NL1020333C2 - Kantelbare voederbak. - Google Patents

Kantelbare voederbak. Download PDF

Info

Publication number
NL1020333C2
NL1020333C2 NL1020333A NL1020333A NL1020333C2 NL 1020333 C2 NL1020333 C2 NL 1020333C2 NL 1020333 A NL1020333 A NL 1020333A NL 1020333 A NL1020333 A NL 1020333A NL 1020333 C2 NL1020333 C2 NL 1020333C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
feed
feed trough
upright
trough
animal
Prior art date
Application number
NL1020333A
Other languages
English (en)
Inventor
Hendrik Hofman
Peter Willem Van Der Sluis
Original Assignee
Idento Electronics Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Idento Electronics Bv filed Critical Idento Electronics Bv
Priority to NL1020333A priority Critical patent/NL1020333C2/nl
Priority to PCT/NL2003/000266 priority patent/WO2003086057A1/en
Priority to DE60301958T priority patent/DE60301958T2/de
Priority to EP03721146A priority patent/EP1496739B1/en
Priority to DK03721146T priority patent/DK1496739T3/da
Priority to AU2003224497A priority patent/AU2003224497A1/en
Priority to ES03721146T priority patent/ES2247534T3/es
Priority to AT03721146T priority patent/ATE306809T1/de
Application granted granted Critical
Publication of NL1020333C2 publication Critical patent/NL1020333C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K1/00Housing animals; Equipment therefor
    • A01K1/12Milking stations
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K5/00Feeding devices for stock or game ; Feeding wagons; Feeding stacks
    • A01K5/01Feed troughs; Feed pails

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Animal Husbandry (AREA)
  • Biodiversity & Conservation Biology (AREA)
  • Zoology (AREA)
  • Birds (AREA)
  • Feeding And Watering For Cattle Raising And Animal Husbandry (AREA)
  • Sampling And Sample Adjustment (AREA)
  • Multiple-Way Valves (AREA)
  • Physical Deposition Of Substances That Are Components Of Semiconductor Devices (AREA)
  • Coloring Foods And Improving Nutritive Qualities (AREA)

