NL8302245A - Kooi voor het mesten/opfokken van kuikens. - Google Patents

Kooi voor het mesten/opfokken van kuikens. Download PDF

Info

Publication number
NL8302245A
NL8302245A NL8302245A NL8302245A NL8302245A NL 8302245 A NL8302245 A NL 8302245A NL 8302245 A NL8302245 A NL 8302245A NL 8302245 A NL8302245 A NL 8302245A NL 8302245 A NL8302245 A NL 8302245A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
cage
wall
chain
longitudinal
ceiling
Prior art date
Application number
NL8302245A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Hellmann Nederland B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Hellmann Nederland B V filed Critical Hellmann Nederland B V
Priority to NL8302245A priority Critical patent/NL8302245A/nl
Publication of NL8302245A publication Critical patent/NL8302245A/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K31/00Housing birds
    • A01K31/18Chicken coops or houses for baby chicks; Brooders including auxiliary features, e.g. feeding, watering, demanuring, heating, ventilation
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K31/00Housing birds
    • A01K31/002Poultry cages, e.g. transport boxes
    • A01K31/005Battery breeding cages, with or without auxiliary features, e.g. feeding, watering, demanuring, heating, ventilation

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Birds (AREA)
  • Zoology (AREA)
  • Animal Husbandry (AREA)
  • Biodiversity & Conservation Biology (AREA)
  • Feeding And Watering For Cattle Raising And Animal Husbandry (AREA)

