NL1035787C2 - Inrichting voor het ontgassen van de vloeistof. - Google Patents

Inrichting voor het ontgassen van de vloeistof. Download PDF

Info

Publication number
NL1035787C2
NL1035787C2 NL1035787A NL1035787A NL1035787C2 NL 1035787 C2 NL1035787 C2 NL 1035787C2 NL 1035787 A NL1035787 A NL 1035787A NL 1035787 A NL1035787 A NL 1035787A NL 1035787 C2 NL1035787 C2 NL 1035787C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
degassing
fuel
gas
line
separation tank
Prior art date
Application number
NL1035787A
Other languages
English (en)
Other versions
NL1035787A1 (nl
Inventor
Franck Christian Bizien
Original Assignee
Tokheim Holding Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Tokheim Holding Bv filed Critical Tokheim Holding Bv
Publication of NL1035787A1 publication Critical patent/NL1035787A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1035787C2 publication Critical patent/NL1035787C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B67OPENING, CLOSING OR CLEANING BOTTLES, JARS OR SIMILAR CONTAINERS; LIQUID HANDLING
    • B67DDISPENSING, DELIVERING OR TRANSFERRING LIQUIDS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • B67D7/00Apparatus or devices for transferring liquids from bulk storage containers or reservoirs into vehicles or into portable containers, e.g. for retail sale purposes
    • B67D7/06Details or accessories
    • B67D7/58Arrangements of pumps
    • B67D7/62Arrangements of pumps power operated
    • B67D7/66Arrangements of pumps power operated of rotary type
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B01PHYSICAL OR CHEMICAL PROCESSES OR APPARATUS IN GENERAL
    • B01DSEPARATION
    • B01D19/00Degasification of liquids
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B01PHYSICAL OR CHEMICAL PROCESSES OR APPARATUS IN GENERAL
    • B01DSEPARATION
    • B01D19/00Degasification of liquids
    • B01D19/0042Degasification of liquids modifying the liquid flow
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B01PHYSICAL OR CHEMICAL PROCESSES OR APPARATUS IN GENERAL
    • B01DSEPARATION
    • B01D19/00Degasification of liquids
    • B01D19/0042Degasification of liquids modifying the liquid flow
    • B01D19/0052Degasification of liquids modifying the liquid flow in rotating vessels, vessels containing movable parts or in which centrifugal movement is caused
    • B01D19/0057Degasification of liquids modifying the liquid flow in rotating vessels, vessels containing movable parts or in which centrifugal movement is caused the centrifugal movement being caused by a vortex, e.g. using a cyclone, or by a tangential inlet
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B01PHYSICAL OR CHEMICAL PROCESSES OR APPARATUS IN GENERAL
    • B01DSEPARATION
    • B01D19/00Degasification of liquids
    • B01D19/02Foam dispersion or prevention
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B67OPENING, CLOSING OR CLEANING BOTTLES, JARS OR SIMILAR CONTAINERS; LIQUID HANDLING
    • B67DDISPENSING, DELIVERING OR TRANSFERRING LIQUIDS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • B67D7/00Apparatus or devices for transferring liquids from bulk storage containers or reservoirs into vehicles or into portable containers, e.g. for retail sale purposes
    • B67D7/06Details or accessories
    • B67D7/76Arrangements of devices for purifying liquids to be transferred, e.g. of filters, of air or water separators
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B67OPENING, CLOSING OR CLEANING BOTTLES, JARS OR SIMILAR CONTAINERS; LIQUID HANDLING
    • B67DDISPENSING, DELIVERING OR TRANSFERRING LIQUIDS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • B67D7/00Apparatus or devices for transferring liquids from bulk storage containers or reservoirs into vehicles or into portable containers, e.g. for retail sale purposes
    • B67D7/06Details or accessories
    • B67D7/76Arrangements of devices for purifying liquids to be transferred, e.g. of filters, of air or water separators
    • B67D7/763Arrangements of devices for purifying liquids to be transferred, e.g. of filters, of air or water separators of air separators

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Dispersion Chemistry (AREA)
  • Degasification And Air Bubble Elimination (AREA)
  • Details Of Reciprocating Pumps (AREA)

