NL1030743C2 - Dispenserschaal voor voerdispenser. - Google Patents

Dispenserschaal voor voerdispenser. Download PDF

Info

Publication number
NL1030743C2
NL1030743C2 NL1030743A NL1030743A NL1030743C2 NL 1030743 C2 NL1030743 C2 NL 1030743C2 NL 1030743 A NL1030743 A NL 1030743A NL 1030743 A NL1030743 A NL 1030743A NL 1030743 C2 NL1030743 C2 NL 1030743C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
feed
side wall
dispenser
steep
wall
Prior art date
Application number
NL1030743A
Other languages
English (en)
Inventor
Philippe Hyppoliet Pia Keirse
Koen Debruyne
Sofie Els Johanna Van Zele
Original Assignee
Roxell Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority to NL1030743A priority Critical patent/NL1030743C2/nl
Application filed by Roxell Nv filed Critical Roxell Nv
Priority to DE602006008989T priority patent/DE602006008989D1/de
Priority to BRPI0620145A priority patent/BRPI0620145B1/pt
Priority to AT06842265T priority patent/ATE441322T1/de
Priority to RU2008130058/21A priority patent/RU2416195C2/ru
Priority to US12/158,531 priority patent/US8381683B2/en
Priority to PCT/IB2006/003743 priority patent/WO2007072203A1/en
Priority to EP06842265A priority patent/EP1968378B1/en
Priority to ES06842265T priority patent/ES2332425T3/es
Priority to CN2006800485449A priority patent/CN101346064B/zh
Application granted granted Critical
Publication of NL1030743C2 publication Critical patent/NL1030743C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K39/00Feeding or drinking appliances for poultry or other birds
    • A01K39/01Feeding devices, e.g. chainfeeders
    • A01K39/012Feeding devices, e.g. chainfeeders filling automatically, e.g. by gravity from a reserve
    • A01K39/0125Panfeeding systems; Feeding pans therefor

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Birds (AREA)
  • Animal Husbandry (AREA)
  • Biodiversity & Conservation Biology (AREA)
  • Feeding And Watering For Cattle Raising And Animal Husbandry (AREA)
  • Filling Or Emptying Of Bunkers, Hoppers, And Tanks (AREA)
  • Feeding Of Articles To Conveyors (AREA)
  • Feeding, Discharge, Calcimining, Fusing, And Gas-Generation Devices (AREA)

