NL1018686C1 - Fotoschakelinrichting. - Google Patents

Description

Korte aanduiding: Fotoschakelinrichting.

BESCHRIJVING

GEBIED VAN DE UITVINDING

5 De onderhavige uitvinding heeft in het algemeen betrekking op een fotoschakelinrichting en in het bijzonder op een fotoschakel-inrichting geschikt om te werken op zowel wisselstroom als gelijkstroom en werkzaam gebaseerd op de luminantie van de omgeving.

ACHTERGROND VAN DE UITVINDING

10 Lampen of andere verlichtingsinrichtingen worden op grote schaal toegepast voor het verlichten van donkere omgevingen. De meeste van de op de markt beschikbare verlichtingsinrichtingen worden door elektriciteit gevoed. Het is vaak nodig om de verlichtingsinrichtingen uit te schakelen wanneer de omgeving helder is, zoals gedurende de dag. 15 Dit is in het bijzonder van toepassing voor buitenverlichtings-inrichtingen welke worden uitgeschakeld gedurende de dag en ingeschakeld gedurende de nacht. Een automatische schakel/stuurinrichting voor de buitenverlichtingsinrichting is in dit verband van bijzonder belang.

Op de markt zijn automatische schakel inrichtingen 20 beschikbaar. De gebruikelijke schakel inrichtingen kunnen echter alleen op een bepaald type elektriciteit werken. Een schakel inrichting welke bijvoorbeeld is ontworpen voor gelijkstroom kan niet werken op wisselstroom. Dit omdat gelijkricht- en transformatormiddelen vereist zijn voor een op wisselstroom gebaseerde schakel inrichting. De 25 gelijkricht- en transformatormiddelen bemoeilijken niet alleen de totale constructie van de schakel inrichting maar verhogen ook de kosten. De gelijkricht- en transformatormiddelen veroorzaken verder dat de totale afmetingen van de schakel inrichting volumineus zijn. Dergelijke volumineuze afmetingen maken het onmogelijk om deze te integreren met een 30 stuurschakeling van een lampketen of andere verlichtingsinrichtingen en dienen afzonderlijk, in een gescheiden vorm, te worden verschaft.

1ot «ees ‘ 2

Voorts, in het geval dat een verlichtingsinrichting wordt vervangen door een andere welke op een ander type elektriciteit werkzaam is, dient de schakel inrichting van de verlichtingsinrichting te worden vervangen teneinde te passen bij de andere verlichtingsinrichting. Dit 5 voegt zowel voor het betreffende onderdeel als voor de installatiekosten toe aan de totale kosten en beperkt het gebruik van een specifieke verlichtingsinrichting.

Het is bijgevolg gewenst een automatische schakelinrichting te verschaffen welke de boven besproken problemen overwint.

10 SAMENVATTING VAN DE UITVINDING

Bijgevolg is een doelstelling van de onderhavige uitvinding het verschaffen van een fotoschakelinrichting voor een verlichtingsinrichting geschikt om te werken op zowel wisselstroom als gelijkstroom van verschillende voltages.

15 Een verdere doelstelling van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een fotoschakelinrichting welke geen transformator-middelen omvat en hierdoor significant bijdraagt aan het reduceren van de totale afmetingen en de kosten daarvan.

Een verdere doelstelling van de onderhavige uitvinding is 20 het verschaffen van een fotoschakelinrichting welke geschikt is om te werken met verschillende soorten verlichtingsinrichtingen werkzaam op verschillende voedingsbronnen.