Description

Inrichting voor het ontgassen van de vloeistof.
BESCHRIJVING
De onderhavige uitvinding heeft als doel een inrichting voor het 5 ontgassen van de vloeistof die wordt afgegeven ten behoeve van een afgifte-inrichting voor brandstoffen, in het bijzonder voor biobrandstoffen.
Het is gebruikelijk om afgifte-inrichtingen voor brandstoffen uit te rusten met ontgassingssystemen om ervoor te zorgen dat de hoeveelheid brandstof die aan de verbruiker wordt geleverd daadwerkelijk overeenkomt met de vloeibare 10 brandstof en niet met een mengsel van vloeibare brandstof en van gas (lucht en koolwaterstofdampen).
Het in de vloeistof toegestane percentage gasvolume wordt in het bijzonder bepaald door verordening R117 van de OIML (Organisation Internationale de Métrologie Légère).
15 Dergelijke ontgassingssystemen omvatten in het algemeen: een pomp voor het laten circuleren van de brandstof die afkomstig is uit een opslagtank, een ontgassingsomhulling, met name van Vortex, waaraan een mengsel van vloeibare/gasvormige brandstof wordt toegevoerd via een 20 ingangsleiding die is verbonden met de uitgang van de pomp en die is voorzien van twee uitgangsleidingen, te weten een laterale leiding voor de ontgaste vloeibare brandstof en een axiale leiding voor een fractie met gas verrijkte brandstof, en een scheidingstank onder atmosferische druk die is verbonden met de axiale uitgangsleiding van de ontgassingsomhulling waarin de vloeibare 25 brandstof in de met gas verrijkte fractie zich afscheidt door de zwaartekracht alvorens opnieuw te worden verplaatst naar de afzuigkant van de pomp, waarbij deze scheidingstank is uitgerust met een veiligheidspoort waardoor de afgescheiden gassen naar buiten kunnen worden afgevoerd.
De ontgassingsomhulling heeft in het algemeen een uitgestrekte 30 cilindervorm waardoor het mengsel binnenin dat is toegevoerd via de ingangsleiding schroefvormig kan circuleren, en de ontgaste brandstof kan worden opgevangen door de laterale uitgangsleiding en de met gas verrijkte fractie door de axiale uitgangsleiding.
Een dergelijk systeem voor ontgassing wordt als voorbeeld 1035787 2 beschreven in het document EP 0 357 513.
Volgens deze publicatie, wordt de ontgassingsomhulling verbonden met waarnemingsmiddelen waarmee het mogelijk is de afgifte van vloeibare brandstof in samenhang met het gasgehalte ervan te besturen en deze eventueel 5 stop te zetten als dit gehalte hoger is dan een vooraf bepaalde waarde.
Het nadeel van een dergelijk systeem is verbonden met het feit dat wanneer de brandstoffen die binnenkomen in de ontgassingsomhulling slechts zeer weinig gas omvatten, hetgeen de meest voorkomende werkwijze is, de fractie die is afgetapt via de axiale uitgangsleiding en die is verplaatst naar de scheidingstank 10 nog steeds enige mate van gas omvat.
Deze fractie van brandstof moet een bepaalde tijd in de scheidingstank blijven alvorens te worden teruggewonnen naar de ingang van de pomp, waardoor het rendement van de afgifte-installatie aanzienlijk vermindert, en dit des te meer omdat deze vloeistof die enigszins met gas is gevuld, de neiging heeft om 15 door het brouwen de vorming van schuim te veroorzaken in de pomp.
Hierdoor zou het wenselijk zijn om het debiet van het vloeibare/ gasvormige brandstofmengsel dat is afgetapt door de axiale uitgangsleiding van de ontgassingsomhulling te kunnen verminderen, wat echter in de praktijk niet mogelijk is wanneer de brandstof, om een toevallige reden, in hoge mate is gevuld met gas; 20 in dat geval is het noodzakelijk dat deze uitgangsleiding een diameter heeft die voldoende groot is om deze brandstof daadwerkelijk te kunnen ontgassen.
Teneinde dit nadeel te ondervangen, werd overeenkomstig de publicatie FR 2 730 484 reeds voorgesteld om op de axiale uitgangsleiding van de ontgassingsomhulling regelmiddelen aan te sluiten om te kunnen variëren met het 25 debiet van de met gas verrijkte fractie die, afhankelijk van zijn gasgehalte, door deze leiding wordt afgetapt.
Op deze manier is het mogelijk om bij een hoog gasgehalte in de scheidingstank een groot debiet aan brandstof af te tappen en te verplaatsen, en een kleiner debiet wanneer deze brandstof slechts een beetje met gas is gevuld.
30 Een dergelijke ontgassingsinrichting is geheel afdoende wanneer er afgifte-inrichtingen voor brandstoffen op basis van aardolie mee worden uitgerust.
Dit is daarentegen niet het geval bij afgifte-inrichtingen van biobrandstoffen die met name op basis van alcohol zijn, zoals ethanol, of op basis van esters, zoals biodiesel of huisbrandolie zonder schuimwerende toevoeging.
3
Nu heeft het schaarser worden van aardolie, wat als logisch gevolg de constante prijsverhoging heeft, en de toenemende mate van in overweging nemen van de problemen die zijn verbonden met de bescherming van het milieu ertoe geleid dat de deskundigen op zoek zijn gegaan naar de ontwikkeling van 5 dergelijke biobrandstoffen die bronnen van energie vormen ter economisch levensvatbare vervanging.
Op het specifieke gebied van de automobielindustrie zijn biobrandstoffen, hetzij op basis van alcohol, dat in het algemeen wordt verkregen uit suikerriet, suikerbieten of uit graangewassen, zoals tarwe, of op basis van esters uit 10 plantaardige oliën, zoals maïs-, koolzaad- of palmoliën, immers een in het bijzonder interessant alternatief voor aardolie, dit des te meer omdat hierdoor de afvalstoffen van de landbouw rendabeler gemaakt kunnen worden en de bebouwbare oppervlakken kunnen worden uitgebreid.
