NL1016484C2 - Gebouw met gecombineerde vloer- en zolderingconstructie. - Google Patents

Description

GEBOUW MET GECOMBINEERDE VLOER- EN ZOLDERINGCONSTRUCTIE

De uitvinding heeft betrekking op een gebouw met ten minste twee boven elkaar liggende ruimten, die 5 verticaal gescheiden zijn door een gecombineerde vloeren zolderingconstructie.

Een dergelijke gecombineerde vloer- en zolderingconstructie moet enerzijds, als vloer voor de bovenliggende ruimte, voldoende draagvermogen hebben en 10 anderzijds, als zoldering voor de onderliggende ruimte decoratief zijn uitgevoerd.

Gecombineerde vloer- en zolderingconstructies zijn op zichzelf wel bekend, waarbij deze een aantal naast elkaar geplaatste kokers omvatten waarvan in hoofdzaak 15 platte ondervlakken een in hoofdzaak doorlopend zolderingoppervlak bepalen. Op de kokers rustende plaatvormige elementen met in hoofdzaak platte bovenvlakken vormen daarbij een in hoofdzaak doorlopend vloeroppervlak.

20 De uitvinding beoogt een gebouw met een dergelijke vloer- en zolderingconstructie verder te verbeteren.

Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt doordat de kokers van de vloer- en zolderingconstructie leidingen omvatten naar in de ondervlakken en de 25 bovenvlakken opgenomen aansluitorganen. Hierdoor kunnen alle benodigde faciliteiten voor de aangrenzende ruimten verzorgd worden vanuit de gecombineerde vloer- en zolderingconstructie.

Bij voorkeur omvatten de aansluitorganen 30 elektrische aansluitorganen zoals contactdozen en verlichtingsarmaturen en omvatten de leidingen elektrische leidingen. In het bovenoppervlak, dat de vloer vormt, kunnen deze contactdozen zijn opgenomen, terwijl in of aan het ondervlak dat door de in hoofdzaak 35 platte ondervlakken van de kokers wordt bepaald, verlichtingsarmaturen kunnen zijn opgenomen. Alle benodigde elektrische voorzieningen kunnen op deze wijze v 0 ‘1% 2 met de vloer- en zolderingconstructie worden verwezenlijkt.

De leidingen kunnen bijvoorbeeld ook luchtleidingen omvatten voor ventilatie respectievelijk 5 airconditioning toepassingen. De aansluitorganen zijn dan uitblaas- en aanzuigroosters van dit leidingsysteem.

Een geschikte verdere ontwikkeling is gekenmerkt in conclusie 3, De kokers zelf vormen daarbij de luchtleidingen.

10 Een zeer geschikte verdere ontwikkeling is gekenmerkt in conclusie 4. Het warmtefluidum is hierbij een verwarmings- of koelmedium, zoals bijvoorbeeld een vloeistof. Door toepassing van deze maatregel kan de zoldering verwarmd respectievelijk gekoeld worden. Bij 15 verwarming zal aan het oppervlak door het afgeven van stralingswarmte een aangename verwarming kunnen worden verschaft. Door koeling van het zolderingoppervlak wordt bereikt dat de normale infraroodstraling van het zolderingoppervlak die ook optreedt bij kamertemperatuur, 20 wordt verminderd, waardoor een koele gewaarwording voor de gebruikers van de betreffende ruimte wordt bereikt.

Ook zal warme lucht die in contact komt met het zolderingoppervlak worden gekoeld, waardoor de ruimtetemperatuur kan worden verlaagd.

25 Bij een gebouw waarbij de boven elkaar liggende ruimten tot verschillende, afgezonderde appartementen behoren, wordt bij voorkeur de maatregel van conclusie 5 toegepast. Hierdoor kan het elektrische leidingsysteem voor de onderste ruimte gescheiden blijven van dat voor 30 de bovenste ruimte, zodat een afzonderlijke aansluiting voor deze twee ruimten mogelijk is.

De gecombineerde vloer- en zolderingconstructie volgens de uitvinding kan ook op geschikte wijze worden gebruikt in een gebouw met grotere overspanningen, 35 waarbij de kokers opgenomen zijn tussen op gelijkmatige afstanden evenwijdig aan elkaar aangebrachte liggers.

In een gunstige verdere ontwikkeling sluiten daarbij de kokers aan op langsuitsparingen van de liggers 3 en lopen de leidingen van de kokers door in deze lang-suitsparingen. De liggers kunnen hierbij bijvoorbeeld op zichzelf bekende I-liggers zijn waarbij de leidingen langs het lijf van de I-balk worden aangebracht.

5 Wanneer de maatregel van conclusie 8 wordt toegepast wordt op geschikte wijze een goede thermische isolatie tussen de verschillende ruimten bereikt. Bovendien wordt in geval van brand een langere weerstand van de liggers bereikt. Dit kan verder worden verbeterd door 10 warmteabsorberend materiaal toe te passen zoals bijvoorbeeld calciumsilicaat.

