NL1018600C2 - Weefmachine. - Google Patents

Description

Weefmachine.

BESCHRIJVING

De onderhavige uitvinding betreft een weefmachine met een 5 draad voorbereidingsinrichting welke een draad voorraadtrommel omvat waarop draad komende van een voorraadspoel tijdelijk wordt opgeslagen alvorens te worden doorgeleid naar een draad verwerkende inrichting, waarbij de machine een ten opzichte van het trommel oppervlak beweegbaar stopper element omvat dat de draadafloop op gewenste momenten kan 10 blokkeren en waarbij de machine verder is voorzien van middelen voor het opmeten van de kracht in de draad tenminste gedurende één of meer deel intervallen van het inslagproces welke middelen de verkregen waarden doorgeven aan een evaluatieinrichting welke deze waarden tenminste doorgeeft naar een weergaveinrichting.

15 Machines van de hiervoor beschreven soort zijn bekend bijvoorbeeld uit de Internationale octrooiaanvrage WO 00/56964.

Bij deze bekende machine wordt de inslagdraad na het verlaten van de voorraadtrommel geleid door een reminrichting en een spanningsmeter welke de draadspanning bij voortduring meet en welke de 20 gemeten waarden doorgeeft aan een evaluatieinrichting welke op zijn beurt het signaal doorgeeft aan een weergaveinrichting waarop het spannings-verloop in de draad gedurende het inslagproces wordt zichtbaar gemaakt zodat de gebruiker daarvan kennis kan nemen en op basis daarvan eventuele parameters kan bijstellen.

25 Om dit te bereiken is dus bij deze bekende machine gebruik gemaakt van een extra element namelijk de spanningsmeter die uiteraard extra kosten met zich brengt en ook wat extra wrijving en slijtage van de draad teweegbrengt en daardoor een nadelige invloed heeft op het weefproces.

30 0e onderhavige uitvinding heeft tot doel een inrichting van eenzelfde soort te verschaffen waarbij voor het verkrijgen van gegevens 101 8600 ’ 2 over de draadspanning geen extra onderdeel in de machine behoeft te worden aangebracht.

Daarbij wordt verder uitgegaan van de gedachte dat om een goed inzicht te krijgen in het verloop van de draadspanning gedurende het 5 inslagproces het in feite voldoende is om de draadspanning te kennen en zichtbaar te maken voor bepaalde kritische intervallen van het inslagproces. Deze kritische punten zijn in het algemeen de startfase, de remfase, de stopfase en de knipfase.

Teneinde dit doel te verwezenlijken is de weefmachine 10 volgens de onderhavige uitvinding gekenmerkt doordat het stopperelement is voorzien van eerste krachtopneemmiddelen die de op het stopperelement door de draad uitgeoefende kracht gedurende die intervallen van het draad inslagproces waarin de draad in aanraking is met het stopperelement opnemen en doorgeven aan de evaluatieinrichting.

15 Op deze wijze wordt dus onder gebruikmaking van een toch reeds in de machine voor een andere functie aanwezig onderdeel informatie verkregen over de draadspanning op die intervallen welke kritisch zijn voor het inslag gebeuren namelijk de startfase, de stopfase en de knipfase. Om de door de draad uitgeoefende krachten te kunnen opnemen wordt 20 het stopperelement daarbij voorzien van bijvoorbeeld drukopnemers die de uitgeoefende krachten opnemen en doorgeven aan de evaluatie inrichting.

Teneinde ook gedurende de remfase informatie te verkrijgen over de draadspanning is bij een verdere uitvoeringsvorm van de machine volgens de uitvinding welke verder is voorzien van een draadrem geplaatst 25 tussen de draadvoorbereidingsinrichting en de draad verwerkende inrichting de draadrem voorzien van tweede krachtopneemmiddelen voor het meten van de draadspanning gedurende het interval van het inslagproces dat de draad in aanraking is met het beweegbare remelement waarbij deze middelen hun opgenomen signaal afgeven tenminste aan de genoemde 30 evaluatieinrichting welke op zijn beurt deze signalen weer doorleidt naar de weergaveinrichting.

101 86 00 · 3

Op deze wijze verkrijgt de gebruiker een goed inzicht in het draadspanningsverloop in de genoemde kritieke intervallen van het draadinslagproces.