In overeenstemming met de onderhavige uitvinding omvat een fotoschakelinrichting eerste en tweede aansluitklemmen respectievelijk 25 gekoppeld met een voedingsbron en een belasting. Met de eerste en tweede aansluitklemmen is een bi-directionele stroomrouteringsschakeling verbonden, omvattende een gelijkrichtbrug voor het ontvangen van elektriciteit vanaf de eerste en tweede aansluitklemmen en bezit positieve en negatieve uitgangsaansluitklemmen. Een schakel/- 30 bekrachtigingsschakeling is tussen de positieve en negatieve uitgangs aansl uitklemmen verbonden voor het selectief geleiden van een 3 uitgangsstroom van de bi-directionele stroomrouteringsschakeling van de positieve uitgangsaansluitklem naar de negatieve uitgangsaansluitklem. De schakel/bekrachtig!ngsschakeling omvat een siliciumgestuurde schakel -inrichting met een gate welke is gekoppeld met en die wordt gestuurd door 5 een stuurschakeling om te schakelen tussen een open stand en een gesloten stand. De stuurschakeling omvat een, met een gate van een gate-gestuurde inrichting verbonden fotodetectie-inrichting. De gate-gestuurde inrichting heeft een uitgang welke is gekoppeld met en die de gate stuurt van de siliciumgestuurde schakel inrichting. Wanneer de fotodetectie-10 inrichting omgevingslicht detecteert, wordt de uitgang van de gate-gestuurde inrichting van een logische hoge toestand naar een logische lage toestand geschakeld hetgeen op zijn beurt de siliciumgestuurde schakel inrichting verandert van de gesloten stand naar de open stand en snijdt hierdoor de uitgangsstroom van de positieve uitgangsaansluitklem 15 naar de negatieve uitgangsaansluitklem af. In serie met de fotodetectie-inrichting is een variabele weerstand geschakeld voor fijnafstemming. Parallel met de fotodetectie-inrichting is een spanningsregelschakeling, met de stuurschakeling gecombineerd voor spanningsregeldoel einden.

KORTE OMSCHRIJVING VAN DE TEKENING

20 De onderhavige uitvinding zal voor een deskundige duidelijk worden door het lezen van de navolgende beschrijving van een voorkeursuitvoeringsvorm daarvan, onder verwijzing naar de tekeningen, waarin:

Figuur 1 een schakelschema is van een foto-optische schakel inrichting opgebouwd in overeenstemming met de onderhavige 25 uitvinding;

Figuur 2 een blokschema is dat een toepassing van de fotoschakelinrichting van de onderhavige uitvinding toont; en

Figuur 3 een perspectivisch aanzicht is dat de fotoschakel-inrichting van de onderhavige uitvinding toont integraal gecombineerd met 30 een lampstuurschakeling en samen opgenomen in een gemeenschappelijke behuizing.

1018086 ' I ' 4

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE VOORKEURSUITVOERINGSVORM

Onder verwijzing naar de tekeningen en in het bijzonder naar Figuur 1, een fotoschakelinrichting opgebouwd in overeenstemming met de onderhavige uitvinding, als geheel aangegeven met het verwijzings-5 cijfer 100, omvat een paar ingangsaansluitklemmen 10, 10' respectievelijk voor verbinding met een voedingsbron en een belasting, zoals een verlichtingsinrichting. In de getoonde uitvoeringsvorm is een connector 11 gevormd welke de aansluitklemmen 10, 10' omvat voor het vereenvoudigen van de totale configuratie en het bevorderen van het gebruik daarvan. De 10 ingangsaansluitklemmen 10, 10' zijn met bi-directionele stroomrouterings-middelen 20 verbonden welke op hun beurt zijn gekoppeld met schakel/-bekrachtigingsmiddelen 40 gestuurd door stuurmiddelen 30.

De bi-directionele stroomrouteringsmiddelen 20 van de fotoschakelinrichting 100 omvatten een bi-directionele stroomrouterings-15 schakeling 22 welke in de geïllustreerde uitvoeringsvorm een gelijkricht-brugschakeling omvat met vier dioden met een positieve uitgangs-aansluitklem 221 en een negatieve uitgangsaansluitklem 222 en een beveiligingselement 21, zoals een zekering, geschakeld tussen de schakeling 22 en de aansl uit klem 10 voor overstroombeveiliging. De bi-20 directionele stroomrouteringsschakeling 22 is werkzaam voor het ontvangen van stromen van willekeurige richting en verschaft een unidirectionele uitgangsstroom aan de schakel/bekrachtigingsmiddelen 40. In de geïllustreerde uitvoeringsvorm maakt het niet uit of de ingangsstroom een wisselstroom is met een positieve halve periode en een negatieve halve 25 periode of een gelijkstroom, de uitgangsstroom loopt steeds vanaf de positieve uitgangsaansluitklem 221 van de schakeling 22 naar de negatieve uitgangsaansluitklem 222.

De stuurmiddelen 30 omvatten een diode Dl en een weerstand R1 verbonden met de positieve ui tgangsaansl ui tklem 221 van de bi-30 directionele stroomrouteringsmiddelen 20, voor het vanaf debi- directionele stroomrouteringsmiddelen 20 ontvangen van de uitgangsstroom.