Description

*
Korte aanduiding: Dispenserschaal voor voerdispenser.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een voerdispenser voor het voederen van gevogelte, omvattende een dispenserschaal met 5 een ten opzichte van een bodemvlak verhoogd middengedeelte dat samenwerkt met een valbuis, zodanig dat een aangevoerd volume voer uit de valbuis zich verdeeld over het bodemvlak van de dispenserschaal, waarbij het middengedeelte van de dispenserschaal aansluit op het bodemvlak dat overgaat in een ten minste gedeeltelijk 10 oplopend naar buiten gerichte zijwand, waarbij de zijwand overgaat in een eindrand.
Verder heeft de uitvinding betrekking op een dispenserschaal en een voerdistributiesysteem omvattende voerdispensers met dispenserschalen.
15 Dergelijke voerdispensers zijn bijvoorbeeld bekend uit EP-0421553. EP-0421553 toont een voerdispenser die bestemd is om in fokkerijen het binnen een ruimte vrij rondlopende pluimvee van voer te voorzien. Een compleet voerdistributiesysteem heeft in het algemeen een opslaginrichting voor een groot volume voer en een 20 buistransportstelsel, waarin gewoonlijk vele voerdispensers op regelmatige onderlinge afstand langs voertransportbuizen zijn opgenomen. Hiermee kan het voer vanuit de opslaginrichting naar verschillende voederpunten worden overgebracht. De voertransportbuizen zijn doorgaans op een vaste afstand ten opzichte 25 van elkaar opgesteld binnen de ruimte.
De getoonde voerdispenser heeft een schotelvormige pan, waarop het voer aan het pluimvee wordt aangeboden. De schotelvormige pan heeft een opstaande eindrand. De eindrand van de schotelvormige pan is met behulp van een klikverbinding aan een klikring van een rooster 30 bevestigd. Het rooster heeft een aantal gebogen spijlen. De ruimte tussen de spijlen vormt een voederpositie en biedt aan het pluimvee toegang tot het voer in de schotelvormige pan. Een conisch middengedeelte van de schotelvormige pan werkt samen met een valbuis, die zich boven het middengedeelte bevindt. Tussen de valbuis en het 35 conische middengedeelte van de schotelvormige pan bevindt zich een opening waardoor het voer vanuit de voertransportbuis via de valbuis 1030743 - 2 - in de schotelvormige pan geraakt. Op deze manier wordt het voer regelmatig verdeeld over de schotelvormige pan. Het voer is vaak poedervormig of korrelvormig en omvat een mix aan ingrediënten.
Nadelig aan de bekende voerdispenser is dat het pluimvee de 5 gelegenheid heeft om verschillende ingrediënten uit het voer uit te selecteren. Voor een goede groei en weerstand tegen ziekten is het belangrijk dat het pluimvee met een evenwichtige mix aan ingrediënten gevoerd wordt. Echter, wanneer verschillende ingrediënten tegelijk in een mix aan het pluimvee wordt aangeboden, zal het pluimvee een 10 voorkeur vertonen voor bepaalde ingrediënten. De minder gewaardeerde ingrediënten worden uit de mix van voer genomen en verplaatst. Dit uitselecteren komt met name voor bij leghennen.
Door het uitselecteren zal het pluimvee minder divers voer krijgen wat nadelig is voor de groei van het pluimvee. Binnen de 15 groep pluimvee zal verschil in groei optreden doordat niet elk dier voer krijgt met eenzelfde samenstelling. Sommige dieren zullen sneller groeien dan andere doordat deze dieren een voorkeur hebben voor groeibevorderende ingrediënten-binnen de mix aan voer. Door het uitselecteren van het voer zal de groei bij andere dieren achter 20 blijven. De groei van de dieren is hierdoor niet uniform over de gehele groep pluimvee.
Daarnaast zorgt het uitselecteren van voer voor meer verschillen binnen de groep pluimvee, zoals verschil in gezondheid en kwaliteit van de eieren. Het moge duidelijk zijn dat het 25 uitselecteren voor een fokker een ongewenst verschijnsel is.
Bij het uitselecteren worden de ingrediënten uit de mix van voer weg gehaald van de opening tussen de valbuis en het conische middengedeelte van de schotelvormige pan, zodanig dat er weer vers voer op de schotelvormige pan valt. De ingrediënten die bij het 30 pluimvee minder in de smaak vallen hopen op door het verplaatsen van het aangeboden voer in de schotelvormige pan naar de buitenste omtreksrand tot nabij de omtreksrand van de schotelvormige pan.
Een tweede nadeel wordt vervolgens gevormd door het verplaatste voer. Het voer dat zich dicht bij de omtreksrand van de 35 schotelvormige pan bevindt, wordt sneller gemorst over de omtreksrand. Gemorst voer valt doorgaans door een rooster en wordt derhalve niet meer gegeten. Dit betekent een economische schade voor de fokkerij. Bovendien vormt dit gemorste voer een mogelijke bron 1 030 74 3 - 3 - voor schimmels en bacteriën. Gemorst voer is niet vers en kan, wanneer dit toch wordt opgepikt door het pluimvee, schade brengen aan het welzijn van het dier.
De onderhavige uitvinding heeft tot doel de bovengenoemde 5 nadelen ten minste gedeeltelijk te ondervangen, dan wel om een bruikbaar alternatief te verschaffen. In het bijzonder heeft de uitvinding tot doel om een voerdispenser te verschaffen, waarbij het gevogelte belemmerd wordt in het uitselecteren van ingrediënten in de mix van aangeboden voer.
10 Dit doel wordt bereikt met een voerdispenser voor het voederen van gevogelte zoals gedefinieerd in conclusie 1.
De voerdispenser voor het voederen van gevogelte omvat een dispenserschaal met een verhoogd middengedeelte ten opzichte van het bodemvlak. Het verhoogde middengedeelte werkt samen met een valbuis, 15 zodanig dat een aangevoerd volume voer zich verdeeld over het bodemvlak van de dispenserschaal. Het middengedeelte sluit aan op het bodemvlak dat overgaat in een ten minste gedeeltelijk oplopend naar buiten gerichte zijwand. De zijwand gaat over in een eindrand.
Kenmerkend voor de voerdispenser volgens de uitvinding is, dat 20 de dispenserschaal in de zijwand op ten minste één hoogteniveau ten opzichte van het bodemvlak ten minste één steil wandgedeelte omvat.
De zijwand heeft in hoogte een bovenste en een onderste helft. De onderste helft omvat het ten minste ene steile wandgedeelte. Het steile wandgedeelte strekt zich uit in de omtreksrichting van de 25 zijwand.