Description

KANTELBARE VOEDERBAK
De onderhavige uitvinding betreft een inrichting voor 5 het voederen van vee, omvattende een staander en een voederbak aan de staander, waarbij de staander ten minste een deel vormt van een hekwerk van een melkbox.
Een dusdanige inrichting is bijv. bekend uit de Europese octrooiaanvrage EP-A-0.432.148. De inrichting wordt 10 daarbij gebruikt als onderdeel van een melkbox om de lengte van de melkbox in te stellen. Het is hierbij de bedoeling dat, rekening houdend met de grootte van een betreffend, te melken dier, de lengte van de melkbox zodanig wordt ingesteld, dat in hoofdzaak de locatie van de uier van het te 15 melken dier goed bekend is voor het automatisch aansluiten daarop van melkbekers. In de bekende inrichting wordt de gehele staander met daaraan de voederbak in de lengterichting van de melkbox verplaatsbaar opgesteld.
Een dergelijke configuratie vertoont een aantal nade- 20 len.
Doordat de gehele inrichting heen-en-weer verplaatsbaar moet zijn, te weten de staander met daaraan de voederbak, is een zware en robuuste aandrijving voor het verplaatsen van de inrichting nodig. Dit wordt verergerd, doordat een 25 te melken dier, dat zich niet op het gemak voelt, tegen de voederbak en daarmee tegen de staander of het hekwerk zal duwen. In het bijzonder in het geval van te melken koeien zal het duidelijk zijn, dat dergelijk grote dieren een aanzienlijke kracht op het hekwerk en daarmee op de inrichting vol-30 gens de bekende techniek kunnen uitoefenen. Om deze grote krachten te weerstaan, en omdat deze krachten moeten worden opgevangen door de aandrijving, dient een dusdanige aandrijving niet alleen zwaar en robuust te zijn om het gehele sa- * η η λ = - ·.· * ü1 2 menstel van de staander en de voederbak te kunnen verplaatsen, maar nog zwaarder en robuuster te worden uitgevoerd om de door de te melken dieren uitgeoefende krachten te kunnen weerstaan.
5 De onderhavige uitvinding heeft als doel het ver schaffen van een inrichting van het hierboven genoemde type, doch met maatregelen om de bovengenoemde problemen van inrichtingen volgens de bekende techniek te verhelpen of althans te verminderen, waartoe een inrichting volgens de on-10 derhavige uitvinding zich onderscheidt doordat het hekwerk stationair is opgesteld in de melkbox en waarbij de voederbak kantelbaar aan de staander is aangebracht en een bodem omvat met een vorm die, voor het positioneren van voeder, is aangepast aan de door de voederbak in te nemen kantelstanden.
15 In een dusdanige configuratie wordt volgens de onder havige uitvinding gebruik gemaakt van een kantelbaarheid van de voederbak. Dit in combinatie met een gewenste vorm van de bodem van de voederbak. Daardoor resulteert een positionering van alleen het voer in de lengterichting van de melkbox, 20 zodat een te melken dier in hoofdzaak vanzelf een plaats in de melkbox zal innemen, waarbij de positie van een uier van dat te melken dier goed bekend is, bijv. dichtbij een tegenover de inrichting volgens de onderhavige uitvinding geplaatst hekwerk, dat een achterzijde definieert van de melk-25 box. Wanneer een dier zich onverhoopt niet op het gemak zou voelen en zou pogen zich een weg uit de melkbox te banen, worden alle krachten opgevangen door het stationaire hekwerk, dat dan de staander vormt, in combinatie met het kantelpunt of de kantelpunten van de voederbak aan de staander. Er vindt 30 geen belasting plaats van een aandrijving of andere in hoofdzaak gevoelige componenten van een inrichting.
Opgemerkt wordt, dat bij een geschikt gekozen vormgeving van de bodem van de voederbak ook een front van de voe- t . --· 3 derbak kan worden verschaft, die cirkelvormig is, waarbij het kantelpunt of de kantelpunten in zijaanzicht het middelpunt van de cirkelvorm definiëren. Wanneer dan een te melken dier vooruit duwt tegen de voederbak, worden met zekerheid alleen 5 de kantelpunten van de voederbak belast. De hierbij gegenereerde krachten worden direct overgedragen in het stationaire hekwerk, dat dan de staander vormt, zodat een zeer robuuste en voor onrust van te melken dieren ongevoelige inrichting is verschaft. Bovendien kan een bijzonder lichte aandrijving 10 worden gebruikt voor het kantelen van de voederbak. Als gevolg van de aldus bereikte vereenvoudigingen ten opzichte van de bekende inrichtingen is de uitvinding derhalve minder storingsgevoelig en kan tegen aanzienlijk lagere kosten worden verwezenlijkt. Tevens hoeven geen zware hekwerken heen-15 en-weer verschoven of verplaatst te worden, een enkele kan-telbeweging van de voederbak is afdoende om een te melken dier op de gewenste plaats te positioneren. Derhalve zullen te melken dieren zich meer op het gemak voelen in een melkbox met een inrichting volgens de onderhavige uitvinding, dan 20 wanneer met veel kabaal allerlei instellingen moeten worden gerealiseerd, wanneer een te melken dier de melkbox binnentreedt, of kort daarvoor.