Daarom worden steeds meer benzinestations uitgerust met afgifte-15 inrichtingen voor biobrandstoffen die in het algemeen resulteren uit een mengsel van verbindingen van plantaardige origine en van brandstoffen op basis van aardolie, zoals bijvoorbeeld de zogeheten biobrandstof Έ85” die in hoofdzaak ongeveer 85% alcohol omvat, in het bijzonder ethanol, en 15% standaard brandstof op basis van aardolie of biodiesel “B30”dat 30% derivaten omvat die afkomstig zijn 20 van landbouwproducten en 70% derivaten van aardolie.
De samenstelling van de biobrandstoffen van dit type kan echter aanzienlijk wisselen, afhankelijk van de plaats waar zij worden geproduceerd en de seizoenen, en zij omvatten zeer vaak, naast variabele hoeveelheden brandstoffen op basis van aardolie, ethanol of esters, methanol, betere alcoholen, zoals propanol 25 of butanol, esters uit residuen van gisting, azijnzuur en een niet te verwaarlozen hoeveelheid water; bovendien moeten hier additieven aan worden toegevoegd die zorgen voor hun goede conservering.
Daarom is gebleken dat bepaalde brandstoffen soms een sterke neiging hebben om schuim te vormen waardoor een langere decanteertijd in de 30 scheidingstank nodig is alvorens te worden geconcentreerd in vloeibare vorm.
In de bekende ontgassingsinrichtingen van het bovengenoemde type mondt de axiale uitgangsleiding van de ontgassingsomhulling op klassieke wijze uit aan de bovenkant van de scheidingstank, boven het niveau van de vloeibare brandstof die door de zwaartekracht is afgescheiden, hetgeen over het 4 geheel genomen afdoende is in het geval van brandstoffen op basis van aardolie.
Niettemin, en rekening houdend met het feit dat om te voldoen aan de bovengenoemde voorschriften en het debiet “lekkage" te beperken, moet de diameter van deze leiding zo klein mogelijk worden gehouden, waarbij een 5 dergelijke configuratie problemen kan veroorzaken wanneer de verplaatste brandstof een biobrandstof is die in het bijzonder op basis van biodiesel is.
Het vloeibare/gasvormige brandstofmengsel kan dan immers een schuim vormen dat, afhankelijk van de respectievelijke hoeveelheden gas en vloeistof, een zodanig hoogte kan hebben dat de scheidingstank zo wordt gevuld dat 10 de veiligheidspoort overstroomt.
Hieruit vloeien dan ook risico’s voort van overstromen van dit schuim naar de circulatiepomp via de terugloopleiding voor de vloeibare brandstof die is afgescheiden door middel van de zwaartekracht, hetgeen het functioneren van de afgifte-installatie voor brandstof in hoge mate kan schaden, en in het bijzonder 15 kan leiden tot het laten leeglopen van de pomp en het verlies aan doelmatigheid van het oppompen.
De onderhavige uitvinding heeft als doel deze nadelen te ondervangen door een ontgassingsinrichting te verschaffen voor een afgifte-inrichting voor brandstoffen, in het bijzonder voor biobrandstoffen van het 20 bovengenoemde type waarin de regelmiddelen die zijn aangesloten op de axiale uitgangsleiding van de ontgassingsomhulling niet kunnen bijdragen aan de vorming van schuim.
Volgens de uitvinding wordt een dergelijke inrichting gekenmerkt doordat de axiale uitgangsleiding van de ontgassingsomhulling uitmondt aan de 25 onderkant van de scheidingstank, in de reeds eerder door de zwaartekracht afgescheiden vloeibare brandstof, om zodoende de vorming van schuim in deze tank te voorkomen.
Het mengsel vloeibare/gasvormige brandstof dat afkomstig is uit de ontgassingsomhulling wordt aldus naar het lage gedeelte van de scheidingstank 30 verplaatst die zodanig is gevuld met vloeibare brandstof dat de vorming van schuim kan worden voorkomen of op z’n minst kan worden beperkt.
Volgens een kenmerk van de uitvinding dat in het bijzonder van voordeel is, worden de regelmiddelen gevormd uit een bedieningscilinder die enerzijds is uitgerust met een opening aan de voorkant die is aangesloten op de 5 axiale uitgangsleiding van de ontgassingsomhulling evenals met een laterale opening die is aangesloten op een uitlaatspruitstuk dat uitmondt aan de onderkant van de scheidingstank, en anderzijds met een membraanzuiger onder druk van een contraveer en onderhevig aan de soortelijke massa van de fractie met gas verrijkte 5 brandstof die wegstroomt door de axiale uitgangsleiding van de ontgassingsomhulling, dus aan de hoeveelheid gas die aanwezig is in deze fractie om de laterale opening van de bedieningscilinder evenredig met deze hoeveelheid te kunnen openen of sluiten.
Overeenkomstig dit kenmerk stroomt de fractie met gas verrijkte 10 brandstof die circuleert in de axiale uitgangsleiding van de ontgassingsomhulling door de membraan van de zuiger die wordt teruggeduwd door de contraveer.
De kracht die door de zuiger wordt uitgeoefend op de veer hangt af van het energieverlies dat wordt veroorzaakt door de membraan.
Dit energieverlies P is van het type dat een onstuimige wegstroming 15 in een membraan kenmerkt en kan bijgevolg worden weergegeven door de vergelijking P = Kpv2 waarbij K een meetkundige factor is, p de soortelijke massa van de fractie met gas verrijkte brandstof en v de wegstroomsnelheid ervan.
