
Elke vorm van niet-lineariteit, die bij deze operaties voorkomt, is in het bijzonder hinderlijk wanneer aan 45 de ingangen van een ladingsgekoppelde inrichting (CCD) meerdere signalen worden aangelegd om naar voorafvastgestelde evenredigheden te worden gecombineerd ter verkrijging van een gewenste filter-karakteristiek.
Een ladingsgekoppelde inrichting (CCD) is een bepaalde versie van de ladingoverdrachtsinrichtingen en leent zich goed voor het verwerken van analoge signalen. Dergelijke inrichtingen omvatten ingangs-50 structuren, waarmee een signaalspanning of een signaaistroom kan worden omgezet in een hoeveelheid lading of ladingspakket in een overdraagkanaal, en uitgangsstructuren voor het aan de uitgang van het kanaal meten van de zich in het pakket bevindende lading.
De uitvinding ondervangt nu bovengenoemde bezwaren.
De kamfilterketen volgens de uitvinding wordt daartoe gekenmerkt, doordat de kamfilterketen bestaat uit 55 een ladingoverdraaginrichting met eerste en tweede ingangsmiddelen als de genoemde eerste en tweede ingangen van de keten; en eerste en tweede ladingscombineeimiddelen die zowel de genoemde eerste en tweede punten als de twee genoemde sommeerorganen vormen en waaraan gekoppeld zijn de signaal- 192480 2 ladingen uit de uitgang van het ladingoverdraagkanaal; dat het verdere ingangsmiddel een spanning-lading-omzettingskarakteristiek heeft die gelijk is aan de gecombineerde spanning-lading-omzettingskarak-teristieken van dé eerste en tweede ingangsmiddelen; en dat de signaalladingen die respectievelijk worden overgedragen via het ladingoverdraagkanaal naar dé eerste en tweede combineermiddelen relatief zijn 5 geproportioneerd op een wijze die in hoofdzaak identiek is met de relatieve proportionering van de spanning-lading-omzetting ska rakteristieken van de eerste en tweede ingangsmiddelen.
Op deze wijze zijn voor de praktijk bruikbare oplossingen beschikbaar voor de problematiek betreffende het aanpassen van de amplitude- en fase-responsies van twee of meer signaalvertragingsstelsels, het invoeren van een juiste weging van de signalen, afkomstig van twee dergelijke stelsels, ter verkrijging van 10 een gewenste graad van signaalonderdrukking, het voor verschillende exemplaren van CCD-ketenchips reproduceren van de eigenschappen en het zo economisch mogelijk gebruik maken van het beschikbare chip-oppervlak. ______________________________________ _________ _______ ___________
Volgens een kenmerk van de uitvinding omvat de derde ingang een paar ingangen, die elk een geometrie hebben, die in hoofdzaak identiek is met die van de desbetreffende van de eerste en tweede 15 ingangen.
De uitvinding zal in het onderstaande nader worden toegelicht met verwijzing naar de tekening, waarin de figuren 1a en 1b een illustratie geven (gedeeltelijk in blokvorm en gedeeltelijk in meer concrete vorm) van een ultvoeringsvoorbeeld van de uitvinding.
20
Bij de in de figuur weergegeven uitvoeringsvorm worden samengestelde kleurentelevisiesignalen met luminantie-chrominantie- en synchronisatiesignaa(componenten teweeggebracht door conventionele televisiesignaalverwerkende ketens 10, die deel kunnen uitmaken van een omroepontvanger, een video-signaalweergeefinrichting voor een schijfvormig of bandvormig medium, of andere equivalente apparatuur. In 25 het kader van de beschrijving van de uitvinding kunnen deze signaalverwerkende ketens 10 en de overige apparatuur worden beschreven in de context van een omroepontvanger, die geschikt is voor het verwerken van NTSC-signalen.
Bij een televisieontvanger omvatten de signaalverwerkende ketens 10 een videodetector, die via een condensator 12, aan een aansluiting 14 van een signaalprocessor, die is afgebeeld binnen het door de 30 onderbroken lijn gegeven kader, in frequentie tussen elkaar ingeschoven luminantie- en chrominantie- videosignaalcomponenten afgeeft. De luminantiecomponent komt voor bij een geheel aantal veelvouden van de beeldregelaftastfrequentie, de chrominantiecomponent komt voor bij oneven veelvouden van de helft van de beeldregelaftastfrequentie en wisselt in fase gedurende afwisseld voorkomende lijnaftastintervallen. Al de componenten, die zijn weergegeven binnen het door de onderbroken lijn begrensde kader kunnen worden 35 gefabriceerd op een enkele monolythische geïntegreerde keten-fiche van de N-MOS, P-MOS of C-MOS-soorten. Een aanzienlijk gedeelte van de fiche wordt in beslag genomen door een meervoudige ingang, een meerdere trappen bevattend CCD-register of een vertragingslijnconfiguratie. De CCD-vertragingslijn omvat een betrekkelijk lang vertraaggedeelte 16 (figuur 1b) dat behoort bij een ladingsoverdraagkanaal 24, dat serpentinevormig verloopt. Het relatief lange vertraaggedeelte 16 is ingericht voor het introduceren van de in 40 het voorafgaande genoemde signaalvertraging, die incrementeel groter is dan 1-H (dit is groter dan 63,55 microseconden in het geval, dat in het onderstaande zal worden behandeld). Het de volle bandbreedte in beslag nemende samengestelde videosignaal wordt vanaf een aansluiting 14 via een verzwakker 18 gekoppeld met een ingangssectie 20 van het relatief lange vertraaggedeelte 16. De ingangssectie 20 is ingericht om een ingangssignaalspanning volgens een in hoofdzaak lineaire operatie om te zetten in lading, 45 en deze sectie is bij voorkeur uitgevoerd op een wijze, zoals beschreven in de Nederlandse octrooiaanvrage 7800272.
Zoals in bovengenoemde octrooiaanvrage is beschreven, omvat de ingangssectie 20 een eerste poortelektrode G1t waaraan samen met een voor het videosignaal representatieve spanning een vooraf vastgestelde gelijkspanning (V,) wordt aangelegd. De ingangssectie 20 omvat verder tweede en derde 50 poortelektnodes G2 en G3, waaraan worden toegevoerd respectievelijk een betrekkelijk constante gelijkspanning (V2) en een gelijkspanning (V3), die gedurende elke klok- of signaalsteekproefname-cydus op een vooraf bepaalde wijze tussen twee niveaus verandert. De ingangssectie 20 omvat verder een bronelektrode S1f waaraan wordt toegevoerd een spanning (LS.,), waarvan de golfvoim gedurende elke klokcyclus op een vooraf bepaalde wijze verandert tussen twee bepaalde niveaus. De speciale vormen van de variërende 55 spanningsgolven V3 en LS,, (alsook van de kloksignaalgolven 0, en 02) zijn beschreven in bovenvermelde octrooiaanvrage. Deze en andere golven (bijvooibeeld SS,), die zijn vereist en die met de gewenste signaalsteekproefname frequentie van ongeveer 10,7 MHz bij herhaling verschijnen, worden afgeleid van 3 192480 kristal-bestuurde, voor het teweeg brengen van kleurensubdraaggolf dienende ketenvoorzieningen, die normaliter deel uitmaken van de chrominantiesignaalprocessor van een kieurentelevisieontvanger. Een geschikte Uitvoeringsvorm van een dergelijke chrominantiesignaalprocessor is beschreven in "Data Bulletin for the RCA Type CA 3151 Lineair Integrated circuit” welke publicatie verkrijgbaar is bij ”RCA Solid State 5 Division", SomerviBe, New Jersey.