Bij voorkeur vertoont een inrichting volgens de uitvinding de eigenschappen van conclusie 2. Een aandrijving 25 voor selectieve instelling van de kantelstand is nodig om de gewenste kantelstand van de voederbak te verwezenlijken. In een dusdanige uitvoeringsvorm kan de aandrijving ten minste één pneumatische cilinder omvatten. Deze is dan enerzijds met de staander, en anderzijds met de kantelbaar met de staander 30 verbonden voederbak te verbinden. Een pneumatische aandrijving heeft als voordeel, dat er al diverse componenten van een melkbox pneumatisch worden aangestuurd, zoals het melk-systeem zelf, dat op een vacuüm werkt om met melkbekers het 4 dier te melken. Aldus is enige mate van homogeniteit te verschaffen in de diverse componenten en de daarbij toegepaste technieken.
In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm vertoont een 5 inrichting volgens de uitvinding de eigenschappen van conclusie 4. In een dusdanige uitvoeringsvorm wordt het meeste effect gesorteerd bij het kantelen van de bak en het daarbij positioneren van het te melken dier in de melkbox.
Een inrichting volgens de uitvinding kan de eigen-10 schappen van conclusie 5 vertonen, omdat een boogvorm vrij eenvoudig te verwezenlijken is. Opgemerkt wordt, dat een boogvorm niet per se cirkelvormig hoeft te zijn, en dat aldus met een gebogen boogvorm diverse gebieden langs de bodem van de voederbak kunnen worden gedefinieerd in lijn met de leng-15 terichting van de melkbox, waar het voeder zich zal bevinden voor een betreffend te melken dier om dat betreffende dier op de gewenste wijze te positioneren in de melkbox.
Verder kan een inrichting volgens de uitvinding de eigenschappen van conclusie 6 vertonen. Een dergelijke toe-20 voer is te automatiseren om de toevoer van voeder te bewerkstelligen .
Verder kan een inrichting volgens de uitvinding de eigenschappen van conclusie 7 vertonen. Een dergelijke besturing kan, voor het aansturen van de aandrijving en de voeder-25 toevoer, een op elk betreffend dier toegespitste werking vertonen.
Verder kan een inrichting volgens de onderhavige uitvinding herkenningsmiddelen omvatten, zoals in conclusie 8 is gedefinieerd. De vastgestelde identificatie van een te 30 melken dier kan daarbij worden gebruikt om diverse parameters in te stellen, zoals de wenselijke kantelstand van de kantelbare voederbak; de hoeveelheid te verschaffen voeder; etc. Hiertoe kunnen de maatregelen volgens conclusie 9 worden ge- 5 troffen.
Tevens wordt opgemerkt, dat de onderhavige uitvinding een melkbox betreft met een hekwerk met een staander en een voederbak volgens één van de conclusies 1-9. Aangezien het 5 positioneren van te melken dieren in de melkbox één van de voorname doelen is, tezamen met het verschaffen van een vereenvoudigde configuratie en een hogere mate van comfort van te melken dieren, is er een sterke samenhang tussen de inrichting volgens de onderhavige uitvinding op zich, en de 10 toepassing daarvan in een melkbox voor het melken van vee.
Hieronder zal een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding in meer detail worden beschreven, welke beschrijving slechts bij wijze van voorbeeld wordt gegeven en is opgesteld aan de hand van de bijgevoegde tekeningen, waarin 15 gelijksoortige of dezelfde componenten worden aangeduid met dezelfde referentienummers, en waarin: fig. 1 het perspectivisch aanzicht toont van een gedeeltelijk opengewerkte melkbox met daarin een inrichting volgens de onderhavige uitvinding; en 20 fig. 2 een met fig. 1 vergelijkbaar aanzicht toont met daarbij een te melken dier.
In fig. 1 is een inrichting 1 volgens de onderhavige uitvinding getoond in een melkbox 2, eveneens volgens de onderhavige uitvinding. De inrichting 1 omvat een staander 3, 25 die stationair in de melkbox 2 is opgesteld als onderdeel van een hekwerk 4. Opgemerkt wordt, dat het gehele hekwerk 4 aan te merken is als de staander 3, doch dit is niet noodzakelijkerwijs het geval volgens de onderhavige uitvinding.
Aan de staander 3 is een voederbak 5 aangebracht. De 30 voederbak 5 is opgehangen aan kantelpunten 6, en is aldus kantelbaar ten opzichte van de staander 3. De voederbak 5 vertoont aan de voorzijde 7 en de achterzijde 8 gebogen vormen met daartussen een althans bij benadering vlakke bodem 9.