. ' v < 5

De diode Dl dient voor het verhinderen van een terugwaartse stroom. Een spanningsregelinrichting, omvattende een parallel geschakelde zenerdiode D2 en een condensator C, is tussen de weerstand R1 en de negatieve uitgangsaansluitklem 221 van de bi-directionele stroomrouteringsmiddelen 5 20 geschakeld. Een fotodetectie-inrichting 31 en een in serie hiermee geschakelde variabele weerstand VR zijn tussen de weerstand R1 en de negatieve uitgangsaansluitklem 221 van de bi-directionele stroomrouteringsmiddelen 20 geschakeld en dus parallel met de spanningsregel inrichting. Een knooppunt NI tussen de fotodetectie-inrichting 31 en 10 de variabele weerstand VR is met een gate 321 van een gate-gestuurde inrichting 32 verbonden. In de geïllustreerde uitvoeringsvorm is de fotodetectie-inrichting 31 een fotogevoelige weerstand. Echter ook andere fotodetectie-inrichtingen zoals een fototransistor, een fotodiode en een foto-SCR ("Silicon Controlled Rectifier") kunnen eveneens worden 15 toegepast. De gate-gestuurde inrichting 32 kan elke bekende thyristor zijn, zoals een NPN-transistor, zoals getoond in de tekening, en een SCR.

De fotodetectie-inrichting 31 detecteert omgevingslicht. Gedurende de dag heeft de fotodetectie-inrichting 31 een weerstand welke wordt verlaagd door detectie van het omgevingslicht. Op deze wijze wordt 20 in de gate 321 een voorinstelling bewerkstelligd welke de gate-gestuurde inrichting 32 naar een "AAN"-toestand schakelt. Een uitgang 322 van de gate-gestuurde inrichting 32 ligt bijgevolg op een relatief lage spanning, namelijk een logische lage toestand. Gedurende de nacht wordt geen omgevingslicht door de fotodetectie-inrichting 31 gedetecteerd,. 25 zodat bijgevolg de fotodetectie-inrichting 31 een hoge weerstand bezit.

Op de gate 321 van de gate-gestuurde inrichting 32 kan bijgevolg geen voorinstelling worden bewerkstelligd waardoor de gate-gestuurde inrichting 32 naar een "UIT"-toestand wordt geschakeld. De uitgangs-aansluitklem 322 van de gate-gestuurde inrichting 32 is bijgevolg in een 30 logische hoge toestand.

De variabele weerstand VR kan worden gebruikt voor het 1 o 1S6 e 6 handmatig instellen van de gevoeligheid voor het schakelen van de gate-gestuurde inrichting 32 tussen de "AAN"- en "UIT"-toestanden.

De schakel/bekrachtigingsmiddelen 40 zijn tussen de positieve en negatieve uitgangsaansluitklemmen 221, 222 van de bi-5 directionele stroomrouteringsmiddelen 20 geschakeld. In de getoonde uitvoeringsvorm omvatten de schakel/bekrachtingsmiddelen 40 een spanningsdeelschakeling omvattende tussen de positieve en negatieve uitgangsaansluitklemmen 221, 222 in serie geschakelde weerstanden R2 en R3. Een knooppunt N2 tussen de weerstanden R2 en R3 is met de uitgang 322 10 van de gate-gestuurde inrichting 32 verbonden. Een diode D3, welke werkzaam is voor het verhinderen van terugwaartse stroom, en een siliciumgestuurde schakel inrichting 41, welke in de uitvoeringsvorm als een SCR met een gate 411 is geïllustreerd, zijn in serie geschakeld tussen de positieve en negatieve uitgangsaansluitklemmen 221, 222 van de 15 bi-directionele stroomrouteringsmiddelen 20. De gate 411 van de siliciumgestuurde schakel inrichting 41 is met het knooppunt N2 verbonden waardoor de siliciumgestuurde schakel inrichting 41 door de uitgang 322 van de gate-gestuurde inrichting 32 wordt gestuurd. Met andere woorden, wanneer de gate-gestuurde inrichting 32 in de "AAN"-toestand is, wordt de 20 siliciumgestuurde schakel inrichting 41 uitgeschakeld en is dus in een "open"-stand, waarbij de uitgangsstroom van de bi-directionele stroomrouteringsmiddelen 20 vanaf de positieve uitgangsaansluitklem 221 naar de negatieve uitgangsaansluitklem 222 wordt afgesneden. Wanneer de gate-gestuurde inrichting 32 in de "UIT"-toestand is, wordt de silicium-25 gestuurde schakel inrichting 41 ingeschakeld en bevindt zich dus in een "gesloten"-stand, waardoor de uitgangsstroom van de bi-directionele stroomrouteringsmiddelen 20 vanaf de positieve uitgangsaansluitklem 221 naar de negatieve uitgangsaansluitklem 222 kan vloeien.