Volgens een verdere uitvoeringsvorm van de weefmachine 5 volgens de uitvinding staat de genoemde evaluatieinrichting ook in verbinding met de stuurprocessor van de weefmachine waardoor de stuur-processor op basis van de van de evaluatieinrichting ontvangen signalen bepaalde stuurhandelingen kan uitvoeren.

De uitvinding zal hierna aan de hand van de bijgaande 10 tekening waarin een uitvoeringsvoorbeeld van een weefmachine volgens de uitvinding is weergegeven nader worden toegelicht.

Figuur 1 toont schematisch een opstelling van een weefmachine.

Figuur 2 toont schematisch het spanningsverloop in een 15 draad tijdens de inslag.

Figuur 3 toont schematisch in doorsnede het stopperelement zoals dat is toegepast bij de weefmachine volgens figuur 1.

Figuur 4 toont schematisch een inlooprem zoals deze kan worden toegepast bij de weefmachine volgens figuur 1.

20 In figuur 1 is met het verwijzingscijfer 1 een draad voorraadsspoel aangeduid. Een draad 5 loopt vanaf deze voorraadspoel naar een garen voorbereidingsinrichting 2 welke een trommel 3 omvat waarop de draad in een aantal wikkelingen wordt opgeslagen en vandaar afloopt naar een garen-verwerkende-inrichting in de vorm van een weefgetouw 4. Tussen 25 de draad voorraadtrommel 3 en het weefgetouw 4 passeert de draad 5 nog een inlooprem 6.

Tegenover het omtreksoppervlak van de draad voorraadtrommel 3 is een stopperelement 7 opgesteld dat kan zijn gevormd zoals is aangegeven in figuur 3. Uit deze figuur valt te zien dat het stopperelement 30 is opgebouwd uit een huis 8 met daarin een elektrische spoel 9 die kan zijn verbonden met een spanningsbron welke hier niet is getoond en welke 101 86 0 o ^ 4 spoel samenwerkt met een anker 10 dat op en neer kan bewegen onder invloed van de door de spoel 9 uitgeoefende krachten en dat wanneer het naar de trommel is toe bewogen het aflopen van de draad 5 van de voorraadtrommel 3 verhindert. Het anker 10 is daarbij voorzien van een 5 stopperpen 11 welke zoals gezegd naar de trommel kan worden toebewogen. De stopperpen 11 is daarbij geleid in een 1 agering 12 welke voorzien is van een druksensor 13 waarmee de kracht kan worden opgenomen welke door de draad 5 op de stopperpen 11 wordt uitgeoefend. Het signaal van de drukopnemer 13 wordt via een leiding 14 overgebracht naar een evaluatie-10 inrichting 15 welk op zijn beurt het signaal via een leiding 16 doorgeeft aan een weergavepaneel 17.

De rem 6 welke daartoe dient om gedurende een bepaalde periode van de inslag de draad 5 af te remmen is voorzien zoals in figuur 4 nader is aangegeven van een beweegbaar remelement 18 dat bijvoorbeeld 15 zoals in figuur 4b nader is uiteengezet kan zijn gevormd door een hefboom welke is aangebracht op de as van een elektromotor 19 welke de arm 18 in verschillende standen kan bewegen teneinde verschillende remwerkingen te verkrijgen en waarbij de door de motor uitgeoefende kracht een maat is voor de garenkracht. Door de aan de motor geleverde stroom en de positie 20 van het beweegbare remelement op te nemen kan een maat worden verkregen voor de kracht welke de hefboom 18 uitoefent op het garen 5 en dus een maat voor de spanning welke heerst in de draad. De waarde van deze spanning wordt via de lijn 30 eveneens toegevoerd aan de evaluatie-inrichting 15 welke op zijn beurt ook deze waarde via de leiding 16 deze 25 waarde eveneens doorgeeft aan het weergavepaneel 17 waarop deze spanning dan zichtbaar kan worden gemaakt.