f ' t ï' Ί :, ·. · 1 6
Het de voederbak 5 in de in fig. 1 getoonde stand, ligt het voeder 10 bij de achterzijde 8 van de voederbak 5.
Er vanuit gaande, dat in de melkbox 2 aan de tegenover het hekwerk 4 gelegen zijde een achterhek (niet getoond) 5 is aangebracht, ten opzichte waarvan de positionering van een uier van een te melken dier gewenst is, zal de melkbox 2 met de voederbak 5 in de in fig. 1 getoonde stand in het bijzonder geschikt zijn voor een dier met grote afmetingen in de lengterichting van de melkbox 2.
10 Het tegengestelde geval is in fig. 2 getoond. De voederbak 5 is in fig. 2 voorover gekanteld ten opzichte van de in fig. 1 getoonde stand. Hierbij ligt het voeder bij de voorzijde 7 van de voederbak 5. Daarmee is, met de voederbak 5 in de in fig. 2 getoonde stand, de effectieve lengte van de 15 melkbox 2 tussen het voeder 10 en het (niet getoonde) achterhek verkort ten opzichte van de in fig. 1 getoonde situatie.
Voor het instellen van de gewensten stand van de voederbak 5 in de melkbox 2 kan gebruik worden gemaakt van herkenningsmiddelen, die niet zijn getoond, en bijv. reageren 20 op een transponder in een halsband 11 van een te melken dier, of iets dergelijks.
Met de gegevens van het te melken dier, die bijv. afkomstig zijn van de transponder aan de halsband 11 van het te melken dier en worden verkregen met (niet getoonde) her-25 kenningsmiddelen, kan een gewenste, voor het betreffende te melken dier specifieke stand van de kantelbare voederbak 5 worden bepaald, evenals een gewenste hoeveelheid voer.
De gewenste stand wordt bereikt door middel van een pneumatische cilinder om de voederbak 5 te kantelen om de 30 kantelpunten 6. De pneumatische cilinder is verbonden met een (niet getoonde) pomp, die onder besturing staat van een (niet getoonde) besturing, die weer in verbinding staat met bijv. de (niet getoonde) herkenningsmiddelen om op basis van de ;; 7 identiteit van het betreffende, te melken dier de gewenste kantelstand van de kantelbare voederbak in te stellen. Hetzelfde geldt voor de toevoer van voeder 10 naar de voederbak. Hiertoe is een container 13 opgehangen aan het hekwerk 4 of 5 de staander 3 met een stortbuis 14 naar de voederbak 5. Afhankelijk van de identiteit van het betreffende, te melken dier, kan een bij dat betreffende dier behorende hoeveelheid voeder worden gestort in de voederbak 5 via de stortpijp 14. Hiertoe-is de container 13 voorzien van (niet getoonde) 10 sluitmiddelen, die ook weer onder besturing staan van de (niet getoonde) besturing.
Hoewel in het direct hieraan voorafgaande gedeelte van de beschrijving een specifieke uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding aan de orde is gesteld, zal het na 15 kennisneming van het voorgaande duidelijk zijn voor de vakman, dat diverse aanpassingen en wijzigingen in de specifiek beschreven uitvoeringsvorm mogelijk zijn, zonder af te wijken van de daadwerkelijke uitvinding, zoals die is gedefinieerd in de bijgevoegde conclusies, in het bijzonder in de onaf-20 hankelijke conclusies met betrekking tot de inrichting en de melkbox. Zo kunnen voederbakken worden verschaft binnen het kader van de onderhavige uitvinding, met een andere vorm dan die, welke hierboven is getoond en beschreven. De bodem van een dergelijke voederbak kan bijv. in de lengterichting van 25 de melkbox een aantal vlakken vertonen, die onder een hoek ten opzichte van elkaar verlopen. Aldus wordt een gesegmenteerde configuratie van de bodem gerealiseerd in de lengterichting van de melkbox. Er kan van een andere aandrijving gebruik worden gemaakt voor het instellen van de stand van de 30 kantelbare voederbak 5 dan een pneumatische cilinder, bijv. een hydraulische cilinder, meer dan één cilinders, een gemotoriseerde mechanische aandrijving, etc. Bovendien is een melkbox bij voorkeur voorzien van een toegangs- en uitgangs- 8 hek, dat niet in de figuren is weergegeven of is beschreven. Daarnaast is een dergelijke melkbox bij voorkeur voorzien van een geautomatiseerd melksysteem, dat ook onder besturing kan staan van de hierboven genoemde en niet weergegeven bestu-5 ring. Er kan van een andere transponder worden gebruik gemaakt dan een transponder, die aan een halsband is aangebracht, bijv. een geïmplanteerde transponder. Zo blijkt, dat er een grote verscheidenheid aan alternatieven en uitvoeringsvormen mogelijk is binnen het kader van de onderhavige 10 uitvinding en ten opzichte van de expliciet getoonde en beschreven uitvoeringsvorm.
'' '' ï ' *. ' ' * } r J-