Met voordeel wordt door het steile wandgedeelte het uitselecteren van ingrediënten in het aangevoerde volume voer belemmerd. Het steile wandgedeelte bevindt zich bij voorkeur op een hoogteniveau net boven of aansluitend op het voer onderin de 30 dispenserschaal. Hierdoor fungeert het steile wandgedeelte als een obstakel. Het gevogelte moet het uitgeselecteerde voer over het steile wandgedeelte heen brengen om het te kunnen verplaatsen. Hierdoor wordt het uitselecteren door het gevogelte verhinderd dan wel bemoeilijkt.
35 Als het gevogelte toch nog uit het aangeboden voer bepaalde ingrediënten uitselecteert en verplaatst naar een gedeelte van de zijwand nabij de eindrand zal door de aanwezigheid van de steile wandgedeelten het verplaatste voer sneller mengen met het voer 1 mn 7 a 3 - 4 - onderin de dispenserschaal. In eerste instantie is het verplaatste volume voer door het steile wandgedeelte, dat zich in een richting in hoofdzaak parallel aan de eindrand uitstrekt, gescheiden van het voer onderin de dispenserschaal. Het gevogelte stoot bij het eten van het 5 voer telkens tegen de dispenserschaal. Hierdoor zal het verplaatste volume voer op de zijwand verschuiven en vanaf het steile wandgedeelte op het voer vallen dat onderin de dispenserschaal ligt. Door het steile wandgedeelte blijft het aangeboden voer dus beter bij elkaar onderin de dispenserschaal. Het wordt minder verspreid over de 10 gehele zijwand van de dispenserschaal. Doordat het voer makkelijker terugvalt bij het aangeboden voer in de dispenserschaal kan het gevogelte minder gemakkelijk het aangeboden voer uitselecteren.
Het tegengaan van uitselecteren en het verminderde morsen van voer brengt een aanzienlijke kostenbesparing met zich mee. Uit testen 15 is gebleken dat met de dispenserschaal volgens de uitvinding het morsen van voer tot meer dan 30% is verminderd. Hierdoor kan aanzienlijk op de kosten voor voer bespaard worden. Ook verbeteren de hygiënische omstandigheden in de ruimte waar het gevogelte zich bevindt.
20 De eindrand van de dispenserschaal is bij voorkeur een verticale opstaande wand, waarbij het uiteinde is omgezet en waarbij bevestigingsmogelijkheden zijn voorzien voor overige onderdelen van de voerdispenser. Door de verticale opstaande wand wordt het morsen van voer uit de dispenserschaal verder tegengegaan. Door de omgezette 25 rand is de eindrand minder scherp voor het gevogelte dat zich over de eindrand buigt om het voer te bereiken.
In een voorkeursuitvoeringsvorm omvat de zijwand in de onderste helft van de zijwand ten minste twee steile wandgedeelten op verschillende hoogteniveaus ten opzichte van het bodemvlak. De steile 30 wandgedeelten zijn met name effectief tegen het uitselecteren van voer wanneer zij zich bevinden in de onderste helft van de zijwand van de dispenserschaal. Doorgaans wordt namelijk het voer aangeboden in de onderste helft van de dispenserschaal op het bodemvlak. Ten minste twee steile wandgedeelten zijn voordelig, wanneer de 35 voerdispenser een instelbare valbuis heeft. Door de valbuis in te stellen kan het voer op verschillende hoogteniveaus aangeboden worde in de dispenserschaal. Doorgaans wordt gebruik gemaakt van twee instellingen. Door het instellen kan één van de steile wandgedeelten 1 n q Π 7 A 3 - 5 - in de zijwand zich onder het hoogteniveau van het aangevoerd volume voer in de dispenserschaal bevinden, zodat deze het uitselecteren niet tegengaat. Het is derhalve gunstig als op twee hoogteniveaus steile wandgedeelten aanwezig zijn, zodat op elk in te stellen 5 hoogteniveau van het voer een steil wandgedeelte effectief is.
In een bijzondere uitvoeringsvorm omvat de dispenserschaal meerdere steile wandgedeelten. Ten minste drie, in het bijzonder ten minste vijf steile wandgedeelten in de zijwand op meerdere hoogteniveaus verschaffen het voordeel dat voorkomen wordt dat het 10 volume van het verplaatste voer te groot wordt. Wanneer het volume van het verplaatste voer te groot wordt zal het niet of nauwelijks door het stoten van het gevogelte tegen de dispenserschaal afschuiven naar het bodemvlak en wordt derhalve het uitselecteren van voer minder tegengegaan.
15 In een bijzondere uitvoeringsvorm grenst een in hoofdzaak vlak wandgedeelte dat aansluit op een steil wandgedeelte in de zijwand van de dispenserschaal aan op de eindrand. Ten minste één steil wandgedeelte is op een ander hoogteniveau aangebracht in de zijwand. Voordelig hierbij is dat het uitgeselecteerde voer nabij de eindrand 20 wordt terug gebracht naar het voer dat zich onderin de dispenserschaal bevindt. Het voer dat zich het dichtste bij de eindrand bevindt wordt het eerste over de eindrand gemorst. Het is derhalve gunstig als dit voer nabij de eindrand wordt afgevoerd door de aanwezigheid van een steil wandgedeelte in de zijwand van de 25 dispenserschaal.
In een bijzondere uitvoeringsvorm omvat de zijwand van de dispenserschaal volgens de uitvinding in de bovenste helft van de zijwand geen steil wandgedeelte. De aanwezigheid van de steile wandgedeelten in de zijwand van de dispenserschaal is mede bepalend 30 voor de hoogte van de dispenserschaal. Voordelig bij deze uitvoeringsvorm is dat de hoogte van de dispenserschaal beperkt blijft. Hierdoor is deze uitvoeringsvorm met name geschikt voor kleiner gevogelte, zoals kwartels en kuikens van leghennen. Door het aantal steile wandgedeelten te variëren kan de geometrie van de 35 dispenserschaal naar gelang de toepassing aangepast zijn aan de verschillende grootte van het gevogelte, zoals die zich voordoen bij kalkoenen, kippen en kwartels.
In een verdere bijzondere uitvoeringsvorm omvat het steile 10-1117 4 3 - 6 - wandgedeelte in de zijwand in de omtreksrichting van de zijwand een in hoofdzaak continu verloop. Door het in hoofdzaak continue, niet onderbroken verloop van het steile wandgedeelte omvat de dispenserschaal minder hoeken en randen. Met voordeel wordt hierdoor 5 voorkomen dat de dispenserschaal vervuilt. Het voordelige effect wordt reeds bereikt met een steil wandgedeelte met een gedeeltelijk continu verloop in omtreksrichting van de zijwand, waarbij het steile wandgedeelte zich ten minste uitstrekt over een lengte van ongeveer één voederpositie. In aanzienlijke mate wordt het voordelige effect 10 bereikt met een steil wandgedeelte met een gedeeltelijk continu verloop in omtreksrichting van de zijwand, waarbij het steile wandgedeelte zich ten minste uitstrekt over een lengte van ongeveer één derde van de omtrekslengte van de zijwand.