Bij de voor de uitvinding illustratieve uitvoeringsvorm omvat een dergelijke chrominantiesignaalprocessor 60 een kristal-bestuurde oscillator, die een uitgangssignaal teweegbrengt met de kleur-sub-draaggoiffre-quentie, die in de regel wordt aangeduid als de 3,58 MHz-frequentie. De kieur-draaggolf wordt via een aansluiting 62 gekoppeld met een frequentievermenigvuldiger 64, die bij de vooikeursuitvoeringsvorm een 10 frequentie-verdrievoudiger is, die in monoiythische vorm deel uitmaakt van dezelfde geïntegreerde keten ais de CCD-vertragingsiijn. Voor het verwerken van het 10,7 MHz-signaal, dat door de vermenigvuldiger 64 wordt afgegeven, zijn logische en klokaandrijfketens 66 aangebracht voor het teweegbrengen van tegenge-steid gefaseerde kanteeivoimige Idoksignalen (0„ 02), golven voor de broneiektrodes (LS, en SS,) en golven voor de Ga-poorten, een en ander, zoals beschreven in bovenvermelde Nederlandse octrooi-15 aanvragen.
Een slgnaal-representatieve lading wordt vanaf de ingangssectie 20 overgedragen naar het inwendige ladingoverdraagkanaal, dat is aangegeven door de grenslijnen 24. De breedte van de voor dit kanaal 24 geldende begrenzing varieert op een vooraf vastgestelde wijze. Meer in het bijzonder geldt, dat in de nabijheid van de ingangssectie 20 het kanaal 24 door een kanaalstop 25 is verdeeld in twee gelijke delen, 20 elk met een breedte, aangeduid door 2W. De twee gedeelten van het kanaal 24 vloeien bij de volgende sectie 20 ineen, zodat de signaailadingen, zoals aanwezig in de twee helften van de ingangssectie 20 worden gecombineerd. Volgens een regelmatig verloop neemt de breedte van het kanaal 24 geleidelijk af tot een breedte W in de nabijheid van een vertragingstrap 22, en in het algemeen wordt deze breedte over de kanaallengte aangehouden met uitzondering van de plaatsen, in de buurt van enige 180°-bochten zoals 25 de bocht 26.
Twee gelijke kanaalgedeelten met breedten 2W en behorende bij de ingang 20, zijn breder dan het kanaalgedeelte met de breedte W, teneinde de lineairiteit waarmee de ingangsspanning bij de ingangsla-dingsputten wordt omgezet in lading, te verbeteren. Het kanaalgedeelte dat is weergegeven als te hebben een breedte W, behoeft echter niet half zo breed of zo smal te zijn als de twee gelijke kanaalgedeelten, 30 behorende bij de ingang 20, en dit gedeelte behoeft slechts breed genoeg te zijn om plaats te kunnen bieden aan de totale lading, die in het kanaal 24 wordt geïnjecteerd door elk van de twee gelijke kanaalgedeelten met breedte 2W. Zoals is beschreven in bovenvermelde Nederlandse octrooiaanvrage is de bruikbare diepte van de ladingsputten, die behoren bij de ingang 20, aanzienlijk kleiner dan de bruikbare diepte van de ladingsputten, die behoren bij het kanaal 24, dat op de ingang 20 volgt. Hierdoor wordt tevens 35 de ingangslineairiteit verbeterd, terwijl het voor het kanaal 24 met de breedte W de mogelijkheid geeft om plaats te bieden aan de signaallading, die vanaf de ingang wordt toegevoerd.
Elk van de bochten 26 is bij voorkeur uitgevoerd op een wijze, zoals beschreven in het Duitse "Offenle-gungsschrift 2.815.607”.
Het serpentinevormige vertraaggedeeite 16 bevat bijvoorbeeld 683 1/2 vertragingstrappen, die op de 40 ingangssectie 20 volgen. Elk van de vertragingstrappen omvat vier poortelektrodes (zoals de elektrodes 22a, 22b, 22c een 22d voor de trap 22), die als overlappende paren met betrekking tot het inwendig gelegen kanaal 24 zijn aangebracht, ter verkrijging van een twee-fase ladingoverdrachtsoperatie, zoals op zichzelf bekend is, en is beschreven bijvoorbeeld in bovenvermelde Nederlandse octrooiaanvrage 7800272. Het serpentinevormige vertraaggedeeite 16 omvat in dit geval bijvoorbeeld een totaal van 12 in parallel-45 verband aangebrachte kanaalgedeelten die met elkaar zijn verbonden door 11,180°-bochtsecties van bovenomschreven soort, teneinde het gewenste aantal trappen in een aanvaardbaar oppervlaktegebied te vormen. Signaai-representatieve ladingspakketten, die via het lange vertraaggedeeite 16 worden gekoppeld, worden onderveideeld in twee in hoofdzaak gelijke gedeelten (helften) en wel door middel van een iadingsplitsende structuur, die in zijn algemeenheid is aangeduid door het verwijzingscijfer 28 (figuur 1a). In 50 deze iadingsplitsende structuur 28 (een soort daarvan is bijvoorbeeld beschreven op biz. 61 van het boek getiteld: "Charge Transfer Devices" van C.H. Sequin en M.F. Tompset, gepubliceerd in 1975 door Academic Press, Incorporated), neemt de breedte van het kanaal 24 regelmatig toe onder één of meer van de stellen van poortelektrodes 22', teneinde de signaallading in hoofdzaak uniform te verdelen over het verwijde gedeelte van het kanaal 24, zoals weergegeven in figuur 1a. Midden tussen de zijden van het verwijde 55 gedeelte van het kanaal 24, is een kanaalverdeler of kanaalstop 29 aangebracht, teneinde te bewerkstelligen, dat de signaallading wordt gesplitst in twee gelijke helften. De voorrand van de kanaalverdeler is bij voorkeur aangebracht onder het middelpunt van de zich daarover bevindende opslagpoortelektrode 192480 4 (bijvoorbeeld zoals weergegeven door de poortelektrodes 22a of 22c), teneinde voordat de lading wordt overgedragen en daarbij in responsie op een ladingsoverdraagkloksignaal wordt gedeeld, een ladings-evenwicht onder de poorteiektrode te verkrijgen. Door de voorrand van de kanaaldeler op deze wijze aan te brengen, wordt de nauwkeurigheid van het proces, waarbij signaallading twee gelijke helften wordt verdeeld, 5 welke helften hierna worden toegevoerd aan de respectieve signaalsommeerpunten 42 en 44, verbeterd.