Naast een SCR kan de siliciumgestuurde schakel inrichting 41 30 ook worden uitgevoerd met andere equivalente elementen, zoals een transistor.

7

Eveneens verwijzend naar Figuur 2, in een praktische uitvoeringsvorm is de fotoschakelinrichting 100 van de onderhavige uitvinding door middel van de ingangsaansluitklemmen 10, 10' geschakeld tussen een voedingsbron 200 en een belasting 300. De voedingsbron 200 kan 5 elke geschikte voedingsbron van verschillende soorten en verschillende spanningen zijn. Een stopcontact is een voorbeeld van de voedingsbron 200. Een verder voorbeeld is een voedingsbron en een stuurinrichting van een lampketen. De belasting 300 kan elke verlichtingsinrichting of lampketen zijn, werkzaam op wisselstroom of gelijkstroom. Een voorbeeld 10 van de schakeling tussen de fotoschakelinrichting 100, de voedingsbron 200 en de belasting 300 is door het respectievelijk koppelen van de aansluitklemmen 10, 10‘ met een aansluitklem 210 van de voedingsbron 200 en een aansluitklem 310 van de belasting 300. Een verdere aansluitklem 220 van de voedingsbron 200 is direct verbonden met een verdere 15 aansluitklem 320 van de belasting 300. De werking van de fotoschakel-inrichting 100, gebaseerd op de verlichtingstoestand van de omgeving, . stuurt de voeding en schakelt de elektriciteit van de voedingsbron 200 naar de belasting 300 af. In de huidige applicatie wordt namelijk het aan de belasting 300 toegevoerde vermogen tijdens de dag afgesneden terwijl 20 gedurende de nacht vermogen aan de belasting 300 wordt toegevoerd. Dit zal verder worden beschreven.

In het geval dat de voedingsbron 200 een wisselstroom toevoert, loopt in een positieve halve periode van de wisselstroom de stroom vanaf de voedingsbron 200 in de fotoschakelinrichting 100 25 achtereenvolgens door de aansluitklem 10, de overstroombeveiligings- inrichting 21, de positieve uitgangsaansl uitklem 221 van de bi-directionele stroomrouteringsmiddelen 20, de diode D3, de silicium-gestuurde schakel inrichting 41, de negatieve uitgangsaansluitklem 222 van de bi-directionele stroomrouteringsmiddelen 20 en de aansluitklem 10', en 30 wordt toegevoerd aan de belasting 300. Gedurende de negatieve halve periode van de wisselstroom vloeit de stroom vanaf de voedingsbron 200 in 1018686 8 de fotoschakelinrichting 100 achtereenvolgens door de aansluitkien) 10', de positieve ui tgangsaansl uitkien) 221 van de bi-directionele stroomrouteringsmiddelen 20, de diode D3, de siliciumgestuurde schakel inrichting 41, de negatieve uitgangsaansluitklem 222 van de bi-5 directionele stroomrouteringsmiddelen 20, de overstroombeveiligings^-inrichting 21 en de aansl ui tklem 10 en wordt aan de belasting 300 toegevoerd. Het aan de belasting toegevoerde vermogen wordt dus in stand gehouden, ongeacht de positieve of negatieve halve periode van de wisselstroom.

10 In het geval dat de voedingsbron 200 een gelijkstroom toevoert, is het pad van de gelijkstroom identiek aan ofwel de positieve halve periode of de negatieve halve periode van een wisselstroom, zoals boven besproken. De fotoschakel inrichting 41 van de onderhavige uitvinding kan dus zowel werken met wisselstroom als gelijkstroom.