Verder kan op geschikte wijze het bovenste gedeelte van de ligger ongeïsoleerd worden gelaten zodat dit gekoeld wordt aan de relatief koele bovenzijde van de 15 vloerconstructie.

Een zeer geschikte uitvoering is verder gekenmerkt in conclusie 9. De warmtetransportvloeistof zal vrijkomen zodra de smeltzekeringen door een te hoge temperatuur ten gevolge van brand doorsmelten. De warmte-20 transportvloeistof dient dan als blusmiddel.

De uitvinding betreft en verschaft eveneens een kokersamenstel voor een gebouw zoals hierboven omschreven. Hierbij kan dit kokersamenstel een aantal van voorgemonteerde leidingen voorziene, met elkaar verbonden 25 kokers omvatten. Aldus worden de kokers samengesteld tot grotere bouwelementen die snel, tijdens de bouw, in een gebouw kunnen worden gemonteerd.

De uitvinding zal verder worden toegelicht in de volgende beschrijving van een in de figuren getoond 30 uitvoeringsvoorbeeld.

Figuur 1 toont schematisch in gedeeltelijk weggebroken perspectivisch aanzicht een gebouw volgens de uitvinding.

Figuur 2 toont een gedeeltelijk weggebroken 35 perspectivisch detailaanzicht van een vloer/zolderingcon-structie in het gebouw van figuur 1.

Figuur 3 toont een met figuur 2 overeenkomend aanzicht van een alternatieve uitvoeringsvorm.

1 Ü 1 0 4 tl '»· ·.< 4

Het in figuur 1 schematisch getoonde gebouw 1 heeft twee scheidende gecombineerde vloer- en zolderingconstructies 2. Deze vloer/zolderingconstructies scheiden in verticale richting twee ruimten van elkaar.

5 Bij deze uitvoeringsvorm omvatten de gecombineerde vloer- en zolderingconstructies liggers 3 gevormd van een over het I-profiel met ongelijke flenzen. De onderflenzen zijn breder dar} de bovenflenzen.

Tussen de onderflenzen van naast elkaar liggende 10 liggers 3 zijn kokers 4 opgenomen. Deze kokers liggen met hun einden op de brede onderflenzen. De kokers hebben een in het algemeen plat ondervlak en opstaande zijkanten die eindigen in een dwarsomgezette flens. De flens van één koker ligt passend op de aangrenzende flens van de 15 naastliggende koker zodat een onderling gesloten verband van kokers 4 wordt gevormd.

De vlakke ondervlakken van de kokers 4 bepalen een in hoofdzaak doorlopend zolderingoppervlak van de onderliggende ruimte.

20 Op de kokers rusten plaatvormige elementen 5 waarvan de in hoofdzaak platte bovenoppervlakken een in hoofdzaak doorlopend vloeroppervlak bepalen van de bovenliggende ruimten. In de in figuur 2 meer in detail getoonde uitvoeringsvorm liggen de plaatvormige elementen 25 op de omgebogen flenzen van de kokers waarbij daartussen opgenomen is een laag dempingsmateriaal 16 van bijvoorbeeld rubberachtig materiaal. Dit dempingsmateriaal 16 voorkomt geluidsoverdracht van de vloer naar de onderliggende ruimte.

30 De kokers 4 omvatten leidingen naar in de ondervlakken en de bovenvlakken opgenomen aansluitorganen.

Als voorbeeld kan de leiding 8 genoemd worden. Dit is een luchtleiding die verbonden is met een 35 aansluitorgaan in de vorm van een luchtuitstroomopening 6 .

Een ander voorbeeld zijn de elektrisch leidingen 12 die bijvoorbeeld verbonden zijn met de contactdozen 9 j 5 welke opgenomen zijn in een inbouwkast 10 met deksel 7 in de vloer. De elektrische leiding 12, of althans de buis waar doorheen de elektrische leidingen worden aangebracht, kan bij deze uitvoeringsvorm opgenomen zijn 5 in een kabelgoot 13 die toegankelijk is vanaf de onderzijde. In het geval dat de gecombineerde vloer/zolderingconstructie een appartementscheidingswand is, kunnen aldu,s de elektrische leidingen voor het onderste appartement geheel gescheiden worden gehouden 10 van die voor het bovenste appartement.

Een aantal van de kokers 4 is voorzien van verlichtingsarmaturen 14, die daarin zijn ingebouwd. De elektrische schakelleidingen lopen eveneens door de kokers en bijvoorbeeld verder door de langsuitsparingen 15 van de liggers 3, naar schakelaars die in de wanden zijn opgenomen.