Tijdens het weefproces treden een aantal fases op welke achtereenvolgens zijn weergegeven in figuur 2. Gedurende de startfase I is de draad 5 nog in contact met het stopperelement 7 waarbij tijdens 30 deze fase de spanning welke door de draad 5 op het stopperelement wordt uitgeoefend op het weergave paneel wordt weergegeven als een oplopende 101 8600":

V

5 lijn 31. Na de startfase I waarin de draad dus door de hoofdinjector op een bepaalde waarde wordt gebracht volgt een periode waarbij de draad door het weefgetouw 4 wordt gevoerd met een vrijwel constante snelheid waarna op het moment dat de draad 5 vrijwel het einde van het weef vak 5 heeft bereikt een remfase II intreedt waarbij de rem 6 in actie komt en door de het remelement 18 een remkracht op de draad 5 wordt uitgeoefend en als reactie een garenkracht op het remelement 18. Deze garenkracht wordt door de rem 18 opgenomen en doorgegeven aan de evaluatieinrichting 14 welke deze vervolgens zichtbaar maakt op het weergavepaneel 17 als een 10 piek 32 die het spanningsverloop tijdens de remfase II weergeeft. Aan het eind van de remfase treedt de stopfase in waarbij het stopelement 11 tegen het trommel oppervlak 3 wordt gedrukt zodat verder aflopen van de draad wordt verhinderd en de draad op het stopelement 11 een draadkracht uitoefent welke door de drukopnemer 13 wordt opgemeten en doorgegeven aan 15 de evaluatieinrichting 15 welke deze draadkracht als een lijn 33 weergeeft op het weergavepaneel 17. Aan het eind van de stopfase wordt de draad doorgeknipt en treedt een knipfase IV op waarbij de draad 5 nog steeds in contact is met het stopelement 11 welke de spanning welke dan in de draad heerst via de drukopnemer opneemt en doorgeeft aan de 20 evaluatieinrichting 15 die deze spanning gedurende deze fase dan wederom weergeeft op het weergavepaneel 17 als een lijn 34. Op deze wijze wordt zoals in figuur 2 is aangegeven in elke geval voor de kritieke fase I, II, III en IV een goed beeld verkregen van de spanning welke in de draad heerst. Op deze wijze kan dus de gebruiker ten alle tijden kennis nemen 25 van het spanningsverloop in de draad in deze kritieke fasen. Eventueel kan de gebruiker op basis van deze verkregen gegevens de machine-instellingen wijzigen. Het wijzigen van deze machine-instellingen kan eventueel ook automatisch gebeuren doordat de evaluatieinrichting 15 via de lijnen 40 en 41 communiceert met de besturingsprocessor 42 van het 30 weefgetouw en/of de weefmachine.

Op de hiervoor beschreven wijze is het dus volgens de 101 8600« 6 ψ 5 uitvinding mogelijk om met de normaal reeds voorkomende elementen in een weefmachine gegevens te verzamelen over de draadspanning gedurende kritieke fasen van het inslagproces.

1018600^

Claims (3)

1. Weefmachine met een draad voorbereidingsinrichting welke een draad voorraadtrommel omvat waarop draad komende van een voorraad- 5 spoel tijdelijk wordt opgeslagen alvorens te worden doorgeleid naar een draad verwerkende inrichting, waarbij de machine een ten opzichte van het trommel oppervlak beweegbaar stopperelement omvat dat de draad afloop op gewenste momenten kan blokkeren en waarbij de machine verder is voorzien van middelen voor het meten van de kracht in de draad, ten minste 10 gedurende één of meer deel intervallen van het inslagproces, welke middelen de verkregen waarden doorgeven aan een evaluatieinrichting welke deze waarden tenminste doorgeeft aan een weergaveinrichting, met het kenmerk dat het stopperelement is voorzien van eerste kracht-opneemmiddelen die de op het stopperelement door de draad uitgeoefende 15 kracht gedurende de intervallen van het draadinslagproces waarin de draad in aanraking is met het stopperelement opnemen en verder doorgeven aan een evaluatieinrichting welke deze signalen tenminste doorleidt naar de weergavei nri chti ng.

2. Weefmachine volgens conclusie 1 welke verder is voorzien 20 van een draadinlooprem waar de draad doorheen is geleid tussen de draad voorbereidingsinrichting en de draad verwerkende inrichting, met het kenmerk dat de draadrem is voorzien van tweede krachtopneemmiddelen voor het meten van de draadkracht gedurende het interval van het inslagproces dat de draad in aanraking is met de rem welke middelen een overeenkomstig 25 signaal afgeven aan tenminste de genoemde evaluatieinrichting welke deze signalen doorleidt naar de weergaveinrichting.

3. Weefmachine volgens conclusie 1 of 2 met het kenmerk, dat de genoemde evaluatie inrichting tevens signalen ontvangt en doorgeeft van en naar een stuurprocessor van de weefmachine. 101860 ö'