Claims (10)

1. Inrichting voor het voederen van vee, omvattende een staander en een voederbak aan de staander, waarbij de staander ten minste een deel vormt van een hekwerk van een melkbox, welk hekwerk stationair is opgesteld in de melkbox, en waarbij de voederbak kantelbaar aan de staander is aange- 10 bracht, en een bodem omvat met een vorm die, voor het positioneren van voeder, is aangepast aan de door de voederbak in te nemen kantelstanden.
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de voederbak is gekoppeld met een aandrijving voor selectieve instel- 15 ling van de kantelstand van de voederbak.
3. Inrichting volgens conclusie 2, waarbij de aandrijving ten minste één pneumatische cilinder omvat, die enerzijds met de staander en anderzijds met de kantelbaar met de staander verbonden voederbak is verbonden.
4. Inrichting volgens één van de voorgaande conclu sies, waarbij de bodem van de voederbak zich in hoofdzaak dwars op lengterichting van de staander uitstrekt.
5. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de bodem van de voederbak de een boogvorm 25 heeft.
6. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de kantelbare voederbak is verbonden met een voedertoevoer voor selectieve toevoer van voeder in de voederbak .
7. Inrichting volgens één van de voorgaande conclu sies, verder omvattende een besturing voor het aansturen van de aandrijving en de voedertoevoer. M · t
8. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, verder omvattende herkenningsmiddelen voor identificatie van een betreffend dier van het vee bij de inrichting.
9. Inrichting volgens conclusies 7 en 8, waarbij de 5 besturing is verbonden met de herkenningsmiddelen om de aandrijving en de voedertoevoer aan te sturen op basis van een bevinding van de herkenningsmiddelen over de identiteit van het betreffende dier van het vee.
10. Melkbox met een hekwerk met een staander en een 10 voederbak volgens één van de voorgaande conclusies.
NL1020333A 2002-04-08 2002-04-08 Kantelbare voederbak. NL1020333C2 (nl)

Priority Applications (8)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1020333A NL1020333C2 (nl) 2002-04-08 2002-04-08 Kantelbare voederbak.
PCT/NL2003/000266 WO2003086057A1 (en) 2002-04-08 2003-04-08 Tiltable feed trough
DE60301958T DE60301958T2 (de) 2002-04-08 2003-04-08 Neigbarer futtertrog
EP03721146A EP1496739B1 (en) 2002-04-08 2003-04-08 Tiltable feed trough
DK03721146T DK1496739T3 (da) 2002-04-08 2003-04-08 Vipbart fodertrug
AU2003224497A AU2003224497A1 (en) 2002-04-08 2003-04-08 Tiltable feed trough
ES03721146T ES2247534T3 (es) 2002-04-08 2003-04-08 Comedero basculante.
AT03721146T ATE306809T1 (de) 2002-04-08 2003-04-08 Neigbarer futtertrog

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1020333 2002-04-08
NL1020333A NL1020333C2 (nl) 2002-04-08 2002-04-08 Kantelbare voederbak.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1020333C2 true NL1020333C2 (nl) 2003-10-13

Family

ID=29244969

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1020333A NL1020333C2 (nl) 2002-04-08 2002-04-08 Kantelbare voederbak.