Description

P & c · . ·
<. W 6064-1 Ned.dB-LdB
Korte aanduiding: Kooi voor het mesten/opfokken van kuikens.
De uitvinding heeft betrekking op een kooi voor het mesten/opfokken van kuikens, voorzien van een bodem, langs- en eindwanden 5 en een bovenwand en van een tussenwand die de kooiruimte in de langs-richting van de kooi in tweeën deelt.
Dergelijke kooien zijn bekend voor het opfokken van, respectievelijk mesten van kuikens. Zij hebben dan een lengte van ongeveer een halve meter en zijn tot een zogenaamde batterij verenigd, d.w.z. dat de 10 eindwanden, behalve de beide uiterste van de batterij gemeenschappelijk zijn voor twee in de lengterichting aangrenzende kooien. Voorts is het bekend de draadbodems van dergelijke kooien te beleggen met een zachte mat van het type volgens de Nederlandse octrooiaanvrage 7011932.
Voor slachtkuikens zijn deze batterijkooien niet geschikt, daar 15 de kuikens niet snel genoeg groeien door de kleine ruimte die per kuiken beschikbaar is en groeiafwijkingen ontstaan doordat zij te weinig beweging hebben. Bovendien worden de kuikens beschadigd bij uit de kooi nemen wanneer zij slachtrijp zijn door de kleine ruimte die per kooi aan de voorzijde beschikbaar is cm ze er uit te namen. Doordat voederbakken of 20 een voederketting aan de voorzijde zijn aangebracht, verkleinen deze de uitneemruimte nog verder. De beschadigingen komen tot uiting in vleugel-breuk en in vlekken op het vlees, waardoor het tot B-kwaliteit, resp. onverkoopbaar wordt. Vergroting van de ruimte door verlenging van de kooien heeft voor legkuikens, die eerst na 18 tot 20 weken volwassen en legrijp 25 zijn, het bezwaar dat zij elkaar gaan pikken gedurende het laatste deel van de groeiperiode.
De uitvinding beoogt nu een kooi te verschaffen, in het bijzonder voor slachtkuikens, die de genoemde bezwaren niet heeft.
Dit wordt volgens de uitvinding bereikt doordat de lengte van 30 de kooi 5 ë 8 maal de breedte afstand tussen de tussenwand en een langs-wand bedraagt en dat een voederketting nabij de bodem en nabij de tussenwand beweegbaar is aangebracht, waarbij een heengaand part van de ketting langs het ene en het teruggaande part langs de andere zijde van de tussenwand verloopt, met horizontale omleidorganen aan de beide einden van deze 35 wand, waarbij boven deze ketting verlichting is aangebracht, en een waterbuis met drinkbakjes in de kooi nabij elke langswand is bevestigd, welke buizen vertikaal verplaatsbaar zijn.
Door de grotere kooiruimte hebben de dieren veel meer’ loopruimte en ontwikkelen zich de spieren sneller en beter, terwijl geen pootgebreken 40 en bij voldoende kooihoogte ook geen vleugelbreuk en follikel-ontstekingen 8302245 - 2 - \ J v , » optreden. Doordat de kooivoorzijde vrij is van de voederketting en de waterbuis naar omhoog uit de weg kan worden verplaatst, worden de kuikens niet of veel minder beschadigd bij het uit de kooi nonen. Daar nu de voederketting zich in het donkere middendeel van de kooi bevindt, wordt 5 daarboven de verlichting aangebracht, waardoor de kuikens het voer beter zien.
Opgemerkt wordt, dat tot nu toe slachtkuikens werden gemest in zogenaamde grondhokken met een stalvloer als bodem. Daarbij zitten de kuikens echter in hun mest, hetgeen aanleiding tot borstblaren en andere 10 aandoeningen kan geven, zodat deze hokken niet voldoen.
Opgemerkt wordt verder, dat het vertikaal verstelbaar zijn van de drinkwaterbuis wel bekend is bij legkuikenkooien, in verband met de groei van de kuikens, waarvoor de buis geleidelijk hoger moet worden geplaatst, maar daarbij bevindt: zich in deze buis nabij de kooitussenwand. 15 Ook wordt nog opgemerkt dat bij de legnesten een nabij de kooi tussenwand heen en terug verlopende ketting voor de eierafvoer op zichzelf bekend is.
Het is van voordeel wanneer volgens de uitvinding langs elk voederkettingpart aan de zijde daarvan tegenover de tussenwand nabij de 20 bodem een wand met vertikaal langwerpige openingen is aangebracht, welke openingen een vertikale lengte van de grootte orde van de gemiddelde maximale kophoogte van de kuikens boven de vloer hebben, waarbij een verdeellijst, welke vertikaal verstelbaar is, langs de openingen wand verloopt.
25 Zijn de kuikens nog klein, dan wordt de verdeellijst zo laag gesteld, dat daaronder een kleine opening overblijft, voldoende om de kop van het kuiken te laten passeren, zodat het voer bereikt wordt, maar te klein om het gehele kuiken te laten passeren, waardoor het op de voederketting terecht zou komen. Met de groei van de kuikens wordt de lijst 30 geleidelijk hoger geplaatst.
Bij voorkeur neemt de breedte van de vertikale openingen naar boven geleidelijk toe, daar de kuikens niet alleen in hoogte, maar ook in breedte groeien.
Het is gunstig, wanneer de voederketting een schalemketting is 35 met omleidwielen aan de kooieinden, welke een zodanige constructie hebben, dat de beide kettingparten vrijwel zonder speelruimte naast elkaar verlopen. Hierdoor kan men een kleinere totale kooibreedte en dus besparing van kooioppervlak bereiken.
Wanneer dan bovendien de tussenwand ter hoogte van de bovenrand 40 van de openingenwand eindigt, kunnen de kuikens ook van het aan de 8302245
V
- 3 - "overzijde gelegen kettingpartvoer opnemen. Dit is nuttig wanneer zij zich het verst verwijdert van het voertoevoerpunt op het zich bij hun kooi behorende kettingpart bevinden.