Bijgevolg hangt dit energieverlies P af van het gasgehalte van het mengsel dat door de membraan stroomt.
20 Dienovereenkomstig hangt de stand van de zuiger in de bedieningscilinder af van het gasgehalte van de fractie met gas verrijkte brandstof die ter hoogte van de ontgassingsomhulling is afgescheiden.
Volgens deze stand, opent of sluit de zuiger de laterale opening van de bedieningscilinder, dit evenredig met de hoeveelheid gas in de brandstof.
25 Volgens de uitvinding is het van voordeel dat de bedieningscilinder en/of de membraanzuiger en/of de axiale uitgangsleiding van de ontgassingsomhulling kunnen worden uitgevoerd in messing bij onvermengde aardolieproducten, in roestvrij staal bij brandstoffen die veel biobrandstof omvatten of zelfs in een geschikt materiaal van kunststof.
30 Volgens een ander kenmerk van de uitvinding is de voorkant van de bedieningscilinder tegenover de opening aan de voorkant uitgerust met een wijzer ter geleiding van de zuiger die een kegelvormig uiteinde omvat waarmee de membraan kan worden gedicht.
Er moet rekening mee worden gehouden dat deze geleidingswijze 6 geen enkele eigen functie heeft in het kader van het proces van ontgassing van de brandstof, maar dat deze, dankzij zijn kegelvormige uiteinde, zorgt voor een goede dichting van de membraan.
Met de geleidingswijzer kunnen aldus de interne lekkages van 5 vloeistof naar de laterale opening van de bedieningscilinder in de omgeving van de zuiger maximaal worden verminderd wanneer deze laatste zich in de maximaal teruggeduwde stand bevindt.
Volgens de uitvinding kan het vrije uiteinde van het uitlaatspruitstuk rechtstreeks uitmonden in de vloeibare brandstof die door middel van de 10 zwaartekracht is afgescheiden onderin de terugwintank.
Volgens een ander kenmerk van de uitvinding kan het uitlaatspruitstuk aan zijn vrije uiteinde worden uitgerust met een filter.
Een dergelijk filter dient ervoor de uitgangssnelheid van de achterblijvende gassen te beperken en de diffusie ervan in de vloeibare brandstof 15 onderin de scheidingstank zodanig te verbeteren dat deze gassen sneller naar de oppervlakte kunnen stijgen.
Volgens een ander kenmerk van de uitvinding is het uitlaatspruitstuk uitgerust met een gasscheider van het zogeheten type “met een funderingselement” aan zijn vrije uiteinde.
20 Met een dergelijke gasscheider, die deskundigen op dit gebied goed kennen, is het mogelijk de vloeibare brandstof sterk in te krimpen en de microbellen die zich erin bevinden te dwingen om zich te hergroeperen langs de wanden van de fundering om zich daarna opnieuw te verzamelen in bellen met een behoorlijke grootte die dan door de zwaartekracht snel naar de oppervlakte van de vloeistof in 25 de scheidingstank kunnen stijgen.
Volgens een ander kenmerk dat in het bijzonder van voordeel is voor de uitvinding is de veiligheidspoort van de scheidingstank verbonden met een systeem voor het terugwinnen van de afgezogen brandstofdampen.
Dergelijke systemen worden steeds vaker geïnstalleerd in afgifte-30 inrichtingen voor brandstoffen met het oog op het verlagen van de risico’s van luchtvervuiling.
Er moet rekening mee worden gehouden dat deze veiligheidspoort bovendien kan worden uitgerust met een vlamkering of met een geijkte klep die zich slechts opent boven een van te voren bepaalde druk, waarbij de ontgassings- 7 organen goed functioneren.
De kenmerken van de schuimwerende ontgassingsinrichting die het doel is van de uitvinding zullen nauwkeuriger worden beschreven onder verwijzing naar de bijgevoegde niet-beperkende tekeningen waarin: 5 Figuur 1 een schematisch aanzicht is van een ontgassingsinrichting overeenkomstig de stand van de techniek,
Figuur 2 een schematisch aanzicht is overeenkomstig figuur 1, dat echter een schuimwerende ontgassingsinrichting weergeeft overeenkomstig de uitvinding, 10 Figuur 3 een gedetailleerd aanzicht is van de ontgassingsomhulling en van de regelmiddelen.
Volgens figuur 1 omvat de ontgassingsinrichting in hoofdzaak een pomp voor het laten circuleren van de brandstof 1, een ontgassingsomhulling van Vortex 2 en een scheidingstank 3.
15 Er moet rekening mee worden gehouden dat de pomp 1 van elk willekeurig type kan zijn, in het bijzonder met tandwieloverbrengingen, zoals wordt weergegeven in figuur 1 of met schoepbladen, zoals wordt weergegeven in figuur 2.
Pomp 1 wordt verbonden met een terugslagklep 4 en met een filter 5 waarmee de brandstof die afkomstig is uit een niet weergegeven opslagtank 20 volgens pijl A door het toevoerkanaal 6 kan gaan circuleren.
De ontgassingsomhulling 2 heeft een langgerekte cilindrische vorm en is voorzien van twee uitgangsleidingen, te weten een laterale leiding 8 en een axiale leiding 9; zij is zodanig ontworpen dat aan de binnenkant een helicoïdale circulatie van het mengsel verplaatste vloeibare/gasvormige brandstof ontstaat 25 volgens de pijl B via de ingangsleiding 7.
Ontgaste brandstof wordt volgens de pijl C afgetapt via de laterale uitgangsleiding 8 om de tank van auto’s te kunnen vullen.
Een met gas verrijkte fractie die wordt geschematiseerd door de pijl E wordt afgetapt via de axiale uitgangsleiding 9 die is verbonden met een 30 verplaatsingsleiding 10 die zelf is verbonden met de scheidingstank 3 door middel van regelmiddelen 30 waarmee het mogelijk is te variëren met het debiet van de met gas verrijkte fractie die wordt afgetapt via de axiale uitgang 9 afhankelijk van het gasgehalte ervan.
