NL1030972C2

NL1030972C2 - Systeem voor het behandelen van een last, zoals een laadbak, alsmede voertuig voorzien van een dergelijk systeem.

Info

Publication number: NL1030972C2
Application number: NL1030972A
Authority: NL
Inventors: Wilhelmus Johannes J Tillemans; Lodevicus Huberta Pennings
Original assignee: Truck & Trailer Service B V; Veti Verhuur
Priority date: 2006-01-20
Filing date: 2006-01-20
Publication date: 2007-07-23

Description

J

Systeem voor het behandelen van een last, zoals een laadbak, alsmede voertuig voorzien van een dereeliik systeem

De uitvinding heeft betrekking op een systeem voor het overbrengen van een last, S zoals een laadbak en dergelijke, tussen een op een voertuig voorzien steunoppervlak en een zich nabij dat voertuig bevindend afsteloppervlak, omvattende een tweetal armen die zijn voorzien van koppelmiddelen voor het aankoppelen van de last, welke armen rond een gemeenschappelijke schamierlijn verplaatsbaar zijn tussen een rustpositie waarin de aangekoppelde last op het steunoppervlak van het voertuig rust en een werk-10 zame positie waarin de aangekoppelde laadbak op het afsteloppervlak rust.

Een dergelijk systeem is békend uit vele publicaties, bijvoorbeeld uit de Duitse octrooiaanvrage 3.132.632. Volgens dit voorbeeld kunnen met een dergelijk systeem lasten zoals een silo worden behandeld. Het systeem is echter dermate universeel dat ook allerlei andere lasten daarmee kunnen worden overgebracht. Een bekend voorbeeld 15 wordt gevormd door de open laadbakken, waarmee bijvoorbeeld tuinafval, bouwafval en dergelijke kan worden getransporteerd. In die gevallen wordt de laadbak afgezet nabij de werklocatie, zodanig dat het afval in de laadbak kan worden gedeponeerd. Zodra de laadbak geheel gevuld is kan deze worden afgehaald met een voertuig dat van het hiervoor genoemde systeem is voorzien.

20 Het bekende systeem voldoet op zich wel in redelijke mate, maar niettemin kle ven daaraan toch bepaalde nadelen. Een belangrijk nadeel van het bekende systeem betreft het relatief omslachtig manoeuvreren dat samehhangt met het oppikken of afzetten van een last. Gewoonlijk is het gewenst om de last of de laadbak op een bepaalde plaats en in een bepaalde positie op de werklocatie neer te zetten. Dat kan bijvoorbeeld 25 zijn langs een stoeprand, op een oprit en dergelijke. Daartoe moet het voertuig eveneens in bepaalde positie worden gemanoeuvreerd. Het oppikken respectievelijk afzetten van de last vindt immers plaats in een richting die samenvalt met de langsrichting van het voertuig. Indien de last met een bepaalde oriëntatie moet worden neergezet, moet ook het voertuig daarmee samenhangend op bepaalde wijze eerst worden georiënteerd. 30 De eenmaal afgezette last is immers lastig te behandelen, en vooral bij gevulde laadbakken is het zaak het voertuig goed te positioneren aangezien anders de belastingen op het systeem te hoog zouden worden en het voertuig zelfs zou kunnen kantelen.

i 1030972 2

De bekende systemen voldoen geen van alle aan de eis van een eenvoudige manoeuvreerbaarheid. Doel van de uitvinding is daarom een systeem van het hiervoor genoemde type te verschaffen, waarbij dit nadeel is ondervangen. Dat doel wordt bereikt doordat de armen tevens verdraaibaar zijn rond een gemeenschappelijke centrale 5 hartlijn die dwars verloopt ten opzichte van het steunoppervlak van het voertuig.

Bij het systeem volgens de uitvinding kan allereerst op gebruikelijke wijze de last, zoals een laadbak, opgepikt en afgezet worden volgens een bewegingsverloop dat samenvalt met de langsrichting van het voertuig waarop het systeem is opgenomen. Daarnaast biedt het systeem volgens de uitvinding echter de mogelijkheid om de last in 10 een andere richting dan de langsrichting van het voertuig over te brengen. Dit wordt mogelijk gemaakt door het draaien van de armen rond een gemeenschappelijke, in wezen een verticaal gerichte draaias. Als gevolg van deze verdraaiingen kan de last nu ook dwars ten opzichte van het voertuig worden overgebracht, bijvoorbeeld bij een oprit die dwars uitmondt op de rijweg. Ook wordt het op die manier mogelijk om de verzamelde 15 laadbakken in een beperkte ruimte naast elkaar te parkeren, zonder dat daarvoor extra veel manoeuvreerruimte nodig is aangezien de betreffende voertuigen eenvoudigweg langs de betreffende parkeerplaatsen kunnen worden gereden en opgesteld.

Het systeem volgens de uitvinding kan op verschillende manieren worden uitgevoerd. Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm zijn de armen onderling verbonden door 20 een hulpgestel dat door middel van een draaiorgaan is gemonteerd op het voertuig. Voor het draaiorgaan kan bijvoorbeeld een op zich bekende draaikrans worden gekozen.