De samengestelde videosignalen, die via de aansluiting 14 worden toegevoerd, worden via een instelbare verzwakker 31 en een instelbare, inverterende verzwakker 33 tevens gekoppeld met twee toegevoegde, relatief korte signaalvertraaggedeeken 30 en 32 (figuur 1a), die deel uitmaken van de CCD.
De verzwakkers 31,33, alsook de verzwakker 18 doen dienst om de grootte van de ingangssignaal-10 amplitudes aan te passen aan de door de ingang van de CCD gestelde vereisten. Als voorbeeld van een techniek voor het teweegbrengen van een geïnverteerd signaal, is voorafgaande aan de ingangssectie 36 een signaalinverterende trap, zoals 33 aangebracht. Een andere techniek voor het teweegbrengen van het___ complement (met andere worden inversie) van een gegeven signaal met behulp van een CCD-structuur, is beschreven in de Amerikaanse octrooiaanvrage 836.508, die werd ingediend op 26 september 1977.
15 De korte vertraaggedeelten 30 en 32 omvatten respectieve ingangssecties 34 en 36, via welke in een samengesteld videosignaal voorkomende spanningsvariaties volgens een in hoofdzaak lineair proces worden omgezet in pakketten van signaal-representatieve lading. De respectieve ingangssecties 34 en 36 omvatten de bronelektrodes S/ en S/, waaraan het kloksignaal SSt wordt toegevoerd, welke bron-elektrodes wat geometrie betreft in hoofdzaak identiek zijn en elk zijn geassocieerd met een kanaalbreedte 20 2W. De eigenschappen betreffende de omzetting van een signaalspanning in een lading en geldend voor de ingangssecties 34 en 36, zijn onderling, alsook met betrekking tot de eigenschappen van elke helft van de ingangssectie 20, in hoofdzaak identiek. Door de twee afzonderlijke ingangen 20 en 34,36 is verzekerd, dat bij eenzelfde niveau van de signaalspanning, die aan deze ingangen wordt aangelegd, de ingang 20 tweemaal zoveel signaallading oplevert als elk van de ingangen 34 of 36 afzonderlijk, en onafhankelijk van 25 niet-lineaire, in verband met de ingangskanaalbreedte optredende vervormingseffecten (randeffecten). Indien elk van de ingangssecties 34 en 36 een breedte zou hebben van 2W en een enkel ingangskanaal met een breedte 4W zou worden toegepast voor de ingang 20, zou de hoeveelheid signaallading die bij de ingang 20 wordt geïnjecteerd, niet noodzakelijkerwijs tweemaal zo groot zijn als de lading, die wordt geïnjecteerd bij de ingangssecties 34 en 36, in het bijzonder wanneer de kanaalbreedten klein zijn. Door in de nabijheid van 30 de ingang 20 het kanaal 24 te verdelen in twee gelijke delen, die elk een breedte 2W hebben en daarna deze twee gelijke kanaaldelen bijeen te voegen tot een enkel kanaal met een breedte W, een en ander, zoals in het voorafgaande werd aangegeven, wordt de gewenste hoeveelheid lading nauwkeurig bepaald.
De in de ingangssecties 34 en 36 gevormde geïnverteerde en niet-geïnverteerde signaal-representatieve ladingspakketten, worden via de respectieve enkelvoudige vertraagtrappen 38 en 40 overgedragen naar de 35 respectieve signaalcombineertrappen met de sommeerputten 42 en 44. Evenals bij de vertraagt rap 22 het geval was, omvatten de enkelvoudige vertraagtrappen 38 en 40, vier poortelektrodes, die met betrekking tot het zich daaronder bevindende ladingsoverdraagkanaal, als overlappende paren zijn aangebracht, ter verkrijging van een tweefase ladingoverdrachtsproces.
Een belangrijk verschil tussen de korte vertraaggedeelten 30, 32 en het lange vertraaggedeelte 16 blijkt 40 uit de beschouwing van de fase van het kloksignaal, dat wordt aangelegd aan de eerste trap, die volgt op de derde poorteiektrode G3 of G3' (die volgt op de tweede poorteiektrode G2' en de eerste poorteiektrode G/ van de ingangssectie 34, en een eerste poorteiektrode G1 van de ingangssectie 36). In het geval van een lang vertraaggedeelte 16, wordt het kloksignaal 0t aangelegd aan het eerste stel van ovetdraag-elektrodes, die volgen op de poort G3, terwijl in het geval van de korte vertraaggedeelten 30,32, het 45 kloksignaal 02 wordt aangelegd aan het eerste stel van overdraagelekttodes, die volgen op de poort G3'.
Door een dergelijke inrichting is het mogelijk om het verschil in de vertragingen, zoals gegeven door de lange en korte vertraaggedeelten, te brengen op een waarde, overeenkomende met die van een halve vertraagtrap (met andere woorden 682 1/2 trappen). Meer in het bijzonder heeft het lange vertraaggedeelte tussen de ingang daarvan en de sommeerputten 42 en 44, een aantal van 6831/2 vertraagtrappen (1367 50 halve vertraagtrappen). De bij de sommeerputten aankomende ladingspakketten, die afkomstig zijn van het lange vertraaggedeelte, worden derhalve vertraagd door 682 1/2 vertraagtrappen met betrekking tot de ladingspakketten, die bij de sommeerputten aankomen en die afkomstig zijn van het korte enkelvoudige vertraaggedeelte.
Bij dit vooibeeld worden op de aangegeven wijze twee-fase kloksignalen toegepast ter verkrijging van het 55 gewenste aantal, door een gebroken getal gegeven, vertraagtrappen (682 1/2). Een soortgelijk resultaat kan worden verkregen door toepassing van vier-fase kloksignalen en wat de vertraging betreft kunnen breuk-gedeelten van 1/3 en 2/3 worden verkregen door rekening houdende met de vereisten van een bepaald 5 192480 systeem, gebruik te maken van drie-fase kioksignalen.