Volgens figuur 1 omvat de ontgassingsomhulling 2 bovendien een 8 terugwincircuit 11 of omloopleiding uitgerust met de klep 4 waarmee het overmatige debiet brandstof dat niet is geleverd in de tank van een auto bij het binnengaan in pomp 1 kan worden terug gevoerd volgens pijl D.
De fractie met gas verrijkte brandstof die via de axiale uitgangs-5 leiding 9 uit de ontgassingsomhulling 2 komt via de axiale uitgangsleiding 9 wordt via de verplaatsingsleiding 10 volgens de pijl E verplaatst in de regelmiddelen 30, daarna naar de bovenkant van de scheidingstank 3 volgens de pijl I.
Volgens figuur 1 worden deze regelmiddelen 30 gevormd uit een bedieningscilinder 37, waarvandaan zich aan de binnenkant een geheel van twee 10 zuigers verplaatst onder druk van een contraveer 38, te weten een eerste zuiger 34 die een tweede zuiger 35 beïnvloedt die ermee is verbonden om een laterale opening 36 te kunnen openen en sluiten, waardoor het mengsel lucht/brandstof volgens de pijl I naar de scheidingstank 3 kan worden verwijderd.
De bedieningscilinder 37 omvat bovendien een eerste ingang 33 die 15 is verbonden met de verplaatsingsleiding 10 en een tweede ingang 31 die is verbonden met een leiding 32 die is aangesloten op het terugwincircuit 11.
De heen en weerbeweging van het geheel van de zuigers 34, 35 aan de binnenkant van de bedieningscilinder 37 wordt aldus bestuurd door het drukverschil tussen de druk van de vloeistof die wordt verondersteld ontgast te zijn 20 en die circuleert in het terugwincircuit 11 en de druk van de fractie met gas verrijkte brandstof die circuleert in de verplaatsingsleiding 10.
Volgens figuur 1, scheidt de vloeibare brandstof in de fractie die volgens de pijl I via de laterale verwijderingsopening 36 is verplaatst naar de bovenkant van de scheidingstank 3 zich af van het gas door middel van 25 zwaartekracht en hergroepeert deze zich weer aan de onderkant van deze tank.
Met een door een vlotter 15 in werking gestelde klep 13 is het mogelijk de aldus volgens de pijl G naar de ingang van pomp 1 geklaarde vloeibare brandstof terug te winnen.
De vlotter 15 wordt geleidelijk opgelicht door de vloeibare brandstof 30 in het onderste gedeelte van de scheidingstank 3 en opent automatisch de klep 13 wanneer deze vloeistof een van te voren vastgesteld niveau bereikt.
Volgens figuur 1, is de scheidingstank 3 bovendien uitgerust met een veiligheidspoort 14 waardoorheen de afgescheiden gassen naar buiten kunnen in de richting van pijl H.
9
Het is van voordeel dat deze veiligheidspoort 14 is verbonden met een systeem voor het terugwinnen van de afgezogen brandstofdampen, hetgeen in de figuren niet wordt weergegeven.
De regelmiddelen 30 waarmee de inrichting die wordt weergegeven 5 in figuur 1 is uitgerust, voldoen afdoende in het kader van de ontgassing van brandstoffen op basis van aardolie, maar zijn echter onvoldoende doelmatig bij brandstoffen die grotere hoeveelheden schuim kunnen produceren.
De regelmiddelen 20 waarmee de schuimwerende ontgassingsinrichting die wordt weergegeven in de figuren 2 en 3 zijn uitgerust, 10 kunnen dit nadeel ondervangen.
Er moet rekening mee worden gehouden dat met uitzondering van deze regelmiddelen 20, de andere elementen van deze inrichting in hoge mate gelijksoortig zijn aan die waarmee de inrichting die wordt weergegeven in figuur 1 is uitgerust en die worden aangeduid met dezelfde verwijzingen.
15 Volgens de figuren 2 en 3, worden de regelmiddelen 20 gevormd uit een bedieningscilinder 27, die is uitgerust met een opening 28 aan de voorkant die is aangesloten op de verplaatsingsleiding 10 die is verbonden met de axiale uitgangsleiding 9 van de ontgassingsomhulling 2 evenals met een laterale opening 23 die is aangesloten op een uitlaatspruitstuk 24 dat uitmondt aan de binnenkant 20 van de scheidingstank 3 boven het niveau van de vloeibare vloeistof die reeds is afgescheiden aan de onderkant van deze tank door de zwaartekracht.
Volgens figuur 2, mondt het vrije uiteinde 25 van het uitlaatspruitstuk rechtstreeks uit in de afgescheiden brandstof onderin de tank 3.
Op een manier die niet wordt weergegeven in de figuren, kan het 25 vrije uiteinde 25 van het uitlaatspruitstuk 24 eveneens zijn uitgerust met een filter of met een gasscheider van het zogeheten type “funderingselement".
Volgens de figuren 2 en 3 wordt de bedieningscilinder 27 aan de binnenkant uitgerust met een zuiger 21 met een membraan 26 onder druk van een contraveer 22 die de laterale opening 23 gedeeltelijk of geheel kan afsluiten, 30 afhankelijk van de hoeveelheid gas die aanwezig is in de fractie met gas verrijkte brandstof die volgens pijl E wegstroomt in de leidingen 9 en 10.
Met een geleidingswijzer 29 met een kegelvormig uiteinde die wordt weergegeven in figuur 3, echter niet in figuur 2, kan de membraan 26 worden gedicht als de contraveer 22 maximaal wordt teruggeduwd teneinde lekkage te 10 verminderen wanneer de laterale opening 23 geheel is gesloten.
Volgens figuur 2, wordt de brandstof die uit de regelmiddelen 20 is verwijderd via het uitlaatspruitstuk 24 volgens de pijl F, uitgestort onderin de terugwintank 3 onder het niveau van de vloeibare brandstof die reeds in deze tank is 5 geklaard.
1035787