Vaak zijn de dispenserschalen rond of ovaal van vorm. Het is 15 voor het vervaardigen met behulp van een matrijs gunstig wanneer het steile wandgedeelte in omtreksrichting niet onderbroken is. Hierdoor is de matrijs met minder bewerkingen en daarmee samenhangende kosten te vervaardigen.
Verdere voorkeursuitvoeringsvormen zijn vastgelegd in de 20 overige onderconclusies.
De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de bij gevoegde tekeningen die een praktische uitvoering van de uitvinding geven, maar niet mogen worden beschouwd in beperkende zin, waarin: 25 Fig. 1 een doorsnede in zijaanzicht toont van een voerdispenser gevuld met voer volgens de stand van techniek;
Fig. 2 een aanzicht in perspectief van de voerdispenser volgens de uitvinding toont;
Fig. 3 een onderaanzicht in perspectief van de dispenserschaal 30 volgens de uitvinding toont;
Fig. 4 een zijaanzicht in doorsnede toont van de dispenserschaal uit Fig. 3 met enige steile wandgedeelten in de zijwand.
Fig. 5 een zijaanzicht in doorsnede toont van de 35 dispenserschaal volgens de uitvinding met een regelmatige verdeling van steile wandgedeelten over de zijwand;
Fig. 6 een vergroot detail uit Fig. 5 toont van de zijwand van de dispenserschaal; 1 03074 3 - 7 -
Fig. 7 een schetsmatig alternatief toont in een vergroot detail zoals in Fig. 6; en
Fig. 8 een schetsmatig alternatief toont in een vergroot detail zoals in Fig. 6.
5 Fig. 1 toont een voerdispenser zoals bekend uit de stand van de techniek met een ronde schotelvormige pan 99 die met behulp van een rooster 98 en een valbuis 97 is opgehangen aan een voertransportbuis 96 boven de grond 95. De schotelvormige pan 99 is gevuld met voer 94. De schotelvormige pan 99 heeft een conisch 10 middengedeelte 93 dat samenwerkt met een conisch uitlopend gedeelte van de valbuis 97, zodanig dat een opening ontstaat waardoor het voer 94 naar het onderste gedeelte van de schotelvormige pan 99 kan bewegen. De valbuis 97 is instelbaar, zodat het voer op verschillende hoogteniveaus in de schotelvormige pan 99 aangeboden kan worden. Het 15 conische middengedeelte 93 sluit aan op een bodemvlak 92 dat een geul vormt onderin de schotelvormige pan 99. Schotelvormige pannen die gebruikt worden voor leghennen hebben doorgaans een geulvormig bodemvlak met een diepte van de geul tot vier centimeter. Het geulvormige bodemvlak 92 van de schotelvormige pan 99 gaat via een 20 kromming 88 over in een zijwand 89 die oplopend is en eindigt in een eindrand 91.
In Fig. 1 is de eindrand 91 cirkelvormig. Ter plaatse van de eindrand 91 is de schotelvormige pan 99 door middel van een klikverbinding verbonden met het rooster 98. Het rooster 98 heeft 25 spijlen 90. De ruimte tussen de spijlen 90 vormt een voederpositie en biedt het gevogelte toegang tot het voer 94 onderin de schotelvormige pan 99.
Fig. 2 toont een voerdispenser volgens de uitvinding in een aanzicht in perspectief. De voerdispenser is in Fig. 2 van onderaf 30 zichtbaar. Duidelijk zichtbaar is de dispenserschaal 1 met een middengedeelte 2 dat hier conisch is uitgevoerd, een bodemvlak 3 en een zijwand 4 met steile wandgedeelten 4a en in hoofdzaak vlakke wandgedeelten 4b in een getrapte vorm. De zijwand 4 is schuin oplopend en gaat over in een eindrand 5. De dispenserschaal 1 is 35 bevestigd aan een rooster 6 met spijlen en een valbuis 7. Fig. 2 toont dat de steile wandgedeelten 4a een continu verloop hebben en parallel liggen aan de eindrand 5.
Fig. 3 toont een onderaanzicht in perspectief van de
η Λ “7 A O
- 8 - dispenserschaal 1. De steile wandgedeelten 4a hebben een gedeeltelijk continu verloop in omtreksrichting van de zijwand, waarbij het steile wandgedeelte zich ten minste uitstrekt over een lengte van ten minste twee voederposities.
5 Fig. 4 toont een zijaanzicht in doorsnede van de dispenserschaal 1. De dispenserschaal 1 heeft een middengedeelte 2 dat hier conisch is uitgevoerd. Het middengedeelte 2 gaat over in een bodemvlak 3 en via een kromming 3a in een zijwand 4. De zijwand 4 is schuin oplopend en gaat over in een eindrand 5. De zijwand 4 heeft in 10 hoogte een. bovenste helft 4c en een onderste helft 4d. Vier steile wandgedeelten 4a en in hoofdzaak vlakke wandgedeelten 4b bevinden zich in de zijwand 4.
Het bodemvlak 3 is geulvormig en gaat via de kromming 3a over in de zijwand 4. De kromming 3a ligt hier binnen een straal van 150 15 mm gemeten vanaf de hartlijn van de dispenserschaal. De kromming 3a ligt in hoofdzaak parallel aan de eindrand 5 op een afstand gemeten loodrecht op de hartlijn van de dispenserschaal van ten minste 30 mm. Met deze afmeting is een afstand gecreëerd tussen het aangevoerde volume voer en de eindrand 5 om het morsen van voer tegen te gaan.
20 Met deze afmetingen is de getoonde dispenserschaal met name geschikt voor het voederen van leghennen.
Het steile wandgedeelte overbrugt een hoogteverschil van ten minste 2 mm. Met voordeel scheidt het steile wandgedeelte hierdoor het aangeboden en verplaatste voer in de dispenserschaal in 25 verschillende volumes, doordat het hoogteverschil in verhouding is met de korrelgrootte van de mix aan voer. Aangezien de korrelgrootte van het voer doorgaans kleiner is dan 2 mm is het hoogteverschil dat door het steile wandgedeelte overbrugd wordt bij voorkeur groter dan 2 mm. Door dit hoogteverschil ontstaat er voldoende scheiding tussen 30 het verplaatste voer en het onderin de dispenserschaal aangeboden voer. Het verplaatste voer zal door het stoten van het gevogelte tegen de dispenserschaal verschuiven richting het middengedeelte van de dispenserschaal. Ter plaatse van het steile wandgedeelte zal het verplaatste voer door het hoogteverschil op het voer onderaan het 35 steile wandgedeelte vallen. Hierdoor blijft het volume voer onderin de dispenserschaal compact en wordt zowel het uitselecteren van het voer als het morsen over de eindrand effectief tegengegaan.
Fig. 5 toont een voerdispenser in doorsnede volgens de 1 03074 3 - 9 - uitvinding. De dispenserschaal 1 heeft een conisch middengedeelte 2 dat overgaat in een geulvormig bodemvlak 3 dat via een vloeiend verloop, de kromming 3a, in een zijwand 4 overgaat die eindigt in een eindrand 5. De zijwand 4 is oplopend en heeft op meerdere 5 hoogteniveaus ten opzichte van het bodemvlak 3 steile wandgedeelten 4a en in hoofdzaak vlakke wandgedeelten 4b.