De signaal-representatieve ladingspakketten, die afkomstig zijn van het vertraaggedeelte 16 van het kanaal 24 en die bij de sommeerput 42 aankomen, zijn derhalve over een aantal 682 1/2 klokperiodes meer vertraagd dan de ladingspakketten, die via de ingangssectie 24 en die zijn geassocieerd met het enkelvou-5 dige vertraaggedeelte 30, aankomen bij de put 42. Een soortgelijk resultaat wordt verkregen ten aanzien van de ladingspakketten, die vanaf het lange vertraaggedeelte 16 van het kanaal 24 en vanaf de ingangssectie 36 en zijn geassocieerd met het enkelvoudige vertraaggedeelte 32, aankomen bij de sommee rput 44. De door de respectieve putten 42 en 44 gesommeerde ladingspakketten zijn met betrekking tot elkaar derhalve vertraagd over een tijd, overeenkomende met een voor het aftasten van één beeldregel benodigd 10 interval (1H).
Doordat de frequentiecomponenten van een NTSC-televisiesignaal tussen elkaar in zijn geschoven, geven de niet-geTnverteerde ladingspakketten, wanneer deze in de put 42 worden gecombineerd (opgeteld) een ’’kamvormige” luminantiecomponent, waarvan maxima voorkomen bij veelvouden van de lijnaftast-frequentie. Wanneer de onderling geïnverteerde ladingspakketten in de put 44 worden gecombineerd (in 15 wezen afgetrokken) ontstaat op soortgelijke wijze een ’’kamvormige” chrominantiecomponent waarvan de maxima voorkomen bij de kleursubdraaggolffrequentie en al de overige oneven veelvouden van de helft van de lijnaftastfrequentie.
Bij het kanaaleindgedeelte 48 verschijnt lading, die representatief is voor de kamvormige chrominantiecomponent. Deze lading wordt door een in hoofdzaak lineair proces, zoals gebruikelijk bij conventionele 20 ladingspanningomzettechnieken, zoals bijvoorbeeld beschreven in bovenvermeld boek van Sequin en
Tompset, omgezet in een signaal representatieve spanning. De signaalspanning die representatief is voor de kamvormige chrominantiecomponent wordt versterkt door de versterker 70, waarna van deze spanning steekproeven worden genomen door een ritmisch bestuurde steekproefname- en -houdeenheid 72, die in dit geval steekproeven neemt met een frequentie van 10,7 MHz, ofwel met een frequentie die driemalen groter 25 is dan de chrominantie-subdraag-goiffrequentie (3,58 MHz). De steekproeven genomen van de kamvormige chrominantiecomponent, worden vanaf de aansluiting 74 met een ingang van een chrominantieprocessor gekoppeld, via een filter 75, dat frequenties binnen de band van chrominantiefrequenties doorlaat, en signalen, gerelateerd aan verticale details en klokfrequenties blokkeert. Aan de chrominantieprocessor worden tevens toegevoerd stoot-poortpulsen, afkomstig van de uitgang van een stoot-poortpulsgenerator 82 30 van conventionele uitvoering. De stoot-poortpulsen worden door de generator 82 teweeggebracht in responsie op de horizontale synchronisatiepulsen, die door een synchronisatieseparator 80 van het televisiesignaal worden afgeleid. De door de chrominantieprocessor 60 toegevoerde signalen worden gebruikt voor het teweegbrengen van R-Y, B-Y en G-Y kleurverschiluitgangssignalen, die worden gekoppeld met de ingangen van een signaalmatrixtrap 90.
35 Aan het kanaaleindgedeelte 49 en na over een gegeven tijdsinterval te zijn vertraagd door het vertraaggedeelte 46, dat twee vertraagtrappen omvat, verschijnt de kamvormige luminantiecomponent. Het vertraaggedeelte 46 doet dienst om het kamvormige luminantiesignaal, dat bij de sommee rput 42 wordt teweeggebracht, over een zodanige tijd te vertragen, dat de chrominantie com ponenten en de luminantie-componenten op de juiste wijze in tijd gecoördineerd aan de ingangen van de matrix 90 verschijnen. Bij dit 40 voorbeeld is het vertraaggedeelte 46 primair werkzaam om een compensatie te geven voor chrominantie-fasevertragingen, inherent aan het chrominantiebanddooriatend filter 75. Door toepassing van dit vertraaggedeelte 46 is het niet nodig gebruik te maken van een afzonderlijk luminantievertragingegalisatienetwerk in conventionele uitvoering (bijvoorbeeld deel uitmakend van de luminantieprocessor 79) dat werkzaam is, om voorafgaande aan de combinatie-operatio in de matrix 90, een egalisatie in te voeren ten aanzien van de 45 overgangstijden bij de verwerking van de luminantie en chrominantiesignaien. De lading, die representatief is voor de kamvormige luminantiecomponent en die verschijnt bij het kanaaleindgedeelte 49, wordt vervolgens door een lineair proces omgezet in een signaalspanning, die daarna wordt versterkt door de versterker 50, en van het aldus versterkte signaal worden door een steekproefname- en -houdeenheid 52 ritmisch steekproeven genomen, een en ander volgens een procedure die in wezen dezelfde is als die 50 welke is toegepast voor de kamvormige chrominantiecomponent.
De steekproeven van de kamvormige chrominantiecomponent en die verschijnen bij de aansluiting 73, worden gefilterd door een laagdooriatend filter 76 en de steekproeven van de kamvormige luminantiecomponent, die verschijnen bij de aansluiting 54, worden gefilterd door het laagdooriatend fitter 56 (luminantie-banddooriatend) teneinde kloksignaalcomponenten uit de kamvormige luminantiesignalen en chrominantie-55 signalen te verwijderen.Het filter 76 doet tevens dienst om de relatief laagfrequente luminantie (verticale) detailinformatie, die aanwezig is de kamvormige chrominantiecomponent, echter is verwijderd uit de kamvormige luminantiecomponent, te herstellen. Daartoe heeft die laagdooriatend filter 76 een afsnijfre- 192480 6 quentie die lager is dan de frequentieband die wordt ingenomen door de chrominantieband (bijvoorbeeld een afsnijfrequentie even lager dan 2 MHz), zodat de betrekkelijk laagfrequente verticale detailinformatie wordt doorgelaten, terwijl de relatief hoogfrequente chrominantie-inforrnatie, zoals aanwezig in het uitgangssignaal van het steekproefname- en -houdnetwerk 72, wordt geblokkeerd. Het uiteindelijk door een 5 luminantieprocessor 79 verwerkte luminantiesignaal bevat derhalve een kamvoimig hoogfrequent gedeelte (dat is gelegen in een frequentieband boven de afsnijfrequentie), waaruit chrominantiesignaalfrequenties zijn verwijderd en een "niet-kamvormig” laagfrequent gedeelte, waarin in hoofdzaak al de luminantiesignaalfre-quenties zijn bewaard.
De vanaf de filters 56 en 76 afkomstige uitgangssignalen worden gecombineerd in een mengt rap 77 10 ("vertical peaking”). Deze mengt rap 77 kan bijvoorbeeld zijn uitgevoerd met een signaal-combinerende versterker, die ten aanzien van de signalen afkomstig van het filter 76, in versterking is bestuurd. De hoeveelheid van het vanaf het fitter 76 afkomstige signaal, dat aanwezig is in het luminantie-uttgangssignaal---------- van de mengt rap 77 is bepalend voor de grootte van "vertical peaking”, zoals aanwezig in het luminantieuit-gangssignaal van de mengt rap 77. Dit uitgangssignaal wordt vervolgens toegevoerd aan de luminantiepro-15 cessor 79 om verder te worden verwerkt en versterkt. In de matrix 90 wordt het luminantieuitgangssignaal afkomstig van de processor 79 gecombineerd met de kleurverschilsignalen, afkomstig van de chrominantie-processor 69, teneinde R, G en B kleuruitgangssignalen teweeg te brengen. Deze signalen worden vervolgens aangelegd aan de intensiteitsbesturingselektredes van een kleurenweergeefbuis (niet weergegeven).
20 De kamvormige luminantiecomponent, zoals teweeggebracht bij de ladingaccumulatieput 42 is het resultaat van een additief combi nee rproces, waarbij niet tussen elkaar ingeschoven frequentiecomponenten (bijvoorbeeld luminantiecomponenten) elkaar versterken, terwijl de tussen elkaar ingeschoven frequentiecomponenten (bijvoorbeeld chrominantiecomponenten) dusdanige polariteiten hebben, dat deze elkaar opheffen, zodat een kamfiIterresponsie wordt verkregen, waarvan maxima voorkomen bij veelvouden van de 25 lijnaftastfrequentie. De kamvormige chrominantiecomponent, zoals teweeggebracht bij de ladings- accumulatieput 44 is het resultaat van een subtractief combineerproces (dat wil zeggen het combineren van onderling geïnverteerde signalen) waarbij een kamfitterresponsie wordt verkregen met maxima bij de kleur-subdraaggolffrequentie en al de andere oneven veelvouden van de helft van de lijnaftastfrequentie. In dit geval hebben de niet tussen elkaar in geschoven (luminantie)-frequentiecomponenten dusdanige 30 polariteiten, dat deze elkaar opheffen, terwijl de tussen elkaar ingeschoven (chrominantie)-frequentiecom-ponenten elkaar versterken. De relatieve diepte van de in elk van de twee fitterresponsies voorkomende groeven is afhankelijk van de nauwkeurigheid waarmee de amplitude en fasekarakteristieken geldend voor de transmissiebanen met, en vrijwel zonder vertraging, aan elkaar zijn aangepast en tevens van de nauwkeurigheid waarmee het verschil in de vertragingen tussen de twee banen is bepaald. Tevens draagt 35 een nauwkeurige tempering van de kamvormige luminantiecomponent met betrekking tot de kamvormige chrominantiecomponent ertoe bij, dat de luminantie en chrominantiecomponenten bij de matrix 90 met de juiste tijdcoördinatie aankomen.
Aangezien de periodiciteit van het kamvormig verloop een functie is van de grootte van de geïntroduceerde vertraging, vereist een nauwkeurige periodiciteit een nauwkeurige vertraging. Met andere woorden 40 dienen afwijkingen van de te introduceren vertraging, die nodig is voor het geven van de gewenste periodiciteit op een aanvaardbaar minimum te worden gehouden, zoals het geval is bij de behandelde uitvoering. In dit verband wordt opgemerkt, dat de onderling niet-geïnverteerde signaalladingspakketten en de onderling geïnverteerde signaalladingspakketten rechtstreeks worden gecombineerd in de respectieve accumulatieputten 42 en 44. Door de ladingen aldus te combineren, wordt elke ongewenste, variabele 45 vertraging, die bij toepassing van bekende fittertechnieken, voorafgaande aan het combineren van de signalen kan worden geïntroduceerd, teneinde kloksignaalcomponenten te verwijderen, geëlimineerd. De grootte van de vertraging is voorafgaande aan de signaalladingscombinatie in de accumulatieputten 42 en 44, nauwkeurig bepaald, aangezien de vertraging is gefixeerd door de kloksignaalfrequentie en het aantal vertraagtrappen, zodat de gewenste periodiciteit van de kernvorming ontstaat. Alhoewel naderhand de 50 kamvormige luminantie en chrominantiesignalen worden gefilterd door de laagdoorlatende fitters 56 en 76, zal enige variabele vertraging die door deze fitters wordt geïntroduceerd, van geen invloed zijn op de periodiciteit van de kamvormige signalen.
De grootte van de signaalladingen, die in de putten 42 en 44 worden gecombineerd dient nauwkeurig te worden geregeld, teneinde te bereiken, dat bij de signaalfrequenties waarbij de kamfilterresponsies minima 55 moeten hebben, een nulwaarde ontstaat. Dit kan bij de behandelde uitvoeringsvorm worden bereikt door toepassing van in hoofdzaak identieke ingangssecties 34, 36 en 20.
Zoals in het voorafgaande reeds werd opgemerkt, zijn de ingangssecties 34, 36 wat geometrie betreft in 7 192480 hoofdzaak identiek, waarbij eik van deze secties is geassocieerd met een kanaalbreedte 2W. In de buurt van de ingangssectie 20 wordt het kanaal 24 eveneens verdeeld in twee gelijke delen, elk met een breedte 2W, welke delen eventueel worden samengevoegd tot een kanaal met een breedte W, waarna even voorafgaande aan de accumulatieputten 42 en 44 een splitsing in twee gelijke helften wordt gemaakt. Op 5 deze wijze wordt bereikt, dat de grootten (amplituden) van de respectievelijk vertraagde en niet-vertraagde signaallading die respectievelijk worden gesommeerd in de putten 42 en 44, in hoofdzaak gelijk zijn.
De huidige CCD-ontwerptechnieken maken het mogelijk lading zodanig te transformeren (bijvoorbeeld delen) dat, zoals het geval is bij de behandelde uitvoeringsvorm, in hoofdzaak onderling gelijke hoeveelheden signaallading afkomstig van de lange en korte vertraagsecties bij de sommeerputten 42 en 44 10 binnenkomen. Geringe afwijkingen van de ingangseigenschappen van de vertraagsecties of ten aanzien van de plaatsing van de kanaalstopdeler (bijvoorbeeld kanaalstop 29) kunnen echter afbreuk doen aan de gewenste nauwkeurigheid van de filtenesponsie. Afwijkingen met een orde van grootte van 2-5% zouden bijvoorbeeld een vermindering betekenen van de grootte van de verzwakking, die geldlid is bij de frequenties, waarbij de filtenesponsie minimaal moet zijn (de nulfrequenties). Indien nodig kunnen deze 15 afwijkingen worden gecompenseerd door middel van instelbare verzwakkers 31 en 33, die zijn geassocieerd met de ingangssecties 34 en 36.
De verzwakkers 31 en 33 zijn aangebracht voorafgaande aan de twee korte vertraagsecties, die zijn geassocieerd met de ingangen 34 en 36. Deze verzwakkers kunnen door middel van een externe besturing zodanig worden ingesteld, dat de grootte van de lading, die vanaf de korte vertraagsecties geassocieerd 20 met de ingangen 34 en 36, bij de sommeerputten 42 en 44 binnenkomt, nauwkeurig is aangepast aan de grootte van de lading, die vanaf de lange vertraagsectie bij de sommeerputten binnenkomt. Slechts twee insteloperaties zijn vereist en deze kunnen bij elk tweetal van ingangen worden uitgevoerd, alhoewel het de voorkeur verdient deze instellingen te maken bij de ingangen 34 en 36. Indien de verzwakkers 31 en 33 zou worden ingesteld, zouden de twee instellingen elkaar beïnvloeden. Door toepassing van de verzwakkers 31 25 en 36 als middel voor het uitvoeren van de noodzakelijke instelling van de ladingsraveaus, is het mogelijk om de chrominantiefilterresponsie en de luminantiefilterresponsie, onafhankelijk van elkaar, op de gewenste wijze in te stellen. Meer in het bijzonder kan de verzwakker 31 worden gebruikt voor het instellen van de verzwakkingskarakteristiek (de nuldiepten) geassocieerd met de kamvoimige luminantiecomponent, terwijl de verzwakker 33 op soortgelijke wijze kan worden gebruikt met betrekking tot de kamvotmige chrominan-30 tiecomponent.
In dit geval wordt de verzwakking van de lading, zoals veroorzaakt door inefficiënt ladingstransport, als verwaarloosbaar beschouwd. Ter illustratie moge dienen, dat het lang-vertraaggedeelte 16,1367 maal lading overdraagt en per overdracht een inefficiëntie heeft met een orde van grootte van 10‘5. De ladings-verzwakking, die met een dergelijke overdrachtsinefficiëntie gepaard gaat, heeft een orde van grootte van 35 0,01, hetgeen overeenkomt met -40 dB. Een dergelijke verzwakking wordt van vrijwel geen betekenis geacht en is aanvaardbaar in het raam van het verwerken van kleurentelevisiesignalen op de beschreven wijze.
De in het voorafgaande beschreven voorstellen kunnen met voordeel worden toegepast om door middel van een enkelvoudige CCD-structuur luminantie en chrominantiesignalen (of een aantal equivalente 40 signalen) nauwkeurig af te scheiden van een samengesteld signaal. De beschreven techniek voor het combineren van signaallading ter verkrijging van gescheiden luminantie en chrominantiecomponenten, maakt een besparing van chip-oppervlaktegebied mogelijk, is reproduceerbaar bij een eenheidsgewijze fabricage en vermijdt hinderlijke niet-lineariteiten, die anders kunnen optreden bij het omzetten van signaallading in spanning of stroom, voorafgaande aan de operatie, waarbij de gewenste gescheiden 45 signalen worden verkregen.
Meer in het bijzonder wordt in de beschreven CCD-kamfifterinrichting slechts gebruik gemaakt van een enkel, lang vertraagkanaal (683 1/2-vertraagtrappen) voor het realiseren van meervoudige filterfuncties, in dit geval twee. Door de ladingen na de ingangssectie 20 bij elkaar te voegen en vervolgens de lading te splitsen in twee afzonderlijke kanalen, voordat deze signaallading wordt gecombineerd in de sommeerputten 50 42 en 44, is het mogelijk dit te bereiken met slechts een enkele lange vertraaglijn. Bij afwezigheid van deze kenmeiken zou de duale filterfunctie, die gescheiden luminantie en chrominantiecomponenten oplevert, kunnen worden gerealiseerd door middel van twee afzonderlijke lange vertraagkanalen. Aangezien twee van dergelijke lange vertraagkanalen een aanzienlijk oppervlaktegebied van een voor de geïntegreerde keten beschikbaar oppervlak zouden innemen, alsook zouden mee brengen dat een aanzienlijke dissipatie van 55 kloksignaalaandrijfvermogen zou ontstaan, zouden naar alle waarschijnlijkheid voor een praktische uitvoering twee afzonderlijke geïntegreerde ketenchips zijn vereist. Een kamfilterinrichting, die is uitgevoerd onder toepassing van de beginselen van de onderhavige uitvinding kan meervoudige filterfuncties uitvoeren,
Claims (11)
1. Kamfilterketen voor het separeren van een kleurenvideosignaal in zijn luminantie- en chrominantiesignaal-componenten, omvattende: eerste en tweede ingangen voor het omzetten van een videosignaal in respectieve signaalladingen die representatief zijn voor onderling complementaire versies van het genoemde videosignaal, en voor het koppelen van de signaalladingen met respectieve eerste en tweede ketenpunten; 30 een verdere keteningang voor het omzetten van het videosignaal in respectieve signaalladingen en die een ingangsgedeelte vormt voor een vertragingsladingoverdraagkanaal dat een zodanig aantal vertraagtrappen bevat dat de vertraagde signaalladingen, die door de uitgang ervan worden overgedragen, worden vertraagd met betrekking tot de signaalladingen die worden gekoppeld vanuit de eerste en tweede ingangen respectievelijk met de eerste en tweede ketenpunten, over een tijdsinterval corresponderende met een 35 beeldregelaftastinterval; en twee sommeerorganen voor het vormen van signaalgrootheden die respectievelijk corresponderen met de luminantie- en chrominantiesignalen, respectievelijk uit signaalgrootheden bij de ladingoverdraagkanaaluitgang en bij de eerste en tweede ketenpunten; met het kenmerk, dat de kamfilterketen bestaat uit een ladingoverdraaginrichting met eerste en tweede ingangsmiddelen (34,36) als de genoemde eerste en tweede ingangen van de keten; en eerste en tweede ladingscombineermiddelen (42, 40 44) die zowel de genoemde eerste en tweede punten als de twee genoemde sommeerorganen vormen en waaraan gekoppeld zijn de signaalladingen uit de uitgang van het ladingoverdtaagkanaal; dat het verdere ingangsmiddel (20) een spanning-lading-omzettingskarakteristiek heeft die gelijk is aan de gecombineerde spanning-lading-omzettingskarakteristieken van de eerste en tweede ingangsmiddelen (34, 36); en dat de signaalladingen die respectievelijk worden overgedragen via het ladingoverdtaagkanaal (24) naar de eerste 45 en tweede combineermiddeien (42,44) relatief zijn geproportioneerd op een wijze die in hoofdzaak identiek is met de relatieve proportionering van de spanning-lading-omzettingskarakteristieken van de eerste en tweede ingangsmiddelen (34, 36).
2. Kamfilterketen volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat genoemde verdere ingangmiddel (20) een paar ingangen omvat.