Claims (7)

1. Schuimwerende ontgassingsinrichting voor een afgifte-inrichting voor brandstoffen, in het bijzonder voor biobrandstoffen, omvattende: 5. een pomp (1) voor het laten circuleren van de brandstof die afkomstig is uit een opslagtank, een ontgassingsomhulling, met name een Vortex (2) waaraan een vloeibaar/gasvormig brandstofmengsel wordt toegevoerd via een ingangsleiding (7) die is verbonden met de uitgang van de pomp (1) en die is voorzien van twee 10 uitgangsleidingen, te weten een laterale leiding (8) voor de ontgaste vloeibare brandstof en een axiale leiding (9) voor een fractie brandstof die is verrijkt met gas, een scheidingstank (3) onder atmosferische druk die is verbonden met de axiale uitgangsleiding (9) van de ontgassingsomhulling (2) waarin de vloeibare brandstof in de met gas verrijkte fractie zich afscheidt door de 15 zwaartekracht alvorens opnieuw te worden verplaatst naar de afzuigkant van de pomp (1), waarbij deze scheidingstank is uitgerust met een poort (14) waardoor de afgescheiden gassen naar buiten kunnen worden afgevoerd, en regelmiddelen (20) die zijn aangesloten op de axiale uitgangsleiding (9) van de ontgassingsomhulling (2) om te kunnen variëren met het debiet van de 20 met gas verrijkte fractie die, afhankelijk van zijn gasgehalte, via deze leiding wordt afgetapt, gekenmerkt doordat de axiale uitgangsleiding (9) van de ontgassingsomhulling (2) uitmondt aan de onderkant van de scheidingstank (3), in de vloeibare brandstof die zodanig is afgescheiden door zwaartekracht, dat in deze tank de vorming van schuim wordt voorkomen.
2. Inrichting volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat de regelmiddelen (20) zijn gevormd uit een bedieningscilinder (27) die enerzijds is uitgerust met een opening aan de voorkant (28) die is aangesloten op de axiale uitgangsleiding (9) van de ontgassingsomhulling (2) evenals met een laterale opening (23) die is aangesloten op een uitlaatspruitstuk (24) dat uitmondt aan de 30 onderkant van de scheidingstank (3), en anderzijds met een zuiger (21) met een membraan (26) onder druk van een contraveer (22) en onderhevig aan de soortelijke massa van de fractie met gas verrijkte brandstof, die door de axiale uitgangsleiding (9) van de ontgassingsomhulling (2) stroomt, dus aan de hoeveelheid gas die aanwezig is in deze fractie om de laterale opening (23) van de 1035787 bedieningscilinder (27) evenredig met deze hoeveelheid te kunnen openen of sluiten.
3. Inrichting volgens conclusie 2, gekenmerkt doordat de voorkant van de bedieningscilinder tegenover de opening aan de voorkant is uitgerust met een 5 wijzer (24) ter geleiding van de zuiger (21) omvattende een kegelvormig uiteinde waarmee de membraan (26) kan worden gedicht.
4. Inrichting volgens conclusie 2, gekenmerkt doordat het uitlaatspruitstuk (24) aan zijn vrije uiteinde (25) is uitgerust met een filter.
5. Inrichting volgens conclusie 2, gekenmerkt doordat het 10 uitlaatspruitstuk (24) aan zijn vrije uiteinde (25) is uitgerust met een gasscheider van het zogeheten type "funderingselement".
6. Inrichting volgens een van de conclusies 1-5, gekenmerkt doordat de veiligheidspoort (14) van de scheidingstank (3) is verbonden met een systeem voor het terugwinnen van de afgezogen brandstofdampen.
7. Inrichting volgens een van de conclusies 2-6, gekenmerkt doordat de bedieningscilinder (27) en/of de zuiger (21) met een membraan (26) en/of de axiale uitgangsleiding (9) van de ontgassingsomhulling zijn uitgevoerd in messing, in roestvrij staal en ook wel in een geschikt materiaal van kunststof. 20 1035787
NL1035787A 2007-08-08 2008-08-05 Inrichting voor het ontgassen van de vloeistof. NL1035787C2 (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
FR0756992A FR2919855B1 (fr) 2007-08-08 2007-08-08 Dispositif de degazage antimousse pour un appareil de distribution de carburant en particulier de biocarburant
FR0756992 2007-08-08