Bij de hier getekende uitvoering is in de kokers 4 isolatiemateriaal 15 opgenomen. Dit kan zijn thermisch isolatiemateriaal teneinde warmteoverdracht tussen de 20 ruimtes in verticale richting tegen te gaan. Het thermische isolatiemateriaal 15 kan ook een belangrijke bijdrage leveren in de standtijd van de vloer in geval van brand.

Bij de uitvoeringsvorm van figuur 3 zijn de 25 plaatvormige elementen die op de kokers liggen samengesteld uit een golfplaatprofiel 18 waarop een vullaag 19 is aangebracht. Deze plaatvormige elementen hebben een hogere belastbaarheid dan die van de uitvoeringsvorm van figuur 2. De vullaag 19 kan 30 bijvoorbeeld van steenachtig materiaal zijn zodat een zware vloerconstructie mogelijk is.

Ter illustratie van de vele mogelijkheden van de vloer- en zolderingconstructie volgens de uitvinding is hier nog getoond dat in een koker hulpkokers 20 zijn 35 aangebracht die op het isolatiemateriaal liggen. In deze hulpkokers 20 kunnen weer leidingen worden opgenomen die dus niet direct op de laag isolatiemateriaal behoeven te rusten.

10 1 6 R 4** 6

Volgens een zeer gunstige uitvoeringsvorm zijn op de bodem van de kokers, tegen de platte ondervlakken verwarmings- en koelleidingen 21 aangebracht. Deze zijn in goed warmteuitwisselend contact met de ondervlakken 5 gemonteerd met behulp van brugelementen 22 die de leiding 21 stevig tegen de ondervlakken klemmen. Wanneer door de leiding 21 een verwarmings- of koelmedium wordt gevoerd, zal dus het de zoldering vormende ondervlak van de kokers verwarmd respectievelijk gekoeld worden.

10 De kokers zelf kunnen geheel, of gedeeltelijk wanneer daarin reeds isolatiemateriaal en/of leidingbuizen aanwezig zijn, als leiding dienen, bijvoorbeeld voor ventilatielucht. De binnenruimtes van de kokers kunnen dan eenvoudig door middel van 15 aansluitorganen in de vorm van uitblaasroosters 6 met de betreffende ruimte worden verbonden voor het toevoeren respectievelijk afzuigen van lucht.

Voor eenvoudige en snelle bouw van een gebouw 1 volgens de uitvinding en in het bijzonder voor het snel 20 en doeltreffend aanbrengen van de gecombineerde vloer/zolderingsconstructies kunnen grote bouwelementen vooraf worden vervaardigd bestaande uit een aantal met elkaar verbonden kokers 4, waarin de benodigde leidingen en aansluitorganen tevoren worden opgenomen. Na de 25 montage behoeven slechts de leidingen met elkaar te worden verbonden en is veel installatiewerk, dat sterk tijdrovend is, overbodig.

Claims (10)

1. Gebouw met ten minste twee boven elkaar liggende ruimten, die verticaal gescheiden zijn door een 5 gecombineerde vloer- en zolderingconstructie omvattende een aantal naast elkaar geplaatste kokers, waarvan in hoofdzaak platte ondervlakken een in hoofdzaak doorlopend zolderingoppervdak bepalen, op de kokers rustende plaatvormige elementen waarvan in hoofdzaak platte 10 bovenvlakken een in hoofdzaak doorlopend vloeroppervlak bepalen, waarbij de kokers leidingen omvatten naar in de ondervlakken en de bovenvlakken opgenomen aansluitorganen.

2. Gebouw volgens conclusie 1, waarbij de 15 aansluitorganen elektrische aansluitorganen omvatten zoals contactdozen en verlichtingsarmaturen en de leidingen elektrische leidingen omvatten.

3. Gebouw volgens conclusie 1 of 2, waarbij de kokers luchtleidingen vormen en de aansluitorganen 20 luchtdoorlaatopeningen omvatten.

4. Gebouw volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de leidingen warmtefluïdumleidingen omvatten die in warmtegeleidend contact met de ondervlakken, met de kokers zijn verbonden.

5. Gebouw volgens één van de voorgaande conclusies, omvattende ten minste één in een koker opgenomen, van het ondervlak toegankelijke kabelgoot.

6. Gebouw volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de kokers opgenomen zijn tussen op 30 gelijkmatige afstanden evenwijdig aan elkaar aangebrachte liggers.

7. Gebouw volgens conclusie 6, waarbij de kokers aansluiten op langsuitsparingen van de liggers en de leidingen doorlopen in de langsuitsparingen.

8. Gebouw volgens conclusie 6 of 7, waarbij thermisch isolatiemateriaal in de kokers en de langsuitsparingen is opgenomen.

9. Gebouw volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij leidingen voor warmtetransportvloeistof voorzien zijn van smeltzekeringen.

10. Kokersamenstel voor een gebouw volgens één van de voorgaande conclusies, omvattende een aantal van voorgemonteerde leidingen voorziene, met elkaar verbonden kokers. 101 64 8