15 Eveneens verwijzend naar Figuur 3, omdat de fotoschakel- inrichting 100 van de onderhavige uitvinding geen transformator bevat, kunnen de totale afmetingen daarvan relatief klein worden gemaakt. Het is mogelijk om de fotoschakel inrichting 100 met een stuurschakel i-ng van een lampketen of verlichtingsinrichting te integreren of te combineren. De 20 stuurschakeling van een lampketen omvat bijvoorbeeld in het algemeen voedingstoevoermiddelen, welke kunnen worden opgevat als de voedingsbron 200 van Figuur 2, en de fotoschakel inrichting 100 kan met dergelijke voedingstoevoermiddelen van de lampstuurschakeling worden gecombineerd. De schakelingen van de voedingstoevoermiddelen en van de fotoschakel- 25 inrichting 100 zijn bij voorkeur met elkaar geïntegreerd en omhuld door een gemeenschappelijke behuizing 400. De behuizing 400 is voorzien van een venster of een lichtdoorlatende opening 410 via welke omgevingslicht op de fotodetectie-inrichting 31 kan vallen voor de detectie van het omgevingslicht.

30 In het licht van de bovenstaande beschrijving biedt de fotoschakelinrichting 100 van de onderhavige uitvinding de volgende 9 voordelen: (1) De fotoschakelinrichting van de onderhavige uitvinding kan zowel op wisselstroom als gelijkstroom werken.

(2) De fotoschakelinrichting van de onderhavige uitvinding 5 omvat geen elektrische transformator waardoor de totale afmetingen daarvan relatief klein zijn. De fotoschakelinrichting kan worden gecombineerd met een stuurschakeling van een verlichtingsinrichting omwille van een eenvoudige constructie en reductie van kosten.

(3) Omdat de fotoschakelinrichting van de onderhavige 10 uitvinding met een lampstuurschakeling tot een enkele eenheid kan worden geïntegreerd, is geen installatie van aanvullende schakelingen of bedrading noodzakelijk. De installatie van verlichtingsinrichtingen kan hierdoor worden vereenvoudigd en vergemakkelijkt.

(4) Omdat de werking van de fotoschakelinrichting 15 onafhankelijk is van het type van de elektrische voedingsstroom is deze compatibel met alle soorten verlichtingsinrichtingen en alle soorten voedingsbronnen.

Hoewel de onderhavige uitvinding is beschreven onder verwijzing naar de voorkeursuitvoeringsvorm daarvan, zal het voor 20 deskundigen duidelijk zijn dat een veelheid van modificaties en veranderingen kan worden aangebracht zonder af te wijken van de omvang van de onderhavige uitvinding, welke bedoeld is te zijn gedefinieerd door de bijgesloten conclusies.

1018586

Claims (20)

1. Fotoschakelinrichting omvattende: eerste en tweede ingangsaansluitklemmen ingericht om 5 respectievelijk te worden gekoppeld met een voedingsbron en een belasting; een bi-directionele stroomrouteringsschakeling gekoppeld met de eerste en tweede ingangsaansluitklemmen voor het ontvangen van een stroom van de eerste en tweede ingangsaansluitklemmen en voor het 10 routeren van een uitgangsstroom vanaf een positieve uitgangsaansluitklem naar een negatieve uitgangsaansluitklem; een tussen de positieve en negatieve uitgangsaansluitklemmen van de bi-directionele stroomrouteringsschakeling geschakelde stuurschakeling, omvattende een fotodetectie-inrichting gekoppeld met een 15 gate van een gate-gestuurde inrichting waardoor, bij detectie van licht, de fotodetectie-inrichting een uitgang van de gate-gestuurde inrichting schakelt van een logische hoge toestand naar een logische lage toestand en dat bij het verwijderen van het licht de fotodetectie-inrichting de uitgang van de gate-gestuurde inrichting schakelt van de logische lage 20 toestand naar de logische hoge toestand; een schakel/bekrachtigingsschakeling geschakeld tussen de positieve en negatieve uitgangsaansluitklemmen van de bi-directionele stroomrouteringsschakeling, omvattende een siliciumgestuurde schakel-inrichting met een gate gekoppeld met en gestuurd door de uitgang van de 25 gate-gestuurde inrichting waardoor, wanneer de uitgang van de gate-gestuurde inrichting wordt geschakeld van de logische hoge toestand naar de logische lage toestand, de siliciumgestuurde schakel inrichting wordt geschakeld vanaf een gesloten stand naar een open stand, waardoor de uitgangsstroom vanaf de positieve uitgangsaansluitklem naar de negatieve 30 uitgangsaansluitklem van de bi-directionele stroomrouteringsschakeling wordt afgesneden, en wanneer de uitgang van de gate-gestuurde inrichting S1 01 88 86 » · wordt geschakeld van de logische lage toestand naar de logische hoge toestand, de siliciumgestuurde schakel inrichting wordt geschakeld van de open stand naar de gesloten stand, waardoor de uitgangsstroom vanaf de positieve uitgangsaansluitklem naar de negatieve uitgangsaansluitklem van 5 de bi-directionele stroomrouteringsschakeling kan vloeien.