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL1035787A1 NL1035787A1 (nl) 2009-03-30
NL1035787C2 true NL1035787C2 (nl) 2009-05-27

Family

ID=39228358

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1035787A NL1035787C2 (nl) 2007-08-08 2008-08-05 Inrichting voor het ontgassen van de vloeistof.

Country Status (8)

Country Link
US (1) US7850767B2 (nl)
CN (1) CN101362584B (nl)
BE (1) BE1019600A5 (nl)
DE (1) DE102008034951B4 (nl)
FR (1) FR2919855B1 (nl)
GB (1) GB2451727B (nl)
IT (1) IT1394122B1 (nl)
NL (1) NL1035787C2 (nl)

Families Citing this family (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP2649172A1 (en) * 2010-12-10 2013-10-16 Dow Corning Corporation Granulated foam control composition
CN102161465A (zh) * 2011-01-20 2011-08-24 罗纳多·麦克尔·伟博 加油装置
DE102013223689A1 (de) * 2013-09-10 2015-03-12 Vaillant Gmbh Entlüfter
FR3078063B1 (fr) * 2018-02-16 2020-02-07 Dover Fueling Solutions Uk Limited Dispositif de degazage pour un ensemble de pompage de carburant
US20240123373A1 (en) * 2021-02-22 2024-04-18 Flamco B.V. Low pressure degassing device
NL2029857B1 (en) * 2021-11-22 2023-06-13 Flamco Bv Low pressure degassing device
NL2027613B1 (en) * 2021-02-22 2022-09-19 Flamco Bv Low pressure degassing device
NL1044400B1 (en) * 2022-08-22 2024-03-04 Flamco Bv Low pressure degassing device