Op bekende wijze kunnen de armen verplaatsbaar zijn door middel van hydraulische zuiger/cilinderinrichtingen, waarvan telkens een eind is verbonden met het hulp-25 gestel en het andere eind met een arm. Deze hydraulische zuiger/cilinderinrichtingen kunnen op een positie tussen de schamierlijn en het vrije eind van elke arm op die arm aangrijpen. Hoewel het bedienen door middel van hydraulische zuiger/cilinderinrichtingen zeer bekend is, kunnen echter ook andere bedieningsmiddelen zoals elektromechanische worden toegepast.

30 Zoals hiervoor reeds vermeld is het van groot belang dat bij het behandelen van de last de stabiliteit van het voertuig gewaarborgd is. Volgens de uitvinding kan dat worden verzekerd doordat het hulpgestel is voorzien van stempels voor het ondersteunen van dat hulpgestel op het afsteloppervlak. Bij het draaien van het hulpgestel bevin- t i 1030972 3 den de stempels zich steeds in de juiste positie om de bij het overbrengen van de last opgewekte belastingen op betrouwbare wijze af te voeren naar het afsteloppervlak.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een voertuig voor het transporteren van een laadbak, voorzien van een systeem zoals hiervoor beschreven voor het overbrengen S van de laadbak tussen een steunoppervlak van het voertuig en een zich nabij dat voertuig bevindend afsteloppervlak, welk systeem een tweetal armen omvat die zijn voorzien van koppelmiddelen voor het aankoppelen van een laadbak, welke armen rond een gemeenschappelijke schamierlijn verplaatsbaar zijn tussen een rustpositie waarin de aangekoppelde laadbak op het steunoppervlak van het voertuig rust en een werkzame 10 positie waarin de aangekoppelde laadbak op het afsteloppervlak rust. Ook in dit verband is volgens de uitvinding voorzien dat de armen tevens verdraaibaar zijn rond een gemeenschappelijke centrale hartlijn die dwars verloopt ten opzichte van het steunoppervlak van het voertuig. Daarbij bevinden de stempels zich bij voorkeur aan het eind van het gestel dat in de transportpositie aan de achterzijde van het voertuig ligt.

15 Vervolgens zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van een in de figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeeld.

Figuur 1 toont een zijaanzicht van een voertuig voorzien van een systeem volgens de uitvinding, met het systeem in rustpositie.

Figuur 2 toont het zelfde voertuig, tijdens het af zetten van een last.

20 Figuur 3 toont een bovenaanzicht op het voertuig, met het systeem in een ver draaide positie.

In de figuren 1-3 is een voertuig 1 weergegeven, in het onderhavige voorbeeld een wegvoertuig, dat op gebruikelijke wijze bestaat uit een chassis 2 waarop een cabine 3 is gemonteerd. Het chassis bezit een bovenste steunoppervlak 4. Het voertuig bevat 25 verder in het onderhavige voorbeeld een drietal assen 5, maar twee of meer dan drie assen zijn ook mogelijk.

Op het steunoppervlak 4 van het voertuig 1 is het in zijn geheel met 6 aangeduide systeem gemonteerd. Dit systeem 6 bestaat uit het hulpgestel 7, waaraan door middel van scharnieren 8 de armen 9 zijn bevestigd. Op bekende wijze, hier door middel van 30 de kettingen 10, is aan het vrije eind 11 van de armen 9 een last, in het onderhavige voorbeeld een silo 12, bevestigd. Door middel van de hydraulische zuiger/ cilinderin-richtingen 13, die schematisch zijn weergegeven, kunnen de armen 9 verplaatst worden rond de scharnieren 8.

! 1030972 4 ft

Zoals weergegeven in figuur 1 rust de silo 12 op het hulpgestel 7, in het bijzonder op de bovenzijde 17 daarvan. Op gebruikelijke wijze kan de silo 12 vanuit die positie op het hulpgestel 7, worden afgezet op het afsteloppervlak 14. Daartoe worden de hydraulische zuiger/cilinderinrichting en 13 bekrachtigd, waarbij via de in figuur 2 weer-5 gegeven positie, de silo 12 uiteindelijk kan worden afgezet op het afsteloppervlak 14. Bij dat proces wordt het hulpgestel 7, en daarmee het voertuig 1, op datzelfde afsteloppervlak 14 ondersteund door een tweetal stempels 15 dat is gemonteerd aan de achterzijde van het hulpgestel 7.

Bij deze traditionele wijze van afzetten van de last 12, en ook weer het oppikken 10 daarvan, moet het voertuig 1 steeds in de langsrichting zijn uitgericht ten opzichte van de positie waarin de last 12 uiteindelijk moet worden neergezet op het afzetoppervlak 14, danwel daar vanaf moet worden opgepikt Teneinde het voertuig 1 meer flexibel te maken met betrekking tot de wijze van afzetten dan wel oppikken van de last 12, is het hulpgestel 7 op het chassis 2, in bijzonder het steunoppervlak 4 daarvan, ondersteund 15 door middel van de draaikrans 16. Zoals weergegeven in het bovenaanzicht van figuur 3 kan, door het verdraaien van het hulpgestel 7 rond deze draaikrans 16, de last 12 nu schuin of dwars worden gericht ten opzichte van de langsrichting van het voertuig 1 en in die positie ook worden afgezet dan opgepikt. De stempels 15 vervullen daarbij dezelfde ondersteunende functie, zodanig dat ook in deze uitgezwenkte positie van het 20 hulpgestel 7 een stabiele ondersteuning van het voertuig 1 is verzekerd.

Hoewel in het voorgaande voorbeeld de uitvinding is toegepast op een vrachtwa-genchassis, is de uitvinding niet tot die uitvoeringsvorm beperkt. Zo kan het afzetsys-teem bijvoorbeeld ook worden aangebracht op een aanhangwagen of een oplegger.

1030972

Claims

1. Systeem (6) voor het oveibrengen van een last (12), zoals een laadbak, tussen een op een voertuig (1) voorzien steunoppervlak (4) en een zich nabij dat voertuig (1) 5 bevindend afsteloppervlak (14), omvattende twee armen (9) die zijn voorzien van kop-pelmiddelen (10) voor het aankoppelen van de last (12), welke armen (9) rond een gemeenschappelijke schamierlijn (8) verplaatsbaar zijn tussen een rustpositie waarin de aangekoppelde last (12) op het voertuig (1) rust en een werkzame positie waarin de aangekoppelde last (12) op het afsteloppervlak (14) rust, met het kenmerk dat de armen 10 (9) tevens verdraaibaar zijn rond een gemeenschappelijke centrale hartlijn (16) die dwars verloopt ten opzichte van het steunoppervlak (4) van het voertuig (1).

2. Systeem (6) volgens conclusie 1, waarbij de armen (9) onderling zijn verbonden door of opgenomen op een hulpgestel (7), welk hulpgestel (7) door middel van een 15 draaiorgaan (16) is gemonteerd op het voertuig.

3. Systeem (6) volgens conclusie 2, waarbij het draaiorgaan (16) door middel van een bevestigingsgestel is bevestigd op het voertuig (1).

4. Systeem (6) volgens conclusie 2 of 3, waarbij het draaiorgaan een draaikrans (16) omvat.

5. Systeem (6) volgens conclusie 2, 3 of 4, waarbij de armen (9) verplaatsbaar zijn door middel van hydraulische zuiger/cilinderinrichtingen (13), waarvan telkens een 25 eind is verbonden met het hulpgestel (7) en het andere eind met een arm (9).

6. Systeem (6) volgens conclusie 5, waarbij de hydraulische zuiger/cilinderinrichtingen (13) op een positie tussen de schamierlijn (8) en het vrije eind van elke arm (9) op die arm aangrijpen. 30

7. Systeem (6) volgens een der conclusies 2-6, waarbij het hulpgestel (7) is voorzien van stempels (15) voor het ondersteunen van dat hulpgestel (7) op het afsteloppervlak (14). 1030972 '9 %

8. Voertuig (1) voor het transporteren van een last (12), zoals een laadbak, voorzien van een systeem (6) volgens een der voorgaande conclusies voor het overbrengen van de last (12) tussen het voertuig (1) en een zich nabij dat voertuig bevindend afstel- 5 oppervlak (14), welk systeem (6) een tweetal armen (9) omvat die zijn voorzien van koppelmiddelen (10) voor het aankoppelen van de last (12), welke armen (9) rond een gemeenschappelijke schamierlijn (8) verplaatsbaar zijn tussen een rustpositie waarin de aangekoppelde last (12) op het voertuig (1) rust en een werkzame positie waarin de aangekoppelde last (12) op het afsteloppervlak (14) rust, met het kenmerk dat de armen 10 (9) tevens verdraaibaar zijn rond een gemeenschappelijke centrale hartlijn (16) die dwars verloopt ten opzichte van het steunoppervlak (4) van het voertuig (1).

9. Voertuig (1) volgens conclusie 8, waarbij de armen (9) onderling zijn verbonden door een hulpgestel (7), welk hulpgestel (7) door middel van een draaiorgaan (16) 15 is gemonteerd op het voertuig (1).

10. Voertuig (1) volgens conclusie 8 of 9, waarbij het draaiorgaan een draaikrans (16) omvat.

11. Voertuig (1) volgens conclusie 9 of 10, waarbij het hulpgestel (7) rond de draaihartlijn (16) verdraaibaar is tussen een transportpositie waarin de schamierhartlijn (8) dwars op de langsrichting van het voertuig (1) is gericht, en een overbrengpositie waarin de schamierhartlijn (8) in de langsrichting van het voertuig (1) is gericht.

12. Voertuig (1) volgens een der conclusies 9-11, waarbij het hulpgestel (7) is voorzien van stempels (15) voor het ondersteunen van dat hulpgestel (7) op het afsteloppervlak (14).

13. Voertuig (1) volgens conclusie 12, waarbij de stempels (15) zich bevinden 30 aan het eind van het hulpgestel (7) dat in de transportpositie aan de achterzijde van het voertuig (1) ligt. 1030972