3. Kamfilterketen volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat elk van het genoemde paar van ingangen en genoemde eerste (34) en genoemde tweede (36) ingangen, in hoofdzaak identieke geometrieên bezitten.
4. Kamfilterketen volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het genoemde paar van ingangen, derde en vierde ingangen omvat voor het ontvangen van het genoemde videosignaal en met een vooraf vastgestelde geometrie, die bepalend is voor de aan genoemde derde en vierde ingangen inherente eigenschappen 55 betreffende het omzetten van een videosignaalspanning in lading, waarbij de geometrie van deze derde en vierde ingangen in hoofdzaak identiek is met de geometrie van genoemde eerste en tweede ingangen; dat de eigenschappen van deze eerste, tweede, derde en vierde ingangen betreffende het omzetten van 9 192480 spanning in lading in hoofdzaak gelijk zijn; waarbij genoemde eerste en tweede vertraagde signaalladings-gedeelten in grootfe in hoofdzaak gelijk zijn aan de signaallading, die vanaf respectieve eerste en tweede ingangen is gekoppeld met genoemde eerste en tweede com bineerm id delen.
5. Kamfilterketen volgens één van de voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat genoemde middelen, 5 via welke genoemde eerste en tweede vertraagde signaalladingsgedeelten afkomstig van het genoemde kanaal worden gekoppeld met respectievelijk de eerste en tweede combineermiddelen, middelen omvatten voor het verdelen van, van genoemd kanaal afkomstige signaallading, in eerste en tweede ladingsgedeelten met in hoofdzaak gelijke amplituden.
6. Kamfilterketen volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat genoemde eerste (42) en genoemde tweede 10 (44) combineermiddelen respectieve sommeerputten omvatten.
7. Kamfilterketen volgens één van dó voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat voorafgaande aan genoemde tweede ingang, signaal-inverterende middelen (33) zijn aangebracht, voor het vormen van een complementaire versie van het genoemde videosignaal.
8. Kamfilterketen volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat elk van genoemde eerste (34) en genoemde 15 tweede (36) ingangen, een vertraagt rap omvatten, welke vertiaagtrappen in hoofdzaak gelijke vertragingen introduceren; waarbij genoemde eerste en tweede vertraagde gedeelten, wanneer deze genoemde door combineermiddelen zijn gecombineerd, met betrekking tot genoemde signaallading die afkomstig is van genoemde eerste en tweede ingangen en die wordt gekoppeld met genoemde eerste en tweede combineermiddelen, een vertraging hebben, die incrementeel groter is dan het genoemde beeldregelaftastinterval en 20 wel met een tijd, die correspondeert met de vertraging, zoals geïntroduceerd door genoemde vertraagtrap-pen van genoemde eerste en tweede ingangen.
9. Kamfilterketen volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat elk van genoemde derde en vierde ingangen is geassocieerd met een gegeven kanaalbreedte W en genoemd ladingsoverdraagkanaal (24) een breedte heeft, die kleiner is dan deze gegeven breedte.
10. Kamfilterketen volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat het genoemde kanaal 24 serpentinevomfig is uitgevoerd.
11. Kamfilterketen volgens conclusie 6, gekenmerkt door eerste met genoemde eerste combineermiddelen (42) gekoppelde middelen (56) voor het selectief doorlaten van signaalfrequenties, die zijn gelegen binnen de band van iuminantiesignaalfrequenties; tweede, met genoemde tweede combineermiddelen (44) 30 gekoppelde middelen (76) voor het naar keuze doorlaten van signaalfrequenties, die zijn gelegen in een gebied van signaalfrequenties, die lager zijn gelegen dan de band van chrominantiesignaalfrequenties; middelen (77) voor het sommeren van signalen, afkomstig van genoemde eerste en tweede frequentie-selectieve middelen en dienende om een luminantiesignaal teweeg te brengen, dat vrijwel volledig is ontdaan van chrominantie-informatie; derde, met genoemde tweede combineermiddelen gekoppelde 35 middelen (48) voor het naar keuze doorlaten van signalen, die zijn gelegen in de band van chrominantiesignaalfrequenties, ten einde een chrominantiesignaal teweeg te brengen, dat vrijwel volledig is ontdaan van luminantie-informatie; middelen (60) voor het vanaf genoemd chrominantiesignaal afleiden van kleurverschil-signalen; en matrixmiddelen (90) dienende om het genoemde luminantiesignaal afkomstig van genoemde signaalsommeermiddelen (77) te combineren met genoemde kleurverschilsignalen, ten einde kleur-40 representatieve signalen teweeg te brengen. Hierbij 2 bladen tekening
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
US93037978 | 1978-08-02 | ||
US05/930,379 US4217605A (en) | 1978-08-02 | 1978-08-02 | Comb filter employing a charge transfer device with plural mutually proportioned signal charge inputs |
Publications (3)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL7905936A NL7905936A (nl) | 1980-02-05 |
NL192480B NL192480B (nl) | 1997-04-01 |
NL192480C true NL192480C (nl) | 1997-08-04 |
Family
ID=25459280
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL7905936A NL192480C (nl) | 1978-08-02 | 1979-08-01 | Kamfilterketen. |
Country Status (19)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US4217605A (nl) |
JP (1) | JPS605114B2 (nl) |
AT (1) | AT375517B (nl) |
BE (1) | BE878029A (nl) |
CA (1) | CA1129082A (nl) |
DE (1) | DE2931415C2 (nl) |
DK (1) | DK147690C (nl) |
ES (1) | ES483059A1 (nl) |
FI (1) | FI69382C (nl) |
FR (1) | FR2432813A1 (nl) |
GB (1) | GB2027309B (nl) |
HK (1) | HK16787A (nl) |
IT (1) | IT1122656B (nl) |
MY (1) | MY8500718A (nl) |
NL (1) | NL192480C (nl) |
NZ (1) | NZ191182A (nl) |
PL (1) | PL123545B1 (nl) |
SE (1) | SE434325B (nl) |
SU (1) | SU1148575A3 (nl) |
Families Citing this family (9)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US4263565A (en) * | 1979-04-27 | 1981-04-21 | Rca Corporation | Amplitude limiter with automatic duty cycle control for use in a phase-locked loop |