Family Cites Families (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3159310A (en) * 1964-03-05 1964-12-01 Arthur W Rafferty Automatically controlled fluid dispenser
NL8204774A (nl) * 1982-12-09 1984-07-02 Stork Pompen Verpompingsinrichting.
CA1277245C (en) * 1985-12-05 1990-12-04 Joseph B. Millikan Centrifugal system with sump for separating air from fuel
FR2636056B1 (fr) 1988-09-02 1991-05-24 Schlumberger Ind Sa Dispositif de commande automatique d'une lance a hydrocarbure en fonction de la teneur en gaz de l'hydrocarbure
WO1992019531A1 (en) * 1991-04-26 1992-11-12 Gilbarco Limited Air/vapour separation device
NL9401455A (nl) * 1994-09-07 1996-04-01 Andre S J Van Coillie En Johan Zelfaanzuigende centrifugaalpomp-vakuumpomp-kombinatie voor o.a. vloeibare brandstoffen zoals benzine, gasoil, kerozene enz. met verbeterde ontgasser en geintegreerde övapor recoveryö mogelijkheid.
GB9501904D0 (en) * 1995-01-31 1995-03-22 Osborne Graham W Forecourt fuel pumps
FR2730384B1 (fr) 1995-02-14 1997-05-16 Cassan Alain Seve artificielle
FR2730484B1 (fr) * 1995-02-15 1997-05-09 Schlumberger Ind Sa Systeme de degazage pour un distributeur d'hydrocarbures
JP2009119325A (ja) * 2007-11-12 2009-06-04 Toyota Boshoku Corp 気泡分離器

Also Published As

Publication number Publication date
CN101362584A (zh) 2009-02-11
FR2919855B1 (fr) 2009-10-02
ITTO20080605A1 (it) 2009-02-09
NL1035787A1 (nl) 2009-03-30
US20090038478A1 (en) 2009-02-12
US7850767B2 (en) 2010-12-14
BE1019600A5 (fr) 2012-09-04
GB2451727A (en) 2009-02-11
CN101362584B (zh) 2012-11-14
IT1394122B1 (it) 2012-05-25
GB0812313D0 (en) 2008-08-13
DE102008034951A1 (de) 2009-02-19
FR2919855A1 (fr) 2009-02-13
GB2451727B (en) 2010-02-17
DE102008034951B4 (de) 2015-07-23

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1035787C2 (nl) Inrichting voor het ontgassen van de vloeistof.
US4066386A (en) Priming systems for pumps
KR20090010213A (ko) 유체 연료에 존재하는 물, 특히 디젤 오일로부터 물을 분리및 제거하기 위한 방법 및 장치
DE2804551A1 (de) Kraftstoffanlage fuer brennkraftmaschinen
US20070114160A1 (en) Fuel filter of an internal combustion engine
CN102297055A (zh) 一种智能控制燃油供应系统
US6076509A (en) Fuel supply apparatus of outboard motor
CA2766355C (en) System and method for continuously pretreating a raw multi-phase stream captured by a landfill gas collector
EP3398669A1 (en) System for preventing gas bubbles in oil flow to enter a high-voltage device and a method for preventing gas bubbles to enter a high-voltage device
CN210261223U (zh) 一种油水分离装置
CN203777712U (zh) 一种油罐切水器
AU701246B2 (en) Separator for separating a heavier liquid from a lighter liquid
CN201218209Y (zh) 内冷式压缩机的气、油、水分离装置
CN2772624Y (zh) 离心式净油机溢油保护装置
US9382921B2 (en) Control of subsea compressors
US2457828A (en) Marine fuel system
CN201763479U (zh) 柴油发动机低压油路空气分离器
CN2312746Y (zh) 油水分离器
CN207941242U (zh) 一种油水自动分离的装置
DE19621167B4 (de) Luftabscheider für einen Milchsammelwagen
RU75388U1 (ru) Установка для очистки и осушки нефтепродуктов
CN2727445Y (zh) 真空泵油注油装置
CN110360035A (zh) 提升柴油机起动能力的专用装置
CN117247078B (zh) 压力波动自适应真空脱气装置
CN106621470A (zh) 一种自动油水分离机

Legal Events

Date Code Title Description
AD1A A request for search or an international type search has been filed
PD2A A request for search or an international type search has been filed