2. Fotoschakelinrichting volgens conclusie 1, waarin de eerste en tweede ingangsaansluitklemmen in een connector zijn ondergebracht.

3. Fotoschakelinrichting volgens conclusie 1 of 2, waarin de bi-directionele stroomrouteringsschakeling een gelijkrichtbrugschakeling 10 omvat.

4. Fotoschakelinrichting volgens één of meer van de conclusies 1 tot en met 3, waarin de bi-directionele stroomrouteringsschakeling een overstroombeveiligingsinrichting omvat.

5. Fotosctra-kelinrichting volgens conclusie 4, waarin de over- 15 stroombeveiligingsinrichting een zekering omvat.

6. Fotoschakelinrichting volgens één of meer van de conclusies 1 tot en met 5, waarin de stuurschakeling een diode voor het verhinderen van terugwaartse stroom omvat.

7. Fotoschakelinrichting volgens één of meer van de conclusies 20. tot en met 6, waarin de stuurschakeling een spanningsregelschakeling omvattende een zenerdiode en een condensator omvat.

8. Fotoschakelinrichting volgens één of meer van de conclusies 1, waarin de stuurschakeling een in serie met de fotodetectie-inrichting geschakelde variabele weerstand omvat, waarbij een knooppunt tussen de 25 variabele weerstand en de fotodetectie-inrichting met de gate van de gate-gestuurde inrichting is gekoppeld.

9. Fotoschakelinrichting volgens één of meer van de conclusies 1 tot en met 8, waarin de fotodetectie-inrichting van de stuurschakeling een fotogevoelige weerstand omvat.

10. Fotoschakelinrichting volgens één of meer van de conclusies 1 tot en met 8, waarin de fotodetectie-inrichting van de stuurschakeling -j 01 So88 κ een fotodiode omvat.

11. Fotoschakelinrichting volgens één of meer van de conclusies 1 tot en met 8, waarin de fotodetectie-inrichting van de stuurschakeling een fototransistor omvat.

12. Fotoschakelinrichting volgens één of meer van de conclusies 1 tot en met 8, waarin de fotodetectie-inrichting van de stuurschakeling een foto-SCR omvat.

13. Fotoschakelinrichting volgens één of meer van de conclusies 1 tot en met 12, waarin de gate-gestuurde inrichting van de stuur- 10 schakeling een transistor omvat.

14. Fotoschakelinrichting volgens één of meer van de conclusies 1 tot en met 12, waarin de gate-gestuurde inrichting van de stuur schakeling een SCR omvat.

15. Fotoschakelinrichting volgens één of meer van de conclusies 15. tot en met 14, waarin de schakel/bekrachtigingsschakeling een spanningsdeelschakeling omvat bestaande uit twee in serie geschakelde weerstanden, waarbij een knooppunt tussen de weerstanden met de gate van de siliciumgestuurde schakel inrichting en de uitgang van de gate-gestuurde inrichting is gekoppeld.

16. Fotoschakelinrichting volgens één of meer van de conclusies 1 tot en met 15, waarin de schakel/bekrachtigingsschakeling een diode voor het verhinderen van terugwaartse stroom omvat.

17. Fotoschakelinrichting volgens één of meer van de conclusies 1 tot en met 16, waarin de siliciumgestuurde schakel inrichting van de 25 schakel/bekrachtigingsschakeling een transistor omvat.

18. Fotoschakelinrichting volgens één of meer van de conclusies 1 tot en met 16, waarin de siliciumgestuurde schakel inrichting van de schakel/bekrachtigingsschakeling een SCR omvat.

19. Fotoschakelinrichting volgens één of meer van de conclusies 30. tot en met 18, waarin de eerste en tweede aansluitklemmen, de bi- directionele stroomrouteringsschakeling, de stuurschakeling en de , υ\SÖ86 « * schakel/bekrachtigingsschakeling zijn ingericht om te worden gecombineerd met een lampstuurschakeling en om te worden opgenomen in een gemeenschappelijke behuizing.

20. Fotoschakelinrichting volgens conclusie 19, waarin de 5 behuizing een opening definieert voor het aan omgevingslicht blootstellen van de fotodetectie-inrichting. . 1018686