US4325076A (en) * | 1980-05-08 | 1982-04-13 | Rca Corporation | Electronic filter for generating a third harmonic signal |
JPS5711589A (en) * | 1980-06-24 | 1982-01-21 | Nec Corp | Semiconductor device |
DE3104456A1 (de) * | 1981-02-09 | 1982-08-26 | Siemens AG, 1000 Berlin und 8000 München | Verfahren und anordnung zum herausfiltern des luminanzsignals aus einem fbas-fernsehsignal |
US4466016A (en) * | 1981-05-27 | 1984-08-14 | Rca Corporation | Television signal filtering system |
US4510522A (en) * | 1982-05-28 | 1985-04-09 | Rca Corporation | CCD Comb filter employing floating gate subtractor techniques |
US4532541A (en) * | 1982-09-20 | 1985-07-30 | Cooper J Carl | Apparatus and method for correcting timebase errors |
NL8500787A (nl) * | 1985-03-19 | 1986-10-16 | Philips Nv | Kleurentelevisie-ontvanger voorzien van een televisieschakeling voor het omzetten van een tijdmultiplexsignaal in simultane signalen en daarvoor geschikte, geintegreerde schakeling. |
US4613828A (en) * | 1985-06-25 | 1986-09-23 | Eastman Kodak Company | Injection-locked video frequency oscillator |
Family Cites Families (6)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US3582540A (en) * | 1969-04-17 | 1971-06-01 | Zenith Radio Corp | Signal translating apparatus using surface wave acoustic device |
US3996610A (en) * | 1975-12-29 | 1976-12-07 | Rca Corporation | Comb filter apparatus for video playback systems |
US3994850A (en) * | 1976-01-05 | 1976-11-30 | Champion International Corporation | Modified urea-formaldehyde resin adhesive |
US4032767A (en) * | 1976-02-26 | 1977-06-28 | The United States Of America As Represented By The Secretary Of The Navy | High-frequency ccd adder and multiplier |
AU511885B2 (en) * | 1977-01-10 | 1980-09-11 | Rca Corp. | Linear ccd input circuit |
US4096516A (en) * | 1977-03-25 | 1978-06-20 | Rca Corporation | Electronic signal processing apparatus |
-
1978
- 1978-08-02 US US05/930,379 patent/US4217605A/en not_active Expired - Lifetime
-
1979
- 1979-07-24 FR FR7919060A patent/FR2432813A1/fr active Granted
- 1979-07-25 CA CA332,506A patent/CA1129082A/en not_active Expired
- 1979-07-26 FI FI792350A patent/FI69382C/fi not_active IP Right Cessation
- 1979-07-26 SE SE7906411A patent/SE434325B/sv not_active IP Right Cessation
- 1979-07-30 IT IT24770/79A patent/IT1122656B/it active
- 1979-07-30 AT AT0523179A patent/AT375517B/de not_active IP Right Cessation
- 1979-07-31 JP JP54098596A patent/JPS605114B2/ja not_active Expired
- 1979-07-31 GB GB7926631A patent/GB2027309B/en not_active Expired
- 1979-08-01 PL PL1979217507A patent/PL123545B1/pl unknown
- 1979-08-01 ES ES483059A patent/ES483059A1/es not_active Expired
- 1979-08-01 DK DK325379A patent/DK147690C/da active
- 1979-08-01 BE BE0/196569A patent/BE878029A/xx not_active IP Right Cessation
- 1979-08-01 NZ NZ191182A patent/NZ191182A/xx unknown
- 1979-08-01 NL NL7905936A patent/NL192480C/nl not_active IP Right Cessation
- 1979-08-01 SU SU792794604A patent/SU1148575A3/ru active
- 1979-08-02 DE DE2931415A patent/DE2931415C2/de not_active Expired
-
1985
- 1985-12-30 MY MY718/85A patent/MY8500718A/xx unknown
-
1987
- 1987-02-26 HK HK167/87A patent/HK16787A/xx not_active IP Right Cessation
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
IT7924770A0 (it) | 1979-07-30 |
DE2931415A1 (de) | 1980-02-14 |
MY8500718A (en) | 1985-12-31 |
FR2432813A1 (fr) | 1980-02-29 |
FI69382B (fi) | 1985-09-30 |
AT375517B (de) | 1984-08-10 |
DK325379A (da) | 1980-02-03 |
FI792350A (fi) | 1980-02-03 |
PL217507A1 (nl) | 1980-08-11 |
GB2027309A (en) | 1980-02-13 |
NL7905936A (nl) | 1980-02-05 |
CA1129082A (en) | 1982-08-03 |
BE878029A (fr) | 1979-12-03 |
SU1148575A3 (ru) | 1985-03-30 |
IT1122656B (it) | 1986-04-23 |
HK16787A (en) | 1987-03-06 |
DK147690C (da) | 1985-05-20 |
ATA523179A (de) | 1983-12-15 |
NZ191182A (en) | 1982-11-23 |
NL192480B (nl) | 1997-04-01 |
SE7906411L (sv) | 1980-02-03 |
SE434325B (sv) | 1984-07-16 |
FR2432813B1 (nl) | 1984-04-06 |
DK147690B (da) | 1984-11-12 |
GB2027309B (en) | 1982-08-18 |
JPS605114B2 (ja) | 1985-02-08 |
JPS5527797A (en) | 1980-02-28 |
US4217605A (en) | 1980-08-12 |
PL123545B1 (en) | 1982-10-30 |
FI69382C (fi) | 1986-01-10 |
ES483059A1 (es) | 1980-03-01 |
DE2931415C2 (de) | 1982-04-29 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
FI67647C (fi) | Apparat foer behandling av elektriska signaler | |
US4176373A (en) | Signal processing for discrete-sample-type-color-video signal | |
NL192480C (nl) | Kamfilterketen. | |
US4131913A (en) | Solid state television camera | |
CS259508B2 (en) | Device for television luminance and chrominance signals' separation | |
US4377794A (en) | Charge transfer device comb filter with improved frequency response | |
US4628347A (en) | Charge transfer device for multiplexing signals | |
US5191424A (en) | Solid-state camera device having a function for eliminating high frequency synchronous noise | |
US5945977A (en) | Luminance signal producing circuits | |
KR830000669B1 (ko) | 빗살형 여파장치 | |
KR820001556B1 (ko) | 전기신호 처리장치 | |
EP0277808B1 (en) | Comb filter circuits | |
JPS6250005B2 (nl) | ||
JPS58151789A (ja) | 固体撮像装置 | |
JPH0137027B2 (nl) | ||
JPS58219890A (ja) | 合成ビデオ信号処理用くし型フイルタ | |
JPS6346607B2 (nl) | ||
JP2809008B2 (ja) | Ccdの信号処理回路 | |
JPH0113234B2 (nl) | ||
JPS608677B2 (ja) | カラー映像信号変換装置 | |
JPH06284348A (ja) | 固体撮像装置 | |
JPH0654333A (ja) | 3板式カメラ | |
JP2000209601A (ja) | テレビジョンカメラ装置 | |
JPH0123964B2 (nl) | ||
JPS6032489A (ja) | 固体撮像素子 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A85 | Still pending on 85-01-01 | ||
BA | A request for search or an international-type search has been filed | ||
BB | A search report has been drawn up | ||
BC | A request for examination has been filed | ||
CNR | Transfer of rights (patent application after its laying open for public inspection) |
Free format text: RCA LICENSING CORPORATION |
|
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 19990301 |