De kooi volgaas de uitvinding kan ook voor het opfokken van 5 legkuikens geschikt worden gemaakt, door daarin tussenschotten evenwijdig aan de eindwanden op een afstand van ongeveer 1 meter aan te brengen.
De uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin schematisch een uitvoeringsvoorbeeld van de kooi 10 volgens de uitvinding is weergegeven.
Fig. 1 toont een kooi volgens de uitvinding in perspectief.
Fig. 2 is een bovenaanzicht van de kooi.
Fig. 3 toont een dwarsdoorsnede door de kooi.
Fig. 4 toont op grotere schaal een deel van de openingswand.
15 De weergegeven kooi bestaat uit een bodem 1, twee langswanden 2, eindwanden 3 en een bovenwand 4. De kooi is met behulp van poten 5 op een vloer opgesteld. In het middenlangsvlak van de kooi is een tussenwand 6 aangebracht die de kooi in twee gelijke langsruimten verdeeldt. De kooiwanden kunnen bestaan uit metalen draadgaas.
20 In het langsmidden van de kooi is een voederketting 7 aangebracht die een ketting zonder einde is, verlopend over eindkettingschijven 8, welke horizontaal zijn gemonteerd aan de einden van de tussenwand 6.
Deze ketting is met een niet weergegeven electromotor aandrijfbaar en heeft dan een heengaand en een teruggaand part, waarbij het heengaande 25 part verloopt in de ene kooiruimte vlak langs de tussenwand 6 en het teruggaande part in de andere kooiruimte. De ketting is een schalmenket-ting, waarvan de schalmen zodanig ten opzichte van elkaar scharniertaar zijn, dat de ketting kan worden omgeleid over zodanig gedimensioneerde eindschijven 8, dat de beide kettingparten dicht langs elkaar, respec-30 tievelijk dicht langs de tussenwand kunnen verlopen. De schalmen zijn voorzien van meenemers en de ketting verloopt over een bodemgeleiding, waardoor op een of meer punten op de ketting toegevoerd voeder (niet weergegeven) door de ketting wordt meegenomen.
Tussen de voederketting 7 en elke eigenlijke kooibinnenruimte 35 is een wand 9 vast aangebracht, in welke wand een reeks vertikaal langwerpige openingen 10 zijn aangebracht. Aan de kettingzijde van deze wand is een horizontale verdeellijst 11 gemonteerd, welke op niet weergegeven wijze vertikaal verstelbaar is.
40 8302245 Λ f - 4 -
De tussenwand 6 verloopt van de bovenwand 4 tot aan de bovenrand van de openingenwanden 9. Nabij het boveneinde van de wand 6 zijn een aantal lampen 6A aangébracht, waardoor de voederketting wordt verlicht.
5 De bodem van de kooiruimten is bedekt met een zogenaamde leefmat 12, een van openingen voorziene mat van een zachte kunststof, waardoor de mest van de kuikens naar omlaag kan wegvallen en deze geen borstblaren krijgen.
Langs de langswanden 2 van de kooi is telkens een drinkwater-10 buis 13, op nier weergegeven wijze in hoogte verstelbaar aangebracht, welke aan de einden door middel van flexibele slangen 14 is verbonden met een niet weergegeven watercircuit. Aan deze buis zijn drinkbakjes 15 gemonteerd op regelmatige afstanden, welke op zichzelf bekend zijn en in verbinding staan met een opening in de drinkwaterbuis. De opening is 15 afgesloten door een klep, voorzien van een lepel, waarop het dier drukt wanneer het wil drinken en niet meer voldoende water in het bakje staat.
De langswanden 2 kunnen langs de bovenrand in zijn geheel of in segmenten worden opgeklapt, waardoor toegang wordt verkregen tot de kooiruimte. Wanneer men de kuikens uit de kooi wil nemen, wordt dan bovendien de buis 20 13 in zijn hoogtste stand nabij de bovenwand 4 van de kooi gebracht, waar door het gehele langswandoppervlak vrij is van obstakels en de kuikens gemakkelijk kunnen worden uitgenomen.
Dit is bereikt doordat de voederketting met toebehoren 9, 10, 11 aan de binnenzijde van de kooiruimte nabij de tussenwand is 25 aangebracht. Fig.3 wijkt van de uitvoeringsvorm volgens fig. 1 in zoverre af, dat de tussenwand in feite bestaat uit twee van de bovenzijde van de kooi schuin naar omlaag verlopende tussenwanden 6, waarbij de lampen 6A tussen deze wanden zijn opgehangen. De wanden eindigen elk bij de bovenrand van de openingenwand 9. Zoals uit het detail in fig. 4 blijkt, 30 verloopt elke opening 10 in de wand 9 van beneden naar boven met een geleidelijk toenemende breedte. Wanneer de kuikens klein zijn pikken zij door het smalle onderste deel van de openingen, beneden de verdeel-lijst 11, naar voer op de voederketting. De smalle opening en de ver-deellijst beletten dan dat zij door de openingen heen op de ketting 35 geraken. Wanneer zij groter worden, wordt de lijst 11 naar omhoog versteld en hebben zij een grotere opening ter beschikking. Doordat de beide kettingparten dicht bij elkaar verlopen, hebben zij dan zelfs de mogelijkheid voer op te nemen van het niet bij hun eigen kooiruimte behorende kettingpart. Dit is van voordeel, omdat de kuikens zich kunnen bevinden 40 in een gedeelte van de kooiruimte waar, gezien de bewegingsrichting van 8302245 ♦ , »* Λ - 5 - het kettingpeirt, slechts weinig voeder op de ketting is overgebleven en meer voedsel op het er achter liggende kettingpart op deze plaats aanwezig is. De lampen zorgen ervoor dat het voeder, ondanks de plaats daarvan in het donkerste deel van de kooi, goed zichtbaar is.
5 Zoals gezegd hebben de kuikens in deze kooi veel loopruimte waardoor ondank s~- snelfe groei geen afwijkingen ontstaan. De lengte van de kooi kan 6 meter of meer bedragen, de minimale hoogte moet 0,5 meter zijn. Het is duidelijk dat de weergegeven kooi kam worden uitgebreid door daarop etage-gewijs identieke kooien te plaatsen en/of met de 10 einden op elkaar te laten aansluiten.
8302245