Country Status (8)

Country Link
EP (1) EP1496739B1 (nl)
AT (1) ATE306809T1 (nl)
AU (1) AU2003224497A1 (nl)
DE (1) DE60301958T2 (nl)
DK (1) DK1496739T3 (nl)
ES (1) ES2247534T3 (nl)
NL (1) NL1020333C2 (nl)
WO (1) WO2003086057A1 (nl)

Families Citing this family (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE502008003012D1 (de) * 2007-05-04 2011-05-12 Gea Westfaliasurge Gmbh Vorrichtung zum bewegen eines positionierrahmens sowie eines futterbehälters am melkplatz
DE202012010237U1 (de) 2012-10-26 2014-01-29 Big Dutchman Pig Equipment Gmbh Höhenverstellbarer Futtertrog
AU2017225091B2 (en) * 2016-09-09 2023-08-17 Raxel Pty Ltd Apparatus for feeding livestock
WO2018226145A1 (en) 2017-06-07 2018-12-13 Delaval Holding Ab A drop tube and a rotary parlour feeding provided with such a drop tube

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4513687A (en) * 1984-01-31 1985-04-30 Jong Walter J De Method and apparatus for feeding livestock
EP0432148A2 (en) 1986-11-19 1991-06-12 Prolion B.V. Movable accomodation or container in which is arranged apparatus for automatic milking of an animal
WO1992006588A1 (en) * 1990-10-19 1992-04-30 British Technology Group Ltd Animal stall
WO2001015517A1 (en) * 1999-09-01 2001-03-08 Delaval Holding Ab An animal positioning arrangement
WO2001030134A1 (en) * 1999-10-26 2001-05-03 Delaval Holding Ab Means for improved milking

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4513687A (en) * 1984-01-31 1985-04-30 Jong Walter J De Method and apparatus for feeding livestock
EP0432148A2 (en) 1986-11-19 1991-06-12 Prolion B.V. Movable accomodation or container in which is arranged apparatus for automatic milking of an animal
WO1992006588A1 (en) * 1990-10-19 1992-04-30 British Technology Group Ltd Animal stall
WO2001015517A1 (en) * 1999-09-01 2001-03-08 Delaval Holding Ab An animal positioning arrangement
WO2001030134A1 (en) * 1999-10-26 2001-05-03 Delaval Holding Ab Means for improved milking

Also Published As

Publication number Publication date
AU2003224497A1 (en) 2003-10-27
EP1496739A1 (en) 2005-01-19
DE60301958D1 (de) 2006-03-02
DK1496739T3 (da) 2006-02-13
ATE306809T1 (de) 2005-11-15
EP1496739B1 (en) 2005-10-19
DE60301958T2 (de) 2006-07-13
ES2247534T3 (es) 2006-03-01
WO2003086057A1 (en) 2003-10-23

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL9200639A (nl) Inrichting voor het automatisch melken van dieren.
EP0480541A2 (en) A method of automatically milking animals and an implement for performing same
EP2922390B2 (en) A leg spreading device to be mounted in a milking stall
NL1019106C2 (nl) Inrichting voor het automatisch in een bepaalde periode afgeven van een bepaalde hoeveelheid van ten minste een voedersoort aan een dier.
US6622651B1 (en) Device and method for the automatic milking and feeding of animals
EP0313109A1 (en) Implement for milking animals
NL8500088A (nl) Inrichting voor het automatisch melken van een dier.
NL9401113A (nl) Constructie met een inrichting voor het automatisch melken van dieren.
NL1019094C2 (nl) Inrichting en werkwijze voor het automatisch afgeven van ten minste twee soorten voeder aan dieren.
NL1020333C2 (nl) Kantelbare voederbak.
NL9301753A (nl) Inrichting voor het automatisch melken van dieren.
EP1250839A1 (en) A device for supplying feed to animals
NL1006171C2 (nl) Constructie met een inrichting voor het automatisch melken van dieren.
EP1042952A2 (en) A construction for automatically milking animals
EP0939587A1 (en) An apparatus for and a method of controlling the position of an animal in a space having a floor
NL1024675C2 (nl) Inrichting en werkwijze voor het automatisch afgeven van voeder aan een dier.
EP0260263B1 (en) Animal box
EP3618610A1 (en) An expelling device and a milking arrangement provided with such a device
NL1016183C2 (nl) Inrichting voor het melken van dieren.
EP0638232B1 (en) A construction for automatically milking animals
NL9200678A (nl) Inrichting voor het automatische melken van dieren, zoals koeien.
AU671756B2 (en) Gate assembly
NL9200095A (nl) Melkmachine.
SE514442C2 (sv) Arrangemang och förfarande för att hantera en hjord av djur
NL8500693A (nl) Inrichting voor het melken van dieren.

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20071101