Het aangevoerd volume voer 8 zal zich in eerste instantie onderin de dispenserschaal 1 ter hoogte van het geulvormig bodemvlak 3 bevinden. Het voer 8 bestaat uit een mix van ingrediënten. Het 10 steile wandgedeelte 4a dat aansluit op het voer 8 vormt een obstakel, dat het uitselecteren van de mix belemmert. Toch zal het gevogelte bepaalde ingrediënten uit de mix van het aangevoerde voer kunnen uitselecteren en verplaatsen, zodat er een verplaatst volume voer ontstaat op een in hoofdzaak vlak wandgedeelte 4b dat zich op een 15 hoger niveau in de zijwand 4 bevindt. Het volume verplaatst voer is aldus afgescheiden van het volume aangevoerd voer onderin de dispenserschaal 1. Door het stoten van het gevogelte tegen de eindrand 5 van de dispenserschaal 1 zal het volume verplaatst voer van een in hoofdzaak vlak wandgedeelte 4b in de zijwand 4 afschuiven 20 naar een lager gelegen in hoofdzaak vlak wandgedeelte 4b totdat het volume verplaatst voer weer is gevoegd bij het volume voer dat zich onderin de dispenserschaal 1 bevindt. Hierdoor wordt met voordeel het uitselecteren tegengegaan en het morsen van voer verminderd.
De steile wandgedeelten 4a zijn met een in hoofdzaak constante 25 afstand ten opzichte van elkaar verdeeld over de zijwand 4. Verder zijn de verticale en horizontale afmetingen van elk steil wandgedeelte 4a en in hoofdzaak vlak wandgedeelte 4b in hoofdzaak gelijk. Dit heeft geleid tot een eenvoudig ontwerp.
In Fig. 5 is de gehele zijwand 4 voorzien van steile 30 wandgedeelten 4a en in hoofdzaak vlakke wandgedeelten 4b zodat de gehele zijwand 4 effectief wordt benut om bij te dragen aan het tegengaan van het uitselecteren van bepaalde ingrediënten uit het aangevoerde voer.
Fig. 6 toont een vergroot detail uit Fig. 5 van de zijwand 4 35 met daarin een steil wandgedeelte 4a en in hoofdzaak vlak wandgedeelte 4b. Op het in hoofdzaak vlakke wandgedeelte 4b kan een verplaatst volume voer blijven liggen. Het steile wandgedeelte 4a gaat via een radius R over in het in hoofdzaak vlakke wandgedeelte n.307 4 3 - 10 - 4b. Het steile wandgedeelte 4a is in hoofdzaak verticaal. Een raaklijn aan het steile wandgedeelte 4a vormt een hoek α ten opzichte van een verticale lijn evenwijdig aan de hartlijn van de dispenserschaal 1. Bij voorkeur ligt de hoek α tussen 0°-50°. Door 5 een kleine hoek α van bijvoorbeeld 3° is een goede lossingshoek verkregen wanneer de dispenserschaal 1 wordt vervaardigd met behulp van een matrijs. Het in hoofdzaak vlakke wandgedeelte 4b staat onder een hoek β ten opzichte van de raaklijn aan het steile wandgedeelte 4a.
10 Bij voorkeur staat het in hoofdzaak vlakke wandgedeelte 4b dat aansluit op het steile wandgedeelte 4a onder een hoek β van 90°-145° ten opzichte van het steile wandgedeelte 4a. In een bijzonder voordelige uitvoeringsvorm staat het wandgedeelte dat aansluit op het verticale wandgedeelte onder een hoek β van ongeveer 120° ten 15 opzichte van het verticale wandgedeelte. Het is gebleken dat onder deze hoek goede resultaten worden behaald bij het tegengaan van het uitselecteren. Door een lichte helling in het in hoofdzaak vlakke wandgedeelte verschuift het verplaatste voer gemakkelijker richting het middengedeelte van de dispenserschaal.
20 Figuren 7 en 8 tonen door middel van een schets verschillende alternatieven voor de steile wandgedeelten 4a en in hoofdzaak vlakke wandgedeelten 4b in de zijwand 4 van de dispenserschaal 1. Fig. 7 toont een getrapte vorm, waarbij de steile wandgedeelten 4a in hoofdzaak verticaal zijn en de in hoofdzaak vlakke wandgedeelten 4b 25 in hoofdzaak horizontaal zijn. De hoogte h en lengte 1 afmetingen van de steile respectievelijk in hoofdzaak vlakke wandgedeelten 4b zijn hier in hoofdzaak gelijk aan elkaar. Het steile wandgedeelte 4a loopt over in een in hoofdzaak vlak wandgedeelte 4b via een kleine radius R die in hoofdzaak gelijk is aan de dikte van de zijwand 4. De in 30 hoofdzaak vlakke wandgedeelten 4b in de zijwand 4 hebben een lengte 1 in een richting loodrecht op de hartlijn van ten minste 2 mm.
Fig. 8 toont een afgeleide uitvoeringsvorm voor de getrapte vorm zoals die getoond is in Fig. 7. De steile wandgedeelten 4a gaan via een radius R vloeiend over in een in hoofdzaak vlak wandgedeelte 35 4b. In Fig. 8 heeft de zijwand 4 geen rechte gedeelten of hoeken.
Hierdoor wordt met voordeel voorkomen dat voer in de hoeken blijft liggen. Door het ontbreken van randen en hoeken wordt voorkomen dat 3074 3 - 11 -4 de dispenserschaal 1 snel vervuild.
Naast de in de figuren getoonde uitvoeringen zijn vele varianten mogelijk. In een variant op de getoonde dispenserschaal kan de eindrand van de dispenserschaal een willekeurige vorm hebben.
5 Zo kan de eindrand cirkelvormig, ovaal met rechte zijden, ellipsvormig, rechthoekig met afgeronde hoeken, zeshoekig, klaverbladvormig etc. zijn. De steile wandgedeelten in de zijwand liggen doorgaans in hoofdzaak parallel aan de eindrand. De getoonde steile wandgedeelten hebben een ten minste gedeeltelijk continu 10 verloop in omtreksrichting van de zijwand. De steile wandgedeelten kunnen op willekeurige plaatsen onderbroken zijn. Ook kunnen de steile wandgedeelten op een willekeurig aantal plaatsen onderbroken zijn. In een variant kan bijvoorbeeld de totale lengte van de afzonderlijke steile wandgedeelten op een hoogteniveau ten minste de 15 helft bedragen van de lengte van de zijwand in omtreksrichting op het hoogteniveau van de steile wandgedeelten.
In een variant kunnen de steile wandgedeelten in de zijwand verschillende afmetingen in hoogte hebben. Met de in hoofdzaak vlakke wandgedeelten in de zijwand is een gewenste geometrie van de 20 dispenserschaal verkregen. De in hoofdzaak vlakke wandgedeelten kunnen echter ook anders dan getoond worden vormgegeven, bijvoorbeeld welvend, komvormig of bolvormig.
In de getoonde uitvoeringsvorm zijn de steile wandgedeelten geïntegreerd in de zijwand van de dispenserschaal. De zijwand van de 25 dispenserschaal is vervaardigd uit één stuk. Echter het is ook mogelijk om onderdelen te monteren op de zijwand van de dispenserschaal, zodanig dat er steile wandgedeelten in de zijwand van de dispenserschaal ontstaan.
Aldus wordt met de dispenserschaal in de voerdispenser volgens 30 de uitvinding een voerdispenser verschaft, waarbij het uitselecteren van een mix aan voer wordt belemmerd en bovendien het morsen van voer buiten de voerdispenser wordt tegengegaan.
1030743

Claims (16)

1. Voerdispenser voor het voederen van gevogelte, omvattende een dispenserschaal (1) met een ten opzichte van een bodemvlak (3) 5 verhoogd middengedeelte (2) dat samenwerkt met een valbuis (7), zodanig dat een aangevoerd volume voer (8) uit de valbuis (7) zich verdeeld over het bodemvlak (3) van de dispenserschaal (1), waarbij het middengedeelte (2) van de dispenserschaal (1) aansluit op het bodemvlak (3) dat overgaat in een ten minste gedeeltelijk oplopend 10 naar buiten gerichte zijwand (4), waarbij de zijwand (4) overgaat in een eindrand (5), met het kenmerk, dat de zijwand (4) van de dispenserschaal (1) een bovenste (4c) en een onderste helft (4d) omvat, waarbij de onderste helft (4d) van de zijwand (4) op ten minste één hoogteniveau ten opzichte van het bodemvlak (3) in de 15 zijwand ten minste één steil wandgedeelte (4a) omvat, dat zich uitstrekt in omtreksrichting van de zijwand, zodanig dat het steile wandgedeelte (4a) een obstakel vormt voor het gevogelte om voer (8) te verplaatsen.
2. Voerdispenser volgens conclusie 1, waarbij de zijwand (4) ten minste twee steile wandgedeelten (4a) op verschillende hoogteniveaus ten opzichte van het bodemvlak (3) in de onderste helft (4d) van de zijwand (4) omvat.
3. Voerdispenser volgens conclusie 1, waarbij zich in beide helften (4c, 4d) van de zijwand (4) ten minste één steil wandgedeelte (4a) bevindt.
4. Voerdispenser volgens één van de voorgaande conclusies, 30 waarbij een in hoofdzaak vlak wandgedeelte (4b) dat aansluit op het steile wandgedeelte (4a) in de zijwand (4) van de dispenserschaal (1) grenst aan de eindrand (5).
5. Voerdispenser volgens één van de voorgaande conclusies, 35 waarbij de steile wandgedeelten (4a) zich in de onderste helft (4d) van de zijwand (4) bevinden en waarbij zich geen steile wandgedeelten (4a) bevinden in de bovenste helft (4c) van de zijwand (4). 3074 3 9 ► - 13 -
6. Voerdispenser volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de zijwand (4) van de dispenserschaal (1) ten minste drie steile wandgedeelten (4a) omvat.
7. Voerdispenser volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de zijwand (4) van de dispenserschaal (1) ten minste vijf steile wandgedeelten (4a) omvat.
8. Voerdispenser volgens één van de voorgaande conclusies, 10 waarbij de steile wandgedeelten (4a) in de zijwand (4) van de dispenserschaal (1) in omtreksrichting van de zijwand een in hoofdzaak continu verloop hebben.
9. Voerdispenser volgens één van de voorgaande conclusies, 15 waarbij het bodemvlak (3) van de dispenserschaal (1) geulvormig is en via een kromming (3a) overgaat in de zijwand (4).
10. Voerdispenser volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het bodemvlak (3) van de dispenserschaal (1) overgaat in de 20 zijwand via een kromming (3a), welke kromming in hoofdzaak parallel ligt op een afstand van ten minste 30 mm gemeten vanaf de eindrand (5) loodrecht op de hartlijn van de dispenserschaal (1).
11. Voerdispenser volgens één van de voorgaande conclusies, 25 waarbij de steile wandgedeelten (4a) in de zijwand (4) van de dispenserschaal (1) met een in hoogte in hoofdzaak constante afstand verdeeld zijn over de zijwand (4).
12. Voerdispenser volgens één van de voorgaande conclusies, 30 waarbij de steile wandgedeelten (4a) in de zijwand (4) van de dispenserschaal (1) een hoogte (h) hebben van ten minste 2 mm.
13. Voerdispenser volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij een raaklijn aan een steil wandgedeelte (4a) in de zijwand 35 (4) in een dwarsdoorsnede over de hartlijn van de dispenserschaal (1) door het steile wandgedeelte (4a) onder een hoek α van 0° tot 50° staat ten opzichte van de hartlijn door het middengedeelte (2) van de dispenserschaal (1). 1030743 t - 14 - Ψ
14. Voerdispenser volgens conclusie 13, waarbij een raaklijn aan een in hoofdzaak vlak wandgedeelte (4b) dat aansluit op een steil wandgedeelte (4a) in de zijwand (4) van de dispenserschaal (1) onder 5 een hoek β van 90° tot 145° staat ten opzichte van de raaklijn aan het aansluitende steile wandgedeelte (4a).
15. Dispenserschaal (1) kennelijk bestemd voor een voerdispenser volgens één van de voorgaande conclusies. 10
16. Voerdistributiesysteem omvattende voerdispensers volgens één van de conclusies 1-14. 1 03074 ?
NL1030743A 2005-12-22 2005-12-22 Dispenserschaal voor voerdispenser. NL1030743C2 (nl)

Priority Applications (10)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1030743A NL1030743C2 (nl) 2005-12-22 2005-12-22 Dispenserschaal voor voerdispenser.
BRPI0620145A BRPI0620145B1 (pt) 2005-12-22 2006-12-21 dispensador de ração para alimentar aves.
AT06842265T ATE441322T1 (de) 2005-12-22 2006-12-21 Spenderschale für futterspender
RU2008130058/21A RU2416195C2 (ru) 2005-12-22 2006-12-21 Раздаточный лоток для кормораздатчика
DE602006008989T DE602006008989D1 (de) 2005-12-22 2006-12-21 Spenderschale für futterspender
US12/158,531 US8381683B2 (en) 2005-12-22 2006-12-21 Dispenser tray for feed dispenser
PCT/IB2006/003743 WO2007072203A1 (en) 2005-12-22 2006-12-21 Dispenser tray for feed dispenser
EP06842265A EP1968378B1 (en) 2005-12-22 2006-12-21 Dispenser tray for feed dispenser
ES06842265T ES2332425T3 (es) 2005-12-22 2006-12-21 Bandeja dispensadora para dispensador de pienso.
CN2006800485449A CN101346064B (zh) 2005-12-22 2006-12-21 用于饲料分配器的分配器托盘

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1030743 2005-12-22
NL1030743A NL1030743C2 (nl) 2005-12-22 2005-12-22 Dispenserschaal voor voerdispenser.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1030743C2 true NL1030743C2 (nl) 2007-06-25

Family

ID=36636374

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1030743A NL1030743C2 (nl) 2005-12-22 2005-12-22 Dispenserschaal voor voerdispenser.

Country Status (10)

Country Link
US (1) US8381683B2 (nl)
EP (1) EP1968378B1 (nl)
CN (1) CN101346064B (nl)
AT (1) ATE441322T1 (nl)
BR (1) BRPI0620145B1 (nl)
DE (1) DE602006008989D1 (nl)
ES (1) ES2332425T3 (nl)
NL (1) NL1030743C2 (nl)
RU (1) RU2416195C2 (nl)
WO (1) WO2007072203A1 (nl)

Families Citing this family (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2011046456A1 (en) * 2009-10-14 2011-04-21 Ptn Limited A poultry feeder
US20150122157A1 (en) * 2013-11-06 2015-05-07 Paul L. Cote Seed tray catcher for bird feeders
NL2012824B1 (en) * 2014-05-16 2016-03-02 Roxell Bvba Poultry trough feeding system having its conveying element and/or inner trough segment walls at least partly provided with an abrasive surface structure.
MX365085B (es) * 2014-07-28 2019-04-30 Javier Septien Prieto Francisco Comedero para aves.
USD786511S1 (en) * 2015-08-26 2017-05-09 Francisco Javier Septien Prieto Shutter for a bird feeder
DK179166B1 (da) * 2016-05-27 2018-01-02 Landmeco Ølgod As Fremgangsmåde til fyldning af foderskål samt foderanlæg
USD952265S1 (en) * 2019-07-11 2022-05-17 Francisco Javier Septien Prieto Industrial food dispenser model for animals
US20220264842A1 (en) * 2021-02-22 2022-08-25 Gary Ratliff Animal Feeder

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US1593705A (en) * 1925-12-01 1926-07-27 Nebergall Alva Poultry feeder
BE1001219A4 (nl) * 1987-11-16 1989-08-22 Rijvers Handelsonderneming B V Voederbak, in het bijzonder voor kippevoer, en daarvan gebruikmakend voedersysteem.
EP0421553A1 (en) 1989-10-04 1991-04-10 Roxell N.V. Adjustable feeding device for poultry
EP0483963A2 (en) * 1990-10-30 1992-05-06 Ctb, Inc. Poultry feeder
EP0626133A1 (en) * 1993-05-28 1994-11-30 Roxell N.V. Feeding device for poultry

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3388690A (en) * 1965-10-22 1968-06-18 Chore Time Equipment Poultry feeder system and pan assembly therefor
US4398880A (en) * 1982-02-08 1983-08-16 Amf Incorporated Proofer tray assembly having stepped release coating retaining surfaces
USD321572S (en) * 1989-08-14 1991-11-12 The Iams Company Pet food bowl
FR2652969A1 (fr) 1989-10-06 1991-04-12 Philips Electronique Lab Dispositif de predistorsion pour systeme de transmission numerique.
AUPN069895A0 (en) * 1995-01-23 1995-02-16 F & M Horwood Nominees Pty Ltd A male fowl feeder
US5941193A (en) * 1997-11-03 1999-08-24 Ctb, Inc. Adjustable poultry feeder assembly

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US1593705A (en) * 1925-12-01 1926-07-27 Nebergall Alva Poultry feeder
BE1001219A4 (nl) * 1987-11-16 1989-08-22 Rijvers Handelsonderneming B V Voederbak, in het bijzonder voor kippevoer, en daarvan gebruikmakend voedersysteem.
EP0421553A1 (en) 1989-10-04 1991-04-10 Roxell N.V. Adjustable feeding device for poultry
EP0483963A2 (en) * 1990-10-30 1992-05-06 Ctb, Inc. Poultry feeder
EP0626133A1 (en) * 1993-05-28 1994-11-30 Roxell N.V. Feeding device for poultry

Also Published As

Publication number Publication date
DE602006008989D1 (de) 2009-10-15
RU2416195C2 (ru) 2011-04-20
CN101346064A (zh) 2009-01-14
CN101346064B (zh) 2012-11-14
US20090000555A1 (en) 2009-01-01
WO2007072203A1 (en) 2007-06-28
BRPI0620145B1 (pt) 2016-01-19
EP1968378A1 (en) 2008-09-17
US8381683B2 (en) 2013-02-26
BRPI0620145A2 (pt) 2011-11-01
RU2008130058A (ru) 2010-01-27
ATE441322T1 (de) 2009-09-15
ES2332425T3 (es) 2010-02-04
EP1968378B1 (en) 2009-09-02

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1030743C2 (nl) Dispenserschaal voor voerdispenser.
US20230043074A1 (en) Broiler pan feeder
US6866004B1 (en) Collapsible feeder
US6427629B1 (en) Collapsible feeder
AU2010307386B2 (en) A poultry feeder
NL8902461A (nl) Instelbare voederinrichting voor pluimvee.
NL2007284C2 (nl) Voederinrichting en werkwijze voor het voederen van pluimvee zoals hanen, en veestal voorzien van een dergelijke voederinrichting.
US20110079180A1 (en) Pan breeder feeder
US20070186863A1 (en) Pan breeder feeder
NL1011799C2 (nl) Inrichting voor het voeren en/of drenken van dieren.
NL1016638C2 (nl) Voerdistributiesysteem voor gevogelte.
US20130068167A1 (en) Wild bird feeder
US7581512B2 (en) Pan breeder feeder
NL1016140C1 (nl) Voederpan met lokplateau.
US10842134B2 (en) Feeding device for poultry animals
NL8302245A (nl) Kooi voor het mesten/opfokken van kuikens.

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20110701