Claims (5)

1. Kooi voor het mesten/opfokken van kuikens, voorzien van een bodem, langs- en eindwanden en een bovenwand en van een tussenwand die de kooiruimte in de langsrichting van de kooi- in tweeën deelt, met het kenmerk, dat de lengte van de kooi 5 a 8 maal de breedteafstand tussen 5 de tussenwand (6) en een langswand (2) bedraagt en dat een voederketting (7) nabij de bodem (1) en nabij de tussenwand (6) beweegbaar is aangebracht, waarbij een heengaan part van de ketting langs de ene en het teruggaande part langs de andere zijde van de tussenwand verloopt, met 1 horizontale omleidorganen (8) aan de beide einden, van deze wand, waarbij 10 boven deze ketting verlichting (6A) is aangebracht en een waterbuis (13) met drinkbakjes (15) in de kooi nabij elke langswand (2) is bevestigd, welke buizen vertikaal verplaatsbaar zijn.
2. Kooi volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat langs elk voederkettingpart (7) aan de zijde daarvan tegenover de tussenwand (6) 15 nabij de bodem (2) een wand (9) met vertikaal langwerpige openingen (10) is aangebracht, welke openingen een vertikale lengte van de grootte orde van de gemiddel maximale kophoogte van de kuikens boven de vloer hebben, waarbij een verdeellijst (11), welke vertikaal verstelbaar is, langs de openingenwand (9) verloopt.
3. Kooi volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de breedte van de vertikale openingen (10) naar boven geleidelijk toeneemt.
4. Kooi volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de voederketting (7) een schalmenketting is met omleidwielen (8) aan de kooieinden, welke een zodanige constructie.. hebben, dat 25 de beide kettingparten vrijwel zonder speelruimte naast elkaar verlopen.
5. Kooi volgens een der conclusies 2 tot 4, met het kenmerk, dat de tussenwand 6 ter hoogte van de bovenrand van de openingenwand (9) eindigt. 30 8302245
NL8302245A 1983-06-23 1983-06-23 Kooi voor het mesten/opfokken van kuikens. NL8302245A (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8302245A NL8302245A (nl) 1983-06-23 1983-06-23 Kooi voor het mesten/opfokken van kuikens.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8302245 1983-06-23
NL8302245A NL8302245A (nl) 1983-06-23 1983-06-23 Kooi voor het mesten/opfokken van kuikens.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8302245A true NL8302245A (nl) 1985-01-16

Family

ID=19842065

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8302245A NL8302245A (nl) 1983-06-23 1983-06-23 Kooi voor het mesten/opfokken van kuikens.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL8302245A (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2656979A1 (fr) * 1990-01-16 1991-07-19 Piers & Cie Sa Ets Perfectionnements aux batteries de cages pour volailles.

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2656979A1 (fr) * 1990-01-16 1991-07-19 Piers & Cie Sa Ets Perfectionnements aux batteries de cages pour volailles.

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US2257734A (en) Husbandry system
US7047904B2 (en) Egg harvester
US4480588A (en) Apparatus for raising poultry utilizing high density brooding
SU1082352A1 (ru) Коровник
DK157051B (da) Aeglaegningsrede til fjerkrae
US4697547A (en) Apparatus and method for rearing and/or keeping animals
US3757741A (en) Adjustable cage floor construction
US3768442A (en) Multi tier cage constructions
US4148276A (en) Broiler batteries
US4474137A (en) Broiler rearing unit
US3948219A (en) Battery farming equipment
US3785345A (en) Automated systems for raising and transporting broilers
US2264959A (en) Laying battery
NL8302245A (nl) Kooi voor het mesten/opfokken van kuikens.
US4213422A (en) Grated floor conveyor for poultry enclosure
NL1009455C2 (nl) Inrichting voor het houden van pluimvee.
GB1081275A (en) Egg laying batteries
US4697548A (en) Device and method for keeping animals
RU2770764C1 (ru) Система кормления для домашней птицы
RU2431250C1 (ru) Станок для содержания свиней
US3225741A (en) Laying cages
US2003318A (en) Poultry feeding and watering device
NL1013503C2 (nl) Pluimveestal met een ontmestingssysteem.
GB2103915A (en) Broiler rearing unit
EP1099375B1 (en) Cage for poultry facilities

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed